• No results found

Bijlage bij Statenbrief

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Bijlage bij Statenbrief"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijlage bij Statenbrief

Datum

23 maart 2021

Zaaknummer 2019-002466

Blad 1 van 6

Onderwerp

Wijzigingen vastgesteld ontwerp actualisatieplan 7

Portefeuillehouder

Peter Kerris

Bij een aantal onderwerpen is na de vaststelling door Gedeputeerde Staten in januari en gedurende

behandeling in Provinciale Staten nadere informatie beschikbaar gekomen dat leidt tot een aantal wijzigingen.

Het gaat hierbij met name om verduidelijken van artikelen, kaarten en bijlagen. De wijzigingen betreffen de onderwerpen natuur, grondwaterbescherming en geitenhouderij. Ook de reactienota is opnieuw meegestuurd.

Daar zijn antwoorden van twee zienswijzen ingevoegd. Ook is in een ambtshalve wijziging een wijziging doorgevoerd. Hieronder wordt toegelicht wat de wijzigingen zijn in de stukken. In de tekst zijn de verschillen vetgedrukt.

Ganzenrustgebied

Het gaat om een wijziging in artikel 2.51b (bescherming Ganzenrustgebied). Per abuis is in de stukken die zijn vastgesteld door Gedeputeerde Staten in de regeltekst een verouderde concepttekst opgenomen die niet recht doet aan wat dit artikel regelt. De formulering die nu opgenomen wordt doet daar meer recht aan. De

toelichtende teksten bij dit onderdeel worden niet gewijzigd, omdat die al geschreven waren in het licht van de nieuwe formulering.

Hieronder dikgedrukt de wijziging zoals deze momenteel in de stukken staat:

Artikel 2.51b (bescherming Ganzenrustgebied)

Voor zover een bestemmingsplan betrekking heeft op een Ganzenrustgebied laat het een nieuwe activiteit of ontwikkeling alleen toe als:

a. uit onderzoek blijkt dat gelet op de locatie, de nadelige gevolgen voor de functie als rustgebied voor overwinterende ganzen zoveel mogelijk worden beperkt; en

b. na uitvoering minimaal 500 hectare in het betreffende Ganzenrustgebied overblijft.

De wijziging dikgedrukt zoals wij deze voor ogen hadden en nu hebben overgenomen:

Artikel 2.51b (bescherming Ganzenrustgebied)

Voor zover een bestemmingsplan betrekking heeft op een Ganzenrustgebied laat het een nieuwe activiteit of ontwikkeling alleen toe als:

a. uit onderzoek blijkt dat deze activiteit of ontwikkeling wordt uitgevoerd op een locatie waar de nadelige gevolgen voor de functie als rustgebied voor overwinterende ganzen zoveel mogelijk worden beperkt;

en

b. na uitvoering minimaal 500 hectare in het betreffende Ganzenrustgebied overblijft.

(2)

Datum 23 maart 2021

Zaaknummer 2019-002466

Blad 2 van 6

Zwijnwerende hekken op natuurbegraafplaatsen.

In deze actualisatie is de regel opgenomen dat bij een natuurbegraafplaats een zwijnwerende voorziening van maximaal 1,20 meter hoog geplaatst mag worden om graafactiviteiten te voorkomen. Daarin dienen dan wel doorgangen voor kleine zoogdieren te worden opgenomen, zodat die geen hinder ondervinden. Nu blijken in de praktijk deze zwijnwerende hekken slechts 1 meter hoog te zijn. Het raster dat voor een dergelijk hekwerk wordt gebruikt heeft wel een hoogte van 1,20 meter maar wordt 20 cm in de grond gegraven. Een hek van 1 meter hoog is op grond van rijksregelgeving vergunningvrij dus daar kunnen in de verordening geen regels over worden gesteld. Bovendien is eerder door GS aangegeven dat plaatsing van hekken ongewenst is. Daarom wordt voorgesteld het voorschrift over de zwijnwerende voorziening te verwijderen.

