• No results found

VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE IN 2017 IN DE GEMEENTE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE IN 2017 IN DE GEMEENTE"

Copied!
19
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEIT VAN

VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE IN 2017 IN DE GEMEENTE

Reimerswaal

Plaats : Kruiningen

Gemeentenummer : 0703 Onderzoeksnummer : 293291 Datum onderzoek : 4 juli 2017 Datum vaststelling : 24 oktober 2017

(2)

Pagina 2 van 19

(3)

VOORWOORD . . . 5

1 INLEIDING . . . 7

2 VVE IN DE GEMEENTE REIMERSWAAL . . . 9

3 CONCLUSIES. . . 16

4 REACTIE VAN DE GEMEENTE. . . 17

INHOUDSOPGAVE

(4)

Pagina 4 van 19

(5)

In de periode 2007-2012 heeft de Inspectie van het Onderwijs een landelijke bestandsopname uitgevoerd naar de kwaliteit van voor- en vroegschoolse educatie (vve). Daarna is het signaalgestuurde toezicht op vve in werking getreden.

Het signaalgestuurde toezicht vve begon eind 2013 met het versturen van digitale vragenlijsten naar de 315 gemeenten. Voor de 37 grote gemeenten is er tot en met 2015 een apart monitortraject. Na de monitor zijn we ook in deze gemeenten gestart met het signaalgestuurd toezicht.

Op basis van een analyse van de digitale vragenlijsten is besloten om in gemeenten waar risico’s ten aanzien van de uitvoering van de wettelijke vve- verplichtingen lijken te bestaan, een onderzoek uit te voeren. Het onderzoek is uitgevoerd in 2017. Dit rapport beschrijft in hoeverre de gemeente Reimerswaal in 2016-2017 voldoet aan de eisen ten aanzien van vve en welke veranderingen hebben plaatsgevonden ten opzichte van de bestandsopname.

De hoofdinspecteur primair onderwijs en speciaal onderwijs, dr. A. Jonk

VOORWOORD

(6)

Pagina 6 van 19

(7)

Dit rapport is het verslag van een onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs naar het gemeentelijke beleid ten aanzien van voor- en vroegschoolse educatie (vve) in de gemeente Reimerswaal in 2016-2017.

De aanleiding van het onderzoek is het mogelijk bestaan van risico’s ten aanzien van het voldoen aan wettelijke eisen ten aanzien van voor- en vroegschoolse educatie in deze gemeente.

De basis van het onderzoek is een digitale vragenlijst die de gemeente heeft ingevuld. Wij hebben deze vragenlijst geverifieerd aan de hand van de aangeleverde documenten en de toelichting daarop in een gesprek met

betrokkenen van de gemeente. Vervolgens hebben wij de eisen met betrekking tot het vve-beleid beoordeeld en de veranderingen ten opzichte van de

bestandsopname in 2012 in beeld gebracht.

Het signaalgestuurde toezicht op de vve-locaties maakt nog geen deel uit van dit onderzoek. Wij zijn na de zomer van 2015 gestart met het signaalgestuurde toezicht op vve op de locaties. De signalen van de GGD zijn leidend om te bepalen welke peuterspeelzalen en kinderdagverblijven met voorschoolse educatie worden bezocht.

Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten:

• Analyse van de beantwoorde digitale vragenlijst in relatie tot de bevindingen tijdens de bestandsopname.

• Analyse van aanvullend opgevraagde informatie in relevante beleidsdocumenten van de gemeente.

• Intern overleg met het team Kinderopvang over GGD-toezicht in de gemeente.

• Een gesprek met de betrokken beleidsambtenaar over het vve-beleid van de gemeente.

• Beoordeling van vve-beleid van de gemeente Reimerswaal.

Als basis voor de beoordeling gelden de beoordelingscriteria toezichtkader voor- en vroegschoolse educatie voor gemeenten, zoals die te vinden zijn op:

www.onderwijsinspectie.nl > onderwijssectoren > voor- en vroegschoolse

INLEIDING 1

Onderzoeksopzet

Toezichtkader

(8)

educatie.

