• No results found

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi"

Copied!
44
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

bron

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi.

z.n., Amsterdam ca. 1698

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_kru003krui01_01/colofon.php

© 2013 dbnl

(2)

Transporten van Kruys en Mol.

mi fa sol la ci ut re mi la ci ut re mi fa sol la re mi fa sol la ci ut re ci ut re mi fa sol la ci fa sol la ci ut re mi fa

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(3)

Berigt aan den Liefhebber.

Nademaal in dit werkje de stoffe ten hoogsten ernstig, en daar in de kortheid, zo veel als mogelyk, betragt is, zo zal men U E. gedagten niet poogen te vervullen met een lange voorreeden, maar U E. alleen het geene wy nodig agten berigten.

Weet dan dat de deftigheid van zaaken vereischt, dat de Adagios zeer langzaam en beweegelyk, de Graves wat minder langzaam, dog deftig: en de Vivaces met een zeedige leevendigheid gezongen moeten werden.

Op verzoek, en tot gerief van verscheide liefhebbers, zyn de Tramblanten met een T geteekend, eenige manieren bygevoegd, en tot genoegen van die op Instrumenten speelen, op een ordinary G sleutel gesteld, als ook de transporten van kruys en mol, voor de Zangers, hier neevens aangeweezen.

De Bas, kan als Zang-Bas en Bas-Continuo gebruykt worden.

Indien dit werkje de liefhebbers behaagelyk is, zullen wy in't korte een tweede laaten volgen; wenschende ondertusschen dat U E. zodanig moogt zingen, dat gy daar door bewoogen word den weg ten hemel te betreeden. Vaar wel.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(4)

De Blyde Boodschap.

Toen d'aldergroot- ste duyster- heid, Zich op der aarde had verspreid, En Jakobs

kroost in groote nood, Zat in de schaduw van de dood: Verscheen in haar be- schreid ge- zicht, Te midder nacht een helder licht, Om haar te leiden uit ge- vaar, In 't ziel ver- kwikkend nieuwe Jaar.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(5)

1.

Toen d'aldergrootste duysterheid, Zich op der aarde had verspreid, En Jakobs kroost in groote nood, Zat in de schaduw van de dood:

Verscheen, in haar beschreid gezicht, Te midder nacht, een helder licht, Om haar te leiden uit gevaar, In 't ziel verkwikkend nieuwe Jaar.

2.

De herders waakend' op het veld, Zyn door de klaare lucht ontsteld, En door de Goddelyke stem, Die zei, staat op na Bethlehem;

Die uwe zonden draagen zal, Rust in een arme beeste-stal, Om u te leiden uit gevaar,

In 't ziel verkwikkend nieuwe Jaar.

3.

Zy zyn na Bethlehem gegaan, En zagen hun verlosser aan, Door wien de waereld is gemaakt, En van de waereld wierd verzaakt, In windels van een slechte web, Verschooven in een beeste kreb, Om haar te leiden uit gevaar, In 't ziel verkwikkend nieuwe Jaar.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(6)

Christus op Aarde.

O welk een leer! daalt van den Hémel neer, Van d'alderhoogsten Heer, Zo langen tyd ver- wacht, Van 't mensche- lyk geslacht; Waar door het nu tot zynen God kan naaken, Om 't zoetste zoet van zyn ge- na te smaaken; Dies klim ô mensch! Ver- kryg uw 's harten wensch, Verkryg uw 's harten wensch.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(7)

1.

O welk een leer!

Daalt van den Hémel neer, Van d'alderhoogsten Heer, Zo langen tyd verwacht, Van 't menschelyk geslacht;

Waar door het nu tot zynen God kan naaken, Om 't zoetste zoet van zyn gena te smaaken;

Dies klim ô mensch!

Verkryg uw's harten wensch.

2.

God heeft zyn Zoon Doen komen van zyn troon, En u hem aangeboôn, Op dat hy u tot hem Zou brengen door zyn stem;

Zo wy dan na dien Zoon niet willen hooren, Zo zullen wy voor eeuwig gaan verlooren,

Van Gods aanschyn Altyd verstooten zyn.

3.

Wilt u gemoed Dan voeden met dit zoet, Dat eeuwig leeven doet, Dat uyt den hemel daald, En u de ziel bestraald;

Bereid u hert, u ziel, en al uw zinnen, Om God, alleen in zynen Zoon, te minnen:

Zyn jok is zoet, Zyn last is ligt en goed.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(8)

Maria zoekt en vind Christus.

