Strategisch Scholingsplan

(1)

Strategisch Scholingsplan

(2)

Inhoud

Inhoud ... 1

Inleiding ... 2

1. Huisartsen (niet in dienst bij ZHCo) ... 3

1.1 Nascholingen ... 3

1.1.1 WDH nascholingen ... 3

1.1.2 Andere nascholingen ... 3

1.2 Accreditatie ... 4

1.2.1 Externe accreditatie ... 5

1.3 Financiën ... 5

2. Doktersassistenten dagpraktijk (niet in dienst ZHCo) ... 5

3. Apothekersassistenten (niet in dienst ZHCo) ... 6

4. POH GGZ (personeel ZHCo) ... 7

5. Praktijkmanagers (personeel ZHCo) ... 8

6. Triagisten (personeel ZHCo) ... 9

6.1.1 Vergoeding ... 10

7. Nascholing voor kantoorpersoneel (personeel ZHCo) ... 13

(3)

Inleiding

In het collectieve scholingsplan van de ZHCo worden alle nascholingsactiviteiten beschreven die vanuit de ZHCo werkmaatschappij Kwaliteit & Scholing georganiseerd worden.

De statutaire benaming van deze werkmaatschappij is de Stichting Koepel Kwaliteit Huisartsenzorg Zeeland. Deze werkmaatschappij wordt in de praktijk vaak “de Koepel” genoemd. Om die reden zal verderop in dit plan deze werkmaatschappij ook de Koepel worden genoemd. De Koepel is

oorspronkelijk ontstaan uit samenvoeging van de 4 Zeeuwse WDH’s. Derhalve wordt, naast alle werkmaatschappijen en nascholingswerkgroepen van de ZHCo, ook de WDH Zeeuws Vlaanderen door de Koepel ondersteund bij de organisatie en accreditatie van nascholingen.

Voorheen verzamelde de stafafdeling opleidingen van de ZHCo jaarlijks in het laatste kwartaal alle scholingsplannen voor het volgende jaar. Deze activiteiten werden dan per discipline

geïnventariseerd (dus huisartsen, doktersassistenten, apothekersassistenten, triagisten, POH GGZ, Praktijkmanagers en kantoorpersoneel). Deze activiteiten werden vervolgens gebundeld tot het scholingsplan. Dit maakte het plan gedetailleerd, maar statisch. Jaarlijks moesten plannen opnieuw geschreven worden en juist de jarenlange ervaring leert ons ook dat flexibiliteit nodig is om te kunnen afwijken van plannen wanneer de situatie zich voor doet. Bijvoorbeeld door ontwikkelingen in het werkveld van de eerstelijns huisartsenzorg waar we op moeten acteren, wijziging in

speerpunten of juist grootschalige onvoorziene zaken zoals de COVID Pandemie die alle activiteiten onverwacht in een andere daglicht zet.

Als afdeling Opleidingen merken we steeds vaker dat een scholingsplan wat we vooraf bedenken, niet overeenkomt met de praktijk. Daarom kiezen we er vanaf 2021 voor om een meerjaren -oftewel strategisch scholingsplan te maken voor de ZHCo.

Het overzicht van nascholingen die op het programma staan voor 2021 wordt als addendum toegevoegd aan dit plan, maar dit overzicht kan gedurende het jaar wijzigen. Voor een actueel overzicht van de georganiseerde nascholingen kunt u altijd de nascholingsportal raadplegen via:

https://koepelzeeland.nl. Ook kunt u contact opnemen met: info@koepelzeeland.nl.

Voor medewerkers van de verschillende werkmaatschappijen van de ZHCo is het

scholingsprogramma samengesteld conform de afspraken in de CAO Huisartsenzorg en de regeling voor herregistratie van het triagediploma.

Voor medewerkers in dienst van huisartsenpraktijken worden nascholingen georganiseerd door ZHCo-werkgroepen , die onderdeel zijn van den Koepel. Om die reden zijn de activiteiten van deze werkgroepen dus ook opgenomen in het strategisch scholingsplan.

Per discipline zijn de activiteiten en ondersteuning vanuit de Koepel beschreven.

De opleidingscoördinator van de ZHCo is in samenwerking met werkgroepen en/of leidinggevenden verantwoordelijk voor uitvoering van het scholingsplan.

(4)

1. Huisartsen (niet in dienst bij ZHCo)

De nascholing van huisartsen is ondergebracht bij de Koepel. Deze werkmaatschappij is de overkoepelende regionale deskundigheid bevorderende organisatie voor huisartsen en praktijkpersoneel.

1.1 Nascholingen

1.1.1 WDH nascholingen

De nascholingsonderwerpen voor huisartsen komen tot stand in de WDH (de werkgroepen De nascholingsonderwerpen voor huisartsen komen tot stand in de WDH (de werkgroepen

deskundigheidsbevordering huisartsen). Deze werkgroepen bestaan alleen uit huisartsen en worden ondersteund door de Koepel Zeeland. Een WDH verzorgt nascholing voor huisartsen door huisartsen.

