Natuur.oriolus
Studie 2006
in foto’s
Fenologie en klimaat
Katvogel nieuw
voor België
O RNITHOLOGIE IN V LAANDEREN
Bijzondere vogelwaarnemingen voorjaar 2006
Bird News Flanders, Spring 2006
Nouvelles ornithologiques de Flandre, printemps 2006
Abstract / Résumé: www.natuurpunt.be/oriolus
M
Maaaarrtt was tot en met de 20ste ronduit koud. Tot en met de 5de was het in de Ardennen zelfs volop winter, maar ook in Vlaanderen vroor het de eerste 20 dagen wel altijd ergens. De maxima bereikten dan ook amper 5°C. De laatste tien dagen van de maand werd het dan toch plots lente met zelfs maxima ver boven 20°C en minima van ruim 12-13°C! Het was dus duidelijk een maand met twee gezichten!
Maart startte ook met sneeuw die echter met veel regen werd wegge- spoeld tussen 8 en 10 maart. Daarna keerde de winter terug met af en toe sneeuw(buien). De laatste week werd het erg zacht met regelmatig regen en zelfs zware onweersbuien op 27.03.
De zon scheen in maart ongeveer het normale aantal uren, terwijl de overheersende wind uit noordelijke en oostelijke richting kwam.
A
Apprriill begon en eindigde kletsnat. Zeker de eerste drie dagen van de maand viel er opvallend veel neerslag, maar ook de volgende 2 weken tot en met de 17de regende het regelmatig. Daarna volgde een relatief droge periode, maar de laatste twee dagen van de maand regende het opnieuw fel. Zeker de eerste tien en ook de laatste twee dagen was de neerslag winters van karakter; op het einde van de maand werd het in de Ardennen zelfs winters wit.
De gemiddelde maandtemperatuur was iets hoger dan normaal, maar toch was het de eerste tien dagen ronduit koud met maxima van amper 10°C en ’s nachts regelmatig lichte nachtvorst. Pas de 21ste noteerden we maxima van 20°C en meer en nadien werd het zelfs zomers warm met 25°C op 25.04. De laatste dagen van de maand haalden we plots zelfs geen 10°C meer.
Het aantal uren zonnneschijn was als normaal te beschouwen en de overheersende wind waaide uit oostelijke of uit westelijke richting.
M
Meeii begon koud en somber; waarna het tot en met de 12de beter weer werd, maar lokaal heel verschillend in die periode: aan zee waren er amper een drietal lentedagen, terwijl het in de Kempen 9 dagen na elkaar
echt zomerde met maxima van ruim 25°C. Vanaf de 12de was het feest al weer over en leek het wel herfst: fris, somber en nat. Overdag steeg de temperatuur met moeite tot 16°C, maar dankzij de vrij zachte nachten, werd de maand tot ieders verbazing dan toch gemiddeld iets warmer dan normaal.
Mei was een natte maand met vaak overvloedig veel regen met zelfs water- en/of onweerschade tot gevolg. Op ongeveer de helft van de dagen viel er wel ergens zware tot zeer zware regenval te noteren. Vooral de tweede decade was aan de sombere kant waardoor de maand afsloot met een licht tekort aan zonneschijn. De wind waaide vooral uit westelij- ke en noordelijke richting.
JJuunnii begon koud met de eerste dagen van de maand temperaturen ruim onder normaal: hoogstens 11 tot 16°C. Ook op 15, op 21 en 22 en op 26 en 27.06 kregen we koude intermezzo’s met maxima ruim onder de 20°C. Daartussen zomerde het volop met zelfs een hittegolf van 9 tot 14 juni waarbij het toen zelfs tropisch warm was. Ook de laatste dagen van de maand werd het meer dan 30°C en noteerde men plaatselijk opnieuw een hittegolf. De eerste nachten waren erg koud, maar daarna waren ze meestal vrij zacht.
Het regende slechts weinig en dit rond 13-14, 18-19 en 25-28.06. Het ging hierbij vooral om onweersbuien met plaatselijke wateroverlast, voor- al in het westen van het land tijdens 13-14.06 en vooral in het midden en het oosten van het land in de latere onweersintermezzo’s.
Omdat de zon zich vooral de laatste tien dagen te weinig liet zien, ein- digde de maand met een tekort aan zonneschijn. De maand was dus iets te somber. De wind kwam in de warme perioden meestal uit het zuid- oosten, tijdens de andere perioden was ze meestal noordwest.
Opgesteld door Werkgroep Weerkunde, info: www.weerkunde.be (Geert Naessens).
Weersomstandigheden
Waarnemingen
Het volgende overzicht bevat de meest interessante waarnemingen in Vlaanderen (zeldzame soorten, uitzonderlijke waarnemingsdata en uitzon- derlijke aantallen) uit het voorjaar 2006.
Waarnemingen die aan homologatie onderworpen zijn dienen nog te wor- den onderzocht door het Belgisch Avifaunistisch Homologatiecomité; deze zijn met 'BAHC' aangeduid.
Dit periodiek overzicht is een Natuurpunt-project in samenwerking met de Natuurpunt- Vogellijn (0900/00 194) en wordt samengesteld op basis
van ingezonden meldingen van individuele waarnemers en van gegevens uit regionale tijdschriften en websites.
Alle waarnemers die de moeite namen gegevens in te zenden worden har- telijk bedankt.
Eveneens een woordje van dank aan Walter Belis voor het schrijven van de
‘résumé’, aan Geert Naessens voor het verwerken van de weergegevens en aan Marieke Berkvens voor het verzorgen van de figuren.
D
IRKS
YMENS, S
TIJN BAETEN, G
ERALDD
RIESSENS, W
OUTERF
AVEYTS, J
OOSTM
ERTENS, C
ARLOV
ANDERYDT ENW
IM VERAGHTERTD
DUUIIKKEERRSS eenn FFUUTTEENN
In mei passeerden nog RRooooddkkeeeelldduuiikkeerrssGavia stellatalangs Het Zwin te Knokke op 6 mei (TTP Het Zwin) en langs De Panne op 7 mei (D. D’Hert).
R
Rooooddhhaallssffuutteenn Podiceps grisegenawerden genoteerd van 5 feb t/m 18 apr te Geistingen- Houbenhof (M. Opdenacker, G. Beckers, K.
Janssen en S. Vangompel), van 12 t/m 26 maa te Hingene (H. D’Hertefelt, K. Grolus, J.
Reyniers en C. Coeckelbergh), van 18 apr t/m 1 mei te Kessenich met aldaar een 2de ex. op 24 apr (M. Opdenacker en J. Smeets), van 20 apr t/m 8 mei te Hofstade (Ph. Dubois, R. Nossent en K. Lossy), van 29 apr t/m 28 mei te Duffel/Rumst (D. Colin, J. Tafforeau en G.
Driessens), op 3 mei te Kluizen-Spaarbekken (L. Bekaert), op 4 mei te Harelbeke-De Gavers (Y. De Bosscher, B. Van Thuyne en J. Dekyvere), van 6 t/m 12 mei te Sint-Agatha-Rode (J.
Nysten, F. Fluyt, L. Hendrickx, K. Van Scharen e.a.) en op 13 en 29 mei te Antwerpen L.O.- Blokkersdijk (W. Verschueren en W. Roelant).
K
Kuuiiffdduuiikkeerrss Podiceps auritus waren aanwezig te Zeebrugge-Achterhaven van 4 feb t/m 14 maa, op 26 maa en van 30 apr t/m 3 mei resp.
2, 1 en 1 ad. in zomerkleed (G. Vergauwen, Y.
Baptiste, F. De Scheemaeker, B. Willaert, D. De Groote e.a.), te Verrebroek op 18 maa (K.
Maes) en te Genk-De Maten op 28 maa (C.
Vanderydt en J. Bertrands).
Op 19 apr pleisterden niet minder dan 160 G
Geeoooorrddee FFuutteennPodiceps nigricolliste Verrebroek-Verrebroekse Plassen (G.
Spanoghe).
A
AAALLSSCCHHOOLLVVEERRSS
Op 23 mei passeerden min. 700 JJaann--vvaann-- G
GeenntteennSula bassanalangs De Panne (P.
Adriaens).
K
KuuiiffaaaallsscchhoollvveerrssPhalacrocorax aristoteliswer- den genoteerd van 31 maa tot 1 apr te Nieuwpoort-IJzermonding 1 ad. (D. De Groote, D. D’Hert en W. Wackenier) en op 17 apr te Bredene 1 ex. naar NO. (TTP Bredene).
R
REEIIGGEERRSS,, OOOOIIEEVVAAAARRSS eenn LLEEPPEELLAAAARRSS Behalve enkele broedgevallen werden W
WoouuddaaaappjjeessIxobrychus minutusgenoteerd op 18 mei te Heurne (L. Neujens), op 23 en 24 mei te Verrebroek 1 0 (G. Spanoghe en B.
Deduytsche) en op 26 mei te Harelbeke-De Gavers 1 0 (P.
Vantieghem).
Van de “verwilderde”
Oostkustpopulatie KKwwaakkkkeenn Nycticorax nycticoraxwerden 11 broedkoppels geteld te Knokke-Zwinbosjes op 29 mei (G. Burggraeve). In het binnen- land waren er waarnemingen te Diksmuide-Tervate op 6 mei (L.
Lens), te Heusden (O.Vl.) op 14 maa 1 ex. overvliegend (S. Van De Woesteyne), te Watervliet op 4 mei 2 ad. in tuin met aldaar nog geregeld 1 ad. van 14 t/m 28 mei en op 5 mei 2 ex. naar ZW (P. Dhaluin), te Wachtebeke op 4 mei 1 ex. naar N (G.
Spanoghe), te Rijkevorsel op 23 apr 1 ex. naar N (G. Vermeersch), te Oud-Turnhout-De Liereman op 15 maa (L. Van Gompel), te Lier op 22 apr 1 ex. overvliegend (D. Colin) en te Wintam-Noordelijk Eiland op 15 mei 1 imm.
(B. De Keersmaecker).
R
RaallrreeiiggeerrssArdeola ralloides(BAHC) waren aanwezig te Zoutleeuw-Het Vinne van 21 mei t/m 8 jun (G. Ryken, P. Smets, J. Mergeay, E.
Hoebrechts, M. Jonckers e.a.) en te Zonhoven- Wijvenheide op 23 mei (C. en L. Onkelinx).
K
KooeerreeiiggeerrssBubulcus ibiswerden waargenomen te Gent-Bourgoyen op 22 en 25 apr (S. Feys, I.