Hieronder dikgedrukt de wijziging zoals deze momenteel in de stukken staat:

Artikel 2.46 (afwijkruimte bij natuurbegraafplaats)

In afwijking van artikel 2.39, eerste lid, laat een bestemmingsplan een natuurbegraafplaats in het Gelders natuurnetnetwerk alleen toe voor een locatie in het Verkenningsgebied voorwaarden natuurbegraven Gelders natuurnetwerk en als is voldaan aan de volgende voorwaarden:

j. er worden op de begraafplaats geen nieuwe gebouwen of bouwwerken opgericht, met

uitzondering van een zwijnwerende voorziening van maximaal 1,20 meter hoog die passeerbaar is voor kleine zoogdieren; en

Hieronder de wijziging na toepassing van het voorstel:

Artikel 2.46 (afwijkruimte bij natuurbegraafplaats)

In afwijking van artikel 2.39, eerste lid, laat een bestemmingsplan een natuurbegraafplaats in het Gelders natuurnetnetwerk alleen toe voor een locatie in het Verkenningsgebied voorwaarden natuurbegraven Gelders natuurnetwerk en als is voldaan aan de volgende voorwaarden:

j. er worden op de begraafplaats geen nieuwe gebouwen of bouwwerken opgericht; en

Kaart GNN

De kaart van GNN is op zes punten gecorrigeerd omdat onderstaande percelen voldoen aan de criteria om opgenomen te worden in het GNN:

1. Gemeente Wageningen – voormalig ziekenhuis: terug in GNN 2. Gemeente Bronckhorst, Wientjesvoort: terug in GNN

3. Gemeente Apeldoorn – Asselsestraat: zandweg gaat terug in GNN 4. Gemeente Berkelland – gebied langs de Koffijgoot: terug in GNN

5. Gemeente Berkelland – Rekkenseweg / Hoge dijk (’t Luttikholt): terrein langs boerderij terug in GNN 6. Gemeente Doetinchem, Landgoed De Kraal: terug in GNN

Geitenhouderijen

Mede naar aanleiding van reacties die nog gekomen zijn na de ter inzagelegging is de tekst in het tweede lid van artikel 2.34 verduidelijkt. Bijgevoegd is het vetgedrukte deel.

Artikel 2.34 (tijdelijk verbod op nieuwvestiging en uitbreiding geitenhouderij)

(3)

Datum 23 maart 2021

Zaaknummer 2019-002466

Blad 3 van 6

1. Het is verboden om:

a. een geitenhouderij te vestigen;

b. een veehouderijbedrijf of een veehouderijtak met andere landbouwhuisdieren geheel of gedeeltelijk te wijzigen in een geitenhouderij;

c. het aantal geiten dat op een bestaande geitenhouderij wordt gehouden te vergroten;

d. de oppervlakte van een dierenverblijf voor geiten te vergroten, tenzij het vergunde, dan wel gemelde aantal geiten aantoonbaar niet groeit;

e. een dierenverblijf voor een geitenhouderij op te richten en een gebouw of gronden voor het houden van geiten in gebruik te nemen;

f. bouwwerken of gronden tijdelijk te gebruiken voor een geitenhouderij.

2. Het eerste lid, onderdelen c tot en met f, geldt niet voor op het eigen bedrijf geboren geitenlammeren tot een leeftijd van 60 dagen, mits het vergunde, dan wel gemelde aantal geiten van 61 dagen en ouder niet groeit ten opzichte van het aantal op 30 augustus 2017 legaal gehouden aantal geiten van 61 dagen en ouder, rekening houdend met het derde lid.

3. Dit verbod is niet van toepassing voor zover voor die activiteit op 30 augustus 2017:

a. een ontvankelijke melding als bedoeld in artikel 1.10 van het Activiteitenbesluit bij het bevoegd gezag is ingediend; of

b. een ontvankelijke aanvraag om een omgevingsvergunning bij het bevoegd gezag is ingediend, tenzij de aanvraag ziet op een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

4. Dit verbod geldt voor het betreffende plangebied zolang geen bestemmingsplan als bedoeld in artikel 8.1 voor dat plangebied in werking is getreden dat overeenstemt met het eerste lid.

5. In afwijking van artikel 8.1, derde lid, stelt de gemeenteraad een bestemmingsplan dat overeenstemt met het eerste lid uiterlijk voor 1 januari 2024 vast, tenzij door Gedeputeerde Staten uitstel is verleend om reden dat Provinciale Staten het tijdelijke verbod in heroverweging hebben genomen.

Bijlage beschermingsgebied grondwater.

