• No results found

De losse flodders van Bracke

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De losse flodders van Bracke"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

e 1,95

69

ste

jaargang • nummer 36 • woensdag 4 september 2013 Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...

De losse flodders van Bracke

Lees blz. 5

NAAR DE LINKSE

REGERING PEETERS III 2

DE VOERSTREEK IS

POLITIEK GELUKKIG 3

TURKEN IN NEDERLAND 7

Een raak schot in eigen voet

De eerste schooldag in Vilvoorde

Probeer even mee de jongste dagen van een N-VA’er te herbeleven. De voorbije jaren won je met je partij de verkiezin- gen, maar kon die partij geen fatsoen- lijke Belgische regering mee op de been helpen en verdween die naar de oppo- sitie, en moest ze voortdurend spitsroe- den lopen voor elk gesproken woord en elke opgemerkte beweging. De vakantie komt meer dan op tijd om de batterijen weer op te laden voor wat dan het druk- ste jaar van allemaal zal worden, waar- bij iedereen voorspelt dat de aanvallen tot nu peulschillen waren in vergelijking met wat komen gaat.

De maand augustus loopt op z’n einde.

Hét jaar breekt aan en het is al meteen weer van dat. “Elio di Rupo populairder dan ooit”, koppen de kranten; tegengif nummer één is in stelling gebracht. “Rode Duivels klaar voor Brazilië”, blokletteren de sportpagina’s;

tegengif nummer twee wordt weer naar voor geschoven. “Kris Peeters populairder dan Bart de Wever”, gaat daar nog eens overheen;

tegengif nummer drie staat in de spots. Je staat zaterdagochtend op en je schenkt een kop koffie in, nog niet wetend dat de Gordel- nieuwe-formule (makelij van N-VA-ministers) geen geweldig publiekssucces gaat worden, en dat op zondagavond een peiling een neer-

waartse knik zal laten zien. De Standaard ligt opgevouwen naast de croissant. Je plooit die open… Fracties van seconden later spuit de koffie door de neusgaten. Siegfried Bracke kondigt doodleuk een stevige koerswissel van de partij aan.

N-VA zal in een regering stappen, ook als daar geen communautair luik aan vasthangt.

Gevloek, getier, ge-sms, gebel, maar het kwaad is geschied. Bracke verleent zowaar hand-en-spandiensten aan al wie N-VA stok- ken in de wielen wil steken.

Staatssecretaris Hendrik Bogaert (CD&V) en voorzitter Gerolf Annemans (Vlaams Belang) trappen de bal binnen die Bracke zo vriendelijk voor hun voeten legt.

Bogaert mikt op de noorderflank van de N-VA-kiezers, de nieuwe aanwinsten. Als N-VA nu ook vindt dat we geen communau- taire eisen op tafel moeten leggen, dan kun- nen de kiezers veel beter hun eieren in het vertrouwde CD&V-mandje leggen, want ‘wij’

(dixit Bogaert) zeggen dat al maanden.

Annemans moet niet lang nadenken hoe hij de zuiderflank, de overtuigde Vlaams-nati- onalisten, moet aanspreken. Als N-VA nu al, nog voor de vijandelijkheden zijn begonnen, de witte vlag opsteekt en zelfs het confede- ralisme in de onderste lade schuift, dan kun- nen de kiezers veel beter hun eieren leggen in het betrouwbare VB-mandje, want ‘wij’ (dixit Annemans) zeggen al jaren dan N-VA niet te

betrouwen is als het erop aankomt. Met dat soort vrienden heeft N-VA uiteraard geen vij- anden meer nodig. Wat bezielt Bracke, vraagt iedereen zich dan af. Dat het weer over ‘die journalist’ ging – Bart Brinckman – kan in deze zaak niet als verontschuldiging dienen. Bracke was al journalist toen Brinckman nog in de luiers lag, dus mag ervan worden uitgegaan dat de gewezen VRT-man weet hoe het in dat wereldje eraan toe gaat. Profileringsdrang?

Een poging om zijn rondgang door Vlaande- ren met z’n ‘Café Bracke’-show wat te promo- ten met een spektakelnummer?

Het heeft hem in elk geval weinig nieuwe vrienden opgeleverd in zijn partij. Dat soort eigengereide nummers wordt in het politieke milieu niet licht vergeten. Dat Bracke zich ’s anderendaags in De Zevende Dag tot twee- maal toe moest verontschuldigen, was ook niet echt prettig. De vinger in het eigen oog steken, heet zoiets.

Voorzitter De Wever moest de meubelen redden, maar het verknipte stukje interview voor het journaal maakte niet echt veel dui- delijk. Het Belga-bericht gaf wat meer inzicht.

N-VA wil snel een “herstelregering” vormen die “noodzakelijke maatregelen” treft maar wel vooraf een breed akkoord afspreekt over

“de krijtlijnen van het confederalisme”. Dat

‘detail’ was Bracke even vergeten.

N-VA hoopt dat de PS, eens in de opposi- tie gedrukt, haar Belgische agenda zal inrui-

len voor een Waals-regionalistische. Klein pro- bleempje: waarom zou de MR dat doen, in die omstandigheden? Politicoloog Carl Devos stuurde zondag een twitterbericht met de vraag hoe N-VA een Costa-scenario zal kun- nen vermijden.

U herinnert zich die Costa, een koelkast waar goede voornemens in werden bewaard tot ze door en door verrot alleen nog maar in de gft-bak konden gedumpt worden.

De pogingen van N-VA om een oplossing te zoeken voor de vraag hoe die verdomde en verdoemde Belgische grendels kunnen gebro- ken worden, zijn lofwaardig. Dat die partij tot elke prijs het imago van ‘geboren blokkeer- ders’ wil vermijden, is zonder meer verstan- dig. Op dé toverformule is men daar toch nog niet gestoten.

Zonder te beweren dat Gerolf Annemans’

studiewerk alle problemen als sneeuw voor de zon doet smelten, blijft zijn werk ‘De Orde- lijke Opdeling’ nog steeds het meest uitge- werkte scenario.

Als N-VA beter en geloofwaardiger uit de hoek wil komen, zal er nog goed moeten wor- den nagedacht en, vooral, zullen partijtop- pers die in de eigen voet schietend media- aandacht zoeken beter aan de ketting gelegd worden. Want veel slechter kan een politiek jaar niet begonnen worden.

EBBE ROST VAN TONNINGEN 11

BRIEFJE AAN

OLIVIER MAINGAIN 3

TITO: HET GESCHENK

UIT DE HEMEL 4

OP DE PRAATSTOEL

(2)

Actueel

4 september 2013

2

Uit de smalle beursstraat

Naar de linkse regering-Peeters III

De nieuwe sociaaleconomische bevoegdheden rond kinder- bijslag en arbeidsmarkt dreigen door de volgende Vlaamse regering zeer links te worden ingevuld. Dat is de eis van de ACW’ers binnen de CD&V. Zorgt de N-VA voor tegengewicht?

“Ik stap niet in een regering vol met kreupelen.” Dat antwoordde Vlaams minister-president Kris Peeters op de vertrouwelijke vraag van een politieke tegenstander of hij heil zag in een Vlaamse anti- N-VA-coalitie in 2014. Wie zijn licht opsteekt in Wetstraatkringen en rond het Martelarenplein hoort steevast dezelfde boodschap:

Peeters III is in aantocht. Het is dat of een terugkeer naar het bedrijfs- leven voor de huidige Vlaamse minister-president. Peeters heeft geen interesse om in de federale krabbenmand terecht te komen.

Het is een cliché zo groot als een flatgebouw: we moeten eerst de uitslag van de verkiezingen van mei 2014 afwachten, maar de meeste politici gaan ervan uit dat de N-VA zeker op Vlaamse niveau moei- lijk buiten de regering kan worden gehouden. En dan wordt automa- tisch gedacht aan een Vlaamse bewindsploeg onder leiding van Kris Peeters met CD&V, N-VA en Open Vld als coalitiepartners.

Als het niet anders kan, tenminste, zo denkt de linkervleugel van CD&V. Het ACW, ondanks Dexia en Arco nog altijd zeer machtig bin- nen de CD&V, heeft intern al een duidelijke boodschap meegegeven:

liefst geen twee rechtse partijen in die Vlaamse ploeg. Als CD&V en N-VA samen een meerderheid halen - wat realistisch is - dan moet de Open Vld in de oppositie blijven. De redenen zijn duidelijk. Met de nieuwe staatshervorming komen een aantal sociaaleconomische bevoegdheden naar de deelstaten. Het ACW wil daarmee een links beleid voeren. Met twee rechtse partijen aan tafel wordt dat moeilijk.