Een WDH bestaat uit meerdere huisartsen, die met elkaar het programma vaststellen, beoordelen en evalueren. Daarmee is de kwaliteit en het toezicht op onafhankelijkheid geborgd.

Deze blik op kwaliteit wordt ondersteund in de visie over het nieuwe kwaliteitsdenken van Ineen. De ZHCo is van mening dat wanneer professionals zelf regie hebben over hun persoonlijke en

professionele ontwikkeling ze met meer bevlogenheid en enthousiasme hun werk kunnen doen.

Onderling stemmen de WDH’s hun nascholingsprogramma vast om overlap in het programma te voorkomen. In Zeeland zijn vier WDH’s:

• WDH De Bevelanden: voorzitter Cas Mak, huisarts te Yerseke

• WDH Schouwen: voorzitter Irene Vrolijk, huisarts te Zierikzee

• WDH Walcheren: voorzitter Irene Hokken, huisarts te Koudekerke

• WDH Zeeuws Vlaanderen: voorzitter Kevin de Smet, huisarts te Hoek

Voorzitter van de commissie Scholing die deze werkmaatschappij binnen de ZHCo vertegenwoordigd is Jacqueline Roebroeck, huisarts te Vlissingen.

Voorzitter van de commissie Scholing die deze werkmaatschappij binnen de ZHCo vertegenwoordigd is Jacqueline Roebroeck.

In het blokjesschema zie https://www.koepelzeeland.nl/meer-informatie/nascholing-kalender- kosten, staan alle nascholingen voor de huisartsen per week ingepland. Elke WDH organiseert op jaarbasis een zestal nascholingen die toegankelijk zijn voor alle huisartsen in Zeeland die lid zijn van de Koepel.

1.1.2 Andere nascholingen

PeriScaldes en ZHCO

PeriScaldes en werkmaatschappij acute zorg van de ZHCo (SHZ) vullen op jaarbasis elk drie scholingsonderwerpen in voor huisartsen. Bij PeriScaldes zijn deze gericht op verbetering van kwaliteit in de chronische zorg. Bij de SHZ nascholingen zijn deze gericht op de acute zorg en komen hier onderwerpen aan bod zoals reanimatie, calamiteiten/MIP/ klachten besprekingen en andere onderwerpen die door de commissie kwaliteit van deze werkmaatschappij worden aangeleverd. De Stafafdeling opleidingen is verantwoordelijk voor de organisatie van de nascholingen voor huisartsen georganiseerd vanuit de SHZ.

(5)

Haamstede cursus, Zeeuws Symposium (& St Pierre)

Ieder jaar wordt er een Zeeuws breed symposium of meerdaagse nascholing georganiseerd door huisartsen voor huisartsen. De organisatie bestaat uit wisselende commissies van huisartsen. Deze commissies zijn verantwoordelijk voor de inhoud van het programma, communicatie, uitvoering en evaluatie. Zij worden ondersteund door de Koepel.

inhoud van het programma, communicatie, uitvoering en evaluatie. Zij worden ondersteund door de Koepel.

Toetsgroepen

Naast de WDH-activiteiten bewaakt de Koepel de mogelijkheid voor alle Zeeuwse huisartsen om aan één of meerdere toetsgroepen deel te nemen. Toetsgroep gerelateerde accreditatiepunten zijn verplicht voor de herregistratie als huisarts (10 punten per 5 jaar). Een toetsgroep is een groep huisartsen met een vaste samenstelling, bij voorkeur 4-12 personen, die een vast aantal keren per jaar (minimaal 2x) bijeenkomt en kennis rond een bepaald huisartsgeneeskundig thema deelt en evalueert. Iedere toetsgroep wordt begeleid door een huisarts, die als EKC (Erkend Kwaliteits Consulent) geregistreerd staat.

Speciaal voor EKC organiseert de Koepel jaarlijks tenminste één Zeeuwse EKC training (nascholing van minimaal 5 punten). Hiermee faciliteren we de EKC om voldoende punten te kunnen behalen om de registratie als EKC te behouden. In 2020 werd ruim aandacht gegeven aan verschillende manieren van online nascholen. Dit kan in de toekomst verder uitgewerkt en geprofessionaliseerd worden.

Overig

Naast het aanbod van de Koepel zijn er ook mogelijkheden voor e-learning modules of nascholing vanuit landelijke huisartsenorganisaties te volgen. De kosten van deze nascholingen vallen niet onder het lidmaatschap van de Koepel. De huisarts is vrij om deze nascholingen op eigen initiatief en kosten te volgen. De verwerking van de bijbehorende accreditatiepunten gebeurd dan door de

organiserende instantie.

1.2 Accreditatie

De Koepel heeft een instellingsaccreditatie (IA-06) via het ABC1 om nascholingen voor huisartsen zelf te mogen accrediteren. Voor elk netto nascholingsuur berekenen we één nascholingspunt. Dat is dus exclusief pauzes, opening en afsluiting. Voor collegiale overlegvormen of afstemming zoals

bijvoorbeeld leden-/coöperatieraad-vergaderingen mogen we om die reden geen accreditatiepunten verstrekken.

