• No results found

Verpleegtechnische Vaardigheden

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Verpleegtechnische Vaardigheden"

Copied!
138
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Verpleegtechnische Vaardigheden

(2)

Programma

• Opening, voorstellen

• Theorie

• Praktijk

(3)

Jullie krijgen de presentatie

toegestuurd

(4)

Vaardigheden

Katheteriseren

Blaasspoelen en katheterspoelen Injecteren

Wondzorg Stomazorg Tracheazorg

Sondevoeding Zuurstof

Zwachtelen

(5)

Katheteriseren

(6)

Indicatie

• Onvermogen om de blaas op natuurlijke wijze te ledigen (retentie)

• Precieze monitoring van urine-output

• Bij langdurige chirurgische ingrepen

• Het bieden van comfort bij terminaal zieke cliënten

• Toedienen van medicijnen in de blaas

(7)

Contra indicatie

• Acute prostaatontsteking

• Verdenking van letsel aan de urethra (urinebuis)

(8)

Vormen van

katheterisatie

(9)

• Katheterisatie via de urethra (plasbuis)

• Intermitterende (zelf)katheterisatie

• Verblijfskatheter

• Katheterisatie via een kunstmatige opening in de buikwand, net boven het schaambeen

• Suprapubische katheter

(10)

Materialen

(11)

Latex

• Soepele katheter

• Geschikt voor kortdurend gebruik

• Maximaal 2 weken

(12)

Siliconen

• Voor langdurig gebruik

• Voor maximaal 8 tot 12 weken

(13)

PVC

• Eenmalige/intermitterende katheterisatie

• Heeft geen ballon

(14)

Condoomkatheter

• Externe katheter

(15)

Aandachtspunten

urineopvangzakken

(16)

Aansluiten en vervangen (1)

• Vermijd zoveel mogelijk het loskoppelen van urineopvangzak en katheter. Je hebt dan een open verbinding met de blaas, met risico’s op blaasinfecties.

• Verwissel een aangesloten urineopvangzak éénmaal per week, mits deze schoon blijft.

(17)

Aansluiten en vervangen (2)

• Koppel gedurende de nacht een nachtzak aan de dagzak. Op deze manier blijft een gesloten systeem gewaarborgd.

• Voorkom dat het aansluitpunt van de urineopvangzak in

aanraking komt met de omgeving. Als dat wel gebeurt moet het aansluitpunt worden gedesinfecteerd met alcohol 70%.

(18)
(19)

Hergebruik van de urineopvangzak

• Urinezakken zijn voor éénmalig gebruik en mogen na ontkoppeling niet hergebruikt worden.

In de praktijk komt het vaak voor dat katheterzakken (moeten) worden hergebruikt. Ga bij de leverancier na of er (goedkopere) nachtzakken zijn die dagelijks vervangen kunnen worden. Als dit niet het geval is, volg dan het beleid van de instelling/organisatie over hergebruik en reiniging/desinfectie van de urineopvangzakken.

(20)

Weetje!

(21)

Paarse

urinezaksyndroom

• Komt door een verhoogde productie indol in urine

• Niet schadelijk

• Katheter en katheterzak kunnen paars verkleuren

• De urine zelf verkleurt niet

(22)

Blaas/katheterspoelen

(23)

Wat is het verschil?

(24)

Spoelen van de katheter..

• Doel: Katheter doorgankelijk houden

• Zinvol bij cliënten die snel een verstopte blaaskatheter hebben

• Gebeurt altijd met een kleine hoeveelheid spoelvloeistof

(25)

Spoelen van de blaas..

• Heeft als doel medicatie aan te brengen aan de blaaswand om bloedstolsels of bezinksel uit de blaas te verwijderen

• Gebeurt altijd met een grote hoeveelheid spoelvloeistof

(26)

Soorten en manieren

(27)

Spoelzakje

• NACL• Solutio R

(28)

Spuit

• NACL

(29)

Harmonicaflesje

• Optiflo

(30)

Complicaties

(31)

Complicaties

• Weerstand tijdens inlopen van de spoelvloeistof

• Spoelvloeistof komt niet terug of samenstelling is afwijkend

• Bloeding of acute pijn

(32)

Injecteren

(33)

Indicaties

(34)

Indicaties voor injecteren (1)

• Als bepaalde stoffen niet goed worden opgenomen via de darmen of de huid

• De cliënt niet in staat is medicijnen op een andere manier in te nemen, bijvoorbeeld door bewustzijnsdaling

• De cliënt een aandoening heeft waardoor het niet mogelijk is medicijnen in te nemen, bijvoorbeeld slikproblemen

(35)

Indicaties voor injecteren (2)

• Medicijnen snel moeten werken, bijvoorbeeld wanneer een cliënt een allergische reactie heeft