De laatste tijd was de indruk ontstaan dat de christelijke arbeiders- beweging uitgeteld in de touwen lag. Niet zo. Jan Modaal heeft zijn buik vol van Dexia maar hij voelt het (nog) niet in zijn portefeuille.

Waarom in 2014 dan niet voor populaire ACW’ers kiezen zoals Hilde Crevits of Jo Vandeurzen? Het ACW heeft een klap gekregen maar zit in Vlaanderen nog altijd aan de knoppen en voelt zich ondanks Dexia nog altijd moreel verheven boven alles en iedereen.

Wie met bedrijfsleiders praat, voelt de bezorgdheid. De manier waarop het beleid rond de overgehevelde kinderbijslag zal gevoerd worden, geeft weliswaar minder reden tot paniek. Men heeft zich er al bij neergelegd dat het een linkse stempel zal krijgen, bijvoorbeeld via sterk inkomensgebonden kinderbijslagen.

Anders is het met het zogenaamde doelgroepenbeleid op de arbeidsmarkt. Deelstaten zullen vrij loonkostenverminderingen kunnen toekennen voor bepaalde groepen waar de werkloosheid het grootst is, zoals oudere werknemers. Ook laat dat een beleid toe dat gericht is op de regionale problemen. Wallonië en Brussel kampen met een hoge jeugdwerkloosheid. Vlaanderen kent vooral oudere werklozen. Het ACW en de CD&V hebben een eigen programma: de loonkostenverminderingen moeten daarnaast vooral gaan naar de laagste inkomens. Dat lijkt op zich geen slechte zaak. Het laat bedrij- ven toe laaggeschoolden met weinig kansen op de arbeidsmarkt aan te werven. Echter, de loonkostenverlagingen voor laaggeschool- den zijn nu al zeer uitgebreid. Als ze geen job hebben, is het vooral een aanbodprobleem: te weinig competenties en geen zin om te werken voor iets meer dan de werkloosheidsuitkering.

Een gegeven dat CD&V en ACW vaak uit het oog verliezen, is dat de Vlaamse tewerkstelling steeds meer midden- en hooggeschoold is. Zoals bij Volvo in Gent, de laatste autobouwer op het grondge- bied van het Vlaams Gewest. Volvo smeekt om lagere loonkosten.

De volgende Vlaamse regering zou de bijkomende budgetten beter daarvoor gebruiken.

Andere piste die in christendemocratische kringen wordt bewan- deld, is het toekennen van loonkostenvermindering in de non-pro- fit, de klassieke achterban van het ACW. Maar die bedrijven en werknemers staan buiten de internationale concurrentie. Loonkos- tenverlagingen gaan beter naar de zuivere privésector.

En dan zijn er nog de dienstencheques. De bevoegdheid over dat succesvolle systeem van gesubsidieerde jobs wordt naar de deelsta- ten overgeheveld. Voor de christelijke zuil een unieke kans om die sector, waarin zowel de non-profit als privébedrijven à la Randstad actief zijn, te hervormen. Het is de ultieme wens van het ACW om de privésector er buiten te gooien en het monopolie aan de non-pro- fit over te laten. Het is ook een officieel standpunt van de vernieu- wingsoperatie Innesto binnen CD&V. Men vindt het in kringen van de Heilig Hartmarxisten binnen de CD&V niet kunnen dat privé-bedrij- ven aan poetshulp thuis geld verdienen. En dat tweeverdieners een beroep doen op kuishulp doet hen te veel denken aan het vroegere

‘upstairs downstairs.’

Kan de N-VA aan dat geplande socialistische beleid in Vlaanderen een halt toeroepen? Het is aangewezen zich nu al die vraag te stellen.

Angélique VAnderstrAeten

Delta - EM

bvba

Ingenieursbureau Detailstudies voor de omzetting van industrieel

afval in energie

info:

nvandendriessche@delta-em.eu tel 0477 723 085 Het enig mogelijke antwoord op die vraag is

ja. Jan met de pet maakt na raadpleging van zijn nuchter boerenverstand overduidelijk dezelfde analyse en trekt dezelfde conclusies. Zelden was een lezersbrief zo “ad rem” als die van Raymond Bries uit Heist-op-den-Berg in Gazet van Antwerpen. Hij stelde de vraag: “Wat maakt het kransje topambtenaren zo uniek?” Wat hij daar inhoudelijk liet op volgen, scheerde hoge toppen van tegelijk ironie, sarcasme en zelfs naar cynisme neigende spot in een keihard maar zinvol oordeel over de relevantie van de buitensporige lonen voor “topambtenaren” en

het gebrek aan analyse van dat begrip in de media.

Geen zinnig mens, beleidsvoerders uitgezon- derd, zal de door de heer Bries geopperde stel- ling kunnen of willen tegenspreken dat in de verhitte welles-nietesdiscussies over topambte- naren en hun lonen een belangrijk gegeven ont- breekt. Binnen wat hij zijn “leesbereik” noemt, ook het uwe en het mijne, is hem nog nooit een poging opgevallen – of zelfs een aanzet daartoe – om te ontrafelen waar ergens onder de hersenpan van al die toplui hun vermeende genialiteit schuilgaat. Of, zoals hij het simpeler

Keihard maar zinvol

“De NMBS is doodziek”, luidde de titel van een opiniestuk in Het Nieuwsblad. Er ston- den foto’s afgedrukt van de dertien “topmanagers” die verantwoordelijk zijn voor die dodelijke ziekte, maar wel stuk voor stuk veel meer verdienen dan de 290.000 euro waar- voor men, volgens de topman van “bieepost” Johnny Thijs, geen baas kan vinden! Wie dat leest, en ze alle vijf op een rij heeft, voelt de vraag rijzen of niet een gans land dood- ziek is waar een amalgaam beleidsvoerende politici verantwoordelijk is voor dergelijke toestanden en woordenkramerij.

uitdrukte: wat onderscheidt het clubje topamb- tenaren van de bestaande schare hoogopge- leide en gekwalificeerde specialisten in diverse beleidsmateries? Of, wat maakt hen in al die overheidsinstellingen zo uniek? Het enig moge- lijke antwoord in zijn betoog ontbreekt, maar ik geef het voor de volledigheid graag. Dat unieke ligt niet zozeer onder het schedeldak, wel in de portefeuille waar de topambtenaar zijn partij- kaart bewaart, tevens de erkenning van zijn lid- maatschap van de “ons kent ons”-club.

Vlag en lading

“Als men”, gaat een opmerkzame gele- genheidsanalist verder, “de krankzinnige wanverhouding van de lonen van “onze top- ambtenaren” bekijkt tegenover die van vele wereldleiders, zouden al die thans op de korrel genomen geniale breinen zich toch niet mogen laten pramen om zich open te stellen voor uit- gebreide gesprekken met de media om, ten behoeve van het grote publiek, hun inbreng in diverse beleidsdomeinen toe te lichten.” Als dat niet gebeurt, voeg ik daar ter verduidelijking graag aan toe, ligt dat allicht aan het inhoude- lijke van de grote volkswijsheid die zegt dat een vlag niet altijd de lading dekt, en dat regime- media geen vragende partij (mogen) zijn om nader toe te lichten wat onder politiek gedra- gen vlaggen allemaal kan schuilgaan.

Die verduidelijking leidt naar de slotvraag van Raymond Bries. Zouden “topambtenaren”

de moed kunnen opbrengen om hun “dagtaak”

precies te omschrijven? Bries dacht terug aan zijn passage van jaren geleden bij een Vlaamse bank, waar het vaste regel was dat elke mede- werker, van jongste klerk tot hoogste kaderlid, een dagverslag, een weekverslag en een twee- wekelijkse planning moest voorleggen. Derge- lijke werkmethode zou, dacht hij, in de belichte samenhang ongetwijfeld “vonken geven”. Daar tegenover staat dat de politicus nog moet wor- den uitgevonden die zou durven voorstellen

“topambtenaren” regelmatig en vooral op onaf- hankelijke basis te evalueren en de resultaten publiek te maken. Mocht zo’n politicus ooit opstaan, zou dat in de constellatie van politiek benoemde “genieën” geen vonken geven, maar allicht leiden tot vuurwerk buiten concurrentie.

