• No results found

2 “Foto van de markt” een generiek model

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "2 “Foto van de markt” een generiek model"

Copied!
57
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Verkenning van de Nederlandse ISP markt voor netwerktoegang en internettoegang

Rapport voor OPTA Interconnectie en Bijzondere Toegang

Auteurs:

drs J. van Bussel en ir H. Rood

Schiphol, 17 december 2002

(2)

Management Samenvatting

Dit rapport beschrijft de stand van zaken in de Nederlandse ISP markt voor internettoegang en netwerktoegang en geeft een aantal indicaties over de te verwachten ontwikkelingen in de komende jaren.

Uit de inventarisatie van openbaar beschikbare gegevens tot en met het derde kwartaal 2002 en een interview met de branchevereniging NLIP rijst het volgende beeld op:

De markt voor retail internettoegangsdiensten is de afgelopen 4 kwartalen met ca. 34% in omzet gegroeid. Het aantal inbelminuten op het telefoonnet stagneert echter op het niveau van 2001.

Er wordt op meerdere punten geconstateerd dat de grote groei zich verplaatst naar de partijen die buiten de Randstad en op het platteland actief zijn. Een kabelexploitant als Zeelandnet nadert bijv. een penetratie van 50% van de huishoudens in Zeeland die op de kabel zijn aangesloten en groeide daarmee in enkele kwartalen van 2002 bijna net zo snel als KPN met ADSL.

De groei in de markt vindt in hoofdzaak plaats in de internettoegang via kabelmodems en xDSL-technieken. Voor internettoegang tot een besteding van ca. € 1000 per maand domineren deze technieken naast de klassieke technieken als toegang via het geschakelde telefoonnet.

Andere en opkomende toegangstechnieken zoals toegang via Wireless LAN verbindingen, Satelliet, Glasvezel en mobiele communicatie zijn nog van marginaal belang.

Wel is vaste toegang via Wireless LAN c.q. WiFi op een voor consumenten vergelijkbaar prijsniveau aanbeland als toegang via de kabel of ADSL. Een aantal zelfstandige ISP’s kiest er dan ook voor om met deze techniek zelf toegangsnetwerken te gaan realiseren. Dit is een onverwachte terugkeer van Wireless Local Loops in vermomming.

Op de consumentenmarkt kan er een gelijkwaardigheid worden gezien tussen internettoegang via kabelmodems en DSL als toegangsnet. Aanbieders in dat marktsegment volgen ook elkaars marktbewegingen, zoals het recente verruimen van de maximale bandbreedte en/of datalimieten als de introductie van goedkopere, beperktere abonnement. KPN heeft ADSL Lite evident als reactie ingezet op vergelijkbare succesvolle goedkope aanbiedingen door diverse kabel- exploitanten. De marketing is gestart om het marktsegment dat typisch € 20 – 30 per maand besteed aan internettoegang via de telefoon naar andere netwerken over te halen.

Van die onderlinge substitueerbaarheid is echter geen duidelijke sprake op de klein- en midden- zakelijke markt. De beschikbare gegevens wijzen in één richting: de zakenwereld koos dit jaar voor ADSL en SDSL als belangrijkste toegangstechniek voor een vaste internetaansluiting met hogere capaciteit. Men kiest veel minder voor de kabelplatformen. Dit betekent dat niet zonder meer kan worden gesproken van één breedbandmarkt.

Bovendien loopt de kabelsector het risico een deel van haar reeds bestaande zakelijke aansluitingen te verliezen. De rijksoverheid heeft eind november besloten het contract met

(3)

nl.tree over Kennisnet te beëindigen en de scholen zelf hun ISP te laten kiezen. Het is nog niet duidelijk wat dat perspectief betekent voor de bereidheid van kabelexploitanten om andere ISP’s op haar platform toe te laten die meer gespecialiseerd zijn in dat marktsegment.

Nu kabelmodem en DSL in september 2002 samen het aantal van 1 miljoen aansluitingen zijn gepasseerd lijkt de grootschalige marketing te starten. Een terugblik op de groei van het aantal internetters via de telefoon leert dat het punt van 1 miljoen Internetters via het telefoonnet eind 1998 werd gepasseerd. 1999 was het jaar van de lancering van gratis Internet en agressieve marketing.

Met de lagere prijsstellingen van DSL en het verruimen van capaciteitsgrenzen lijkt de sector zich op een nieuwe marktslag te prepareren. Dat betekent een herdefinitie voor zelfstandige ISP’s van hun marktpositie.

Stratix ziet een vijftal potentiële business concepten voor zelfstandige ISP’s om te reageren op de huidige marktsituatie: “Technologische voorloper”, “Regionale provider concept”,

“Toegevoegde waarde in zakelijke marktconcept”, “Fiber-to-the-Home concepten”, “Wireless- LAN concepten”. In elk van deze richtingen zijn business cases te maken voor zelfstandige ISP’s.

In een dynamische markt als die van Internettoegang is de rol van een regulator als OPTA een lastige. Doorlooptijden van reactieve interventies zijn snel prohibitief. Wel kunnen echter maatregelen worden beoordeeld op hun impact op de concurrentieverhoudingen.

Maatregelen kunnen zowel partijen in hun gedrag remmen, als een nieuwe optie voor het realiseren van een lokale breedbandige verbinding scheppen voor een deel van de zelfstandige ISP’s. Des te meer opties zelfstandige ISP’s hebben, des te sterker hun onderhandelingspositie wordt met netwerkeigenaren.

Jolanda van Bussel Hendrik Rood

(4)

Inhoudsopgave

Management Samenvatting ... 2

Inhoudsopgave ... 4

1 Inleiding ... 6

1.1 Onze aanpak... 6

1.2 Verantwoording en bronnengebruik... 6

1.3 Disclaimer... 7

2 “Foto van de markt” een generiek model... 8

2.1 Generieke model voor netwerktoegangsdiensten ... 8

2.2 Smalband en breedband internettoegang ... 9

2.3 Grootzakelijke markt is een tweede speler ... 10

2.4 Het aantal actieve internetaansluitingen groeit nog steeds ... 10

2.5 Omzetten in de internettoegangsmarkt nemen toe ... 11

2.6 Verkeersgroei op telefoonnet stagneert ... 13

3 Inkoop van toegang via DSL ... 15

3.1 Keten en marktstructuur... 15

3.1.1 Keten ... 15

3.1.2 Toegangsprijzen wholesalemarkt ... 16

3.1.3 Marktstructuur... 16

3.2 Ontwikkelingen in het DSL aanbod tot op heden ... 17

3.3 Nieuwe ontwikkelingen in de DSL-markt ... 19

4 Inkoop van toegang via de kabel ... 21

4.1 Keten en marktstructuur... 21

4.1.1 Keten ... 21

4.1.2 Tarieven ... 23

4.1.3 Marktstructuur... 24

4.2 Ontwikkelingen in het kabel-aanbod tot op heden ... 27

4.3 Nieuwe ontwikkelingen: Internet-toegang via de kabel ... 28

4.3.1 Opzoeken van de minder intensieve gebruiker ... 28

4.3.2 Beperkt animo van MKB en openbreken Kennisnet-contract... 29

4.3.3 Technische vernieuwing en innovatie ... 30

4.3.4 Conclusies ... 31

5 Inkoop van toegang via Telefonieplatform ... 33

5.1 Keten en marktstructuur... 33

5.1.1 Keten ... 33

5.1.2 Toegangsprijzen, verkeersvolumes en omzetten... 34

(5)

