Datum 9 maart 2017 Status
Ten behoeve zienswijzen Versie
1.1
Rapport
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Colofon
Opdrachtgever Algemeen Bestuur
Auteur(s) Erik Grummels Eindredactie Laurens Arts Arno van Mullekom
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Inhoudsopgave
1 Inleiding 5
2 Overzicht van baten en lasten 6
3 Algemene bestuurlijke en financiële ontwikkelingen 7
3.1 Inleiding 7
3.2 Toekomstvisie Brandweerzorg 7
3.3 Meerjarenbeleidsplan: Zorg voor Veiligheid 7
3.4 Visie op Brandweerzorg 2025 8
3.5 Indexering gemeentelijke bijdrage 8
3.6 Indexering overige inkomsten 8
3.7 Indexering kosten in begroting 9
3.8 Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDuR) 10
4 Bepaling gemeentelijke bijdrage 12
5 Begroting per programmaproduct 13
5.1 Inleiding 13
5.2 Programma Brandweerzorg 13
5.3 Programma Veiligheid 17
5.4 Programma Zorg 22
5.5 Ondersteuning organisatie 24
6 Financiële overzichten 25
6.1 Schatkistbankieren 25
6.2 Overzicht van baten en lasten, meerjarig 26
6.3 Investeringsbegroting 27
6.4 Overzicht incidentele baten en lasten 28
7 Verplichte paragrafen 29
7.1 Risicobeheersing en weerstandsvermogen 29
7.2 Staat van reserves en voorziening 31
7.3 Toelichting op de staat van reserves en voorzieningen 32
7.4 Onderhoud kapitaalgoederen 33
7.5 Financiering 33
7.6 Bedrijfsvoering 34
7.7 Lokale heffingen, verbonden partijen en grondbeleid 36
8 Vaststelling 37
Bijlage 1: Gemeentelijke bijdrage, jaarschijf 2018 38
Bijlage 2: Gemeentelijke bijdrage 2017 – 2020 39
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Bijlage 3: Formatieoverzicht 40
Bijlage 4: Uitgangspunten voor berekening kengetallen 41
Bijlage 5: Begroting ingedeeld naar taakvelden 43
Bijlage 6: Renteschema 44
Bijlage 7: EMU saldo 45
Bijlage 8: Meerjarenbalans en weerstandsvermogen 46
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
1 Inleiding
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost stelt jaarlijks de begroting op. De begroting heeft tot doel om expliciet vast te stellen wat we als organisatie willen bereiken, wat we daar voor gaan doen en wat dit mag kosten. Hierbij is er vooral aandacht voor de onderwerpen waarbij het beleid afwijkt van vorige jaren.
Bij het opstellen van de begroting zijn er twee kaders leidend. Inhoudelijk geeft het meerjarenbeleidsplan de kaders voor de activiteiten in 2018 en daarmee voor de begroting 2018. Vanuit de Kadernota 2018 worden vooral financiële kaders gesteld voor de begroting 2018. Doordat de begroting 2018 in januari en februari 2017 wordt opgesteld, zijn de inhoudelijke voornemens nog slechts op hoofdlijnen weergegeven. Via het jaarplan 2018 zal daar verder invulling aan gegeven worden.
De begroting beschrijft als eerste de algemene inhoudelijke en financiële ontwikkelingen. Vervolgens worden per programmaonderdeel van de begroting de ontwikkelingen besproken. De nota sluit af met de hoofdpunten met betrekking tot risico’s en beheersmaatregelen.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
2 Overzicht van baten en lasten
De begroting 2018 kent samengevat de volgende baten en lasten:
Lasten Baten
Programma Brandweerzorg € 35.607.274 € 2.218.306
Product Incidentbestrijding € 30.112.691 € 1.191.106
Product Risicobeheersing € 5.494.583 € 1.027.200
Programma Veiligheid € 4.019.314 € 288.536
Product Bevolkingszorg € 412.354 € 228.836
Product Crisisbeheersing € 786.210 € 14.500
Product GHOR € 902.037 € 0
Product GMK (exc.MKA) € 1.918.714 € 45.200
Programma Zorg € 19.080.167 € 19.154.247
Product Ambulancezorg € 17.370.996 € 17.370.996
Product MKA € 1.709.171 € 1.783.251
Programma Financiering € 9.531.008 € 45.991.978
Overhead kostenplaatsen € 9.218.623 € 0
Product Financiering & Alg Dekkingsmiddelen € 312.385 € 45.991.978
Programma Reserves € 584.697
Onttrekking bestemmings reserve € 584.697
Eindtotaal € 68.237.764 € 68.237.764
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
3 Algemene bestuurlijke en financiële ontwikkelingen
3.1 Inleiding
In dit hoofdstuk worden de bestuurlijke of financiële ontwikkelingen weergegeven die op meerdere onderdelen van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost betrekking hebben.
3.2 Toekomstvisie Brandweerzorg
Na een consultatieronde met gemeenteraden heeft het Algemeen Bestuur op 26 maart 2015 de Toekomstvisie Brandweerzorg vastgesteld. Toekomstvisie Brandweerzorg gaat uit van een te realiseren bezuiniging van totaal
€4.510.000 uiterlijk op 1 januari 2018 ten opzichte van de begroting 2014. De Toekomstvisie Brandweerzorg bevat vier jaarschijven. Alle vier de jaarschijven zijn verwerkt in de begroting 2018.
In april 2016 is aan het bestuur gerapporteerd dat de oorspronkelijk verwachte bezuiniging niet gerealiseerd kon worden.
Er zijn daarbij aanvullende bezuinigingen gepresenteerd voor een bedrag van €865.000 waarmee het totale bedrag alsnog gerealiseerd is.
In de begrotingen tot met de primaire begroting 2017 was de bezuiniging van de Toekomstvisie Brandweerzorg als een stelpost opgenomen. In de primaire begroting 2018 is de bezuiniging verwerkt op de specifieke onderdelen van de begroting waar de bezuiniging betrekking op heeft.
Jaar Bezuiniging jaarschijf Bezuiniging cumulatief
2015 € 1.840.000 € 1.840.000
2016 € 650.000 € 2.490.000
2017 € 760.000 € 3.250.000
2018 € 1.260.000 € 4.510.000
3.3 Meerjarenbeleidsplan: Zorg voor Veiligheid
Conform artikel 14 van de Wet veiligheidsregio’s (Wvr) stelt het bestuur van VRBZO tenminste één maal in de vier jaar een beleidsplan vast. Dit beleidsplan geeft richting aan de inspanningen om de aan VRBZO toebedeelde taken op de best mogelijke wijze uit te voeren. Tevens wordt in het beleidsplan de samenwerking tussen VRBZO en haar partners in veiligheid beschreven. Het beleidsplan vormt een integraal strategisch en multidisciplinair beleidskader voor een planperiode van vier jaar (2015-2019). Het beleidsplan kent een sobere invulling. Er worden slechts nieuwe initiatieven gestart indien deze in de plaats komen van bestaande activiteiten. In financiële zin zijn de huidige kaders en de Toekomstvisie Brandweerzorg leidend. Daar waar relevant wordt in deze begroting benoemd welke thema’s uit het meerjarenbeleidsplan in 2018 worden uitgevoerd.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
3.4 Visie op Brandweerzorg 2025
Het Algemeen bestuur heeft in 2015 voor de nabije toekomst een Toekomstvisie vastgesteld waarvan de uitvoering inmiddels stevig ter hand wordt genomen. Realisatie van de beoogde resultaten met een ombuigingsoperatie is voorzien voor 2018 en verwerkt in deze begroting. Het is nu een geschikt moment om opnieuw vooruit te kijken en de focus te leggen op de periode na 2018 en te starten met het ontwikkelen van een visie op de veiligheidszorg in 2025 voor onze regio. Dat is geen proces dat op een vrijdagmiddag kan worden gestart en afgerond. Het is het bepalen van het punt aan de horizon, de richting waar we naartoe willen, en de organisatie in beweging zetten in die richting. Het is een continu ontwikkelproces omdat relevante ontwikkelingen om ons heen ons dwingen om veerkrachtig te zijn en te anticiperen op nieuwe ontwikkelingen. Een dynamisch proces, net als onze organisatie, en daarmee een proces dat energie geeft.
De bestuurlijke vaststelling van de Visie op Brandweerzorg 2025 vindt afzonderlijk van deze begroting plaats.