Moeilijke keuze

Het begrip en de vergevingsgezindheid van de almaar verder gepluimde modale belasting- betaler kent, gelukkig voor zetelende beleids- mensen en hun vriendenclub, geen grenzen.

Allicht met enige voorkennis van naderende heibel over het overbetalen van “topambte- naren”, beviel Jannie Haek, protegé van Johan vande Lanotte, vorig jaar al van een e-post, gericht aan de toenmalige NMBS-voogdijmi- nister, Paul Magnette. Haek feliciteerde de excellentie met zijn voorstel om toplonen te plafonneren. Haek, goed voor een jaarloon van 512.000 euro, had geen moeite om dat bedrag gehalveerd te zien tot het “plafond” van 290.000 euro. Kiezen tussen kruiperig, slijme- rig en gênant om de inhoud van die e-post te duiden, ligt moeilijk. Het waarom is makkelijk te raden: “denk aan mij en mijn berichtje als het om de postjes gaat”.

In tal van lezersbrieven werd Haek op zijn beurt en onder het motto “wie volgt?” gefeli- citeerd voor de “moed van een topambtenaar”

bereid om ook voor de helft van zijn oorspron- kelijk loon “in functie te willen blijven”. Het zijn brieven waarvan de inhoud mensen als Raymond Bries allicht even stil doet worden.

Alsof 290.000 euro op jaarbasis, om de hemel weet wat te presteren, de “peanuts” zouden zijn waarvan de briefschrijvers niet kunnen dromen ooit dat bedrag te verdienen. Maar zolang zo’n onzin gepubliceerd wordt, hoeven de bedienaars van “het systeem” en allen die daar voordeel bij hebben, zich geen zorgen te

maken. d.Mol

VERTROUWEN IN KONING FILIP

Uit een opiniepeiling blijkt dat zes op tien Vlamingen vertrouwen heeft in koning Philippe, terwijl een paar maanden geleden slechts vier op tien in kroonprins Philippe ver- trouwen had.

De media reageerden daar nogal ver- rast op, maar wij zouden niet wetens waarom. Sinds zijn aantreden is koning Philippe immers alleen nog maar op vakan- tie geweest. Zelfs wij hebben er het vol- ste vertrouwen in dat hij dat inderdaad helemaal kan! Voorbij zondag werd Philippe ontvangen in Mechelen door oud-republikein Bart Somers, ooit nog actief in VUJO en TAK.

Koning Philippe heeft dat allemaal overleefd.

Daarmee voorspellen we opnieuw een stijgend vertrouwen van de bevolking in de nieuwe vorst bij de volgende opiniepeiling.

COMPETENTIETEST

Een nieuwe vastgoedmakelaarswet moet meer bescherming bieden voor consumen- ten. Zo moet iedereen die vastgoedmake- laar wil zijn een competentietest afleggen.

Er wordt vooral nadruk gelegd op de deon- tologie.

Een week geleden kregen we te horen dat prinses Claire in één van de vastgoed- bedrijven van haar man, prince Laurent, de functie van gedelegeerd bestuurder krijgt.

Dat bedrijfje is opgericht om woningen op te kopen en te renoveren.

Wie woningen wil kopen en verkopen, moet over een BIV-erkenning beschikken.

Laurent heeft geen diploma. Prinses Claire heeft wel een geschikt diploma: topografie.

Wie meer over dat bedrijfje van Laurent wil weten, kan terecht op de webstek van het Staatsblad en de balanscentrale. Googel: sa Renewable Energy Construct Arlon 67.

De statuten en de jaarrekeningen zijn enkel in het Frans. Wat had u gedacht? Prin- ses Claire mag al onmiddellijk de handen uit de mouwen steken: het verlies is in het boekjaar 2011 opgelopen tot 840.000 euro.

Eén dezer dagen is de jaarrekening van 2012 beschikbaar.

We zijn benieuwd of Laurent zijn schulden heeft kunnen afbouwen. Anders moeten hij en zijn vrouw maar eens de nieuwe compe- tentietest afleggen.

(3)

Actueel 4 september 2013 3

Schuimbekkende bloedhond

Mijnheer de Vlamingenhater,

Vorige week hadt gij uw messen weer eens geslepen en uw vampiertanden bijge- vijld. Het was even geleden, maar het was alleen een kwestie van tijd. Gij wilde als een duivel uit een doosje komen springen – in volle komkommertijd – om een zoveel- ste uithaal naar de Vlamingen te doen. Gij kunt dat gewoon niet laten.

Omdat gij weet dat de verkiezingen van volgend jaar meer dan gewone verkiezin- gen gaan zijn, dacht gij eens een demarche te moeten doen om de andere Franstalige partijen in de hoek te drijven en hen kleur te doen bekennen.

Gij opperde het idee een soort cordon sanitaire rond de N-VA te leggen, door uw taalgenoten van alle kleuren op te roepen niet met de N-VA te gaan samenwerken in het kader van een federale regerings- vorming. Als dat signaal goed op tijd zou gegeven zijn, was en is het uw overtuiging dat de Vlamingen een verloren stem zou- den uitbrengen op de Vlaamse confedera- listische partij en zou de weg open liggen om Di Rupo II, of iets van die kleurloze en smaakloze strekking, in de startblokken te zetten en zo het Belze vaderland te redden van een gedeeltelijke of gehele splitsing.

Groot moet uw arrogante verbazing geweest zijn, toen PS, cdH, Ecolo en MR bijna in koor lieten weten dat gij met uw cor- don den boom in kunt. Zij vinden niet dat zij gesprekken met de N-VA mogen weigeren, want dat is een ‘democratische partij’ en zij wil het einde van het land niet, al hangt er een vleugje confederalisme omheen. Daar valt allemaal over te klappen, vinden zij, en met de N-VA is het einde van Het Edel Land nog niet meteen in zicht. Daar staat gij dan met een pruillip.

De enige die nu geïsoleerd staat, zijt gij.

Erger nog: de kans zit er dik in dat, als gij met uw FDF alleen moet opkomen, gij onder de kiesdrempel zult verdwijnen. Zullen wij vandaag al afscheid nemen?! Graag!

Toch moet mij van het hart dat uw demar- che tot een dubbele vaststelling leidt, een

twee-eenheid als het ware. Eigenlijk is het goed dat gij dat ongewild nog eens onder- streept hebt. Merci, Oli!

Eén. Het feit dat uw taalgenoten de N-VA niet als een gevaar zien, wil al iets zeggen.

Die alliantie is in haar opgang geen bedrei- ging voor het vaderland, zoals dat wel het geval was en is voor die andere Vlaams- nationale partij, die onverkort en compro- misloos de Vlaamse onafhankelijkheid hoog in haar vaandel voert en daar een breek- punt van maakt.

Die partij was altijd een bedreiging voor het regime, waardoor alle dappere Belgen aan elkaar beloofden om met hen nooit samen te werken. Was dat ooit gebeurd, bijvoorbeeld een coalitie met CD&V en/of Open Vld, dan zou het Belgikske er al lang heel anders hebben uitgezien, als het nog zou bestaan…

Twee. Daar was het fameuze cordon sanitaire precies om te doen. Heel de hetze tegen hun ethische en immigratiestandpun- ten waren maar emotionele en sentimen- tele argumenten om het softe middenveld, de linkerzijde en progressieve zielen over de duivelse bedoelingen van de Blokbelangers angst aan te jagen.

We zouden terug in de donkerste nazitijden belanden. In wezen ging het om het overeind houden van de Belgische con- structie en niks anders. Mocht morgen de god-burgemeester van Antwerpen vanuit het raam op het Schoon Verdiep naast de immer minzame Liesbeth Homans afkondi- gen dat punt één uit de N-VA-statuten – de Vlaamse onafhankelijkheid – hem menens is en dat het te nemen of te laten is, dan zoudt gij uw goesting krijgen: het cordon zou in één klap rond alle Vlaams-nationa- listen liggen. Muurvast.

Als gij nog eens uit uw krammen wilt schieten, denk dan eerst eens twee keer na. Draai uw tong vierentwintig keer rond in uw mond. Anders zwijgt gij beter. Voor- goed, bij voorkeur.