Hoofdstuk 2 geeft een beeld van het vve-beleid op gemeentelijk niveau. Daar wordt ingegaan op de ontwikkeling van de gemeente sinds de bestandsopname (paragraaf 2.1). Tenslotte geven wij in dit hoofdstuk een oordeel over het gemeentelijke vve-beleid (paragraaf 2.3). Hoofdstuk 3 bevat de conclusies over het vve-beleid in de gemeente Reimerswaal. In hoofdstuk 4 wordt de gemeente uitgenodigd om kort te reflecteren op onze bevindingen en zo mogelijk aan te geven welke kwaliteitsontwikkelingen hieraan verbonden worden.

Opbouw rapport

Pagina 8 van 19

(9)

De gemeente Reimerswaal heeft een digitale vragenlijst ingevuld. Op basis van de antwoorden hebben wij mogelijke risico’s gesignaleerd ten aanzien van het voldoen aan wettelijke eisen betreffende voor- en vroegschoolse educatie.

De digitale vragenlijst levert informatie over:

• wel of geen afspraken van de gemeente met de schoolbesturen en de houders over de doelgroepdefinitie, toeleiding, doorgaande lijn en resultaatafspraken;

• het bereik;

• de veranderingen bij de aspecten ouderbeleid, integraal vve-programma, externe zorg en interne kwaliteitszorg;

De beoordeling van het gemeentelijke beleid is gebaseerd op de digitale vragenlijst, opgevraagde gemeentelijke beleidsdocumenten, eventuele aanvullende informatie en het gesprek met de gemeente (zie paragraaf 2.3).

Bij de beoordeling wordt gewerkt met een vierpuntsschaal:

1. Staat in de kinderschoenen: verbeteringen zijn dringend nodig.

Deze kwalificatie geeft aan dat echt iets verbeterd dient te worden.

2. Enigszins ontwikkeld: verbeteringen zijn nodig

Deze kwalificatie geeft aan dat het wenselijk is dat iets verbeterd wordt.

3. Voldoende

4. Goed ontwikkeld: een voorbeeld voor anderen.

Deze kwalificatie geeft aan dat dit aspect in orde is, en wel op een zodanige manier dat anderen hiervan kunnen leren.

De gemeente Reimerswaal spant zich zichtbaar in om de OKE-wet naar behoren tot uitvoering te brengen. Dit kan de gemeente niet alleen, daar zijn vele andere instanties en (samenwerkings)partners eveneens actief bij betrokken.

Zo heeft de gemeente opnieuw (net als in 2011-2014) een externe instantie de opdracht gegeven om het meerjarenplan vve op te stellen. In dit plan worden de beleidsvoornemens met betrekking tot vve weergegeven voor de periode

2015-2019. Jaarlijks worden hier de activiteitenplannen van iedere kern binnen de gemeente van afgeleid.

De uitwerking en voortgang van alle verbeterpunten, die naar voren kwamen tijdens het onderzoek naar kwaliteit van vve in de gemeente in 2012, zijn onder andere verwerkt in deze activiteitenplannen voor- en vroegschoolse educatie. Dit heeft er in geresulteerd dat een aantal verbeterpunten uit het rapport van 2012

VVE IN DE GEMEENTE REIMERSWAAL 2

Ontwikkeling van vve in de gemeente Reimerswaal sinds de bestandsopname

2.1

(10)

nu niet meer als zodanig beschouwd worden en in orde zijn. Dit geldt voor de volgende indicatoren: 1a2, 1a3, 1a4, 1a7, 1a8 en 1a9.

De indicator 1a4 blijft, net als in 2012, ook in 2017 een verbeterpunt.

Verderop in het rapport geven wij een toelichting.

• Definitieve rapportage VVE monitor Reimerwaal

• Activiteitenplan 2016 VVE Reimerswaal

• Eindrapportage 2016 VVE Reimerswaal

• Samenwerkingsovereenkomst doelgroep en toeleiding 2012

• Bijlage 1 samenwerkingsovereenkomst doelgroep en toeleiding 2012

• Processchema samenwerkingsovereenkomst doelgroep en toeleiding 2012

• Aangepast processchema samenwerkingsovereenkomst doelgroep en toeleiding OSR 2016

• Beschikkingen 2016 kinderopvangorganisaties, die binnen Reimerswaal VVE aanbieden

• Verslag OOR (LEA), waarin de VVE monitor is besproken (02-02-2017)

In deze paragraaf geven wij onze bevindingen weer over het gemeentelijke vve- beleid. Per domein is beschreven op welke punten wij het gemeentelijk beleid en uitvoering als voldoende (‘3’) beoordelen, waar nog verbeterpunten worden gezien, zowel zonder (‘2’) als met (‘1’) afspraken en op welke punten wij de gemeente als een voorbeeld voor anderen zien (‘4’).

