• No results found

Nieuwe impuls voor concurrentie en innovatie op de telecommarkt 3

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Nieuwe impuls voor concurrentie en innovatie op de telecommarkt 3"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

N

IEUWS

-

EN PUBLICATIEBLAD VAN DE

O

NAFHANKELIJKE

P

OST EN

T

ELECOMMUNICATIE

A

UTORITEIT

OPTA

AKKOORD MET DERDE STAP TARIEFVERLAGING

KPN

5

OPTA

VRAAGT MILLENNIUM

-VERKLARING AAN TELECOMMUNICATIEBEDRIJVEN

6

KPN

MOET MEEWERKEN AAN OPLOSSING VOOR ONGESTOORD TELEFOONVERKEER CONCURRENTEN

7

V

OORLICHTING AAN CONSUMENT OVER

SIM-

LOCK SCHIET TEKORT

9

D

OORSCHAKELEN MET CARRIER SELECTCODE NOG NIET MOGELIJK

12

N

IEUW NUMMERPLAN VOOR TELEFOON

-

EN

ISDN-

DIENSTEN

15

Maart 1999 - nr.

3

OPTA heeft onlangs de spelregels (richtsnoeren) gepubli-ceerd waaraan KPN en zijn concurrenten zich moeten hou-den bij het exploiteren van deze aansluitlijn. Belangrijk daarbij is de tariefstructuur die OPTA voorstelt. Die biedt concurrenten zonder eigen lokaal net mogelijkheden om nu klanten te werven, terwijl het de aanleg van eigen

aansluitnetten niet ontmoedigt. Het systeem waarbij een bedrijf de aansluitlijn van KPN overneemt (ook wel ‘bundelde toegang’ genoemd) is dubbel gunstig voor ont-wikkeling van concurrentie. Ten eerste krijgt KPN concur-renten die geavanceerde diensten als video-op-verzoek en snel Internet via de telefoonlijn kunnen aanbieden. Ten tweede krijgen de kabelbedrijven, die in feite een mono-polie hebben op het aanbieden van omroep- en andere diensten die veel capaciteit van het net vragen, concur-rentie op dit gebied.

Voor particuliere telefoonabonnees ontstaat nu ook buiten Amsterdam (waar A2000 actief is) de mogelijkheid om zich aan te sluiten bij een concurrent van KPN. Voor het midden- en kleinbedrijf ontstaan ook nieuwe interessante mogelijkheden. Zo kan de aansluitlijn worden gebruikt om een bedrijfscentrale rechtstreeks te koppelen aan het net van een KPN-concurrent. Een mogelijkheid die nu alleen is weggelegd voor zeer grote organisaties die tonnen per jaar uitgeven aan telefoonverkeer en zich een dure huur-lijn kunnen permitteren. Er komen ook mogelijkheden voor kleine bedrijven die een eigen webserver willen installe-ren. Tenslotte kan ook het Kennisnet dat alle Nederlandse

Nieuwe impuls voor concurrentie

en innovatie op de telecommarkt

OPTA publiceert richtsnoeren ‘ontbundelde toegang’

(2)

Colofon

Eindredacteur: Ludo Korteman Redactie: Hetty Joosten Alex van Kalken Louis van der Linden Wout de Natris Patrick Ooms Monique Theuerzeit Irene Verheijen Basisvormgeving: Harlon, Utrecht Fotografie: Kelle Schouten Grafische productie: Herbschleb & Slebos Drukwerk: Meboprint, Amsterdam Redactieadres: Postbus 90420, 2509 LK Den Haag Telefoon (070) 315 35 59 Telefax (070) 315 35 02 Connecties wordt met grote zorgvuldigheid samengesteld, maar om de leesbaarheid te bevorderen zijn juridische zinsneden vaak vereenvoudigd weergegeven. Soms betreft het ook delen van of uittrek-sels uit wetteksten. In al deze gevallen is het verstan-dig de originele teksten te raadplegen. Aan de artikelen in Connecties kunnen geen rechten worden ontleend.

is het nieuws- en publicatie-blad van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit. OPTA wil met deze uitgave onder meer bereiken dat de organisaties in de markt voor telecommunicatie en post op gelijke voet geïnformeerd zijn over de ingenomen stand-punten, gedane uitspraken en nieuwe ontwikkelingen in ver-band met het werk van OPTA. Reacties op de inhoud van dit blad zijn van harte welkom.

tv, video, snel internet, telefoon telefoon, internet

KPN

KabelCo

KPN

TeleXYZ

telefoon, internet

eigen net concurrent

scholen toegang tot Internet moet bieden profiteren van ontbundelde toegang.

STARTBLOKKEN

De publicatie van de zogenoemde ‘richt-snoeren voor ontbundelde toegang’ is een belangrijke stap in de richting van het daadwerkelijk totstandkomen van de moge-lijkheid om bij een concurrent van KPN een abonnement af te sluiten. Een aantal nieu-we telecombedrijven staat in de startblok-ken om aansluitlijnen van KPN te huren en nieuwe diensten aan te bieden. Met name EnerTel heeft al in 1997 gevraagd om deze mogelijkheid. Het college van OPTA heeft als reactie daarop in december 1997 beslo-ten dat KPN ontbundelde toegang moet aanbieden. KPN heeft enkele maanden

Afbeelding 1

Concurrentie met KPN is op dit moment mogelijk voor bedrijven met eigen net, zoals kabelbedrijven. Deze bedrijven kunnen ook op de particuliere en MKB-markt actief zijn. Ze hebben per slot van rekening ook kabels tot aan veel Nederlandse voordeuren lig-gen. Op dit moment kunnen voornamelijk inwoners van Amsterdam een abonnement voor telefonie bij een kabelbedrijf krijgen. Er zijn meer dan twintig bedrijven in Nederland die een snelle

Internetverbinding via de kabel aanbieden

Afbeelding 2

Andere bedrijven met eigen netten – maar niet tot de voordeur van kleingebruikers – concurreren op de groot-zakelijke markt. Zij sluiten grote bedrijven met veel telefoonverkeer rechtstreeks op hun net aan.

Concurrentie met eigen net

Afbeelding 1

Concurrentie met eigen net, alleen grootgebruikers

Afbeelding 2

(3)

Wetten maken geen netten

Met het besluit over het geschil tussen VersaTel en KPN (zie elders in deze Connecties) biedt OPTA een noodoplossing aan de markt voor het omzeilen van de schaarste aan interconnec-tieverbindingen in KPN’s net. Een noodoplossing die KPN boven-dien hopelijk een extra prikkel geeft om deze problemen snel uit te wereld te helpen. Eén en ander loopt vooruit op het meer diepgaande onderzoek dat OPTA heeft ingesteld naar de aard, oorzaken en beheersing van de schaarsteproblemen, dat bij het ter perse gaan van dit nummer van Connecties nog niet was afgerond.

Zonder dit onderzoek af te wachten nam KPN het prijzenswaar-dige initiatief om met een eigen analyse van de problemen in de openbaarheid te treden. Daarbij deelde KPN een aantal zwartepieten uit, om te beginnen aan de concurrenten. De schaarste is volgens KPN mede het gevolg van de geringe bereidheid van andere aanbieders om in de aanleg van eigen infrastructuur te investeren. Met name de houders van de lan-delijke infrastructuurvergunningen ontlopen volgens KPN hun verantwoordelijkheden.

Enerzijds kan men inderdaad wel enkele vraagtekens plaatsen bij de situatie dat de houders van deze vergunningen nog steeds van de voordelen van deze vergunningen profiteren (met name van de meegeleverde etherfrequenties), terwijl van de oorspronkelijke wederdienst – het aanleggen van landelijk dek-kende, met die van KPN concurrerende kabelgebonden infra-structuren – niet zo veel meer wordt vernomen. Anderzijds weten we dat dit quid pro quo stamt uit een tijd waarin de overheid, met selectieve toegang tot de markt als lokmiddel, investeringen in een alternatieve infrastructuur wilde regisse-ren. Nu de toegang tot de markt voor ieder ander zónder inves-teringsverplichtingen open staat, valt niet te verwachten dat de houders van infrastructuurvergunningen in ruil voor een paar straalverbindingen grote investeringen zouden doen als die op zichzelf niet rendabel zijn.