5.1.3 Marktstructuur... 36

5.2 Ontwikkeling van het telefonie aanbod... 36

5.3 Nieuwe ontwikkelingen ... 37

6 Nieuwe netwerktoegangstechnieken ... 39

6.1 Inkoop/Aanleg WiFi - Wireless LAN straalverbinding ... 39

6.1.1 Do it yourself model (als substituut) ... 39

6.1.2 Complementair: WiFi als uitbreiding op bestaande toegangsdiensten ... 41

6.1.3 Conclusie... 42

6.2 Glasvezel naar woningen en bedrijven... 43

6.2.1 Ontwikkelingen in de markt voor toegang via glasvezel ... 43

6.2.2 Eigendoms-, inkoop- en exploitatiemodellen... 43

6.2.3 Conclusies ... 45

6.3 Overige toegangstechnieken... 45

6.3.1 Toegang via GPRS... 45

6.3.2 Breedband via Satelliet ... 46

6.3.3 Optische infrarood-verbindingen (Free Space Optics)... 46

6.3.4 Gewone en punt-multipunt straalverbindingen ... 46

7 Overzicht van de markt voor netwerktoegang ... 49

7.1 Netwerktoegang, breedband ... 49

7.1.1 Overzicht toegangsdrempels ... 49

7.1.2 Marktpositie in breedband internettoegang... 51

7.2 Netwerktoegang, smalband ... 52

7.3 Dynamische markteffecten op de vraag naar internettoegang ... 53

8 Business concepten en conclusies ... 54

8.1 Specialisatie en segmentatie... 54

8.2 Business concepten... 56

8.3 Conclusies... 57

(6)

1 Inleiding

Stratix Consulting Group BV is door OPTA verzocht een evaluatie te maken van de keuzes van ISP’s voor netwerktoegangsdiensten (zowel breedband als smalband) en inzicht te bieden in de lange termijn ontwikkeling van deze markt. Deze evaluatie dient te worden verricht volgens begrippen van de internetrapportage van 14 december 2001 van OPTA en NMa. OPTA heeft klachten ontvangen over de keuzes die (zelfstandige) ISP’s ter beschikking staan om

netwerktoegangsdiensten te kopen - deze is naar hun mening te beperkt om een reële business case te bieden.

OPTA heeft om die reden behoefte aan een “foto van de markt” van netwerktoegangsdiensten die ISP’s kunnen inkopen. Daarbij dient aandacht te worden besteed aan de mogelijkheden, de inkoopmodellen die hieraan ten grondslag liggen, de risico’s en de verhoudingen tussen zelfstandige ISP’s en ISP’s die gelieerd zijn aan bedrijven met eigen netwerken. Daarnaast verwacht zij een beeld van de ontwikkelingen in de residentiële ISP-markt.

1.1 Onze aanpak

Om deze vragen te beantwoorden is ervoor gekozen per netwerktoegangstechniek een ‘foto van de markt’ te maken. Deze foto’s worden in Hoofdstuk 2 ingeleid met een generiek model waarin de economische begrippen upstream en downstream worden geïntroduceerd zoals die

voortvloeien uit de internetrapportage van 14 december 2001 van OPTA en NMa. Wij vatten daar ook een totaalbeeld van de internettoegangsmarkt samen met omzetten en de

ontwikkelingen op hoofdlijnen. De daarop volgende hoofdstukken behandelen per netwerktoegangstechniek een analyse van de bedrijfsketen, de marktstructuur en inkoopmodellen en de ontwikkelingen (transformaties) van business modellen voor die toegangstechniek.

De hoofdstukken 3 tot en met 5 beschrijven de markt voor netwerktoegang via resp. xDSL, de kabel en het geschakelde telefoonnet. Dit wordt gevolgd door hoofdstuk 6 waarin de structuur in de markt van nieuwere vormen van netwerktoegang wordt beschreven zoals WiFi, glasvezel- netten, GPRS/UMTS en technieken zoals Satelliet, WLL en optische straalverbindingen.

In hoofdstuk 7 volgt een samenvattende analyse van de markt voor netwerktoegang uitgesplitst in de smalbandmarkt en de breedbandmarkt. Het rapport eindigt met een aantal beleidsopties.

1.2 Verantwoording en bronnengebruik

Voor de gepresenteerde gegevens hebben wij, mede vanwege de relatief korte tijd waarin dit rapport diende te worden opgesteld, vooral geleund op de aanwezige kennis van de markt binnen Stratix. De kwantitatieve gegevens komen uit openbaar geraadpleegde bronnen. Dit zijn met name de operationele gegevens uit de kwartaalcijfers en jaarverslagen van de grotere marktpartijen tot en met het derde kwartaal van 2002. Aan die gegevens hebben wij ook de gegevens getoetst die o.a. door telefonisch marktonderzoek als de Nationale Telecommunicatie Monitor zijn opgegeven.

(7)

Tenslotte is er een interview gehouden met vertegenwoordigers van de brancheorganisatie voor ISP’s, de NLIP. Hierbij is een aantal beelden van de markt vergeleken en is uitgelegd waar naar hun idee de knelpunten in de business cases voor zelfstandige ISP’s zich bevinden.

1.3 Disclaimer

Dit onderzoek is een marktverkenning ten bate van OPTA. Het rapport wordt besproken tijdens een bijeenkomst met de markt en zal daarna breed verspreid worden. Onze oordelen zijn gezien de korte doorlooptijd gebaseerd op onderzoek, ons beste professionele oordeel en op publieke bronnen. Het rapport beschrijft daarbij de stand van zaken in de bedrijfstak en betreft dus geen advies ten aanzien van een specifiek geval of ten behoeve van een bedrijf. Deze rapportage is geen formele marktanalyse, zoals die in de nieuwe EU-richtlijnen is beschreven.

Stratix accepteert daarom geen verantwoordelijkheid voor zakelijke beslissingen t.a.v.

investeringen of strategische koerswijzigingen genomen door een derde partij op basis van dit onderzoek en de daarin gepresenteerde toekomstverwachtingen. Gebruik van dit rapport door een derde voor welk doel dan ook ontslaat die partij niet van het toepassen van eigen controle- onderzoek ter verificatie van de toepasselijkheid van de inhoud van dit rapport voor hun specifieke geval.

(8)

2 “Foto van de markt” een generiek model

Voordat voor diverse vormen van internettoegang een analyse van de ISP markt wordt gegeven achten wij het verstandig om een algemeen beeld en de methodische aanpak te schetsen. Dit hoofdstuk start met een stuk begripsuitleg en een introductie van de economische begrippen upstream en downstream. Deze begrippen wijken namelijk af van de betekenis van de technische begrippen upstream en downstream, die vooral bij de asymmetrische

toegangstechnieken (Kabelmodems en ADSL) worden gehanteerd. Het is van belang dat onderscheid goed in het oog te houden.

In de eerste paragraaf illustreren wij deze begrippen met het generieke model. In de volgende paragraaf wordt een omschrijving gegeven van de breedbandmarkt en de smalbandmarkt conform de door OPTA en NMA gehanteerde definities. De daaropvolgende vier paragrafen geven een algemeen beeld van de ontwikkelingen op de internetmarkt voor het aansluiten van woningen en vestigingen van het midden- en kleinbedrijf. De markt voor internettoegang via huurlijnen en grootzakelijke aansluitingen is niet onderzocht. Om een beter beeld te geven van de markt, worden wel ontwikkelingen beschreven van grootzakelijke partijen die ten behoeve van hun thuiswerkers, filialen en bijkantoren inkopen op de markt voor internettoegang en netwerktoegang.

2.1 Generieke model voor netwerktoegangsdiensten

De economische begrippen upstream en downstream worden op de meest eenvoudige wijze voor een marktpartij gedefinieerd als:

upstream: inkoop, relatie met de leveranciers

downstream: verkoop, relatie met de klant

In een lange waardeketen waarin meerdere partijen achtereenvolgens componenten inkopen, waarde toevoegen en halffabrikaten verkopen zijn deze begrippen sterk afhankelijk van de positie van de marktpartijen in de waardeketen. In de Rapportage Internettoegang van 14 december 2002 heeft een team van OPTA en NMa de positie van ISP’s gekozen als referentiepunt. ISP’s verkopen internettoegangsdiensten aan consumenten en zakelijke gebruikers. Om deze diensten te kunnen aanbieden, dienen ISP’s een aantal diensten te

verwerven, dan wel zelf met eigen middelen te produceren. Naast klassieke inputs als arbeid en kapitaal wordt de upstream markt voor ISP’s in belangrijke mate bepaald door:

• Internet connectivity naar (internationale) backbones

• Peering contracten met andere ISP’s

• Elektriciteit

• Huur van facilitaire ruimte en/of serverparken

• Inkoop van netwerktoegang tussen de faciliteiten van de ISP en de klant

De analyses in dit rapport richten zich primair op de upstream markt voor netwerktoegang in lijn met de internetrapportage. De overige inputs worden verder buiten beschouwing gelaten. In

(9)

figuur 2-1 worden de waardeketens voor de consumenten en zakelijke markt en voor de grootzakelijke markt grafisch weergegeven.