Wij baseren onze bevindingen op de uitkomsten van de verificatie van de digitale vragenlijst door middel van documentenanalyse en gesprekken met de vertegenwoordiger van de gemeente. Waar de bevindingen van de inspectie afwijken van het beeld uit de digitale vragenlijst van de gemeente wordt dit vermeld en onderbouwd.

Lijst met de vve-documenten die de gemeente Reimerswaal heeft aangeleverd

2.2

Het gemeentelijk vve-beleid 2.3

HET GEMEENTELIJK VVE-BELEID 1 2 3 4

• 1A1 Definitie doelgroepkind

1A2 Bereik 1A3 Toeleiding

1A4 Ouders

Pagina 10 van 19

(11)

'1' Verbeterpunten met een afspraak

Er zijn geen indicatoren als verbeterpunt met een afspraak beoordeeld.

'2' Verbeterpunten

1a4 Ouders (art. 15i WOT, lid 1b):

Er is op gemeentelijk niveau geen specifieke regie op ouderbetrokkenheid. De gemeente heeft wel met de verschillende kernen afgesproken dat er per kern maatwerk geleverd mag worden op het gebied van ouderbetrokkenheid. Deze algemene afspraak is echter te vrijblijvend. Het ontbreekt, naast een gedegen analyse van de ouderpopulatie, aan concrete doelen en te verwachten resultaten op het gebied van ouderbetrokkenheid op gemeentelijk niveau. Hier liggen dan ook kansen voor de gemeente.

De gemeente heeft jeugdgezondheidszorg wel de opdracht gegeven om de reden van niet-deelname van ouders, ondanks een vve-indicatie, specifieker in kaart te brengen. En hierdoor beter zicht te krijgen op de behoeften en

mogelijkheden van de ouderpopulatie. Zicht op de ouderpopulatie (analyse) is een voorwaarde, om vervolgens gericht ouderbeleid op te kunnen zetten.

HET GEMEENTELIJK VVE-BELEID 1 2 3 4

• 1A5 Integraal vve-programma

1A6 Externe zorg

1A7 Interne kwaliteitszorg van de voor- en vroegscholen 1A8 Doorgaande lijn

1A9 Resultaten

1B Vve-coördinatie op gemeentelijk niveau

1C Systematische evaluatie en verbetering van vve op gemeentelijk niveau

DE VVE-CONDITIES 1 2 3 4

• 2A GGD-rapport

2B Gemeentelijk subsidiekader

(12)

'3' Voldoende

1a1 Definitie doelgroepkind (art. 167 WPO, lid 1a, 1):

De gemeente hanteert haar eigen, brede doelgroepdefinitie. Deze brede definitie staat echter op het punt om op bepaalde punten te worden herzien binnen de gemeente Reimerswaal. De gemeente is namelijk van mening dat vve voor bepaalde problematiek niet het beste en/of passende aanbod hoeft te zijn.

Samen met partners is zij dan ook in overleg hoe deze groep peuters mogelijk op een andere wijze passende zorg kan krijgen. Het gaat dan vooral om peuters met motorische en sociaal emotionele problematiek.

De brede doelgroepdefinitie is destijds Zeeuws breed ingevoerd. Echter, sinds 1 januari 2017 heeft Zeeuws-Vlaanderen de doelgroepdefinitie verengd. Binnen de Oosterschelderegio is de definitie op moment van schrijven nog niet verengd, maar zijn wij met de partners in overleg , met namen over de gevolgen van de verenging. De resultaten van Zeeuws-Vlaanderen worden hierbij meegenomen, zij dienen voor de gemeente Reimerswaal als pilot.

1a2 Bereik (art. 166WPO):

Feitelijk zijn er nu te weinig kindplaatsen (2016: 104) binnen de gemeente, als we uitgaan van de brede doelgroepdefinitie en het aantal geïndiceerde

doelgroeppeuters (2016: 154).

Desondanks blijkt in de praktijk dat lang niet alle kindplaatsen bezet zijn (2016:

73).