Of het aanleggen van eigen netten rendabel is of niet wordt natuurlijk wel door de overheid beïnvloed. In dat verband ging een andere zwartepiet naar OPTA die volgens KPN de intercon-nectietarieven te ver omlaag heeft gebracht. Daardoor maken concurrenten liever gebruik van KPN’s net dan zelf infrastruc-tuur aan te leggen, aldus KPN. Een opmerkelijke stellingname. KPN hanteert tot op heden niet de door OPTA op 1 juli 1998 bekend gemaakte, kostengeoriënteerde interconnectietarieven, maar haar eigen, hogere tarieven. Zou KPN de door OPTA bere-kende tarieven wèl hanteren (en daarover zijn diverse geschil-len bij OPTA ingediend), dan zouden die tarieven niet wezenlijk lager of zelfs hoger liggen dan in Scandinavië, Duitsland of het Verenigd Koninkrijk.

Uiteindelijk gaat het echter niet om de vraag of de interconnec-tietarieven nu relatief hoog of relatief laag zijn, maar of ze kostengeoriënteerd zijn. Zo staat het in de wet en in de daar-aan ten grondslag liggende Europese richtlijnen. Die wettelijke

eis laat geen ruimte voor het voeren van industriepolitiek via de interconnectietarieven. Daarvoor pleit KPN impliciet als zij de wens uitspreekt dat de toezichthouder de tarieven hoog genoeg houdt om een prikkel te geven tot de aanleg van alter-natieve infrastructuur. Met de komst van de nieuwe Duitse rege-ring leeft in Europa weer eens de lobby op voor het idee dat er in de interconnectietarieven een onderscheid zou moeten wor-den gemaakt. Het gaat dan om een onderscheid tussen de tarieven die gelden voor bedrijven die in netten investeren èn tarieven voor bedrijven die hun diensten grotendeels of geheel aanbieden met gebruikmaking van de netten van voormalige PTT-staatsbedrijven. Aanhangers ervan (in veel gevallen de genoemde oud-staatsbedrijven) zeggen daarmee infrastructuur-investeringen te willen stimuleren. Maar een neveneffect is natuurlijk ook dat voor dienstaanbieders die geen eigen net aanleggen (door sommige oud-staatsbedrijven ook wel als ‘hit and run’-bedrijven aangeduid) het concurreren minder gemakke-lijk wordt gemaakt. DG-IV laat er geen twijfel over bestaan gekant te zijn tegen het bedrijven van nationale industriepoli-tiek door differentiatie van interconnectietarieven en heeft lid-staten die deze praktijken (nog) hanteren al om opheldering gevraagd. Open Network Provision betekent nu eenmaal dat de netten van de voormalige nationale PTT’s zijn opengesteld voor alle vormen van economische activiteit die concurrenten onder-nemen, of die PTT’s die vormen nu waarderen of niet.

Dit alles kan KPN in de afgelopen jaren niet zijn ontgaan, en ook de richting waarin kostengeoriënteerde interconnectietarie-ven zich in een geliberaliseerde markt zouden ontwikkelen was aan de hand van de Interconnectierichtlijn van de EU, de Britse praktijk en KPN’s inzicht in de eigen kosten en rendementen ruimschoots voorspelbaar. KPN draagt zelf verantwoordelijkheid voor een goede prognose van het gebruik van zijn net, het maken van een adequaat investeringsplan en het beheren van zijn net zódanig dat schaarste niet kan optreden. Als KPN’s slo-gan al klopt dat wetten geen markten maken (hoe zou VersaTel daar dezer dagen over denken?), wetten maken zeker geen net-ten.

(4)

later een referentieprijs gepubliceerd voor de aansluitlijnen, maar weigerde op een concreet verzoek in te gaan zolang er nog geen richtsnoeren zijn. Aan die voorwaarde is nu door OPTA voldaan. De richtsnoeren zijn beleidsregels die de markt duidelijk-heid verschaffen, met name over de bere-kening van het tarief dat KPN mag heffen. Voor OPTA zijn de richtsnoeren doorslagge-vend bij het beslechten van geschillen over deze vorm van toegang tot het KPN-net. Toegang tot de aansluitlijn is belangrijk voor de ontwikkeling van concurrentie en is een impuls voor vernieuwing. Nederland loopt met deze ontwikkeling redelijk voor-op in Eurvoor-opa, hoewel het systeem in Scandinavië en Duitsland al wordt toege-past. Ook in de Verenigde Staten en in Canada bestaat deze mogelijkheid. Welke nieuwe diensten in Nederland daadwerke-lijk tot ontwikkeling komen is moeidaadwerke-lijk te voorspellen. Omroepprogramma’s bekijken op het moment dat het je het beste uit-komt of via de lijn een videofilm bekijken zijn voor de hand liggende mogelijkheden. Hiermee komt een echte digitale snelweg steeds dichter bij alle huishoudens. De deur staat ook open voor bijvoorbeeld één telefoonnummer voor vast en mobiel bel-len. Een dienst die in Scandinavië een suc-ces is. In en om het eigen huis bel je dan via de vaste verbinding en daarbuiten via GSM, maar met een en hetzelfde nummer. Deze dienstverlening kunnen de mobiele telefoonbedrijven zonder eigen vast net, dankzij exploitatie van de aansluitlijn, aanbieden.

TWEETRAPSRAKET

De mogelijkheid om een aansluitlijn te huren zou nieuwe bedrijven ervan kunnen weerhouden om zelf een net aan te leggen tot bij de abonnee thuis. OPTA heeft hier-voor een oplossing bedacht en wel door een tarief voor te stellen dat laag begint en na vijf jaar zo hoog is dat het voor concurrenten interessant wordt om zelf een aansluitnet aan te leggen. De prijs is dan te vergelijken met wat het kost om zelf een net aan te leggen. Dankzij de lage startprijs (onder het Belbasis KPN-abonne-mentstarief) kunnen nieuwe bedrijven een klantenbestand opbouwen, nieuwe

dien-sten ontwikkelen en met KPN en de kabel-bedrijven concurreren. OPTA’s collegevoor-zitter Jens Arnbak noemt dit ‘een twee-trapsraket naar infrastructuur-concurrentie’. Zoals bekend kampt KPN met een tekort aan onder andere interconnectieverbindin-gen. Ontbundelde toegang kan zelfs enige verlichting geven van deze zorgen. Het verkeer gaat dan immers niet meer via het

KPN-net, want de lijn wordt nog voor dat de KPN-centrale aan het werk gaat, ver-bonden met het net van de nieuwe tele-com-aanbieder. Aan de andere kant kan deze situatie voor KPN juist een stimulans zijn om de schaarste snel op te lossen zodat het bedrijf zelf ook breedbandige diensten zoals Snelnet via haar eigen aan-sluitlijnen kan aanbieden. K

Afbeelding 3

Voor gewone telefonie blijft carrierselectie de beste oplossing. Via het intoetsen van vier cijfers begin-nend met 16 kan een abonnee het net van de con-current bereiken, maar wel via de aansluitlijn van KPN. De abonnee krijgt gewoon een rekening voor het abonnement van KPN en voor het gesprek van de concurrent. Er zijn enkele tientallen bedrijven in Nederland met een carrierselectienummer.

