• No results found

DE INDISCHE WETBOEKEN,

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "DE INDISCHE WETBOEKEN, "

Copied!
592
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

• • F

ij • /C. -c J£)

BIBLIOTHEEK KITLV

0093 0436

(3)
(4)
(5)

* p

DE INDISCHE WETBOEKEN,

Tweede gedeelte.

(6)

i'.

(7)

DE INDISCHE WETBOEKEN.

'

T w e e d e g e d e e l t e ,

BEVATTENDE:

*•*• »R GBONJAYBT VAN 1848.

~°-ftE.T-KBCI,EMENT Ü P H E T B E L E I D D E B R R G B R 1 N 6 IN W E D E R L A N S D C H ' M Ï I E VAN 1 8 5 * .

ö. H E T R E G L E M E N T VAN B U R G E R L I J K E R E G T S V O U D E R 1 5 Î G , + " • H E T R E G L E M E N T VAN S T R A F V O R D E R I N G .

* » . H E T R E G L E M E N T O P 1)K U I T O E F E N I N G D E R P O L I T I K , TIK B U R G E R L I J K E R B G T S V O R D B K I N 6 O N D E R D E I N L A N D t l l S E" f D E DAAKIUEDE G E L I J K G E S T E L D E P E R S O M E N OP JA * A

BN M A D U R A ,

B E N E V E N S A L L E O V E R I G E

W E T T E L I J K E B E P A L I N G E N , B E S L U I T E N EN PTJBLICATIEN, B E T K E E E E N D E D E

MET 1 M E I i 8 4 8 I N G E V O E R D E

"WETGEVING,

V O O R Z I E N V A N E E N

BEREDENEERD ALPHABETISCH REGISTER

DIER GEUEELE WETGEVING.

-— Vermeerderde uitgave. >"

S GltAVKISElAGB , B A T A T I A ,

SEBB. BEUSFANTE. SRUINING EX WIJT.

1 8 6 « .

(8)

ItO! EGl

Ri E]

' Til I ,

(9)

ALGEMEENE INHOUD.

W a i r .

*ONDWF.I VAN 1SV5 i

^I-EMENI OP HET BELEID DES R EGKS ING IN

MOERLANDSCil INDIE VAN 188» ' S

R E G L E M E N T

* "K BURGERLIJKE REGTSVÜRDERING VOOR DE

"ADEN VAN JUSTITIE OP JAVA EN CET K 0 0 « SBRESTSHOF VAN NEDERLANDSCH INDIK.

EEESTK BOEK.

V AI T DB W I J I E TAN P n O C E U K R S N VOOR DK KARET» V A * J U S T 1 T I S E!» H K T l i O O G B C E t l K G T S U O P .

B l a d l . 1 T*lel. Algemeene Bepalingen (i) »

• Van de manier yan procederen bij de Radon Tan Justitie en het Boog Gereglsuof, in

eersten aaulejj 3Ë

1*1 Nteowe T9lgr«ek» der bladïljde»,

I

(10)

iLGnaBKMî INHOUD.

i tel. Van rrclsnleirinn- ;„ . , Bladz.

• Van h . , n T " " Koophandel, 5 9 '

^ n hel Openbaar Ministerie

V « prorogatie „ „ Regtspraak „ „ ' „ j , j , , ! "

* « « n Jnsü.ie en „ » n e l „ reg'shof

Van he, reg.sgedin'g . „ ' „ J ^ ' ^ - °<

de vonnissen geweien door de Baden v"an Justitie , . . .

Van „e l regtsgetHng 'i a' ^ ^ ^ "

" k - behandeld hij de h t a t e t a

f « Ken en bij de residenten alleen reg,-

»Preker.de

Van revisie . . . • • • . 70 Van het h„„,.er beroep'a^„ de,', Hooien E;a d "

„ ^J e";'n"r n ' « ' " « t e n , d „ „ r b e t

»»"B GereBW,of in eerslen aanleg ge- wezen

Van verzet door derden . ' Van request-civiel

Van de wijze ,a„ procederen in éas'sat'ie.' ' 7« '

1TVEEDE BOEK.

VAN PK « N m T v o B R m o o , . . , , „

' 1"S L A'S l' " *t" " W < - < » • " de geresteiijte

(11)

ALGOIEEKE INHOUD, lil Blatli.

tenuitvoerlegging van vonnissen en daarme- de gelijkgestelde bevelschriften en akten. 83 Van degeregtelijke tenuitvoerlegging op roe-

rende goederen" 85 Van de geregtelijke uitwinning Tan onroe-

rende goederen 93 Van executoriaal beslag op , en verkoop van

schepen 108 Van lijfsdwang en van deszelFs tenuitvoer-

legging 113 Van het vereffenen van kosten , schaden en

interessen, mitsgaders van de kosten van

den processe 120 Van het stellen van zekerheid 120

DERDJS BOEK.

VAN IIEGTSPLEGING VAN ONDERSCHEIDEN ÀABD.

i Titel. Van de uitspraken van scheidsmannen. . . 122

D Van procedures betrekkelijk erfenissen . . 123 3 » \"aa boedelàfstaud en de vormen van dien. 140

4 » Van middelen tot bewaring van zijn regt . 143

5 » Van het doen van rekening en verantwoor- '

ding . 1 5 2

6 » Van eenige bijzondere regtsplegingen. . . 155

" D Van den staat van kennelijk onvermogen. . 176 . . 180 8 » Van het verleenen van relief .

(12)

iLGEJIBENE IBHOl'D.

REGLEMENT

OP DE STRAFVORDERING TOOK DE R A D E N VAN JUSTITIE OP JAVA m M T n o 0 G

GEREGTSHOP VAN NEDERLAKDSCH INDIE . MITSGADERS VOOR DE RESIDENTEN OP J A T A EN MADURA, REGTSPREKENDE IN DE ZAKEN TAN OVERTREDING TEGEN EU- KOPEANEN EN DAARMEDE GEIIJKGESTE!- DE PERSONEN.

1 Titel. Van het Kladz.

opsporen der misdrijven en over- tredingen . . . .

" V a n "e n reet"-commiSsaris en van de' voor- lopige informatiën . . . .

"

Van het Ter,MM

» ™ ' ^ « . g ' 4 »

1 !

cenen beklaagden en do verdere geregte- Uïke instructie

* " V a n h e t r^, sB < = ^ « P d e t e r eSt z ; »i ng ™ 'S

len Raad van Justitie, in » k e n van mis- drijf

1 " V a n h e t « ^ g e d i n g in eersten aanleg vooi- ""

i e Raden van justitie, i n z i e n van over- treding . . . .

Van het hooger heroep van vonnissen," in " ' zaken van overtreding.

• ' .

(13)

m

ALGEHELE INHOUD. V Biadz.

»itel. Van het regis geding in zaken Tan overtre- ding , voor de residenten op Java en

Madura 228

* Van beklaagden, welke afwezend zijn geble- ven, niet hebben kunnen acbterhaald wor-

den, of ontvlugt zijn 230 Van de herkeuring van veroordeelden, die

ontvlugt en weder achterhaald zijn. . 235

• Van de regispleging ter zake van valschbeid. 235

* Van de vervolging en de teregtstelling in za- ken van misdrijf en overtreding, welke in eersten aanleg ter kennisneming staan

van het Hoog Gercgtshof 238

* Van de wijze van regtsrleging jegens hen, die den eerbied schenden aan de openbare magt verschuldigd , 240 13

n Van regeling van regtsgebied g i l

* Van de wraking en verschooning van reg- ters, en de verzending van de zaak uit dien hoofde naar eenen anderen regier. . 2A3

» Van de revisie der vonnissen in zakeu van

misdrijf 245 Van het beroep in cassatie 249

Van het ten uitvoer leggen van arresten en

vonnissen 265 Van de opschorting en vernietiging van ar-

resten en vonnissen, uit hoofde van be-

paalde omstandigheden 2G0 16

17

(14)

ALGEMEENE INHOUD.

19 Titel. Van gevangenissen behoorende hij het Hoog ' Geregtshof en de Kaden tan Justitie, en van de middelen om onwettige gevangen-

houding tegen te gaan J 20 » Van hot bewijs der misdrijven en overtre-

'iiE"ùu 2(1

21 » Van het vervallen, ophouden en te niet gaan

van vervolgingen en straffen 2j ;

BEPALINGEN

TER REGELING TA» EE.1IGE ONDERWERPEN VA* STRAF- WETGEVING, WELKE EENS DADELIJKE VCORZIESING VEREISCHEN. . .