Wie zogt ooit met zo veel angst, Als Ma- ri- a, in drie da- gen, Vol van

lief- de, hoop en angst, Om haar Zoo-ne te be- jaa- gen. Langs de weegen op het land, En in Sa- lems muu- re, Daar z' hem in den Tempel vand Wel ter goeder uu- re, Maar zo groot Als de nood In haar was ge- ree- zen, (Welk een deugd) Was de vreugd Toen uit haar te lee- zen.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(9)

1.

Wie zogt ooit met zo veel angst, Als Maria, in drie dagen, Vol van liefde en verlangst, Om haar Zoone te bejagen:

Langs de wegen op het land, En in Salems muure,

Daar z' hem in den Tempel vand Wel ter goeder uure,

Maar zo groot Als de nood

In haar was gereezen, (Welk een deugd) Was de vreugd Toen uit haar te leezen.

2.

Maar den yver van haar Zoon, Die hy toond in s' Vaders zaaken, En hem steld voor 't volk ten toon, Kan haar nog veel meer vermaaken;

Elk was even zeer ontzet Op zyn wyze vraagen, Uyt de voor geleezen Wet d'Oude voorgedragen;

't Heemels vuur, Gods natuur

Komt zig openbaaren:

Godes Wet Leerd hy net

Op zyn twaalf Jaaren.

3.

Mensch zo gaat den Heiland voor, Op het pad van waare reeden, Wyft u op het regte spoor Om ten Hemel in te treeden, Niet in 't nypen van de nood Als gy dog moet Sterven, Maar eer u de bleeke dood Lyf en Ziel doed derven:

Dat is deugd, In zyn jeugd

Zig aan God te binden;

Zoekt maar vroeg, En genoeg

Zoo zult gy hem vinden.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(10)

Christus word van Joannes gedoopt.

Die uit den He- mel is ge- daalt, Om Godes Wet aan ons te lee- ren, Heeft

ons een voorbeeld af- gemaald Met zich voor zynen minder te ver- nee- ren: Die zelf met geest en vuur kan doopen, Wil van Jo- annes zyn gedoopt, Dat hem 't Jor- daanen nat be- loopt, Alleen om leer en lee- ven t'zaam te knoo- pen.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(11)

1.

Die uit den Hemel is gedaald, Om Godes Wet aan ons te leeren, Heeft ons een voorbeeld afgemaald Met zich voor zynen minder te verneeren:

Die zelf met geest en vuur kan doopen, Wil van Joannes zyn gedoopt,

Dat hem 't Jordaanen nat beloopt,

Alleen om leer en leeven t'zaam te knoopen.

2.

Dit heeft den Vader zo behaagd, Dat zyne stem zij dus laat hooren, Die als een Zon uit 't waater daagd, Is myne Zoon die ik heb uitverkooren;

De Geest komt op hem neederdaalen, Gelyk een duyfje van om hoog,

Hy trekt daar door 't aanschouwend oog, Omringt met glans van Godverligte straalen.

3.

Dit voorbeeld opend ons het oog, En wyst ons hoe men voor moet treeden:

Min door een redenryk vertoog,

Meer door opregt' in Godgegronde zeeden;

Wild gy uw leering zien betragten.

Treed dan, ô Herder! trouw'lyk voor, En volg uw Heyland op het spoor, Zo zal elk een uw lessen dierbaar achten.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(12)

Christus Verzoekinge.

HY die, voorheen, door hoogmoed wierd ge- dree- ven, Die zich ge-

lyk wouw maaken aan zyn God, Die, neergeveld, kreeg d'afgrond tot zyn Lot, En nu al- tyd voor Godes straf moet bee- ven, Die komt nu wederom ter baan, En rand de Zoone Godes aan, In hoop dat hy hem zal bedriegen, Door aardsche schat en kon- stig lic- gen.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(13)

1.

HY die, voorheen, door hoogmoed wierd gedreeven, Die zich gelyk wouw maaken aan zyn God,

Die, neergeveld, kreeg d'afgrond tot zyn Lot, En nu altyd voor Godes straf moet beeven, Die komt nu wederom ter baan,

En rand de Zoone Godes aan, In hoop dat hy hem zal bedriegen, Door aardsche schat en konstig liegen.

2.