Lewylle, G. Spanoghe en W. Courtens), te Lokeren-Molsbroek van 29 apr t/m 1 mei en van 12 t/m 21 mei (J. Everaert, M. De Cock, T.
Audenaert, W. Pattyn en C. Steeman) met dezelfde vogel te Kalken-Kalkense Meersen van 2 t/m 12 mei (G.Meganck, P. Claus, S. Feys, J.
Helpers en E. Roels) en te Wintam-Noordelijk Eiland en Niel op 23 apr (B. en K. De Keersmaecker, G. Buyst, R. de Smet en T.
Temmerman).
Aan de Oostkust werden 33 broedkoppels K
Klleeiinnee ZZiillvveerrrreeiiggeerr Egretta garzetta geteld op 29 mei te Knokke-Zwinbosjes (G. Burggraeve) en werden in maart de volgende max. geteld op slaapplaatsen: Knokke 15 ex. op 25 maa (F.
De Scheemaeker, W. Jans en C. Van Overloop), Brugge 13 ex. op 29 maa (F. De Scheemaeker) en Sijsele 31 ex. op 11 maa (P. Van
Dousselaere). Buiten de Oostkust waren er ook
kustwaarnemingen te Bredene (max. 4) en te Nieuwpoort (1). Daarnaast waren er binnen- landwaarnemingen op de volgende 41 plaat- sen met telkens vermelding van het dagmaxi- mum (indien > 1 ex.): Noordschote, Woumen, Stuivekenskerke, Roesbrugge-Haringe, Heule, Harelbeke (2), Knesselare (2), Tielt, Oosteeklo, Drongen, Gentbrugge, Gent (2), Heusden (O.Vl.), Kluisbergen, Zwijnaarde, Merelbeke, Zingem, Erpe-Mere (3), Erembodegem, Boekhoute, Assenede (3), Watervliet, Maldegem, Sint-Laureins, Lembeke, Kaprijke, Sint-Margriete, Doel (2), Kieldrecht (3), Verrebroek, Kallo (2), Antwerpen L.O., Ekeren, Essen (2), Hoogstraten (2), Eppegem (2), Hoegaarden, Boutersem, Oud-Heverlee, Neerijse, Zonhoven, Diepenbeek (3) en Maasmechelen.
Te Verrebroek-Verrebroekse plassen was er het eerste Vlaamse broedgeval van GGrroottee Z
Ziillvveerrrreeiiggeerr Egretta albawaarvan het nest ech- ter werd overstroomd op 30 mei (G. Spanoghe en B. Deduytsche). In april-mei werd de soort nog genoteerd op 51 verschillende plaatsen (kaart 1).
Tijdens de periode april-mei werden P
PuurrppeerrrreeiiggeerrssArdea purpureagenoteerd op 43 verschillende plaatsen (kaart 2). De hoogste trekaantallen werden genoteerd tijdens de 2de decade van april (figuur 1).
Roodhalsfuut Podiceps grisegena. 16 maa 2006, Hingene (A) (Foto: Chris Coeckelbergh)
Kaart 1. Geografische spreiding van dagmaxima van Grote Zilverreigers Egretta alba in Vlaanderen in april-mei 2006
Kaart 2. Geografische spreiding van Purperreigers Ardea purpurea in Vlaanderen tij- dens het voorjaar 2006
Van 12 maa t/m 11 jun werden 24 ZZwwaarrttee O
Oooiieevvaaaarrss Ciconia nigragenoteerd op 20 ver- schillende plaatsen met de 1ste ex. op 12 maa te Relegem-Asse 1 ex. naar NO. (M. Janssens) en op 25 maa te Houwaart (F. Delbecque).
Vanaf de 1ste decade van februari t/m de 1ste decade van juni trokken ca. 780 OOooiieevvaaaarrss Ciconia ciconia(w.o. mogelijke dubbeltellin- gen) over Vlaanderen (figuur 2) en dit op 129 verschillende plaatsen (kaart 3). De volgende groepen van min. 10 ex. werden genoteerd: 26 feb 16 ex. resp. over Muizen (K. Lossy) en Mechelen (R. Nossent), 2 maa Dendermonde 15 ex. (T. Moens), 3 maart Ranst 19 ex. (N.
Everaerts, T. Goossens, dhr. Peeters en G.
Figuur 1. Chronologische spreiding van Purperreigers Ardea purpurea in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Figuur 2. Chronologische spreiding van Ooievaars Ciconia ciconia in Vlaanderen tij- dens het voorjaar 2006
Kaart 3. Geografische spreiding van Ooievaars Ciconia ciconia in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Kwak Nycticorax nycticorax. ad. 25 mei 2006, Watervliet (O) (Foto: Pieter Dhaluin)
Ralreiger Ardeola ralloides. 24 mei 2006, Zoutleeuw-Het Vinne (O) (Foto: Freek Verdonckt)
Luyts), 3, 5, 6, 12 en 13 maa Antwerpen-De Kuifeend resp. 11, 10, 11, 20 en 10 ex. (L.
Benoy en J. Van Ammel), 9 maart 15 ex. resp.
over Boechout (D. Colin), Wommelgem (D.
Symens) en Schoten (med. Vogellijn) en 10 ongeringde ex. te Muizen (A. Willemsen), 10 maa Asse 20 ex. (M. Segers), 14 maa Nieuwpoort 12 ex. (I. Lewylle), 15 maa Damme 15 ex. naar O (K. Vandenbulcke), 17 maa 13 ex. resp. over Brussel (M. Janssens) en Westerlo (J. Van Den Bogaert), 19 maa Essen 11 ex. (W. De Bock) en 14 ex. (J. Pinseel), 24 maa Kalmthout-Grenspark 13 ex. pleisterend (I. Ledegen), 25 maa Lommel 10 ex. (M.
Emmers en T. Jansen) en 15 apr Tienen 13 ex.
(M. Vandeput).
De 1ste LLeeppeellaaaarrss Platalea leucorodia werden genoteerd op 14 feb te Zeebrugge-De Fonteintjes (P. D’Hoore) en op 18 feb te Verrebroek (med. P. Vervaet). Behalve op de broedplaats te Verrebroek werd de soort in het binnenland ook genoteerd op de volgende plaatsen met telkens vermelding van het aan- tal (indien > 1 ex.): Merkem (max. 8), Woumen (4), Stuivekenskerke (4), Veurne (max. 33), Jabbeke (3), Waregem (4), Gent (5), Boekhoute (17), Sint-Laureins, Sint-Margriete (2), Watervliet (4), St. Jan-in-Eremo (2), Kieldrecht (max. 5), Kallo (max. 3), Antwerpen L.O. (3), Lier (2), Mechelen, Wintam (max. 3), Sint- Agatha-Rode en Schulen (2).
Z
ZWWAANNEENN,, GGAANNZZEENN eenn EEEENNDDEENN K
Klleeiinnee ZZwwaanneennCygnus columbianuswaren in maart nog aanwezig op 1 maa te Antwerpen-
L.O.-Blokkersdijk 2 ex. (W. Verschueren), op 1 maa te Sint-Laureins 12 ex. (S. Van de Woesteyne) met mogelijk dezelfde groep op 4 maa te Boekhoute-Blokkreek (P. Dhaluin) en op dezelfde dag 13 ex. te Sint-Laureins (W.
Hamelinck), op 1 en 2 maa te Reninge- IJzerbroeken resp. 124 en 117 ex. (W. De Bruyne en A. Demarey), tot 5 maa te Walem-Grote plas (K. De Keersmaecker) en tot 9 maa te Oostmalle/St-Lenaarts 2 ex. (J. Scheirs).
In maart verbleven nog WWiillddee ZZwwaanneennCygnus cygnuste Schulen-Schulensbroek tot 25 maa (6 ex.) met aldaar geregeld 11 ex. van 5 t/m 21 maart en max. 12 ex. op 14 maa (K. Leysen, W.
Mondelaers, J. Volders, W. Vanwesemael, G.
Huygens e.a.). Te Oostmalle/St-Lenaarts waren de 4 overwinteraars aanwezig tot 9 maa (J.
Scheirs) en op 19 maa verbleef nog 1 ex. te Moerbeke-Waas (G. Du Cheyne).
Een TTooeennddrraarriieettggaannssAnser fabalis rossicuswerd op 9 apr waargenomen te Bornem/Wintam (K.
De Keersmaecker) en op 15 apr trokken nog 3 ex. langs Zeebrugge-De Fonteintjes (M.
Demeulemeester).
In de Uitkerkse Polder pleisterden late KKlleeiinnee R
RiieettggaannzzeennAnser brachyrhynchusop 13 en 22 april en 17 mei resp. 3, 4 en 1 ex. en nog 2 K
KoollggaannzzeennAnser albifronsop 22 apr en 17 mei (G. De Clercq, K. Hessel en T. Goossens).
R
RoottggaannzzeennBranta berniclawerden opgemerkt op 11 maa te Kieldrecht (J. De Vos) en op 31 maa te Doel 3 ex. (J. Van Impe), met nog erg late ex. op 18 mei te Wintam-Noordelijk Eiland (J. Reyniers) en op 23 mei te Zeebrugge- Achterhaven (H. Lecomte).
EErr wweerrddeenn ooppvvaalllleenndd vveeeell RRooddee WWoouuwweenn wwaaaarrggeennoommeenn
In de periode 22 feb-31 mei werd het hoge totaal van 139 Rode Wouwen Milvus milvuswaargenomen in Vlaanderen (w.o. mogelijke dubbeltellin- gen) (figuur 3), verspreid over heel Vlaanderen (kaart 5). De doortrek vertoonde het gewoonlijke dubbel piekpatroon, met een eerste opleving in de derde decade van maart en een tweede opleving in de derde decade van april. Het hoogste dagtotaal betrof 4 ex. te Voeren op 4 maa (J. Bertrands en T. Pattyn).
De overwinterende jonge vogel te Lier/Boechout (zie seizoensoverzicht winter 2005- 2006 Natuur.oriolus72 (4): 140) bleef daar aanwezig tot en met 12 maa (M. Jacobs, S.
Baeten, G. Driessens, D. Colin, W. De Rouck e.a.).
Een laat 0 SSmmiieennttAnas penelopewerd waar- genomen van 16 tot 18 mei te Antwerpen L.O.- Blokkersdijk (W. Verschueren).
Het overwinterende 0 AAmmeerriikkaaaannssee WWiinntteerr-- ttaalliinnggAnas crecca carolinensis(BAHC) verbleef tot 1 maa te Destelbergen-Damvallei (S.Van De Woesteyne).