BIJZONDERE BEPALINGEN

TER VERZEKERING DER REGELMATIGE WERKING VAN DE NIEUWE WETGEVING IN DE BEZITTINGEN BUlTEN JAVA EN MADURA. . .

(15)

BEPALINGEN

O-MTREKT DE INVOERING T A N - EN DEN OVER- GANG Ï O T DE NIEUWE WETGEVING.

Eladz.

1 Hoofdst. Afschaffing van vroegere Wetten en Veror-

deningen 293

9 Bepalingen uit de wettelijke verordeningen, vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 16 Mei 1846, N°. i , welke voorloopig bui- len werking gelaten of gewijzigd worden. 293 Tijdelijke bepalingen, betreffende het Re-

glement op de burgerlijke regtsvordering voor de Raden van Justitie op Java en het Hoog Geregtshof van Nederlandsch

Indiè'. S04 Transitoire bepalingen, en voorloopige in-

standhouding van eenige bijzondere wet- •

telijke verordeningen 30S Bepalingen omtrent eenige onderwerpen ,

welker regeling in verband staat met de invoering der nieuwe wetgeving. . . 8 1 5

(16)

'm ALGEMEENE INHOUD.

B)ad(<

IN WERKING BRENGING o

P

T i » DE ZAMENSTELLBG DER REGTEI'.LIJKE XOIXEGIEN, DE DENOEJIING TAN BJKSTSBilJKS AMBTENAREN, EN

HDME BEEEDIGING „ , ;

BEPALINGEN

BETREFFENDE BE T KOSTUUM DER REGTERLIJKE AMB- TENAREN EN DAT DE« ADVOKATEN , PROCUREURS EN

DEDTVWAAüDEfiS. Cî3

NIEUWE ZAMENSTELLING ,

DER INLANDSCUE REGTBANKCN EN GEREGTEN OP JAVA S EN MADÜRA EN BEEEDIGING TAN DEZBLVE. . .

(17)

ALGEMEENE INHOUD.

REGLEMENT

0 P DE UITOEFENING DER P O L I C I E , DE BUR- GERLIJKE REGTSPLEGING EN DE STRAF- VORDERING ONDER DE INLANDERS EN DE DAARMEDE GELIJKGESTELDE PERSONEN OP

J- i V A EN MADÜRA.

, _ Blad!

* , W. Van de nitoefentog der policie en de opspo- I n g Tan misdrijven en overtredingen in

het algemeen 3 3 3

Van de dorpshoofden en alle verdere onder- geschikte beambten van policie. . . . 334 Van de districlshooMen en de aan deze toe-

gevoegde beambten. . . . •sin Van de inlandsche officieren van justitie

(hoofddjaksa's en djaksa's) 3 i i

Van de regenten, onder-regenten (rongo's)

„ . e a P a l t i's 840

7 * Van de residenten en adsislent-residenten. . 3*8

Van de districlsgeregtcn . ,,-,

S „ v ó<>1

s Van de regentschapsgeregten 8 S 4

Van de regtspleging in burgerlijke zaken, welke tot de kennisneming der landrade:

behooren. . .

8B7 Van de regtspleging voor den resident, al-

leen reglsprekende in burgerlijke zaken. 3S2

(18)

X ALGEMEENE INHOUD.

Blad*

11 Titel. Van de regtspleging voor de laudraden in

zaken Tan misdrijf 3ö3 12 » >'an de regtspleging in zaken van overtre-

ding , welke tot de kennisneming van do

landraden hehooren 402 13 » Yande regtspleging voor den resident in zaken,

welke op de policïe-rol worden afgedaan. 40'J 14 » Van de regtspleging voor de regtnanken van

omgang 410 15 » Van bet vervallen, ophouden en te niet gaan

van vervolgingen en straffen 414 16 » Gemengde bepalingen 4:6

P U B L I C A T I E ,

HOUDENDE AFKONDIGING DER DOOR Z. M. DEN KONING GEARRESTEERDE WETBOEKEN EN VERDERE WETTE- LIJKE VERORDENINGEN VOOR ÏÏEDERLANDSCH Ï>DIE

D. D. 30 ÀPBJL 1847 419

P U B L I C A T I E ,

BEPALENDE, »AT DE AFGEKONDIGDE GEDEELTEN DER NIEUWE WETGEVING IN GEHEEL NEDERLANDS«! ISDIE ZULLE« WOKDEÏI INGEVOERD OP DEN EERSTEN MEI VAN HET JAAR 1800 ACUT EN VEERTIG, D. D. 3 DE-

CEMBER 1847 425

(19)

ALCEMEENE IMIOUD,

Blada.

P U B L I C A T I E ,

•"«ENDE AFKONDIGING VAN HET REGLEMENT UP DE

30 R G E I I L 1 J K E REGTSVORDERING VOOR BB RADEN

T i" J C S T1 T I B OP JAVA EN HET HOOG CEREGTSHOF

V A» îiEDERLANDSCH INDIE. D. I). S KOVEMBER 1 8 4 7 . 429

P U B L I C A T I E ,

0 t» E S D E AFKONDIGING TA» HET REGLEMENT OP DE STRAFVORDERING VOOR DE RADEN VAU JUSTITIE OP

, A VA EN HET HOOG GEREGTSHOF VAN HEDEELAND-

S C« I N D I E , MITSGADERS VOOR DE RESIDENTEN OP '»VA EN MADURA , REGTSPREKBNDE IN ZAKEN TA«

°»ÏKTRED1NG TEGEN EUROPEANEN EN DAARMEDE

G B I- I J K G E S T E L D E PERSONEN. D. D. 1» SEPTEMBER 1847.

431

P U B L I C A T I E ,

"STELLENDE , DE BIJZONDERE BEPALINGEN, TER SRZEKERING DER REOELMATIGE WERKING VAN DB NIEUWE -WETGEVING IN DE BEZITTINGEN BUITEN JA-

V iW MADURA, VAN 21 JANDAHIJ 1848 A3 3

(20)

XU ALGEMENE INHOUD.

Blad«'

P U B L I C A T I E ,

VASTSTELLENDE , BEPALINGEN TOT REGELING VAN J £ Q EENIGE ONDERWERPEN VAN STRAFWETGEVING, VAN

S ÏEBEOAEIJ 1848 *3'

P U B L I C A T I E ,

Bol VASTSTELLENDE, BEPALINGEN OMTRENT DE I N Y O E R I K C ri* tej

fuldhi TAN- EN DEN OVERGANG TOT UB NIEUWE WETGE- VING , VAN 3 HAART 184

P U B L I C A T I E ,

: »verij:

l«Rdoi Naast] Verbo 2. en spi

De i rtieeni,

8. bovine BOtIT>EN»E , AFKONDIGING VAN HET REGLEMENT OP "Clijk.(

feuedei DE UITOEFENING DER I'OL'CIE , DER BURGERLIJKE ^ BEGTSPLEGiRG EN STRAFVORDERING ONDER DE IR- M'Ogi

farizie LANDERS EN DE DAARMEDE GELIJKGESTELDE PERSO- triogen KEN, OP JAVA EN MADURA VAU ß APRIL 1 8 * 8 . . ^3> • 1

° e t bt 6. (

^ e a e r ] 6. |

(21)

G R O N D W E T

V O O R HET

KONINGRIJK DU NEDERLANDEN

4SÜ

EERSTE HOOFDSTUK.

VAN HET R I J K EN ZIJN INWONERS.

R ARTIKEL 1.

"et Koningrijk der Nederlanden hcstaal in Europa uit '„• i lS? ", Ï O O r' ' 'K ( ! PrOV™ci8n: Noordbrabant, Gelderland.

ïrer" i""* ' N ,°"r d h"l l»"|l • Zeeland , Utrecht, Friesland, .«£imi2 ' Groningon > Drenthe, en hol Hertogdom IOM behoudens de betrekkingen »an het Her- Mia«"1 .L , m l"l rS - m e t uitzondering der vestingen F'rtond e" V e" ' ° "" " " 'l a r e k r i"s"n • '0 | h e t Duilsche

' D e w«l kan provinciën en gemeenten verecnigen

"flitsen,

ml'c .g r e"z e" v a" d e n s t a a t T a D <le provinciën en ge-

^ uien kunnen door de wel worden veranderd.

berinif"6" d'e z'c h °p h 8' *r o n i ieebied van hel Rijk geluk« ' h e l z i i i nB8 z e , e n e" °f vreemdelingen, hebhen Sued a a n sl, r a a k °P bescherming van persoon en äelin W e l r e s e" d e loelating en de uitzetting van vreem-

B a n g e" • en de algemeene voorwaarden , op welke, tea nMo-'i'!1iuTa° bunne uitlevering , verdragen met vreemde I ^feendheden kunnen worden gesloten.