De Koepel wordt elke 5 jaar door het ABC1 gevisiteerd om de kwaliteit van de IA-06 te bewaken en de accreditatie bij welbevinden voor 3 jaar te verlengen. Momenteel is de IA-06 van de Koepel Zeeland tot en met 01-01-2022 verlengd.

De Koepel Zeeland is ook CRKBO (Centraal Register Kort Beroepsonderwijs) geaccrediteerd. In het Register Instellingen staan onderwijsinstellingen ingeschreven die voldoen aan de kwaliteitscode voor opleidingsinstellingen voor Kort Beroepsonderwijs. Beroepsopleidingen zijn vrijgesteld van de heffing van omzetbelasting (BTW). De CRKBO accreditatie is 4 jaar geldig en is verlengd tot 23 juli 2024. Dan wordt de Koepel wederom gevisiteerd door het CRKBO.

(6)

1.2.1 Externe accreditatie

Met de IA-06 mag de Koepel ook nascholing accrediteren die door externe partijen (bijvoorbeeld ADRZ, zorggroepen, Emergis etc.) voor de doelgroep: huisartsen en/of specialisten (ABAN

accreditatie) worden georganiseerd. We hanteren voor de accreditatie van externe nascholingen een strikte procedure, zie : https://www.koepelzeeland.nl/meer-informatie/accreditatie. Omdat er voor het secretariaat nogal wat administratieve handelingen verbonden zijn aan externe

accreditatieaanvragen, vragen we hiervoor een vergoeding.

De PAM (Perifeer accreditatie medewerker) beoordeelt alle externe accreditatieaanvragen, op huisartsgeneeskundige relevantie en stelt het aantal accreditatiepunten vast. Voor Zeeland is dit huisarts John Schmeitz, huisarts te Goes. Het secretariaat van de ZHCo verwerkt deze accreditatie vervolgens en schrijft de accreditatiepunten voor de huisartsen bij in GAIA (accreditatieregister huisartsen) via PE online (landelijk systeem om accreditaties aan te vragen en te verwerken).

1.3 Financiën

• De bekostiging van nascholing georganiseerd door de WDH gebeurd vanuit de

lidmaatschapsgelden, die elke lid/ huisarts afdraagt aan de Koepel. Per WDH is er een

grootboekrekening. Vanuit de WDH lidmaatschapsgelden wordt er een deel afgedragen aan de grootboekrekening van de Koepel. Hieruit wordt o.a. de administratieve ondersteuning en ontwikkeling van de nascholingsportal bekostigd.

• Bekostiging van de nascholingen georganiseerd vanuit de SHZ, werkmaatschappij acute zorg van de ZHCo, vallen onder het scholingsbudget van deze werkmaatschappij

• Toetsgroepen hanteren een eigen kostensysteem buitenom de ZHCo. Wordt het secretariaat ingezet om accreditatie te verwerken dan wordt hier een vergoeding voor gevraagd aan de toetsgroep.

• De uren van de PAM worden vergoed vanuit het budget van de Koepel.

• De EKC training wordt bekostigd vanuit het budget (lees grootboek) van de Koepel.

• De kosten voor deelname aan het jaarlijkse symposium/ meerdaagse worden door de commissie die dit organiseert vastgesteld. In samenwerking met de financiële administratie van de ZHCo worden deze kosten geint bij de deelnemende huisartsen. Deze commissies hebben een eigen begroting met eigen opgebouwde reserves. Binnen deze kaders organiseren zij deze

nascholingen.

• Inkomsten vanuit de externe accreditatie worden bijgeschreven op het grootboek van de Koepel.

2. Doktersassistenten dagpraktijk (niet in dienst ZHCo)

De nascholing van praktijkassistenten is ondergebracht bij de werkgroep Scholing Doktersassistenten Zeeland (SDZ, voorheen DPZ). Deze werkgroep is onderdeel van de Koepel.

Voorzitter van deze commissie is huisarts: Eric Rijken huisarts te Goes. Deze commissie bestaat verder uit drie doktersassistenten uit de dagpraktijk, één doktersassistente van het ADRZ en een vertegenwoordiging van Scalda (ROC opleiding doktersassistentes).

(7)

2.1 Nascholingen

De werkgroep SDZ organiseert op jaarbasis een viertal nascholingen en een reanimatietraining.

Jaarlijks wordt in september het programma voor het jaar daarna vastgesteld. Deze commissie wordt door de opleidingscoördinator en het secretariaat ondersteund door de Koepel.

Per nascholing verwacht de werkgroep ongeveer 100 praktijkassistenten. Omdat de organisatie van deze nascholingen van oudsher bij leden van deze werkgroep is belegd en vanwege budgettaire redenen worden nascholingen in grote groepen georganiseerd vaak in samenwerking met Stichting KOEL. Als scholingslocatie wordt de collegezaal van Scalda in Goes gebruikt of digitale middelen.