3.5 Indexering gemeentelijke bijdrage
Jaarlijks wordt de gemeentelijke bijdrage in de begroting geïndexeerd. De vier gemeenschappelijke regelingen die voor de 21 gemeenten in Brabant-Zuidoost werken, gebruiken dezelfde methode voor het bepalen van de omvang van de indexering. Hierbij is de hoogte van de indexeringen gebaseerd op de ramingen uit de nieuwste Macro Economische Verkenning (MEV) van het Centraal Planbureau. Hierbij wordt steeds de editie gehanteerd die betrekking heeft op het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar. Voor de begroting 2018 baseert Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost zich op de Macro Economische Verkenning 2017. Hier is eerder bestuurlijk toe besloten omdat de MEV steeds in september uitkomt en dan betrekking heeft op het aanstaande kalenderjaar. De Macro Economische Verkenning 2018 komt te laat
beschikbaar om als basis te hanteren voor de begroting 2018.
Het voorstel voor de indexering van de gemeentelijke bijdragen is gebaseerd op twee indicatoren:
Prijs netto materiële overheidsconsumptie (Imoc)
Loonvoet sector overheid
Het gewogen gemiddelde van deze beide indicatoren bepaalt de indexering van de gemeentelijke bijdrage. Voor 2017 wordt op basis hiervan de indexering van de gemeentelijke bijdrage voorgesteld van 1,18%. In Tabel 1 is een
onderbouwing van de berekening opgenomen.
Tabel 1: indexering gemeentelijke bijdrage
Weging Waarde MEV 2017
Prijs netto materiële overheidsconsumptie (Imoc) 37,50% 100,8
Loonvoet sector overheid 62,50% 101,4
Indexering gemeentelijke bijdrage VRBZO 2018 101,18
3.6 Indexering overige inkomsten
Voor de overige inkomsten geldt:
1. Bijdragen van zorgverzekeraars worden geïndexeerd conform de afspraken met zorgverzekeraars.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
2. Een deel van de overige inkomsten wordt al in de begroting 2018 geïndexeerd, hierbij wordt dezelfde index gehanteerd als bij de gemeentelijke bijdrage: 1,18%. De inkomsten die vooral voortkomen uit dienstverleningen worden voor nu nog niet geïndexeerd, omdat de ontwikkeling van deze inkomstenstroom nog onzeker is als gevolg van de nieuwe tarieven die begin 2017 zijn vastgesteld. Deze opbrengsten worden daarom voorlopig gelijk gehouden aan het niveau van de begroting 2017.
3.7 Indexering kosten in begroting
Naast de indexering van de gemeentelijke bijdrage, worden ook de lasten in de begroting geïndexeerd. Hiervoor worden twee methoden toegepast, een voor de indexering van loonkosten en een voor de overige indexeringen.
3.7.1 Indexering loonkosten
De ontwikkeling van de loonkosten voor 2018 is nog onzeker. De huidige CAO kent een looptijd tot met mei 2017 en er zijn nog geen vooruitzichten over de inzet van werkgevers en vakbonden voor de volgende CAO. Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost gaat daarom voor de begroting 2018 uit van een gelijke verhoging van de loonkosten als er via indexering beschikbaar komt: 1,4% ten opzichte van de begroting 2017.
Voor 2018 bestaat ten aanzien van de ontwikkeling van de salariskosten potentieel het risico dat de kosten aanzienlijk meer stijgen dan de indexering van gemeentelijke bijdrage. Met ingang van 2017 is de ABP-premie namelijk fors verhoogd en ook voor 2018 wordt deze mogelijk nog verhoogd. Daarnaast loopt de huidige cao per mei 2017 af, met mogelijk een stijging tot gevolg. Het is dus nog onzeker wat de toename van de loonkosten zal zijn, maar gezien de verwachtingen moet rekening gehouden worden met een tekort hierop. Met deze verhoging is in de begroting 2018 nog geen rekening gehouden. In afstemming met de overige drie GR-en komen we nog op deze gevolgen terug.
3.7.2 Indexering overige kosten
Voor de overige kosten wordt een budget gereserveerd in de begroting waarmee waar nodig indexeringen kunnen worden toegepast. Deze reservering vindt per programmaproduct plaats, waardoor de daadwerkelijke verhoging van individuele budgetten als administratieve wijziging kan worden uitgevoerd en daarmee niet nogmaals om bestuurlijke goedkeuring vraagt.
De indexering van overige kosten kan nog niet onderbouwd worden met CPB ramingen voor 2018. We houden in de begroting daarom eenzelfde indexering voor overige kosten aan als in de indexering van de gemeentelijke bijdrage is gehanteerd: 0,8%.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
3.8 Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDuR) 3.8.1 Algemeen
Het rijk verstrekt jaarlijks een Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDuR) aan de 25 veiligheidsregio’s.
Veiligheidsregio’s zijn vrij in de besteding van deze middelen. Vanuit zijn oorsprong is deze uitkering bedoeld voor het afdekken van de kosten voor Crisisbeheersing, Rampenbestrijding, GHOR, CBRN en enkele multidisciplinaire taken.
Sinds enkele jaren ontvangt Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost via de BDuR uitkering tevens een bijdrage aan de BTW kosten die de gehele organisatie maakt. Deze BTW bijdrage vormt inmiddels meer dan 40% van de totale BDuR uitkering. Inmiddels wordt de BDuR uitkering dan ook beschouwd als een algemeen dekkingsmiddel voor de gehele begroting.
De BDuR brief van juni 2016 beschrijft het meerjarenperspectief van de BDuR uitkering. Voor 2018 zal de uitkering gelijk zijn aan 2017. Er is tevens aangegeven dat er vooralsnog geen wijzigingen in het budget zijn opgenomen als gevolg van indexeringen voor loon- en prijscompensatie zijn opgenomen. De aangekondigde uitkering voor 2018 komt daarmee exact overeen met die uit 2017, namelijk op €6.626.000. De afgelopen jaren heeft het ministerie wel steeds lopende het jaar een indexering toegepast. In de begroting 2018 wordt daarom toch uitgegaan van een indexering van de BDuR uitkering. Aangenomen wordt dat de indexering overeenkomt met 1,18%.
3.9 Ontwikkelingen met een effect op de gemeentelijke bijdrage 3.9.1 Model Deurne
De bijdrage die gemeenten betalen aan Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost kende in de jaren 2015 t/m 2017 een overgangsregeling, het zogenaamde Model Deurne. 2018 is het eerste jaar waarop deze overgangsregeling niet meer van toepassing is. De bijdrage, exclusief het deel voor bevolkingszorg e.d., wordt daarmee volledig verdeeld naar rato van de uitkering die gemeenten ontvangen vanuit het gemeentefonds, subcluster brandweerzorg en rampenbestrijding.
3.9.2 Bluswater
De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de openbare bluswatervoorziening. Brabant Water is in onze regio de belangrijkste leverancier aan gemeenten van bluswater door middel van brandkranen. Sinds 1 januari 2014 hanteert Brabant Water een nieuwe ontwerpnorm voor haar waterleidingnet. Hierdoor komen brandkranen verder uit elkaar te liggen en wordt in de komende 90 jaar circa 60% van de huidige brandkranen gesaneerd. Dit heeft negatieve gevolgen voor de regionale bluswaterdekking. Om deze reden heeft het Dagelijks Bestuur er eind 2014 mee ingestemd dat er een business case over de regionale bluswaterdekking wordt opgesteld door de VRBZO, Brabant Water en de gemeenten.
Hierin is gezamenlijk beoordeeld en afgestemd welke knelpunten de nieuwe ontwerpnorm opleveren en hoe deze met oog voor ieders verantwoordelijkheden het beste kunnen worden aangepakt.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
De in de Businesscase beschreven oplossing zorgt voor een daling van de kosten bij gemeenten en een stijging van de kosten bij Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost. Voor gemeenten is het belangrijk om goed te beoordelen wat de besparing voor hun eigen gemeente is. De kosten voor de bluswatervoorziening schommelen immers sterk per gemeente.
Indien gemeenten instemmen met business case over de regionale bluswaterdekking neemt de gemeentelijke bijdrage structureel in totaal toe met € 199.782. Per gemeente komt de stijging uit tussen de €3.300 en €68.700. Op termijn dalen de totale kosten voor de bluswatervoorziening voor alle gemeenten samen met meer dan €200.000. De besparing per gemeente verschilt echter sterk.
€ 4.200
€ 5.800
€ 6.300
€ 5.800
€ 5.500
€ 8.000
€ 5.500
€ 68.700
€ 8.500
€ 7.400
€ 4.000
€ 21.200
€ 5.500
€ 5.000
€ 4.600
€ 3.700
€ 4.900
€ 3.800
€ 7.300
€ 10.800
€ 3.300 Asten
Bergeijk Best Bladel Cranendonck Deurne Eersel Eindhoven Geldrop-Mierlo Gemert-Bakel Heeze-Leende Helmond Laarbeek Nuenen c.a.