Vet bf" u.U o e , c , l i" ï d e r burgerlijke regten wordt door ds

^ e d ' « , ?m,e c"i ? burgenchapsregt Ie hebben moet men

«rlander zijn.

üWabMi' 1"4 , l U l l d M ' • t 0' , l k e '««»beiiiening b«.

m

isi

(22)

5 flftOHDwET VOOR BET

Gees vreemdeling is hiertoe benoembaar, dan volgen*

de bepalingen der wet.

7. De wet verklaart wie Nederlanders zijn.

Een vreemdeling wordt niet dan door eene wel gena*

turaliseerd.

8. Niemand heeft voorafgaand Terlof noodig, om doof de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, be- houdens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.

9. Ieder ingezeten heeft het regt, om verzoeken aan de bevoegde magt schriftelijk in ie dienen, mits die persoonlek en niet uit naam van meer worden onder- teekend, welk laatste alleen kan geschieden door of van wege ligchamen, wettelijk zamengesteld of als zoodanig erkend , en in dat geval niet anders dan over onderwerpen tot hunne bepaalde werkzaamheden behoorende.

10. Het regt der ingezetenen tot vereeniging en ver- gadering wordt erkend.

De wet regelt en beperkt de uitoefening van dat regt in het belang der openbare orde.

TWEEDE HOOFDSTUK.

VAN DEN KONING.

en e i

EERSTE AFDEELING. °Teri

Van de Troonopvolging. 'J v sent! 11. De Kroon der Nederlanden is en blijft opgedragen , l 9-

«an Zijne Majesteit Willem Frederik, Prins van Oranje .6 e^ Nassau, om door hem en zijne wettige nakomelingen te e l ° worden bezeten erfelijk , overeenkomstig de navolgend« ^ n

bepalingen. MiJ&

11. De wettige nakomelingen van den regerendefl j B ' Koning zijn de kinderen reeds geboren, of die nog mogteB r n a' geboren worden, uit 2ijn tegenwoordig huwelijk mei _, 8° - Hare MajesUit Frederika Louisa Wilhelmina, Prinses van ^ n e i

pruissen, en vports in het algemeen alle afstammelingen, e g l *

i

(23)

KÖN1HGAIJK DBA MKKBLÀWRBîf. 8 lC0n-e geboren zullea worden uit een huwelijk, door den ge 'Dg> met gemeen overleg der Sta ten-Generaal, aan-

f £a n «f toegestemd.

fleg * "e Kroon gaat over door regt van eerlsgeboorte, jj, d a' de oudste zoon van den Koning, of wel het on* "c'iJ't o i r v a n d en oudsten zoon bij representatie,

°'gt,

,-0 • Bij ontstentenis Tan mannelijk oir uil don oudsten of i, ^e s n r o t e n • £a a t de Kroon over op diens broeder»

boo i m a n n e lyb o i r< ingelijks door regt van eerstge- 'te en representatie.

H °' Bij geheele ontstentenis van mannelijk oir uit het ter'S V a n üi"aïlJe"Nassau gaat de Kroon over op de doch-

5 Tan den Koning, door regt van eerstgeboorte, j 6- Ook dochters van den Koning ontbrekende, brengt

*" iii °u^s'e dochter van de oudste nedergaande mannelijke in k"'* c'e n 'a , t s'e n Koning de koninklijke waardigheid '& afs) **uis 0 , e r. e n wordt bij vóóroverlijden door hare

lammelingen gerepresenteerd,

j '• Zoo er geeno mannelijke nedergaande lijn uit

n laatsten Koning bestaat, erft de oudste nedeTgaande . °Uwelijke lijn , des dat de mannelijke tak vóór den

j °Uwelijt(en t a k , en de oudste vóór den jongeren, en in leren tak mannen vóór vrouwen, en ouder voor jonger

etl voorrang hebben.

». Wanneer de Koning zonder nakomelingschap sterft,

er geen mannelijk oir uit het Huis van Oranje-Nassau

e r ig is , volgt hem zijne naaste bloedverwante , mits

*n den koninklijken Huize zijnde , op , en wordt mede,

•I vóoroverlijden, door hare afstammelingen gerepres- enteerd.

ige" jj '• Wanneer eene vrouw de Kroon in een ander Huis njc ^ j * " overgebragt, treedt dit Huis in alle de reeten van i te o^1 oorspronkelijke Mamhuis, en de vorige artikelen zijn nd« ^ betïelve toepasselijk, met dat gevolg, dat haar man-

hjk 0,r V (jo r a lje v r o u w e n 0f vrouwelijke afstammelin- defl j tt e rf t , en geene andere lijn geroepen wordt, zoolang

;ten n i a iid van hare nakomelingen in leven is.

mct p °- Eene Prinses, buiten toestemming der Staten- van ene>"Aal een huwelijk hebbende aangegaan , heeft geen eDr 8&l l°t de Jiroou. Eene Koningin, buiten die toeetemmio»

(24)

4 0 ROM »WIT TOOÄ HIT

fcn huwelijk aangaande, doel afstand ran de Kro*1" *°4î 21. Bij ontstentenis van nakomelingschap uit den lege»' ;e r u

woordigen Koning Willem Frederik van Oranje-Nasisaüi "kc Kaal de Kroon over op deszelTs zusier, Prinses Fredcri^ 8ï Loutsa Wilhelmina van Oranje, douairière van wijl** r°(

Care) George August, Erfprins van Brunswijk-Lunenr»"^ ?a

nf hare wettige nakomelingen , uit zoodanig nader huff* m' lijk, als door dezelve, overeenkomstig art, 1 2 , mow "'^t

worden aangegaan. aslö

22. Indien ook de wettige nakomelingschap van de*( S 9

Vorstin ontbreekt, gaat het erfregt over op het wettig matf' 'e

nelijk oir van Prinses Carolina van Oranje, zuster va" **e bijlen Prins Willem den Vijfden, en gemalin van wijle" lEï>

den Prins van Nassau-Weilburg , insgelijks door regt v^ 3 o

eerstgeboorte en representatie. e r i

23. Wanneer bijzondere omstandigheden eenige veraO' ' deringen in de opvolging van den troon noodzakclij" yr**11

maken, is de Koning bevoegd, daaromtrent eene voor*' '^

dragt te doen, te behandelen op de wijze, ten aanzien ^ van verandering in de Grondwet, in art, 186, 197 e" ni

199 voorgeschreven. s Vi

24. Hetzelfde vindt plaats, wanneer er geen bevoegd' V'l e r

opvolger naar deze Grondwet bestaat. . 3 3

Is de opvolger niet benoemd of ontbreekt hij bij ovcf 8

lijden des Konings, dan geschiedt de benoeming door d» Tatl

Staten-Generaal , daartoe in dubbelen getale byeenge' l e^

roepen, in vereenigde zitting, n a

25. In de gevallen, in art. 2 1 , 2 2 , 23 en 24 om- a r t' schreven, wordt de] troonopvolging geregeld naar de be- palingen van art. 12, 13, 14, 1 8 , 16, 17, 18 en 11).

26. De Koning kan geen vreemde Kroon dragen , niet uitzondering van die van Luxemburg,

In geen geval kan de zetel der regering builen het

Rijk worden verplaatst. 34

verv

TWEEDE AFDEELING. M 3 3

de i

Tan het Inkomen der Kroon, e e n'i

*6 27. Behalve het inkomen uit de domeinen , door de e n L

W»t ya,n den aeslep Augustus 1823 afgefLaan, «E 19 0 l

(25)

ÏOfllNGBUK DM NSD8RZ.AKDBir. S

*8 door den Koning lot kroon-domeinen aan den Staal

•^uggegeven, ge nie t Koning Willem II een jaarlijksch

«omen van één millioen gulden uit 's Lands kas,

By elke nieuwe troónsbekliraming wordt het inkomen der

*r°on door de wet geregeld.

"H. Den Koning worden tot deszelfs gebruik zomer- en

»Wer-verblijven 'H gereedheid gebragt, voor welker

"Verhoud echter niet meer dan f 50,000 jaarlijks ten

«te van den Lande kunnen worden gebragt.

*9. ne Koning en de Prins van Oranje zijn vrij van

"* personele lasten.

«een vrijdom van eenige andere belasting wordt door

llt:n genoten.

*°- De Koning rigt zijn Huis naar eigen goedrin-

Uef> in.

'y- Het jaarlijksch inkomen eener Koningin-weduwe, p u r e n d e haren weduwelijken staat, uit 's Land kas is

1 '50,000.