In de verordening worden per grondwaterwinning, boordieptes aangegeven. Die van de winningen

Hoenderloo, Woudenberg, Engelse werk en Deventer-Zutphenseweg waren nog niet bekend bij vaststellen van ontwerp actualisatieplan, ondertussen zijn de gegevens wel bekend. Het gaat om de volgende toevoegingen:

Omg.verord. kaartnummer 3: Hoenderloo: + 30 NAP Omg.verord. kaartnummer 54: Woudenberg: - 3 NAP Omg.verord. kaartnummer 57: Engelse Werk: - 15 NAP

Omg.verord. kaartnummer 58: Deventer- Zuthpenseweg: - 38 NAP

Verder zijn de volgende diepte gewijzigd:

Omg.verord. kaarnummer 20; Epe was 9 meter is geworden 0 m NAP Omg.veord. kaarnummer 27: Klooster was 11 is geworden – 10 m NAP Reactienota

(4)

Datum 23 maart 2021

Zaaknummer 2019-002466

Blad 4 van 6

Zienswijze nr 181

Deze zienswijze bestond uit een brief met meerdere bijlagen. Op de vragen gesteld in de bijlagen is antwoord gegeven, maar de brief is per abuis niet meegenomen in de beantwoording van de zienswijze. Deze vragen zijn alsnog beantwoord en toegevoegd aan de reactienota en hierna weergegeven.

Indiener heeft de volgende vragen:

1. Klopt het dat er een groter oppervlakte aan het GNN onttrokken wordt dan dat er aan het GNN toegevoegd wordt?

2. Zo ja, waarom wordt het areaal dat eraf gaat niet volledig gecompenseerd door elders natuur aan het GNN toe te voegen? Gezien de huidige toestand waarin de natuur verkeert zou het toevoegen van een veel groter oppervlak gewenst zijn.

3. Welk oppervlak (in m2) wordt er totaal aan het Gelders natuurnetwerk onttrokken en welk oppervlak wordt dan aan het Gelders netwerk toegevoegd.

Antwoord op vraag 1, 2 en 3:

Bij deze actualisatieronde hebben de volgende wijzigingen aan het GNN plaatsgevonden:

a. We hebben gronden verwijderd uit het GNN die geen bestemming natuur of bos hebben. Voorbeelden hiervan zijn asfaltwegen, bebouwde erven, parkeerplaatsen en gronden met een agrarische bestemming. Het gaat totaal om 1261 ha. Over het algemeen is deze grond omgezet in Groene ontwikkelingszone.

b. Daarnaast is 522 ha oppervlakte verwijderd naar aanleiding van GS-besluiten die tussen 2014 en 2020 zijn genomen. Hiervoor waren diverse aanleidingen, bijvoorbeeld herbegrenzing in het kader van de

Kaderrichtlijn Water, verzoeken van terreinbeherende organisaties, Nadere Uitwerking Rivierengebied, en onze subsidieregeling Natuurbeheer. Deze oppervlakte is in een aantal gevallen op andere locaties weer toegevoegd aan het GNN (zie punt 4)

c. Verder is 143 ha verwijderd uit het GNN naar aanleiding van grenscorrecties. We willen de begrenzing van het GNN zoveel mogelijk laten aansluiten op de kadastrale begrenzing. In dat kader zijn stukjes GNN eraf gegaan, maar ook toegevoegd wat heeft geresulteerd in een afname van 143 ha.

d. Bij deze actualisatie is 1516 ha natuur toegevoegd als gevolg van aankoop, omvorming en herbegrenzing van het GNN, zoals onder punt 3 vermeld.

4. Beseft de provincie dat het Vossenbroek een cruciaal onderdeel vormt van de ecologische verbindingszone tussen Veluwe Hoog en de IJssel?

a. Realiseert de provincie zich dat het toelaten van meer economische activiteiten de natuur daar ten gronde richt?

b. En dat daarmee de verbindingszone niet meer kan functioneren en het Veluwe Hoog wordt afgesneden van de IJssel?

Antwoord:

We delen uw mening dat het Vossenbroek een belangrijk onderdeel vormt van de verbindingszone Veluwe- IJssel. Het beschermingsregime in onze verordening is niet gericht op het toelaten van meer economische activiteiten in de natuur, integendeel.

(5)

Datum 23 maart 2021

Zaaknummer 2019-002466

Blad 5 van 6

Wel hebben wij ervoor gekozen het beschermingsregime te wijzigen zodat wij initiatieven kunnen beoordelen op hun gevolgen voor de kwaliteit, oppervlakte en samenhang van het GNN. Met het huidige

beschermingsregime, dat bepaalt dat geen andere bestemming dan natuur is toegestaan in het GNN, is dat niet mogelijk. Binnen het nieuwe beschermingsregime geldt dat als sprake is van nadelige gevolgen, de activiteiten slechts bij hoge uitzondering kunnen worden gerealiseerd. Voorwaarde is dan dat er een grote maatschappelijke reden is, dat er geen alternatieven zijn en dat de natuur zoveel mogelijk wordt

gecompenseerd.