Briefje aan Olivier Maingain

De Voerstreek is politiek gelukkig

Een zonnige zondagmiddag, mensen op een terrasje, kermiskramen en een fan- fare. Het lijkt een dorpstafereel als een ander, maar dan speelt de fanfare de

‘Vlaamse Leeuw’: het terras veert recht, zingt uit volle borst mee en gooit er ‘Vliegt de blauwvoet, storm op zee’ achteraan. We zijn in Moelingen, één van de zes gehuchten van de prachtige Voerstreek, en het feest dat vandaag gevierd wordt, is de vijftigste verjaardag van de terugkeer van de Voerstreek naar Limburg

Op een straathoek treuren Franstalige affi- ches om ’50 jaar onrecht’, maar de sfeer in Moelingen is feestelijk. Vlaamse en Limburgse vlaggen wapperen. Fanfares en schuttersgil- des wandelen door de straten (volgens een parcours dat enkel voor echte Voerenaars te doorgronden is). Daartussen lopen honderden Voerenaars en veel Vlaamsgezinden uit gans Vlaanderen. De Voerenaars hebben nadrukke- lijk alle ‘veteranen’ van zoveel jaren actie uitge- nodigd om mee te komen feesten, en die zijn inderdaad op post. Wij legden een aantal onder hen de vraag voor: hoe voelen zij zich bij vijftig jaar Voeren bij Limburg?

Guido Moons (VVB): ‘Tevreden, maar er is nog veel werk te doen; nu in de Vlaamse Rand rond Brussel!’

Wim de Wit (voorzitter IJzerwake): ‘Ik heb aan deze streek veel memorabele herinnerin- gen… En ik ben blij dat nu vaststaat dat we hier echt in Vlaanderen zijn.’

Frieda Brepoels (N-VA): ‘Velen waren pes- simistisch, maar de Voerstreek bewijst de Vla- mingen dat de aanhouder wint. Er is hier nu goed lokaal bestuur voor alle Voerenaars, maar met respect voor alle (taal)wetten, zoals het hoort.’

Annicq Pontier en Jean Geeraerts (Vlaams Belang): ‘Samen zijn de Vlamingen erin geslaagd de Voerstreek al die jaren in de actualiteit en zo bij Vlaanderen te houden. We voelen dus fierheid en voldoening. Als je strijdt en volhoudt, kun je iets bereiken!’

Luk Vermeulen (Voorpost): ‘De Voerstreek

Taalgrens vastleggen helpt… soms

In Voeren werd voorbije weekeinde gevierd dat de gemeente vijftig jaar geleden werd over- geheveld van Luik naar Limburg. Dat bracht niet meteen soelaas, wel integendeel. De lijst Retour à Liège behaalde de meerderheid en mocht jarenlang de burgemeester leveren.

Jean-Marie Happart schopte het vanuit die functie tot nationaal symbool.

In 2000 behaalde de lijst Voerenbelangen echter de meerderheid en ze gaf die tot van- daag niet meer uit handen. Huub Broers mocht in oktober voor de derde keer de overwinning vieren en hij is bezig aan zijn derde ambtster- mijn. Wat Voeren betreft, is de vastlegging van de taalgrens op termijn een uitstekende zaak geweest.

Die vastlegging werd goedgekeurd in 1962 en ging in voege op 1 september 1963. Aan Vlaamse zijde was de steun voor het vast- schroeven van die taalgrens enorm (96 voor, 2 tegen) maar de Franstaligen waren minder happig (34 voor en 54 tegen).

Van Limburg tot aan West-Vlaanderen zorgde die taalgrens voor pacificatie. Klare grenzen trekken maakt duidelijk goede buren. Voor de formele vastlegging van die taalgrens werd die grens voortdurend potentieel betwist en gaf ze aanleiding tot getouwtrek. Nu weten de Vlamingen aan de overzijde dat ze in Wallonië zijn, met alle gevolgen van dien, en de Frans- taligen aan deze zijde dat ze voor Vlaanderen hebben gekozen.

De faciliteitengemeenten vormen een uit- zondering. Althans aan Vlaamse zijde. De faci- liteitengemeenten in Wallonië worden geken- merkt door peis en vree. Vlamingen passen zich rustig aan, c’est simple comme bonjour.

Aan deze zijde ligt dat anders. De faciliteiten- regeling bleek boerenbedrog naar beide zijden.

Voor de Vlamingen was het een manier om de

tweetaligheid te laten uitdoven, voor de Frans- taligen was het een techniek om naar formele tweetaligheid over te stappen. Nu, vijftig jaar later, blijven beide kanten wachten op de uit- voering van de beloften.

In het bijzonder in de zes gemeenten rond Brussel gaat het van kwaad naar erger. Ook al beschikt de Vlaamse regering daar over een uitgebreide reeks bevoegdheden, de olievlek blijft uitdeinen. Cijfers van Kind&Gezin leren dat ook buiten de faciliteitengemeenten steeds meer niet-Nederlandstalige kinderen worden geboren.

Wat leren we daar uit? De wet werkt des te beter naargelang we verder van Brussel blij- ven. Die aanpak verdient dus aanbeveling:

grenzen duidelijk trekken. Maar in de buurt van Brussel is er geen sprake van indijking. De Europese aanwezigheid zorgt voor een enorme druk. Vlaamse Bewegers hebben ter zake nogal eens een ‘socialistische’ reflex in de zin van

‘de overheid moet maatregelen nemen’. Maar die overheid staat grotendeels machteloos tegen zo’n Brusselse euromastodont. Laten we daarover eerlijk zijn: ofwel bieden de Vlaamse mensen zelf weerstand, ofwel gaan we nog serieus achteruitboeren. Alleen naïevelin- gen denken dat met de splitsing van B.H.V de verfransingsdruk is weggenomen. De Vlamin- gen moeten er voor oppassen zelf niet volop mee te werken aan de verfransing van hun gemeente. Taalwetten gelden enkel voor over- heidsinstellingen en niet voor bedrijven. Denk maar aan de omstreden inplanting van het nati- onale voetbalstadion op het grondgebied van Grimbergen, en het geplande reuzenwinkel- centrum in Vilvoorde. Het is voorspelbaar dat die instellingen formeel tweetalig zullen zijn.

Ook de komende jaren zal de taalstrijd verder duren, geloof ons.

was niet de enige Vlaamse overwinning, denk aan Leuven Vlaams, de Franse preken in Antwerpen, de loketten in Schaarbeek… Maar het is wel een belangrijke overwinning. De red- ding van de Voer is het resultaat van een goed samenspel van actiegroepen, Vlaamse Voere- naars, politici en ja, zelfs de media.’

Leon Bancken (leider van de harde Vlaamse Voerkern): ‘De vroegere chef van de BOB en de advocaat die ons telkens uit de cel kwam halen, staan hier nu een pint te drinken. Dat was vroeger anders… Destijds konden wij hier geen feest houden, onze vergaderingen wer- den uit elkaar geslagen, onze auto’s werden vernield. Wij Vlamingen hebben dan op straat onze macht laten zien. Dat was zonder TAK, VMO en Voorpost nooit gelukt. Zij hebben ons geholpen met scha en schande voor velen, ik denk bijvoorbeeld aan Eriksson. Zij kwamen steeds op onze vraag, nooit zomaar op eigen houtje, en daar blijf ik hen dankbaar voor.’

Johan Sauwens (CD&V): ‘Er is ons veel onrecht aangedaan bij de vastlegging van de taalgrens, en dat is hier een beetje rechtgezet.

Als ‘mei ‘68’er heb ik altijd onrecht bestreden – en dat betekent ook opkomen voor de Vlaamse zaak, ook al was dat voor sommigen ‘verdacht’.’

José Brabants (Voerense gids van de VMO):

‘Het is vandaag een prachtige dag, die leeu- wenvlaggen in onze straten doen me iets… En ik denk aan de mensen die er niet meer kun- nen bij zijn, zoals Wim Maes.’

Huub Broers (burgemeester Voerbelangen, N-VA): ‘Voeren is rustig geworden, en wordt dankzij Vlaams geld verder uitgebouwd, waar- voor we dankbaar zijn. Er zijn eigenlijk geen

‘Walen’ hier: wel Voerenaars die Frans stem- den omdat ze in Luik werkten of luisterden naar de kasteelheer. Maar dat verandert: bij elke verkiezing gaan we vooruit omdat Voerenaars

overstappen. In de tijd dat we van de straat geborsteld werden door Happart en co was de steun van de ‘veteranen’ die hier vandaag zijn nodig. Onrechtmatige maatregelen zoals de verboden tegen onze carnavalsfeesten en optochten moesten doorbroken worden en dat is dankzij hen gelukt. Met dankbaarheid denk ik terug aan al diegenen die ons hier geholpen hebben, zoals dokter Jaak Nijssen, mijn vader Hubert Broers, TAK-leider Eric Crommelinck, provinciaal gedeputeerde Miel Smets, en een man als gouverneur Louis Roppe (CVP): die vernietigde telkens weer onwettige besluiten, waarna de Franstaligen alles vol kladderden met ‘Roppe cochon’. Maar hij zwichtte niet.