Hy wil het eerst zyn mogentheyd doorgronden, Dies pord hy hem in zyne hongers nood;

Zyt gy Gods Zoon, maakt uyt de Steene brood (Zegt hy tot hem) uw magt is ongebonden;

Kom werp u van des Tempel top, Een Engel houd u zagjes op:

Wild gy dat ik u zal geloven, Zo stort u maar gerust van boven.

3.

Nu houd hy zig als Opperheer der aarden, Ontleed voor hem haar diep verborgen schat, En zegt, zo gy my slegts maar eens aan bad, Gy zoud dit al in eygendom aanvaarden;

Maar Jezus zegt den Satan aan Dat hy terstont van hem zouw gaan:

Men moet zyn diensten en gebeeden Allenelyk aan God besteden.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(14)

Maria Magdalena aan Jesus voeten.

O Zon der ge- nade, Ei bestraal doch myn hert, En verdryf daar uit al het kwade, Geef dat myn zie- le vry mag zyn van smert! Ik leg voor u nee- der ge- boogen, Myn oogen Daar vloeid een zee van traanen uit, Wees met my dog be- woogen Op dat uw meedoogen al myn droef- heid stuit.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(15)

1.

O Zon der genade, Ei bestraal doch myn hert!

En verdryf daar uit al het kwaade,

Geef dat myn ziele vry mag zyn van smert!

Ik leg voor u needer geboogen, Myn' oogen

Daar vloeid een zee van traanen uit, Wees met my doch bewoogen Op dat uw meedoogen Al myn droefheid stuit.

2.

Ik wasch uwe voeten Met het nat dat ik schrei:

Ach mogt ik myn schuld daar meê boeten!

En myn hert steeds zyn onder uw gelei!

Ik zouw my aan u zo verbinden, Beminden!

Dat hel noch dood ons scheiden zouw;

O myn herts ziels bezinden!

'k Verliet schat en vrinden, En bleef u getrouw.

3.

Uw lieffelyk weezen, Heeft myn ziel hoog bekoort.

Daar is niets dat my kan geneezen

Als de kracht van uw ziel verkwikkend woord, Ay laat dat gestadig myn' ooren

Doorbooren!

Tot in het diepst' van myn gemoed;

Wil myn beede verhooren, Of ik heb verlooren Al myn Hemels goed.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(16)

Maria Magdalena ontbonden van zonden.

IK voel heeden Gods ge- na- de, 't Is zyn gunst die my be- straald; 'k Voel myn hert met vreugd ge- laa- de, Die van bo- ven nee- der daalt: Al myn droefheid is ver- dweenen, God heeft myn ge- bed ver- hoord: Hy is aan myn geest ver- scheenen, Die myn ziel zo hoog be- koord.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(17)

1.

Ik voel heden Gods genade, 't Is zyn gunst die my bestraald;

'k Voel myn hert met vreugd gelaade, Die van boven needer daalt:

Al myn droefheid is verdweenen, God heeft myn gebed verhoord:

Hy is aan myn geest verscheenen, Die myn ziel zo hoog bekoord.

2.

Onuitspreek'lyk is de weelde, Daar ik nu mê word gevoed;

Nooyt kon ik myn zelf verbeelden, Zulk een kracht van 't hemels goed;

'k Laat het schoone van deez' aarde, En haar zoet voor die het lust, Niets is my zo hoog van waarde, Als daar nu myn hert op rust.

3.

Weg dan waereld met uw schatten, Weg met al uw schoon in schyn;

Gy kunt op myn ziel niet vatten, Al uw zoet is maar fenyn;

Myn verlangen is na boven, By myn Jesus en myn Heer;

Die daar zonder eynd te loven, Is al 't geen dat ik begeer.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(18)

Den verreezen Lazarus.

Rys op myn ziel! nu is het tyd, Nu met een hert geheel ver- blyd, Den Heere lof ge- zon- gen, Hy heeft de dood van u ge-

daan, En zyne banden doen vergaan, Uw lyf het graf ont- wron- gen, Loofd hem Met stem, Laat de snaaren Daar meê paaren, t'Zy- ner eeren, Loof, Loof den Heere al- ler Hee- ren.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(19)

1.

Rys op myn ziel! nu is het tyd, Nu met een hert geheel verblyd, Den Heere lof gezongen:

Hy heeft de dood van u gedaan, En zyne banden doen vergaan, Uw lyf het graf ontwrongen;

Loofd hem Met stem;

Laat de snaaren Daar mee paaren t'Zyner eeren:

Loof den Heere aller heeren.