Wij maken in dit stadium nog geen onderscheid tussen retail netwerktoegangsdiensten en wholesale netwerktoegangsdiensten. Dit onderscheid, dat OPTA en NMa maakten in hun internet rapportage, is vooral van belang bij netwerktoegang via het telefoonnet en via xDSL.

Het is een verdere detaillering van de upstream markt voor netwerktoegangsdiensten. In de hoofdstukken die toegang via xDSL en PSTN/ISDN behandelen, zal dit aspect wel worden uitgediept.

Klant ISP Netwerktoegang

Connectivity & peering Elektriciteit

Huur van ruimte etc.

betaling betaling

“Downstream” “Upstream”

Consument/

Zakelijke markt

Netwerktoegang

betaling Groot zakelijke

markt Groot zakelijke

klant

Figuur 2-1 Generiek model voor upstream en downstream internettoegangsdiensten

2.2 Smalband en breedband internettoegang

In dit rapport hanteren we de definities van smalband en breedband internettoegang conform de rapportage internettoegang van OPTA en NMA. Smalband internettoegang heeft betrekking op inbellen via het telefoonnet, breedband internettoegang op toegang via xDSL of de kabel dan wel nieuwe vergelijkbare technieken. Het verschil tussen smalband en breedband is gebaseerd op de doorgiftesnelheid, de prijs (flat rate of niet) en in samenhang daarmee de mogelijkheid om always on te zijn. De kenmerken van smalband zijn, een maximale doorgiftesnelheid van 128 Kbit/s, geen flat rate en in combinatie daarmee niet always on. Bij breedband is de doorgiftesnelheid minimaal 128 Kbit/s en is in principe sprake van een vast bedrag per tijdsperiode, onafhankelijk van het daadwerkelijke gebruik. In de praktijk komen combinaties van de verschillende kenmerken voor, bijvoorbeeld lagere doorgiftesnelheid in combinatie met een flat rate. De verwachting van OPTA en NMA is dat in de toekomst alleen het kenmerk snelheid als onderscheidend criterium tussen smalband en breedband zal overblijven.

(10)

2.3 Grootzakelijke markt is een tweede speler

Netwerktoegang is een “groothandelsmarkt”. Op deze markt zijn twee relevante groepen actief:

ISP’s en het grootzakelijk bedrijfsleven (eventueel in de vorm van inkoopcombinaties). Deze tweede groep koopt netwerktoegang in voor het aansluiten van eigen medewerkers

(thuiswerkplekken), bedrijfsonderdelen (bijkantoren en filialen) of de “leden” van de inkoopcombinatie. De IT-afdeling vervult dan veelal de rol van “Internet provider”. Soms is deze functie echter uitbesteed aan een computerdienstenverlener of een speciaal voor deze functie gecreëerd bedrijf.

Enkele voorbeelden uit de grootzakelijke markt zijn:

• Meerdere universiteiten kopen in hun regio toegang in via de kabel en/of xDSL voor thuiswerkplekken.

• De Nederlandse overheid heeft met nl.Tree een contract gesloten voor de levering van Kennisnet aan de scholen uit het primair en secundair onderwijs.

• SURFnet koopt voor een deel van de bij haar aangesloten instellingen netwerktoegang in via PSTN/ISDN, xDSL en glasvezel naar studentenwoningen.

• Rabobank heeft in augustus 2002 voor Rabonet-2 een contract gesloten met KPN voor o.a.

afname van Epacity Office diensten (≥ 2 Mbit/s symmetrisch) naar haar 1600 filialen.

Kenmerkend voor deze partijen is dat zij voor hun bedrijf, medewerkers of aangesloten instellingen deels de distributieve taak overnemen, die ISP’s vervullen voor de klein- en middenzakelijke markt. Het belang om deze marktpartijen als referentie te beschouwen in de analyse is gelegen in het feit dat een aantal netwerkoperators netwerktoegangsdiensten aanbieden aan zowel ISP’s als aan deze niet bij OPTA geregistreerde grootzakelijke markt- partijen. De groothandelsmarkt voor netwerktoegangsdiensten kent dus meer partijen dan ISP’s.

2.4 Het aantal actieve internetaansluitingen groeit nog steeds

Figuur 2-2 geeft de ontwikkeling aan van het aantal actieve aansluitingen op Internet aan excl.

huurlijnen. Actief betekent dat er tenminste 1 keer per maand contact wordt gelegd met Internet.

Met de uitsluiting van het huurlijnensegment beperkt de figuur zich daarmee tot het

bestedingssegment van ongeveer € 1000 per maand. Dat bedrag is ongeveer de bovengrens voor de duurste (zakelijke) internetaansluitingen via xDSL, de kabel en vaste draadloze toegang.

De totale markt voor internettoegang groeit door in aantal aansluitingen. Zo is er nog steeds toetreding van nieuwe Internetters die gebruik maken van het telefoonnet. Tegelijkertijd is er binnen de markt substitutie zichtbaar van het vaste telefoonnet naar breedbandaansluitingen via diverse technieken.

(11)

Groei in aantal actieve aansluitingen

0 500 1.000 1.500 2.000 2.500 3.000 3.500 4.000 4.500 5.000

apr-99 jun-99

aug-99 okt-99

dec-99 feb-00

apr-00 jun-00

aug-00 okt-00

dec-00 feb-01

apr-01 jun-01

aug-01 okt-01

dec-01 feb-02

apr-02 jun-02

aug-02 okt-02 Maand

aansluitingen (x 1000) .

Figuur 2-2 Groei internetaansluitingen in Nederland vlakt langzaam af

2.5 Omzetten in de internettoegangsmarkt nemen toe

Figuur 2-3 geeft de gemiddelde maandelijkse bestedingen weer die de gebruikers betalen voor internettoegang. Dit bestaat uit de som van de abonnementen die aan ISP’s worden betaald, het minutenverkeer op het telefoonnet en verkeerskosten die sommige ISP’s berekenen. Dit is dus inclusief de basisdiensten die veelal met een abonnement gebundeld worden verkocht (e-mail postbus, toegang tot news-servers, beperkte homepage etc.), maar zonder de vele value added diensten, die afzonderlijk worden afgerekend (firewall’s, routers op locatie, bellen naar een helpdesk etc.). Ook zijn de installatiekosten en eventuele aanschaf van een kabel of DSL- modem niet meegenomen.

In de figuur valt in de laatste twee jaar duidelijk een temporisering te zien in de derde kwartalen (zomermaanden) die minder “tikken” opleveren, en een versnelling van de groei in de

navolgende maanden. Omdat de telefoonverkeersomzet in de eerste 3 kwartalen van 2002 op een vergelijkbaar niveau liggen als in 2001 valt met redelijke zekerheid aan te geven dat de totale bestedingen aan Internettoegangsdiensten dit kwartaal de grens van € 100 Miljoen per maand zullen passeren.

(12)

Bestedingen aan Internettoegangsdiensten

- 20 40 60 80 100 120

jan-98 jul-98 feb-99 aug-99 mrt-00 okt-00 apr-01 nov-01 mei-02 dec-02 jun-03 Kwartaaleinde

Euro's per maand (in miljoenen) .

Figuur 2-3 Bestedingen per maand aan Internettoegang nemen met 34% toe in 20021

De omzetgroei wordt tegenwoordig echter buiten de seizoenseffecten op het telefoonnet volledig gedreven door het verkopen van abonnementen. Zowel door substitutie van “gratis internet bellers” naar “betaalde internet bellers” met een (klein) abonnement, als door de toename van het aantal aansluitingen via de kabel en xDSL. Bij die aansluitingen worden abonnementen verkocht in verschillende verkeers- en tariefklassen.

In de bestedingen is een duidelijke verschuiving te zien van internet via telefonie naar internettoegang via de kabel en xDSL. In 1999 lag de verhouding tussen de bestedingen op respectievelijk 82% aan toegang via telefonie, 17% aan toegang via de kabel en bij benadering 1% aan toegang via xDSL. In het derde kwartaal van 2002 is deze verhouding gewijzigd in 56%

aan telefonie, 29% aan de kabel en 15% aan xDSL. De andere toegangstechnieken (WiFi c.q.

