• No results found

Begrippenlijst Maatschappijleer Begrippenlijst Thema 4: Pluriforme Samenleving 1: Cultuur en identiteit

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Begrippenlijst Maatschappijleer Begrippenlijst Thema 4: Pluriforme Samenleving 1: Cultuur en identiteit"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Begrippenlijst Maatschappijleer Begrippenlijst Thema 4: Pluriforme Samenleving §1: Cultuur en identiteit

Begrippenlijst door een scholier 4e klas vwo

763 woorden 8 jaar geleden

5,3

19 keer beoordeeld

Vak Maatschappijleer

Methode Thema's maatschappijleer

§1: Cultuur en identiteit Cultuur

Alle waarden, normen en andere aangeleerde kenmerken, die leden van een groep of samenleving gemeen hebben en als van zelfsprekend worden beschouwd.

Identiteit

Je persoonlijkheid. Ieder heeft een eigen karakter, iedere persoon is als zodanig uniek.

Referentiekader

Een referentiekader bindt mensen, omdat ze dan dezelfde normen, waarden en gewoonten delen.

Gedragsregulering

Het geordend verlopen van het gedrag van mensen in de samenleving.

Rolgedrag

Het vervullen van verschillende rollen in ieder zijn/haar leven.

Presentation of the self

De manier waarop we ons in een rol laten zien.

Impression management

Het spelen van een rol die op een bepaald moment van men verwacht wordt.

Dominante cultuur

De overheersende cultuur zoals die in een land geldt.

Subcultuur

(2)

Onderdeel van de dominante cultuur en op bepaalde manieren afwijkend.

Etnische subcultuur

Een subcultuur van mensen die behoren tot dezelfde etnische groep.

Tegencultuur

Cultuur volledig afwijkend van de dominante cultuur.

Socialisatie

Het proces waarbij mensen waarden, normen en andere cultuurkenmerken aanleren Imitatie

Het nadoen van gedrag van mensen met wie je een sterke binding hebt.

Socialiserende instituties

Instellingen, organisaties en collectieve gedragspatronen waarbinnen en waarlangs de cultuuroverdracht in een samenleving plaatsvindt.

Sociale controle

De manier waarop mensen anderen stimuleren of dwingen zich aan de geldende normen te houden.

Formele sociale controle

Sociale controle gebaseerd op geschreven regels Informele sociale controle

Beleefdheidsvormen en andere ongeschreven regels.

Enculturatie

Cultuurkenmerken van je eigen cultuur die je aanleert en overneemt.

Acculturatie

Het overnemen van cultuurkenmerken waartoe je oorspronkelijk niet behoort.

Internalisatie

Gewoonten die je vanuit de cultuur als automatisme aanleert.

Groepsidentificatie

Het zich verwant voelen met de dominante cultuur en met de cultuur van kleinere groepen.

Individualistisch

Het veel nadruk leggen op de individuele ontplooiing.

Collectivistisch

Het belang van het collectief dat voorop staat.

Loyaliteit Trouw.

(3)

Nature-nurturedebat

De discussie of het menselijk gedrag bepaald wordt door aangeboren eigenschappen of door wat is aangeleerd.

Aangeboren

Het zit in je genen, je hebt het of je hebt het niet (nature) Aangeleerd

Je hebt het overgenomen, geleerd van iemand (nurture) §2: Culturele veranderingen

Verzuiling

Het maatschappelijk leven wordt bepaald door geloofs- en levensovertuigingen.

Sociale mobiliteit

Het stijgen of dalen op de maatschappelijke ladder.

Handelingsonbekwaam

Niet de toestemming hebben om een overeenkomst te sluiten.

Hiërarchische verhoudingen

De verhouding tussen de verschillende rangen in de samenleving.

Ontzuiling

Mensen laten zich bij het maken van keuzes niet langer leiden door hun geloof of politieke overtuiging.

Consumptiemaatschappij

Een samenleving waarin het bedrijfsleven zich sterk richt op het produceren van aantrekkelijke luxegoederen voor consumenten.

Sociale controle

Door sociale controle wordt bewerkstelligd dat mensen zich aanpassen aan gedrag dat van hen in de groep verwacht wordt.