Meiwaarnemingen van PPiijjllssttaaaarrtteennAnas acuta werden verricht op 23 apr en 7, 8, 14, 21 en 29 mei te Wintam-Noordelijk Eiland resp. 3, 3, 1, 3, 2 en 2 ex. (C. Coeckelbergh, G. Poelmans, B. en K. De Keersmaecker en P. Dubois).
Van 7 tot 9 april vertoefde een 0 BBllaauuww-- vvlleeuuggeellttaalliinnggAnas discors(BAHC) te Lokeren- Molsbroek (T. Audenaert, J. Vanwynsberghe, J.
Everaert, K. Lossy e.a.).
K
KrroooonneeeennddeennNetta rufinawaren aanwezig te Antwerpen L.O.-Blokkersdijk (2), te Hofstade
(1), te Dilsen/Stokkem (3), te Schelle-Rupel (1), te Lokeren-Molsbroek (2), te Jabbeke (2), te Wintam-Noordelijk Eiland (2), te Nazareth- Callemoeie (1), te Steendorp/Schelle (1) en te Meerhout (1).
W
WiittooooggeeeennddeennAythya nyrocalieten zich bekij- ken tot 23 maa te Waasmunster-Hamputten 1 0 (J. Everaert, M. Engelbeen, M. Crapoen e.a.), tot 19 maa te Lier/Duffel-Netevallei 1 R (G.
Driessens, J.Tafforeau, K.Van Asten, D. Colin e.a.), tot 4 maa te Antwerpen L.O.-Blokkersdijk 1 R (W. Verschueren), op 5 maa te Antwerpen- Verlegde Schijn 1 0 (L. Benoy en J.Van Ammel), van 10 tot 14 maa te Brecht-Kooldries 1 0 (J.
Scheirs), van 12 maa tot 15 apr te Harelbeke-De Gavers 1 0 (F. Goussaert, K. Hessel en P.
Allegaert), op 12 maa te Aalter-Kraenepoel 1 0 (J. Versigghel), op 18 en 19 maa te Antwerpen- De Kuifeend 1 0 (J. De Ridder en L. Benoy), op 18 maa te Brecht/St.Lenaarts 1 0 (G.
Vermeersch), op 19 maa te Sint-Joris-Winge- Gempvijvers 2 ex. (A. Reygel), op 7 apr te Oostkamp-Warandeputten (R. De Loof), op 30 apr te Moerbeke 1 0 (P.Vervaet) en op 3 mei te Oostduinkerke-Doornpanne 1 0 (D. D'Hert).
Opmerkelijk is dat het hierbij slechts in 2 van de 12 voormelde locaties RR betrof.
T
TooppppeerrssAythya marilavertoefden op 6 apr te Antwerpen L.O.-Blokkersdijk 1 0 (W.
Verschueren) en te Kalmthout-Stappersven 1 0 (B. Vogels en F. Collet) en op 15 apr te Kessenich-Koningssteen 1 R (M. Opdenacker).
Aan de kust was er slechts één melding: op 6 apr te Bredene-Spanjaardduinen 2 ex. langstrek- kend (E. Vanloo, J. Buckens, J. Mortelmans en J.
Demey).
Een binnenlandwaarneming van ZZwwaarrttee ZZeeee-- eeeennddMelanitta nigragebeurde van 6 tot 11 apr te Antwerpen L.O.-Blokkersdijk 1 0 (W.
Verschueren en B. Deduytsche).
Op 15 maart trok een 0 BBrriillzzeeee--eeeennddMelanitta perspicillata(BAHC) in noordoostelijke richting langs Zeebrugge-De Fonteintjes (P. D’Hoore en J. Debuck).
Langs De Panne trokken op 8 apr 8 GGrroottee ZZeeee-- eeeennddeennMelanitta fusca(D. D’Hert).
Late BBrriilldduuiikkeerrssBucephala clangulawaren nog aanwezig van 30 apr tot in juni te Duffel 1 0 met gehavende vleugel (D. Colin, J. Tafforeau, K.
De Rouck en G. Driessens), op 5 mei te Kalmthout-Stappersven 1 0 (H. Voet) en op 6 mei te Kalmthout-Biezenkuilen 1 R (W.
Vanwesenbeeck).
In het binnenland verbleven MMiiddddeellssttee Z
ZaaaaggbbeekkkkeennMergus serratorop 1 en 2 april te Tienen-bezinkingsputten 1 R (E. en P. Collaerts, M. Vandeput, E. Hoebrechts e.a.), op 13 apr te Vlassenbroek op de Schelde 2 RR (G.
Vermeersch) en op 29 apr te Hofstade 1 0 (P.
Dubois). Aan de kust was er een meiwaarne- ming op 4 mei te Knokke-Het Zwin 2 ex.(D. De Groote).
Een laat 0 GGrroottee ZZaaaaggbbeekkMergus merganser trok op 21 apr langs Bredene (E. Vanloo, G.
Vergauwen en J. Vanwynsberghe).
R
ROOOOFFVVOOGGEELLSS
Er waren twee maartmeldingen van WWeessppeenn-- d
diieeffPernis apivorus: te Wachtebeke op 15 maa (med.W.Van Assche) en te Gent op 17 maa (W.
Vansteelant en R. Vandemeulebroeke).
In de periode 17 maa-10 jun werden in totaal 126 ZZwwaarrttee WWoouuwweennMilvus migransgemeld (w.o. mogelijke dubbeltellingen) (figuur 3), ver- spreid over heel Vlaanderen (kaart 4). De piek- doortrek viel duidelijk in de eerste decade van mei. Het dagmaximum voor één locatie bedroeg 3 ex. te Knokke op 4 mei (D. De Groote, B. Heirweg, H. Verstraete en H. Matheve).
Krooneend Netta rufina.R. 2 apr 2006, Nazareth-Callemoeie (O) (Foto: Bart Heirweg)
Rode Wouw Milvus milvus. 12 mei 2006, Landen/Attenhoven (Vl. B) (Foto: Rudi Petitjean)
Kaart 5. Geografische spreiding van Rode Wouwen Milvus milvus in Vlaanderen tij- dens het voorjaar 2006
Op 2 apr vloog een adulte ZZeeeeaarreennddHaliaeetus albicilla(BAHC) in wes- telijke richting over Liezele (P. Mees).
S
SllaannggeennaarreennddeennCircaetus gallicus(BAHC) werden waargenomen te Gent op 3 mei 1 ex. naar Z (H. Verstraete) en te Waasmunster op 15 mei (C.
Tiebos).
Op 4 mei was er een opvallende doortrek van BBrruuiinnee KKiieekkeennddiieevveennCircus aeruginosuswaarbij op de diverse trektelposten in Vlaanderen 165 ex.
werden geteld (www.trektellen.nl) en dit met name langs de Vlaamse kust met 72 ex. te Knokke-Het Zwin (D. De Groote, B. Heirweg, H. Verstraete en H. Matheve), 33 ex. te Raversijde (J. Dellaert en T. Goethals) en 29 ex.
te Zeebrugge-De Fonteintjes (P. D’Hoore, J. Debuck, G. Carette, G.Van den Heuvel en J. Vanpraet).
In mei werden nog opvallend veel BBllaauuwwee KKiieekkeennddiieevveennCircus cyaneus genoteerd: op 1, 6 en 9 mei te Outgaarden resp. 2 RR, 1 R en 1 0 (VWG Oost-Brabant), op 2 en 4 mei te Raversijde (J. Dellaert en T. Goethals), op 2 en 4 mei te Zeebrugge resp. 1 ex. en 2 ex. (J. Debuck, K. Hessel, G. Carette, A. Smets, P. D'Hoore e.a.), op 2 mei te Wintam (K. en E. De Keersmaecker) en te Zandvoorde 2 ex. (M. Ferdinande), op 3 mei te Lommel 1 0 ( A.
Geypen), op 4 mei te Knokke-Het Zwin 4 ex. (D. De Groote, B. Heirweg, H.
Verstraete en H. Matheve), op 8 mei te Erps-Kwerps 1 R (A. Smets), op 11 mei te Helchteren 1 ad R (G. Beckers), op 12 mei te Uitkerke 4 ex. (G. De Clercq), op 13 mei te Kalmthout-Grenspark 1 R (J. Elst en D. Heylen), op 21 mei te Asse (M. Janssens) en op 28 mei te Stalhille (J. Desmet).
De eerste GGrraauuwwee KKiieekkeennddiieevveennCircus pygargusvan 2006 werden gezien op 16 apr te Korbeek-Dijle 1 0 (F. Fluyt) en te Brecht-Groot Schietveld 1 0 (J. De Ridder, H. Nuytemans en D. Symens).Vervolgens werden tot eind mei nog in totaal 42 ex. waargenomen op 31 verschillende plaatsen (kaart 6).
Opmerkelijke aantallen doortrekkende SSppeerrwweerrss Accipiter nisus werden vastgesteld te Mechelen op 25 maa 21 ex. (F. Van de Meutter, F. Van Roy, R. Nossent en K. Lossy) en te Knokke-Het Zwin op 4 mei 39 ex. (D. De Groote, B. Heirweg, H. Verstraete en H. Matheve).
Op 13 mei werd te Dendermonde een buizerd waargenomen met ken- merken van SStteeppppeebbuuiizzeerrdd Buteo buteo vulpinus(BAHC) (T. Moens).
De hoogste dagmaxima doortrekkende BBuuiizzeerrddss Buteo buteowerden genoteerd te Lommel op 2 maa 36 ex. (T. Jansen en M. Emmers) en te Asse op 9 apr 31 ex. (M. Janssens). In de periode maart – begin mei werden op diverse Vlaamse telposten in totaal 617 trekkers geteld (www.trektel- len.nl).
Het ad R RRuuiiggppoooottbbuuiizzeerrddButeo lagopus(BAHC) dat overwinterde te Verrebroek (zie seizoensoverzicht winter 2005-2006 Natuur.oriolus72 (4): 141) bleef daar aanwezig tot en met 12 maa (W. Heylen, J. Elst, K.
Maes, F. Van Lierop e.a.). Daarnaast waren er waarnemingen te Mol op 4 maa (F. Daemen) en 6 maa 1 ad. R naar NO (E.Vaes) en te Asse op 23 maa 1 ex. N (R. Bernau).
Er waren twee observaties van SScchhrreeeeuuwwaarreenndd Aquila pomarina(BAHC):
te Genk-De Maten op 9 apr 1 ex. NO (C. Vanderydt en J. Bertrands) en te Oudenaarde op 22 apr 1 ex. NO (B. Heirweg).