WLL, glasvezel naar woningen, Satelliet etc.) hebben een gezamenlijk marktaandeel qua omzet dat nog onder de 1% ligt. Figuur 2-4 geeft een overzicht van deze verdeling.

1Stratix analyse van de onderliggende, aansluitingen, verkeers- en abonnements-omzetgegevens.

Bedragen zijn exclusief BTW.

(13)

Omzet 3Q99

Inbelverkeer 55%

inbelabonnees 27%

kabel 17%

xDSL

1% Overig

0%

Glas 0%

Omzet 3Q02

Inbelverkeer 39%

inbelabonnees 17%

kabel 29%

xDSL 15%

Glas 0%

Overig 0%

Figuur 2-4 Ondanks sterke groei breedband domineert smalband nog de omzetcijfers2

2.6 Verkeersgroei op telefoonnet stagneert

De statistieken die KPN verstrekt bij zijn kwartaalcijfers en een analyse van de cijfers van voorgaande jaren maken duidelijk dat het verkeersvolume op het vaste telefoonnet bij KPN vrijwel tot stilstand is gekomen (tot september 2002 een groei van 3% op jaarbasis). Het verkeer dat ISP’s onderling uitwisselen op de Amsterdam Internet eXchange (Ams-IX) groeit

daarentegen gewoon door met een kleine factor 3 per jaar.

Internet Verkeer '93 - '02

0,01 0,10 1,00 10,00 100,00

1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 Jaar

Miljarden minuten

0,01 0,1 1 10 100

Petabytes

NL Geschakeld net Verkeer Ams-IX inkomend

Figuur 2-5 Verkeer geschakelde net stagneert, Ams-IX verkeer groeit onveranderd exponentieel Figuur 2-5 geeft de groei weer vanaf 1993 en een prognose op basis van het verloop van de eerste 9 resp. 10 maanden verkeersgegevens over 2002. De groei van het verkeer op de Ams-IX

2Gebaseerd op Stratix analyse van de onderliggende, aansluitingen, verkeers- en abonnements- omzetgegevens. Bedragen zijn exclusief BTW.

(14)

kan grotendeels worden toegeschreven aan het overstappen door steeds meer Internetgebruikers naar breedbandige vaste internettoegang.

Hiermee zijn de hoofdlijnen van de ontwikkelingen in 2002 in de Internetmarkt aangegeven.

Het aantal actieve aansluitingen groeit nog steeds, zij het steeds gelijkmatiger. De verkeersgroei op het telefoonnet stagneert. Zowel door de overstap naar breedband-internettoegang als door de groei van het aantal betaalde abonnementen is er toch een substantiële groei te zien in de

bestedingen per maand. In vergelijking met dezelfde maand vorig jaar is er sprake van een stijging in de bestedingen van ongeveer 34%.

(15)

3 Inkoop van toegang via DSL

In dit hoofdstuk beschrijven wij de huidige situatie op de netwerktoegangsmarkt met de DSL- techniek. Eerst wordt de keten voor deze toegangstechniek geanalyseerd. Daarna schetsen we de marktstructuur voor de inkoopmodellen in dit segment en de ontwikkelingen in de business modellen voor deze toegangstechniek. Dit stramien wordt ook gevolgd in de navolgende hoofdstukken.

3.1 Keten en marktstructuur

3.1.1 Keten

Bij de waardeketen voor DSL wordt een onderscheid gemaakt in retail-toegang en wholesale- toegang. OPTA en NMa definiëren retail netwerktoegang als het afnemen van een

netwerktoegangsdienst van de netwerkeigenaar. Omdat KPN de enige partij is die beschikt over aansluitlijnen3, kan retail netwerktoegang aan ISP’s alleen geleverd worden via KPN of via divisies c.q. dochters van KPN. In de terminologie van de Internetrapportage van OPTA en NMa koopt een ISP die een ADSL dienst afneemt van KPN, ‘retail netwerktoegang’ in. Figuur 3-1 toont de keten en maakt het onderscheid zichtbaar met ‘wholesale netwerktoegang’.

ISP

Klant DSL

Platform

betaling betaling

“Downstream” “Upstream”

Aansluit lijn

240 duizend Enkele tientallen 4 Consumenten

5 Zakelijk 1 (KPN)

ISP DSL

Platform

betaling betaling

Aansluit lijn

Retail

Wholesale

betaling

Klant

Figuur 3-1 xDSL inkoopketen kent twee varianten

Bij ‘wholesale netwerktoegang’ koopt een platformhouder een ontvlochten aansluitlijn (unbundled local loop) in; los of gedeeld met behulp van een splitter. Daar sluit hij zijn DSL-

3Hier is één uitzondering op. Het aansluitnet op en rond Luchthaven Schiphol in handen van Schiphol Telematics. Zeer recent zijn daarop DSL-platformhouders toegelaten.

(16)

platform op aan. Tussen het DSL-platform in de nummercentrales en de ISP’s bevindt zich in de praktijk nog een nationaal transportnet en enige schakelelementen van de platformhouder. Dat transportnet is door sommige partijen zelf aangelegd of wordt (deels) ingehuurd bij derden.

OPTA heeft onlangs in een geschil tussen KPN en BaByXL bepaald dat onderdelen van KPN ook ontvlochten aansluitlijnen van andere onderdelen van KPN afnemen.

3.1.2 Toegangsprijzen wholesalemarkt

Tabel 1 geeft de prijzen weer zoals KPN en OPTA die publiceren voor diverse componenten in de wholesaleketen. Daarnaast staan enkele gangbare retailtarieven voor Internettoegangsdienst van KPN dochter Xs4all en van Planet Internet.

Tabel 3-1 Tarieven van KPN ADSL en ISP-dochters voor toegang via ADSL excl. BTW 4 KPN ADSL ‘retail netwerktoegang’ * KPN ISP’s ‘retail internettoegang’ *

Bitstream access Per maand

Planet Internet per maand

Xs4all per maand

Lite 256/64 kbit/s € 16,76 € 29,33 € 31,05

Basic 512/128 kbit/s € 23,49 € 43,91 € 42,98

Extra 1024/256 kbit/s € 28,53 € 74,08 € 72,35

KPN ULL ‘wholesale netwerktoegang’ *

Ontvlochten aansluitlijnen

Line sharing tarief € 5,60

Aansluitlijn € 13,50 *Bedragen excl. BTW

Tabel 3-1 laat aanzienlijke marges zien tussen de wholesale-prijs en de retailprijs. Het interview met de NLIP-vertegenwoordiging leerde dat een ISP naast de hier weergegeven wholesale prijs ook nog te maken heeft met transportnetkosten. Die kosten zijn geschat op ca. € 8 – 9 per aansluiting. Met eigen inkoop van Internet-connectivity laat dat een paar euro per maand bruto marge over, waaruit een zelfstandige ISP de resterende dienstverlening dient te betalen.

3.1.3 Marktstructuur

Er zijn op dit moment drie DSL-platformhouders die de consumentenmarkt bedienen. KPN, BabyXL (Tiscali) en BBned (Telecom Italia). Daarnaast zijn Versatel, Worldcom en ESI- Ned/Concepts-ICT nog op enige schaal actief als platformhouder. Deze laatste bedrijven bestrijken tot nu toe vooral het zakelijke segment. Versatel brengt echter sinds kort in samenwerking met haar ISP Zonnet een consumentendienst Zon Breedband Family op de markt. Esi-Ned heeft wat resteerde van diverse DSL-aanbieders (o.a. Cistron, Innovara en Novaxess) bij de curatoren gekocht. Aankondigingen van BT Ignite en Enertel over het lanceren van DSL-dienstverlening zijn altijd in dat stadium blijven hangen. Wel hebben die bedrijven voor een aantal platformhouders hun glasvezelkabels tot in de KPN nummercentrales aangelegd en bieden zij transportdiensten aan deze platformhouders.

4Bronnen: KPN Facts & Figures tweede kwartaal 2002, OPTA EDC besluit en website Planet Internet

(17)

Tenslotte zijn er nog twee kleine regionale platformhouders Eager Telecom (Twente) en Plex (regio Venlo), die een handvol centrales hebben uitgerust.