Dank ook aan al wie hier in de kwade jaren gemeente- of OCMW-raadslid was voor de Vlamingen. Daar was moed voor nodig. Ik heb nooit gedacht dat we Voeren zouden verliezen, tenzij in die drie dagen dat in Brussel het plan op tafel lag om ons aan te hechten bij de toen nog tweetalige provincie Brabant. Dankzij een goedgezind perslek kwamen we dat te weten:

we hebben betoogd, ons vastgeketend aan het parlement en een kranige Voerense dame heeft Mark Eyskens zelfs een oorvijg verkocht omdat die het plan verdedigde. Zo werd dat plan gekelderd. Dat was voor mij het kantel- moment. Toen wist ik dat ze ons nooit meer van Limburg zouden kunnen losweken. En zo kon Voeren terug een gewoon, rustig dorp wor- den. Politiek ben ik een gelukkig man.’

Terwijl de trommels roffelen, de vlaggen wapperen, de kinderen genieten van de paar- denmolen en het bier rijkelijk vloeit, is het dui- delijk: met die laatste woorden drukt de burge- meester ook het gevoel uit van zijn Voerenaars, en van de vele Vlaamse vrienden van Voeren uit alle hoeken van het land.

HDG

(4)

Vlaanderen draait door

Dossier

4 september 2013

4

Klikspaan

Tot vandaag zijn er mensen die beweren dat hij de enige persoon was die de Joegoslavi- sche burgeroorlogen had kunnen verhinde- ren, terwijl de historische werkelijkheid eer- der naar het omgekeerde wijst. Josip Broz, Tito, is ondanks de waanzinnige personencultus in binnen- en buitenland nog altijd een raadsel- achtig figuur.

Josip Broz wordt geboren in een boerenfa- milie in 1892 in Kroatië, toen nog een regio van het Hongaarse deel van de Donaumonar- chie. Hij volgt alleen lagere school en hij wordt slotenmaker. Josip moet alleszins buiten- gewoon verstandig zijn geweest, want later kan hij zich uitdrukken in het Duits, Engels, Russisch, Tsjechisch, Spaans, Italiaans en Kirgizisch. Alleen Servo-Kroatisch, zijn zoge- naamde moedertaal, is niet al te best.

Nog altijd twijfelen mensen aan zijn ver- leden. Ze vragen zich af of hij niet een Russische agent is geweest. Misschien is er meer te vinden in de officiële Britse archieven gezien zijn associatie met Churchill, maar de dossiers over Tito mogen nog altijd niet geraad- pleegd worden.

Josip Broz wordt onderofficier bij de genie in het leger van Oostenrijk-Hongarije. Hij onder- scheidt zich (zilveren ster) tijdens de Eerste Wereldoorlog in de strijd tegen… Servië; een heldendaad waar later uiteraard met geen woord over gerept werd. Hij wordt door de Russen krijgsgevangen gemaakt in 1915.

Hij weigert vrijwilliger te worden in een een- heid die zijn vaderland wil bevrijden. Waar- schijnlijk bolsjeviseert hij in gevangenschap.

Zwaar is die gevangenschap niet, want hij trouwt met een 14-jarige Russin, de eerste van zijn vele officieuze en officiële vrouwen. Na de oorlog trekt hij naar de Kroatische hoofd- stad Zagreb waar hij vlug in de partijhiërarchie opklimt en zich onderscheidt door het slaafs kopiëren van de Russische partijlijn zoals ze

door Lenin en later door Stalin wordt gefor- muleerd. Hij zendt trouw rapporten over de Joegoslavische communistische partij naar Moskou. Wanneer de partij in 1928 verboden wordt, duikt hij onder. Tito is een eersteklas agitator die ijvert voor de bewapening van de partijleden en die zoveel mogelijk rellen orga- niseert tegen de koninklijke dictatuur.

In 1935 convoceert Stalin de trouwe partij- soldaat naar Moskou. Tito wordt de volmaakte klikspaan, die de NKVD (de latere KGB) voert met zoveel mogelijk negatieve rapporten over Joegoslavische communisten die naar Moskou gevlucht zijn, waarvan er tijdens de beruchte stalinistische zuiveringen achthonderd worden gefusilleerd. Tijdens die bloedige jaren is kame- raad Tito toevallig één van Stalins vertegen- woordigers in Spanje, ook al een verblijf waar- over later niet gesproken mag worden. Tijdens de Spaanse burgeroorlog rapporteert hij over de tegenstanders van de Sovjetdictator in het eigen republikeinse kamp, met de bekende gevolgen.

Massamoordenaar

In 1940 stuurt Stalin hem naar huis, als baas van de partij. Tito neemt de wapens op tegen de Duitse bezetter zodra de Duitsers de Sovjet- Unie binnentrekken. Zijn guerrilla’s zijn vooral Serviërs (70 procent), want aan Kroatische zijde is er nogal wat sympathie voor de nieuw opge- richte (fascistische) staat.

Ook de koningsgezinde Cetniks (uitsluitend Serviërs) vechten tegen de Duitsers, maar ze zijn anticommunist. In 1943 neemt Tito con- tact op met de Duitsers om met hen een bond- genootschap te sluiten tegen de Cetniks, maar de Duitsers vertrouwen hem niet. Tito is ech- ter een buitengewoon knap onderhandelaar.

Bij een ontmoeting in Napels slaagt hij erin Churchill een rad voor de ogen te draaien.

Churchill gelooft dat de communisten de eni- gen zijn die tegen de Duitsers vechten en hij

Tito, het geschenk uit de hemel

Willy Brandt noemde Tito “een geschenk uit de hemel”. Meerdere Amerikaanse presidenten vonden hem een markante politicus op het wereldtoneel. De Afrikanen en de Indiërs loofden hem als “de patriarch van de niet-gebonden landen”. In eigen land versierde zijn naam alles wat maar een naam dragen kon: bergen, dorpen, straten, pleinen, scholen en fabrieken. En dat allemaal voor een gewetenloze schurk, een koel- bloedige massamoordenaar.

slikt Tito’s verhaaltje dat die na de oorlog een democratische regering van alle partijen zal vor- men. Tito krijgt daarom als enige steun van de geallieerden. Aan Stalin biedt Tito de doortocht door Servië aan in de opmars tegen de Duitsers.

Het Rode Leger trekt plunderend, moordend en verkrachtend door het land. Tito zit veilig in Roemenië.

Hij arriveert eerst na de bevrijding in Bel- grado. Onmiddellijk organiseert hij met zijn partijgenoten grootschalige moordpartijen op anticommunisten, Cetniks, Kroatische collabo- rateurs, intellectuelen en zelfs teruggekeerde krijgsgevangenen.

Hij vergeet zeker de Volksduitsers niet die al generaties in Joegoslavië wonen, al hebben velen onder hen niets op hun kerfstok. Er zijn minstens twintig executieplaatsen en concen- tratiekampen bekend.

Hij probeert tevergeefs Triëste in te lijven, maar hij krijgt wel Istrië waar duizenden niet- gevluchte Italianen afgeslacht worden. In het hele land vestigt hij een stalinistische dictatuur met hulp van een beruchte en wrede geheime politie, de UDBA, die tientallen jaren dissiden- ten in binnen- en buitenland vermoordt. Tito zet Albanië onder druk om te fusioneren met zijn land.

Hij laat gevluchte Serviërs uit Kosovo niet terug naar huis keren, maar biedt hen wonin- gen van Volksduitsers aan zodat Kosovo groten- deels albaniseert. Hij maakt echter één fout. Hij heeft de toestemming van Stalin niet gevraagd en diens paranoia leidt ertoe dat hij Joegosla- vië uit de gemeenschap van communistische staten stoot.

Tito biedt nederig zijn excuses aan, maar handelt tezelfdertijd bliksemsnel om het gevaar van een binnenlandse staatsgreep te verhin- deren. Kameraden die pro-Stalin zijn worden onmiddellijk vermoord. Hun aantal wordt op 15.000 geschat. Op slag is Tito populair in het Westen.