Oirschot Reusel-De Mierden Someren Son en Breugel Valkenswaard Veldhoven Waalre
Verhoging bijdrage ten behoeve bluswater
afgerond op €100
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
4 Bepaling gemeentelijke bijdrage
De gemeentelijke bijdrage 2017, exclusief de kosten voor bevolkingszorg e.d., bedraagt in de Begroting 2017
€39.733.989. Indien met alle voorstellen uit hoofdstuk 2 wordt ingestemd, komt de bijdrage voor 2018 uit op €39.368.905 inclusief bevolkingszorg, of €39.140.069 exclusief bevolkingszorg.
In de onderstaande tabel is een specificatie van deze kosten opgenomen.
Bijdrage regulier 2017 € 39.733.989
Indexering 1,18% € 468.861
Toekomstvisie jaarschijf 2018 -€ 1.262.563
Bluswater € 199.782
Subtotaal exclusief bevolkingszorg € 39.140.069
Bevolkingszorg ed € 228.836
Totaal inclusief bevolkingszorg e.d. € 39.368.905
De bepaling van de bijdrage per gemeente is met ingang van de begroting 2018 eenvoudiger dan eerdere jaren. Model Deurne kent immers in 2017 de laatste compensatie. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de bijdrage per gemeente. Het overzicht is ook in de onderstaande grafiek verwerkt.
€ 819.000
€ 1.137.000
€ 1.237.000
€ 1.132.000
€ 1.078.000
€ 1.558.000
€ 1.070.000
€ 13.469.000
€ 1.670.000
€ 1.450.000
€ 784.000
€ 4.161.000
€ 1.073.000
€ 989.000
€ 898.000
€ 732.000
€ 953.000
€ 742.000
€ 1.435.000
€ 2.107.000
€ 647.000 Asten
Bergeijk Best Bladel Cranendonck Deurne Eersel Eindhoven Geldrop-Mierlo Gemert-Bakel Heeze-Leende Helmond Laarbeek Nuenen c.a.
Oirschot Reusel-De Mierden Someren Son en Breugel Valkenswaard Veldhoven Waalre
Bijdrage 2018
afgerond op €1.000, exclusief bevolkingszorg e.d.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5 Begroting per programmaproduct
5.1 Inleiding
In dit hoofdstuk worden de relevante ontwikkelingen per begrotingsonderdeel beschreven.
5.2 Programma Brandweerzorg
5.2.1 Incidentbestrijding
Inhoudelijk
Voor het onderdeel Incidentbestrijding zijn de volgende drie thema’s relevant:
1. Dagelijkse brandweerzorg op niveau houden (going concern taken).
2. Implementatie Toekomstvisie;
3. Doorontwikkeling sector, zoals vastgelegd in het document Doorontwikkeling naar een krachtige sector Incidentbestrijding.
Arbeidshygiëne
In 2016 heeft het Algemeen Bestuur ingestemd met een investering ten behoeve van arbeidshygiëne. De kosten die hiermee samenhangen kunnen tot en met 2022 gedekt worden uit een hiervoor ingestelde reserve. Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost heeft daarom toegezegd dat bij het vaststellen van de begroting 2019 een plan wordt aangeboden waarin de structurele dekking van de kosten van arbeidshygiëne wordt aangegeven.
Personeel stedelijk gebied
Na de verwerking van de Toekomstvisie Brandweerzorg is de formatie voor beroepspersoneel bij brandweer sterk afgenomen. Om ruimte te hebben voor doorontwikkeling streefde de sector Incidentbestrijding er naar deze formatie weer uit te breiden. Hiervoor zijn binnen de bestaande exploitatie middelen gevonden en is formatie verschoven.
Vervanging rijksmaterieel
Sinds het midden van de jaren ’90 verstrekt het Rijk materiaal en voertuigen om niet aan veiligheidsregio’s. Deze middelen worden ingezet ten behoeve van:
Watertransport over afstanden van meer dan 1.000 meter;
Materieel voor technische hulpverlening;
Een haakarmbak ten behoeve van commandovoering bij grote incidenten;
Haakarmbakvoertuigen.
De afgelopen jaren is er door Brandweer Nederland en het ministerie van Veiligheid en Justitie gediscussieerd over de verstrekking van deze materialen en voertuigen. In juni 2016 is bekend geworden dat de huidige materialen en voertuigen geschonken worden aan veiligheidsregio’s, maar niet langer wordt voorzien in vervanging. Als gevolg van deze schenking nemen de jaarlijkse exploitatiekosten van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost toe, onder meer omdat we nu moeten betalen voor de verzekering van de voertuigen. Daarnaast zijn de meeste middelen in 2018 aan vervanging
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
toe. Bij het opstellen van de Kadernota 2018 werd nog verwacht dat de Brede Doeluitkering Rampenbestrijding die we ontvangen van het rijk verhoogd zou worden, ter compensatie van de extra kosten. Inmiddels is duidelijk dat deze verhoging niet komt en dat we de kosten zelf moeten opvangen. Mede naar aanleiding hiervan is een extra onderzoek gestart om te beoordelen in hoeverre middelen samen met Brabant-Noord kunnen worden aangeschaft. Zodra dit onderzoek is afgerond zal het bestuur over de resultaten worden geïnformeerd en zal een begrotingswijziging worden opgesteld.
Beleidsvoornemens uit Beleidsplan
In het Beleidsplan 2015 – 2019 staan voor de jaarschijf 2018 het volgende beleidsvoornemen benoemd. In het jaarplan 2018 wordt hier verder invulling aan gegeven.
VRBZO vernieuwt haar regionale brandweerorganisatie op basis van kwaliteit, capaciteit en continuïteit voor de gehele regio.
Financieel
Het financiële kader voor 2018 komt op hoofdlijnen overeen met de begroting 2017, voorzien van drie mutaties:
De vierde jaarschijf van de bezuinigingen Toekomstvisie brandweerzorg wordt toegepast;
De algemene indexering wordt toegepast.
Helaas is het nog steeds niet duidelijk met welk kader Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost te maken krijgt voor de FLO kosten. Het is daardoor nog niet mogelijk hier een bijgewerkte prognose voor op te stellen. Zodra dit kader wel bekend is, werkt Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost haar prognose bij en wordt het bestuur hierover geïnformeerd.
Lasten Baten
Product Incidentbestrijding € 30.112.691 € 1.191.106
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5.2.2 Risicobeheersing
Inhoudelijk
Ook voor het onderdeel Risicobeheersing zijn de belangrijkste kaders opgenomen in de Toekomstvisie Brandweerzorg en het meerjarenbeleidsplan 2015-2019.
Beleidsvoornemens uit Beleidsplan
In het Beleidsplan 2015 – 2019 staan voor de jaarschijf 2018 de volgende beleidsvoornemens benoemd. In het jaarplan 2018 wordt hier verder invulling aan gegeven.
Relatie met regionaal risicoprofiel:
VRBZO volgt de landelijke aanpak van projecten die voortkomen uit de Strategische Agenda Versterking Veiligheidsregio’s.
Samenwerking bij risicobeheersing:
VRBZO ontwikkelt en implementeert methoden en programma’s voor Brandveilig Leven;
VRBZO voert het Beleidsplan Risicocommunicatie Brabant uit.
Specifiek financieel risico
Jaarlijks ontvangt Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost voor in totaal €450.000 aan baten ten behoeve van het Openbaar Meldsysteem. Op basis van gewijzigde wetgeving is er op langere termijn nauwelijks tot geen rechtvaardiging te vinden voor de instandhouding van het huidige OMS-stelsel, waarbij het aantal OMS-aanbieders is of wordt beperkt. Daarnaast is de conclusie getrokken dat voor de huidige praktijk van inning van abonnementsgelden in de toekomst nauwelijks ruimte blijft. Bovendien is er geen wettelijke basis voor de wijze waarop veiligheidsregio’s nu de regie voeren op het tot stand komen van OMS. Omdat nog niet bekend is wanneer de inkomsten gaan vervallen, beschouwt Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost in de begroting deze baat nog als structureel. Zodra duidelijk is wanneer de baten gaan vervallen wordt dit in de eerstvolgende begroting verwerkt. In de paragraaf over risicomanagement en weerstandsvermogen is ook een onderdeel over het Openbaar Meldsysteem opgenomen.