Maar, zoals bij 1a1 beschreven, zal de brede doelgroepdefinitie zeer

waarschijnlijk worden herzien. Dit zal tegelijkertijd minder kindplaatsen met zich meebrengen. Om die reden waarderen wij punt 1a2 nu toch als 'voldoende'.

1a3 Toeleiding (art. 167, lid 1a, 2):

Het toeleidingstraject is sinds vorig jaar veranderd binnen de gemeente Reimerswaal. De pedagogisch medewerkers van de peuterspeelzalen en kinderdagverblijven hebben een signaleringsfunctie. Het indiceren gebeurt nu door jeugdgezondheidszorg (JGZ).

De gemeente heeft zicht op het non-bereik. Daarin valt op dat een groot aantal beschikbare kindplaatsen niet bezet wordt in de praktijk. Vooral peuters uit reformatorische gezinnen en peuters van arbeidsmigranten maken opvallend minder gebruik van vve. Dit is ook de reden dat de gemeente flink heeft geïnvesteerd in het realiseren van reformatorische peuterspeelzalen, om op die manier deelname aan de voorschoolse educatie te vergroten. Daarnaast heeft de

Pagina 12 van 19

(13)

gemeente aan jeugdgezondheidszorg de opdracht gegeven om de reden van niet-deelname aan vve, terwijl er wel een indicatie ligt, nog specifieker in kaart te brengen.

1a5 Integraal vve-programma:

Alle vve-locaties werken met een vve-programma dat voldoet aan artikel 5 van het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie. Tevens heeft de gemeente afspraken vast gelegd over het gebruik van een observatiesysteem voor het volgen van de brede ontwikkeling van peuters. In eerste instantie maakten zowel de voor- als de vroegscholen gebruik van hetzelfde observatie- instrument. Ondanks dat de gemeente zich inzet dat ook alle vroegscholen gebruik maken van hetzelfde observatiesysteem, zijn diverse voorscholen voornemens om naar een ander observatiesysteem over te stappen.

1a6 Externe zorg (art. 15i WOT, lid 1d):

De gemeente beschikt over een heldere zorgstructuur voor peuters en ook de procedures voor aanmelding van doelgroeppeuters is helder vastgelegd en gecommuniceerd met de vve-instellingen.

Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) en jeugdgezondheidszorg spelen een belangrijke rol in die zorgstructuur.

Voor de vroegscholen zijn onder andere de schooladviesteams (SAT's) van belang binnen de zorgstructuur. Er vinden daarnaast, indien nodig, overleggen plaats binnen Sociale teams. Deze laatste overleggen gaan dieper in op de 'overstijgende' problematiek binnen bijvoorbeeld het gezin, en dus niet alleen op vve. Er loopt nu een pilot met jeugdprofessionals. Deze jeugdprofessionals worden deels door de gemeente en deels door de scholen zelf gefinancierd. Deze opzet heeft vooral een preventieve insteek binnen de zorgstructuur.

1a7 Interne kwaliteitszorg voor- en vroegscholen (art. 151 WOT, lid 1e):

De gemeente heeft afspraken gemaakt over de wijze waarop de vve-instellingen hun eigen kwaliteit evalueren, verbeteren en borgen. Er vinden structureel kerngroepoverleggen plaats in iedere kern, waar zowel de voor- als de

vroegschool en andere betrokken instanties bij aanwezig zijn. Iedere kern legt de afspraken vast in een borgingsdocument. Dit document wordt regelmatig geëvalueerd en aangepast. Elke kerngroep heeft tevens een eigen

activiteitenplan. De gemeente ontvangt de jaarverslagen. Er liggen echter kansen om op het gebied van vve om duidelijkere afspraken en specifiekere eisen te stellen aan de wijze van verantwoording en de inhoud van de

jaarverslagen. De kwaliteit van de jaarverslagen verschilt namelijk onderling in kwaliteit.