Voor de reanimatie wordt gebruik gemaakt van een andere locatie en aanbieder.

2.2 Accreditatie

De nascholingen van de commissie SDZ zijn altijd geaccrediteerd. Omdat zij veel in samenwerking met St KOEL organiseren zijn de meeste nascholingen door KOEL geaccrediteerd. Overige

nascholingen worden door Koepel geaccrediteerd onder de instellingsaccreditatie

doktersassistenten. Deze instellingsaccreditatie wordt jaarlijks in augustus schriftelijk beoordeeld door het CADD en bij positieve beoordeling wordt deze dan verlengd. Zo nu en dan wordt nascholing van deze doelgroep gevisiteerd door het CADD. De aanvraag voor visitatie wordt vooraf ingediend bij de opleidingscoördinator.

2.3 Financiën

• De bekostiging van nascholing georganiseerd door de commissie SDZ gebeurd vanuit de lidmaatschapsgelden, die per lid/ doktersassistente worden betaald aan de Koepel. De

contributie-inkomsten en uitgaven van SDZ zijn apart geoormerkt binnen de Koepelbegroting. De inkomsten van deze commissie zijn leidend voor de activiteiten die kunnen worden

georganiseerd.

• Jaarlijks in december krijgen huisartsenpraktijken een brief waarin de nascholingsonderwerpen staan beschreven die het volgende jaar aan bod komen en de actuele lidmaatschapstarieven.

Jaarlijks kunnen geïnteresseerde assistenten ervoor kiezen om wel of geen lid worden.

• Lidmaatschapskosten zijn verdeeld in kosten voor reanimatie en kosten voor de overige nascholingen. Assistenten kunnen zich (of huisartsen kunnen hun assistenten) aanmelden voor beide onderdelen of voor één van deze onderdelen.

• De SDZ betaalt volgens afspraak een afdracht aan de Koepel voor de secretariële ondersteuning.

• De SDZ betaalt volgens afspraak een bijdrage per nascholing die de Koepel accrediteert. Dit is ter compensatie van de extra administratieve handelingen die hieraan verbonden zijn.

3. Apothekersassistenten (niet in dienst ZHCo)

Vanaf 2019 wordt er door de Koepel, op verzoek van het ZHCo bestuur ook nascholing georganiseerd voor apothekersassistenten in de dagpraktijk.

Voorzitter van deze commissie is Monique Leenhouts, huisarts te Brouwershaven. De commissie bestaat verder uit nog een andere apotheekhoudende huisarts, een Praktijkmanager van

apotheekhoudende huisartsenpraktijken, twee apothekersassistenten, de opleidingscoördinator van de ZHCo en de apotheker van medisch centrum Borrendamme.

3.1 Nascholingen

Deze werkgroep is nog relatief nieuw en is nog zoekend naar een vaste structuur. Jaarlijks worden 3 tot 4 nascholingen georganiseerd. De opleidingscoördinator organiseert de nascholingen in

samenwerking (vooral op inhoudelijk gebied) met leden van de werkgroep.

(8)

Ongeveer 35 apothekersassistenten nemen deel aan deze nascholingen die vaak in één of twee kleine groepen worden georganiseerd.

3.2 Accreditatie

De nascholingen voor apothekersassistenten worden bewust niet geaccrediteerd. Accreditatiepunten hebben geen meerwaarde voor apothekersassistenten aangezien zij geen herregistratie of verplichte inschrijving in een kwaliteitsregister kennen. Accreditatie brengt altijd extra kosten met zich mee. De werkgroep kiest er vooralsnog bewust voor om het beperkte budget te investeren in kwalitatief goede, kleinschalige nascholingen die we met regionale partners kunnen organiseren.

3.3 Financiën

• De bekostiging van deze nascholingen gebeurt vanuit de lidmaatschapsgelden. Deze

lidmaatschapsgelden worden jaarlijks vastgesteld op basis van de uitgaven van het voorgaande jaar. De werkgroep is nog te kort bezig om hier al een vast bedrag voor te kunnen vaststellen.

Jaarlijks kunnen geïnteresseerde assistenten lid worden.

• Jaarlijks krijgen apotheekhoudende huisartsenpraktijken een brief waarin de onderwerpen staan beschreven die aan bod komen en de actuele lidmaatschapstarieven. Jaarlijks kunnen

geïnteresseerde assistenten ervoor kiezen om wel of geen lid worden.

4. POH GGZ (personeel ZHCo)

Vanuit de werkmaatschappij Facilitering Zeeuwse Huisartsenzorg BV van de ZHCo, wordt nascholing georganiseerd voor de POH GGZ die bij dezelfde werkmaatschappij een dienstverband hebben.

POH’s GGZ in dienst van individuele praktijken kunnen hier tegen betaling bij aansluiten. De Koepel ondersteunt de manager POH GGZ bij het organiseren en accrediteren van nascholing voor de POH GGZ.