Financieel
Vierde jaarschijf van de bezuinigingen Toekomstvisie brandweerzorg wordt toegepast;
De algemene indexering wordt toegepast
Lasten Baten
Product Risicobeheersing € 5.494.583 € 1.027.200
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5.2.3 Prestatie indicatoren brandweerzorg
Hieronder staan de bestuurlijk relevante Aristoteles indicatoren die van toepassing zijn op het programma Brandweerzorg en de hierin opgenomen producten.
Indicator Omschrijving Norm
Verwerkingstijd adviezen In welk percentage van de ontvangen adviesaanvragen wordt het advies geleverd binnen de termijn die daarvoor staat. De termijnen van adviezen zijn verschillend, afhankelijk van het soort advies.
80% van de ontvangen adviesaanvragen is binnen de termijn geleverd.
Geoefendheid brandweerpersoneel
Hoeveel procent van de medewerkers (zowel beroeps-als vrijwillig brandweerpersoneel) met een repressieve functie is opgeleid en
geoefend conform de gestelde eisen in het regionaal vastgestelde opleidings- en oefenplan?
80% voldoet aan de eisen
Opkomsttijd
sleutelfunctionarissen brandweer
In hoeveel procent van de gevallen was / waren de Algemeen commandant brandweer / hoofdofficier van Dienst / officier van Dienst binnen de regionaal vastgestelde opkomsttijd na alarmering ter plaatse (mono en
multidisciplinair)?
90% van de inzetten is de sleutelfunctionaris binnen de normtijd ter plaatse
Opkomsttijd brandweer die voldoen aan de wettelijke normtijd
In hoeveel procent van de uitrukken prio 1 wordt de wettelijke normtijd (is verwerkingstijd meldkamer + uitruktijd + aanrijdtijd) behaald?
90% van de uitrukken voldoet aan de norm
Uitrukken brandweer die voldoen aan de normtijd zoals gesteld in het bestuurlijk vastgestelde (2013) dekkingsplan
In hoeveel procent van de uitrukken prio 1 wordt de bestuurlijke normtijd (is
verwerkingstijd meldkamer + uitruktijd + aanrijdtijd ) behaald?
90% van de uitrukken voldoet aan de norm
Nodeloze OMS alarmeringen Hoeveel procent van de OMS alarmeringen zijn nodeloze OMS meldingen (exclusief de nodeloze OMS alarmeringen die toegestaan zijn volgens NEN 2535)
<50% van de OMS meldingen is nodeloos (exclusief de nodeloze OMS alarmen die toegestaan zijn) Voorkomen ongewenste uitrukken In hoeveel procent van de OMS alarmeringen
heeft verificatie van de melding geleid tot het voorkomen van een ongewenste uitruk.
>30% van de OMS meldingen
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5.3 Programma Veiligheid
5.3.1 GHOR
Inhoud
Voor de GHOR worden geen inhoudelijke beleidswijzigingen verwacht die relevant zijn om in de Begroting 2018 te worden opgenomen.
Beleidsvoornemens uit Beleidsplan
In het Beleidsplan 2015 – 2019 staat voor de jaarschijf 2018 het volgend beleidsvoornemen benoemd. In de begroting 2018 en het jaarplan 2018 wordt hier verder invulling aan gegeven.
VRBZO houdt een samenhangende zorgketen in opgeschaalde situaties in stand.
Financieel
De algemene indexering wordt toegepast.
Lasten Baten
Product GHOR € 902.037 € 0
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5.3.2 Crisisbeheersing
Inhoud
Voor Crisisbeheersing worden geen inhoudelijke beleidswijzigingen verwacht die relevant zijn om in de Begroting 2018 te vermelden.
Beleidsvoornemens uit Beleidsplan
In het Beleidsplan 2015 – 2019 staan voor onderdeel Crisisbeheersing geen specifieke beleidsvoornemens.
Financieel
De vierde jaarschijf van de bezuinigingen Toekomstvisie brandweerzorg wordt toegepast;
De algemene indexering wordt toegepast.
Lasten Baten
Product Crisisbeheersing € 786.210 € 14.500
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5.3.3 Bevolkingszorg
Inhoud
Voor Bevolkingszorg worden geen inhoudelijke beleidswijzigingen verwacht die relevant zijn op in de Begroting 2018 te vermelden. Voor algemene beleidsontwikkelingen wordt verwezen naar het Meerjarenbeleidsplan 2015 – 2019.
Beleidsvoornemens uit Beleidsplan
In het Beleidsplan 2015 – 2019 staan voor onderdeel Bevolkingszorg geen specifieke beleidsvoornemens.
Financieel
De vierde jaarschijf van de bezuinigingen Toekomstvisie brandweerzorg wordt toegepast;
De algemene indexering wordt toegepast.
Lasten Baten
Product Bevolkingszorg € 412.354 € 228.836
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5.3.4 Gemeenschappelijke meldkamer (Excl. Meldkamer Ambulancezorg)
Inhoud
De Gemeenschappelijke Meldkamer (GMK) zal onderdeel worden van de Landelijke Meldkamer Organisatie. Het is nog niet bekend wanneer deze overgang zal plaatsvinden. De voorbereidingen voor de overgang kunnen effect hebben op de activiteiten van de GMK in 2018. Belangrijk voor de GMK zijn de voorstellen voor de financiering van de Landelijke Meldkamer Organisatie en de ontvlechting van de budgetten.
In principe zal, vooruitlopend op de overgang naar Landelijke Meldkamer Organisatie, de GMK al worden samengevoegd met de Meldkamer in Den Bosch. De intentie is om medio 2018 te gaan “samenwonen” in de verbouwde meldkamer van Veiligheidsregio Brabant-Noord in Den Bosch. Omdat deze datum en de financiële consequenties nog onzeker zijn wordt in deze begroting hier nog geen rekening mee gehouden.
Voor overige algemene beleidsontwikkelingen wordt verwezen naar het Meerjarenbeleidsplan 2015 – 2019.
Beleidsvoornemens uit Beleidsplan
In het Beleidsplan 2015 – 2019 staat voor de jaarschijf 2018 het volgend beleidsvoornemen benoemd. In de begroting 2018 en het jaarplan 2018 wordt hier verder invulling aan gegeven.
VRBZO draagt zorg voor een goede ontvlechting van de Gemeenschappelijke Meldkamer.
Financieel
Voor de begroting 2018 wordt aangenomen dat de GMK nog onderdeel uitmaakt van de Veiligheidsregio en niet al zal zijn samengevoegd met die meldkamer van Brabant-Noord. Eind 2016 of in de loop van 2017 zal er een business case worden aangeboden aan het Algemeen Bestuur van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost waarin de effecten van de samenvoeging van de meldkamers van Brabant-Noord en Brabant-Zuidoost inzichtelijk gemaakt worden.
Als gevolg van de overgang naar de Landelijke Meldkamer Organisatie kunnen desinvesterings- en frictiekosten ontstaan. Om deze desinvesteringskosten waar mogelijk te voorkomen, worden slechts die investeringen uitgevoerd die noodzakelijk zijn om de dagelijkse bedrijfsvoering te waarborgen. In eerdere bezuinigingen is er al vanuit gegaan dat er minder investeringen zullen plaatsvinden op de meldkamer. De terughoudendheid die voor 2018 wordt betracht, leidt daarmee niet tot een daling van de begroting. Zo zijn de investeringskredieten al voor 2018 vrijgevallen, maar is de ruimte die daardoor in de exploitatie ontstaat behouden voor de GMK, zodat daarmee de kosten investeringen in de samengevoegde meldkamer kunnen worden opgevangen.
Verder vindt ook voor de budgetten van de GMK de algemene indexering plaats.
Lasten Baten
Product GMK (exc.MKA) € 1.918.714 € 45.200
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5.3.5 Prestatie indicatoren Veiligheid
Hieronder zijn de bestuurlijk relevante Aristoteles indicatoren die van toepassing zijn op het programma Veiligheid en de hierin opgenomen producten gepresenteerd.
Indicator Omschrijving Norm
Geoefendheid GHOR- functionarissen
Hoeveel procent van de
sleutelfunctionarissen is opgeleid, getraind en geoefend conform de hiervoor gestelde eisen in het jaarplan GHOR OTO?
90% van alle GHOR-functionarissen voldoen aan de norm
Opkomsttijd GHOR functionarissen bij GRIP
In hoeveel procent van de GRIP- incidenten zijn de gealarmeerde GHOR functionarissen met opkomstverplichting binnen de daarvoor vastgestelde c.q. wettelijke verplichte tijden aan de uitvoering van zijn taken begonnen?