2.

De dood had my in zyn geweld, En met zyn seyssen neergeveld:

Ik lag in 't graf verslonden;

Toen hy my door zyns Vaders macht Trok uyt die ákelyke nacht,

En aan u heeft herbonden:

Loofd hem Met stem;

Laat de snaaren Daar mee paaren t'Zyner eeren:

Loof den Heere aller heeren.

3.

Gy Jooden, ziet de heerlykheyd Die Jesus voor u heeft bereyd;

Wilt in zyn naam geloven, Dewyl gy, voor uw oogen, ziet;

Hoe hy de hel, en dood gebied, En ons opvoerd na boven.

Loofd hem Met stem;

Laat de snaaren Daar mee paaren t'Zyner eeren:

Loof den Heere aller heeren.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(20)

Christus in 't Hofje.

Als men eens gaat overweegen, Hoe 't met Je- zus was gelegen, In den Hof Geth- zé- ma- né, Toen hy swom in bloed en traanen, Om het he- mels spoor te baanen;

Wat dat zy- ne ziel toen lee, Wat dat zy- ne ziel toen lee.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(21)

1.

Als men eens gaat overweegen, Hoe 't met Jesus was gelegen, In den Hof Gethzémané,

Toen hy zwom in bloed en traanen, Om het hemels spoor te baanen, Wat dat zyne ziel toen lee.

2.

Wie en word dan niet bewogen?

Wie en stort dan door zyn' oogen Niet een zee van traanen uit?

Wie voelt niet zyn hert beklemmen?

't Bloed niet in zyn aders stremmen?

Wie maakt niet een bang geluyd?

3.

O myn ziel hebt gy medoogen!

Weest met uwen heer bewoogen, Waakt met hem in deeze nacht;

Volgt hem na in al zyn ly'en, Zo zult ge u met hem verbly'en, By al 't zalige geslacht.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(22)

Christus Verraden.

HY die zyn goed, zyn ryk, zyn le- ven, Goedwil- lig- lyk wil over geeven,

Ter liefde van de mensch, Niet met een wensch, Maar die in de nood Van de hel- sche dood, Voor ons in de dood wil treeden, Word van de mensch ter dood be- stree- den.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(23)

1.

HY die zyn goed, zyn ryk, zyn leven, Goedwilliglyk wil overgeeven, Ter liefde van de mensch, Niet met een wensch, Maar die in de nood, Van de helsche dood,

Voor ons in de dood wil treeden,

Word van de mensch ter dood bestreeden.

2.

Terwyl hy ons zoekt los te maaken, En dat hy 't hels gebouw doet kraaken, Ja rukt het gantsch om veer,

Ten afgrond neer, Komt Iscarioth, Met des Priesters rot,

Christus in de nacht aanranden, Om hem te geven in hun banden.

3.

Een Joabs kus was Judas teeken;

Schoon 't rot tot tweemaal was besweeken Alleen door zyne stem,

Noch greep het hem;

Schoon hy Malchus wond Heelde door zyn mond, Gaan zy hem ter stad inleyen, Terwyl zyn Jong'ren hem beschreyen.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(24)

Petrus berouw.

AL wie zyn ei- gen kracht Te veel wil toe be- trou- wen, En het gevaar vcracht, Die zal het vaak be- rou- wen: Zo is het Petrus ook vergaan, Die door het kraaye van de haan, Zyn stout bestaan kreeg in ge- dach- ten, En uitberst in be- droef- de klachten.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(25)

1.

AL wie zyn eigen kracht Te veel wil toe betrouwen, En het gevaar veracht, Die zil het vaak berouwen:

Zo is het Petrus ook vergaan, Die door het kraaye van de haan, Zyn stout bestaan kreeg in gedachten, En uitberst in bedroefde klachten.

2.

Myn moed, hoe vast, en groot, Is, door de vrees, verslonden, 'k Had my, om in de dood, Met u te gaan, verbonden:

Ag Jezus! die het alles weet, Zo sprak hy, 't is my innig leet, 'k Heb u verzaakt met myne lippen, Maar noyt zal dat myn hart ontglippen.

3.

Vergeev het my myn God, Bevry my van uw tooren;

Gun my een beeter lot Als Judas is beschooren:

Ay! geev my uw genaade weêr, Op dat ik weder tot uw keer;

Of laat my om uw naame lyden, En daar voor tot myn dood toe stryden.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(26)

Judas Berouw.