4.1 Nascholingen

Het bijhouden en ontwikkelen van vakbekwaamheid en inzetbaarheid voor de functie POH-GGZ is een belangrijke basis voor de kwaliteit van zorg die geleverd wordt door de POH-GGZ.

De groep POH-GGZ die op dit moment in dienst is bij de ZHCo heeft een diversiteit aan opleidingen.

Allen voldoen aan het landelijk geldende functieprofiel. Deze diversiteit zorgt voor een gekleurd pallet aan competenties in de groep POH-GGZ. Individueel gebruiken ze dit bij de uitoefening van hun werkzaamheden in de huisartsenpraktijk. Als groep gebruiken ze dat tijdens intervisie en andere contactmomenten door elkaar te bevragen op kennis, kunde en ervaringen.

Basis van het nascholingsprogramma van iedere POH GGZ die werkzaam is voor de ZHCo bestaat uit de volgende onderdelen:

• De ACT opleiding (Acceptance and Commitment Therapy). ACT is een vierde generatie gedragstherapie welke goed toepasbaar is in de huisartsenpraktijk. Alle startende POH GGZ volgen een basisopleiding ACT. Voor de POH die al een basistraining hebben gevolgd is er een verdieping mogelijk.

• Alle POH volgen tweemaandelijkse intervisiebijeenkomsten. Deze kunnen zowel extern als door POH zelf begeleid worden. De groep POH-GGZ Jeugd heeft een eigen intervisiegroep.

Jaarlijks wordt er door de manager EGZ in overleg met de POH gekeken op welke actuele thema’s de

(9)

4.2 Accreditatie

De Koepel heeft nog geen instellingsaccreditatie om zelf de nascholing van de POH GGZ te kunnen accrediteren. Het secretariaat kan voor de nascholing van de POH GGZ accreditatie aanvragen via PE online. De kosten worden hiervoor worden 1 op 1 doorbelast naar deze werkmaatschappij. Dit zijn de landelijke vastgestelde bedragen per 01-01-2021:

• Kosten accreditatie per nascholing: €107,50 (exclusief btw) per nascholingsactiviteit voor de duur van 1 jaar.

• De kosten Instellingsaccreditatie € 575,00 (exclusief btw) gedurende de looptijd van een jaar.

Wanneer er op jaarbasis voor meer dan vijf POH-GGZ nascholingen accreditatie wordt aangevraagd loont het om te investeren in een instellingsaccreditatie voor de Koepel.

De POH-GGZ dient in 5 jaar minimaal 150 accreditatiepunten te behalen, dus gemiddeld 30 accreditatiepunten per jaar. De 30 accreditatiepunten bestaan uit tenminste 15 punten

geaccrediteerde nascholing voor POH-GGZ (deel A). De andere 15 punten (deel B) zijn voor intervisie en/of supervisie (maximaal 10 punten per jaar) en voor andere beroeps gebonden activiteiten, zoals deelname aan een kwaliteitswerkgroep, werkconferentie of het organiseren van een

netwerkbijeenkomst. Geaccrediteerde nascholingen van andere, gelijkwaardige beroepsverenigingen, kunnen ook onder deze punten opgenomen worden.

4.3 Financiën

De nascholing voor POH GGZ wordt betaald vanuit de begroting van de werkmaatschappij Facilitering, budget EGZ. Hierin staat jaarlijks een bedrag gereserveerd voor nascholing en andere deskundigheidsbevorderende activiteiten. De manager EGZ is budget verantwoordelijk.

5. Praktijkmanagers (personeel ZHCo)

Vanuit de werkmaatschappij Facilitering Zeeuwse Huisartsenzorg BV van de ZHCo, wordt nascholing georganiseerd voor de praktijkmanagers die bij dezelfde werkmaatschappij een dienstverband hebben. De Koepel ondersteunt de coördinator van de praktijkmanagers bij het organiseren en accrediteren van het nascholing voor de praktijkmanagers.

5.1 Nascholingen

De ZHCo heeft een samenwerkingsafspraak gemaakt met PRO praktijkopleiding dat alle nieuwe praktijkmanagers de PRO praktijkmanagement opleiding volgen, zo nodig inclusief de

farmaciemodule. Deze nascholing betreft 14 bijeenkomsten van 8 uur. Nieuwe praktijkmanagers zullen voor het volgen van deze opleiding aansluiten bij de landelijke opleidingsgroepen in Driebergen of Eindhoven.

Naast de PRO opleiding is intervisie een standaard onderdeel van de deskundigheidsbevordering voor Praktijkmanagers. Praktijkmanagers doen hierbij een beroep op collega’s om mee te denken over persoons- en functie-gebonden vraagstukken en knelpunten uit de eigen praktijk. Er wordt gebruik gemaakt van de “incidentintervisie” methode. De begeleiding van deze intervisie groepen gebeurd door de eigen praktijkmanagers in een roulatiesysteem. Intervisie wordt gecombineerd met het werkoverleg.