90% van de GHOR functionarissen voldoen aan de norm
Geoefendheid sleutelfunctionarissen in crisisteams
Hoeveel procent van de sleutelfunctionarissen, die deel uitmaken van een crisisteam, zijn opgeleid en geoefend volgens het vastgestelde multidisciplinaire opleidings- en oefenplan.
85% van de sleutelfunctionarissen voldoet aan de norm
Opkomsttijden crisisteams Het percentage GRIP-incidenten waarbij de gealarmeerde crisisteams (kernbezetting) na alarmering binnen de hiervoor gestelde norm aanwezig zijn (GRIP 1 en hoger)
85% van de teams voldoen aan de norm bij inzetten.
Verwerkingstijd meldkamer In hoeveel procent van de gevallen haalt de alarmcentrale de bestuurlijk vastgestelde verwerkingstijd (brandweer)?
90% van de meldingen wordt verwerkt binnen de normtijd
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5.4 Programma Zorg
5.4.1 Ambulancezorg en MKA
Inhoud
In de regio Brabant-Zuidoost is de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost de vergunninghouder voor de ambulancezorg. De uitvoering van het ambulancevervoer is sinds 2016 volledig belegd bij de GGD Brabant-Zuidoost. Dit is het gevolg van het besluit van de besturen van de GGD en VRBZO om de organisatie in één hand te brengen als basis voor een goede uitgangspositie voor behoud van de vergunning tijdens de komende vergunningverlening van de ambulancezorg eind 2019. De feitelijke uitvoering van de ambulancezorg op straat blijft onveranderd.
Vanwege de verantwoordelijkheid van de directeur Ambulancezorg in dit programma, zijn de tekstuele onderdelen dit deel van de begroting overgenomen uit de begroting van de GGD Brabant-Zuidoost.
Wat houdt het in?
In de regio Brabant-Zuidoost is de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost de vergunninghouder voor de ambulancezorg. De uitvoering van het ambulancevervoer is sinds 2016 volledig belegd bij de GGD Brabant-Zuidoost. Dit is het gevolg van het besluit van de besturen van de GGD en VRBZO om de organisatie in één hand te brengen als basis voor een goede uitgangspositie voor behoud van de vergunning tijdens de komende vergunningverlening van de ambulancezorg eind 2019. De feitelijke uitvoering van de ambulancezorg op straat blijft onveranderd.
Werkwijze
De RAV levert ambulancezorg vanuit een viertal standplaatsen en werkt met dynamisch ambulancemanagement waarmee de spreiding en dekking over de regio vanuit de Meldkamer Ambulancezorg gecoördineerd wordt. Gedurende de dag- en avondsituatie wordt daarvoor gebruik gemaakt van een aantal voorwaardenscheppende posten verdeeld over de regio.
Beleidsvoornemens uit Beleidsplan
Voor het onderdeel ambulancezorg zijn geen specifieke beleidsvoornemens voor 2018.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Financieel
De indexering van de baten en lasten wijkt voor de ambulancezorg af van de overige indexeringen. De baten voor de ambulancezorg en MKA worden geïndexeerd op basis van de indexering van de Nederlandse Zorgautoriteit. Helaas is de omvang van de indexering van deze budgetten pas in de loop van 2017 bekend. In de primaire begroting 2018 wordt voor de ambulancezorg onderdelen daarom dezelfde indexering aangehouden als voor de rest van de begroting. Via een begrotingswijziging wordt later alsnog de juiste indexering toegepast.
Lasten Baten
Product Ambulancezorg € 17.370.996 € 17.370.996
Product MKA € 1.709.171 € 1.783.251
5.4.2 Prestatie indicatoren Zorg
De prestaties van de meldkamer ambulancezorg worden gemeten bij het product GMK aan de hand van de Aristoteles indicatoren. Echter verschilt de Aristoteles indicator van de GMK met de landelijk opgelegde norm vanuit de branche ambulancezorg. De branche norm en indicator ambulancezorg worden daarom bij de MKA expliciet genoemd.
Indicator Omschrijving Norm
Gemiddelde verwerkingstijd Wat is de gemiddelde
verwerkingstijd van de A1 ritten
120 seconden
Geleverde paraatheid Het aantal diensten per week (zowel spoedeisend als niet spoedeisend
265 diensten per week
Aantal declarabele en eerste hulp ritten
Het aantal ritten die bepalend zijn voor het budget, zowel spoedeisend als niet spoedeisend.
46.000
Percentage spoed-ritten met aankomst binnen 15 minuten
94%
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
5.5 Ondersteuning organisatie
Inhoud
Met ingang van de begroting 2018 is op deze plek van de begroting het onderdeel Ondersteuning organisatie zichtbaar.
Hiermee sluit Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost aan bij de veranderingen in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost rekent in hoofdlijnen de activiteiten van de sector bedrijfsvoering en de
leidinggevenden van het primaire proces tot de ondersteuning van de organisatie. Huisvesting heeft in onze organisatie vooral een taak voor de brandweerzorg en wordt daarom niet tot de ondersteuning van de organisatie gerekend.
De medewerkers die onder de ondersteuning van de organisatie vallen hebben vaak ook een uitvoerende of leidinggevende functie bij grote incidenten of rampen.
Beleidsindicatoren BBV
Het vernieuwde besluit BBV schrijft een set met verplichte beleidsindicatoren voor. In totaal beschrijft het BBV 39 indicatoren. Vijf van deze indicatoren hebben betrekking op de taakvelden van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost. Het betreft de vijf indicatoren uit het taakveld Bestuur en ondersteuning. In bijlage 4 zijn de uitgangspunten voor het berekenen van de kengetallen opgenomen.
Indicator Waarde
Formatie per 1000 inwoners 0,56
Bezetting per 1000 inwoners 0,56 Apparaatskosten per inwoner € 67 Externe inhuur % van loonsom 0,8%
Externe inhuur totaal € 246.240
Overhead als % van totale lasten 18%
Beleidsvoornemens uit Beleidsplan
In het Beleidsplan 2015 – 2018 staat voor de jaarschijf 2018 het volgend beleidsvoornemen benoemd. In het jaarplan 2018 wordt hier verder invulling aan gegeven.
VRBZO sluit aan op landelijke ontwikkelingen voor kwaliteitszorg;
VRBZO ontwikkelt haar personeelsbeleid in de richting van human resource development.
Financieel
De vierde jaarschijf van de bezuinigingen Toekomstvisie brandweerzorg wordt toegepast;
De algemene indexering wordt toegepast.