2- De oudste van des Konings zonen, of verdere

«nuelijke nakomelingen , die de vermoedelijke erfgenaam

van de Kroon , is des Konings eerste onderdaan , en

v'iert den titel van Prins van Oranje.

33 De prjn s v a n oranje geniet als zoodanig uit 's Lands

*a 8 een jaarlijksch inkomen van ƒ100,000, ie rekenen

•ft den lijd, dat hij den ouderdom van achttien jaren zal 'ebben vervuld ; dit inkomen wordt gebragt op f 200,000

a het voltrekken van een huwelijk, overeenkomstig

a r l- 12 dezer Grondwet.

DERDE AFDEELINtf.

Van de Voogdij des Konings.

3*. De Koning ia meerderjarig als zijn achttiende jaar

v«*»uld is.

33 . Zoolang de Koning minderjarig i s , staat hij onder

e Voogdij van eenige leden van het koninklijk Huis en

e e mg e aanzienlijke Nederlanders.

*"ö. De voogdij wordt geregeld en de voogden worden

öenuemd door eene wet.

Qfer het omwerp dier wet ntman ds Statan-Genetfaal

(26)

a GltOHDWBT v o o a u a t

hun besluit in eene vereenigde zitting d e r beide kamer»' hooi 37. Deze wet wordt nog bij het leven v a a den Koning' ^ « voor h e t geval d e r minderjarigheid zijns opvolgers, ge' °n'<

maakt. Mögt dit niet zijn geschied . zoo worden , is ^ o m

doenlijk , eenige der naaste bloedverwanten van den miß' *3 derjarigen Koning over de regeling der voogdij gehoor''1 z<>o

38. Alvorens d e voogdij Ie aanvaarden , legt elk d^ ^ m v o o g d e n , in eene vereenigde zitting van de beide kamer' «rkç der Staten-Generaal in handen van den Voorzitter , d«" ^om

volgenden eed of belofte a f : bedi

«Ik zweer (beloof) trouw aan den K o n i n g ; i k i w e «1 4J

«{beloof} al de p l i g t e n , welke de voogdij mij oplegt' heel

«heilig te v e r v u l l e n , en e r mij bijzonder op te auU*' *°e

«toeleggen , om den Koning gehechtheid aan de Grond' Waa

«wet en liefde voor zijn volk in te boezemen. v«n

«Zoo waarlijk hclpe mij God a i m a g l i g ! » («Dat b«* *J

«loof ik !») beid 39. Ingeval de Koning buiten staat geraakt de regerinï 'ooi

w a a r te n e m e n , w o r d t i n het noodige toezlgt over zijn per' soon voorzien naar de voorschriften, omtrent de voogdij van een minderjarigen K o n i n g , in a r t . 36 en volgend*

b e p a a l d .

VIERDE AFDEELlNG.

Van het lïegcntiuhap.

40. Gedurende de minderjarigheid van den Koning Wordt het koninklijk gezag waargenomen door eend1

Regent.

* i . De Regent wordt benoemd door eene w e t , die , tevens de opvolging in h e t r e g e n t s c h a p , tot 's Kon in gS » meerderjarigheid t o e , kan regelen. Over het ontwerp dief i wet nemen de Staltn-Gcneraal h u n besluit in eene ver-

cenigde zitting d e r heide k a m e r s . » De wet wordt nog bij het leven van den K o n i n g , voor het 4a,

geval d e r minderjarigheid zijns opvolgers;, gemaakt. ' * r v 42. Het koninklijk gezag wordt mede aan eenen Regent Weg(

o p g e d r a g e n , ingeval de Koning buiten staat geraakt de r e - 47

gering waar t e nemen. *an W a n n w r dit t a n den Raad van S t a t e , vereonlgd met de «nv

(27)

KONINGRIJK DER NHDBRLAKDHJ. f ,er*' hoorden der ministeriële departementen , na een naauw-

ng. keurig onderzoek, is gebleken, roept deze vergadering ge' °lferwijld de Staten-Generaal in dubbelen getale bijeen,

he' »m hun van het voorhanden geval verslag te doen.

ni"1' *3. De Staten-Generaal onderzoeken het verslag, en, orif' Joo zij in een besluit, in eene vereenigde zittiug der beide

de1 »amers in dubbelen getaje genomen, er de juistheid van ner' erkend hebben, wordt, in den vorm eener plegtig af te de" *o«digen wet, verklaard, dat het geval, in het vorig artikel

^doeld , aanwezig is.

re«f **. Wanneer de Prins van Oranje zijn achttiende jaar niet egt' keeft vervuld, wordt in het regentschap. gelijk in artikelen ilfe' *0 en M is bepaald, voorzien, voor zoolang de Koning tot het )nd' Waarnemen der regering buiten Staat blij», en de Prine

Van Oranje zijn achttiende jaar niet heeft vervuld, b«* *5, De Regent legt, in ee*e vereenigde zitting van de

ke'de kamers der Staten-Generaal, in handen van den rinS Voorzitter, den volgenden eed of belofte a l ;

?e{' «Ik zweer (beloof) trouw aan den Koning; ik zweer gdS »(beloof), dat ik in de waarneming van het koninklijk nd* «geaag, zoo lang de Koning minderjarig is {zoo lang

«de Koning buiten staat blijft de regering waar te

«nemen), de Grondwet van het Rijk steeds zal onder- houden en handhaven.

«Ik zweer (beloof) djl ik de onafhankelijkheid en

«het grondgebied des Rijks met al mijn vermogen zal

«verdedigen en bewaren; dat ik de algemeene en ing «bijzonderëvrijheid, en de regten van alle des Konings nd1 «onderdanen, en van elk hunner zal beschermen, en

«tot instandhouding en bevordering van de algemeene d'e «en bijzondere welvaart alle middelen aanwenden , Tgs «welke de wetten ter mijner beschikking stellen, gelijk lief «een goed en gelrouw Regent schuldig Is te doen.

eP «Zoo waarlijk helpe mrj God almagtigt» («Dat b e -

«loof ik !«)

het 4a. Wanneer de Prins ven Oranje zijn achttiende Jaar

Tervuld heeft, is hij, in het geval van art. 42 , van regts- ent wege Regent.

re- 47. Totdat in het geval, in art. 4Î aangewezen, de Prins

Yan Oranje of de benoemde Regent het regentschap heeft de aaDT«ard, wordt het koninklijk gezag waargenomen door

(28)

s»ow»wsT roos SIT

ssäSSSSr 1 -"-*«==

•houdcD en handhaven. P

. A u - " '8' ', e I p e m i j G o i i alma<5lig!» ('Dat he-

. « " Ä «

ka

" «•""••"• W «W-W* nie. J.

bedoeld/wird, aVe'cha« "' " " *•»«•»*> « i W i*

honden aan de kamerfder S h t e n T ™ ' p 6 r 8 0 0" " Jk 8 ° ' het word! gevraasd v,n d - » , ! W"*1 ' *"' *k w e r f

te doen. * ' " d e s K (" "D« ' '"«tand ver.las VIJFDE AFDEELING.

Van de Inhuldiging de, Koninga.

(29)

KORIftäRITK LIR HIDSRE.ÀHDEK. 9 r?a' y j * ' " deze vergadering wordt door den Koning de

'B^nde eed of belofte op de Grondwet afgelegd : 'S** «Ik zweer (beloof), aan liet Nederlandsche volk

as adat ik de Grondwet van het Rijk steeds zal o n d e r -

;ei)l "houden en handhaven.

"Ik zweer (beloof), d a t ik de onafhankelijkheid van «en het grondgebied des Rijks met al mijn vermogen er- 'zal verdedigen en bewaren ; dat ik de aigemeene en af, «bijzondere vrijheid en de regten van alle mijne

'onderdanen zal beschermen , en lot instandhouding rafl «en bevordering van de aigemeene en bijzondere wei- he' «vaart alle middelen zal aanwenden, welke de wetten e,ï- «ter mijner beschikking stelten, zoo a l s een goed

«Koning schuldig is te doen.

he- «Zoo waarlijk hclpe mij God alraagtlg!» («Dat be-

"loof ik!«)

?pt 2- Na b e t afleggen van dezen eed of belofte , wordt

len Stat*°n'D B 'n d e x e I f J e vergadering gehuldigd door de

e n L ,en~Gcneraal t wier voorzitter de volgende plegtige an ^klaring uitspreekt, die vervolgens door hem en elk

e r leden , hoofd voor hoofd , beëedigd of bevestigd wordt, ir- "Wij ontvançen en huldigen, in naam van het

"Nederlandsche volk, en krachtens de Grondwet, U fit, 'als Koning; wij zweren (beloven), dat wij uwe ns 'onschendbaarheid en de regten uwer Kroon zullen

j s «handhaven; wij zweren (beloven) alles te zullen

«doen, wat goede on getrouwe Staïen-Generaal schul- e- ' d i g zij,, te doen.

c - «Zoo waarlijk helpe ons God almagtig!« («Dat b e -

•rf «loven wy U)

iff

ZESDE AFDEELINÜ.

