• No results found

Vraag nr. 65 van 14 februari 2003 van mevrouw BRIGITTE GROUWELS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 65 van 14 februari 2003 van mevrouw BRIGITTE GROUWELS"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 65

van 14 februari 2003

van mevrouw BRIGITTE GROUWELS

Hoger onderwijs – Doorstroom allochtone jonge-ren

"De Universiteit Antwerpen opent een offensief om meer allochtone jongeren aan de Vlaamse ho-gescholen en universiteiten te krijgen", lezen we in de pers (De Standaard, 22 januari 2003, A l l o c h t o-nen werven allochtoo-nen voor universiteit). Men zal een videocampagne opstarten in het Vlaams secun-dair onderwijs. Nog te weinig allochtonen stromen door naar het hoger onderwijs.

In het basis- en secundair onderwijs van de V l a a m-se Gemeenschap worden heel wat inspanningen geleverd door schoolteams en directies om alloch-tone jongeren te ondersteunen in hun specifieke noden (bv. t a a l s t i m u l e r i n g, . . . ) . Het schoolteam werkt ook samen met verschillende partners, z o a l s bijvoorbeeld het centrum voor leerlingenbegelei-ding (CLB), het schoolopbouwwerk, j e u g d c e n t r a , . . . om de jongeren zo goed mogelijk op te vangen en te stimuleren.

Ik stel mij dan ook de vraag in welke mate deze al-lochtone jongeren doorstromen naar het hoger on-derwijs.

1. Hoe wordt het slagen van allochtone jongeren in het onderwijs gemeten (drop out in secundair o n d e r w i j s, doorstroom naar hoger onderwijs, ...) ?

Wie heeft welke studies hieromtrent uitgegeven en in wiens opdracht ?

2. Graag de cijfers over de doorstroom van Belgi-sche leerlingen van allochtone afkomst naar het hoger onderwijs per provincie (woonplaats van de studenten). Graag de cijfers voor Brussel apart.

3. Graag ook de cijfers over de doorstroom van n i e t-Belgen naar het hoger onderwijs per pro-vincie (met een onderscheid tussen EU-b u r g e r s en niet EU-b u r g e r s ) . Graag de cijfers voor Brussel apart.

4. Ten slotte graag de cijfers over het slaagpercen-tage van allochtone jongeren in het hoger on-derwijs (onderscheid Belgen/niet-Belgen) en de studierichtingen die zij aanvatten en/of beëindi-gen.

Antwoord

Zoals reeds vermeld in bijvoorbeeld het antwoord op schriftelijke vraag nr. 17 in november 2002 van de heer Frans Ramon, vindt noch in de leerlingen-d a t a b a n k , noch in leerlingen-de personeelsleerlingen-databank van het departement Onderwijs een registratie plaats van de eventuele allochtone achtergrond van een stu-dent of werknemer in het Vlaams onderwijsveld. Er is enkel een registratie van de nationaliteit. Dankzij onderzoek beschikken we over enkele ge-gevens over drop out en/of ongekwalificeerde uit-stroom waarbij met het kenmerk "thuistaal niet het Nederlands" is rekening gehouden.

Een onderzoek dat plaatsvond onder promotie van de professoren Lacante, L e n s, De Mestenaere en Van Esbroek, in opdracht van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap (OBPWO 98.11), o n-derzocht de achtergronden en motieven van " d r o p-outs" in het eerste jaar van het hoger onder-w i j s, en dit zoonder-wel met betrekking tot hun oorspron-kelijke als hun eventuele latere keuzes. Een stu-dent wordt in dit onderzoek als "drop-out" be-schouwd "indien het een eerstejaarsstudent is in het hoger onderwijs die tijdens of aan het einde van het academiejaar afhaakt omwille van acade-misch falen of een andere reden". Het kenmerk "moedertaal" wordt erin beschouwd als een opera-tionalisering van het concept "cultureel kapitaal". Hier dient benadrukt te worden dat de groep "an-derstaligen" vooral "Franssprekenden" bevat. Algemeen besluit het onderzoek dat een kleine 10% van de generatiestudenten afhaakt in het eer-ste jaar nog vóór zij deelnemen aan de definitieve e x a m e n s. Nog een kleine 30% haakt af in de loop van de examenperiodes en 15% slaagt niet na twee z i t t i j d e n . Wat betreft de kleine groep anderstaligen in het onderzoek (6.1 % anderstaligen in een steekproef van 3.356 generatiestudenten), v e r m e l-den de onderzoekers op p. 497 van hun onder-zoeksrapport dat "de vaststelling dat 'Nederlands-taligen' verhoudingsgewijs minder stoppen dan ' a n d e r s t a l i g e n ' , en dit zowel vóór als tijdens de exa-mens, niet [mag] genegeerd worden".