(14)

1a8 Doorgaande lijn (art. 167 WPO, lid 1a, 3 en WOT art. 15i, lid 1f):

Er zijn heldere afspraken gemaakt met de vve-instellingen en schoolbesturen over de warme overdracht van kindgegevens van voor- naar vroegschool. Die zijn in 2012 vastgelegd in de 'Samenwerkingsovereenkomst VVE' binnen gemeente Reimerswaal. Alle voorscholen maken verder gebruik van hetzelfde registratie- observatiesysteem. Hier heeft de gemeente afspraken over gemaakt met de voorscholen. Het borgingsdocument van iedere kerngroep speelt een belangrijke rol in de onderlinge afspraken tussen voor- en vroegscholen wat betreft de doorgaande lijn.

1a9 Resultaten (art. 167 WPO, lid 1b):

Met de betrokken VVE-locaties (voor- en vroegschools) zijn resultaatafspraken gemaakt. Betrokkenen vanuit de voorscholen én de vroegscholen hebben meegedacht en meegepraat om op Zeeuws niveau tot deze resultaatafspraken te komen.

De afgelopen jaren (vanaf 2012) is Zeeuws breed gewerkt aan het ontwikkelen van een VVE-monitor, waarmee de ambities en resultaten gevolgd kunnen worden en in beeld wordt gebracht of het gevoerde VVE-beleid het gewenste effect heeft.

De resultaten van de monitor (gericht op de situatie in Reimerswaal) zijn onlangs in de LEA besproken, maar hebben nog niet geresulteerd in bijgestelde resultaatafspraken met de voor- en vroegscholen. Voorlopig zijn daarom de huidige resultaatafspraken nog van kracht.

1b vve-coördinatie op gemeentelijk niveau (art. 167 WPO):

Veel rondom de coördinatie van de uitvoering van vve heeft de gemeente belegd bij een externe partij. Deze externe partij stelt bijvoorbeeld het meerjarenplan vve voor de gemeente Reimerswaal op en levert een vve-coördinator aan.

De gemeente laat zich regelmatig en op vaste momenten informeren in overleggen. Hierdoor heeft zij zicht op de stand van zaken, maar zij moet haar regie- en sturende rol daarbij niet uit het oog verliezen.

Wij vinden dat (structureel) overleg voeren niet in alle gevallen hetzelfde is als het voeren van de regie en het coördineren van de uitwerking van het vve- beleid. De wisseling binnen de bezetting van beleidsambtenaren, die

verantwoordelijk zijn voor vve, in de laatste 2 jaar, speelt hier mogelijk ook een rol in.

Tot slot is de externe partij ook een belangrijke aanbieder van vve-activiteiten binnen het meerjarenplan vve. In de rol van aanbieder vinden wij het

opmerkelijk dat de externe partij tegelijk een belangrijke rol in de systematische evaluatie en verbetering van vve op gemeentelijk niveau (1c) speelt. In feite evalueert de aanbieder (deels) zijn eigen activiteiten en stelt daarna

Pagina 14 van 19

(15)

het verbeterplan op. In onze ogen kan de gemeente door deze werkwijze de objectiviteit van de evaluatie niet altijd even goed waarborgen.

1c Systematische evaluatie en verbetering van vve op gemeentelijk niveau:

De gemeente evalueert jaarlijks het vve-beleid en/of de afspraken met partners over de uitvoering van vve. De bevindingen worden vastgelegd in een

rapportage, inclusief de verbeterpunten. Bij punt 1b hebben wij al opgemerkt dat wij het opmerkelijk vinden dat de externe partij een grote rol speelt in de evaluatie van vve, maar ook in het formuleren van verbeterpunten en het opstellen van actieplannen. Het blijft belangrijk om als gemeente scherp te blijven op de regierol. Zeker bij het opstellen van nieuwe doelen voor de aankomende planperiode op het gebied van vve.

'4' Voorbeeld voor anderen

Er zijn geen indicatoren als voorbeeld voor anderen beoordeeld.

(16)

De inspectie heeft op het niveau van de gemeente het beleid voor de voor- en vroegschoolse educatie in de gemeente Reimerswaal beoordeeld. Dit vanwege mogelijke risico’s ten aanzien van de uitvoering van wettelijke eisen betreffende voor- en vroegschoolse educatie.

De oordelen zijn gebaseerd op de antwoorden in de vragenlijst. De antwoorden van de gemeente zijn geverifieerd in een gesprek met de beleidsambtenaar.