Figuur 3. Chronologische spreiding van Zwarte Wouwen Milvus migrans en Rode Wouwen Milvus milvus in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Kaart 4. Geografische spreiding van Zwarte Wouwen Milvus migrans in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Figuur 4. Chronologische spreiding van Visarenden Pandion haliaetus en Smellekens Falco columbarius in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Kaart 6. Geografische spreiding van Grauwe Kiekendieven Circus pygargus in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Kaart 7. Geografische spreiding van Visarenden Pandion haliaetus in Vlaanderen tij- dens het voorjaar 2006
Visarend Pandion haliaetus. 21 apr 2006, Lier-Anderstad (A) (Foto: Kris De Rouck)
Op 28 mei werd wellicht dezelfde lichte fase D
Dwweerrggaarreenndd Hieraeetus pennatus (BAHC) gemeld te Wintam (E. De Keersmaecker en J.
Reyniers) en te Willebroek (B. Van Der Krieken).
Vanaf 18 maa tot eind mei werden in totaal 94 V
Viissaarreennddeenn Pandion haliaetus gemeld in Vlaanderen (w.o. mogelijke dubbeltellingen) (figuur 4), verspreid over heel Vlaanderen (kaart 7), met de hoogste aantallen in de tweede deca- de van april en in de eerste decade van mei.
Op 4 mei trokken in totaal 36 TToorreennvvaallkkeenn Falco tinnunculuslangs Knokke-Het Zwin (D.
De Groote, B. Heirweg, H. Verstraete en H.
Matheve).
R
Rooooddppoooottvvaallkkeenn Falco vespertinus werden waargenomen op 20 apr te Leuven 1 R (F. Van De Meutter), op 23 apr te Dendermonde 1 2dejaars 0 naar N (T. Moens), op 3 mei te Wuustwezel-Gooreind 1 0 (P. Symens), op 4 mei te Knokke-Het Zwin 1 R (D. De Groote, B.
Heirweg, H. Verstraete en H. Matheve) en te Raversijde (J. Dellaert en T. Goethals), op 8 mei te Bredene 1 2dejaars R (J. Debuck en D. Peene) en te Bree (med. B. Mulkens), op 9 mei te
Mechelen 1 R naar O (F.Van De Meutter), op 13 mei te Kruibeke 1 ad R (J. Colman, E. Van Bogaert, R. en H. Felix), te Lier 1 R (M. Jacobs en S. Baeten) en te Zoutleeuw-Het Vinne 1 R naar NO (J. Mergeay), op 13 en 14 mei te De Panne resp. 2 2dejaars RR en 1 R (D. D’Hert, M.
Demeulemeester en J. Demey) en te Kallo/Melsele op 15 mei 1 R (J. De Vos). Te Kalmthout-Grenspark pleisterde resp. 1 1stezo- mer R, 1 ad. 0 en 1 R op 12, 13 en 16 mei (G.
Vermeersch, W. Van Assche, S. Feys, W.
Mylemans en G. Simons).
In de periode maart-mei werden in totaal 98 S
Smmeelllleekkeennss Falco columbarius gemeld, ver- spreid over heel Vlaanderen. De maand mei leverde 31 vogels op (figuur 4), met na 10 mei nog de volgende waarnemingen: te Schelle op 11 mei (NP Rupelstreek) en te Wintam op 11 en 15 mei (B. De Keersmaecker) en te De Panne op 13 mei (D. D’Hert en M. Demeulemeester).
S
Slleecchhttvvaallkkeenn Falco peregrinuswerden in totaal op minstens 62 plaatsen genoteerd, zowel in de buurt van de gekende broedplaatsen als daar- buiten.
Smelleken Falco columbarius.R(na regenbui). 1 mei 2006, Hoeke (W) (Foto: Patrick Keirsebilck)
Figuur 5. Chronologische spreiding van Kraanvogels Grus grus in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Kraanvogel Grus grus. 27 maart 2006, Schaffen (Vl. B) (Foto: Marc Van Meeuwen)
Kaart 8 . Geografische spreiding van Kraanvogels Grus grus in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Kraanvogel Grus grus. 12 mei 2006, Landen (Vl. B) (Foto: Rudi Petitjean)
H
HOOEENNDDEERRSS,, RRAALLAACCHHTTIIGGEENN eenn KKRRAAAANN-- V
VOOGGEELLSS
In de periode april-mei werden PPoorrsseelleeiinn-- h
hooeenneenn Porzana porzana genoteerd te Blankenberge, Sint-Andries (1 dood ex.), Lapscheure, Stuivekenskerke, Merkem (2), Lo- Reninge, Aalter, Drongen, Merelbeke, Lembeke, Gent/Baarle, Kieldrecht, Geetbets, Waarschoot (2) en Rumst/Terhagen.
Op 14 mei werd een KKlleeiinn WWaatteerrhhooeennPorzana parva(BAHC) gehoord op het Groot Rietveld te Kallo/Melsele (med. L. Verstraete).
In totaal werden ca. 3.300 KKrraaaannvvooggeellss Grus grus waargenomen op 77 verschillende plaat- sen (kaart 8) in de periode 13 feb-20 mei met nog late trekkers of pleisteraars op 1 mei te Houthalen-Mangelbeekvallei (J. Lemmens en D. Beyen), op 3 mei te Helchteren 1 ad. (G.
Beckers), op 4 mei te Essen/Wildert 1 ad. (J.
Pinseel), op 8 mei en van 16 t/m 20 mei te Brecht-Groot Schietveld (H. Thijs en J. De Ridder), op 12 mei te Landen (C. De Groof) en te Elen-Bichterweerd (G. Beckers en E. Claes) en op 13 mei te Schulen-Schulensbroek 2 ex.
overtrekkend (A. Berten).
De piek van de voorjaarstrek werd genoteerd tijdens de 2de decade van maart (figuur 5) met max. 300 à 400 ex. over Maaseik op 13 maa (M. Opdenacker) en 238 ex. over Tongeren op 18 maa (A. Coenegrachts en E.
Colson).
S
STTEELLTTLLOOPPEERRSS S
Stteellttkklluutteenn Himantopus himantopuswerden genoteerd te Uitkerke tussen 24 apr en 25 jun met max. 4 ex. op 11 mei (G. Vanhulle), te Zeebrugge-Achterhaven tussen 11 apr en 15 mei met max. 4 ex. op 23 apr (M.
Demeulemeester, G. Vergauwen en M. Jacobs), te Stuivekenskerke op 27 apr 3 ex. (K. Devos, J.
Buckens en K. Hessel), te Damme-stadswallen op 6 mei 2 ex. (R. Pillen en R. Deplae), te Bredene op 8 mei 2 ex. (J. Buckens), te Gent- Bourgoyen op 30 apr en 10 mei resp. 2 en 1 ex. (D. Van de Populiere, S. Feys en G.
Spanoghe), te Drongen op 1 mei 4 ex. (G.
Spanoghe en B. Cottele), te Boekhoute op 18 mei 2 ex. (W. De Smet), te Lokeren-Molsbroek op 23 apr (J. Everaert, P. Claus en J. Rodts), te Verrebroek op 24 apr 2 ex. (J. Van Impe), te Kieldrecht op 23 apr (R. Drijvers, J. De Vos en L.
Van De Perre), te Doel op 12 en 16 jun resp. 2 en 1 ex. (J. Van Impe en B. Deduytsche), te Kallo op 12 en 17 apr, 12 mei en 22 jun resp.
1, 1, 1 en 2 ex. (J. Van Impe en H. Van Den Camp), te Zwijndrecht op 3 mei (K. Maes), te Antwerpen-L.O. op 8 mei (N. De Wilde), te Willebroek-Broek Denayer op 18 jun 1 ex. naar ZO (A. Willemsen) en te Wintam-Noordelijk Eiland op 27 apr en 11, 12, 13 en 17 jun resp.
1, 1, 3, 3 en 1 ex. (K. De Keersmaecker, K. De Smet, J. Reyniers en M. Willaert).
G
Grriieelleenn Burhinus oedicnemus (BAHC) werden waargenomen op 29 maa te Kruibeke (G.
Spanoghe), op 18 apr te Woumen- Rhillebroeken (H. Schaut), op 21 apr in de Velpevallei te Wever (L. Van Schoor, F.
Verdonckt, E. Hoebrechts, E. en P. Collaerts e.a.), op 3 en 4 mei te Zeebrugge-Achterhaven (C. Gruwier, N. Selosse, P. Collaerts, M.
Vandeput en K. Boux) en op 4 mei te Brecht- Brechtse Heide (J. Scheirs, G. Vermeersch, J.
Elst, C. De Groof en G. Vergauwen).
In het binnenland was een SSttrraannddpplleevviieerr Charadrius alexandrinus aanwezig op 19 apr te Gent-Bourgoyen (G. Spanoghe en B.
Cottele).
M
MoorriinneellpplleevviieerreennCharadrius morinellus wer- den genoteerd te Uitkerke op 27 apr (G. Van Hulle), te Weelde op 25 apr 2 ex. (S.
Leestmans, K. Leysen, W. Veraghtert en M. Van Mierlo) en te Outgaarden op 23, 24 en 25 apr resp. 6, 6 en 5 ex. (F. Verdonckt, E. en P.
Collaerts, K. Boux, M. Vandeput e.a.).
In het binnenland werden ZZiillvveerrpplleevviieerreenn Pluvialis squatarolawaargenomen op 20 apr te Gent-Bourgoyen (G. Spanoghe), op 12, 14 en 19 mei te Dilsen/Elen resp. 5, 1 en 5 ex. (G.
Beckers en M. Opdenacker) en op 17 mei te Kalmthout-Grenspark (G. Vermeersch) en te
Maasmechelen/Geneuth 2 ex. (G. Beckers).
Binnenlandmeldingen van KKaannooeetteenn Calidris canutushadden plaats op 7 mei te
Stuivekenskerke 2 ex. (G. Carette en K. Hessel), op 15 en 18 mei te Wintam-Noordelijk Eiland ( J. Reyniers), op 16 mei te Kieldrecht (J. Van Impe), op 17 mei te Kallo 16 ex. (J. Van Impe), op 28 mei te Kalken-Kalkense Meersen (P.
Claus), op 1 jun te Mol-Grote Zandput 2 ex. (L.
Peeters) en op 3 jun te Zandvliet (J. Van Impe).
Tussen 5 apr en 3 jun werden in het binnen- land minstens 33 DDrriieetteeeennssttrraannddllooppeerrss Calidris albaopgemerkt, en dit op volgende plaatsen, telkens met vermelding van het dagmaximum (indien > 1 ex.) : Drongen, Lochristi, Kieldrecht, Broechem (3), Hofstade, Diepenbeek, Tienen (2), Kessenich (2) en Dilsen/Elen (5 ; voorjaars- totaal >15 ex.).