• Er een constante spiegel in het bloed nodig is van een bepaald medicijn, bijvoorbeeld van pijnmedicatie of van insuline

(36)

Plaatsbepaling

(37)

• Subcutaan→ Onder de huid in het bindweefsel

• Intramusculair → In de spier

(38)

Injectiegebieden

(39)

Subcutane injectiegebieden

• Boven/buitenkant van het bovenbeen

• Gebied rondom de navel

• Billen (bovenste, buitenste deel)

• Boven/buitenkant van de bovenarm

(40)

Injectiegebieden insuline

• Kortwerkende en ultra kortwerkende insuline → Buik

• Middellang en langwerkende insuline → Bovenbeen of bil

• Mix insuline

• ‘s morgens in de buik

• ‘s avonds in het been

(41)

Intramusculaire injectiegebieden

• Armspier

• Dijbeenspier

• Bilspier

(42)

Hoeveelheden

(43)

Maximale injectiehoeveelheden

Zijkant van de bovenarm 1-2 ml

De boven/buitenkant van het boven 1-2 ml

Bilspier Tot 3 ml

(44)

Injectietechnieken

(45)

Injectietechniek subcutaan

• Huidplooitechniek

• Loodrechttechniek

• Loodrechte

huidplooitechniek

(46)

Injectietechniek intramusculair

• Stretchteniek

(loodrechttechniek)

• Rangeertechniek

(47)

https://youtu.be/AX_RHZ7c0Qs

Uitleg rangeertechniek → bij 2.30 minuten

(48)

Gebruik van

veilige naalden

(49)

Sinds januari 2012 verplicht!!!

(50)

Wondzorg

(51)

Drie kleuren wonden

(52)

•Rood

•Geel

•Zwart

(53)

Soorten

(54)

Soorten wonden

• Brandwonden

• Traumatische wonden

• Skintear

• Wonden door vaataandoeningen

• Diabetische voet

• Chirurgische wonden

• Decubitus

• Oncologische wonden

(55)

Behandeling

(56)

WCS Model

https://www.wcs.nl/over- wcs/wcs-

classificatiemodel/

(57)

Met ingang van 1 september 2020!

WCS APP! (GRATIS)

(58)

Rapporteren

(59)

TIME-Model

Tissue

of weefsel

• Kleur % rood of geel

• Grootte en breedte in cm

• Locatie

• Aanwezigheid necrose en fibrine

(60)

TIME-Model

Infection

of

infectieverschijnselen

• Roodheid/zwelling/pijn/warmte/

verlies van functie

• Groen beslag

• Geur

• Pusvorming

• Extreem wondvocht

(61)

TIME-Model

Moisture

of wondvocht

• Droge wond

• Vochtige wond

• Natte wond

(62)

TIME-Model

Edge

of wondranden

• Kleur en vitaliteit wondranden

• Verweekt (wit)

• Eelt(hyperkeratose/callus)

• Eczeem

• Ondermijningen

• Korsten/ schilfers

(63)

Stomazorg

(64)

Indicatie

(65)

Darm en urinestoma

• Aangeboren afwijkingen

• Darmpoliepen

• Slechte darmfunctie

• Het tijdelijk moeten ontzien van de plaats waar een darm geopereerd is

• Incontinentie

• Verwondingen aan de darm

• Ziekte van Crohn, Colitis Ulcerosa

(66)

Verschillende stoma’s

(67)

Darm en urine stoma’s

• Colostoma

• Ileostoma

• Urostoma

(68)

Colostoma

• Stoma op de dikke darm

• Vaak dikke ontlasting

(69)

Ileostoma

• Stoma op de dunne darm

• Vaak dunne ontlasting

(70)

Urostoma

• Kunstmatige uitgang voor urine

(71)

Enkel/dubbelloops stoma

A: Dubbelloops stoma = wandstandig stoma B: Enkelloops stoma = eindstandig stoma

(72)

Verschillende systemen

(73)

Ééndelig systeem

• Vaak wat dunner dan tweedelig materiaal

• Buigt gemakkelijk mee met plooien

• Het zakje is minder zichtbaar

• Geeft sommige stomadragers een schoner gevoel, doordat bij wisseling het materiaal volledig wordt vervangen

(74)

Tweedelig systeem

• Materiaal is dikker, kan langer blijven zitten, zeker bij dunne ontlasting

• De huidplaat hoeft minder vaak te worden verwisseld

• Minder kans op huidbeschadiging

(75)

Frequentie wisselen

stomamateriaal

(76)

Verwisselen ééndelig systeem

Colostoma: 1-4 x per dag Ileostoma: 1-2 x per dag Urostoma: 1-2 x per dag

(77)

Verwisselen tweedelig systeem

De huidplaat kan gemiddeld 2 dagen blijven zitten

(78)

Complicaties

(79)

Complicaties bij een stoma (1)

Stomabreuk Bloeding

(80)

Complicaties bij een stoma (2)

Hypergranulatie Huidproblemen

(81)

Complicaties bij een stoma (3)

Necrose Prolaps

(82)

Tracheazorg

(83)

Begrippen en methodes

(84)

Tracheotomie

• Er wordt een sneetje in de trachea gemaakt.