Conclusies gemeentelijk vve-beleid

Diverse verbeterpunten uit het rapport van 2012, zoals het bereik, toeleiding, de doorgaande lijn, de resultaten, vve-coordinatie en de interne kwaliteitszorg, zijn nu als 'voldoende' beoordeeld. Hieruit blijkt dat het vve-beleid van gemeente Reimerswaal verbeterd is ten opzichte van het onderzoek in 2012.

De gemeente Reimerswaal spant zich dan ook zichtbaar in om de OKE-wet naar behoren tot uitvoering te brengen. Toch zien wij nog wel kansen voor verder verbetering.

Zo is er nog geen sprake van specifieke regie op ouderbetrokkenheid, bijvoorbeeld door de aanwezigheid van ouderbeleid met analyse en concrete doelen.

Verbeterafspraken Geen

Verbeterpunten 1a4.

Voldoende oordelen

1a1, 1a2, 1a3, 1a5, 1a6, 1a7, 1a8,1a9, 1b, 1c, 2a en 2b.

Voorbeelden voor anderen geen

Vervolgafspraken:

Niet van toepassing.

CONCLUSIES 3

Pagina 16 van 19

(17)

Dit rapport beschrijft de oordelen van de inspectie over de kwaliteit van de voor en vroegschoolse educatie in gemeente Reimerswaal.

Daarnaast hebben wij de gemeente gevraagd haar eigen kwaliteit te beoordelen en dat samen met de oordelen van de inspectie te vertalen naar de

ontwikkelingsrichting van het vve-beleid.

Hieronder geeft de gemeente haar reactie:

Het is voor de gemeente Reimerswaal belangrijk dat alle kinderen in de gemeente hun talenten zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen en de kans krijgen op een goede start in de samenleving en op school. Daarom investeert de gemeente al jaren veel in voor- en vroegschoolse educatie (vve).

De eerste bestandsopname in het kader van vve heeft plaatsgevonden in 2012.

Op dat moment stond het vve-beleid in onze gemeente nog in de

kinderschoenen. Het rapport, wat naar aanleiding van deze eerste opname door de Inspectie is opgesteld, was voor ons een goede leidraad om te bepalen welke actiepunten aangepakt moesten worden en hoe we het beleid konden

vormgeven. In de afgelopen jaren is samen met het onderwijs én de voorschoolse partners hard gewerkt om het beleid aan te scherpen en te

verbeteren. Wij zijn blij dat dit op een groot aantal punten in het rapport van de Inspectie uit 2017 tot uitdrukking komt.

Het rapport geeft echter voor de gemeente Reimerswaal ook verbeterpunten aan op het gebied van resultaten, ouderbetrokkenheid en verbetering van vve- coördinatie op gemeentelijk niveau. Grotendeels kunnen wij ons vinden in deze verbeterpunten die in het inspectierapport zijn aangegeven.

Resultaten

Met de betrokken vve-locaties (voor- en vroegschools) zijn resultaatafspraken gemaakt. Betrokkenen vanuit de voorscholen én de vroegscholen hebben meegedacht en meegepraat om op Zeeuws niveau tot deze resultaatafspraken te komen.

De afgelopen jaren is Zeeuws breed gewerkt aan het ontwikkelen van een vve- monitor, waarmee de ambities/resultaten gevolgd kunnen worden en in beeld wordt gebracht of het gevoerde VVE-beleid het gewenste effect heeft. Alle scholen en kinderopvangorganisaties hebben deelgenomen aan de vve-monitor.

Hiermee zijn de resultaten van de kinderen die vve volgen gemeten (KIJK! en CITO). De resultaten van de monitor (gericht op de situatie in Reimerswaal) zijn

REACTIE VAN DE GEMEENTE

4

(18)

onlangs in de LEA besproken, maar hebben nog niet geresulteerd in bijgestelde resultaatafspraken met de voor- en vroegscholen. Voorlopig zijn daarom de huidige resultaatafspraken nog gewoon van kracht. Wel hebben we naar aanleiding van de monitor verkennend met elkaar gesproken hoe we onze resultaatafspraken in de toekomst willen gaan monitoren. De komende periode krijgt dit een vervolg. We willen, samen met de Zeeuwse gemeenten en met de overige betrokken partijen, een eenvoudigere manier van monitoren bespreken.

Hiervoor is inmiddels een werkgroep opgericht.