(10)

Omdat er nauwelijks aanvullende kosten verbonden zijn aan intervisie is er in de begroting van de praktijkmanagers nog wat ruimte voor aanvullende scholing. Deze ruimte is beperkt. Er is geen sprake van persoonlijk opleidingsbudget. De coördinator praktijkmanagers inventariseert

scholingsbehoeften in (jaar)gesprekken en werkoverleg. Zij clustert waar mogelijk scholingsvragen, maakt vervolgens een afweging voor inzet van het opleidingsbudget op basis van contractgrootte en relevantie voor de beroepsuitoefening.

5.2 Accreditatie

De Koepel heeft nog geen instellingsaccreditatie waarmee zij zelf de nascholing van de

Praktijkmanagers kan accrediteren. Het secretariaat kan voor de nascholing van de Praktijkmanagers accreditatie aanvragen via PE online. De bijbehorende accreditatiekosten worden dan 1 op 1

doorbelast aan de werkmaatschappij Facilitering, budget PM. Er is voor praktijkmanagers nog geen sprake van verplichte registratie in het kwaliteitsregister.

5.3 Financiën

De nascholing voor praktijkmanagers wordt bekostigd vanuit de begroting van de werkmaatschappij Facilitering, budget Praktijkmanagement. Hierin staat jaarlijks een bedrag gereserveerd voor de PRO opleiding en andere nascholing en deskundigheidsbevorderende activiteiten. Ook teamactiviteiten vallen ook onder dit budget. De coördinator van de praktijkmanagers is budget verantwoordelijk en bewaakt dit.

6. Triagisten (personeel ZHCo)

Vanuit de werkmaatschappij Acute Zorg (Huisartsenpost Zeeland ofwel SHZ genoemd) onderdeel van de ZHCo, wordt nascholing georganiseerd voor de triagisten die bij dezelfde werkmaatschappij een dienstverband hebben. De medewerker opleidingen werkt voor 20 uur per week voor de

Huisartsenpost Zeeland waarbij zij zich bezig houdt met het opleiden, diplomeren en her-registreren van triagisten en de organisatie van bijbehorende en aanvullende deskundigheidsbevorderende activiteiten. Het secretariaat van de Koepel en de opleidingscoördinator ondersteunen deze werkmaatschappij bij de organisatie en accreditatie van deze nascholingen.

6.1 Erkend opleider

De SHZ is erkend opleider voor zowel de opleiding tot doktersassistente MBO niveau 4 als het landelijke triagediploma.

De erkenning voor het diplomeren van triagisten houd in dat de SHZ zelf triagisten mag voordragen voor diplomering wanneer de stappen zoals beschreven staan in het beleidsplan: “opleiding triagisten” doorlopen zijn. Zie document: 4202 op de huisartsmonitor. In dit strategische

scholingsplan staat beschreven welke scholing onderdeel is van de opleiding tot triagist. Daarnaast worden er ook nascholingen georganiseerd voor reeds gediplomeerde triagisten. Het volgen van deze nascholing is noodzakelijk voor verdere professionalisering en de herregistratie van het triagediploma, wat eens in de 5 jaar moet plaatsvinden.

Op basis van het beleidsplan wordt de SHZ elke 5 jaar gevisiteerd door de toetsingscommissie, gefaciliteerd door Calibris advies in opdracht van Ineen. Twee jaar na visitatie moet er een

kwaliteitszorgverslag worden ingediend wat inzicht geeft in de evaluatiemomenten en verbeteringen

(11)

6.2 Nascholingen

Om tegemoet te komen aan de verschillende nascholingswensen van triagisten is het scholingsplan voor triagisten van de huisartsenpost Zeeland flexibel ingericht.

Het scholingsplan bestaat uit verschillende onderdelen waarbij een gedeelte van de nascholing door de triagist zelf is in te vullen. Zo is het voor iedereen mogelijk om een scholingsprogramma te volgen wat afgestemd is op de individuele leerbehoefte en wat voldoet aan de herregistratie-eisen. Er is geen sprake van persoonlijk opleidingsbudget. De opleidingscoördinator, teamleiders en HAP- managers inventariseren scholingsbehoeften in (jaar)gesprekken. Waar mogelijk worden scholingsvragen geclusterd.

De HAP manager, geadviseerd door de opleidingscoördinator, maakt vervolgens een afweging voor inzet van het opleidingsbudget op basis van contractgrootte en relevantie voor de

beroepsuitoefening.

Het scholingsplan bestaat grofweg uit vier delen die jaarlijks terugkeren. Per onderdeel zijn een aantal uren begroot. In overleg met de leidinggevende en afhankelijk van de aanvraag en de actuele ruimte in de indirecte uren op de diverse posten, kan hiervan ten positieve worden afgeweken. De organisatie faciliteert de triagist in haar professionele ontwikkeling. De triagist is zelf

verantwoordelijk voor invulling van het eigen scholingsprogramma al naar gelang de persoonlijke leerbehoefte.