Van d« Magt des Koning s.

!i3- De Koning is onschendbaar; de ministers zijn ver-

antwoordelijk.

Ir «*. De uitvoerende magt berust bij den Koning.

K3- Do Koning heeft hel oppsrfreatuur der buiten«

e lan'lsche betrekkingen.

8e> Da Koniug verklaart oorlog. Uij geeft daarvan OH-

(30)

10 o«onDTr»r Toon BUT

middelijk kennis aan de beide kamera der Slat""' B e

Generaal, met bijvoeging Tan zoodanige mededeelin««' " " 8 als hij met het belang en de zekerheid van het Rijk (1' ..."*•

staanbaar acht. lJne

87. De Koning maakt en bekrachtigt vredes- en >v J3- andere verdragen met vreemde mogendheden. "e

Hij deelt den inhoud dier verdragen mede aan de bel* "n6<

kamers der Staten-Generaal , zoodra bij oordeelt, dat »' '*•

beling en do zekerheid van het Rijk zulks toelaten. e' <

Verdragen, welke, hetzij afstand of ruiling vau ee«i( . 6S- grondgebied des Itijks In Europa of in andere werel'' '°o<li deelen , hetzij eenige andere bepaling of verandering e n ' « wettelijke regten betreffende, inhouden, worden door i'' 'D I Koning niet bekrachtigd, dan nadat de Staten-Gener»' o r d e 8

die bepaling of verandering hebben goedgekeurd. '°ni'

«8. De Koning heeft het oppergezag over zee- <• , ' * •

lahdmagt. a°or

De militaire officieren worden door hem benoemd. Z'J ^ a worden door hem bevorderd, ontslagen of op pensio'* ?a"8' tcstcld, volgens de regels door de wet te bepalen. ?e,ziJ

De pensioenen worden door de wet geregeld. orii

Ci). De Koning heeft het opperbestuur der koloniën "" L11 d e

bezittingen van het Rijk in andere w^relddeelen. a a a

De reglementen op hel beleid der regering aldaar wof' A m

den door de wet vastgesteld. loeBt

Het muntstelsel wordt door de wet geregeld. 6 ï- Andere onderwerpen, deze koloniën en bezittingen b«' V a n « treffende, worden door de wet geregeld, zoodra do W S c h r e

hoefle daaraan blijkt te beslaan. 68

oO. De Koning doet jaarlijks aan de Slalen-Gener»*1 t l l S 8 c

een omstandig verslag geven van hel beheer dier koloniën d l e n

en bezittingen en van den staat waarin zij zich bevinden- 6 9' De wet regelt de wijze van beheer en verantwoording *e rP

der koloniale geldmiddelen. stelle 61. De Koning heeft het opperbestuur van de alge- Hij

meene geldmiddelen. Hij regelt de bezoldiging van all« S l a l e i

collégien en ambtenaren, die uit 's lands kas worden betaald. 7 0- De wet regelt de bezoldiging van de ambtenaren der ^ene

reglerlijke magt. mndi De Koning brengt de bezoldigiug op de begrooting de' k 8 e t

•taatsbehoeften. ""Ml

(31)

KOXlNdRIlK DHR SBDBRLinDSît. 11 [t&P D e Pensioenen der ambtenaren worden door de wet

ngeP' «regeld.

k t*' ?8. De Koning heefl het regt Van de munt. Hij vermag

l J n e beeldtenfs op de muntspeciën te doen stellen.

j # *3. rje Honing verleent adeldom.

Vreemde adeldom kan door geen Nederlander worden befJj ' o g e n o m e n .

,t be **• Ridderorden worden door eene wet, op het voor-

u , l el des Konings , ingesteld.

eepii1 65 . Vreemde orden, waaraan geene verpligtingen vtr-

reld- °Qden zijn, mogen worden aangenomen door den Koning rirl? e n < niet zijne toestemming , door de Prinsen van zijn Huif.

r d«f I n geen geval mogen de onderdanen des Konings vreemde

erai orde8ieekenen, titels, rang of waardigheid aannemen,

z°nder rijn bijzonder verlor.

. e" M, De Koning heeft het regt van gratie van straffen,

0 0 r regterlijke vonnissen opgelegd.

t 2'i Wanneer hel veroordeelingen betreft tot drie jaren ge- iioe" *a,1gents en daar beneden en lot geldboete, hetzij te zamen,

,e t z' j afzonderlijk, oefenl de Koning dat regt uit, na ge- . °°rd advijs van den regier, die het vonnis heeft gewezen ;

n en n de overige zaken, na gehoord advijs van den Hoogen Raad.

vot" Amnestie en abolitie worden niet dan door eent wet

"»«Beslaan.

6? . Dispensatie wordt door den Koning slechts verleend

\}t- vaD eene bepaalde wet, in de gevallen door de wet om-

be' Scbreven.

68 De Koning beslist alle geschillen van bestuur, welke r»a' Usschen twee of meer provinciën ontstaan, wanneer hij iiön e niet in der minne kan doen bijleggen,

en. 69. De Koning draagt aan de Stalen-Gcneraal onl- ine WerPen van wet voor , en doet zoodanige andere voor-

dellen , als hij noodig oordeelt,

ge- Hü heeft het regt, om de voorstellen, hem door de

tlle Stalen-Generaal gedaan, al of niet goed te keuren, ld. 'u- De Koning heeft het regt om de kamers der Staten- iet Generaal, elke afzonderlijk of beide te zamen, te o n t -

binden,

iet , ^e t besluit, waardoor die ontbinding wordt uitgesproken,

bt>udt tevens den last tot het verkiezen van nieuwe kamer«

W

(32)

1* aaOTÏDWBT TOOR HB"T

binnen veertig dagen , en lot liet zamenkolnen der ni«»' verkozen kamers binnen twee maanden.

ZEVENDE AFDEELINC.

Van den Haait van State en de Minitleriïie 74

Departementen. hcele 71. Er is; een Raad van State , welks zamenstelling 'ü etl T ,

bevoegdheid worden geregeld door de wet. 76

De Koning is voorzitter van den Raad en benoemtil «istri,

leieB- «o„r

De Prins van Oranje heeft echter , nadat zijn achttiend' ) 0i | jaar is vervuld , zitting van reglswege en eenc raadgeven" belit

•tem. l e

78. De Koning brengt ter overweging bij den Raad va« Je r e' State alle voorstellen , door hem aan de Staten-Generaal ». f ,„ ' doen, of door deze aan hem gedaan, alsmede alle algemeen' , , maatregelen van inwendig bestuur van den Staat en vs» k • zijne koloniën en bezittingen in andere werelddeelen. Ea a'

Aan het hoofd der nil le vaardigen wetten en bevcle» , ,c

wordt melding gemaakt, dat do Raad van State desweB' - c

gehoord is. 78.

De Koning neemt wijders de gedachten van den Raad « » d 'i[' State in over alle zaken van algemeen of bijzonder belang. R'^

waarin hij zulks noodig oordeelt. H«t

De Koning alleen besluit, en geeft telkens van zijn gene' "' men besluit kennis aan den Raad.

78, De Koningstelt ministeriële departementen in, be' noeml er de hoofden van, en ontslaal die naar wel«1, D c"

vallen. 'eden De hoofden der ministeriële departementen zorgen von» }'>

de uitvoering der Grondwet en der andere wetten voo' " e e o zooverre die van do Kroon afhangt.

Hunne verantwoordelijkheid wordt geregeld door de wet' Allo Koninklijke besluiten en beschikkingen worden doo' een der hoofden van de ministeriële departementen mede- onderteekend.

Zij

•c n He den

»P iel 'Weisi

(33)

H0H!fl6HlJK MB HBDMLAND1H. J*

l* DERDE HOOFDSTUK.

VAN DE STATEN-GENERAAL.

EEKSTE AFDEELING.

Van de ZamanstfAling der Staten-Generaal.

, '*• De Slaten-Generaal vertegenwoordigen het g e - r**h Nederlandse h e volk.