O Ju- das! Ju- das! wat hebt gy be- dree- ven? Wat dwaasheid heeft u brein ontsteld?

Dat gy zelf op uw eigen lee- ven, Een doodelyk geweer hebt neergeveld. O Judas! Ju- das! wat hebt gy bedree- ven? Gewaande hoon heeft my be- droo- gen, De geldzugt heeft my tot de wraak bewoogen, En naauw heb ik de wraak vol-end, Of my is ook myn ramp bekend; O ramp!

ò plaagen: gy doet my eeu- wig klaa-gen. eeu- wig klaa- gen.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(27)

1.

O Judas! Judas! wat hebt gy bedreeven?

Wat dwaasheid heeft u breyn ontsteld?

Dat gy zelf op uw eigen leeven, Een doodelyk geweer hebt neergeveld?

O Judas! Judas! wat hebt gy bedreeven?

Gewaande hoon heeft my bedroogen, De geldzugt heeft my tot de wraak bewogen, Maar naauw heb ik de wraak volend, Of my is ook myn ramp bekend;

O ramp! ô plaagen!

Gy doed my eeuwig klaagen.

2.

Ag Jezus! Jezus! ik heb u verraaden, Alleen om dat gy my verweet,

Myn ongeloof in uw genaaden, En trouweloos gemoed, door eene beet.

Ag Jezus! Jezus! ik heb u verraaden;

Had ik uw woord geloof gegeven, Zo waar ik ook uw leereling gebleeven;

Maar nu ik u breng in de dood, Begint myn droefheid en myn nood.

O ramp! ô plagen!

Gy doed my eeuwig klaagen.

3.

Kom wanhoop! wanhoop! help myn rol ten enden, Myn kwynend lyf in 't donker graf,

Terwyl myn ziel, in meer elenden,

Ter helle word gedoemd tot zwaarder straf;

Kom wanhoop! wanhoop! helpt myn tol ten enden;

Myn hand gy hebt het loon ontfangen,

Breng my aan 't end van myn gevreesd, verlangen:

Ik ben dit heilloos leeven moê, Myn' oogen sluit u eeuwig toe.

O ramp! ô plaagen!

Gy doet my eeuwig klaagen.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(28)

De Kruysdragende Christus.

Stel u ô myn ziel tot treuren, Ziet uw Hee- re gaat voor uit, 't Kruys dat

moet hy zelf op beuren on- der 't woelen- de ge- luyd; Zie hem knik- ken, zie hem hygen, Al zyn lee- den zyn te teer, Om zyn last meer voort te krygen, Want het drukt hem, want het drukt hem, want het drukt hem gantsch ter neer, Noch en lust hem niet te swygen, In 't verbrei- den, in 't verbreiden, in 't ver- brei- den van Gods eer.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(29)

1.

Stel u ô myn ziel tot treuren!

Ziet uw Heere gaat voor uit, 't Kruys dat moet hy zelf op-beuren, Onder 't woelende geluid;

Zie hem knikken, zie hem hygen, Al zyn leeden zyn te teer,

Om zyn last meer voort te krygen:

Want het drukt hem gantsch ter neer, Noch en lust hem niet te zwygen, In 't verbreiden van Gods eer.

2.

Elk stort hier een vloed van traanen, En beklaagd d'onnozelheid;

Maar hy schikt zig tot vermaanen;

Wat is 't dat gy om my schreyd?

Schreyd veel liever om uw zonden, Maak, zegt hy, dat gy die laat, Dat het bloed uit myne wonden, U in 't oordeel komt te baat:

Zo word gy van God gevonden In der zielen zaal'gen staat.

3.

Dit 's de rechten weg ten leeven, Schoon die aanloopt op de dood:

Wilt g' u achter my begeeven, Zo verdwynd al uwe nood;

Kunt gy huys en hof verlaaten, En uw Vrienden lief en waerd, Wilt gy zelf dat leeven haaten, Dat my zo veel rampen baard, Dat zal u een leeven baaten, Met myn Vaders eens van aard.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(30)

Christus Gekruist.

IK smelt in rouw, ik smelt in rouw, Wanneer ik met myn geest beschouw, Hoe dat des Leevens Vorst, Met sweet en bloed bemorst, Ver- smacht van dorst; Als

ik zyn hooft zie neerge- boogen, Zyn zoet gezicht, die he- mel oogen, Zie na de dompig' aard ge- toogen, Dan voeld myn hart Een ly- de- looze smart, Een ly- de-

loo- ze smart.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(31)

1.