6.2.1 Vergoeding

De nascholingsuren van triagisten worden in de meeste gevallen volledig vergoed. Bij individuele aanvragen kan hiervan worden afgeweken op basis van de inhoud van de nascholing en

functierelevantie. Ook kan de grootte van de individuele aanvraag en de impact die dit heeft op ruimte in de indirecte uren een aanleiding zijn om hierover afwijkende afspraken te maken. Deze afwijkende afspraken worden door de HAP manager vastgelegd in een studieovereenkomst.

(12)

1. Verplichte nascholing Alle triagisten en triagisten in opleiding

BHV-reanimatie training Intervisie bijeenkomsten

• Jaarlijks wordt in Q1 een reanimatie/BHV training georganiseerd.

• 3x per jaar hebben de triagisten een intervisiebijeenkomst waarin casuïstiek wordt besproken aan de hand van geluidsopnamen. Begeleiding wordt verzorgd door de teamleider.

12 uur

2. Verplichte nascholingen als onderdeel van de opleiding tot triagist

Triagisten in opleiding

1. Toelichting systemen HAP 2. Methodisch Werken en

Communicatie 3. Aan de slag met triage 4. ABCD training

5. Individuele coaching 6. Optioneel: triage training

ter voorbereiding op de kennistoets

1. Dit is een technische training rondom het gebruik van de systemen volgens de geldende werkafspraken. Te denken valt aan: Topicus, NTS, intranet, Intershift, Qlink en Q base. Deze training wordt ingezet als de triagist in opleiding al een paar keer heeft meegelopen op de huisartsenpost.

2. Deze training wordt gegeven bij de Stichting Huisartsenposten West-Brabant te Etten Leur. De methodiek van triëren volgens de Kernset en de communicatieve aspecten komen aan bod.

3. Deze training wordt gegeven bij de Stichting Huisartsenposten West-Brabant te Etten Leur. De triagist in opleiding gaat oefenen met triëren met een trainingsacteur.

4. De assistent leert te werken met de ABCD methodiek. Hij of zij herkent na afloop van de training de signalen en kan beoordelen of de patiënt ABCD-(in)stabiel is om de triage veilig te kunnen doen.

5. De triagist in opleiding krijgt gedurende het eerste jaar van haar dienstverband aanvullende, tenminste 2 uur, coaching. Hierbij worden gesprekken teruggeluisterd met de triagist en krijgt zij handvaten om gesprekken te verbeteren. Zo nodig kan deze coaching worden uitgebreid.

28 uur

(13)

3. Keuzedeel Alle triagisten De triagist kan kiezen uit onderstaande nascholing.

Kwaliteitsnorm van de organisatie is om al deze trainingen 1x per 3 jaar allemaal te volgen:

• Omgaan met agressie en lastige patiënten

• Medisch technisch handelen

• CRP Metingen uitvoeren

• ECG herhaling door KOEL

• Coachingsgesprek met Latona

• Deelname aan ABCD introductie

De triagist bepaalt zelf op welk moment ze deze nascholing volgt.

Jaarlijks worden deze beperkt aantal bijeenkomsten gepland, waar triagisten zich voor kunnen inschrijven. Vol=vol en dan kan de betreffende nascholing het volgende jaar weer worden gevolgd.

Max. 9 uur

4. Vrije ruimte (niet verplicht) Alle triagisten Dit is niet verplicht. De triagist kan deze uren naar eigen behoefte inzetten voor verdere professionalisering in de functie van triagist op de

huisartsenpost.

Waar mogelijk worden scholingsvragen geclusterd en georganiseerd voor een grotere groep triagisten.

• Nascholing in de vrije ruimte voor de algemene ontwikkeling als triagist en die voor een grotere groep triagisten georganiseerd kan worden aangevraagd bij de medewerker opleidingen/

opleidingscoördinator of komen vai de teamleiders/ HAP

managers bij de opleidingscoördinator. Deze maakt een afweging op basis van beschikbaar budget en aantal geïnteresseerden.

• Nascholing i.k.v. de persoonlijke ontwikkeling kan de triagist aanvragen bij de teamleider/ HAP manager. Hiervoor kan de triagist gebruik maken van het formulier op Q-link:

Aanvraagformulier scholing.

Max. 6 uur

(14)

tenminste 50 uur geaccrediteerde nascholing moeten volgen. Tenminste de helft van deze uren moet medisch inhoudelijke nascholing zijn, gericht op de telefonische triage. De uren in het verplichte nascholingsdeel (intervisie) dekt deze minimale scholingseis af.

De nascholing van triagisten wordt door de Koepel geaccrediteerd onder de instellingsaccreditatie doktersassistenten. Deze instellingsaccreditatie wordt jaarlijks in augustus schriftelijk beoordeeld en bij een positieve beoordeling door het CADD wordt de instellingsaccreditatie verlengd. Zo nu en dan wordt nascholing van deze doelgroep gevisiteerd door het CADD. De aanvraag voor visitatie wordt vooraf ingediend bij de opleidingscoördinator.