Afbeelding 4

Als ontbundelde toegang een feit is, kunnen parti-culieren en klein-zakelijke gebruikers een abonnement afsluiten bij een concurrent. Die kan dan nieuwe diensten zoals video-op-verzoek- en snel-Internet aanbieden, via een gewone telefoonlijn van KPN. De abonnee krijgt dan zowel voor het abonnement als voor de gesprekskosten een rekening van de KPN-con-current. Ontbundelde toegang brengt de digitale snel-weg in de huiskamer.

KPN

TeleXYZ

interconnectie telefoon: carrierselectie 16xy

KPN

TeleXYZ

centralegebouw  KPN-net hoofdverdeler 'gehuurde' aansluitlijn voor tv, video, digitale snelweg

Carrierselectie

Afbeelding 3

Ontbundelde toegang

Afbeelding 4

(5)

Met de invoering van de zogeheten Voordeelnummers per 6 april had KPN nog niet de volle omvang gerealiseerd van de voorgeschreven verlaging van de

telefoon-tarieven in de eerste helft van 1999. Daarom stelde KPN voor het zaterdag- en nachttarief (dat geldt van zondag tot en met vrijdag van middernacht tot 8.00 uur)

voor lokale gesprekken te verlagen van 3 naar 2 cent per minuut. OPTA is met dit voorstel akkoord gegaan. Het gaat om een tijdelijke verlaging, die geldt van 6 april tot 1 september a.s. Voor 1 september moet KPN een definitief voorstel voor een tariefverlaging bij OPTA indienen.

OPTA heeft overigens, naar aanleiding van de introductie van de Voordeelnummers, een aantal klachten gekregen. Eén van de klachten betrof de éénmalige vergoeding van ƒ10,-. De klagers vroegen zich af of KPN wel toestemming heeft gekregen van OPTA om een dergelijke vergoeding te vra-gen. OPTA heeft die toestemming wel degelijk gegeven. KPN kon aannemelijk maken dat het kosten moest maken voor het opzetten van een systeem voor de ver-werking van de Voordeelnummers (facture-ring, mutaties, etc.) en de bijbehorende administratieve handelingen. Die kosten kwamen per abonnee die gebruik maakt van de Voordeelnummers uit op 10 gulden. Verder is geklaagd over het feit dat bij ISDN-aansluiting maximaal drie nummers kunnen worden opgegeven, terwijl men over twee lijnen beschikt. Voordeelnum-mers gelden echter per hoofdaansluiting. Dit betekent dat abonnees met een ISDN-aansluiting of een meervoudige analoge aansluiting toch niet meer dan drie Voordeelnummers kunnen kiezen. K

OPTA akkoord met derde stap

tariefverlaging KPN

OPTA bracht vorig jaar zomer het ‘Consultatie-document bijzondere toegangsdiensten’ uit. Marktpartijen werden uit-genodigd te reageren op dit document en hun visie op bijzondere toegang naar voren te brengen. OPTA ontving van dertien partijen een schriftelijke reactie.

Het college van OPTA is op

haar beurt in een brief aan deze partijen ingegaan op hun reacties. In deze brief heeft OPTA aangegeven welke elementen uit de reacties zij betrokken heeft bij de besluitvor-ming over de richtsnoeren over bijzondere toegang tot de ontbundelde aan-sluitlijn. Deze richtsnoeren zijn op 18 maart 1999 gepubliceerd in de

Staatscourant.

Zowel een bundel met de reacties van de marktpar-tijen als een kopie van de eerdergenoemde brief zijn op te vragen bij

J. Broeders, telefoon (070) 315 92 77, e-mail J.Broeders@opta.nl. De richtsnoeren zijn te raad-plegen op de Internet-site van OPTA. (www.opta.nl)

K

Reacties op consultatiedocument

bijzondere toegang gebundeld

(6)

OPTA vraagt telecommunicatiebedrijven een millenniumverklaring te onderte-kenen. Met het ondertekenen van die verklaring geven de bedrijven aan het millenniumprobleem naar beste weten onder controle te hebben. OPTA is van plan de lijst van de bedrijven die de verklaring hebben ondertekend te publiceren in dit blad.

Zoals bekend kunnen bij de aanvang van het jaar 2000 problemen optreden bij het gebruik van geautomatiseerde systemen waarin informatietechnologie en/of digita-le componenten zij toegepast. Die syste-men kunnen de overgang naar de volgende eeuw mogelijk niet correct verwerken. De problemen die zich in de telecommunica-tiesector kunnen gaan voordoen zijn van verdergaande aard dan in de meeste andere sectoren. Als het ene telecommunicatiebe-drijf het millenniumprobleem niet afdoen-de heeft opgelost, kan het anafdoen-dere bedrijf daar hinder van ondervinden. Dit wordt de ketenproblematiek genoemd.

Het is daarom van groot belang dat elk telecombedrijf is voorbereid op de proble-men die de koproble-mende jaarwisseling met zich meebrengt. De bedrijven hebben daar natuurlijk in eerste plaats zelf belang bij. Daarnaast hebben telecommunicatiebedrij-ven op grond van de Telecommunicatiewet een aantal verplichtingen. Eén van die ver-plichtingen is het te allen tijde kosteloos en zonder belemmeringen beschikbaar stel-len van het alarmnummer 112. Ook zijn telecombedrijven verplicht alle technische en organisatorische maatregelen nemen die nodig zijn voor het beveiligen van hun netwerk en de diensten die zij aanbieden. OPTA moet toezien op de naleving van deze bepalingen.

PUBLICATIE

Hoewel OPTA ervan uitgaat dat alle tele-communicatiebedrijven het millenniumpro-bleem uiterst serieus aanpakken en ook weet dat de bedrijven daartoe al de nodige initiatieven hebben genomen, wil het OPTA-college inhoud geven aan zijn toe-zichtsrol.

Daarom heeft het college een brief naar een aantal telecommunicatiebedrijven gestuurd met het verzoek een millennium-verklaring te ondertekenen. De voorzitter van de Raad van commissarissen, dan wel de voorzitter van de directie moet de ver-klaring ondertekenen. Daarmee geeft het desbetreffende bedrijf aan naar beste weten het millenniumprobleem onder con-trole te hebben.

Het OPTA-college is van plan de lijst met namen van bedrijven die de millenniumver-klaring hebben ondertekend te publiceren in dit blad. Voor telecommunicatiebedrij-ven die hierover geen brief van OPTA heb-ben gehad is er de mogelijkheid om de verklaring te downloaden van de website van OPTA (www.opta.nl) en daarna onder-tekend aan OPTA te sturen.

Publicatie van de verklaring betekent niet dat OPTA de geldigheid daarvan heeft vast-gesteld. Evenmin betekent het ontbreken van zo’n verklaring dat OPTA heeft vastge-steld dat de desbetreffende onderneming de millenniumproblematiek niet onder con-trole heeft. Aan de gepubliceerde lijst kun-nen dan ook geen rechten worden ont-leend. K

(7)

OPTA heeft dit besloten naar aanleiding van het geschil tussen KPN en het concur-rerende telecombedrijf VersaTel. Dit geschil draaide om het tekort aan interconnectie-verbindingen. VersaTel wilde meer van deze

verbindingen dan KPN zegt te kunnen leve-ren. Overigens hebben al meer telecombe-drijven bij OPTA geklaagd over de schaars-te aan inschaars-terconnectiecapacischaars-teit bij KPN. De werkwijze die OPTA op basis van de

voorstellen van VersaTel heeft bedacht komt erop neer dat telefoonverkeer van de concurrenten van KPN voorlopig geheel binnen het KPN-net blijft. Hiermee wordt vermeden dat de klanten van de concurren-ten de in-gesprekstoon horen als gevolg van ‘opstoppingen’ die ontstaan op de punten waar het net van KPN aan dat van de concurrent is gekoppeld. Die klanten moeten dan wel een andere code kiezen dan de carrier selectiecode van hun tele-combedrijf.