Tussen 27 apr en 28 mei werden slechts soli- taire KKlleeiinnee SSttrraannddllooppeerrss Calidris minutus waargenomen op de volgende binnenlandloca- ties : Stuivekenskerke, Kalken-Kalkense Meersen, Boekhoute, Gent-Bourgoyen en Mechelen-Mechels Broek. Late trekkers waren er op 10 jun te Brecht-Groot Schietveld 3 ex.
naar N. (D. Symens), op 13 jun te Zeebrugge- Achterhaven 3 ex. (K. Hessel) en te Lommel 3 ex. (L. Peeters) en op 14 en 15 jun te Kieldrecht (J. Van Impe).
Een vroege TTeemmmmiinncckkss SSttrraannddllooppeerr Calidris temminckii werd vanaf 11 apr genoteerd te Stuivekenskerke (W. Debruyne, G. Quaghebeur en P. Adriaens). Van 21 apr t/m 29 mei volg- den nog ruim 90 ex., en dit op volgende plaat- sen (telkens met vermelding van het dagmaxi- mum indien > 1 ex.) : Uitkerke (2), Zeebrugge (4), Stuivekenskerke (8), Loppem, Kluizen (4), Wachtebeke, Zelzate (2), Gent, Liedekerke, Drongen (2), Kalken (4), Doel, Kallo, Mechelen (3), Wintam, Tienen (3), Zonhoven, Diepenbeek (2), Kessenich, Dilsen/Elen (2), Boorsem en Maasmechelen (2).
In het binnenland werden enkel solitaire K
Krroommbbeekkssttrraannddllooppeerrss Calidris ferruginea gezien, en dit op volgende locaties: Drongen,
Morinelplevier Charadrius morinellus. 23 apr 2006, Outgaarden (Vl. B) (Foto: Vincent Legrand)
Temmincks Strandlopers Calidris temminckii. 14 mei 2006, Zeebrugge-Hoge Noen (W) (Foto: Johan Buckens)
Knesselare, Tienen en Dilsen/Elen. Aan de kust werd het voorjaars- maximum geteld te Knokke-Het Zwin met 28 ex. op 7 mei (G.
Burggraeve).
Een BBlloonnddee RRuuiitteerr Tryngites subruficollis (BAHC) werd tussen 27 apr en 1 mei opgemerkt te Stuivekenskerke (J. Buckens, K. Devos, K.
Debusschere, G. Vergauwen, D. D'Hert e.a.).
Tenminste 48 BBookkjjeess Lymnocryptes minimus werden gemeld van zowat 37 verschillende locaties.
Een GGrroottee GGrriijjzzee SSnniipp Limnodromus scolopaceus (BAHC) vloog op 15 apr over De Fonteintjes te Zeebrugge (P. D'Hoore, Y. Baptiste, K.
Verbanck e.a.).
IIJJssllaannddssee GGrruuttttoo’’ss Limosa limosa islandica werden herkend op 7 maa te Kieldrecht 2 ex. (B. Deduytsche), op 23 maa te Gent-Bourgoyen (G. Spanoghe), op 23, 24 en 25 maa te Gentbrugge resp. 7, 8 en 6 ex.
(S. Van De Woesteyne, M. Moors, S. Feys en G. Spanoghe), op 25 maa te Gent (S. Feys), op 26 maa te Geistingen 5 ex. (M. Opdenacker), op 27 maa te Brecht-Brechtse Heide 10 ex. (J. Scheirs), op 31 maa en 1 apr te Kieldrecht 3 ex.(B. Deduytsche en J. Elst), op 1 apr te Drongen 2 ex. (G. Spanoghe), op 8 apr te Kalmthout/Nieuwmoer (D. Symens), op 14 apr te Noordschote 8 ex. (W. Debruyne), op 25 apr te Stuivekenskerke (K. Hessel) en op 11 mei opnieuw te Kieldrecht (J.
Van Impe).
In het binnenland werden waarnemingen van RRoossssee GGrruuttttoo''ss Limosa lapponica verricht op 20 apr te Wintam-Noordelijk Eiland (E.
Godding), op 26 apr te Lier 7 ex. (J. Tafforeau), te Eksel-Zwart Water 2 ex. (G. Beckers) en te Stuivekenskerke 2 ex. (K. Devos) met aldaar ook op 30 apr 1 ex. (G. en F. De Vos) en op 3 mei te Gent-Bourgoyen (G.
Spanoghe en K. Leplae).
P
Pooeellrruuiitteerrss Tringa stagnatilis(BAHC) zaten van 18 t/m 23 apr te Zeebrugge-Hoge Noen (K. Hessel, K. Dekeyser, G. Vergauwen, J.
Buckens e.a.) en op 27 apr en 4 mei te Wintam-Noordelijk Eiland (K.
De Keersmaecker en P. Mees).
Een maartwaarneming van GGrrooeennppoooottrruuiitteerr Tringa nebularia vond plaats op 28 maa te Zeebrugge-Achterhaven (K. Hessel).
S
Stteeeennllooppeerrss Arenaria interpres bleven dit voorjaar schaars in het bin- nenland met meldingen op 14 mei te Verrebroek (G. De Vos) en op 21 mei te Wintam-Noordelijk Eiland (K. De Keersmaecker).
Poelruiter Tringa stagnatilis. 19 apr 2006, Zeebrugge-Hoge Noen (W) (Foto: Johan Buckens)
Dwergmeeuw Larus minutus. ad. 23 apr 2006, Kalmthout-Stappersven (A) (Foto: Glenn Vermeersch)
Dunbekmeeuw Larus genei. ad. 10 mei 2006, Knokke-Het Zwin (W) (Foto: Johan Buckens)
Figuur 6. Chronologische spreiding van binnenlandwaarnemingen van Dwergmeeuwen Larus minutus in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
A
Annttwweerrppssee rreeggiioo bblliijjfftt bboollwweerrkk vvoooorr ZZwwaarrttkkooppmmeeeeuuwweenn Midden februari kwamen de ZwartkopmeeuwenLarus
melanocephalusaan in het Vlaamse binnenland met de eersten op 15 feb te Wuustwezel 2 ad. (J. Elst en J. De Ridder), op 17 feb te Kessel-Lo 2 ex. (K. Moreau), op 18 feb te Essen-Hoek 3 ad. (J.
Jacobs) en te Zandhoven/Viersel (M. Jacobs) en op 19 feb te Broechem (D. Van Tulder) en te Hingene (J. Reyniers).
Door de aanwezigheid van een opmerkelijke broedkolonie aan de Beneden-Schelde pleisterden in de Antwerpse Noorderkempen van 6 apr tot begin mei enkele 100-den ex. met max. 660 ex. te Essen/Kalmthout/Wuustwezel/Brecht op 8 apr met als grootste groepen 392 ex. (391 ad. + 1 1stezomer) te Essen-Hoek en 155 ex.
te Brecht/Overbroek (D. Symens); opmerkelijk was ook de aanwe- zigheid van max. 238 ex. te Brecht-Brechtse Heide op 11 apr (J.
Scheirs). Van de Antwerpse broedkolonie werden tevens heel wat vogels gezien ten ZO van Antwerpen met max. 200 ex. op 3 apr te Borsbeek/Mortsel/Vremde/Boechout/Lier (D. Colin en S. Baeten) en ook te Aartselaar/Edegem en in Klein-Brabant werden 10-tallen ex. gezien met max. 31 ex. te Edegem op 23 maa (M. Willaert) en 28 ex. te Aartselaar op 26 maa (W. Van Assche). In Oost- Vlaanderen werden de hoogste aantallen gezien te Lokeren- Molsbroek met max. 80 ex. op 4 apr (I. Mauro). In de provincies Vlaams-Brabant en Limburg waren er ook weer heel wat waarne- mingen en dit op de volgende plaatsen (met telkens vermelding van het dagmax. indien > 1 ex.): Zemst (8), Kapelle-op-den-Bos, Bierbeek, Overijse (2), Heverlee, Zoutleeuw (13), Tienen, Schulen (4), Lommel (2), Zonhoven (2), Diepenbeek (2), Genk, Geistingen en Rotem.
Een GGrraauuwwee FFrraannjjeeppoooottPhalaropus lobatuswerd op 14 mei opge- merkt te Zeebrugge-Achterhaven (K. Hessel, D. Verbelen en G.
Vergauwen).
JJAAGGEERRSS,, MMEEEEUUWWEENN,, SSTTEERRNNSS eenn AALLKKAACCHHTTIIGGEENN
In mei passeerden KKlleeiinnee JJaaggeerrssStercorarius parasiticuslangs Bredene op 8 mei (J. Buckens en D. Peene) en langs De Panne op 23 mei (P. Adriaens).
G
Grroottee JJaaggeerrssStercorarius skua(BAHC) vlogen langs Oostende op 2 april (J. Hugé) en langs De Panne op 14 apr (D. D’Hert). Opmerkelijk was de binnenlandwaarneming te Assenede op 28 mei (L.Bekaert).
Na een vroege waarneming van een DDwweerrggmmeeeeuuww Larus minutusop 12 maa te Maaseik (J. Smeets) was er een opmerkelijke doortrek in het binnenland in de periode 2 apr-18 mei met in totaal ca. 1.450 ex.
(figuur 6) op 25 verschillende plaatsen met een opmerkelijke door- trekpiek van ca. 850 ex. op 21-22 april en dagmaxima van ca. 230 ex.
te Harelbeke-De Gavers op 22 apr (Y. Baptiste), 226 ex. te Schulen- Schulensbroek op 21 apr (G. Beckers, K. Leysen en W. Vanwesemael) en 184 ex. te Wintam-Noordelijk Eiland op 22 apr (B. en K. De Keersmaecker).
Op 7 mei werden 2 vermoedelijke DDuunnbbeekkmmeeeeuuwweenn Larus genei (BAHC) gezien te Oostende (J. Mortelmans). Dit vermoeden werd versterkt door de aanwezigheid van 2 ad. te Knokke-Het Zwin op 9 mei waarvan 1 ex. ter plaatse bleef tot 11 mei (G. Orbie e.a.).
Tijdens de periode maart-mei werden GGeeeellppoooottmmeeeeuuwweenn Larus michahellisop de volgende plaatsen genoteerd, met telkens vermel- ding van het dagmaximum (indien > 1 ex.): Knokke, Nieuwpoort, De Panne (8), Harelbeke, Deinze, Gent, Sint-Kruis-Winkel, Drongen, Kluizen, Aalter (2), Dendermonde, Mechelen, Wintam, Genk (2), Maaseik (2) en Maasmechelen.