• De verbinding die de trachea vormt tussen de onderste en bovenste luchtwegen blijft intact.

(85)

• Wanneer je een oorbel laat schieten, ontstaat er altijd een gaatje in je oor

• Het sneetje of in dit geval het gaatje die wordt gemaakt

Vergelijk het met een gaatje laten schieten!

(86)

Wanneer wordt een tracheotomie toegepast?

• Zwelling van de luchtweg na bestraling

• Zwelling van de luchtweg na een operatie of een ongeluk

• Tumorgroei in en om het strottenhoofd, de mond en/of in de keelholte

• Onvoldoende functioneren van de stembanden

• Bij langdurige beademing

(87)

Tracheostoma

• De luchtpijp eindigt in de hals.

• Er is geen verbinding tussen de onderste en bovenste

luchtwegen.

(88)

• Wanneer je een gaatje in je oor hebt laten schieten en het gaatje er zit,

noemen wij dat een tracheostoma

Vergelijk het met het gaatje in je oor!

(89)

Tracheacanule

• Een canule is een buisje, die via een opening in de hals rechtstreeks in de luchtpijp geplaatst wordt.

• Door dit buisje vindt na de operatie de ademhaling plaats

• De canule bestaat uit een binnen- en een buitencanule

• De buitencanule blijft in de luchtpijp.

De binnencanule kan worden verwijderd om schoon te maken

(90)

• Als wij een gaatje laten schieten, moet er altijd

eerst een aantal weken een sweerknopje in.

• Deze zorgt ervoor dat het gaatje in dit geval de

tracheostoma open blijft.

Vergelijk het met je sweerknopje!

(91)

Verschillende canules

(92)

Met cuff en zonder cuff

• Een cuff is een ballon. Als die is opgeblazen, is de luchtweg naar de keelholte afgesloten.

De ademhaling gaat alleen nog maar naar de longen.

• Praten is niet mogelijk, omdat er geen lucht uit de longen naar de stembanden kan.

(93)

• Na 6 weken mag je altijd een andere oorbel kiezen.

Dat geldt hier ook.

• De canule mag dan vervangen worden.

Vergelijk het met verschillende oorbellen!

(94)

Verzorging

(95)

Verzorging

• Let op huidletsel

• Verschonen en verwisselen van de binnencanule

• Verwisselen van het canulebandje

(96)

Sondevoeding

(97)

Indicatie

(98)

Wanneer krijgt iemand sondevoeding

• Als mensen niet kunnen of mogen eten

• Bij slik- en/of kauwproblemen

• Bij slokdarmaandoeningen

• Bij mensen met aandoeningen aan de maag of darmen waarbij de voeding niet goed wordt opgenomen of verteerd

• Bij mensen met een verminderde eetlust door bijvoorbeeld kanker

• Bij mensen met een slechte lichamelijke conditie en die risico hebben op wonden, decubitus of een operatie moeten ondergaan.

(99)

Verschillende sondes

(100)

Meest voorkomende sondes

PEG-Sonde Neus-maagsonde

(101)

Inbrengen van een

neus-maagsonde

(102)

NEX+10 methode

Afstand neus - oorlel - onderrand borstbeen

(103)

PH waarde

• Is de pH-waarde kleiner of gelijk aan 5,5, dan kun je er vanuit gaan dat de

sonde goed zit.

• Is de pH-waarde groter dan 5,5, start de voeding niet, maar herhaal de

meting nog eens na 30-60 minuten.

(104)

Limonade test

• Bij cliënten die mogen en kunnen drinken, kan de arts kiezen voor de limonadetest.

• Bepaal eerst de zuurgraad van de aangelengde limonade. Deze moet kleiner dan of gelijk zijn aan 4,0 (≤

4,0).

• Laat de cliënt enkele slokken van de limonade drinken. Probeer na minimaal 10 seconden aspiraat op te zuigen en bepaal de pH-waarde.

Deze is dan mogelijk wel kleiner dan of gelijk aan 5,5.