De klant van de concurrent krijgt, zo stelt OPTA voor, gewoon een telefoonrekening van KPN. Van het bedrijf waar hij bij is aangesloten ontvangt de klant vervolgens een creditnota met de korting waarop hij recht heeft. KPN en de concurrent

verreke-Beperktere leverplicht KPN voor huurlijnen

Onder de oude Wet op de telecommunica-tievoorzieningen (Wtv) en het Besluit alge-mene richtlijnen telecommunicatie (BART) gold voor KPN al een leverplicht voor alle door KPN gepubliceerde aanbiedingen van huurlijnen, waaronder de minimumreeks. In de (nieuwe) Telecommunicatiewet is KPN aangewezen als aanbieder van huurlijnen die beschikt over een aanmerkelijke macht op deze markt. Aanmerkelijke marktmacht wil zeggen dat een telecombedrijf een aandeel heeft van 25 procent of meer op

een bepaalde (deel)markt. Nog niet be-paald was voor welk type huurlijnen KPN leverplicht heeft. Dat is met de aanwijzing van OPTA nu gebeurd.

De minimumreeks huurlijnen waarvoor KPN leverplicht heeft bestaat uit analoge huur-lijnen van het type M.1040, M1020/M1025 en digitale huurlijnen van 64 kbit/s en 2 Mbit/s. De bevoegdheid van OPTA om KPN aan te wijzen als aanbieder met leverplicht is vastgelegd in artikel 13 van het ‘Besluit ONP-huurlijnen en telefonie’. Dit artikel

vloeit voort uit een Europese richtlijn die bepaalt dat lidstaten ervoor moeten zorgen dat de minimumreeks huurlijnen wordt geleverd. Daarmee is in de hele Europese Unie een geharmoniseerd aanbod van huurlijnen gewaarborgd.

Het besluit dat OPTA nu heeft genomen betekent voor KPN dus een beperktere leverplicht in vergelijking met de situatie onder de Wtv. Huurlijnen die niet tot de minimumreeks horen – en die KPN dus niet verplicht hoeft te leveren – zijn bijvoor-beeld analoge huurlijnen van het type M.1030 en digitale huurlijnen van het type nx64kbit/s. Voor dergelijke lijnen blijven overigens wel de andere verplichtingen uit het ONP-besluit gelden, zoals de plicht voor KPN om kostengeoriënteerde tarieven te hanteren. K

Uitspraak OPTA in VersaTel-geschil:

KPN moet meewerken aan oplossing voor

ongestoord telefoonverkeer concurrenten

OPTA heeft KPN aangewezen als bedrijf met een leverplicht in heel Nederland voor de zogenoemde minimumreeks huurlijnen. Dit besluit betekent dat KPN, in vergelijking met de oude wet, een beperktere leverplicht krijgt. De aanwijzing van OPTA was noodzakelijk om na de inwerkingtreding van de Telecommunicatie-wet de leverplicht van de minimumreeks huurlijnen te handhaven.

(8)

nen dan onderling het verschil. Maar het mag eventueel ook anders. Zo suggereerde VersaTel al om zelf de KPN-rekening van haar klanten in ontvangst te nemen en de klant vervolgens een VersaTel-nota te sturen. KPN moet van OPTA binnen een maand de noodzakelijke maatregelen hebben getrof-fen om de noodoplossing in te kunnen voeren. Daartoe moet KPN met VersaTel om de tafel gaan zitten. Overigens mogen beide partijen ook een andere administra-tieve oplossing afspreken. Pas als zij er onderling niet uitkomen geldt de oplossing die OPTA heeft bedacht. In beginsel is de noodoplossing ook bedoeld voor andere telecombedrijven waaraan KPN onvoldoen-de interconnectieverbindingen levert.

ALTERNATIEF

In een toelichting op het besluit legde OPTA-voorzitter Jens Arnbak uit waarom voor deze oplossing is gekozen. ‘We weten al langere tijd dat er niet genoeg intercon-nectiecapaciteit is. Daarover zijn verschil-lende klachten bij OPTA binnengekomen. KPN heeft echter een leverplicht als het om interconnectieverbindingen gaat. Probleem is alleen dat KPN niet kan vol-doen aan haar leverplicht.’

Omdat uitbreiding van de interconnectieca-paciteit waarschijnlijk nog maanden gaat duren moest er een alternatieve oplossing worden gevonden. Arnbak: ‘Als VersaTel wel meer interconnectieverbindingen had gekregen, dan zou dat ten koste zijn gegaan van andere concurrenten van KPN. Maar als VersaTel en anderen geen verbin-ding met het KPN-net krijgen, dan wordt de concurrentie op de telefoonmarkt gehinderd. Daarom zijn we met deze nood-oplossing gekomen. We hopen dat hiervan een prikkel uitgaat naar KPN om een einde te maken aan het schaarsteprobleem.’ Het OPTA-besluit in de VersaTel-zaak loopt vooruit op de uitkomsten van het diep-gaande onderzoek naar de schaarsteproble-men bij KPN. Dit onderzoek, dat in opdracht van OPTA wordt uitgevoerd door het bureau Stratix, moet een antwoord geven op de vraag hoe ernstig de schaarste is en wat KPN doet om dit probleem op te lossen. OPTA komt binnenkort naar buiten met de uitkomsten van dit onderzoek. K

S Abonnee A

KPN-net

S Abonnee B

S Abonnee A

KPN-net

VersaTel-net

Poorten

Poorten

S Abonnee B

S Abonnee A

KPN-net

VersaTel-net

S Abonnee B

Gewoon telefoongesprek in KPN-net

Carrierselectie via VersaTel

Oplossing: gesprek blijft in KPN-net

KPN stuurt rekening

KPN en VersaTel sturen rekening

(9)

OPTA kwam tot haar bevindingen op basis van een nader onderzoek naar het gebruik van SIM-locks in mobiele telefoontoestel-len. Uit een eerder onderzoek was al gebleken dat de situatie in Nederland op dit terrein ondoorzichtig is. De SIM-lock is bedoeld als beveiliging van het toestel, maar sommige mobiele-telecomaanbieders misbruiken de SIM-lock om te voorkomen

dat hun klanten overstappen naar de con-current. Vaak kan hij of zij alleen tegen betaling van een aanzienlijke vergoeding de SIM-lock opheffen. Een dergelijke bar-rière kan de concurrentie op de mobiele-telefoonmarkt belemmeren.

De Europese Commissie heeft deze praktijk onderkend. De Commissie stelt dat het gebruik van de SIM-lock alleen onder een

aantal voorwaarden is toegestaan. Het gaat dan met name om goede voorlichting aan de klant. Die moet worden geïnfor-meerd over het feit dat er een SIM-lock op het toestel zit, de reden van toepassing ervan (subsidie) en wat de hoogte van de subsidie is die op het toestel zit.