Lasten Baten
Overhead kostenplaatsen € 9.218.623 € 0
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
6 Financiële overzichten
6.1 Schatkistbankieren
Bij schatkistbankieren dienen de decentrale overheden, alsook VRBZO, hun tegoeden aan te houden bij het Ministerie van Financiën. Bij verplicht schatkistbankieren is het niet meer mogelijk beleggingen en deposito’s zelfstandig aan te gaan buiten het drempelbedrag. Het drempelbedrag is gelijk aan 0,75% van het begrotingstotaal van de decentrale overheid. Voor VRBZO geldt dat het drempelbedrag in 2018 ongeveer € 512.000 groot is. Bij het opstellen van de bestuurlijke tussenrapportages en de jaarrekening zal gerapporteerd worden over in hoeverre aan dit drempelbedrag is voldaan.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Versie: 1.1
6.2 Overzicht van baten en lasten, meerjarig
Realisatie 2016 2017 na 1
ewijziging 2018 2019 2020 2021
Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten
Programma Brandweerzorg € 42.053.174 € 2.185.863 € 43.989.767 € 2.235.306 € 35.607.274 € 2.218.306 € 35.613.282 € 2.218.306 € 35.612.616 € 2.218.306 € 35.612.616 € 2.218.306 Product Incidentbestrijding € 35.125.852 € 946.489 € 36.936.768 € 1.208.106 € 30.112.691 € 1.191.106 € 30.114.645 € 1.191.106 € 30.110.728 € 1.191.106 € 30.110.728 € 1.191.106 Product Risicobeheersing € 6.927.322 € 1.239.373 € 7.052.999 € 1.027.200 € 5.494.583 € 1.027.200 € 5.498.636 € 1.027.200 € 5.501.888 € 1.027.200 € 5.501.888 € 1.027.200 Programma Veiligheid € 4.233.173 € 309.677 € 4.626.122 € 285.867 € 4.019.314 € 288.536 € 4.022.400 € 288.536 € 4.024.850 € 288.536 € 4.024.850 € 288.536 Product Bevolkingszorg € 414.967 € 223.650 € 449.926 € 226.167 € 412.354 € 228.836 € 412.683 € 228.836 € 412.948 € 228.836 € 412.948 € 228.836 Product Crisisbeheersing € 963.336 € 15.178 € 921.300 € 14.500 € 786.210 € 14.500 € 786.841 € 14.500 € 787.344 € 14.500 € 787.344 € 14.500
Product GHOR € 1.132.169 € 0 € 1.182.457 € 0 € 902.037 € 0 € 902.715 € 0 € 903.265 € 903.265
Product GMK (exc.MKA) € 1.722.702 € 70.850 € 2.072.439 € 45.200 € 1.918.714 € 45.200 € 1.920.161 € 45.200 € 1.921.293 € 45.200 € 1.921.293 € 45.200 Programma Zorg € 19.573.552 € 19.102.458 € 19.772.442 € 19.154.247 € 19.080.167 € 19.154.247 € 19.080.167 € 19.154.247 € 19.080.167 € 19.154.247 € 19.080.167 € 19.154.247 Product Ambulancezorg € 17.420.351 € 17.420.351 € 17.370.996 € 17.370.996 € 17.370.996 € 17.370.996 € 17.370.996 € 17.370.996 € 17.370.996 € 17.370.996 € 17.370.996 € 17.370.996 Product MKA € 2.153.200 € 1.682.107 € 2.401.446 € 1.783.251 € 1.709.171 € 1.783.251 € 1.709.171 € 1.783.251 € 1.709.171 € 1.783.251 € 1.709.171 € 1.783.251 Programma Financiering € 322.637 € 46.957.009 € 327.861 € 46.864.030 € 9.531.008 € 45.991.978 € 9.498.802 € 45.968.866 € 9.471.121 € 45.942.969 € 9.471.121 € 45.942.969
Overhead kostenplaatsen € 18.634 € 18.634 € 9.218.623 € 9.194.470 € 9.188.453 € 9.188.453
Product Financiering & Alg
Dekkingsmiddelen € 304.003 € 46.938.375 € 327.861 € 46.864.030 € 312.385 € 45.991.978 € 304.334 € 45.968.866 € 282.669 € 45.942.969 € 282.669 € 45.942.969
Programma Reserves € 40.000 € 176.743 € 584.697 € 584.697 € 584.697 € 584.697
Toev/Onttrekking reserve € 40.000 € 176.743 € 584.697 € 584.697 € 584.697 € 584.697
Eindtotaal € 66.182.536 € 68.595.007 € 68.716.192 € 68.716.192 € 68.237.764 € 68.237.764 € 68.214.652 € 68.214.652 € 68.188.755 € 68.188.755 € 68.188.755 € 68.188.755
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Versie: 1.1
6.3 Investeringsbegroting
Som van Bedrag Jaar
Profiel Categorie Omschrijving 2017 2018 2019 2020 2021 2022 Eindtotaal
Bedrijfsgebouwen Primair Beginstand 2017 469.600 469.600
Totaal Primair 469.600 469.600
Wijziging 1e wijziging 2017 1.123.390 1.123.390
Administratief 8.824 8.824
Totaal Wijziging 1.132.214 1.132.214
Totaal Bedrijfsgebouwen 1.601.814 1.601.814
Vervoermiddelen Primair Beginstand 2017 8.225.394 7.491.660 66.000 15.783.054
Primair 43.950 1.911.820 1.616.020 711.530 4.283.320
Totaal Primair 8.225.394 7.491.660 109.950 1.911.820 1.616.020 711.530 20.066.374
Wijziging Administratief -22.225 -22.225
Totaal Wijziging -22.225 -22.225
Totaal Vervoermiddelen 8.203.169 7.491.660 109.950 1.911.820 1.616.020 711.530 20.044.149 machines apparaten en
installaties
Primair Beginstand 217 1.922.587 388.459 792.293 3.103.339
Primair 162.930 14.220 177.150
Totaal Primair 1.922.587 388.459 792.293 162.930 14.220 3.280.489
Wijziging Administratief -23.030 0 21.001 -2.030
Totaal Wijziging -23.030 0 21.001 -2.030
Totaal machines apparaten en installaties 1.899.557 388.459 813.294 162.930 14.220 3.278.459 Overige materiele vaste
activa Primair Beginstand 2017 8.243.588 1.115.224 180.000 9.538.812
Primair 401.590 200.750 413.940 39.670 1.055.950
Totaal Primair 8.243.588 1.115.224 581.590 200.750 413.940 39.670 10.594.762
Wijziging 1e wijziging 2017 316.600 316.600
Administratief 206.485 206.485
Totaal Wijziging 523.085 523.085
Totaal Overige materiele
vaste activa 8.766.673 1.115.224 581.590 200.750 413.940 39.670 11.117.847
Eindtotaal 20.471.213 8.995.343 1.504.834 2.112.570 2.192.890 765.420 36.042.269
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
6.4 Overzicht incidentele baten en lasten
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost kent de volgende incidentele baten:
Onderwerp Begroting 2018
Subsidie Impuls Omgevingsveiligheid, aandeel VRBZO €130.000
Bijdrage cursussen €103.000
Detacheringen €135.000
Totaal € 368.000
Voor de Subsidie Impuls Omgevingsveiligheid is Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost penvoerder voor de drie Brabantse veiligheidsregio’s. Namens de drie veiligheidsregio’s vraagt Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost de subsidie aan bij met ministerie. De totale subsidie bedraagt ongeveer €430.000 per jaar. Hiervan wordt circa €300.000 beschikbaar gesteld aan de Veiligheidsregio’s Brabant Noord en Brabant Midden West.
Tegenover de incidentele baten van €368.000 staan voldoende incidentele lasten. Zo beschikt Veiligheidsregio Brabant- Zuidoost over een flexibele schil personele schil, die in omvang aanzienlijk groter is dan €368.000
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
7 Verplichte paragrafen
7.1 Risicobeheersing en weerstandsvermogen
7.1.1 Risicomanagement
Het Algemeen Bestuur heeft, mede op aandringen van de provincie, opdracht gegeven risicomanagement en de daaraan verwante consequenties binnen VRBZO in te voeren en op basis daarvan te bepalen wat de minimale
weerstandcapaciteit moet zijn om deze risico’s op te vangen. In 2015 heeft er een onderzoek plaatsgevonden door Baker Tilly Berk Accountants naar het risicobewustzijn van VRBZO. Op basis daarvan is er een “ Beleidsnota
Risicomanagement en weerstandvermogen“ opgesteld die is vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur van 10 december 2015. In januari 2017 is de laatste actualisatie uitgevoerd. Deze actualisatie is verwerkt in het jaarverslag 2016.
Er is een continuïteitsplan opgesteld waarin alle risico’s zijn opgenomen welke op dit moment bekend zijn. Deze risico’s zijn gerelateerd aan de in 2015 vastgestelde (bestuurlijke) risico’s en dit is voor alle risico’s zonder uitzondering gelukt.
Het actuele continuïteitsplan dateert uit september 2016. Ten opzichte van het laatste deel van 2016 zijn geen nieuwe risico’s benoemd. In 2017 wordt dit plan geactualiseerd en worden de risico’s voorzien van (eventuele) restrisico’s zijnde een financiële vertaling.
De inventarisatie heeft 59 risico’s opgeleverd welke door het lijnmanagement worden gevolgd. De twee risico’s met de weging Hoog worden ook expliciet bestuurlijk gedeeld omdat deze risico’s een substantiële impact hebben op het weerstandsvermogen mochten deze risico’s zich voordoen. Deze risico’s zijn:
Bestuurlijk vastgestelde risico’s Geïnventariseerde risico’s weging risico
laag middel hoog
VR1 eigen risicodrager WW 1 0 0 1
VR2 samenvoeging GMK's 2 0 0 2
VR3 huisvesting CGO 0 1 0 1
VR4 algemeen bedrijfsvoering 52 2 2 56
VR5 toekomstvisie brandweerzorg 1 0 0 1
VR6 rampen- en crisissituaties 3 0 0 3
59 3 2 64
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Datalek
Sinds 1 januari 2016 geldt de meldplicht datalekken. Deze meldplicht houdt in dat organisaties (zowel bedrijven als overheden) direct een melding moeten doen bij de Autoriteit Persoonsgegevens zodra zij een ernstig datalek hebben. En soms moeten zij het datalek ook melden aan de betrokkenen (de mensen van wie de persoonsgegevens zijn gelekt). Bij een datalek gaat het om toegang tot of vernietiging, wijziging of vrijkomen van persoonsgegevens bij een organisatie zonder dat dit de bedoeling is van deze organisatie. Onder een datalek valt dus niet alleen het vrijkomen (lekken) van gegevens, maar ook onrechtmatige verwerking van gegevens.