Tabel 3-2 Aantal met DSLAM’s uitgeruste nummercentrales per grote platformhouder 5

Platformhouder

Aantal uitgeruste Nummercentrales 3q02

Marktbereik

% aansluitlijnen

KPN 322 67%

BBned 300 63%

BabyXL ca. 100 ca. 25%

Worldcom beperkt ?

Versatel 160 35%

COLT Telecom ca. 45 ca. 10%

ESI-ned ca. 120 ca. 29%

KPN heeft bij de presentatie van haar derde kwartaalcijfers aangegeven haar ADSL-platform in 2003 te willen uitbouwen tot een bereik van 85% van haar aansluitlijnen in Nederland. Dat vereist uitbouw naar ruim 500 hoofdverdelers. Aangezien het totale aantal hoofdverdelers in Nederland ruim 1300 beloopt, zal verder opvoeren van het bereik aanzienlijk meer opstelpunten vereisen dan de eerste ruime driehonderd die het bedrijf nu heeft gerealiseerd. De meeste DSL- platformhouders hebben ervoor gekozen om de meest attractieve nummercentrales qua aantallen aansluitlijnen eerst te realiseren. Alleen BBned volgt KPN en gaf eind augustus aan om door te gaan met uitbreiding tot ca. 400 rond de jaarwisseling.

3.2 Ontwikkelingen in het DSL aanbod tot op heden

Figuur 3-2 maakt de marktverhoudingen zichtbaar in het aanbod van DSL op de Nederlandse markt. Het is duidelijk dat KPN ADSL voor het toepassen van deze netwerktoegangstechniek het dominante platform is. KPN Carrier Services levert 209 duizend ontvlochten aansluitlijnen aan haar zuster divisie (KPN Broadband) voor het KPN ADSL-platform.

Buiten dit aantal heeft KPN in de loop van ruim 2 jaar na het verlenen van toegang tot de hoofdverdeler 31 duizend stuks aan derden geleverd, d.w.z. krap 15% van het totaal aantal ontvlochten lijnen. In Europees perspectief is dat een hoog percentage. Het is vergelijkbaar met Finland en bevindt zich alleen achter de 21% van Denemarken. In andere Europese landen heeft de gevestigde aanbieder altijd meer dan 90% van de DSL-aansluitingen geleverd.6 De penetratie van DSL is in Nederland echter laag. Nederland is volgens het DSL Forum uit de top 20 van hun DSL-wereldranglijst gezakt.

5Bronnen: kwartaalverslagen en schattingen in samenspraak met NLIP-leden

6ECTA DSL Scorecard. ECTA meldt KPN als bron maar rapporteert iets afwijkende getallen van KPN’s financiële kwartaalverslagen. Die laatsten worden in dit rapport gebruikt.

(18)

0 50 100 150 200 250 300

3q02 2q02 1q02 4q01 3q01 2q01 1q01 4q00 3q00

Kwartaal

# xDSL lijnen (x 1000) .

- Planet Internet ADSL (* 1,000) - Xs4all ADSL (*1,000) - Wholesale KPN ADSL (*1,000) - # unbundled loops (*1,000)

Bron: KPN facts & figures

Figuur 3-2 Een beperkt aantal DSL-aansluitingen wordt niet door KPN geleverd Volgens taxaties van marktpartijen zijn zo’n 18 duizend aansluitlijnen ontvlochten voor BBned en worden de overige 13 duizend verdeeld over BabyXL (Tiscali), Versatel, Worldcom, COLT, ESI-Ned en de kleine regionale partijen.

Tabel 3-3 Afname van DSL in het MKB verzevenvoudigd in één jaar

Type aansluiting juli 2001 Juli 2002

MKB ADSL 9.500 62.000

MKB SDSL 4.500

Consument ADSL 62.000 136.000

Totaal 71.500 202.500

Bron: Infolook IRC7

Tabel 3-3 laat de verdeling in de markt zien van de ADSL-lijnen over het MKB en de Consumentenmarkt, zoals gepubliceerd in de Nationale Telecommunicatie Monitor (NTM).

Wat duidelijk opvalt is het forse percentage aansluitingen van het MKB en de opmars van SDSL, een aanbod dat qua prijsstelling duidelijk gericht is op zakelijk gebruik.

Een onderzoek van de diverse aanbiedingen voor zakelijke Internettoegang over DSL geven prijzen aan tussen € 299 en € 1200 per maand. Voor het MKB wordt veelal een hogere kwaliteit geboden voor een aanzienlijk hogere prijs. Het belangrijkste onderscheid bevindt zich daarbij in de overboekingsratio. Ligt die voor Consumenten ADSL typisch rond de 1:40 (basic) resp. 1:25 (extra), voor zakelijke diensten worden overboekingen gehanteerd van 1:10, 1:4 of 1:1.

Dankzij de uitgebreide rapportage van KPN over de gang van zaken in de DSL-markt is het goed mogelijk om een schatting te maken van de omzetten. Wat direct opvalt is dat de ISP’s die

7Infolook enqueteerde de gebruikers (ca. 1000) voordat KPN zijn kwartaalcijfers publiceerde. Volgens KPN bedroeg het totaal aantal DSL-lijnen zelfs 217 duizend stuks.

(19)

toegang verwerven via de andere DSL-platformhouders een fors deel van de omzet realiseren voor retail internettoegang via DSL. Dat wordt veroorzaakt door hun sterkere gerichtheid op de kleinzakelijke markt (SDSL en ADSL) die een hogere inkomstenstroom per aansluiting bied.

Dit is grafisch weergegeven in figuur 3-3.

De kleine dip in het derde kwartaal van 2001 had als oorzaak het verdwijnen van een ISP annex platformhouder (Cistron Telecom). De activiteiten van Novaxess en Inovara zijn, voorzover ons bekend, voortgezet door ESI-Ned en daarom meegenomen in de omzetgrafiek van retail- toegangbieders. Ook is er een bedrag aan retail internettoegang toegerekend voor one-stop-shop diensten waarbij aanbieders telefonie, datacommunicatie en internettoegang over DSL in één bundel verkopen.

Omzetten per maand in de DSL-markt in de afgelopen twee jaar

M€ 0,0 M€ 2,0 M€ 4,0 M€ 6,0 M€ 8,0 M€ 10,0 M€ 12,0

4q00 1q01 2q01 3q01 4q01 1q02 2q02 2q03

Kwartaal

Miljoenen Euro

KPN ADSL netwerktoegang KPN line sharing & MDF access

Retailomzet ISP's op KPN Platform Retailomzet ISP's op andere DSL-platforms

Figuur 3-3 Hogere afzetprijzen bij MKB stuwt omzet ISP’s buiten KPN-platform8 Tot nu toe wordt slechts op beperkte schaal wholesale-capaciteit verkocht aan grootzakelijke gebruikers. Een aantal universiteiten is met BabyXL in zee gegaan, SURFnet heeft een contract gesloten met BBned. Daarnaast heeft KPN een separaat platform in de markt gezet onder de naam Epacity Office, een datacommunicatieplatform dat deels gebruik maakt van DSL- technieken in het aansluitnet en dat volgens NLIP-vertegenwoordigers ook is aangeboden aan ISP’s.

3.3 Nieuwe ontwikkelingen in de DSL-markt

De introductie van “ADSL Lite” door KPN zorgt voor een versnelde overstap van gebruikers die nu nog internettoegang verkrijgen via het telefoonnet naar ‘flat rate’ internet. Het prijsniveau van ca. € 30 excl. BTW boort een tweede marktsegment aan na de ‘early adopters’ en SOHO-

8Stratix analyse op basis van KPN kwartaalverslagen

(20)

markt (Small Office Home Office). Het is duidelijk dat dit product meer op de consumenten- markt mikt en dat het is gepositioneerd tegenover vergelijkbare aanbiedingen die sinds eind 2001 door kabelexploitanten zijn gelanceerd. Door Versatel en Zonnet is een met het “Lite”

product qua prijsstelling concurrerend product in de markt gezet.

Door een aantal zelfstandige ISP’s, dat op nationale schaal een fors klantenbestand aan de onderzijde van de MKB-markt bedient, wordt geconstateerd dat sinds de lancering van “ADSL Lite” klanten bij bosjes overstappen. Deze klanten maakten tot nu toe vooral gebruik van PSTN/ISDN inbeldiensten. Het Lite-product is voor hun een attractief alternatief. Dit gedrag in de markt deed zich niet in substantiële mate voor toen kabelexploitanten vergelijkbare

producten lanceerden.