Daarnaast stelt de Commissie als voorwaar-de dat voorwaar-de SIM-lock gratis is te verwijvoorwaar-deren als de klant de subsidie op het toestel heeft gecompenseerd door middel van de door hem betaalde (gespreks)kosten. Zoals gezegd is de situatie op de Nederlandse markt nogal ondoorzichtig. Om deze waarneming te onderbouwen en om eventueel verdere actie te kunnen ondernemen, heeft OPTA eind vorig jaar een vragenlijst gestuurd aan alle mobiele netwerkoperators en serviceproviders. Uit de reacties van de netwerkoperators – de serviceproviders lieten weten dat zij in het De Telecommunicatiewet schrijft voor dat

telecombedrijven afschriften van intercon-nectie-overeenkomsten bij OPTA moeten deponeren. Ook wijzigingen in die overeen-komsten moeten aan OPTA worden doorge-geven. Om de bedrijven aan deze plicht te herinneren heeft OPTA hen een brief gestuurd. OPTA beoordeelt de interconnec-tie-overeenkomsten. Als OPTA meent dat een bij haar gedeponeerde interconnectie-overeenkomst in strijd is met de regelge-ving, dan meldt zij aan het desbetreffende

bedrijf op welke onderdelen de overeen-komst moeten worden gewijzigd. Belanghebbenden kunnen, eveneens op grond van de Telecommunicatiewet, inzage krijgen in de bij OPTA gedeponeerde inter-connectie-overeenkomsten. OPTA heeft daarom de telecombedrijven verzocht om van elke overeenkomst of wijziging die aan OPTA is overlegd ook een openbare, van eventuele bedrijfsvertrouwelijke informatie geschoonde, versie te sturen. Overigens is het niet zo dat OPTA de gegevens die een

bedrijf uit de overeenkomst heeft verwij-derd automatisch als bedrijfsvertrouwelijk aanmerkt. OPTA is bevoegd, al dan niet op verzoek van een belanghebbende, zelfstan-dig te beoordelen of de verwijderde gege-vens inderdaad bedrijfsvertrouwelijk zijn. OPTA zal, als het verzoeken om inzage in de interconnectie-overeenkomsten krijgt, onder meer beoordelen of de verzoeker als belanghebbende valt aan te merken. Bij het eventueel ter beschikking stellen van een afschrift brengt OPTA de verzoeker kosten in rekening. Wie te zijner tijd zo’n overeenkomst wil inzien kan contact opne-men met J. Broeders, telefoon (070) 315 92 77, e-mail J.Broeders@opta.nl. K

OPTA concludeert op basis van onderzoek:

Voorlichting aan consument

over SIM-lock schiet tekort

De Nederlandse mobiele-telefonieaanbieders maken op brede schaal gebruik van een SIM-lock in mobiele telefoontoestellen. Dat maakt het voor consumenten heel lastig om over te stappen naar een andere aanbieder. Omdat veel van die aanbieders hun toestellen subsidiëren door ze gratis of bijna gratis weg te geven, is er op zich geen bezwaar tegen het gebruik van een SIM-lock. Wel laat de voor-lichting aan de klanten over het bestaan van een SIM-lock sterk te wensen over. Vooral KPN Telecom en in mindere mate Libertel laten hier steken vallen. OPTA heeft de aanbieders hierop inmiddels per brief aangesproken.

OPTA vraagt interconnectie-overeenkomsten op

(10)

algemeen alleen de SIM-lock aanbieden als de desbetreffende operator die gebruikt – blijkt dat alle operators gebruik maken van een SIM-lock in de toestellen. Veelal betreft het toestellen bij ‘pre paid’-abon-nementen. Telfort, Dutchtone en Ben gebruiken de SIM-lock echter op alle com-binaties van toestellen en abonnementen die zij aanbieden.

SUBSIDIE

Verder concludeert OPTA dat de voorlich-ting aan de consument (sterk) kan worden verbeterd. De voorlichting betreft met name het op de hoogte stellen van de con-sument dat er een SIM-lock zit in het aan

te schaffen toestel. Het vermelden op de verpakking dat er een SIM-lock wordt gebruikt (zoals Libertel doet), of zelfs slechts op een formulier in de – reeds aan-geschafte – doos (KPN Telecom), is niet de voorlichting aan de klant die de Europese Commissie bedoelt.

Ook verstrekt KPN Telecom geen informatie over de relatie tussen de subsidiëring van het toestel en het gebruik van de SIM-lock. De drie nieuwe aanbieders hebben aangegeven hun voorlichting over dit onderwerp, zo al niet aanwezig, uit te breiden, onder meer door middel van ver-melding in folders en op prijslijsten. De klant weet dan in elk geval ook vóór de

aankoop dat er sprake is van een SIM-lock in het toestel, waarom deze wordt toege-past en dat er een mogelijkheid is de SIM-lock op te heffen.

HOGER BEDRAG

Wat betreft de kosten voor het opheffen van de SIM-lock geldt dat deze veelal nagenoeg gelijk zijn aan het bedrag waar-mee de operator het toestel subsidieert. Dit bedrag is doorgaans gekoppeld aan een bepaalde termijn. Daarna wordt de SIM-lock gratis opgeheven. KPN Telecom vraagt voor het opheffen van de SIM-lock ƒ75,-binnen het eerste half jaar. Daarna is het opheffen gratis. Libertel brengt ƒ150,- in rekening, maar zegt dat de SIM-lock alleen kosteloos is op te heffen, ongeacht de ter-mijn, als de klant overstapt van een ‘pre paid’-kaart naar een abonnement van Libertel. Overigens heeft Libertel tijdens de uitzending van het VARA-consumentenpro-gramma Kassa over mobiele telefonie op 23 januari jl. toegezegd te zullen bekijken of zij hierin verandering kan brengen. Telfort, Dutchtone en Ben tenslotte bren-gen een hoger bedrag in rekening dan KPN Telecom en Libertel, maar berekenen alle-drie na een jaar geen kosten meer voor opheffing van de SIM-lock. Het hogere bedrag houdt verband met de grotere sub-sidie die deze aanbieders op de toestellen geven. Een andere reden is de doorgaans hogere aanschafprijs van de mobiele toe-stellen die geschikt zijn voor gebruik op hun GSM/DCS1800-netwerken.

MAATREGELEN

(11)

De Duitse toezichthouder RegTP heeft de nieuwe tarieven voor ontbundelde toegang tot het aansluitnet van Deutsche Telekom vastgesteld. Deutsche Telekom mag van concurren-ten een huurprijs van 25,40 DM (12,99 Euro) per maand vragen voor een dub-bele koperdraad.

In het vorige nummer van Connecties stond dat Deutsche Telekom 37,30 DM wilde vragen voor ontbundelde toegang tot haar aansluitnet. RegTP heeft dit tarief dus naar beneden bijgesteld.

Bovenop de genoemde 25,40 DM mag Deutsche Telekom voor een aansluiting op MDF-niveau (hoofdverdeler) zonder monta-ge 196,55 DM (100,50 Euro) in rekening brengen. Met montage is het tarief 337,17 DM (172,39 Euro). Voor overname van de kabel door een concurrent mag Deutsche Telekom zonder montage 191,64 DM (97,98 Euro) vragen en 241,31 DM (123,38 Euro) voor overname met montage. Deze tarieven gelden tot 31 maart 2001.

K ZWITSERLAND

De Zwitserse toezichthouder OFCOM heeft nieuwe interconnectietarieven vastgesteld. Tot 2 februari jl. hanteerde de ex-monopo-list Swisscom tarieven die golden tot juni 1998. Naar aanleiding van een rechtszaak tegen Swisscom heeft OFCOM met terug-werkende kracht tarieven vastgesteld voor 1998. Deze tarieven zijn gemiddeld 18 pro-cent lager dan de tarieven die Swisscom hanteerde tot juni vorig jaar. De tarieven voor 1999 zijn zo’n 26 procent lager dan die van juni 1998.

K GROOT-BRITTANNIË

De veiling van vijf nieuwe vergunningen voor de derde generatie mobiele telefonie (UMTS) in Groot-Brittannië zal pas in de tweede helft van 2000 plaatsvinden. Onlangs kondigde de Britse minister van Telecommunicatie aan dat de consultatie-periode voor de uitgifte van de vergunnin-gen moet worden verlengd. Minstens één van de te veilen vergunningen zal gaan naar een nieuwkomer op de mobiele markt.

K FRANKRIJK

ART, de Franse toezichthouder, heeft de interconnectietarieven van France Telecom voor 1999 goedgekeurd. Ten opzichte van 1998 dalen de tarieven dalen met zo’n 14,4 procent. Als gevolg van deze daling zijn de interconnectietarieven lager dan de tarieven die de Europese Commissie aanbe-veelt in periodieke vergelijkende onderzoe-ken tussen alle landen van de Europese Unie. Daarnaast is ART in Frankrijk een uit-gebreide publieke consultatie begonnen over de introductie van UMTS (het geavan-ceerde mobiele-telefoonsysteem, de moge-lijke opvolger van GSM) en een debat over Internettelefonie. De consultatiedocumen-ten over beide onderwerpen zijn terug te vinden op Internet: www.telecom-art.fr.