We spreken van een datalek als er een inbreuk is op de beveiliging van persoonsgegevens (zoals bedoeld in artikel 13 van de Wet bescherming persoonsgegevens). Bij een datalek zijn de persoonsgegevens blootgesteld aan verlies of onrechtmatige verwerking – dus aan datgene waartegen de beveiligingsmaatregelen bescherming moeten bieden.
Binnen de ICT omgeving van VRBZO zijn testen uitgevoerd met als doel eventuele lekken (hacking, pfishing etc.) aan het licht te brengen. Op basis van de resultaten van deze testen is o.a. het wachtwoordenbeleid van VRBZO aangepast.
In 2017 wordt bekeken op welke wijze dit onderwerp kan worden geborgd in onze organisatie. Dit wordt opgepakt in samenwerking met Veiligheidsregio Brabant Noord en de GGD Brabant Zuidoost. Een van de te nemen besluiten is het aanstellen van een security-officer.
Openbaar brandmeldsysteem (OMS)
Diverse ontwikkelingen maken op termijn een andere inrichting van het OMS-stelsel noodzakelijk, mede gezien de samenvoegingen van regionale meldkamers naar tien meldkamergebieden. Het toekomst-vast herinrichten van het OMS systeem dient fasegewijs binnen de kaders van wet- en regelgeving plaats te vinden middels een zorgvuldige transitie, ook richting de burgers die al jaren gebruik maken van de OMS dienstverlening. Veiligheid en continuïteit m.b.t. de uitvoering van de kerntaken dient steeds zo goed mogelijk gewaarborgd te worden waarbij ook gelet op de moet worden op het voorkomen van nodeloze alarmeringen en onnodig uitrukken van de brandweer. Vanwege de overdracht van OMS meldingen op termijn naar het landelijke meldkamerdiensten-centrum (MDC) zullen nadelige effecten in de begroting ontstaan.
7.1.2 Weerstandsvermogen
Op basis van het actuele risicobeleidsplan heeft Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost een totaal weerstandsvormogen nodig van €2.000.000. De weerstandscapaciteit is in de periode 2018 – 2021 elk jaar hoger dan.
In bijlage 8 is een uitwerking van de meerjarenbalans en het weerstandsvermogen opgenomen.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
7.2 Staat van reserves en voorziening
2017 cf 1e wijziging 2017 2018
Voorzieningen Beginstand Toevoeging Onttrekking Eindstand Toevoeging Onttrekking Eindstand Onderhoud Gebouw
ROC € 445.605 € 68.400 -€ 58.744 € 455.261 € 68.400 -€ 198.682 € 324.979
Reorganisatie & frictie € 31.119 € 0 -€ 31.119 € 0 € 0 € 0 € 0
Totaal € 476.724 € 68.400 -€ 99.369 € 455.261 € 68.400 -€ 198.682 € 324.979
2017 cf 1e wijziging 2017 2018
Reserves Beginstand Toevoeging Onttrekking Eindstand Toevoeging Onttrekking Eindstand
Algemene reserve € 2.000.000 € 0 € 0 € 2.000.000 € 0 € 0 € 2.000.000
Arbeidshygiëne € 4.500.000 € 0 -€ 135.000 € 4.365.000 € 0 -€ 585.000 € 3.780.000
Investeringen € 217.807 € 0 € 0 € 217.807 € 0 € 0 € 217.807
Doorontwikkeling VRBZO € 42.046 € 0 -€ 42.046 € 0 € 0 € 0 € 0
Totaal € 6.759.853 € 0 -€ 177.046 € 6.582.807 € 0 -€ 585.000 € 5.997.807
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
7.3 Toelichting op de staat van reserves en voorzieningen
7.3.1 Algemene reserve
Deze reserve is bestemd voor het opvangen van financiële risico’s en van schommelingen in de exploitatiesfeer. In de vergadering van het Algemeen Bestuur van 10 december 2015 is het risicoprofiel vastgesteld. Op basis daarvan is de omvang van het weerstandsvermogen bepaald op € 2.000.000.
Op basis van het jaarlijks op te stellen continuïteitsplan, zoals benoemd in het rapport over risicomanagement en dat onderdeel uitmaakt van de P&C-cyclus, worden de risico’s gemonitord. Daarbij kunnen ook risico’s worden toegevoegd danwel komen te vervallen. Elke 4 jaar zal op basis van de dan bekende risico’s een evaluatie plaatsvinden op basis waarvan de omvang van de algemene reserve kan worden aangepast.
Indien de algemene reserve door onttrekkingen in enig jaar onder hierboven vastgestelde bedrag uitkomt zal bij vaststelling van de jaarrekening van het betreffende jaar een besluit moeten worden genomen voor aanvulling van de algemene reserve. Daarbij kan in overweging worden genomen de omvang van de algemene reserve aan te passen aan het dan geldende risicoprofiel. Is aanvulling dan nog noodzakelijk dan kan dit uit een eventueel batig exploitatiesaldo van het lopende en/of komende jaar of door een extra bijdrage van de deelnemende gemeenten. Het is aan het Algemeen Bestuur om daar een besluit over te nemen.
7.3.2 Bestemmingsreserve t.b.v. investeringen
Deze bestemmingsreserve is in 2008 in het leven geroepen naar aanleiding van de BBV-voorschriften. Investeringen in software dienen geactiveerd te worden onder de materiële vaste activa en de hiervoor bestemde financiële middelen worden aangewend ter dekking van de jaarlijkse afschrijvingslasten. Het betreft hier met name investeringen in pakketten ter verbetering van de bedrijfsvoering. Aan deze reserve zullen geen middelen weer worden toegevoegd. Er zijn op dit moment ook geen activa waarvoor een onttrekking plaatsvindt. Zodra deze volledig is benut zal deze komen te vervallen.
7.3.3 Voorziening groot onderhoud ROC
Op basis van een in 2012 opgesteld meerjarenonderhoudsplan 2012-2032 en rekening houdende met de reeds aanwezige middelen in deze voorziening is een jaarlijks een dotatie uit de exploitatie noodzakelijk ter dekking van het groot onderhoud aan het Regionaal Opleidingscentrum “De Engelse Tuin” te Waalre.
De jaarlijkse storting in de voorziening bedraagt met ingang van 2014 € 68.400,-- .
7.3.4 Voorziening reorganisatie- en frictiekosten
Ten behoeve van het maken van een start met de vorming van Veiligheidsregio’s zijn door het ministerie van BZK in de jaren 2004 tot en met 2009 diverse bedragen beschikbaar gesteld. Deze middelen zijn bestemd voor het verder professionaliseren van een regionale organisatie met een doorlooptijd tot 2014. De uitwerking en implementatie van de Toekomstvisie Brandweerzorg, de doorontwikkeling van de afdeling Operationele Voorbereiding, het project Inrichting Stedelijk gebied nopen nog tot het in stand houden van een voorziening voor nog te maken kosten die uit deze projecten voortvloeien.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
7.4 Onderhoud kapitaalgoederen
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost heeft geen kapitaalsgoederen zoals bedoeld in het Besluit Begroting en Verantwoording (wegen, riolering, water, groen en openbare gebouwen).
Voor het onderhoud van de brandweerkazernes, in eigendom van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost, zijn specifieke afspraken gemaakt. Deze kazernes zijn in 2014 gekocht, met het doel deze na uiterlijk tien jaar weer terug te verkopen aan de betreffende gemeente. De Veiligheidsregio doet om die reden een storing in een door de betreffende gemeente beheerd onderhoudsfonds. De omvang van de storing is gebaseerd op een Meerjaren onderhoudsplan. Het onderhoud van deze brandweerkazernes sluit daarmee aan bij de gemeentelijke gebruiken.
Het onderhoud van alle overige kapitaalgoederen is er op gericht de kapitaalsgoederen steeds in voldoende conditie te hebben om de operationele inzet te waarborgen. In de begroting zijn hier structurele budgetten voor gereserveerd.
7.5 Financiering
7.5.1 Hoofdcomponenten
De financiering van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost kent drie hoofdcomponenten:
1. Gemeentelijke bijdragen;
2. Bijdragen van zorgverzekeraars;
3. De Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDuR) van het ministerie van Veiligheid en Justitie
Daarnaast ontvang Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost nog diverse kleinere bijdragen. In totaal ontvangt Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost de volgende bijdragen:
Onderdeel Bedrag
Bijdragen deelnemende gemeenten € 39.368.905
Zorgverzekeraars € 19.103.247
Overige baten € 1.706.006
Brede doeluitkering Rampenbestrijding € 6.704.200
Uit reserve € 584.697
Openbaar meldsysteem € 450.000
Toegerekende rente € 320.709
Totale bijdrage € 68.237.764
7.5.2 Rentelasten
Het overzicht van de rentelasten is opgenomen in bijlage 6.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
7.5.3 Renterisiconorm
VRBZO loopt renterisico op het moment dat nieuwe leningen moeten worden aangetrokken (herfinanciering) of als een renteherziening van toepassing is. Om het renterisico te beheersen is in de Wet FIDO de renterisiconorm geformuleerd.