Tijdens de periode maart-mei werden PPoonnttiisscchhee MMeeeeuuwweenn Larus cachinnansop de volgende plaatsen genoteerd, met telkens vermel- ding van het dagmaximum (indien > 1 ex.): Nieuwpoort, De Panne (2), Deinze, Drongen, Evergem, Dendermonde, Lier, Mechelen, Sint- Agatha-Rode, Brecht, Diepenbeek en Genk.
Op 28 april pleisterde ’s avonds een 1stezomer KKlleeiinnee BBuurrggeemmeeeesstteerr Larus glaucoides(BAHC) te Kalmthout/Nieuwmoer (D. Symens en J.
Elst); de vogel vertrok in de schemering samen met de aanwezige Kleine Mantelmeeuwen naar de meeuwenslaapplaats aan het Markiezaatsmeer te Bergen op Zoom (NL) waar de vogel werd terug- gevonden op 1 mei (T. Slagboom).
G
Grroottee BBuurrggeemmeeeesstteerrss Larus hyperboreus werden genoteerd te Zeebrugge-Westdam op 30 mei 1 2dejaars (S. Cooleman) en te Nieuwpoort-IJzermonding op 19 apr 1 1stewinter (P. Adriaens) en op 25 mei 1 1stezomer (T. Goossens en D. D’Hert).
In het verre binnenland pleisterden GGrroottee MMaanntteellmmeeeeuuwweennLarus marinuste Lier op 6 en 22 apr resp. 1 1stewinter naar N en 1 1ste- zomer (D. Colin) en te Lommel op 16 apr (M. Emmers).
LLaacchhsstteerrnnssGelochelidon nilotica(BAHC) werden genoteerd op 21 april te Bredene 1ad. naar NO (E. Vanloo, G. Vergauwen en J.
Vanwynsberghe), op 11 mei te Knokke-Het Zwin 1 ad. (N. Selosse) en op 30 mei te Doel 1 ad. (G. Spanoghe).
Op 15 apr vloog een RReeuuzzeennsstteerrnn Sterna caspia(BAHC) naar NO resp. langs Zeebrugge-De Fonteintjes (P. D’Hoore, M.
Demeulemeester, Y. Baptiste, J. Elst, K. Berbanck e.a.) en langs Knokke-Het Zwin (D. De Groote, N. Vanermen, J. Dewolf en D.
Bosman).
De eerste vier GGrroottee SStteerrnnss Sterna sandvicensis vlogen op 14 maart naar NO te Zeebrugge-De Fonteintjes (P. D’Hoore en J. Debuck).
Op 23 mei vloog een DDoouuggaallllss SStteerrnnSterna dougallii(BAHC) langs De Panne (D. D’Hert).
De 1ste NNoooorrddssee SStteerrnnss Sterna paradisaea werden op 12 apr waarge- nomen te Harelbeke-De Gavers 7 ex. (M. Demeulemeester) en te Wintam-Noordelijk Eiland 4 ex. (B. en K. De Keersmaecker en R. de Smet). Daarnaast waren er binnenlandwaarnemingen op 14 apr te Hofstade (K. Lossy), op 14 en 17 apr te Ieper resp. 1 en 2 ex. (med.
Vogellijn en G. Quaghebeur), op 16 apr te Brecht-Groot Schietveld
Figuur 7. Chronologische spreiding van binnenlandwaarnemingen van Zwarte Sterns Chlidonias niger in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Grote Burgemeester Larus hyperboreus. 1ste zomer. 25 mei 2006, Nieuwpoort (W) (Foto: Diederik D’Hert)
(D. Symens), op 17 apr te Lokeren-Molsbroek (J. Everaert) en te Verrebroek (J.
Elst en W. Heylen), op 21 apr te Kallo/Melsele (med. L. Verstraete), op 24 apr te Kessenich en Elen (M. Opdenacker en J. Smeets), op 26 apr te Wintam- Noordelijk Eiland 8 ex. (B. en K. De Keersmaecker), te Schulen 5 ex. (G.
Beckers) en te Geistingen 12 ex. (M. Opdenacker, K. Jansen en G. Beckers), op 26, 27, 28 en 29 apr te Harelbeke-De Gavers resp. 4, 4, 2 en 2 ex. (Y. Baptiste, J. Staelens en J. Dekyvere) en op 13 en 19 mei te Merkem resp. 2 en 1 ex. (W.
Debruyne, G. Carette en D. Werbrouck).
De eerste DDwweerrggsstteerrnn Sterna albifrons werden genoteerd op 18 apr te Wintam-Noordelijk Eiland (B. De Keersmaecker), met nog waarnemingen in het binnenland op 12 mei te Schelle/Wintam 2 ex. boven de Schelde (B. De Keersmaecker) en te Diepenbeek-De Maten (K. Driesen en C. Vanderydt) en op 11 jun te Kessenich 2 ex. (R. Pahlplatz).
Tijdens het voorjaar werden WWiittwwaannggsstteerrnnss Chlidonias hybridusgenoteerd van 24 t/m 29 apr te Gent-Bourgoyen (B. Cottele, G. Spanoghe, H. Matheve e.a.), op 12 mei te Lier (G. Smets, K. De Rouck, J. Tafforeau en C. De Groof) en te Duffel/Rumst (G. Driessens, S. Baeten en D. Colin), op 18 mei te Elen (S.
Vangompel, G. Beckers, K. Janssen en T. Pattyn), vanaf 21 mei te Zoutleeuw- Het Vinne een koppel dat onmiddellijk begon met nestbouw (P. Smets, E.
Hoebrechts, M. Vandeput, M. Jonckers e.a.), op 9 jun te St.Jan-in-Eremo (W.
Hamelinck en D. Camerlinck) en op 12 jun te Antwerpen L.O.-Blokkersdijk (J.
Devos).
In totaal werden in het binnenland slechts ca. 150 ZZwwaarrttee SStteerrnnss Chlidonias nigergenoteerd op 22 verschillende plaatsen met name eind april-begin mei (figuur 7).
Op 4 jun was een ad. WWiittvvlleeuuggeellsstteerrnn Chlidonias leucopterus(BAHC) aanwe- zig te Antwerpen L.O.-Blokkersdijk (W. Verschueren, G. De Jonghe, B.
Deduytsche, G. Driessens, J. Elst e.a.).
D
DUUIIVVEENN,, UUIILLEENN eenn NNAACCHHTTZZWWAALLUUWWEENN
Vermeldenswaard zijn de 24 ZZoommeerrttoorrtteellssStreptopelia turturdie op 4 mei over Knokke-Het Zwin trokken (D. De Groote, B. Heirweg, H. Verstraete en H.
Matheve).
In april-mei werden nog VVeelldduuiilleenn Asio flammeus waargenomen op 15 verschillende plaatsen (kaart 9) met in mei nog waarnemingen van 3 t/m 8 mei te Korbeek-Dijle/Leefdaal (M. Schurmans), op 4 mei te Knokke-Het Zwin 1 ex. naar N (D. De Groote, B. Heirweg, H.
Verstraete en H. Matheve), te Zeebrugge-Achterhaven (C. Gruwier en N. Selosse) en te Raversijde 2 ex. naar N (J. Dellaert en T.
Goethals), van 7 t/m 18 mei te Zandhoven-Viersels Gebroekt (P.
Tibax, R. Vermylen, D. Colin, K. De Rouck en F. Naedts), op 11 mei te Oostvleteren (D. Verbelen), op 12 mei te Reninge (D. Verbelen), op 14 mei te Oosthoven ringvangst (J. Geudens), van 25 mei t/m 3 jun in de Uitkerkse Polders (W. Van Assche, G. De Clercq en D. Verbelen) en op 28 mei te Oostduinkerke (J. De Potter).
Op 29 apr vloog een RRuuiiggppoooottuuiillAegolius funereus(BAHC) tegen een raam in een tuin te Heist-op-den-Berg; na revalidatie werd de vogel ter plaatse terug gelost (med. J. Rodts) en op 3 mei was er een auditieve waarneming te Westerlo (G. Van den Heuvel).
O
OVVEERRIIGGEE NNIIEETT--ZZAANNGGVVOOGGEELLSS B
Biijjeenneetteerrss Merops apiasterverschenen op de broedplaatsen van vorig jaar te Wachtebeke vanaf 13 mei 6 ex. met max. 8 ex. vanaf 14 mei (P. Vervaet, J. Everaert, W. Van Assche, B. Cottele en M.
Willaert) en te Oostakker vanaf 22 mei 7 ex. met vanaf 29 mei 2 ex.
(G. Spanoghe). Elders waren er waarnemingen op 3 mei te Sint- Denijs aud. (C. Van De Ginste en F. Van Den Driessche), op 9 mei te De Panne 2 ex. (med. D. D’Hert) en op 22 mei te Kessenich (P.
Deconsin).
H
HooppppeennUpupa epops werden genoteerd op 25 maa te Ekeren (F.
Van Langenhove), op 5 apr te Wevelgem (M. Demeulemeester), op 14 apr te Maarke-Kerkem (L. Menschaert), op 18 mei te Kieldrecht 1 ex. naar N. vliegend (J. Van Impe) en op 3 jun te Mechelen-Mechels Broek (R. Nossent en B. Delanoeije).
Tijdens het voorjaar werden 16 DDrraaaaiihhaallzzeenn Jynx torquillagenoteerd in de periode 23 apr-18 mei op 10 verschillende plaatsen waarvan 12 ex. tijdens de laatste decade van april.
Tijdens de winter en het voorjaar was er een opmerkelijke influx van M
Miiddddeellssttee BBoonnttee SSppeecchhtteennDendrocopos mediusdie zich uitspreidde over gans Vlaanderen. Een artikel hierover verschijnt in één van de volgende nummers van Natuur.oriolus(waarnemingen worden ver- zameld door Wouter Faveyts: wouter.faveyts@pandora.be).
Z
ZAANNGGVVOOGGEELLSS
Negen SSttrraannddlleeeeuuwweerriikkeenn Eremophila alpestriswaren op 6 en 13 maa nog aanwezig te Knokke-Het Zwin (G. Orbie).
R
RooooddssttuuiittzzwwaalluuwweennHirundo daurica(BAHC) werden waargenomen Kaart 9. Geografische spreiding van dagmaxima van Velduilen Asio flammeus in
Vlaanderen in april-mei 2006
Duinpieper Anthus campestris. 2 mei 2006, Oostmalle (A) (Foto: Chris De Groof)
Engelse Gele Kwikstaart Motacilla flava flavissima. 0. 17 apr 2006, Antwerpen- Linkeroever (A) (Foto: Chris De Groof)
Velduil Asio flammeus. 21 apr 2006, Oostmalle (A) (Foto: Maarten Jacobs)
op 3 mei te Zeebrugge-De Fonteintjes (P. D’Hoore, J. Debuck, P.