K NOORDSE SAMENWERKING

Vier grote mobiele-telecommunicatieaan-bieders uit Scandinavië hebben een zoge-heten virtueel privaat mobiel netwerk opgezet. De toezichthouders uit Denemar-ken, Finland en Noorwegen hebben hun goedkeuring aan het virtuele netwerk gegeven. Hierdoor kunnen zakelijke bellers het lokale netwerk van elk van de vier aan-bieders gebruiken als zij door Zweden, Noorwegen, Denemarken en Finland reizen. De overeenkomst tussen de vier aanbieders leidt tot lagere telefoontarieven aangezien er gebruik wordt gemaakt van interconnec-tietarieven in plaats van tarieven op basis van roaming-overeenkomsten.

K HIGHLEVELCOMMITTEE

Onder voorzitterschap van de Duitse minis-ter van telecommunicatie heeft vorige maand in Bonn een bijeenkomst plaatsge-vonden voor de nationale toezichthouders en ministeries van telecommunicatie van de EU. Tijdens die bijeenkomst is gespro-ken over de voortgang op het gebied van convergentie (het ineenvloeien van tele-com- en mediamarkten) en UMTS-veilin-gen. De Europese Commissie zou in Bonn een document openbaar maken waarin het de voorlopige principes en oriëntaties voor een nieuw ONP-regime weergeeft. Ten tijde van de bijeenkomst was het document ech-ter nog niet gereed. Het document moet leiden tot een brede discussie over de eva-luatie van het huidige ONP-kader. Deze evaluatie staat beter bekend als de ONP- of 1999-review. K

Europese ontwikkelingen

(12)

OPTA heeft een aantal klachten gekre-gen over de onmogelijkheid om door te schakelen via de *21-dienst van KPN Telecom in combinatie met een carrier selectcode. De klagers zijn van mening dat hier sprake is van gedwongen win-kelnering. Uit een eerste onderzoek van OPTA komt naar voren dat de oor-zaak technisch van aard is. Wel vindt OPTA dat hier sprake is van marktver-storing.

Consumenten hebben, sinds de telecommu-nicatiemarkt volledig is geliberaliseerd, de mogelijkheid hun telefoongesprekken af te laten handelen door carrier selectbedrij-ven. Deze bedrijven maken voor hun dien-sten gebruik van het netwerk van KPN Telecom. De beller moet, om zijn gesprek via zo’n bedrijf te laten verlopen, een vier-cijferige code intoetsen voorafgaand aan het nummer dat hij belt. Deze code begint altijd met 16. Het bellen via een carrier selectaanbieder is, vooral naar het buiten-land en naar mobiele nummers, vaak goed-koper.

De klachten die OPTA heeft gekregen gaan over de combinatie van de carrier select-code en de doorschakeldienst *21 van KPN Telecom. Bij het gebruik van *21 betaalt degene die zijn gesprekken doorschakelt naar een ander nummer de gesprekskosten vanaf zijn telefoonaansluiting tot het num-mer waarnaar is doorgeschakeld. In derge-lijke gevallen kan, zo is gebleken, degene die het gesprek doorschakelt niet tegelijk gebruik maken van een carrier select-code. Gevolg is dat deze abonnee in dergelijke gevallen noodgedwongen gebruik moet maken van de diensten van KPN Telecom. Vooral bij een doorschakeling van een vast naar een mobiel toestel loopt hij de

door-gaans voordeliger tarieven van de carrier selectbedrijven mis. De klagers spreken dan ook van ‘gedwongen winkelnering’.

MARKTVERSTOREND

Dat bij het doorschakelen via *21 geen carrier selectcode is te gebruiken heeft een technische reden. Als iemand belt wordt zijn nummer, onder andere ten behoeve van de telefoonrekening, ‘meegezonden’. Dit meegezonden nummer heet het A-num-mer. Het nummer van degene die wordt gebeld, heet het B-nummer. Als het gesprek van het B-nummer via *21 is door-geschakeld naar een ander nummer, dan heet het nummer waarnaar is doorgescha-keld het C-nummer.

De kosten voor het doorschakelen van het B- naar het C-nummer zijn, zoals gezegd,

voor rekening van het B-nummer. Het probleem dat zich nu voordoet is dat KPN Telecom alleen het A-nummer en het C-nummer kan doorgeven aan het carrier selectbedrijf. Dit bedrijf weet daardoor niet van welke carrier select-klant met het B-nummer het gesprek afkomstig is en kan die klant daarom geen rekening sturen. KPN Telecom past het netwerk momenteel aan. In april 2000 is het waarschijnlijk gereed. Vanaf dat moment kan een gesprek wel worden doorgeschakeld via *21 in combinatie met een carrier selectcode. OPTA is van oordeel dat doorschakelen via *21 zonder dat daarbij gebruik gemaakt kan worden van een carrier selectcode marktverstorend werkt. OPTA zal daarom nader onderzoek instellen bij

KPN Telecom. K

Doorschakelen met carrier selectcode

technisch nog niet mogelijk

Nummerportabiliteit geldt

ook voor pre paid-kaarten

De verplichting voor telecombedrij-ven om uiterlijk per 1 april nummer-portabiliteit aan te bieden geldt ook voor de zogeheten pre paid-kaarten. Dat heeft OPTA de bedrijven per brief laten weten.

OPTA bepaalde vorige maand dat tele-communicatiebedrijven uiterlijk per 1 april hun klanten de gelegenheid moeten geven met nummer en al over te stappen naar een concurrent. Bedrijven die zich hier niet aan houden krijgen een dwangsom van ƒ10.000,-per dag opgelegd, met een maximun van ƒ250.000,-. OPTA nam deze maatre-gel om verdere vertraging bij de

(13)

Ook na de invoering van de

Telecommunicatiewet blijft OPTA num-mers uitgeven op basis van nummer-plannen. Toch is er, in vergelijking met de ‘oude’ Wet op de telecommunicatie-voorzieningen, wel het één en ander veranderd. Wat die veranderingen inhouden staat in dit artikel.

In een nummerplan staat hoe de telefoon-en andere nummers zijn ingedeeld (bij-voorbeeld geografisch) en welke nummer-series beschikbaar zijn voor toekenning. De staatssecretaris van Verkeer en Water-staat stelt deze nummerplannen vast. De Telecommunicatiewet geeft het OPTA-colle-ge hierbij een expliciete adviesfunctie. Het ministerie overlegt met OPTA voordat het de nummerplannen vaststelt en de

bestem-ming van de nummers aangeeft. De regel dat nummers niet anders mogen worden gebruikt dan voor de bestemming waarvoor zij zijn opgenomen in een nummerplan blijft van kracht. Deze regel is nu zelfs opgenomen in de wet. Omgekeerd betekent dit ook dat voor vastgestelde bestemmin-gen geen ander nummers mobestemmin-gen worden gebruikt dan in het nummerplan is opge-nomen.

Wat is er veranderd als u een nummeraan-vraag doet? Allereerst biedt de Telecom-municatiewet de mogelijkheid om van een nieuw verdelingsmechanisme gebruik te maken. Naast de al bestaande manieren van toekenning op volgorde van binnen-komst (wie ‘t eerst komt, ‘t eerst maalt) en loting, is het nu ook mogelijk om nummers te veilen. Deze methode is al eens toege-past bij het verdelen van frequenties. Zolang echter de gebruikelijke middelen voor het verdelen van nummers toereikend zijn, ligt het niet voor de hand dat OPTA

op korte termijn nummers zal gaan veilen. OPTA dient aanvragen voor nummers bin-nen een periode van zes weken af te han-delen. In de oude wet stond daar nog acht weken voor. Verzoek tot nadere informatie of antwoorden op vragen van OPTA zetten het verstrijken van deze termijn stil. De totale behandelingstermijn komt daarmee op zes weken plus de tijd die de aanvrager nodig heeft om het verzoek van OPTA te beantwoorden.