(2)

Studieresultaat

Gestopt vóór Gestopt Niet geslaagd Geslaagd Totaal

examens tijdens examens Type Moedertaal N % N % N % N % N % HS1 Nederlandstalig 130 12,3 293 27,7 115 10,9 520 49,1 1.058 39,7 Anderstalig 20 28,2 23 32,4 7 9,9 21 29,6 71 6,3 Totaal 150 13,3 316 28,0 122 10,8 541 47,9 1.129 100 HS2 Nederlandstalig 25 9,9 61 24,1 36 14,2 131 51,8 253 93,7 Anderstalig 4 23,5 6 35,3 1 5,9 6 35,3 17 6,3 Totaal 29 10,7 67 24,8 37 13,7 137 50,7 270 100 ac. Nederlandstalig 142 6,9 545 26,7 336 16,4 1.022 50,0 2.045 94,0 Anderstalig 8 6,2 48 36,9 25 19,2 49 37,7 130 6,0 Totaal 150 6,9 593 27,3 361 16,6 1.071 49,2 2.175 100

Een onderzoek naar ongekwalificeerde uitstroom uit het secundair onderwijs, onder promotie van p r o f. d r. H . Cossey uitgevoerd in opdracht van de Vlaamse Gemeenschap (OBPWO 9 8 . 1 0 ) , schat de ongekwalificeerde uitstroom uit het secundair on-derwijs aan de hand van de gegevens die verza-meld zijn in het LOSO-onderzoek.

Ongekwalificeerde uitstroom wordt hier gedefi-nieerd op drie niveau's :

1) leerlingen met diploma of getuigschrift van het zesde leerjaar SO ;

2) leerlingen met een getuigschrift van het derde jaar in de tweede graad van het BSO, een

kwali-ficatiegetuigschrift van de derde graad DBSO, een attest van het vijfde jaar BUSO of een ge-tuigschrift van een middenstandsopleiding ; 3) leerlingen met een getuigschrift van de tweede

graad TSO/BSO.

(LOSO : Longitudinaal Onderzoek Secundair On -derwijs ; O B P WO : on-derwijskundig beleids- en p r a k t i j k g e r i cht wetenschappelijk onderzoek ; DBSO : deeltijds beroepssecundair onderwijs ; BUSO : b u i -tengewoon secundair onderwijs – red.)

Uitgezet tegenover de kenmerken nationaliteit en v o e r t a a l , geeft de uitstroomschatting het volgende resultaat :

1 2 3 / N

Nationaliteit Belgische 87,7 3,5 7,5 7,3 3.296

Niet-Belgische 57,8 2,5 16,8 22,9 678

Onbekend 85,2 1,2 5,3 8,3 1.804

Voertaal overwegend Nederlands 83,5 2,8 6,5 7,2 5.518

overwegend Niet-Nederlands 60,5 2,7 16,5 20,3 855

onbekend 31,6 2,6 5,3 60,5 38

(3)

In het Statistisch jaarboek van het Vlaams Onder-wijs vindt men op p. 4 5 4 en 455 het aantal leerlin-gen van vreemde nationaliteit in het gewoon se-cundair onderwijs per graad, l e e r j a a r, o n d e r w i j s-vorm en net. In het gewoon secundair onderwijs (de vier graden, alle onderwijsvormen) zitten 17.728 jongeren die niet de Belgische nationaliteit hebben.

Informatie over inschrijvingen van niet-Belgen in het hoger onderwijs staat online onder de hoofding "onderwijsstatistieken" op de onderwijswebsite http://www.ond.vlaanderen.be.

Op de website vindt men de gedetailleerde gege-vens over het aantal inschrijvingen van studenten van vreemde nationaliteit in het hogescholenon-d e r w i j s1 en in het universitair onderwijs2. A l g e-meen zitten in het hogescholenonderwijs 1.997 stu-denten met een niet-Belgische nationaliteit. 3 . 8 7 6 studenten met een niet-Belgische nationaliteit vol-gen een opleiding universitair onderwijs.

1 http://www.ond.vlaanderen.be/onderwijsstatistieken/2001-2002/pdfs/01hog01.pdf, (...)01hog02.pdf, (...)01hog09.pdf en (...)01vrem11.pdf.

2 http://www.ond.vlaanderen.be/onderwijsstatistieken/2001-2002/pdfs/01uo01.pdf, (...)01uo02.pdf, (...)01uo10.pdf, (...)01uo12.pdf en (...)01vrem12.pdf.