,p 5- De Stalen-Generaal zijn verdeeld in cene Eerst«

2 e" Tweede Kamer.

t (jc ..'6- De leden der Tweede Kamer worden in de kies-

" f r i e t e n , waarin het Rijk verdeeld wordt, gekozen dis °r de meerderjarige ingezetenen , Nederlanders, in het -ndäh°!le g e n o t d e r b u reerlijke en burgerschapsreglen, en

"eilende in de directe belastingen cene som, die, va« ^ ' ^ n k o m s t i g met de plaatselijke gesteldheid, doch

ä|te "['et beneden het bedrag van f 20 noch boven dat van ,clle ' 1 6 0 , in de kieswet zal worden vereischt.

'vj 0 , 'ï 7. Het getal van de leden der Tweede Kamer wordt

bePaald naar de bevolking, voor ieder 45,000 één.

•leß **e verdere regels ten aanzien van hel kiesregt stelt té _kieswet.

"[8- De Eerste Kamer bestaat uit negen en dertig leden.

vaii Zij moeten behooren tot de hoogst aangeslagenen in ng, e Rijks directe belastingen.

Het getal dezer hoogstaangeslagenen , waaruil zij wor- ,10- Kekozen , wordt in elke provincie zóó bepaald , dat

°P iedere drie duizend zielen één, die te eens de overige

De- t i s c h t e n bezit om lid dezer kamer te zijn, verkiesbaar is.

ge ^e ?e overige vereischten zijn dezelfde, welke voorde

e<len der Tweede Kamer worden gevorderd, oof Zij worden verkozen door de Provinciale Staten in de out ^'geode verhouding;:

Noordbrabant S . Gelderland 5 ' * Zuidholland 7 oof ISoordholland fi

|e- Zeeland 2 Utrecht 8 Friesland , 8 Overijssel 3 Groningen 2 Drenthe i Hertogdom Limburg . , . 3

*S

m

(34)

i* ORONDWBT TOOK HBT

Ingeval van vereeniging of splitsing van provincie voorziet dezelfde wet, die dit beveelt, in de wijzigt' *^U welke daardoor in deze verhouding noodig zal worde0. üeze

bevonder». !a han

[*eede

TWEEDE AFDEELING. Kt de

l 8*. I Van de Tweede Kamer der Stat en-Generaal, foor h, 79. Om tot lid der Tweede Kamer verkiesbaar ^ J S e h zijn, wordt alleen verelscht, dat men Nederlander, l% * het volle genot der burgerlijke en burgerschapsregten *vfs* ]

en den ouderdom van dertig jaren hebbe vervuld. a "a a

80. Die Ie gelijk of op meer dan ééne plaats tot l i^A l 3

van de Eerste of van de Tweede of van beide Kamers'*6"6 B° gekozen, verklaart welke dier benoemingen hij aanneemt- e z e

81. De leden der Tweede Kamer hebben zitting ge''nS. r

durende vier jaren. "tting De helft van hen valt om de twee jaren uit, volgen'

een daarvan te maken rooster.

De uitvallende zijn dadelijk weder verkiesbaar,

82. De leden stemmen, elk volgens eed en geweten- \ zonder last van of ruggespraak met hen , die benoemen.

83. Bij het aanvaarden hunner betrekkingen legge*1 86. ] zij, ieder op de wijze zijner godsdienstige gezindheid•rende

den volgenden eed of belofte af: Een

«Ik zweer (beloof) getrouwheid aan de Grondwet Bens ,

•Zoo waarlijk helpe mij God almagtig!» («Dat be* Men loof ik'.») hen vi Alvorens tot dien eed of belofte te worden toegelaten Zij i, leggen zij den volgenden eed (verklaring en belofte) van handei

zuivering af: ring) ;

«Ik zweer (verklaar), dal ik, om tot lid van ds Zij |

«Tweede Kamer der Staten-Generaal te worden be* '87.

«noemd > directelijk of indirectelijk, aan ge ene per- T°or fc

«sonen, hetzij in of buiten het bestuur, onder wa'

«naam of voorwendsel ook, eenige giften of gaven

• beloofd of gegeven heb, noch beloven of geven zal.

•Ik zweer (beloof), dat i k , om Iets hoegenaamd

«in deze betrekking te doen o f t e laten, van nie*

«mand hoegenaamd eenige beloften of geschenke» 88.

«aannemen zal, directelijk of indirectelijk, *9.

- *

(35)

KOK IH OR IJK DBR 11BD1HLAHPBK. 10 ctfû «Zoo waarlijk helpe mij God almagtig!» («Dal ver- lim «klaar en beloof ik !o)

•deBj Oeze eeden (beloften en verklaring) worden afgelegd L handen van den Koning, of in de vergadering der .^ede Kamer, in handen van den voorzitter, daartoe

°°r den Koning gemagtigd.

i8*- De voorzitter wordt door den Koning benoemd [Oor het tijdperk eener zitting, uit eene door de Kamer r ^ g e b o d e n opgave van drieTWen.

• 'IÏA D e l e d e n ge n i e l e i* . lt>1 vergoeding der reiskosten i il 'n ä. heen en terug, voor tlke zitting, zoodanige Fom

8 "aar de afstanden door de wet zal worden geregeld.

; lid AU verdere schadeloosstelling wordt hun toegelegd

rgrfenc som van f 2000 'sjaars.

it. ,ö ez e schadeloosstelling wordt, voor den tijd der zit- ge-'.nl?, niet genoten door hen, die gedurende de geheele

"Uil»g afwezig bleven.

DERDE AFDEEL1NG.

en- Van de Eerste Kamer der Staten Generaal.

•n>

gen 86. De \e^m der Eerslo Kamer bebben t Hing gedu-

•id,rende negen jaren.

Een derde gedeelte treedt om de drie jaren af, vol- ei- Kens een daarvan te maken rooster. De uitvallende he-Men zijn dadelijk weder verkiesbaar. Art. 82 is op

hen van loepassïDg.

tep| Zij leggen, bij het aanvaarden hunner betrekking, in a D handen van den Koning gelijke eeden (belofte en verkla- n g ) af, als voor deleden der Tweede Kamer zijn bepaald, de Zrj genieten reis- en verblijfkosten volgens de wet.

je- 87. ße voorzitter wordt door den Koning beroemd er- Toor het tijdperk eener zitting,

rat

e° VIERDE AFDEELING.

Betchikkingen aan beide Kamers gemeen,

88- Niemand kan te gelijk lid der beide Kamen zijn.

£?• De hoofden det ministeriële dera r tem en Uu hebben

(36)

1« GKOflDWBT T09R HET

zitting in de beide kamers. Zij hebben alleen eene raadgevende «tem, ten ware zij tot leden der vergadering mogten benoemd zijn.

Zij geven aan de kamers, hetzij mondeling, oetxrj schriflelij'k, de verlangde inlichtingen, waarvan het, verlcenen niet strijdig kan worden geoordeeld met hel belang en de zekerheid van het Rijk , de koloniën en ' bezittingen van het Rijk in andere weielddeelen.

Zrj kunnen door elke der kamers worden »itgeiioodigd j om te dien einde ter vergadering tegenwoordig te zijn,

90. De Tweede Kamer heeft het regt van onderzoek (enquête) . te regelen door de wet.

91. De leden der Staten-Generaal kunnen niet te ge- lijk zijn leden of procureur-generaal van den Hoogen Raad, noch leden van de Rekenkamer, noch commissaris des Konings in de provinciën, noch geestelijken, noch bedienaren van de godsdienst.

Krijgslieden in werkelijke dienst, het lidmaatschap van

«ene der beide kamers aanvaardende, zijn gedurende dat lidmaatschap van regtswege op non-acliviteit. Op- houdende lid te zijn, kecren zij tol de werkelijke dienst terug.

De ambtenaren, die ter verkiezing voorzitten, zijn binnen het district, waarin zij voorzitten, niet benoem baar.

Leden der Staten-Generaal een bezoldigd staatsambt aannemende, of bevordering in de staatsdienst verwer- vende, houden op leden der kamers te zijn, maar zijn dadelijk weder verkiesbaar.

92. De leden der kamers zijn niet gerogtelijk vervolg- baar wegerts de advijzen , door hen in de vergadering uttgebragt.

93. Elke kamer onderzoekt de geloofsbrieven barer nieuw inkomende leden, en beslist de geschillen, welke aangaande die geloofsbrieven of de verkiezing zelve oprijzen.

Bt. Elke kamer benoemt haren griffier buiten haar * midden.

95. De Staten-Generaal vergaderen ten minate eenmaal 's jaars.

Hunne gewone vergadering wordt geepend op den

(37)

EOKlNflltUK DIK RIDIHLINSSH. l7 De Koning roept de buitengewone vergadering bijeen , zoo dikwijls hij zulks noodig oordeelt.