WEIGERING

Van de gronden voor weigering van toe-kenning, zoals die onder de Wet op de telecommunicatievoorzieningen (Wtv) bestonden, zijn er twee niet langer opge-nomen in de Telecommunicatiewet. Zo is het niet langer vereist dat uw bedrijf is gevestigd dan wel boekhouding voert in Nederland. Ook het feit dat er beslag is gelegd op uw vermogen of de situatie dat uw faillissement is aangevraagd worden

(14)

niet meer uitdrukkelijk in de wet genoemd als redenen voor het weigeren van een toekenning. Bij het behandelen van num-meraanvragen beoordeelt OPTA, in het kader van efficiënt en doelmatig nummer-gebruik of de aanvrager technisch, finan-cieel en commerfinan-cieel in staat is om de nummers te exploiteren. Bij de vraag of u financieel hiertoe in staat bent, zal beslaglegging of faillissement uiteraard in de overweging worden meegenomen. Er zijn ook enkele weigeringsgronden toe-gevoegd. Zo kan de intrekking van een eer-dere nummertoewijzing voor OPTA aanlei-ding zijn om u toekenning van de gevraag-de nummers te weigeren. Ook is in gevraag-de wet opgenomen dat als u het voornemen heeft de nummers te gaan verhandelen, de toe-kenning kan worden geweigerd.

TOEKENNING EN RESERVERING

Als nummers aan u zijn toegekend, dient u ze binnen een jaar in gebruik te nemen. Hieraan verandert dus niets. Wel is de ter-mijn voor ingebruikneming van gereser-veerde nummers enigszins aangepast. Waar dit in het verleden drie jaar was, is het nu

maximaal drie jaar. Korte

informatienum-mers kunnen niet worden gereserveerd en moeten binnen zes maanden na toeken-ning in gebruik zijn genomen.

In de wet staat dat nummers onder andere kunnen worden toegekend aan ‘natuurlijke’ personen. In lagere regelgeving is bepaald dat dit uitsluitend het geval is bij informa-tienummers. Een natuurlijk persoon heeft de keuze om zijn of haar naam-, adres- en woonplaatsgegevens niet in het nummerre-gister te laten opnemen.

Als nummers aan u zijn toegekend of voor u zijn gereserveerd is het voor OPTA moge-lijk om deze, op grond van de in de wet genoemde redenen, weer in te trekken. In tegenstelling tot de oude situatie onder de Wtv zijn beslaglegging op het vermogen of aanvraag van faillissement, net zomin als bij de gronden voor weigering, uitdrukke-lijk in de wet genoemde redenen om num-mers in te trekken. Maar als blijkt dat u vanwege financiële omstandigheden niet in staat bent nummers tijdig in gebruik te nemen of op de juiste manier te gebruiken, kan dit voor OPTA een overweging zijn op

deze gronden de nummers in te trekken. Het verhandelen van nummers is onder de Telecommunicatiewet verboden en kan daarom ook een grond voor het intrekken van nummers zijn.

GEDRAGSCODE

Verder creëert de Telecommunicatiewet de mogelijkheid om voor bepaalde categorieën nummers een instelling te erkennen die een gedragscode hanteert. Nummerhouders die binnen deze categorieën vallen moeten zich aan die gedragscode houden. Een voorbeeld van zo’n instelling is de Stichting Informatiediensten Code (STIC), die toeziet op het gebruik van informatie-nummers (0800 en 090x-informatie-nummers). Als u zich als nummerhouder niet aan deze gedragscode houdt, kan OPTA, op verzoek van zo’n instelling, nummers intrekken. Naar verwachting zal de STIC officieel wor-den erkend.

Hoewel het dus niet is toegestaan num-mers aan te vragen met het kennelijke doel die te verhandelen, biedt de wet u wel de mogelijkheid om gezamenlijk met een andere partij een overdracht aan te vragen. Daarbij gaan de aan u toegekende of voor u gereserveerde nummers over op de

ande-re partij. Dit is bijvoorbeeld mogelijk als de bedrijfsactiviteiten, waarvoor de num-mers zijn toegekend of gereserveerd, over-gaan naar die ander. OPTA toetst dan wel of die partij daarvoor wel in aanmerking komt, net zoals dat het geval zou zijn bij een eerste aanvraag.

WETTELIJK KADER

Last but not least biedt de Telecommuni-catiewet een breed wettelijk kader voor nummerportabiliteit. Daarbij kan de beller zijn of haar nummer meenemen bij veran-dering van dienstenaanbieder. Om de con-currentie te stimuleren is deze vorm van nummerportabiliteit verplicht gesteld voor de belangrijkste nummers voor de eindge-bruiker, namelijk de geografische nummers, de mobiele nummers en de informatienum-mers.

Mocht u naar aanleiding van dit stuk nog vragen hebben, dan kunt u contact opne-men met mw. mr. I. Verheijen van de afde-ling Nummers en Registraties,

telefoon (070) 315 92 36, e-mail I.Verheijen@opta.nl. K

OPTA wil graag belanghebbenden betrek-ken bij de ontwikkeling van het systeem. Dat gebeurt door middel van een consul-tatieronde en enkele workshops. De con-sultatieronde bestaat uit de publicatie van een consultatiedocument en een hoorzitting. In het consultatiedocument

wordt ingegaan op de regelgeving, de achtergrond en het doel van het price cap-systeem. Ook is in het document het standpunt weergegeven van het OPTA-college over zaken als de duur van de price cap-periode, de diensten die onder het price cap-systeem moeten vallen, of

Consultatiedocument en hoorz

(15)

Er is een nieuw nummerplan voor tele-foon- en ISDN-diensten. Dit nummer-plan is op 23 januari jl. in werking getreden. De belangrijkste verandering ten opzichte van het oude nummerplan is dat niet alleen de nummers die beginnen met het cijfer 1 worden beschreven, maar ook de nummers die beginnen met de cijfers 2 tot en met 9. In een nummerplan staat hoe de beperkte hoeveelheid telefoon- en andere nummers zijn ingedeeld. Op basis van de nummer-plannen geeft OPTA nummers uit. Het nieuwe nummerplan voor telefoon- en ISDN-diensten beschrijft de volledige zoge-noemde lokale ruimte. Lokale ruimte wil zeggen: alle nummers die beginnen met de cijfers 1 tot en met 9. De ‘0’ is dus uitge-zonderd. In het oude nummerplan werd

alleen de lokale ruimte voor het cijfer ‘1’ beschreven. In het nieuwe nummerplan is vastgelegd dat alle nummers die beginnen met de cijfers 2 tot en met 9 niet beschik-baar zijn voor gebruik.

Deze verandering heeft nogal wat gevol-gen. Tot op heden was het namelijk in de mobiele-telefoonsector gebruikelijk dat veel speciale diensten bereikbaar waren via een (korte) code die kon beginnen met elk willekeurig cijfer van 1 tot en met 9. Met uitzondering van codes die met een ‘1’ beginnen is het gebruik van deze codes niet langer toegestaan. Van de codes die als eerste cijfer een ‘1’ hebben geeft het nieuwe nummerplan een opsomming van een aantal speciale diensten met de bijbe-horende nummers. Die codes mogen dus alleen nog maar worden gebruikt als de bijbehorende dienst overeenkomt met wat er in het nummerplan staat.