Martens en G. Carette) en op 4 mei te Wintam-Noordelijk Eiland (B.
De Keersmaecker).
G
Grroottee PPiieeppeerrssAnthus richardiwaren aanwezig op 9 apr te Ninove- Grote Meersen (J. Mertens) en op 28 apr te Oostmalle-vliegveld (J.
Scheirs).
In de periode 19 apr-5 mei werden solitaire DDuuiinnppiieeppeerrssAnthus campestrisvastgesteld op slechts 7 plaatsen.
Solitaire RRooooddkkeeeellppiieeppeerrssAnthus cervinuswerden genoteerd op 24 apr te Gent-Bourgoyen (B. Cottele en G. Spanoghe), op 3 mei te Kluizen-spaarbekken (L. Bekaert) en te Helchteren (G. Beckers), op 5 mei te Wintam-Noordelijk Eiland (B. De Keersmaecker) en op 8 mei te Kalmthout-Grenspark (G. Vermeersch) en te Lier (J. Tafforeau).
De hoogste aantallen EEnnggeellssee GGeellee KKwwiikkssttaaaarrtteennMotacilla flava fla- vissimawerden traditioneel aan de kust gezien met max. 35 ex te Adinkerke op 23 apr (D. D’Hert), 19 ex. te Knokke-Het Zwin op 4 mei (D. De Groote en B. Heirweg) en 11 ex te De Panne-Vissersdorp op 13 mei (D. D’Hert en M. Demeulemeester). Opmerkelijk was tevens de aanwezigheid van enkele 10-tallen ex. te Gent-Bourgoyen op 27 apr (G. Spanoghe). Daarnaast waren er de volgende binnenlandwaar- nemingen, met telkens vermelding van het dagmaximum indien > 1 ex: Gentbrugge-Gentbrugse Meersen, Stuivekenskerke-
Viconiakleiputten (2), Nazareth-Callemoeie, Drongen-Assels, Outgaarden-Kouters, Knesselare-Mortelput, Verrebroek-Verrebroekse Plassen, Antwerpen L.O., Brecht-Brechtse Heide, Weelde, Wintam- Noordelijk Eiland (2), Tienen-bezinkinsputten en Zoutleeuw-Het Vinne.
Aan de Vlaamse kust was er een doortrekpiek van NNoooorrddssee GGeellee K
KwwiikkssttaaaarrtteennMotacilla flava thunbergiop 4 mei met 324 gele kwik- staarten (voornamelijk Noordse) over Knokke-Het Zwin (D. De Groote, B. Heirweg, H. Verstraete en H. Matheve) en 150 ex. over Bredene-Spanjaardduinen (E. Vanloo en G. Vergauwen). In het bin- nenland waren er waarnemingen op de volgende locaties, met tel- kens vermelding van het dagmaximum indien > 1 ex.:
Stuivekenskerke-Viconiakleiputten (2), Kluizen-Spaarbekken, Drongen-Leeuwenhof, Gent-Bourgoyen, Gentbrugge-Gentbrugse Meersen, Kalmthout-Grenspark (2), Oostmalle-vliegveld (2), Wintam-Noordelijk Eiland, Haasrode (5), Tienen-bezinkingsputten, Lier-Beneden Netevallei (8), Schulen-Schulensbroek, Genk-De Maten (3) en Maasmechelen-grindgroeve (20).
Zowel op 25 apr als op 3 mei werd telkens een vogel ontdekt met de kenmerken van IIbbeerriisscchhee GGeellee KKwwiikkssttaaaarrttMotacilla flava iberiae (BAHC) en dit resp. te Stuivekenskerke-Viconiakleiputten (K. Hessel) en te Zwijndrecht (K. Maes).
Een CCiittrrooeennkkwwiikkssttaaaarrttMotacilla citreola(BAHC) werd ’s avonds op 22 apr kortstondig pleisterend waargenomen te Uitkerke-Uitkerkse Polders (W. Van Gompel) waarna de vogel verdween in noordooste- lijke richting.
Op niet minder dan 35 plaatsen werden RRoouuwwkkwwiikkssttaaaarrtteenn Motacilla alba yarrelliiopgemerkt en dit op de volgende locaties met vermelding van het dagmaximum (indien > 1 ex.): Nieuwpoort-dok Sint-Joris, Nieuwpoort-IJzermonding, Oostende-havengebied (15), Bredene-Spanjaardduinen (3), Uitkerke-Uitkerkse Polders,
Zeebrugge-De Fonteintjes (6), Zeebrugge-Voorhaven (2), Zeebrugge- Achterhaven (2), Heist-Kleiputten, Schoorbakke-IJzer, Woumen-De Blankaart, Zwevegem, Knesselare-Mortelput, Kortrijk-Keibeekbekken, Sint-Laureins-Kantijne, Sint-Laureins-Roeselarekreek, Wachtebeke- Puyenbroeck, Drongen-Assels, Nazareth-Callemoeie, Relegem- Kruiskouter, Doel-Doelpolder Noord (2), Wintam-Noordelijk Eiland (2), Humbeek-Westvaartdijk, Tienen-bezinkingsputten, Hofstade- Blosodomein, Boechout-Vinkenstraat, Brecht-Groot Schietveld (2), Brecht-Kooldries, Broechem-AWW, Duffel/Rumst- Beneden Netevallei, Lier- Beneden Netevallei, Lier-Zuut, Malle- Vlimmersendijk, Schulen-Schulensbroek en Bree-De Luysen.
Een NNoooorrddssee NNaacchhtteeggaaaallLuscinia luscinia(BAHC) had veel bekijks te Kessenich-Koningssteen van 12 tot 21 mei (M. Opdenacker, C.
Vanderydt, G. Beckers, D. De Groote, S. Feys e.a.).
Van 22 t/m 26 apr waren er 9 ringvangsten van GGrrooeennllaannddssee TTaappuuiitt
Kaart 10. Geografische spreiding van dagmaxima van Beflijsters Turdus torquatus in Vlaanderen tijdens het voorjaar 2006
Noordse Nachtegaal Luscinia luscinia. 17 mei 2006, Kessenich (L) (Foto : Chris De Groof)
Beflijster Turdus torquatus R. 6 apr 2006, Kalmthout-Grenspark (A) (Foto : Glenn Vermeersch)
Oenanthe oenanthe leucorhoate Brecht- Groot Schietveld (D. Schietecatte).
Veldwaarnemingen waren er op 23 apr te Koksijde-Doornpanne 5 ex. (D. D’Hert) en te Verrebroek-Verrebroekse Plassen 2 ex. (G.
Driessens en K. Van Asten).
Van BBeefflliijjsstteerrTurdus torquatuswerden tot 17 mei in minstens 61 Vlaamse gemeenten (kaart 10) niet minder dan 481 ex. (w.o. mogelijke dubbeltellingen) vastgesteld. Te Brecht-Groot Schietveld was de soort opvallend aanwezig van 28 maart t/m 2 mei op een afgebrand hei- deterrein met als max. resp. 14, 22, 10, 11 en 12 ex. op 14, 15, 17, 18 en 22 apr (D. en P.
Symens, W. Sluis, V. Dupont, H. Nuytemans, L.
Wens e.a.). Elders werden hoge dagmax. geno- teerd te Zeebrugge-De Fonteintjes op 15 apr 13 ex. overtrekkend (P. D’Hoore, J. Debuck, J.
Elst, T. Goossens en W. Heylen), te Zeebrugge- Zeebos op 21 en 22 apr resp 16 en 10 ex. plei- sterend (G. Carette, D. Werbrouck, M.
Demeulemeester en K. Hessel), te Relegem- Kruiskouter op 15 apr 11 ex. overtrekkend (M.
Janssens) en te Kalmthout-Grenspark op 16 apr 10 ex. pleisterend (W. Blockx).
De CCeettttii’’ss ZZaannggeerrCettia cettidoet het sinds enkele jaren weer opvallend goed. Op de vol- gende 32 locaties (met de vermelding van het dagmaximum indien > 1) waren ze aanwezig:
Oostduinkerke-Ter Yde, Veurne-
Decantatiebekkens, Bredene-Spanjaardduinen, Uitkerke-Uitkerkse Polders, Zeebrugge-De Fonteintjes (6), Zeebrugge-Achterhaven (8), Heist-Kleiputten (3), Knokke-Het Zwin, Hoeke- Kleiputten, Stalhille-Jagersputweiden (7), Stuivekenskerke-Viconiakleiputten (6), Woumen-De Blankaart (3), Woumen-Kleine Blankaart, Woumen-Rhillebroeken, Brugge-O.T.
Herdersbrug, Damme-Schelemolen,
Oostkamp-Warandeputten (2), Ruien-electrici- teitscentrale (2), Semmerzake-Bolveerput, Merelbeke-Stuw, Geraardsbergen-
Boelaremeersen (2), Ninove-Venebroeken, Sint-Laureins-Blokkreek, Sint-Laureins-Sint- Margrietpolder, Sint-Laureins-
Vrouwkeshoekkreek, Kallo/Melsele-Groot Rietveld, Verrebroek-Verrebroekse Plassen, Willebroek-Blaasveldbroek, Willebroek-Broek Denaeyer (2), Walem, Mechelen-Mechels Broek en Lubbeek-De Spicht.
Heel de periode waren er traditiegetrouw heel wat GGrraasszzaannggeerrssCisticola juncidisaanwezig in de Zeebrugse Achterhaven met tot max. 15 zp op 7 mei (D. Verbelen). Aan de kust waren er verder nog te Knokke-Het Zwin op 2 apr (P.
Janssens), te Zeebrugge-De Fonteintjes op 4 mei 2 ex. (P. D’Hoore, J. Debuck, G. Carette, G.
Van den Heuvel en J. Vanpraet). te Uitkerke- Uitkerkse Polders van 17 tot 25 mei (T.
Goossens en W. Van Assche) en op 28 mei (G.
De Clercq), te Nieuwpoort-IJzermonding van 6 tot 30 apr (W. Vercruysse, W. De Belder en N.
Roothaert) en te De Panne-De Westhoek op 15 apr (D. D’Hert). In het binnenland waren er waarnemingen te Brugge-O.T. Herdersbrug op 26 mei (F. De Scheemaeker en R. Deloof), te Meetkerke-De Moeren op 9 mei (F. T’Jollyn), te Gent-Bourgoyen op 27 apr en 7 en 8 mei resp.