Ouders

In het rapport wordt aangeraden om een analyse van de ouderpopulatie te doen. Daarnaast zou een gericht ouderbeleid opgesteld moeten worden met concrete doelen, omdat de huidige afspraken op het gebied van ouders te vrijblijvend zouden zijn.

Alhoewel uit het rapport blijkt dat de indicator ‘betrokkenheid ouders’ is

verbeterd ten opzichte van 2012 blijven activiteiten gericht op het vergroten van de ouderbetrokkenheid bij de ontwikkeling van het kind prioriteit binnen het gemeentelijk vve-beleid. Daarnaast worden betrokken organisaties, onder andere CJG, Bibliotheek, kinderopvang en onderwijs, gestimuleerd initiatieven te ontwikkelen met betrekking tot het vergroten van de ouderbetrokkenheid.

Verder is ouderbetrokkenheid een vast onderdeel op de agenda van de werkbijeenkomsten van de voor- en vroegscholen en zijn er diverse themabijeenkomsten met betrekking tot dit onderdeel georganiseerd.

Een analyse van de ouderpopulatie heeft de gemeente Reimerswaal tot nu toe inderdaad niet gedaan. Met de betrokken partijen zal hierover in overleg getreden worden.

vve-coördinatie op gemeentelijk niveau

Bij vve-coördinatie gaat het om zowel sturing als om de uitvoering. In het rapport wordt aangegeven dat veel rondom de coördinatie van de uitvoering van VVE is belegd bij een externe partij. Daarnaast is deze partij ook een

belangrijke aanbieder van vve-activiteiten. Gesteld wordt dat wij door deze werkwijze de objectiviteit van de evaluatie niet kunnen waarborgen.

De coördinatie is vanuit de regierol door ons bij een externe partij neergelegd.

Met deze partij vindt regelmatig overleg plaats en worden de ontwikkelingen besproken en de werkzaamheden afgestemd. De gemeente is hierbij

opdrachtgever. Ook hebben wij regelmatig overleg en vindt er afstemming plaats met de gemeenten in de regio. Een aantal keer per jaar zijn de

verbetering en uitvoering van het vve-beleid onderwerp in het LEA-overleg. De coördinatie op de uitvoeringsniveau en inhoudelijk ligt bij de kinderopvang in samenwerking met de externe partij. Wij werken hierbij nauw samen met de

Pagina 18 van 19

(19)

vve-coördinator van de kinderopvang en deze externe partij.

Op de onderdelen die voldoende worden beschouwd, worden ook

verbeterpunten gegeven. Met de verbeterpunten en uw overige bevindingen zullen wij ons voordeel doen om, samen met het onderwijs en de voorschoolse partners, het beleid verder aan te scherpen en te verbeteren.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Per domein is beschreven op welke punten wij het gemeentelijk beleid en uitvoering als voldoende (‘3’) beoordelen, waar nog verbeterpunten worden gezien, zowel zonder (‘2’) als

Per domein is beschreven op welke punten wij het gemeentelijk beleid en uitvoering als voldoende (‘3’) beoordelen, waar nog verbeterpunten worden gezien, zowel zonder (‘2’) als

Per domein is beschreven op welke punten wij het gemeentelijk beleid en uitvoering als voldoende (‘3’) beoordelen, waar nog verbeterpunten worden gezien, zowel zonder (‘2’) als

Per domein wordt weergegeven op welke punten de inspectie het gemeentelijk beleid en de uitvoering daarvan als voldoende (‘3’) beoordeelt, waar nog verbeterpunten worden gezien,

Per domein wordt weergegeven op welke punten de inspectie het beleid en uitvoering als voldoende ('3') beoordeelt, waar nog verbeterpunten worden gezien, zowel zonder ('2') als met

Per domein wordt weergegeven op welke punten wij het gemeentelijk beleid en uitvoering als voldoende (‘3’) beoordelen, waar wij nog verbeterpunten zien, zowel zonder (‘2’) als

Per domein wordt weergegeven op welke punten wij het gemeentelijk beleid en uitvoering als voldoende (‘3’) beoordelen, waar wij nog verbeterpunten zien, zowel zonder (‘2’) als

Per domein wordt weergegeven op welke punten wij het gemeentelijk beleid en uitvoering als voldoende (‘3’) beoordelen, waar wij nog verbeterpunten zien, zowel zonder (‘2’) als