Waar moeten we aan denken bij speciale diensten? Een maatschappelijk heel belangrijke dienst die hieronder valt is het

alarmnummer 112. Een ander voorbeeld van zo’n dienst is de zogenaamde abon-nee-informatiedienst (de oude 008, tegen-woordig 0900 - 8008). Hiervoor is het nummer 118 bestemd.

SPECIALE DIENST

Er zijn echter verschillende soorten num-mers mogelijk als het gaat om speciale diensten. Zo zijn er Europees geharmoni-seerde nummers. Daarmee wordt gepro-beerd om in heel Europa dezelfde dienst onder hetzelfde nummer aan te bieden. Een mooi voorbeeld daarvan is (opnieuw) 112, dat in vrijwel elk Europees land als alarmnummer dient.

Een tweede type speciale dienst is het nationaal geharmoniseerde nummer. Het gaat dan om nummers met een dusdanig belang dat elke aanbieder in Nederland voor dezelfde dienst hetzelfde nummer moet gebruiken. Hierdoor hoeft de consu-ment niet elke keer een nieuw nummer te onthouden als hij kiest voor een andere er sprake dient te zijn van één of meerdere

price caps en welke voorwaarden er gelden voor diensten die binnen of buiten het price cap-systeem vallen. Wanneer het consultatiedocument verschijnt en wanneer de hoorzitting plaatsvindt was bij het ter perse gaan van dit blad nog niet bekend. Naast het consultatiedocument en de hoor-zitting zullen er een aantal workshops wor-den gehouwor-den. De workshops richten zich voornamelijk op de bepaling van de zoge-heten efficiëntiefactor (de ‘X’). Dit is een percentage dat aangeeft hoeveel de tarie-ven van een pakket telefoondiensten van KPN gedurende een bepaalde periode mini-maal in prijs moeten dalen. Dit percentage wordt bepaald op basis van onder andere

vooronderstellingen van de groei van de telecommunicatiemarkt, kosten en opbrengsten van KPN en de relatie tussen de groei van het telefoonverkeer en de daling van de kosten per eenheid. Een belangrijk element in de bepaling van de efficiëntiefactor is ook het vaststellen van de voor KPN relevante kapitaalkosten (Weighted Average Cost of Capital, de WACC). Marktpartijen wordt gevraagd in de workshops bij te dragen aan het inzicht van OPTA in deze marktgegevens en -ont-wikkelingen. De vaststelling van de ‘X’ is echter voorbehouden aan het college van OPTA. OPTA zal een aantal belanghebben-den uitnodigen deel te nemen aan deze workshops. OPTA verwacht van de

deelne-mers een actieve en constructieve bijdrage. Zij dienen bereid te zijn zonodig (schattin-gen van) bedrijfsvertrouwelijke gegevens in te brengen.

AANMELDEN

De workshops vinden dit voorjaar plaats. Als u aan deze workshops wil deelnemen, kunt u uw interesse kenbaar maken door u vóór 9 april a.s. schriftelijk aan te melden bij mw. E. Reuselaars, secretaresse van de afdeling Eindgebruikersmarkt, postbus 90420, 2509 LK in Den Haag, e-mail: e.reuselaars@opta.nl. Op de envelop of als onderwerp van de e-mail graag ‘deelname workshop price cap’ vermelden. Om een evenwichtige inbreng in de workshops te bevorderen zal OPTA vervolgens een aantal belanghebbenden een uitnodiging sturen voor deelname. K

(16)

aanbieder. Een voorbeeld van een natio-naal geharmoniseerd nummer is 1233. Hiermee zijn berichten op te halen uit de elektronische postbus (ook wel voice mail genoemd).

Een derde categorie vormen de nummers die worden gebruikt voor netwerk-lokale faciliteiten. Deze nummers kunnen worden aangevraagd om diensten aan te bieden door een aanvrager die over een eigen net-werk beschikt. Een voorbeeld hiervan is het met de nummers 131 en 132 uit- of aanzetten van de nummerweergave. Tenslotte vallen ook de carrier selectie-nummers, de viercijferige nummers die altijd beginnen met 16, onder de speciale diensten.

CONSEQUENTIES

Volgens artikel 4.1 lid 4 van de Telecommunicatiewet is het niet toege-staan om voor bepaalde doeleinden andere nummers te gebruiken dan het nummerplan voorschrijft. In een ander artikel staat dat nummers niet mogen worden gebruikt zon-der dat OPTA die officieel heeft toegekend. Dit kan voor degenen die dergelijke num-mers al in gebruik hebben de volgende consequenties hebben.

KU gebruikt nummers die met een 1 beginnen voor een speciale dienst zoals die is omschreven in het nieuwe num-merplan. Als u dergelijke nummers gebruikt, moet u dit melden aan OPTA, zodat die deze nummers ook officieel aan u kan toekennen.

KU gebruikt een nummer dat met 1 begint, maar niet voor de in het nummer-plan beschreven bestemming, of u ge-bruikt een nummer dat begint met het cijfer 2 tot en met 9. In beide gevallen moet u het gebruik van deze nummers staken en moet u met OPTA contact opne-men om het juiste nummer voor die be-stemming toegekend te kunnen krijgen en de diensten hier naartoe over te zetten.

KU biedt een dienst aan onder een ander nummer dan in het nieuwe nummerplan staat, maar dat ook voor deze dienst mag worden gebruikt. In dat geval mag u ook het nummer uit de 1-serie voor deze dienst bij OPTA aanvragen en na toekenning van het nummer uw dienst naar dit nummer overzetten. Een voor-beeld is de abonnee-informatiedienst. Die kunt u onder bepaalde voorwaarden zowel onder een 0900-nummer als onder het nummer 118 aanbieden.

OVERGANG

Alle aanbieders van speciale diensten, die nu gebruik maken van een nummer uit de lokale nummerruimte, moeten dus die dienst overzetten naar een nummer dat hier volgens het nieuwe nummerplan voor is bestemd. Wie diensten aanbiedt waar-voor geen nummer in het nummerplan is gereserveerd, moet voor zo’n dienst een ander nummer gebruiken, bijvoorbeeld een 0900-nummer. Een voorbeeld is de algeme-ne informatiedienst. Wel kunt u contact opnemen met OPTA om te bespreken of een nummer voor een dergelijke speciale dienst eventueel in het nummerplan is op te nemen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het arrest noemt de Dienst- enrichtlijn niet, maar nu de Dienstenrichtlijn juist is aangenomen omdat het Europees Parlement en de Raad van mening waren dat de vrijheid van

U kunt vragen om een geanonimiseerde registratie van uw gegevens zodat wij deze wel kunnen gebruiken voor het doorgeven van signalen die maatschappelijk relevant zijn, maar wanneer

Als eerste basisoperatie kan je aan kinderen van de lagere school vra- gen om langere zinnen te maken, bepaalde werkwoorden te gebruiken, zelfstandige of bijvoeglijke naamwoorden

gen moeten worden vermeden die het publiek in zijn eerbaarheidsgevoel kunnen Zwemmen of baden is níet toegelaten ín.. de havens van de Belgische

12 Dit zal voor jullie het teken zijn: jullie zullen een pasgeboren kind vinden dat in doeken gewikkeld in een voederbak ligt.’ 13 En plotseling voegde zich bij de engel een

14 no- vember 2006 nog liet uitschijnen dat ook na de wet van 2 juni 2006 de ontbinding en vereffening in één akte mogelijk bleef 4 ,werd deze zienswijze door de rechtsleer

Dit zijn de laatste bungalows in plan Lage Heide, meer dan 80% hiervan is inmiddels verkocht.. Naar verwachting laat de bouw van de bungalows dan ook niet lang meer op

Om het actieplan te helpen uitvoeren, heeft de Vlaamse regering beslist het Vlaams Expertisecentrum Suïcidepreventie (VLESP) te erkennen als partnerorganisatie. Deze zal