Vraag nr. 20 van 27 juni 2003
van de heer JOHAN SAUWENS
Sportinfrastructuur – Inventarisatie en blinde vlek-ken
Zowel in de Beleidsnota Sport 1999-2004 (Stuk 157 ( 1 9 9 9-2000) – Nr. 1) als in de verschillende be-leidsbrieven wordt aangekondigd dat er werk zal worden gemaakt van een grondige behoeftestudie en inventarisatie van de sportinfrastructuur op het l o k a l e, intergemeentelijke en regionale niveau. Te-vens zullen de blinde vlekken in kaart gebracht worden.
Werd de studie reeds uitgevoerd ?
Zo ja, wat zijn de blinde vlekken en waar situeren die zich ?
Welke acties onderneemt de minister om de blinde vlekken weg te werken ?
Zo neen, wat is de stand van zaken ? Voor wanneer stelt de minister de resultaten van de studie in het vooruitzicht ?
Antwoord
Sinds midden van de jaren zeventig reeds inventa-riseert het Bloso de sportaccommodaties in V l a a n-d e r e n . Op basis hiervan kan n-de evolutie inzake sportinfrastructuur worden gevolgd en kunnen be-hoeftenstudies worden opgemaakt.
De inventarisatie gebeurt op basis van informatie d i e, aan de hand van een enquête, bij de lokale be-sturen wordt ingewonnen. Een systematische infor-matieverzameling via bijvoorbeeld afgeleverde bouwvergunningen voor sportaccommodaties is immers onbestaande. Behalve basisinlichtingen over de soort van accommodatie, de afmetingen, d e e i g e n a a r, het adres, de toegankelijkheid voor ge-h a n d i c a p t e n ,e n z o v o o r t , wordt er bijvoorbeeld ook informatie ingewonnen over de aard van de sport-vloer in sporthallen, de aanwezigheid van kleedka-mers of van een verlichtingsinstallatie bij open-l u c h t s p o r t v e open-l d e n , het recreatief karakter van over-dekte zwembaden, e n z o v o o r t . De Bloso-i n v e n t a r i-satie is dus vrij uitgebreid. Ook de verwerking van de gegevens van meer dan 18.000 sportaccommo-daties in Vlaanderen gebeurt door het Bloso. In 2000 werd de inventaris gefinaliseerd van de op 1.01.2000 aanwezige sportaccommodaties in V l a a
n-d e r e n . Wat n-de Brusselse situatie betreft, wern-d n-de in-formatie overgenomen die in opdracht van de Vlaamse Gemeenschapscommissie tegen betaling door het Instituut voor Sportbeheer (ISB) was ver-z a m e l d . Dever-ze Brusselse gegevens ver-zijn evenwel on-volledig en vaak ook onjuist.
Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan een nieuwe update van de bestaande sportaccommoda-t i e s, namelijk de sisportaccommoda-tuasportaccommoda-tie op 1.01.2003. De resulsportaccommoda-ta- resulta-ten hiervan zullen in september 2003 ter beschik-king zijn. Ze zullen o. a . toegelicht worden op de ge-plande "Staten-Generaal van de Sportclubs" op 20 en 21 september 2003 in Gent.
N. a . v. de bespreking van de begroting 2001 en de Beleidsbrief Sport 2001 in de Commissie voor Cul-t u u r, Media en SporCul-t van heCul-t Vlaams ParlemenCul-t werd door de steller van deze vraag, die toen zelf minister van Sport was, een toelichting gegeven bij de Bloso-inventarisatie van 18.000 sportaccommo-daties in V l a a n d e r e n . Een nota hieromtrent (met c i j f e r g e g e v e n s, tabellen en diagrammen) werd tij-dens de vergadering bezorgd aan alle commissiele-den.
Wat de vraag m.b. t . de blinde vlekken betreft, v o l-gen hieronder de meest in het oog sprinl-gende te-korten.
1. Sporthallen
Op 1 januari 2000 waren er in Vlaanderen 986 s p o r t h a l l e n . Deze vertegenwoordigen een n e t t o-sportoppervlakte van bijna 900.000 m2. D e grootste vastgestelde tekorten doen zich voor in de regio's Pajottenland (53% tekort), A a l s t - G e r a a r d s-bergen (49 % tekort) en Antwerpen (46% tekort). Het totaaltekort aan sporthallen in Vlaanderen be-draagt ± 300.
In de periode 1988-2000 werden er 130 sporthallen g e r e a l i s e e r d . In vergelijking met 1996, toen 39,4 % van de sporthallen van scholen naschools niet wer-den gebruikt , is dit aantal naschools niet gebruikte sporthallen in 2000 gedaald tot 11 %. In 14,5 % van deze sporthallen zijn er nog beperkingen inza-ke naschools gebruik (bijvoorbeeld voor individu-ele gebruikers).
2. Overdekte zwembaden
Afgezien van een aantal kleinere lokaliteiten be-staat er in Vlaanderen geen uitgesproken behoefte meer aan overdekt zwembadwater. Wél is er een behoefte aan kwalitatief betere zwembadaccom-m o d a t i e s, zwembadaccom-met o. a . de vraag naar zwembadaccom-meer wateropper-vlakte per overdekt zwembad.
3. Traditionele openluchtsportvelden
In Vlaanderen werden op 1 januari 2000, 1 1 . 3 8 8 traditionele openluchtsportvelden geregistreerd. Het hoofdgebruik richt zich vooral op de volgende sport-en vrijetijdsactiviteiten : voetbal : 4.386 terreinen tennis : 2.206 terreinen volleybal : 1.585 terreinen basketbal : 1.438 terreinen petanque : 619 terreinen.
Alle openluchtsportvelden vertegenwoordigen in Vlaanderen ruim 3.200 ha nettosportoppervlakte. Rekening houdende met de extra-ruimte voor uit-l o o p z o n e s, c i r c u uit-l a t i e w e g e n , p a r k e e r g e uit-l e g e n h e d e n , kleedkamers en andere nutsvoorzieningen, m o g e n deze nettosportoppervlakten met een coëfficiënt 2 worden vermenigvuldigd om de reële oppervlakte te verkrijgen die door de traditionele openlucht-sportvelden wordt ingenomen. In deze oppervlakte is dus niet de ruimte begrepen van minder traditinele sportaccommodaties zoals golfterreinen, m o-t o c r o s s-o m l o p e n , noch van openlucho-tvoorzienin- openluchtvoorzienin-gen waarop sportieve vrijetijdsactiviteiten worden beoefend zoals hengelen, wipschieten, en andere. De regio's Gent, O o s t e n d e, Vilvoorde en Ve u r n e bezitten het kleinste aantal traditionele openlucht-sportvelden per 1000 inwoners.
De Limburgse regio's zijn, samen met de omgeving van Eeklo, het best uitgerust.
4. Sportlokalen
Vlaanderen telt zeer veel sportlokalen (4.705 op 1 . 0 1 . 2 0 0 0 ) . Opmerkelijk is het gebrekkige comfort van deze sportruimten door de summiere inrich-ting van kleedkamers of de afwezigheid van een sportvloer.
Wat het wegwerken van de "blinde vlekken" be-t r e f be-t , dienen de lokale sporbe-tinfrasbe-trucbe-tuurnoden in eerste instantie door de lokale besturen zelf inge-vuld te worden.