Individuele ontplooiing

Mensen trekken zich weinig aan van anderen en houden er steeds meer een eigen levensstijl op na.

Feminisme

Vrouwen streven naar gelijke rechten: ze willen hetzelfde worden behandeld als mannen.

Het eisen van gelijke rechten voor vrouwen in vergelijking met die van de mannen.

Secularisatie

Het enorm dalen van de invloed van het geloof in de maatschappij.

Peergroup

Een groep mensen in dezelfde leeftijdscategorie met overeenkomstige belangstelling en leefstijl.

(4)

Piratenzender

Een radiozender die begonnen is rond de jaren 60/70 en die vooral popmuziekprogramma’s uitzond, waarvan de kosten werden gedekt door het uitzenden van reclame.

Publieke omroep

Omroepen waaraan we als kijker allemaal belasting meebetalen (de overheid steunt de publieke omroepen financieel).

Commerciële omroep

Deze omroepen moeten zichzelf financieren, onder andere door reclameopbrengsten.

Sociale media

Het algemeen begrip voor items als Facebook, Twitter, chatsites etc.

Culturele globalisering

De steeds snellere en steeds vakere uitwisseling van verschillende culturen, veroorzaakt door historische, culturele veranderingen.

§3: Nederland immigratieland Pushfactoren

De redenen om je land te verlaten.

Pullfactoren

De redenen om naar een land toe te komen.

Allochtoon

Iemand die zelf, of ten minste een van zijn ouders, in het buitenland geboren is.

Autochtoon

Iemand die in Nederland is geboren en van wie de (groot)ouders ook hier zijn geboren en opgegroeid.

Gastarbeider

Door Nederlandse bedrijven geworven werknemers, die uit andere landen komen.

Kennismigranten

Hoogopgeleide mensen uit landen als Duitsland en de VS, die kennis meebrengen waar in Nederland grote behoefte aan is.

Illegalen

Mensen die geen wettige toestemming hebben om hier te wonen en te werken.

Nederlandse Indiërs

Inwoners van voormalig Nederlands-Indië.

Molukkers

(5)

Inwoners van voormalig Nederlands-Indië die in het koninklijk Nederlands-Indisch leger gevochten hadden tegen de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd.

Surinamers

Inwoners van Suriname.

Antillianen

Inwoners van de Nederlandse Antillen.

Vluchtelingen

Iedereen die zijn woongebied is ontvlucht uit vrees voor geweld of zijn leven.

Gezinshereniging

Het verschijnsel waarbij mensen die legaal in Nederland verblijven hun gezinsleden laten overkomen.

Gezinsvorming

Het verschijnsel waarbij een Nederlander (of iemand met een verblijfsvergunning) met een buitenlander trouwt en hier een gezin sticht.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

- weet dat mensen, dieren en planten water, voedsel, licht en beschutting nodig hebben - weet dat het menselijk lichaam uit verschillende delen bestaat.. - kent de functie van

™ Waarde die u opbouwt om later uitkeringen van te ontvangen als u met pensioen gaat, als u overlijdt of arbeidsongeschikt wordt.. ™ De uitkeringen die u krijgt na uw

Voor overige loofhoutsoorten die niet voorkorren in tabel 1 van deze NEN-norm (lengte en bijbehorende wortelhalsdiameters) is de volgende eis van toepassing:

U bent onder de dekking Comfort ook niet verzekerd voor schade die is veroorzaakt, ontstaan of verergerd door:?. 1 directe neerslag die uw woning binnendringt door deuren, ramen

 Doelgroep loonkostensubsidie (artikel 6, eerste lid, onderdeel e, Participatiewet): personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van wie is vastgesteld dat zij

Wanneer niet alle grondeigenaren bereid zijn een voor de gemeente bevredigende anterieure overeenkomst te sluiten, moet gelijktijdig met het bestemmingsplan een exploitatieplan

“produceren” van informatie op basis van kennis, documenten en data. Condities Een attribuut van een case. Hiermee wordt aangegeven in hoeverre de case afgehandeld is. Aan de hand

Garantie van oorsprong voor Gegevens op een rekening die betrekking hebben op elektriciteit opgewekt elektriciteit opgewekt in een door middel van