Risicotaxatie en risicomanagement
Dr. Eric Blaauw
Lector Verslavingskunde r.w.blaauw@pl.hanze.nl
Risicotaxatie
MET EEN BEPAALDE TAXATIEWIJZE
– Klinische blik, algoritmisch of gestructureerd klinisch oordeel – Met instrument van bepaalde kwaliteit
VOORSPELLEN VAN RISICO OP CRIMINEEL GEDRAG – Algemeen of specifiek (geweld, zeden of beide)
– Van bepaalde aard (met/zonder geweld/zeden of letsel SO) – Over een bepaalde periode (2, 5 of 10 jaar)
BIJ EEN BEPAALDE DELICTPLEGER
– Met bepaalde persoonskenmerken (leeftijd, etniciteit, geslacht) – Met een bepaald indexdelict (algemeen, geweld, zeden)
IN EEN BEPAALDE SITUATIE
– Op een bepaald moment (bij PJ onderzoek of voor/tijdens/na behandeling/detentie) – Onder bepaalde condities (in vrijheid/kliniek/TBS, met/zonder toezicht, met/zonder zorg)
Risicotaxatie
MET EEN BEPAALDE TAXATIEWIJZE
– Klinische blik, algoritmisch of gestructureerd klinisch oordeel – Met instrument van bepaalde kwaliteit
VOORSPELLEN VAN RISICO OP CRIMINEEL GEDRAG
– Algemeen of specifiek (geweld, zeden of beide)
– Van bepaalde aard (met/zonder geweld/zeden of letsel SO) – Over een bepaalde periode (2, 5 of 10 jaar)
BIJ EEN BEPAALDE DELICTPLEGER
– Met bepaalde persoonskenmerken (leeftijd, etniciteit, geslacht) – Met een bepaald indexdelict (algemeen, geweld, zeden)
IN EEN BEPAALDE SITUATIE
– Op een bepaald moment (bij PJ onderzoek of voor/tijdens/na behandeling/detentie) – Onder bepaalde condities (in vrijheid/kliniek/TBS, met/zonder toezicht, met/zonder zorg)
Taxatiewijze
• Klinische blik: Zonder instrument voorspelen van risico. Dit kan echt niet meer
• Algoritmische methode: strikt werken volgens een algoritme met een instrument. Bijvoorbeeld VRAG, Static-99, Stable-2007
• Gestructureerd klinisch oordeel: Gebruik maken van een gestructureerd
professioneel risicotaxatie-instrument ter ondersteuning van het klinisch gewogen eindoordeel. Bijvoorbeeld RISc, SVR-20, Fare, HKT-R, HCR-20v3
Historisch Klinisch Toekomst
Justitiële voorgeschiedenis Probleeminzicht Overeenstemming afspraken
Schending van voorwaarden Psychotische symptomen Wonen
Leeftijd eerste veroordeling Verslaving Financiën
Type slachtoffer Impulsiviteit Werk
Netwerkinvloeden Antisociaal gedrag Vrije tijd
Gedragsproblemen voor 12e Vijandigheid Sociaal netwerk
SO geweld in jeugd (tot 18 jaar) Sociale vaardigheden Stresserende omstandigheden
Hulpverleningsgeschiedenis Zelfredzaamheid
Arbeidsverleden Meewerken aan behandeling
Verslavingsverleden Verantwoordelijkheid delict
Instabiliteit m.b.t. wonen Coping vaardigheden
Instabiliteit m.b.t. financiën Schending voorwaarden en afspraken Arbeidsvaardigheden Beïnvloeding netwerkleden HKT-R totaalscore Categorie 0 - 42 Laag 43 - 54 Matig 55 of hoger Hoog
FARE
Statische risicofactoren Dynamische risicofactoren
S1 Leeftijd eerste politiecontact D1 Disfunctioneren opleiding/werk S2 Aantal eerdere en huidige veroordelingen D2 Financieel wanbeleid
S3 Diversiteit (dreigend) delictgedrag D3 Delinquent sociaal netwerk S4 Regelovertredend gedrag in het verleden D4 Beperkte vrijetijdsbesteding
S5 Instabiliteit opleiding/werk in het verleden D5 Problematische (ex-)partnerrelatie S6 Problematisch middelengebruik in het verleden D6 Instabiliteit woonsituatie
D7 Problematisch middelengebruik D8 Gebrekkige impulsbeheersing D9 Disfunctionele oplossingsvaardigheden D10 Antisociale houding D11 Regelovertredend gedrag 0-4 Zeer laag 9,3% 5-9 Laag 23,5% 10-11 Matig 35,3% 12-16 Hoog 45,4% 17-24 Zeer hoog 56,8%
Taxatiewijze - Opmerkingen
• Instrumenten vereisen niet dat iemand is veroordeeld en kunnen dus ook bij pro Justitia rapportage worden ingezet
• Instrumenten zijn breed inzetbaar, dus ook wanneer niet een stoornis is vastgesteld • Instrumenten vereisen dat informatie wordt verzameld over verleden en afgelopen