1, 2 en 1 ex. (G. Spanoghe en H. Verstraete), te Kruibeke-Kruibeekse Polders van 26 maa tot 6 apr (J. Colman, P. Geerts, H. Felix, D. Braem, E.
Van de Velde e.a.) en te Verrebroek- Snor Locustella luscinioides.22 april 2006, Stuivekenskerke (W) (Foto : Johan Buckens)
EErr wwaarreenn hheeeell wwaatt zzaannggppoosstteenn vvaann OOrrpphheeuussssppoottvvooggeellss Op niet minder dan 14 verschillende plaatsen werden OrpheusspotvogelsHippolais polyglottagenoteerd en dit op 16 en 21 mei te Geraardsbergen (P. Adriaens en S. Raymaekers), op 21 mei te Erembodegem (J.
Mertens en B. De Bruyn), van 21 mei tot 11 jun te Gent-Blaarmeersen met een 2de exemplaar van 21 tot 25 mei (G. Spanoghe, W. Vercruysse, H. Verstraete, D. Verbelen en S. Feys), van 25 tot 28 mei te De Panne-De Westhoek 2 ex. (D. D’Hert, T. Goossens en W. Van Assche), op 27 mei te Antwerpen L.O.- Blokkersdijk (W. Verschueren), van 30 mei tot 1 jun te Kuringen (G. Beckers, S. Vangompel, C. Vanderydt, J.
Wellekens en J. Bertrands), van 31 mei tot 2 jun te Huldenberg (F. Fluyt), van 1 tot 4 jun te Westvleteren (D. Verbelen en B. Cottele), op 3 jun te Doornzele (G.
Spanoghe), op 5 en 6 jun te Rijkevorsel (W. Veraghtert, C. De Groof, J. Scheirs, S. Baeten en J. Elst), op 8 jun te Welden (D. De Groote, D. Van De Populiere en J.
Scheirs), op 12 jun te Knokke-Zwinbosjes (J. Debuck) en te Westmalle (J. Scheirs) en op 13 jun te Kalmthout/Nieuwmoer (G. Vermeersch).
Orpheusspotvogel Hippolais polyglotta. 21 mei 2006, Gent-Blaarmeersen (O) (Foto: Geert Spanoghe)
Verrebroekse Plassen van 12 maa tot 1 mei (J.
Elst, J. Van Impe, M. Willaert, G. Driessens, W.
Heylen e.a.).
De eerste SSnnoorrLocustella luscinioideswas aanwezig te Genk-De Maten op 10 apr (C.
Vanderydt). Nadien volgden er waarnemingen op 11 apr te Woumen-De Blankaart (W.
Debruyne), op 16 apr te Doel-Schor Oude Doel (D. Van den Heuvel en G. Vergauwen), op 17 apr te Veurne-Decantatiebekkens (W.
Debruyne), van 19 apr tot 14 mei te Zeebrugge-Achterhaven max. 2 ex. (D.
Verbelen, G. Vergauwen, Y. Baptiste, J. Demey, S. Feys e.a.), van 20 apr tot minstens 3 mei te Stuivekenskerke-Viconiakleiputten max. 2 ex.
(K. Goemaere, D. De Groote, D. Herman, J.
Buckens, W. Debruyne e.a.), van 22 apr tot 13 mei te Lier-Anderstad 1 zp. (D. Colin, J.
Tafforeau, G. Driessens en M. Jacobs), op 23 apr te Bree-De Luysen (H. Van Spijk), op 2 mei te Lapscheure (D. Verbelen) en te Antwerpen- De Kuifeend (L. Benoy, V. Dupont en B. Van Loock), op 9 mei te Woumen-Kleine Blankaart (F. T’Jollyn) en op 10 mei te Raversijde- Provinciaal Domein (D. De Groote en J.
Buckens) en te Kallo-Melsele-Groot Rietveld (J.
Elst en B. Deduytsche).
Van 22 apr tot 8 jun was een zingende IIbbeerriisscchhee ttjjiiffttjjaaff Phylloscopus ibericus (BAHC) aanwezig te Genk-De Maten (C. Vanderydt, J.
Bertrands, S. Vangompel, D. Van den Heuvel, G.
Beckers e.a.).
B
BaaaarrddmmaannnneettjjeessPanurus biarmicus waren aanwezig te Zeebrugge-Achterhaven geduren- de het ganse voorjaar met max 6 ex. op 7 apr en 3 mei (G. Carette, M. Demeulemeester, G.
Vergauwen, S. Feys, D. Herman e.a.), te Lapscheure op 25 apr (D. Verbelen), te Stuivekenskerke op 12 mei 1 R (J. Buckens), te Kallo/Melsele op 12 apr minstens 20 ex (J. Van Impe), te Antwerpen/Oorderen op 19 maa 4 ex. (L. Benoy en J. Van Ammel) en te Lier-
Anderstad op 20 maa (J. Tafforeau).
Op 22 maa werd een Staartmees met ken- merken van WWiittkkooppssttaaaarrttmmeeeess Aegithalos cau- datus caudatus(BAHC) of een witkoppige Staartmees Aegithalos caudatus europaeus waargenomen te Gent (med. Vogellijn).
T
TaaiiggaabboooommkkrruuiippeerrssCerthia familiaris(BAHC) werden gedetermineerd op 4 maa te Voeren (J.
Bertrands) en op 30 apr te Bevel (D. en W. Van den Schoor).
B
BuuiiddeellmmeezzeennRemiz pendulinus werden waar- genomen te Zeebrugge-Achterhaven op 16 apr (K. Hessel), te Lokeren-Molsbroek op 7 apr (T. Audenaert, J. Everaert, B. Heirweg en L.
Willemse), te Kallo/Melsele op 12 apr 1 koppel (J. Elst), te Lier-Anderstad op 20 maa, 3 en 10 apr resp 1 0, 2 00 en 4 ex (J. Tafforeau, D.
Colin, W. De Rouck en J. Vanwynsberghe), te Mechelen-Mechels Broek op 8 apr 7 ex (R.
Nossent, K. Lossy en J. Vanwynsberghe), te Wintam-Zuidelijk Eiland op 18 mei aud. (J.
Reyniers), te Schulen-Schulensbroek op 14 en 16 apr 1 0 (D. Meeuws, E. Cuypers en M.
Jacobs) en te Bree op 8 mei (G. Beckers).
G
Grraauuwwee KKllaauuwwiieerreennLanius colluriowaren aan- wezig op 7 mei te Tienen 1 0 (I. Lewylle, P. en E. Collaerts en M. Vandeput), op 3 jun te De Panne-De Westhoek 1 R (D. D’Hert) en te Kalmthout-Grenspark 1 0 (L. Lens), op 4 en 5 jun te Brecht-Groot Schietveld 1 R (P. en D.
Symens, J. De Ridder en Ph. Sanspeur) en op 6 jun te Schulen 1 0 (F. Sanen).
In april waren nog KKllaappeekksstteerrss Lanius excubitor aanwezig op 1 apr te Helchteren 2 ex. (R.
Evens), van 3 tot 10 apr te Oostmalle-vlieg- veld (P. Van Der Schoot en W. Veraghtert), tot 6 apr te Kalmthout-Grenspark (F. Collet), tot 16 apr te Brecht-Groot Schietveld 3 ex. (Ph.
Sanspeur) met aldaar nog 4 ex. op 7 apr (D.
Symens), op 18 apr te Maasmechelen (S.
Vangompel) en op 20 apr te Diepenbeek-De Maten 1 ex. naar NO (C. Vanderydt).
R
RooooddkkooppkkllaauuwwiieerreennLanius senator (BAHC) zaten op 23 apr te Arendonk (med. Vogellijn) en op 4 mei te Lillo (J. De Ridder).
R
RaavveennCorvus corax werden gezien te Hoogstraten/Wortel op 3 apr (E. Rijmen) en te Koningshooikt op 23 mei (D. Van Den Schoor).
Meiwaarnemingen van BBaarrmmssiijjzzeennCarduelis flammea (vermoedelijk steeds KKlleeiinnee B
BaarrmmssiijjzzeennCarduelis flammea cabaret) waren er te Bredene-Spanjaardduinen op 6 mei 2 ex.
(E. Vanloo, J. Buckens, J. Demey en J.
Mortelmans), te Raversijde op 4 mei 8 ex (www.trektellen.nl) en te Koksijde- Doornpanne op 25 mei 2 ex (T. Goossens), evenals met zekerheid gedetermineerde Kleine Barmsijzen te Heist op 4 mei (L. Gilis), te Zeebrugge-De Fonteintjes op 7 mei 3 ex. (P.
D’Hoore e.a.) en te Genk-De Maten op 17 mei (C. Vanderydt). Late GGrroottee BBaarrmmssiijjzzeenn Carduelis flammea flammea werden nog gezien te Brecht/Sint-Job-in-’t Goor op 25 apr 2 ex. (E. Janssens).
R
RooooddmmuusssseennCarpodacus erythrinus(BAHC) werden gemeld op 27 en 28 mei te Gent- Bourgoyen 1 1stezomer 0 (G. Spanoghe, H.
Verstraete, S. Feys, B. Heirweg en B.
Deduytsche), op 28 en 29 mei te De Panne-De Westhoek (D. D’Hert en A. Holvoet) en op 5 en 6 jun te Kessenich 1 1stezomer 0 (J. Rutten, S.
Vangompel en G. Beckers).
De 1ste OOrrttoollaaaannEmberiza hortulana ver- scheen op 20 apr te Retie een 0 (med.
Vogellijn), met later nog waarnemingen op 23 apr en 4 mei te Tienen-bezinkingsputten (E.
Collaerts, M. Vandeput en E. Hoebrechts), op 24 apr te Bilzen 1 0 (K. Sauwens en C.
Vanderydt), op 4 en 5 mei te Brecht-Brechtse Heide 1 0 (J. Elst, J. Scheirs, C. De Groof en G.
Vermeersch) en op 8 mei te Bredene- Spanjaardduinen (J. Buckens en D. Peene).
Z
ZEEKKEERREE eenn MMOOGGEELLIIJJKKEE OONNTTSSNNAAPPTTEE eenn//ooff V
VEERRWWIILLDDEERRDDEE SSOOOORRTTEENN H
HYYBBRRIIDDEENN K
KLLEEUURRAAFFWWIIJJKKIINNGGEENN Z
Ziiee wwwwww..nnaattuuuurrppuunntt..bbee//oorriioolluuss
Roodmus Carpodacus erythrinus. 1ste zomer 0. 28 mei 2006, Gent-Bourgoyen (O) (Foto : Bart Heirweg)