IK smelt in rouw, ik smelt in rouw, Wanneer ik met myn geest beschouw, Hoe dat des Levens Vorst,

Met sweet en bloed bemorst, Versmacht van dorst;

Als ik zyn hooft zie neergeboogen, Zyn zoet gezicht, die hemel oogen, Zie na de dompige aard getoogen, Dan voeld myn hert

Een lydelooze smert.

2.

Komt hy my voor aan 't kruys gehegt, By vuyle Moorders opgeregt,

En voor zyn weldoens loon, Met eene Doornekroon Gekroond ten hoon;

Wanneer ik zie een spons geladen, Met zuur en bitter ongenaden, Om zyn verdroogde tong te baaden, Dan voeld myn hert

Een lydelooze smert.

3.

Wanneer hy roept, 't is al volbragt, De middag wisselt in een nagt, De Tempels Voorhang scheurd, Terwyl men beurt om beurt Zyn dood betreurd;

En zien ik zyne ziel geweeken,

Den trotzen Hoofdman gantsch bezweeken, Zyn zyde met een speer doorsteeken:

Dan voelt myn hert Een lydelooze smert.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(32)

Christus Verreezen.

Met het ver-ry- zen van de zon, Zyt gy weer van de dood verree- zen, Gy onzer

aller zielen bron, Vertoond ons weer uw vriend'-lyk weezen, De hel noch dood en had geen macht, Veel min het graf om u te bin- den, Maar gy geholpen door Gods kracht,

Komt hel en dood en graf verslin- den, Uw Godlyk licht, De wacht verplicht, Verschrikt van u te vlieden, Geen krygsman derft, Geen krygsman derft u weerstand bie-den.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(33)

1.

Met het verryzen van de zon, Zyt gy weer van de dood verreezen, Gy onzer aller zielen bron,

Vertoond ons weer uw vriend'lyk weezen, De hel noch dood en had geen macht, Veel min het graf om u te binden, Maar gy geholpen door Gods kracht, Komt hel en dood en graf verslinden, Uw Godlyk licht,

De wagt verplicht,

Verschrikt van u te vlieden,

Geen krygsman derft,, u weerstand bieden.

2.

De laffe wagters zyn gevlugt Om 't moorders-rot te gaan vertellen Wat zy al zagen in de lugt,

Wat ligt, wat geesten, u verzellen;

De Hooge-Priester zit bedeest, Onlangs zo trots in u te vraagen, Die nu Pilatus gramschap vreest, En van 't gemeen te zyn geslagen;

Wat raad, wat raad, Men dek het kwaad, De leugen dryf hier booven,

De glans van 't goud,, zal 't ligt wel dooven.

3.

O Zonne der geregtigheyd!

Gy zyt veel meer met ons bewoogen, Uw ligt, dat ons ten Hemel leyd, Verdryft der Jooden list en logen:

Al 't snood gedrocht schiet veel te kort, Gy komt der Zielen nagt verjaagen, Schoon menig een bedrogen word, De blinde Heydens zien het dagen;

O Morgen stond!

Die d'oude wond

Van Adam kan geneezen;

Geen mensch hoeft nu,, de dood te vreezen.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(34)

't Loon der Deugd.

Een krygsman die zich zelf wil waa- gen, En voor 't gemeen zyn lyf verpand; Die zyn vyand heeft ver- slágen En ter neer geveld in 't zand; Zulk een held Word ge- steld

Op een troon, Word gevierd En vercierd Met een kroon van Lauwere- bladen, In konings ge- waa- den, Ja heeft den ko- ning tot zyn vriend, En word van klein en groot ge- dient.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(35)

1.

Een krygsman die zich zelf wil waagen, En voor 't gemeen zyn lyf verpand;

Die zyn vyand heeft verslágen En ter neer geveld in 't zand;

Zulk een held Word gesteld Op een troon Word gevierd En verçierd Met een kroon Van Lauwerebladen, In Konings gewaaden,

Ja heeft den koning tot zyn vriend, En word van kleen en groot gedient.

2.

Veel meer dan hoort men u te minnen, Die zelf uw Lyf niet hebt gespaart, En voor eeuwig kon verwinnen Onzen Vyand boos van aard, Wiens geslagt

Ons met kragt Hield bezet, En van 't pad Na Gods stad Heeft belet:

Gy hebt zyne slagen Kloekmoedig verdraagen, Ja zyt, voor ons ter Dood gegaan Om zulk een Vyand te verslaan.