(half)jaar (en toekomst)
Keuze voor taxatiewijze
• Veel discussie over vraag of algoritmische methode beter is of Gestructureerd Klinisch Oordeel (GKO)
• Algoritmisch is transparanter en verifieerbaar
• GKO is flexibeler, neemt persoonlijke omstandigheden mee en sluit meer aan bij werkwijze van rechter
Meta analyses
Conclusie was dat algoritmische instrumenten het veel beter doen dan GKO instrumenten. Maar in Nederland deed de SVR-20 het beter dan in andere landen en was die beter dan oude Static (de Vogel et al., 2004)
Taxatiewijze - Problemen
• AUC geeft de kans weer dat een willekeurige recidivist hoger scoort dan een willekeurige niet-recidivist
• AUC vanaf .80 wordt meestal gezegd dat dit goed is. Dat haalt geen van de instrumenten
– Static-99R: In Nederlands onderzoek .74 voor seksuele recidive en .71 voor gewelddadige recidive (Smid, Kamphuis, Wever & van Beek, 2014). Internationaal lagere AUC.
– HKT-R in Nederland .78 over twee jaar en .63 over vijf jaar (Bogaerts, Spreen, van der Horst & Gerlsma, 2017).
• Belangrijk is dat laagscoorders ook kunnen recidiveren en dat hoogscoorders niet altijd recidiveren. Bij instrumenten zijn hoge scores en lage scores meestal redelijk
voorspellend, maar vormen de middenscores vaak een probleem
Risicotaxatie
MET EEN BEPAALDE TAXATIEWIJZE
– Klinische blik, algoritmisch of gestructureerd klinisch oordeel – Met instrument van bepaalde kwaliteit
VOORSPELLEN VAN RISICO OP CRIMINEEL GEDRAG – Algemeen of specifiek (geweld, zeden of beide)
– Van bepaalde aard (met/zonder geweld/zeden of letsel SO) – Over een bepaalde periode (2, 5 of 10 jaar)
BIJ EEN BEPAALDE DELICTPLEGER
– Met bepaalde persoonskenmerken (leeftijd, etniciteit, geslacht) – Met een bepaald indexdelict (algemeen, geweld, zeden)
IN EEN BEPAALDE SITUATIE
– Op een bepaald moment (bij PJ onderzoek of voor/tijdens/na behandeling/detentie) – Onder bepaalde condities (in vrijheid/kliniek/TBS, met/zonder toezicht, met/zonder zorg)
Crimineel gedrag - Instrumenten
Static-99R voorspelt nieuwe aanklacht of veroordeling voor nieuw
seksueel of gewelddadig delict binnen 5 of 10 jaar
HKT-R voorspelt gewelddadige recidive (ernstige recidive) binnen 5 jaar
Crimineel gedrag - opmerkingen
• Voorspellingen worden meestal beter als brede gedragingen worden voorspeld en slechter als specifieke gedragingen worden voorspeld. Probleem van de baserate
• Specifieke instrumenten zijn vaak beter voor voorspelling binnen specifieke groep (vrouwen, huiselijk geweld, stalking, enz.)
– Exhibitionisten 33% (20% - 67%) – Verkrachters 19% (8% - 36%)
– Pedoseksuelen jongens 21% (3% - 43%) – Pedoseksuelen meisjes 13% (10% - 43%) – Incestplegers 4% (1% - 21%)
• Bij recidive is er een verschil tussen aanklacht en veroordeling
• Instrumenten voorspellen ernst van geweld niet en evenmin risico op letsel bij het slachtoffer • Instrumenten geven geen richting aan de aard van de recidive
Risicotaxatie
MET EEN BEPAALDE TAXATIEWIJZE
– Klinische blik, algoritmisch of gestructureerd klinisch oordeel – Met instrument van bepaalde kwaliteit
VOORSPELLEN VAN RISICO OP CRIMINEEL GEDRAG
– Algemeen of specifiek (geweld, zeden of beide)
– Van bepaalde aard (met/zonder geweld/zeden of letsel SO) – Over een bepaalde periode (2, 5 of 10 jaar)
BIJ EEN BEPAALDE DELICTPLEGER
– Met bepaalde persoonskenmerken (leeftijd, etniciteit, geslacht) – Met een bepaald indexdelict (algemeen, geweld, zeden)
IN EEN BEPAALDE SITUATIE
– Op een bepaald moment (bij PJ onderzoek of voor/tijdens/na behandeling/detentie) – Onder bepaalde condities (in vrijheid/kliniek/TBS, met/zonder toezicht, met/zonder zorg)
Delictplegers - Instrumenten
Static-99R voor volwassen mannen die zijn aangeklaagd of veroordeeld voor tenminste één seksueel delict jegens een identificeerbaar slachtoffer.