Tegelijkertijd heeft KPN aangekondigd per 1 januari 2003 de maximale bandbreedte van de bestaande producten ADSL basic en ADSL extra met 50% te verhogen. Deze aankondigingen volgen een eerdere capaciteitsverhoging van concurrerende platformhouder BabyXL. Tenslotte is er een verdergaande uitrol aangekondigd van de ADSL dienstverlening door KPN. In hoe- verre de andere platformhouders dit gaan navolgen is onduidelijk. Hiermee start een verder- gaande standaardisatie en schaalvergroting van de ADSL-dienstverlening.

Wanneer op de schets van de markt uit de vorige paragrafen wordt teruggeblikt, kan een aantal voorlopige conclusies worden getrokken:

1. Het gebruik van ADSL groeit sterkt, zowel onder consumenten als onder het MKB. Met name bij het MKB begint een sterke voorkeur voor de ADSL-techniek te ontstaan.

2. KPN is zeer dominant in de ADSL-markt. De eigen ISP’s zijn veruit de grootste partijen op het KPN ADSL-platform. Het aanbod van ontvlochten lijnen neemt toe, maar is buiten de lijnen voor eigen KPN onderdelen nog beperkt tot 15 % van het totale aantal DSL-lijnen.

3. Met ADSL Lite wordt zowel een tweede stuk van de consumentenmarkt aangeboord als ook het onderste segment van de MKB markt. Hiermee wordt een scherpe concurrentie met toegang op de smalbandmarkt aangegaan.

(21)

4 Inkoop van toegang via de kabel

In dit hoofdstuk beschrijven wij in analogie met hoofdstuk 3 de situatie op de breedbandige netwerktoegangsmarkt met gebruikmaking van de kabelmodemtechniek.

4.1 Keten en marktstructuur

4.1.1 Keten

Bij netwerktoegang via kabelmodems maken we onderscheid tussen vier verschillende waardeketens. De meest zichtbare waardeketen in lijn met de Internetrapportage is die waar alleen sprake is van retail internettoegang (retail internettoegang 1). Kabelbedrijven bezitten in deze keten hun eigen ISP, of er is sprake van een ISP bestuurd door dezelfde moeder.

Voorbeelden zijn Chello, @Home, Wanadoo, Multikabel en Kabelfoon. Andere kabelbedrijven werken met nauw gelieerde ISP’s (gedeeltelijke aandelenparticipaties) bijv. Zeelandnet en Delta Nutsbedrijven en Nutsbedrijven Maastricht (63.7% Essent) en @Home (100% Essent).

Daarnaast blijken veel kabelbedrijven ook retail netwerktoegang te leveren aan derden, maar veelal onder beperkende voorwaarden (retail netwerktoegang 2). Voorbeelden van marktpartijen die toegang hebben verkregen tot het kabelnet zijn grootzakelijke klanten uit de onderwijs- sector. Onder andere de universiteiten in Groningen, Twente, Nijmegen, Wageningen, Eind- hoven en Maastricht, hebben netwerktoegang verworven voor het aansluiten van hun mede- werkers en studentenwoningen bij resp. Essent Kabelcom, UPC en Nutsbedrijven Maastricht.

Het bekendste voorbeeld uit de tweede categorie is het bedrijf nl.tree, dat voor het leveren van Kennisnet retail netwerktoegang heeft verkregen op veel kabelnetten. De aandelen van nl.tree zijn in handen van zeven kabelexploitanten. Figuur 4-1 toont de keten in deze twee gevallen en maakt het onderscheid zichtbaar.

ISP Kabelmodemplatform

betaling

Kabelnet spectrum

Grootgebruikers (universiteiten) (Kennisnet/nl.tree)

Kabelmodem platform

betaling

Kabelnet spectrum Kabelmaatschappijen

Medewerkers studenten scholieren scholen

Klant

aantal Kabelmaatschappijen

ISP’s van de kabel

“Downstream” “Upstream”

Retail Internettoegang

Retail Netwerktoegang 1

2

Figuur 4-1 Waardeketens voor retail internet- en netwerktoegang op het kabelnet Naast retail netwerktoegang voor grootzakelijke gebruikers blijken diverse kabelbedrijven ook netwerktoegang aan ‘third party ISP’s’ te leveren (retail netwerktoegang 3). In het verleden

(22)

heeft het bedrijf Quicknet (van de Finse operator Sonera) bij diverse kabelnetten als ISP opgetreden. @Home vervult een vergelijkbare rol bij COGAS (Almelo e.o.). Bij UPC acteert alleen op de Alkmaarse kabel nog een third party ISP. Naast UPC levert ook Essent Kabelcom retail netwerktoegang aan ISP’s.

Op het Rotterdamse kabelnet van Eneco was zelfs tijdelijk sprake van twee ISP’s (bART en Quicknet). Dat dit technisch mogelijk was, had te maken met de keuze van dit kabelnet voor apparatuur van Com21. Com21 modems passen een fabrikantspecifieke techniek toe die intern gebruik maakt van ATM (net als DSL-platforms) en daarom verkeersscheiding eenvoudig mogelijk maakt. Recent heeft Kabel Noord (Dokkum e.o., Friesland), dat eveneens over een Com21-platform beschikt, aangekondigd naast internet retaildiensten van Chello (UPC) ook

@Home (Essent) te gaan leveren over haar kabelnet.

Alle voorgaande vormen van netwerktoegan, betreffen i.p.v. laag 2 of 3 (de datalink resp.

netwerklaag) van het OSI-model9. Bij de laatste vorm van netwerktoegang die is gevonden, wordt toegang verleend tot het radiospectrum op het kabelnet (retail netwerktoegang 4). Dit is toegang op laag 1 van het OSI-model (de fysieke laag),. De keten laat zien dat in dit geval de ISP niet alleen toegang heeft tot het kabelnet maar ook zelf de eigenaar is van het kabelmodem- platform. Dit model is vooral populair bij gemeenten en stichtingen die zelf nog exploitant zijn van kabelnetten. Vaak wordt hiervoor een lokale/regionale ISP aangezocht. Voorbeelden uit deze categorie zijn: Betuwenet – Huissen, Netvisit – Veendam, Cable4U – Culemborg &

Hattem, CuCi – Brunssum, IAE – Waalre. Ook Kabelfoon van CAI Westland opereert volgens dit model buiten het gebied waar de moederstichting zelf de kabel exploiteert.

ISP Kabelmodemplatform

betaling

Kabelnet spectrum

aantal Kabelmaatschappijen

ISP’s op de kabel

Klant

ISP Kabelmodemplatform

betaling

Kabelnet spectrum Kabelmaatschappijen ISP op de kabel

Klant

betaling betaling

“Downstream” “Upstream”

Retail Netwerktoegang

Retail Netwerktoegang 3

4

Figuur 4-2 Op kleine netten zijn zelfstandige ISP’s actief met toegang tot het radiospectrum

9Het zeven lagen model voor Open Systems Interconnect van de International Standards Organisation is een wijd en zijd gebruikte architectuur voor datacommunicatienetten. De onderste drie lagen: fysieke laag, datalink laag en netwerk laag zijn in het vraagstuk over internettoegang tot de kabel relevant.

(23)

Er is in Nederland geen marktpartij actief die net als verscheidene DSL-platformhouders

verkeersaggregatie- en transportdiensten aanbiedt aan ISP’s. Daarom kan er geen marktpartij als wholesale netwerktoegangsaanbieder worden aangemerkt in lijn met de Internetrapportage.

Men zou in lijn met het OSI-lagen model keten 1 kunnen duiden als retail toegang op de netwerklaag van het OSI-model, keten 2 en 3 als retailtoegang op de datalinklaag van het OSI- model en keten 4 als retailtoegang op de fysieke laag van het OSI-model.