De ijskast

In 1951 ondertekent Tito zelfs een verdrag van wederzijdse militaire bijstand met de VS.

Zijn land wordt in feite een geassocieerd lid van de NAVO. In eigen land onderdrukt hij ongege- neerd iedere oppositie.

De wonden uit de oorlog - twee derde van de 1.200.000 slachtoffers is in onderlinge gevech- ten gestorven - genezen niet, want er mag niet over gesproken worden. Etnische spannin-

gen worden desnoods met geweld in de ijs- kast gezet. Tito en zijn kompanen voeren een geleide economie in met collectiviseringen en als paradepaardje het zogenaamde arbeiders- zelfbestuur, dat in de praktijk niets voorstelt.

Jaarlijks bedraagt het begrotingstekort bijna 25 procent.

De productiviteit is laag. Er zijn een miljoen werklozen die men in de jaren zestig naar West- Europa kan sturen. Het arbeidsethos is zeer klein. Gemiddeld werken de mensen nauwe- lijks vier uur per dag. Maar toch is de levenstan- daard niet zo slecht, omdat het Westen al die jaren honderd miljard dollar in de bodemloze put stort. De “president-voor-het-leven” profi- teert ervan om een onvoorstelbaar luxeleven te leiden, met tientallen kastelen en landgoe- deren, en met een wagenpark dat groter is dan dat van de Amerikaanse president, de Franse president en het Britse hof bij elkaar.

Tito heeft een ideetje om de geleidelijk opduikende spanningen tussen Slovenen en Kroaten (westers en katholiek) en de Serviërs en andere orthodoxe volkeren te ontmijnen.

In 1974 wordt het land opgedeeld in zes zoge- naamde republieken: Slovenië, Kroatië, Servië, Macedonië, Montenegro en Bosnië, plus twee autonome gebieden: Vojvodina en Kosovo.

Op papier zijn die deelstaten vrij zelfstandig, maar in werkelijkheid bepalen Tito en de uni- taire partijbonzen nog altijd alles. Maar hij heeft weer veel geld nodig.

De Arabieren willen hem dat geven op voor- waarde dat hij een nieuwe nationaliteit creëert:

de Bosnische moslims. In werkelijkheid zijn die moslims gewoon Serviërs of Kroaten wiens voorouders met de Turkse bezetter hebben gecollaboreerd. Tito sterft in 1980. Hij wordt door een collectief van leiders en niet door één dictator opgevolgd.

De partij verliest vlug haar unitaire greep op de deelrepublieken, maar die vergiftigde erfe- nis overleeft de dood van Tito. Plots zijn de papieren grenzen echte grenzen. Veertig pro- cent van de Serviërs is opeens een minderheid in de niet-Servische republieken. De moslims in Bosnië begrijpen dat dit een gouden kans is om een eerste mohammedaanse republiek in Europa te stichten.

Die nieuwe nepnationaliteit komt van pas.

De Albanezen in Kosovo zien ook de moge- lijkheden, voor een Groot-Albanië, dus gaat de lont in het kruitvat met de bekende gevolgen

tot vandaag. Jan neckers

“Gebed voor het vaderland”:

terug naar de bron

U kent het wel, lezer, dat veel gezongen lied over broedertwist en schande van Remi Piryns en Gaston Feremans. Die schreven de tekst en de muziek van het “Gebed voor het vaderland” tijdens hun allesbehalve benijdenswaardig verblijf in het hechtenis- kamp van Lokeren, waar men ook van Omar Wageman, Filip de Pillecyn en andere staats- gevaarlijke Vlamingen weer waardige vader- landers probeerde te maken.

Welnu, volgende zondag, 8 september, om 11 uur, worden in de paterskerk aan de Luikstraat in Lokeren de slachtoffers van dat mensonwaardige kamp andermaal her- dacht, samen met hun “pakskensdraag- sters” die niet zelden spitsroeden moes- ten lopen om hun werk van barmhartigheid voor vader, broer of echtgenoot te kun- nen beoefenen. De herdenkingsmis wordt andermaal opgedragen door “den Dree” van Vilvoorde Far-West (die ook de Mis op de IJzerwake heeft geconcelebreerd) en des- kundig opgeluisterd door het Sint-Lutgardis- koor van Hamme (ook al van de IJzerwake) onder leiding van Clara Heirman. Dankzij de gewaardeerde financiële steun van onder

meer uw lijfblad ‘t Pallieterke en uw Vlaams

& Neutraal Ziekenfonds, zullen de talrijke aanwezigen, die traditiegetrouw van heinde en ver naar Lokeren komen, opnieuw een herdenking mogen beleven die de moeite van de verplaatsing loont.

HEKALO staat zondag in het teken van zijn stichter en bezieler Dirk van den Berghe, dit voorjaar overleden, en van de ons onlangs schielijk ontvallen “duizendpoot” Luk Buyle.

Meer dan ooit wordt de klemtoon gelegd op die verdomde broedertwist en schande, die eindelijk en zéér dringend in godsvrede moet verkeren. Na de Mis worden in de belendende zaaltjes, in de geest van die godsvrede, alle aanwezigen vergast op een Vlaamse boterham met beleg en een kop koffie, die GRATIS kunnen worden aangebo- den dankzij voormelde en een reeks andere geldschieters, die de Werkgroep HEKALO bij deze van harte dankt voor de milde steun!

Al is het beruchte hechteniskamp al lang geleden afgebroken, het leed dat daar in die

“kwade jaren” is geleden, mag Vlaanderen níét vergeten. Tot zondag!

Hvo

DE MOP VAN DEWINTER

Filip Dewinter wordt door VTM uit het pro- gramma ’Nonkel Mop’ geweerd. Niet omwille van de mop. Omwille van het feit dat Filip een Vlaams Belanger is. Een pestlijder dus, en daarom ongeschikt om op het scherm te komen.

Het Vlaams Belang zette het filmpje dan maar op Youtube. Dat filmpje werd op vier dagen tijd al 215.000 keer bekeken. Dewinter mag tevreden zijn. Hij heeft meer aandacht gekregen door níét op VTM te verschijnen. Cen- suur helpt niet altijd.

GEEN OMGEKEERD RACISME

In Laken werd een politieman door “jon- geren” aangevallen en in elkaar geslagen.

Waarom? Omdat de opgepakte jongere “er één van ons” was. De agent had het namelijk bestaan een op heterdaad betrapte minderja- rige allochtone dief op te pakken.

Dat kereltje riep luidkeels om hulp, waarop de agent door een tienkoppige jongerenbende omsingeld en “bijgewerkt” werd. In eerste instantie kon het boefje in het ontstane tumult ontsnappen, maar wat later werd hij alsnog ingerekend. Wat bleek? Hij was recent uit een jeugdinstelling ontsnapt. Vermits alle progres- sieve en “politiek correcte” krachten niet thuis- gaven en vermits in het centrum van Jozef de Witte totale stilte heerst, is er van omgekeerd racisme geen sprake.

GUIDO MOONS

In De Standaard reageerde Guido Moons (VVB) op het belgerinkel van Bracke met een mooi beeld: “Wat heeft de jongste staatsher- vorming opgeleverd? Men geeft ons een ach- terwiel, een fietskader, een stuur en één band en zegt vervolgens: fiets nu maar.

Dat gaat niet. Vlaanderen moet ook bevoegd zijn voor de arbeidswetgeving, de sociale zekerheid, de pensioenen. Minister- president Kris Peeters (CD&V) krijgt van de ceo van Volvo in Zweden te horen dat onze loon- kosten te hoog zijn. Wat kan hij doen? Niets.”

VOEREN

Dat de N-VA geen aandacht had voor de vijftigste “verjaardag” van de taalgrensrege- ling, de faciliteiten en de overheveling van Voeren naar Vlaanderen schoot Moons in het verkeerde keelgat. “Een historicus als Bart De Wever zou het belang van de geschiedenis moeten inzien.

Iedereen is intussen vergeten dat wijlen Gaston Eyskens in 1963, tegen de afspraken van Hertoginnedal in, tegen het goedkeuren van de faciliteiten stemde. Hij noemde ze een nederlaag voor Vlaanderen en een tijdbom onder België. Hij had gelijk. Als ik maandag weer in mijn klas in het buitengewoon onder- wijs sta, zie ik Aziatische, Afrikaanse, en Oost- Europese jongeren zich enthousiast dubbel plooien om Nederlands te leren. Dat is wat anders dan faciliteiten vragen.”