9«. De afzonderlijke zittingen der beide kamers, en even zoo de vereenigde zittingen, worden In het open*

baar gehouden.

De deuren worden gesloten, wanneer een tiende ge- i deelte der aanwezige leden het Torderl of de voor-

zitter het noodig keurt.

De vergadering beslist, of met gesloten deuren zal worden beraadslaagd.

Over de punten, in besloten vergadering behandeld, kan daarin ook een besluit worden genomen.

97. De Stateu-Generaal bij overlijden des Koning! of bij ahland van de Kroon niet vergaderd zynde, verga- deren zonder voorafgaande oproeping.

Deze buitengewone vergadering wordt cp den vyf- tienden dag na het overlijden of na den afstand geopend.

Zijn de kamers ontbonden , dan vangt deze texmyn aan van den afloop der nieuwe verkiezingen.

98. De vergadering der Staten-Generaal Wordt, in vereenigde zitting der beide kamers, door den Koning er door eene commissie van zijnentwege, geopend. Zij Wordt op dezelfde wijze gesloten, wanneer hij oordeelt dat het belang van het Rijk niet vordert, de vergadoring langer bijeen te houden.

De gewone jaarlijkse»« vergadering blijft ten minste twintig dagen bijeen, tenzij de Koning gebruik uaka van het regt, in art, 70 omschreven.

99. Bij ontbinding van een der kamers of van beide

«luit de Koning tevens de vergadering der Staten- tïeneraal.

100. De Kamers mogen, noch afzonderlijk, noch in vereenigde zitting, beraadslagen of besluiten, zoo niet meer dan de helft der leden tegenwoordig is.

101. Alle besluiten worden door volstrekte meerderheid , der stemmende leden opgemaakt.

Bij staken van Btemmen wordt het nemen van hel besluit , t*»t eene volgende vergadering uitgesteld.

In deze, en even zoo in eene voltallige vergadering, : Wordt, bij staken van stemmen , hei voorstel geacht niet te

lijn «»genomen,

S

(38)

GRO'-ÜWBT VOOR HET

102. Over ailc zaken wordt mondeling en bij hoordtliit' los oproeping gestemd , doch bij bet doen van keuzen of voor- ta» "

draglen van personen bij besloten en ongeteekende briefjes. K,me

103. Bij eene vereenigde zitting worden de beide kamer» tyai als slechts éene beschouwd en nemen hare leden, naar «eeft

willekeur, door elkander plaats J gaderlngr Z i"e'' " " E e r 9'e K a m e r h e e f' ^ ^ ' ^ d" v e r'

'Jnie

104.

VIJFDE AFDEEL1NJ.

Van de Wtlgevcnde magt.

De wetgevende magt wordt gezamenlijk door den

wr " O ' * |u l u" hV&IIU

Koning endeSlaten-Generaal uitgeoefend.

10». De Koning zendt zijne voorstellen , hetzij van wet «.

hetzij andere , aan de Tweede Kamer bij e „e Xmmv .

^ r K ^ » r : Ä : „ - i k - ~ £

bij loting vernieuwd worden. ^ J

107. De Tweede Kamer heeft het regt wiizieineen In =i een voorstel des Konings te maken wijzigingen II

108 Wanneer de Tweede Kamer tot aanneming van het voorstel, hetzij onveranderd, hetzij gewijzigd S " z e n d z,j he aan de Eerste Kamer me. het volgerfde' formù ie

.ZJZ u^l' d e r S u t™-Genera,l zendt aan de .1 .mW„ h e t h'e r """"Sgi-ande voorstel des Ko- .1 nings e:, is van oordeel, dat het, zoo als het daar ligt, «c .door de Stalen-Generaal behoort te worden aange- .(

• nomen.» j ^

v o ^ l T i L ? TW e e'1'; K a m c r '°' h e l »iot-aannemen van het ' M * voorstel besluit, geeft zij daarvan kennis aan den Koning H l met bet volgende formulier : " TWee(

• i r ™ ^T7e"1' J K a m e r d e r S'alen-Generaal betuigt den a l s »

• van °agi,iJJeh , , 0 0 r Z i i n C" i J r e r i n h e t " « ° ' d « e n e» . . ZÎ1 . ' "o >ngen , en verzoekt hem eerbiedig het ">>Se

«gedane voorstel i„ nadere overweging te nem.n."

(39)

KONING QIJK D IUI N B D B H L À H D R K . 1 9

ï ( )9. De Eerste Kamer overweeg'., met inachtneming

a& art. i 06, het voorstel zoodanig als het door de Tweede

| a"ler ia aangenomen.

Wanneer zij tot aanneming van het voorstel besluit, j^eft zij daarvan kennis aan den Koning en aan de Tweede

*amer met de volgende formulieren:

o Aan den Koning.

«De Staten-Generaal betuigen den Koning hunnen

•dank voor zijnen ijver in het bevorderen van 'sRijks

«belangen en vereenigen zich met het voorstel zoo ala

«het dààrlfgt.»

«Aan de Tweede Kamer.

«De Eerste Kamer der Staten-Generaal geefl aan de

•Tweede Kamer kennis, dat zij zich heeft vereenigd

«met het voorstel betrekkelijk op den

•aan haar door de Tweede Kamer toegezonden.»

Wanneer de Eerste Kamer tol niet-aanneming van het

°orstel besluit, geeft zij daarvan bennis aan den Koning

n aan de Tweede Kamer met de volgende formulieren :

«Aan den Koning.

«De Eersle Kamer der Staten-Generaal betuigt den

«Koning haren dank voor zijnen ijver in het bevorde- r e n van 's Ryks belangen , en verzoekt hem eerbiedig

•het gedane voorstel in nadere overweging te nemen.»

Aan de Tweede Kamer*

•De Eerste Kamer der Staten-Generaal geeft aan de

«Tweede Kamer kennis, dat zg den Koning eerbiedig

«heeft verzocht het voor»tel betrekkelijk , op

"icn aan haar door.de Tweede Kamer toegezon-

«den, in nadere overweging te nemen.».

l l ü- De Staten-Generaal hebben bet regt voorstellen

F 3 n wet aan den Koning te doen.

Tw*1' D e T o o r d r aSt daartoe behoort uitsluitend aan de weede Kamer, die het voorstel overweegt op gelijke wtfte

»• lulks ten aanzien van 'sKonings voorstellen is bepaald , '• na aanneming, aan de Eerete Kamer verzendt met het

'gende formulier:

«De Tweede Kamer der Staten-Generaal zondt aan de

«Eerste Kamer het hier D»v»nsgaande yoorsiel, $n is

(40)

10 ÛKOKDTST VOOR ÜBT

•ran oordeel, dat de Staten-Generaal daarop 'i Koning»

•bewilliging behooren te verzoeken.»

112. Wanneer de Eerste Kamer, na daarover op de gewone wijze te hebben beraadslaagd, bet voorstel goed- keurt , zendt zij het aan den Koning met bet volgend«

lormulier :

«De Staten-Generaal oordeelcnde, dat het nevens- gaande voorstel zou kunnen strekken tot bevordering

«van 's R(jks belangen , verzoeken eerbiedig daarop

«'s Konings bewilliging.»

Voorls geelt zij daarvan kennis aan de Tweede Kamer met het volgende formulier:

«De Eerste Kamer der Staten-Generaal geeft kennis

«aan de Tweede Kamer, dat zij zich beeft vereenigd

«met hel van haar op den ontvangen

«voorstel betrekkelijk. . . . en daarop namens

«de Stalon-Goneiaal > Konings bewilliging heelt

•verzocht.»

Wanneer de Eerste Kamer het voorstel niet goedkeurt, zoo geelt zij daarvan kennis aan de Tweede Kamer met net volgende formulier :

«De Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft geene

«genoegzame reden gevonden , om op het hier-

«nevens teruggaande voorstel 's Konings bewilliging

«te verzoeken.»

113. Andere voordragten, dan voorstellen van wel, kunnen door elke kamer afzonderlijk aan den Koning

worden gedaan.

114. De Koning doet den Staten-Generaal zoo spoe- dig mogelijk kennisdragen, of bij een voorstel van wet, door hen aangenomen , al dan niet goedkeurt. Die ken- nisgeving geschiedt met een der volgende formulieren:

«De Koning bewilligt in bet voorstel.»

of :

«De Koning houdt het voorstel in overweging » 11». Alle voorstellen van wet, door den Koning en de beide kamers der Staten-Generaal aangenomen ver- krijgen kracht van wet en worden door den Koning afgekondigd.

De wellen zijn onschendbaar.