Veel in Nederland populaire leveranciers van kabelmodem-platforms10 hebben een technische integratie gerealiseerd van de datalinklaag en de netwerklaag in de apparatuur voor het ontvangststation van de kabel. Dit heeft een keuze voor het businessmodel van één ISP per kabelnet sterk bevorderd en veel kabelexploitanten doen opteren voor de oplossing geschetst in keten 1 of 4. Alleen het veel gebruikte Com21-platform biedt een relatief éénvoudige verkeers- scheiding tussen meerdere ISP’s. Dit is dan ook het platform dat is ingezet door kabel-

exploitanten die meerdere ISP’s toegang verlenen of zowel een ISP als zakelijke gebruikers tegelijk over één platform van toegang voorzien.

4.1.2 Tarieven

Openbare prijsinformatie over netwerktoegangstarieven is moeilijk te vinden, omdat de groothandelsprijzen die kabelexploitanten afgeven veelal onder een non-disclosure gaan.

Zoals hierboven beschreven, worden deze contracten primair gesloten met het oog op de zakelijke markt en de thuiswerkplek. Hiervoor wordt de volgende constructie gehanteerd. Een werkgever/organisatie koopt de dienst in met een hogere kwaliteitsgarantie dan die van de ISP- retaildienst voor consumenten (hogere maximale bandbreedte en betere doorvoercapaciteit, beveiligd virtueel privé net van woning tot bedrijf etc.). Hiervoor wordt dan ook een hogere prijs per aansluiting betaald dan de medewerker/consument ziet. De werkgever verstrekt de kabelmodem-aansluiting echter tegen een lager tarief dan het consumentenabonnement, d.w.z.

met een werkgeverssubsidie. Aangezien veel werkgevers nog met terugbelmodems werken of telefoonrekeningen e.d. vergoeden (en dus kosten maken bij Internetgebruik door hun

medewerkers) is dit een werkbaar business model.

De enige prijs die Stratix kon vinden, is afkomstig van Priority Telecom, de UPC-dochter die dit soort diensten onder de naam Interkabel aanbiedt over UPC-netwerken. Deze wordt vergeleken met alternatief aanbod in de DSL-markt in tabel 4-1. Door de verschillen in overboeking worden hier al snel appels met peren vergeleken. De tabel maakt echter duidelijk dat het tarief niet duur is, maar dat je met zo’n tarief ook geen prijsbrekende dienst in de markt zet, gericht op de meer prijsbewuste consument.

10Voorbeelden hiervan zijn o.a. Deltakabel/Lucent en Cisco.

(24)

Tabel 4-1 Netwerktoegangstarieven Priority Interkabel, KPN ADSL en BBned vergeleken 11

‘Netwerktoegangsprijzen kabel en DSL’

Netwerkexploitant Bandbreedte Overboeking Tarief

(excl. BTW)

Priority Interkabel 2048 kbit/s downstream 1:16 € 32,77

BBned Variant 3 2048/512 kbit/s 1:25 € 45,38

KPN ADSL Extra 1024/256 kbit/s 1:40 € 28,53

4.1.3 Marktstructuur

In dezelfde periode dat Internettoegang via de kabel populair werd is de kabelindustrie in Nederland op grote schaal geconsolideerd. Er zijn drie grote kabelexploitanten (UPC, Essent en Casema). Daarna volgen middelgrote exploitanten als Multikabel, Delta (Zeeland),

COGAS/KMTO (rond Almelo), Nutsbedrijven Maastricht en CAI Westland met meer dan 50 duizend huishoudens. Daarnaast is er nog een aantal gemeenten en regio’s waar zelfstandig een kabelnet wordt geëxploiteerd.

De drie grote kabelexploitanten investeren op dit moment niet of nauwelijks in het retour- geschikt maken van de kabelnetten voor het leveren van internettoegang, wel sluiten zij nog nieuwe internetabonnees aan. Essent Kabelcom heeft dit voorjaar een investeringspauze aangekondigd t.a.v. het retourgeschikt maken van haar kabelnetten en verbouwt nu slechts zeer mondjesmaat. Het bedrijf remt sterk af nadat zij ca. 1 miljoen van haar 1,7 miljoen aansluitingen geschikt heeft gemaakt. UPC is in surseance en kan daardoor weinig nieuws ondernemen. Ook Casema is aan het reorganiseren en drukt de kosten.

Chello van UPC bereikt als marktleider met 294 duizend consumenten-aansluitingen ca. 12,1%

van de aangesloten kabel-TV abonnees op de UPC-netten en de andere kabelnetten die Chello als ISP voeren. Casema volgt met een bereik van ruim 10% van al haar aangesloten huis- houdens. Essent@Home sluit de rij wat dit aspect betreft met 9,5% kabelmodems per

kabelnetaansluiting in haar dekkingsgebied. @Home beoogt eind 2002 het abonneebestand op 200 duizend te brengen, wat een penetratie van 11% inhoudt voor de door dit bedrijf bediende kabelnetten.

11Bronnen: KPN Fact & Figures tweede kwartaal 2002, OPTA EDC besluit en website Planet Internet

(25)

Kabel Internet in Nederland

0 100.000 200.000 300.000 400.000 500.000 600.000 700.000 800.000 900.000

dec-96 mrt-97

jun-97 sep-97

dec-97 mrt-98

jun-98 sep-98

dec-98 mrt-99

jun-99 sep-99

dec-99 mrt-00

jun-00 sep-00

dec-00 mrt-01

jun-01 sep-01

dec-01 mrt-02

jun-02 sep-02 Kwartaaleinde

Aantallen aansluitingen Overigen

NL.tree Rendo de Kooi Kabelfoon Multikabel Zeelandnet Casema Essent@Home UPC

Figuur 4-3 UPC en Essent@Home controleren samen 60% van de kabelinternet aansluitingen

De hoogste dichtheid aan kabelinternetaansluitingen in de gebieden die zij bedienen wordt niet behaald door de grote 3 kabelexploitanten (UPC, Essent en Casema) en hun gelieerde kabel- internet-dochters, maar de drie daarna volgende exploitanten: Multikabel, Zeelandnet en Kabelfoon.

Zeelandnet noteerde deze zomer 62 duizend abonnees op een kabelnet van 146 duizend aansluitingen12. Deze ISP benadert daardoor in hoog tempo 50% penetratie van de bekabelde huishoudens. Het bedrijft stelt op haar homepage dat zij een marktaandeel heeft van ca. 90%

van de Zeeuwse Internet(toegangs)markt. Eind 2001 lanceerde Zeelandnet een najaarsactie met een prijsbrekend aanbod. Meer dan een verdubbeling in ruim 6 maanden was het resultaat, wat hen tot de snelste groeier maakt in 2002. Dit is een zeer intrigerende ontwikkeling, omdat volgens De Digitale Economie 2001 (CBS) de provincie Zeeland in ’98, 99 en 2000 steeds tot de regio’s behoorde met het laagste aantal huishoudens met toegang tot Internet (34% in juni 2000).

Kabelfoon is door recente uitbreidingen met de netten van Berghem (SKBG) en Gouda (REKAM) teruggezakt tot iets meer dan 20% gerealiseerde aansluitingen van het aantal

huishoudens in de kabelnetten waar zij actief is. Multikabel nadert eind 2002 de grens van 20%

van de huishoudens. Met zo’n 60% van de huishoudens actief op Internet betekenen dergelijke cijfers forse marktaandelen met betrekking tot de consumentenmarkt. Tabel 4-2 geeft een opsomming van ISP’s en op welke kabelnetten zij actief zijn en hun aandeel in de markt voor retail internettoegang via de kabel.

12Bron: informatiewebsite Delta nutsbedrijven. http://www.delta.nl/index.php?page=7

(26)

Tabel 4-2 ISP’s actief op de kabel

Platformhouder Toegang tot kabelnet van:

Marktaandeel kabelinternet Chello/Priority UPC, Kabel Noord, Harderwijk, Alkmaarse Kabel 37%

@Home Essent Kabelcom, COGAS, Nutsbedrijven Maastricht, Kabel Noord*, Rendo *

22%

Wanadoo Casema 17%

Zeelandnet Delta-Nutsbedrijven 9%

Multikabel Multikabel 7%

Kabelfoon CAI Westland, ONS Schiedam, Harderwijk, Zevenbergen, Ijsselstein, Albrandswaard, Gouda (REKAM), Loenen a/d Vecht, Doorn, Berghem (St.