3.

Uw Dood o Jezus! was ons Leeven, Uw Leeven is des Vyands Dood, En uw leyden doed hem beeven, 't Zyne red ons uit de nood;

't Hooft der Slang, Ons zo bang, Is verplet:

't Vrouwe Zaat Heeft het quaad, Dat zo smet,

Gekluystert aan banden Om eeuwig te branden,

Terwyl gy word van God vercierd, En't Heylig volk u zeegen vierd.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(36)

De Zeegepralende Christus.

O grootste Vorst, ô grootste Vorst, die van deez' aard ooit wierd gedraa- gen, Op deezen dag, Op deezen dag beklimt gy uwen zee- gewaa-gen, Op deezen dag, op deezen dag vaart gy ten troon uit ons ge- zicht, Vol glans en majesteit, om hoog in 't eeuwig licht.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(37)

1.

O grootste Vorst,, die van deez' aard oit wierd gedraagen, Op deezen dag,, beklimt gy uwen zeegewaagen,

Op deezen dag,, vaart gy ten troon uit ons gezicht, Vol glans en majesteit om hoog in 't eeuwig licht.

2.

Gy hebt de Dood,, zyn schigt uyt zynen vuyst gewrongen, Al zyn geweld,, is door het u alleen bedwongen:

De Duyvel legt,, door u gezigt ter neergeveld, En gy hebt ons verlost van zyn te wreed geweld.

3.

Wat Koning won,, zoo veel ooyt door zyn heldig stryden Op zyn party,, als gy? door uw onschuldig lyden;

Een korte wyl,, zyt gy gedaalt tot in het graf Om ons bevryd te zien. van Hel en helsche straf.

4.

O Godes Zoon,, nu past het u te zeegen praalen, Uw borgery,, verlangt en wenst u in te haalen:

Het heylig Rot,, heeft zig gekleed in schoon gewaad, Zy spreyen 't Roose kleed van 's Hemels dageraad.

5.

Nu komt ô God,, uw God en Vader u begroeten;

Myn waarde Zoon zegt hy, ik sal u smart verzoeten Klim op myn Troon,, aan myne zy, en regterhand, Terwyl uw weerparty vergaad in smaad en schand.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(38)

Christus in zyn Hooge-priesters Ampt.

O Je- zus, ô Jezus nu ten Hemel troon verhee- ven,

Ver boven 't men- sche- lyk gezicht, By God in 't onge- naakbaar licht, Daar duyzen- de van heil'ge geesten zwee- ven: Gy zyt met haar in 't eeuwig koor, Zy wachten met een snel gehoor, Na al wat gy haar zult ge- bieden, Om dat ge- zwind te doen ge- schie- den.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(39)

1.

O Jesus!,, nu ten Hemeltroon verheven, Ver boven 't menschelyk gezicht, By God in 't ongenaakbaar licht,

Daar duizende van heil'ge geesten sweeven.

Gy zyt met haar in 't eeuwig koor, Zy wachten met een snel gehoor, Na al wat gy haar zult gebieden, Om dat gezwind te doen geschieden.

2.

O Heyland!,, toon aan God al uwe wonden Hoe gy van heydens zyt belagt,

Van 't Joodendom bespot, veragt,

Gesleurt, gesleept, en smertelyk gebonden;

Hoe men uw lyf met geessels sloeg, Hoe gy het kruys ten berg op droeg.

En hoe gy wierd aan 't kruys geslagen, Om onze straf in 't graf te dragen.

3.

O Priester!,, doe voor God dit offer branden, En voeg daar neven u gebed,

Op dat gy onze Ziele red

Van Adams val, van aard, en helsche banden.

Ay geef ons uwen heyl'gen geest!

Maak ons voor leyden onbevreest, Op dat wy volgen uwe wegen, En deel verkrygen in u zeegen.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(40)

Zoekt troost in Christi wonden.

Een klein onno- zel dier, Dat zich in der steenrots ho- len, Veilig houd ver- schoo- len, Voor een snoode Gier: Dat vind zich zelven vry, Voor zyn wreede weepar- ty, Die als verwoed, Tracht na zyn vlees en bloed.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(41)

1.