De volgende tabel geeft de spreiding per provincie van het aantal generatiestudenten in het schooljaar 2001-2002 in het hogescholenonderwijs (een gene-ratiestudent is een student die voor het eerst inge-schreven is in het eerste jaar van een basisoplei-ding in het Vlaams onderwijs en op 1 februari nog is ingeschreven). Bij elke provincie wordt het aan-tal mannen, het aanaan-tal vrouwen en het totaal weer-gegeven en dit voor mensen met de Belgische na-tionaliteit en mensen met een andere dan de Bel-gisch nationaliteit :

Nationaliteit student

Woonplaats Belgisch Niet-Belgisch Totaal

(4)

De volgende tabel geeft de spreiding per provincie van het aantal generatiestudenten in het schooljaar 2001-2002 in het universitair onderwijs. Bij elke provincie wordt het aantal mannen, het aantal

vrouwen en het totaal weergegeven, en dit voor mensen met de Belgische nationaliteit en mensen met een andere dan de Belgische nationaliteit :

Nationaliteit student

Woonplaats Belgisch Niet-Belgisch Totaal

student M V T M V T M V T Antwerpen 1.555 1.731 3.286 41 38 79 1.596 1.769 3.365 Limburg 629 859 1.488 7 6 13 636 865 1.501 Oost- 1.260 1.671 2.931 20 25 45 1.280 1.696 2.976 Vlaanderen Vlaams- 1.054 1.370 2.424 12 28 40 1.066 1.398 2.464 Brabant West- 1.009 1.110 2.119 3 6 9 1.012 1.116 2.128 Vlaanderen Brussels HG 88 93 181 13 7 20 101 100 201 Henegouwen 10 12 22 - - - 10 12 22 Luik 2 6 8 - - - 2 6 8 Luxemburg 2 1 3 - - - 2 1 3 Namen 2 2 4 - - - 2 2 4 Waals- 14 12 26 2 3 5 16 15 31 Brabant Buitenland 6 10 16 112 122 234 118 132 250 Totaal 5.631 6.877 12.508 210 235 445 5.841 7.112 12.953

Voor de studenten die niet de Belgische nationali-teit hebben, wil de Vlaamse volksvertegenwoordi-ger ook de verdeling kennen tussen studenten wier nationaliteit wel tot de groep EU-landen (13 natio-naliteiten) vertegenwoordigd met tenminste één student) behoort en wier nationaliteit tot de groep niet-EU-landen (86 nationaliteiten vertegenwoor-digd met tenminste één student) behoort.

In het hoger onderwijs zijn in het algemeen 13 E U -nationaliteiten en 86 niet-EU--nationaliteiten met tenminste één student. Vooral bij de niet-EU be-treft het zeer vaak minder dan 10 studenten. D e

(5)

Nationaliteit student niet-Belgisch

Woonplaats student Hogeschool Universiteit

EU niet-EU T EU niet-EU T Antwerpen 91 123 214 35 44 79 Limburg 49 16 65 12 1 13 Oost-Vlaanderen 16 46 62 16 29 45 Vlaams-Brabant 28 31 59 25 15 40 West-Vlaanderen 12 22 34 2 7 9 Brussels HG 12 15 27 9 11 20 Henegouwen 1 - 1 - - -Luik - 1 1 - - -Luxemburg - - - -Namen - - - -Waals-Brabant 1 - 1 4 1 5 Buitenland 85 18 103 190 44 234 Totaal 295 272 567 293 152 445

Eveneens op de onderwijswebsite vindt de V l a a m-se volksvertegenwoordiger de behaalde diploma's door studenten van vreemde nationaliteit in het h o g e s c h o l e n o n d e r w i j s4 en in het universitair on-derwijs5. 4 http://www.ond.vlaanderen.be/onderwijsstatistieken/ 2001-2002/pdfs/01dhog01.pdf, (...)01dhog02.pdf. 5 http://www.ond.vlaanderen.be/onderwijsstatistieken/ 2 0 0 1-2002/pdfs/01duniv01.pdf, (...)01duniv02.pdf en (...)01-uo-diplperuniv.pdf.

In totaal zijn op het einde van het academiejaar 2 0 0 0-2001 aan 278 studenten met een niet-B e l g

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bij nader toezien blijkt "Vlaanderen" hier alleen te staan voor het Vlaamse gewest en blijkt het hier uitsluitend te gaan over de verkiezingsuitslagen voor een deel van

van mevrouw BRIGITTE GROUWELS Guldensporenslag – Herdenkingsinitiatieven Werden door de minister initiatieven gepland naar aanleiding van de herdenking van de zevenhon-

D e resultaten van deze gesprekken zullen worden gebundeld en vormen de aanleiding voor een internationaal gesprek op 3 mei 2002 in Ti e l t rond het thema "Cultuur

Basisscholen in het tweetalig gebied Brussel- Hoofdstad hebben normen voor rationalisatie en programmatie die identiek zijn aan die van geïso- leerde scholen en

Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking.

Graag ook een opsplitsing naar het aantal mannen en vrouwen in elk orgaan?. Deze vraag werd gesteld aan alle

Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenhe- den, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken.

Opgerichte adviesraden in deze regeerperiode Bij besluit van de Vlaamse regering (BVR) van 25 januari 2002 tot vaststelling van de voorwaarden en de regels inzake de toekenning