Vooral gebaseerd op Noord-Amerikaanse delictplegers. Instrument niet voor vrouwen, jeugdigen, kinderporno downloaders.
HKT-R voor volwassen mannelijke plegers van geweldsdelicten en mannelijke
patiënten met psychotische kwetsbaarheid, persoonlijkheidsstoornissen of beide stoornissen. Vooral gebaseerd op TBS populatie.
Fare bij volwassen cliënten die vanwege (dreigend) delictgedrag in een forensische polikliniek worden behandeld.
Vooral gebaseerd op populatie de Waag. Wat betekent dit voor bijvoorbeeld SGVLG of verslavingszorg of RIBW?
Risicotaxatie
MET EEN BEPAALDE TAXATIEWIJZE
– Klinische blik, algoritmisch of gestructureerd klinisch oordeel – Met instrument van bepaalde kwaliteit
VOORSPELLEN VAN RISICO OP CRIMINEEL GEDRAG
– Algemeen of specifiek (geweld, zeden of beide)
– Van bepaalde aard (met/zonder geweld/zeden of letsel SO) – Over een bepaalde periode (2, 5 of 10 jaar)
BIJ EEN BEPAALDE DELICTPLEGER
– Met bepaalde persoonskenmerken (leeftijd, etniciteit, geslacht) – Met een bepaald indexdelict (algemeen, geweld, zeden)
IN EEN BEPAALDE SITUATIE
– Op een bepaald moment (bij PJ onderzoek of voor/tijdens/na behandeling/detentie) – Onder bepaalde condities (in vrijheid/kliniek/TBS, met/zonder toezicht, met/zonder zorg)
Risicotaxatie in een bepaalde situatie-1
• Vanuit Static-99R is 5-jaars recidiverisico voor zedendelict – 29.5% bij routinematige afname
– 38% geselecteerd voor behandeling zeden (56% geweld) – 60% bij hoog risicogroep zoals TBS (75% geweld)
• Lastig is dus dat risico’s verschillen per setting.
• Is dit niet vreemd als dynamische (veranderbare) factoren geen deel uitmaken van de Static-99R?
• Voor pro Justitia rapporteurs en rechters betekent dit dat deze moeten kijken naar cijfers per setting.
Risicotaxatie in een bepaalde situatie-2
• Instrumenten zeggen niets over welke behandeling wordt gegeven. Zou na behandeling het recidiverisico niet juist lager moeten zijn?
– Dus bevatten instrumenten niet precies de verkeerde dynamische kenmerken? – Zijn goede risicotaxatie-instrumenten niet gedoemd om precies het verkeerde te
voorspellen omdat de ingrepen de voorspelling om zeep helpen?
• Voorspellingen worden moeilijker als het voorspelde gedrag zeldzaam is • Instrumenten zeggen niets over de volgende situaties:
– Met/zonder toezicht
Risicotaxatie in de praktijk
• Bij hoog risico is het risico op recidive met een zedendelict binnen 5 jaar:
– Voor de rechtszitting 15-29.5%,
– bij aanmelding voor zedenbehandeling 38%
– bij oplegging TBS 60%
• Welk besluit neemt een rechter/behandelcoördinator/PJ rapporteur bij een risico van 38% en wat bij 60%?
Conclusies uit dit alles
• Instrumenten zijn breed inzetbaar, ook zonder veroordeling en bij afwezigheid van een stoornis
• Instrumenten hebben matige discriminerende waarde en over de basis is veel op te merken. De instrumenten hebben dus matige kwaliteit
• Voorspellingen worden beter naarmate beter wordt herkend dat iemand tot een hoog risicogroep behoort
• Instrumenten leiden slechts tot algemene voorspellingen (verder onderzoek op specifieke groepen daders en omstandigheden is noodzakelijk)
Vragen
• Laten we iemand recidiveren of proberen we dat tegen te gaan? Het gaat toch om risicomanagement in plaats van risicotaxatie? Dus focus op dynamische factoren • Moeten we dan risicotaxatie niet anders inrichten met vooral ook input van de
RISICOTAXATIE WORDT OVERGEWAARDEERD