»16, De w i j z e ™ afkondiging d.r wellen, en de

(41)

KONINGRIJK DBR NEDBI'LÀNDÏPf. S I

*P i ....

'J« i w a n n e e r zij v e r b i n d e n d e z i j n , w o r d e n d o o r de de * e t g e r e g e l d .

; d - Hel f o r m u l i e r v a n a f k o n d i g i n g is h e t v o l g e n d e : ide " W i j , e n z . . . , K o n i n g d e r N e d e r l a n d e n e n z . . . ,

« A l l e n , d i e deze z u l l e n zien of hooren lezen , us- » s a l u t ! doen te w e l e n :

ng • Alzoo Wij in o v e r w e g i n g g e n o m e n h e b b e n , d a l e n z .

•op | (De b e w e e g r e d e n e n d e r w e t . )

• Z o o i s h e t , dat W i j , den Raad van State g e h o o r d , tel «en m e t g e m e e n o v e r l e g d e r S t a t e n - G e n e r a a l , h e b b e n

« g o e d g e v o n d e n en v e r s t a a n , gelijk Wij g o e d v i n d e n rais «eu v e r s t a a n bij d e z e , e n z .

gd (De i n h o u d d e r w e l . ) en « G e g e v e n ,» e n z .

iis 1 1 7 . Ten a a n z i e n d e r a l g e m e e n e m a a t r e g e l e n van i n - ert Wendig b e s t u u r v a n d e n S t a a t , bepaalt de w e t insgelijks

de wijze van a f k o n d i g i n g en h e t tijdstip , w a a r n a zij zullen r«, m e r k e n ,

iel 118. De G r o n d w e t en a n d e r e w e t t e n zijn alleen voor oei Rijk in E u r o p a v e r b i n d e n d e , tenzij het t e g e n d e e l ne daarin w o r d t u i t g e d r u k t .

r-

iff Z E S D E A F D E E U N G .

t , Van de Begrooting.

%

119. Door d e w e t w o r d e n d e b e g r o o l i n g e n van alle a- " i t g a v e n d e s Rijks v a s t g e s t e l d , en d e m i d d e l e n tot t, d e k k i n g a a n g e w e z e n .

i- : 120, De o n t w e r p e n d e r a l g e m e e n e b e g r o o t i n g s - w e l l e n w o r d e n j a a r l i j k s v a n w e g e den K o n i n g aan d e T w e e d e Kamer a a n g e b o d e n , dadelijk na het o p e n e n d e r g e w o n e

V e rg a d e r i n g v a n d e S t a l e n — G e n e r a a l , v ó ó r d e n a a n v a n g

ï an h e t j a a r , w a a r v o o r d e b e g r o o l i n g e n m o e t e n d i e n e n . n * î i . Geen h o o f d s t u k d e r h e g r o o t i n g v a n u i t g a v e n k a n meer dan d i e v o o r één d e p a r t e m e n t v a n a l g e m e e n b e - i a l" u r b e h e l z e n .

I e d e r h o o f d s t u k w o r d t in e e n of m e e r o n t w e r p e n v a n w e t v e r v a t . Door z o o d a n i g e w e t k a n o v e r s c h r i j v i n g i Worden t o e g e s t a a n .

* * ï . De v e r a n t w o o r d i n g v a u d e s l a a t d - u i t g a v e n e n

(42)

GBONDWHT YOOR BET

ontvangsten over elk diensljaar wordt, onder overleg- ging van de door de Rekenkamer goedgekeurde reke- ning, aan de wetgevende magt gedaan.

Het »lot der rekening wordt door de wet vastgesteld.

VIERDE HOOFDSTUK.

VAN DE PROVINCIALE STATEN BN DE GEMEENTE -BESTUREN.

EERSTE AFDEEUNG.

Vin de Zamenetetling der Promiciale Staten.

123. De leden der Provinciale Staten worden voor zes jaren onmiddellijk door de ingezetenen, bezittende de veraschten in art. 76 vermeld , naar de bepalingen der wet gekozen.

Be helft dier leden treedt om de drie jaren af 12». Niemand kan te gelijk zijn lid der Eerste Kamer var de Slalen- Generaal en lid der staten eener provin- cie , noch ook lid der Slaten van meer dan ééne provincie.

126. De leden der Provinciale Staten leggen , bij het aanvaarden hunner betrekking, ieder op de wijze zijner godsdienstige gezindheid , den volgenden eed of belofte af:

«Ik zweer (beloof) trouw aan de Grondwet en aan

«de wetten des Rijks.

»Zoo waarlijk helpe mij God almagtig!» (,Dat be-

•loof ik!»)

Zij worden tot dien eed (belofte) toegelaten na alvorens te hebben afgelegd den eed (verklaring en belofte) van zuivering, hierboven in art. 88 voor ie leden der Staten Generaal bepaald.

126. De Stalen vergaderen zoo dikwerf in het jaar als de wet bepaalt, en bovendien wanneer zij door den Koning buitengewoon worden bijeengeroepen.

De vergaderingen zijn openbaar, met hetzelfde voor-

(43)

IÎOMNGRUK DER NEDHnLÀSDKN. S3 behoud als ten aauzien van de vergadering der kamers

T3n de Staten-Generaal >a bepaald in art. 96.

J27. De leden der Staten stemmen, elk volgens eed

e n geweien, zonder last van of ruggespraak met hen,

<b'e benoemen.

128. Omtrent het beraadslagen en stemmen gelden tfe regels, in artt. 100, 101 en 102 ten aanzien van Ge kamers der Staten-Generaal voorgeschreven .

TWEEDE AFDEELING.

Van de Magt der Provinciale Staten,

*29. De Staten dragen jaarlijks de kosten van hun bestuur, voor zooveel het rijks-bcstuur i s , aan den Koning voor, die z e , ingeval van goedkeuring, op de k'-'gruoting der staatsbehoeften brengt.

De begrooting der enkel provinciale en huishoudelijke 'nkomslen en uitgaven, door de Staten mede jaarlijks

°Pgemaakt, vereîscht 'sKonings goedkeuring.

Provinciale belastingen tot dekking dezer uitgaven, door de Staten aan den Koning voorgedragen, ver- eisenen bekrachtiging door de wet.

180. De Staten worden belast met de uitvoering der betten en koninklijke bevelen, betrekkelijk tot die takken van algemeen binnenlandsch bestuur, welke de

^et zal aanwijzen en zoodanige andere bovendien , welke de Koning goedvindt hun op te dragen,

131. Aan de Staten wordt de regeling en het be- stuur van het provinciale huishouden door de wet over- gelaten.

Behoudens de voorschriften in art, 129 moeten alle Zodanige reglementen en verordeningen , als zij voor het provinciale belang noodtg oordeelen te maken, aan de goedkeuring van den Koning worden onderworpen.

Zij zorgen , dat de doorvoer , en de uitvoer naar en invoer uit andere provinciën geene belemmering onder- gaan.

132. Zij trachten alle geschillen tusschen gemeente- besturen in der minne te doen btjleggen. Indien zjj daarin niet slagen , dragen zij het geval, zoo het een

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

9) Heeft u problemen met andere regelgeving op het gebied van verkeer en vervoer?. O

Ik weet niet wat anderen over mij gedacht zullen hebben, maar ik moet eerlijk bekennen, dat ik me zelf prachtig vond; en dat moest ook wel zoo zijn, want mijn vriend Capi, na

Doordat het van te voren niet duidelijk is wie wat toebehoort en de leerlingen niet mogen overleggen, zal in dit experiment in de eerste ronde alle vis over het algemeen

Voor mijn vakantie hebben we elkaar gesproken op 11 juni over het verplaatsen van jullie woonboot van &#34;buiten de palen&#34; naar &#34;binnen de palen&#34; om de veiligheid

per as of fiets (v lak), zijn geen flambouwen nood ig ; deze grot is een prachtige gri lli ge gewelvenvor- ming in marmerrotsen. Deze grot is vroeger blijkbaar een

Om de verlaagde tarieven voor de onroerende zaakbelastingen 2015 te kunnen heffen dient uw raad de “Eerste wijziging Verordening onroerende zaakbelastingen 2015” vast te stellen..

Daar zullen de mensen het voedsel van de engelen eten en zij zullen onderhouden worden met &#34;het Manna Dat verborgen is&#34; (Openbaring 2:17), zonder dat zij

&#34;Maar hoe kwam u in deze ongelegenheid?&#34; vroeg CHRISTEN verder en de man gaf ten antwoord: &#34;Ik liet na te waken en nuchter te zijn; ik legde de teugels op de nek van mijn