De jaarlijkse kosten van deze instellingsaccreditatie worden door de Koepel intern doorbelast aan de werkmaatschappij Acute Zorg(SHZ) en Nucleus Zorg.

6.4 Financiën

De nascholing van triagisten wordt betaald vanuit de begroting van de werkmaatschappij Acute Zorg.

Jaarlijks wordt er 1% van de begroting gereserveerd voor deskundigheidsbevorderende activiteiten van triagisten en medewerkers van het stafkantoor. Dit budget is op basis van aantal FTE geoormerkt voor de verschillende locaties.

7. Nascholing voor kantoorpersoneel (personeel ZHCo)

Op het stafkantoor is de opleidingsachtergrond en taakuitvoering van de verschillende medewerkers divers. Hierdoor heeft men verschillende leerbehoeften.

7.1 Nascholingen

Inzet van scholing (opleidingen en of nascholing) voor kantoorpersoneel gebeurd op basis van individuele aanvragen bij de direct leidinggevende. Verdere professionalisering is een standaard onderdeel van het jaargesprek. In het jaargesprek wordt de scholingsbehoefte van de individuele medewerker geïnventariseerd. Scholing wordt door de medewerker zelf eerst aangevraagd bij de direct leidinggevende. In afstemming met de afdeling P&O maakt de direct leidinggevende een afweging voor inzet van het opleidingsbudget op basis van contractgrootte en relevantie voor de beroepsuitoefening. Bij toekenning van opleidingsbudget worden er met de medewerker

aanvullende afspraken gemaakt over de vergoeding van uren en kosten.

7.2 Accreditatie

Nascholing voor kantoorpersoneel behoeft in de basis geen accreditatie.

7.3 Financiën

De nascholing van kantoorpersoneel wordt bekostigd vanuit de begroting van de werkmaatschappij Acute zorg. Jaarlijks wordt er 1% van de begroting gereserveerd voor deskundigheidsbevorderende activiteiten van triagisten en medewerkers van het stafkantoor. Dit budget is op basis van aantal FTE geoormerkt voor de verschillende locaties.

(15)

8. Aiossen

Vanuit de werkmaatschappij Acute zorg (SHZ) van de ZHCo, wordt nascholing georganiseerd voor huisartsen in opleiding (Aiossen). Deze Aiossen hebben een dienstverband bij SBOH. Zij worden gedurende het eerste en derde opleidingsjaar geplaatst bij huisartsenartsenpraktijken in Zeeland en lopen zijn mee met diensten op de huisartsenposten. In het tweede opleidingsjaar zijn ze “uit beeld”

bij de ZHCo en volgen zij externe stages spoedeisende hulp, in een verpleeghuis of in een GGZ- instelling.

8.1 Nascholingen

Alle Zeeuwse aiossen zijn tijdens hun opleidingsperiode automatisch lid van de Koepel en mogen tijdens alle nascholingen in Zeeland, met uitzonding van Symposia waar een aparte bekostiging voor is (zoals zie 1.1.2 Haamstede cursus, Zeeuws Symposium etc.) kosteloos bijwonen.

Aanvullend wordt er door de opleidingscoördinatoren van de Aiossen jaarlijks HAP happen georganiseerd. Dit is een nascholingsavond waar opleiders en aiossen aan elkaar casuïstiek presenteren vanuit de ervaringen met acute zorg( lees: Huisartsenpost)

8.2 Accreditatie

Nascholing van aiossen wordt niet apart geaccrediteerd, wel worden de nascholingspunten van aanwezige huisartsen/opleiders geregistreerd in GAYA.

8.3 Financiën

In de periode dat aiossen meelopen op de huisartsenpost, ontvangt de SHZ per aios/per maand een onkostenvergoeding waaruit SBOH. Dit bedrag wordt intern doorgeboekt en apart geoormerkt op het grootboek van de Koepel. Voor deze onkostenvergoeding worden aiossen tijdens de opleiding gefaciliteerd door de afdeling opleidingen. Ook wordt (de organisatie van) nascholing voor aiossen gericht op de acute zorg uit dit budget bekostigd. Nascholing niet gericht op de acute zorg moet op andere wijze bekostigd worden. Aangezien aiossen automatisch lid zijn van de Koepel wordt er voor hen gene aanvullende nascholing georganiseerd.

9. Opleiden is het nieuwe werven

Naast het blijven enthousiasmeren van huisartsen om huisartsopleider te worden, probeert de ZHCo ook om huisartsen te motiveren om opleidingsplaatsen voor DA’s , POH-GGZ en VS/PA ter

beschikking te stellen. Er wordt gekeken naar mogelijkheden om iemand deels op te leiden deels in dienst te hebben (BBL trajecten), en huisartsen worden geadviseerd over de financiële implicaties die dit heeft.