VREDE VOOR IEDEREEN

“Sinds 2002 hebben we de IJzertoren van zijn extreemrechtse imago gezuiverd”, liet Dirk Demeurie optekenen in Het Nieuwsblad. Dirk Demeurie is de algemeen secretaris van het IJzerbedevaartcomité.

Demeurie had zondag wat te vieren: die dag was hij 20 jaar in dienst als secretaris. In die 20 jaar is het bezoekersaantal aan de IJzerbe- devaart gezakt van 20.000 naar…400 deelne- mers in 2012. Demeurie mag zich op de borst kloppen: hij heeft niet alleen de IJzertoren van extreemrechts gezuiverd, hij heeft de toren van jan en alleman gezuiverd. Daarom, hoog het

glas, en doe er nog 20 jaar bij. Van onzent- wege, een dikke proficiat en een bank vooruit.

DE GORDEL IN BRUSSEL

Mevrouw Lekhli is de nieuwe presentatrice in De Zevende Dag. Ze volgt Indra de Witte op. Lekhli startte haar eerste uitzending al

dadelijk met een lapsus. Al in de inleiding zei ze volgende volzin: “En we gaan ook naar Brussel, voor een verslag van het Gordelfes- tival.”

De Gordel in Brussel? Zou mevrouw Lekhli wel weten waar Huizingen en Hofstade liggen?

Dat belooft, betreffende haar kennis van zaken over de “Vlaamse zaak”.

(5)

Actueel 4 september 2013 5

Toeval bestaat niet. Als een trio journalisten van De Morgen op dezelfde dag op hun strijdros kruipen, dan weet je het wel. Dat ze alle drie voor De Standaard/Het Nieuwsblad werken, moet een toeval zijn. Bart Brinckman, Ruud Goossens en Fabian Lefevere zijn als kruisvaarders al lang onderweg naar een land zonder N-VA. Het moet zijn dat Liesbeth van Impe nog ergens in een zuidelijke hangmat hangt, want die mengde zich voorlopig nog niet in de heilige oorlog.

Losse flodders van Bracke zullen N-VA niet splitsen

Op één en dezelfde dag vijf bladzijden tekst en drie opinies over ‘Der Untergang’ van De Wever, dat kan tellen. We zouden wel gek zijn de directie van Corelio (in vaders tijd de VUM) van enige rozigheid te verdenken. Nu moeten we wel toegeven dat het kruit voor de kanons- kogels van Brinckman en co voor het rapen lag.

Siegfried Bracke gaf de journalisten voorwaar even de illusie dat ze zijn partij fataal konden treffen. Staatssecretaris Hendrik Bogaert en professor Carl Devos deelden nogal haastig ietwat in de vreugde. We zijn er bijlange niet zo zeker van dat het raak was. Een paar losse flodders van Bracke zullen niet volstaan om N-VA-land te splitsen. Vooral de wijze waarop Bracke te werk ging, roept vraagtekens op: pas vrijdagavond kreeg de partijtop van de N-VA lucht van het interview dat daags erna zou ver- schijnen. Is Bracke zo vol van glorie en eigen- dunk dat hij denkt zich alles te kunnen veroor- loven binnen de partij?

Zin en onzin

Bracke zei zeker zinnige dingen, maar meer dan eens glipte een voet van de trappers.

We moeten onze tegenstanders “niet voor smeerlappen uitmaken”, zegt Bracke. Juist.

Waar zitten dan de N-VA’ers die hij daarop heeft betrapt? O, neen, dat had hij nu ook weer zo niet bedoeld.

Met het zuidelijke deel van dit land, waar Frans wordt gesproken, “zullen we moeten leren leven”. Dat doen we toch al een tijdje? Juist.

Maar liefst niet te lang meer, durven we hopen. Toch niet als de PS de Waalse én de federale regering dirigeert? Heeft Bracke indi- caties dat het in 2014 anders wordt?

En wat te denken van dit staaltje zelfkastij- ding: de onophoudelijke kritiek op de N-VA

“laat sporen na bij de mensen... We dreigen onze sang- froid kwijt te geraken”, laat hij zich in de mond leg- gen. Spreekt hij nu voor zichzelf, die immer zelfzekere Siegfried? Of was ook dat weer anders bedoeld. Sta ons toe even te twijfe- len aan dat soort “fundamentele vrolijkheid”.

Fundamenteel vrolijk was Bracke al even- min toen hij eerder deze zomer een verband meende te moeten leggen tussen Vlaamse onafhankelijkheid en de stand van zaken in zijn pyjamabroek. “Het was eruit voor ik het wist”, verontschuldigde hij zich vorige zondag.

Doorgepraat

Voor het overige zijn we van mening dat Bracke wist wat hij zei. Maar dat de partij min- der goed wist wat hij ging zeggen. Of wanneer hij het ging zetten. Al zal de hele partijtop het er wel over eens zijn dat in het politieke debat van de komende maanden de economie cen- traal zal en moet staan.

De N-VA wil dit uitgangspunt verkopen, maar in dit geval was Bracke een slechte ver- koper. Vlaams-nationalisten weten al jaren dat het economiedebat parallel loopt met de com- munautaire tegenstellingen. Niet een klein beetje. In zowat elk dossier.

De grote uitdaging voor N-VA is dan ook dit dossier per dossier zo goed mogelijk uit te leg- gen aan de Vlaming, die je moeilijk kan ver- wijten dat hij niet elke dag opstaat met wat economische cijferreeksen tussen de boter- hammen.

Het “gelijkheidsteken” tussen het econo- mische en het communautaire, dat Bracke in De Zevende Dag meermaals erg duidelijk gebruikte, was een sterke metafoor. Helaas had de goede “communicator” in zijn bab- bel met Brinckman die metafoor even verge- ten te gebruiken. Of liet hij zich als een kind belazeren?

Solo-slim

Uit de babbels van Bracke en de interven- tie van De Wever onthouden we dat de N-VA beseft dat de partij zelfs met een betere uit- slag in 2014 nogmaals kan worden opzijgezet.

Een solo-slim zit er niet in. Welke bondgeno- ten hoopt men dan te vinden?

Het vizier blijft gericht op een goede ver- standhouding met de werkgevers en de mid- denklasse. Op het besef dat we voor het behoud van onze welvaart moeten besparen in de uitgaven voor pensioenen en werkloos- heid, en moeten investeren in flexi-jobs en mini-jobs. Juist, maar...

Mag Vlaanderen alstublieft iets ruimer zijn dan het territorium van Voka en Unizo? Met alle sympathie overigens voor deze respec- tabele uithangborden van de Vlaamse eco- nomie.

Waarom niet meteen verduidelijken dat dit geen sociaal bloedbad hoeft te zijn, al zeker niet als Vlaanderen de geldstroom naar Wal-

lonië en Brussel kan beperken? Wie mikt op een breed kiezerspubliek moet rechts en links durven kijken.

In die context was de bemerking van Peter de Roover (Doorbraak) terecht: op een soort con- ventie met de MR van Didier Reynders zou- den de Vlamingen best niet te veel rekenen, al was het maar omdat partijvoorzitter Char- les Michel een gezellig kaartspel met de Vla- mingen van N-VA niet ziet zitten.

Confederalisme

Een al even grote uitdaging voor N-VA wordt de verpakking van de boodschap. Ongetwij- feld wordt daar grondig aan gewerkt, met raad- gevers en met de zekerheid dat De Wever met verve moeilijke dingen knap krijgt uitgelegd.

Toch zal ook hij beseffen dat “confedera- lisme” een term is waarmee je politiek-com- mercieel niet makkelijk scoort. Erg abstract, wollig en weinig wervend. Als men verstan- dig is, behoudt men die hooguit als uithang- bord voor de winkel, en zet men een paar bol- lebozen aan het werk om de standpunten met meer sexappeal aan de kiezer aan te bieden.

De verpakking van de boodschap moet beter kunnen dan wat Bracke nu deed. Het is niet de eerste keer dat De Wever opmerkt dat Brinckman van het beschadigen van zijn partij in De Standaard zowat zijn levensdoel heeft gemaakt.

Een kwaliteitskrant verdient beter werk- volk. Maar vooral dit: Bracke had beter moeten weten. Hij had het in zijn interview nochtans zelf over de niet zo propere rol van bepaalde media.