Ook willen wij maatwerk mogelijk maken voor activiteiten die geen nadelige gevolgen kunnen hebben voor de oppervlakte, kwaliteit en samenhang van het GNN. In de praktijk zullen activiteiten of ontwikkelingen in het GNN al snel gevolgen hebben voor de oppervlakte, kwaliteit en samenhang, want ook potentiële

natuurwaarden worden beschermd.

Daarnaast is ons beleid gericht op vergroten van de biodiversiteit, zowel binnen als buiten het GNN, door middel van ons subsidiestelsel.

Wij delen uw mening niet dat de verbindingszone niet meer kan functioneren doordat we percelen met een agrarische bestemming niet meer als onderdeel van het GNN beschouwen. Betreffende percelen zijn vanwege het gegeven dat ze een agrarische bestemming hebben en ook als zodanig worden gebruikt uit het GNN gehaald en GO geworden. Ook voor het ontwikkelen van activiteiten in het GO zijn restricties, daar willen we juist de functie als verbindingszone versterken. Voor het optimaal functioneren van een verbindingszone is het niet noodzakelijk dat deze gehele zone wordt omgevormd naar natuur, maar past een afwisseling van

grondgebruik uitstekend bij deze functie.

5. Is de provincie zich ervan bewust dat niet alleen de oevers en de beken tot Natura 2000 behoren maar dat ook de waterkwaliteit beschermd is?

Antwoord:

Ja, hiervan zijn we op de hoogte en ook dat hiervoor een passend toetsingskader is.

6. Is de provincie bekend met de uitspraken van de Raad van State dat activiteiten nabij Natura 2000 niet zijn toegestaan indien deze de stikstofbelasting ervan vergroten (stikstofcrisis)?

a. En dat juist de zuivere bronwater van de beken zeer gevoelig is voor de vervuiling door meststoffen afkomstig van de landbouw.

Antwoord:

Daar zijn we ook bekend mee. Natura 2000 heeft haar eigen beschermingsregime met externe werking o.a.

wat betreft stikstof en mest. In dit kader willen wij u graag wijzen op de Gelderse maatregelen stikstof op onze website (https://www.gelderland.nl/stikstof).

(6)

Datum 23 maart 2021

Zaaknummer 2019-002466

Blad 6 van 6

Zienswijze nr 120

Per abuis ontbreek in het antwoord een cruciaal woord, waardoor het antwoord verkeerd geïnterpreteerd wordt. Zie de dikgedrukte aanvulling.

Antwoord in de reactienota: “Zowel de Wet ruimtelijke ordening, als het Besluit ruimtelijke ordening bepalen dat de provincie niet bevoegd zou zijn om de laddertoets aan te vullen”

Moet zijn: “Zowel de Wet ruimtelijke ordening, als het Besluit ruimtelijke ordening bepalen niet dat de provincie niet bevoegd zou zijn om de laddertoets aan te vullen”

Ambtshalve wijzingen

In de reactienota bij ambtshalve wijzigingen van de geitenhouderij stond per abuis de datum 1-1-2023 als einddatum van de overhevelingstermijn. Dit moet uiteraard 1-1-2024 zijn, zoals ook in de verordening opgenomen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Trend van de Kolgans, Kleine Rietgans en Grauwe Gans in Vlaanderen, gebaseerd op het hoogste winteraantal en het aantal gansdagen over het volledige winter- halfjaar

Sinds 1958 worden de aantallen en versprei- ding van overwinterende ganzen in de Oostkustpolders op de voet gevolgd, waarbij ze ongeveer tweewekelijks worden geteld van begin

Binnen dit project zijn onze lange termijndata een belangrijk element in het ge- heel; de Vlaamse Oostkustpolders zijn immers de meest zuidelijk ge- legen overwinteringsplaats voor

Beide soorten prefereren ontegen- sprekelijk de permanente graslanden, waarbij blijkt dat vooral de Kolgans daarbinnen nog een iets grotere voor- keur heeft voor de reliëfrijke

Do het meten van keutel intervallen bij zowel Kleine Rietganzen, als Ko ganzen werd de begrazingsdruk gecorrigeerd voor verschillen in keutelproductie per tijdseenheid tussen

De manager bedrijven gaat ervan uit dat de goodwill bij liquidatie geen waarde heeft voor de bank.. Dit laatste resultaat heeft een incidenteel karakter en voor de toekomst kan

Daardoor was een omzetting naar een Luchthavenbesluit niet langer mogelijk omdat de correctie van deze fout niet zonder keuzes van Teuge gedaan kon worden;. - In overleg tussen

Ondanks dat hier landschappelijk enkele kansen worden gezien, lijken er in en nabij het Natura 2000-gebied De Veluwe, het grootste gedeelte van het onderzoeksgebied, langs de