Het doel van deze norm is om overmatige afhankelijkheid van het renteniveau in één bepaald jaar te voorkomen, één en ander ter bescherming van de financiële positie. Met deze norm bevordert de Wet FIDO een solide financieringswijze bij openbare lichamen. Conform voorschrift van de geactualiseerde Wet FIDO wordt het renterisico in onderstaande tabel voor de komende vier jaren bepaald, terwijl de renterisiconorm alleen betrekking heeft op het totaal van de rekening van het komende jaar. De norm schrijft voor dat maximaal 20% van het begrotingstotaal in een bepaald jaar gebruik mag worden voor aflossing of herfinanciering van een lening. Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost voldoet hier voor elk van de vier jaarschijven van deze begroting aan.
2018 2019 2020 2021
Omvang begroting € 68.237.764 € 68.214.652 € 68.188.755 € 68.188.755 20% norm € 13.647.553 € 13.642.930 € 13.637.751 € 13.637.751
Aflossing € 4.225.979 € 4.289.702 € 4.400.577 € 4.545.834
Herfinanciering of renteverandering € 0 € 0 € 0 € 0
Totaal € 4.225.979 € 4.289.702 € 4.400.577 € 4.545.834
7.6 Bedrijfsvoering
7.6.1 Omvang bedrijfsvoering
De omvang van de sector Bedrijfsvoering van VRBZO is gemaximaliseerd op 15% van de totale begrotingsomvang (exclusief de bijdrage die betaald wordt aan de GGD voor de uitvoering van ambulancezorg). Middels het inrichten van een zogenaamde flexibele schil wordt er rekening gehouden met toekomstige verwachte ontwikkelingen die effect hebben op de totale begrotingsomvang van de Veiligheidsregio en daarmee ook de begrotingsomvang van Bedrijfsvoering (trap op, trap af principe).
7.6.2 Toegenomen kosten informatisering en automatisering
De ontwikkelingen op het gebied van I&A/ICT gaan snel en hebben een grote impact op ons handelen als organisatie.
Dat is het geval indien we meegaan met de ontwikkelingen op dit gebied maar ook wanneer we besluiten niet aan deze ontwikkelingen mee te doen. In het eerste geval om in enige mate bij te blijven met de ontwikkelingen en de wettelijke eisen. In het tweede geval en verhoogt het risicoprofiel ten aanzien van Beschikbaarheid, Integriteit en Vertrouwelijkheid van informatie en neemt de kans op opgelegde boetes toe.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
In 2016 hebben de eerste investeringen en uitgaven plaatsgevonden de Beschikbaarheid, Integriteit en Vertrouwelijkheid van informatie van de informatie van VRBZO te borgen. Door verdergaande ontwikkelingen en wet- en regelgeving ontstaat een structurele toename van de kosten. Zonder hierbij uitputtend te zijn kunnen genoemd worden:
Verplichting voor een data protection officer (0,2 fte) als gevolg van Europese privacy wetgeving;
Wachtwoordenportaal met licenties;
(Veilige) toegang vrijwilligers tot VRBZO netwerk;
Tweeweg authenticatie;
Invoering Baseline Informatiebeveiliging Gemeente (BIG). Hieruit zullen naar verwachting aanvullende organisatorische en technische maatregelen getroffen moeten worden.
Vooralsnog ramen we deze additionele kosten op € 100.000,- per jaar. De werving van een data protection officer zal zoveel als mogelijk in samenwerking met GGD, Veiligheidsregio Brabant-Noord en eventueel nog een derde partner worden geworven. Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost ziet geen mogelijkheid deze extra kosten structureel intern op te vangen. Het benutten van reguliere efficiëntievoordelen is immers steeds al onderdeel geweest van de afgelopen bezuinigingsrondes. Wel zijn er mogelijkheden de kosten incidenteel op te vangen, er is in de begroting 2018 daardoor nog geen verhoging van de gemeentelijke bijdrage nodig. Doordat de precieze verdeling van de kosten nog niet bekend is, worden de kosten niet nu al, maar via een begrotingswijziging verwerkt.
7.6.3 Samenwerking
Vanuit het bestuur expliciet aandacht gevraagd voor de samenwerking met andere gemeenschappelijke regelingen in Brabant-Zuidoost. Mede onder regie van twee gemeentesecretarissen wordt er gezocht naar concrete mogelijkheden tot samenwerking, of afstemming van beleid.
7.6.4 Prestatie indicatoren
De bestuurlijke Aristoteles indicatoren kennen een aantal indicatoren die niet van toepassing zijn op een bepaald programma, maar van toepassing zijn op de gehele organisatie en de hieraan gelieerde bedrijfsvoering. Deze prestatie indicatoren noemen we hieronder.
Indicator Omschrijving Norm
Personeelsbezetting Werkelijke bezetting / toegestane bezetting x 100%
90 – 100% van de bezetting is gerealiseerd
Ziekteverzuimpercentage Aantal verzuimde kalenderdagen (incl. weekenden, excl.
zwangerschap) / personeelsomvang (in fte’s) x aantal kalenderdagen x 100%
<4,5%
Ziekteverzuimfrequentie Totaal aantal ziekmeldingen / totaal aantal medewerkers x 100%
Frequentie is <1
Besteding totaalbudget Werkelijke totaallasten (t/m huidige <100%
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
periode) / begrote totaallasten (t/m/
huidige periode) x 100%
7.7 Lokale heffingen, verbonden partijen en grondbeleid
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost kent geen lokale heffingen en verbonden partijen. Het onderdeel grondbeleid is voor Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost niet relevant.
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
8 Vaststelling
Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur van Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost,
Eindhoven,
3 juli 2017,
De voorzitter, De secretaris-penningmeester,
De heer .J. Jorritsma De heer H. Tuerlings
Ontwerpbegroting 2018
Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost
Bijlage 1: Gemeentelijke bijdrage, jaarschijf 2018
Gemeente Basisbijdrage 2018 Oranje Kolom Gemeentelijke rampenbestrijding
Bevolk.zorg tbv OTO
Totale bijdrage 2018
Asten € 818.541 € 6.552 € 1.386 € 716 € 827.196
Bergeijk € 1.136.631 € 6.552 € 1.386 € 716 € 1.145.286
Best € 1.236.554 € 6.552 € 1.386 € 1.115 € 1.245.608
Bladel € 1.132.467 € 6.552 € 1.386 € 716 € 1.141.122
Cranendonck € 1.078.342 € 6.552 € 1.386 € 1.115 € 1.087.396
Deurne € 1.557.975 € 6.552 € 2.170 € 1.115 € 1.567.813
Eersel € 1.070.015 € 6.552 € 1.386 € 716 € 1.078.670
Eindhoven € 13.468.867 € 6.552 € 17.778 € 9.556 € 13.502.754
Geldrop-Mierlo € 1.670.389 € 6.552 € 3.400 € 1.751 € 1.682.093
Gemert-Bakel € 1.449.725 € 6.552 € 2.170 € 1.115 € 1.459.562
Heeze-Leende € 783.567 € 6.552 € 1.386 € 716 € 792.222
Helmond € 4.160.985 € 6.552 € 7.321 € 3.823 € 4.178.681
Laarbeek € 1.072.513 € 6.552 € 2.170 € 1.115 € 1.082.351
Nuenen c.a. € 989.244 € 6.552 € 2.170 € 1.115 € 999.081
Oirschot € 898.480 € 6.552 € 1.386 € 716 € 907.135
Reusel-De Mierden € 731.940 € 6.552 € 1.386 € 716 € 740.595
Someren € 953.438 € 6.552 € 1.386 € 716 € 962.092
Son en Breugel € 741.933 € 6.552 € 1.386 € 716 € 750.588
Valkenswaard € 1.434.736 € 6.552 € 2.170 € 1.115 € 1.444.574
Veldhoven € 2.106.722 € 6.552 € 3.400 € 1.751 € 2.118.426
Waalre € 647.005 € 6.552 € 1.386 € 716 € 655.660
Totaal € 39.140.069 € 137.601 € 59.385 € 31.850 € 39.368.905