Uit de wind

De Wever heeft Bracke zondag in De Zevende Dag een herkansing gegeven. Niet helemaal onverdienstelijk, trouwens. Daarna heeft hij hem zelf op VTM nog eens uit de wind gezet. Benieuwd hoe hij nu ligt bij het voet- volk van de partij, nu hij uitgerekend vanaf deze week Vlaanderen rondreist met zijn “Café Bracke en vrienden”.

Laat ons die man niet onderschatten, hij heeft de gave van het woord, zoals weinig anderen. Overigens kunnen zijn critici uit de V-hoek maar beter beseffen dat Vlaanderen weinig opschiet als het de miserie van een politieke blunder uit kortzichtige frustratie meent te moeten counteren met de miserie van de nestvervuiling.

Ongetwijfeld zullen de laatste verdedi- gers van dit koninkrijk de as van de N-VA de komende dagen ruim uitwaaieren, van De Panne tot Opgrimbie. Zitten de kiezers hele- maal niet op confederalisme te wachten, zoals Carl Devos in zijn column op de webstek van

de VRT noteert? Laat ons dat nog maar even afwachten.

Devos lijkt de jongste tijd onder tijds- druk te veel teksten en meningen te moeten produceren, en dat laat zich lezen. Zo vol- staat het Bracke-interview voor hem om al te declareren dat “de tegenstrategie” van de klassieke partijen tegen de N-VA “dus heeft gewerkt”, dat de partij “kernwaarden opof- fert voor machtsdeelname”, dat de kracht van verandering zoek is, et cetera. Hij had min- stens de interventie van De Wever kunnen afwachten vooraleer ei zo na “het einde van een communautair tijdperk” af te kondigen.

De Franstaligen hebben met Di Rupo gespeeld en gewonnen, maar de terugmatch komt eraan. Laat het sociaaleconomische maar prominent aanwezig zijn in het komende debat. Wie niet ziende blind was, kon zondag zien dat De Wever scherp staat.

Hij moet wel, want CD&V en Vlaams Belang knabbelen aan zijn stemmen. Belangers die bij vorige keer op N-VA gestemd hebben, beginnen af te haken en keren terug naar de oude schaapsstal. De Wever blijft de spits én de doelman van zijn partij, tot ergernis van nogal wat commentatoren en dat zullen we geweten hebben.

Maar dat de kiezer de lange lijn van het unitaire België naar het autonome Vlaanderen zal afbreken, is weinig waarschijn- lijk.

AnjA Pieters

Nieuwe

staatshervorming

Misschien minder opgemerkt dan de passage van Bracke, maar daarom niet geheel onbelangrijk, was de voor- bije week het signaal van Pieter de Crem (CD&V) in De Standaard. De Crem spreekt al van een volgende staatsher- vorming.

Het werk van CD&V is dus niet af. Een volgende staatshervorming wordt mak- kelijker “omdat de volgende regering geen tweederdemeerderheid nodig heeft voor een staatshervorming. Deze keer volstaan 76 van de 150 zetels. Met een meerderheid aan Nederlandstalige kant”.

Een blooper? Of een positief signaal richting N-VA? “We werken in de Vlaamse regering met de N-VA samen. Soms lijkt men dat te vergeten. We zullen zien. We houden de handen vrij”, zei De Crem.

CAMPS

Het ergste wat Siegfried Bracke kan overko- men, is dat hij in 2014 geen minister wordt. dat schrijft Hugo Camps, altijd klaar om de interne winkel van de N-VA in de fik te steken.

“Het verlangen door een aardappelboer ooit aangesproken te worden met excellen- tie brandt hem nu al helemaal op... Hoe en waarom de VRT-coryfee bij de N-VA is terecht-

gekomen, is me nooit duidelijk geweest. Bij de omroep was hij nog eerder macrobiotisch links dan flamingant... Confederalisme? Hij zou bij god niet weten hoe het eruitziet, maar alla, als de partij het wil... Zolang de ministerporte- feuille niet in gevaar komt, is niets te gek. Aan- vankelijk leek het of Siegfried benoemd was tot buikspreker van De Wever. Algauw werd hij overvleugeld door Jan Jambon en Ben Weyts.”

Einde citaat.

BLINDE LUC

Wordt Luc Van der Kelen, de voormalige commentaarschrijver van Het Laatste Nieuws een beetje blind? Voor de prominente B-plus- ser keert de politiek “terug naar normalere verhoudingen, waarbij de verliezers van de jongste jaren in een opgaande lijn zitten”.

Geen sprake van als je de peiling van VTM en De Morgen vergelijkt met de uitslag van 2010. Alleen Open VLD maakt een winst van zegge en schrijve 0,2 procent en komt nu op 14,1 procent. CD&V, sp.a en Groen blijven in het rood draaien. Zijn opinie is zwak, zijn cij- fers correct: “Wie de resultaten van de drie partijen optelt, komt nog altijd maar aan 44%

- onvoldoende voor een meerderheid”.

Vergelijk je de recente peiling met de voor- gaande, dan is de conclusie snel gemaakt: de V-partijen landen op 45 procent (plus 0,5).

NOG BLINDER

Nog triester is het gesteld met de ogen van de journalisten van De Morgen. In de analyse van de cijfers van nota bene hun eigen pei- ling “vergeet” Steven Samyn aan zijn lezers iets te vertellen over de resultaten van Vlaams Belang. Al duizend keer dood verklaard, scoort VB volgens die peiling 11,9 procent, een winst van 2,5 procent.

Zo trapt Annemans op de voeten van de grote socialistische partij van Vlaanderen (12,7 procent). Frustratie, noemt men zoiets.

TAALVERVALSING

De aandachtige lezer van dit weekblad kent ongetwijfeld de “Organisation Internationale de la Francophonie (OIF). Dat is een samen- werkingsverband van een 77-tal landen waar Frans de voertaal is, of beter gezegd: een voer- taal is.

Er is één land dat zelfs dubbel in de club aanwezig is: zowel Belgique als la Fédération Wallonie-Bruxelles zijn aangesloten. Die Fédé- ration bestaat weliswaar niet echt, grondwette- lijk gezien, maar dat is geen beletsel.

Ergerlijk is dat op de webstek van de OIF volgende nonsens staat: aantal inwoners van België: 10.698.000. Aantal Franstaligen:

8.243.900.

Dat staat er zwart op wit. In procenten uitge- drukt: 77 procent van de bevolking van België is “francophone”. Pure feitenvervalsing. Vraag is: hoe lang gaat het duren voor er een recht- zetting komt? Om de twee jaar houdt de OIF een top. Eerste minister Leterme was erbij in 2008 en in 2010 en hij sprak er uiteraard geen woord Nederlands.

In 2012 waren Reynders en Demotte aan- wezig, terwijl Di Rupo niet naar de top ging.

Elio gaf de voorkeur aan de campagne van de gemeenteraadsverkiezingen.

De volgende top van de francofonie vindt plaats in november 2014 in Dakar (Senegal).

Benieuwd wie namens ons (sic) landje zal gaan. Als we tegen dan al een “grekerink”

hebben.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hier toe dienen die fijne Aromatike geesten niet, want daar door werd de hitsige broeyendheid meerder en meerder aangestoken, het welke die lighamen meest ervaren, welke geen de

Het ligt uiteraard aan de top van de FIFA dat van daaruit tot dusver geen enkele ern- stige poging werd gedaan om verandering te brengen in het systeem van toekennen van

Een andere deelnemer wees er op dat “een van de voordelen van het Steunpunt tot bestrijding van armoede net is, dat het functioneert als een plek waar mensen

Deze zal naar verwachting resulteren in een zeer sterke winstdaling ten opzichte van de historische resultaten (op basis van vergelijkbare EBITDA) van Van de Velde voor 2018 als

Omdat de bezoekers op elk willekeurig moment in een van deze groepen ingedeeld werden en baliemedewerkers niet op de hoogte waren van het type handvest (ambities, weinig ambitieus,

Toekomstige ambtenaren willen werken voor een zelfverzekerde overheid Een grote gemene deler in de gesprekken met (potentiële) ambtenaren is dat ze trots zijn voor de publieke zaak

Dergelijke inbedding (a) onderstreept de relevantie van integriteit in het dagelijkse werk, (b) draagt bij aan verdere normalisering van het gesprek over integriteit, (c) kan

Ik heb een gevoeligheid voor psychoses, of beter gezegd, ik heb er reeds drie gehad, maar ik stond al zo’n acht jaar weer in de realiteit en het was mijn droom om toch eens