(105)

Manieren van toediening

(106)

Portie of bolustoediening

Door middel van spuit

(107)

Portie of continu

door middel van voedingspomp

(108)

Verschillende

Soorten voeding

(109)

• Energieverrijkt

• Eiwit-verrijkt

• Vezelrijk

• Lactosevrij

• Soja

(110)

Houdbaarheid

• Bewaar een ongeopend pak op een koele droge plaats

• Verpakking aangesloten of geopend → maximaal 24 uur

• Sondevoeding in container

→ maximaal 8 uur

Container

Pak

(111)

Zuurstof

(112)

Indicatie

(113)

Indicatie voor zuurstoftoediening

• Onvoldoende werking van de longen

• Onvoldoende zuurstoftransport door het bloed, bijvoorbeeld bij (acuut) hartfalen, allergische reacties

• Chronisch zuurstoftekort in rust, bijvoorbeeld bij ernstige COPD

• Soms: verlichting van benauwdheidsklachten bij cliënten in de terminale fase

(114)

Contra indicatie

(115)

Contra indicaties

• Verwondingen in neus-keelholte (risico op letsel)

• Verwondingen in het aangezicht

• Schedel en/of hersentrauma

(116)

Manieren van toediening

(117)

Zuurstofbril → tot 6 liter

Zuurstofkatheter → tot 6 liter

Zuurstofmasker → 5-10 liter

(118)

Apparatuur

(119)

Voorbeelden • Zuurstofcilinder

• Zuurstofconcentrator

(120)

Bevochtigen

(121)

Wanneer bevochtigen?

• Het doel van zuurstof bevochtigen is voorkomen van uitdrogen van het slijmvlies van mond en/of keel.

• Bevochtig zuurstof bij meer dan 5 liter per minuut. Bij een lagere flow heeft het geen voordelen en is het effect beperkt.

(122)

Complicaties

(123)

Complicaties

• Overdosis aan zuurstof

• Tekort aan zuurstof

• Decubitus bij neus en oren

(124)

Zwachtelen

(125)

Indicatie

(126)

Indicaties voor zwachtelen

• Oedeem

• Wonden

• Na een operatie bij bijvoorbeeld: spataderen

• Bij trombose

• Chronische veneuze insufficiëntie

• Ontstekingsziekten van de huid en onderhuids vetweefsel

• Wondroos

(127)

Contra indicatie

(128)

Contra indicaties

• Arteriële insufficiëntie (vernauwing van de slagaderen)

• Een totale occlusie (afsluiting/verstopping) van het diepe veneuze systeem

• Ernstige huidafwijkingen

• Allergie voor een van de bestanddelen van het compressiemateriaal

(129)

Soorten zwachtels

(130)

• Korte-rekzwachtels

• Lange-rekzwachtels

• Inelastische zwachtels (Fixatiezwachtels, Elastomul)

• Zelfklevende zwachtels (Klittenband zwachtels)

• Meerlaagszwachtels (UrgoK2, Coban, Coflex)

Soorten zwachtels

(131)

Materialen

(132)
(133)

Urgo Medical » UrgoK2

Informatie voor de apotheek..

UrgoK2 bestellen

(134)

Complicaties

(135)

• Pijn

• Irritatie van de huid

• Venster-oedeem

• Afzakken van de zwachtel

• Striemen en blaren

Complicaties (1)

(136)

Kleur tenen

• Blauwverkleuring van de tenen zijn normaal na het zwachtelen. Deze

verkleuring moet verdwijnen wanneer de zorgvrager loopt.

• Als de tenen wit zijn na het

zwachtelen kan dat duiden op een arteriële aandoening. De zwachtel moet dan meteen verwijderd worden.

Complicaties (2)

(137)

Einde theorie

(138)

https://www.vilanskickportaal.nl/

https://www.vilans.nl/

Referenties

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

gemakkelijk is omdat het gesprek met Anne Marie alle kanten uitwaaiert: ze praat over haar jeugdjaren, haar huwelijk, haar vele jobs, de geboorte van haar kinderen, het drukke leven

De helft van de patiënten met een chronische en almaar erger wordende longaandoening wordt minder dan 10 dagen voor zijn overlijden naar palliatieve zorg

‘Veel palliatieve patiënten missen zo de verlenging van hun statuut’, zegt

De Raad overweegt dat de gemeenteraad bevoegd is om op grond van de Wmo 2015 in een verordening te bepalen onder welke voorwaarden uit het pgb diensten

4Voeg u bij hem, bij de levende steen die door de mensen werd afgekeurd maar door God werd uitgekozen om zijn kostbaarheid, 5en laat u ook zelf als levende stenen gebruiken voor

Je hebt dingen die je voor mijn gevoel niet lekkerder kunt maken dan dat ze zijn als je het vers maakt, zoals kipnuggets. Hoe vaak ik ook video’s heb gezien van de fabrieken, en

Bovendien zullen producenten de kosten moeten gaan dragen voor bewustmaking van de consument, voor het inzamelen, vervoeren enverwerken van het afval en voor het opruimen,

Voor het overzicht van de ‘gemelde waarnemingen’ beperken we ons tot de waarnemingen die ofwel toevallig gebeurden en gedaan werden door externe waarnemers die niet verbonden zijn