Een klein onnozel dier, Dat zich in der steenrots holen, Veilig houd verscholen, Voor een snoode Gier:

Dat vind zich zelven vry, Voor zyn wreede weerparty, Die als verwoed,

Tracht na zyn vlees en bloed.

2.

Og! of het u geviel Dat ik in u diepe wonden Ook mogt zyn gevonden, Steenrots van myn ziel, Die zelfs het leeven zyt, Zo was ook myn ziel bevryd, Voor alle nood

Van een gewisse dood.

3.

Myn snoode weerparty, Zoekt myn ziele te verslinden, Met myn wil te binden Aan zyn slaverny:

Dies sluyt my in uw hart, Daar ben ik bevryd van smart, Wyl dien Tiran

Daar nooit in komen kan.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(42)

Lofzang.

NU loof den Heer myn traage ziel, En al wat in my doch mach wee- zen; Loof uwen Heer, voor wien ik kniel, Met eerbied en heil'ge vreezen: Laat het goede, doch nooit, dat hy u heeft ge- daan, Uit uw ge- dachten gaan, Uit uw ge- dachten gaan.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(43)

1.

NU loof den Heer myn traage ziel, En al wat in my doch mach weezen;

Loof uwen Heer, voor wien ik kniel, Met eerbied en heil'ge vreezen:

Laat het goede, doch nooit, dat hy u heeft gedaan, Uit uw gedachten gaan.

2.

Toen gy by na te smooren dacht, En in uwe droefheyd te sterven, Toen gy, als in een duyst're nacht, 't Licht van uwen Heer moest derven,

Toen heeft hy u verlost uit angst en uit de nood, Gered van hel en dood.

3.

Dies looft den Heer, myn traage ziel, En al wat in my doch mach weezen;

Loof, uwen Heer, voor wien ik kniel, Met eerbied en heil'ge vreezen:

Laat het goede, doch nooit, dat hy u heeft gedaan, Uit uw gedachten gaan.

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

(44)

Register.

4 Toen d'alder grootste duysterheid,

6 O Welk een Leer! daalt van den Hémel neer,

8 Wie zogt ooit met zo veel angst,

10 Die uit den Hemel is gedaald,

12 Hy die, voorheen, door hoogmoed wierd gedreven,

14 O Son der genade,

16 Ik voel heden Gods genade,

18 Rys op myn ziel! nu is het tyd,

20 Als men eens gaat overweegen,

22 Hy die zyn goed, zyn ryk, zyn leven,

24 Al wie zyn eigen kracht

26 O Judas! Judas! wat hebt gy bedreven?

28 Stel u ô myn ziel tot treuren!

30 Ik smelt in rouw,

32 Met het verryzen van de zon,

34 Een krygsman die zich zelf wil waagen,

36 O grootste Vorst,, die van deez' aard oit wierd gedraagen

38 O Jesus! nu ten Hemeltroon verheven,

40 Een klein onnozel dier,

42 Nu loof den Heer myn traage ziel,

Kruis gezangen of hemel weg vervattende leeven, lyden en sterven onzes zaligmakers Jezu Christi

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bij het Nieuwe Testament van Jan Utenhove is de problematiek niet anders, daarom is er ook in dit geval voor gekozen de bijbel in zijn geheel over te tikken.. Daarbij werden

Daar stond de Stoom weer stil, Wat of de Stuurder ondernam, De Stoom die toch niet verder kwam, Men trok, een elk deed zyn best,. En werkten als de Paarden, Stap, stap in

Ende als dat lichaem neder quam ter aerden, so benam die bedroefde moeder dat hoeft in haren scoet, ende Maria Magdalena die voeten, ende si sach op die grote gaten die van die

De Imitatio Christi, die zich vestigde als de tweede meest algemeen gelezen christelijke tekst, na de Bijbel, onderscheidt zich door de ontvangst van een hoge graad van

Hoe groot is Uw gunst, dat u mijn noden zag, U ging in plaats van mij, en toen voor mij de woorden die U zei;. "Vader, nee, vergeef hen, want men weet niet wat

Chris Tomlin | Ed Cash | Jonas Myrin | Matt Armstrong | Matt Redman Ned. by Small

Maar nu weet ik: het kruis dat redde mij en daarom zing ik dankbaar en blij over het kruis, over het bloed,. over de plaats waar je God ’s

Jezus breng mij bij het kruis, want een stroom van heilig water vloeit daar weg van Golgotha, brengt ons Gods genade.. Bij het kruis wacht bij de bron liefde, hoop en