Kabel-TV Brabant-Gelderland), Malden, Rhoon, H-I Ambacht, Pijnacker

5%

De Kooi Rendo 1%

Nl.tree Ca. 9350 Kennisnet-aansluitingen via de kabel 1%

Overigen <1%

OKEM OKEM/Haldenberge

IAE Waalre

Netvisit Veendam

Cable4U Tebecai Culemborg & Hattem

Introweb COGAS, Essent (Twente)

Bedrijven @ Maastricht Nutsbedrijven Maastricht

Betuwenet Huissen

Totaal Aantal aansluitingen 3Q02 793 duizend

*Vanaf Eind 2002 is hier @Home beschikbaar

Dient eind 2002 het kabelnet te ontruimen

Hirschmann-Herfindahl index = 2326

Op een aantal kabelnetten is nog steeds sprake van de aanwezigheid van meer dan één ISP. Dit is onder meer het geval in Harderwijk (Chello en Kabelfoon), binnen enkele weken bij Kabel Noord (Chello en @Home) en in Twente. In Harderwijk hebben beide ISP’s eigen apparatuur ingezet (ketenmodel 4), bij Kabel Noord en in Twente gaat het om toegang tot een kabel- modemplatform (ketenmodel 3).

De ISP Introweb uit Twente heeft onder beperkende voorwaarden toegang tot de kabel op de netten van COGAS en Essent in die regio (zie ook het kader). Deze beperkingen zijn

vergelijkbaar met de wijze van toegang die Essent verkoopt aan o.a. universiteiten. De beperkingen volgen uit een exclusiviteitsbeding van @Home. Doordat @Home op de consumentenmarkt in haar onderhandelingen in 1998 exclusiviteit heeft geëist, komt de dubbelslag van een aparte ISP voor de Consumentenmarkt en één voor de zakelijke markt wel vaker voor (bijv. bij Nutsbedrijven Maastricht). Ook UPC heeft de zakelijke markt

doorgeschoven naar Priority Telecom. Dat bedrijf heeft samen met Multikabel onder de naam Broadband Office een apart gepositioneerde Internet retailtoegangsdienst in de markt gezet.

(27)

4.2 Ontwikkelingen in het kabel-aanbod tot op heden

Lang niet alle aansluitingen via kabelmodems voldoen aan het gestelde criterium ten aanzien van de minimaal benodigde snelheid voor breedband toegang van minimaal 128 Kbit/s. . Aanbieders zoals Casema, Kabelfoon, Cuci/Brunssum.net en Rendo - de Kooi hebben nog substantiële aantallen Deltakabel DEMOS-modems in bedrijf, die een theoretische snelheid van 155 kbit/s, maar een praktische snelheid van 20 tot 30 kbit/s, hebben. Dit is vergelijkbaar met een analoog modem op het PSTN. Daarnaast bieden diverse kabel ISP’s een goedkope internet- toegangsdienst aan waarbij de bandbreedte is beperkt.

Volgens directeuren de Goede van Casema en Verbree van Kabelfoon kiest nog steeds ca. 80%

van hun klanten voor de goedkope kabeldiensten met een beperkte snelheid. Zij bieden dan ook met hun moderne kabelmodems ‘Basic’ diensten met gemaximeerde bandbreedtes vergelijkbaar met hun oude DEMOS-modems. Casema heeft het maximum van de Basic-dienst in de loop van 2002 echter al verhoogd van 64 kbit/s naar 150 kbit/s.

Andere kabelnet ISP’s kiezen bij hun goedkope abonnementen voor een volumelimiet (een maximaal aantal MegaBytes of GigaBytes verkeer per maand) en bieden daarbij wel een hogere bandbreedte aan. Figuur 4-5 geeft de omzetten weer aan retail internettoegang van de kabelnet ISP’s, waarbij een onderscheid is gemaakt tussen omzet van toegang met een bandbreedte lager dan 150 Kbit/s (lage bitrate) en hoger dan 150 Kbit/s (hoge bitrate).

Zijn er ook Cable Access abonnementen voor particulieren?

Wegens een voorwaarde in het contract tussen @Home en Essent is het voor IntroWeb helaas niet mogelijk om Internet via de kabel aan particulieren te leveren. Het is wèl mogelijk uw werknemers Kabel Internet te bieden. Neem contact op met IntroWeb en vraag naar de mogelijkheden.

Naar verwachting zal de OPTA op termijn eisen dat ook de kabel-markt geliberaliseerd wordt, waardoor ook IntroWeb rechtstreeks aan particulieren kan leveren. Om hierover geïnformeerd te worden, kunt u lid worden van de mailinglist.

Bron: Veel gestelde vragen over Cable Access, Introweb

(28)

Maandomzet internettoegang via de kabel (zonder Kennisnet)

0 5 10 15 20 25 30

31-dec-96 31-dec-97

31-m rt-98

30-jun-98 30-sep-98

31-dec-98 31-m

rt-99 30-jun-99

30-sep-99 31-dec-99

31-m rt-00

30-jun-00 30-sep-00

31-dec-00 31-m

rt-01 30-jun-01

30-sep-01 31-dec-01

31-m rt-02

30-jun-02 30-sep-02 kwartaaleinde

Miljoenen Euro

Hoge bitrate aanbod Lage bitrate aanbod

Figuur 4-4 Omzet Retail Internettoegang via de kabel bereikt € 27,6 miljoen per maand

Op dit moment worden door veel kabelmodem- en DSL-platformhouders de maximale

bandbreedtes verhoogd.Echter andere aanbieders verhogen juist de volumelimiet. Ophogen van de bandbreedte betekent dat een steeds groter deel van het aanbod voldoet aan alle door OPTA en NMa gestelde criteria voor breedband toegang. Wanadoo Cable Broadband Basic, dat in 2002 van 64 kbit/s is opgehoogd tot 150 kbit/s, bevindt zich op de grens. Wanneer Casema snel haar resterende oude DEMOS modems saneert, dan verdwijnt het overgrote deel van het lage bitrate aanbod van de kabel. Essent saneert de komende maanden de tienduizend kabelmodems van Rendo De Kooi, door de verwijdering van De Kooi van het Rendo-kabelnet dat Essent in 2000 heeft gekocht.

Met deze saneringen verdwijnt de eerste technologische generatie van de kabelnetten, en zijn vrijwel alle aansluitingen aan te merken als technisch geschikt voor hoge bitrate breedband- diensten.

4.3 Nieuwe ontwikkelingen: Internet-toegang via de kabel

4.3.1 Opzoeken van de minder intensieve gebruiker

Gezien het veel hogere bereik van de diverse kleinere kabelexploitanten kan worden gesteld dat een ambitieus, maar realistisch businessplan voor een kabelexploitant nu inzet op een markt met 40 – 50% internetaansluitingen in 2005.. Dit is in lijn met de huidige resultaten van Zeelandnet en bijv. Kabelfoon in het Westland.

Het lanceren van een “Lite” aanbod, waarmee prijstechnisch de minder intensieve internetter wordt aangetrokken, heeft zeker een rol gespeeld in het succes van Zeelandnet en Kabelfoon.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: APPS EN INSTELLINGEN.. FOTO’S EN

1e toer: ​brei boordsteek, terwijl er steken samen gebreid worden in boordsteek boven de kabel, brei de naald uit = 46 steken. Brei verder tot de

Alhoewel het vaste net door middel van ADSL-2+ technieken en opvolgers op termijn wel degelijk de enige echte concurrent van kabel op de omroepmarkt wordt zal dit op de korte

Trends markt voor retail internettoegang (excl. huurlijnen).. • Verschuiving

Hierboven werd reeds verwezen naar het TNO-rapport ‘Gebruik analoge televisie door digitale kabelabonnees’ en het gegeven dat, vooral door de aanwezigheid van een tweede toestel

Statistisch gesproken neemt de kans dement te worden echter niet veel toe als een van de ouders het is, van 5 naar nog geen 10 procent, maar door statistiek laten de worried

Er wordt vaak in bodems gewerkt waar radar niet een duidelijk beeld kan scheppen van de ondergrond (klei-, veenbodem met/of hoog grondwaterpeil). Het is sneller, betrouwbaarder

Het is vooral van belang om de structuur in te richten om de partijen te beschermen en tegelijk de autonome aanpassing te stimuleren (Williamson, 1979, p. Door de hoge