VAN DE W I J Z E VAN PROCEDEREN VOOR BE-RADEN VAN JUSTITIE EN HET HOOGE
GEREGTSHOF.
EEESTE TITEL.
AXGEMEENE BEPALINGEN.
EERSTE AFDEELING.
Van exploite*, van dagvaarding, aanzegging en beteehening. ' ARTIKEL 1.
Elke regtsingang, welke daarvan niet bepaaldelijk is uit-gezonderd , vangt aan met eene dagvaarding , door eenen deurwaarder, die tot het exploiteren in de plaats bevoegd , is ; hij is verpligt afschrift van het exploit te laten aan den persoon . of aan de woonplaats van den gedaagde.
Het afschrift zal bij dengene die het ontvangen heeft', als oorspronkelijke dagvaarding gelden.
2. Behoudens de bijzondere voorschriften van dit Regie- V ment aangaande het doen van exploiten aan de door par-tijen , bïj'de dagvaarding, of in den loop van het geding en van de tenuitvoerlegging gekozen woonplaats, kunnen-de dagvaardingen en ankunnen-dere exploiten, overeenkomstig
ar-2 I. BOEK. VAN DE WIJZE VAN PROCEDEREN, ENZ.
tikel 24 van het Burgerlijk Wetboek, met inachtneming ; der aldaar gemaakte onderscheidingen, mede geschieden fi aan de gekozen woonplaats, by dat artikel bedoeld.
3. In geval de deurwaarder noch den gedaagde , noch f iemand van diens huisgenooten aan zijne woonplaats vindt, 'I zal hij het afschrift onverwijld ter hand stellen, of, in ge- ] val van eene verwijdering van meer dan tien palen van ; het residentie-kantoor, zoo spoedig mogelijk doen toeko-m«n aan het hoofd van het plaatselijk bestuur, of aan den-gene die dezen vervangt, en van die terhandstelling of inzending melding maken op de oorspronkelijke dagvaar-ding en op het afschrift van dezelve. Het hoofd van het plaatselijk bestuur, of diens plaatsvervanger, zal op het oorspronkelijke stuk kosteloos eene door hem onderteekende verklaring stellen , houdende vermelding van den dag der overgave of ontvangst van dat exploit, welks oorspronke-lijk hij, behoudens het bepaalde bij het voorlaatste lid van artikel 5, dadelijk aan den deurwaarder teruggeeft, of zoodra mogelijk aan dezen terugzendt.
Ily moet het afschrift zoo mogelijk aan den gedaagde doen toekomen , zonder dat van dit laatste echter in reg-ten zal behoeven te blijken.
4. Aan elk der gedaagden moet een afschrift van het exploit gelaten worden.
Echter zal aan eclitgenooten, niet van tafel en bed, of van goederen gescheiden zijnde, slechts één afschrift wor-den gelaten.
6. De dagvaardingen zullen gedaan worden : Wanneer de gedaagde woont binnen de hoofd-plaats waar het regterlijk collegie zitting houdt, voor hetwelk hij wordt gedagvaard, onmiddellijk en zonder eenige tusschenkomst, door eenen deur-Waarder, ter keuze van den belanghebbende ;
Wanneer de gedaagde woont buiten de hoofd-plaats, doch binnen het gebied van den regter , voor welken de vordering gebragt wordt, óf on-middellijk en zonder bemoeijenis van dien regter, door eenen deurwaarder, daarmede namens den eischer belast, óf, ter keuze van laatstgenoemde ! en op het daartoe strekkend verzoekschrift van zij-nen procureur , door tusschenkomst Yan gemelden regter, die de acte van dagvaarding zal toezenden aan het hoofd van het plaatselijk bestuur der re-sidentie waar de gedaagde woont, ten einde
de-ï. TITEL. ALGEMEENS BEPALINGEN. 3 zelve, op last van dat hoofd , door een daartoe bevoegd beambte worde beteekend ;
Wanneer1 de gedaagde 'woont buiten het gebied van den regter, voor welken de vordering gebragt wordt, óf onmiddellijk, in voege als boven is om-schreven , óf, ter keuze van den eischer en op het daartoe strekkend verzoekschrift van zijnen procu-reur , door middel van letteren requisitoriaal aan den regter der woonplaats van den gedaagde, welke regter de akte. van dagvaarding door eenen door hem aan te wijzen deurwaarder zal doen beteeke-nen , bijaldien de gedaagde woout binbeteeke-nen de resi-dentie in welke bij zitting houdt, en anders daartoe de noodige aanschrijving zal doen afgaan aan het hoofd van het bestuur der residentie waar de ge-daagde woonachtig is.
De vorenstaande bepalingen zijn mede toepasselijk op alle andere exploiten, en zullen de regterlijke collégien en hoofden van plaatselijk bestuur gehouden zijn , de hun toegezonden wordende dagvaardingen en andere exploiten onverwijld te doen beteekenen en bewerkstelligen, en daar-i n behoorldaar-ijk relaas aan den regter , van wdaar-ien zdaar-ij dezelve tot dat einde hebben ontvangen, ten dienste der daarbij belanghebbenden in te zenden.
Indien het uit te brengen exploit gerigt mögt zijn tegen een hoofd van plaatselijk bestuur, zal de toezending ge-schieden aan den secretaris der residentie, of aan den
°ingaanden regter, binnen wiens ressort zoodanig hoofd
Tan plaatselijk bestuur gevestigd is.
6. De dagvaardingen en alle andere exploiten zullen ge-daan worden op de wijze als volgt:
1°. Ten aanzien van den Gouverneur Generaal, in za-ken hem bijzonder aangaande , aan den persoon of ten kantore van den resident van Batavia,-3°. Ten aanzien van de regering van Nederlandsch
/ndié', als vertegenwoordigende den lande , aau den persoon of ter woonplaats van het hoofd van het betrokken departement ;
8°. Ten aanzien van residentie- of plaatselijke bestu-ren , openbare instellingen of stichtingen en zede-lijke ligchamen, aan den persoon of ter woonplaats van het hoofd des bestuurs, of ter plaatse waar het bestuur deszelfs zitting of kantoor houdt ; K°. Ten aanzien van de personen bedoeld bij artikel
1*
» I. BOEK. TA» D B TOZS TA» PHOCEDE„E1», E»z
Ce ambtenaar aan Wien het einlmf „ j .
den belanghebbende toezendt " " ' ' a a n
6". fen aanzien van den boedel eens «failleerden „f i» verklaard, aan de weeskamer, of aan den ner-t o n of de woonpl.als van derzelver mener-t de en
" t e l e over den boedel belasten agent-' J f w T agent-' f 3 " " h e n d i e g c e M "•»"«dé woonplant,
in Nederlandsck India hebben ter „T. . hun werkelijk verblijf. ' p l a a t s e ™>
Indien deze plaats niet bekend is , geii j k m p,0
In geval m regten worden opgeroeid, UT den , of wel honders van aandeelén in „ , n ""'
gering van Nederland,k TndTX verdere n"
zend.ng a an het departement van kolonln Ten „anz.en van overledenen kunnen de dagvaarden
I. TITEL. AIGEKEENE B EP i LIN GEN. ;* r , of \ "Worden gedaan aan de gezamelijke erfgenamen en in é é n s .
Zonder uitdrukking van namen of woonplaatsen , t e r laat-t g e - slaat-te woonplaalaat-ts Tan den overledene ; edoch nielaat-t langer d a n ezien I gedurende zes maanden na het overlijden.
1 a a a 8* Het exploit van dagvaarding zal moeten behelzen : 1°. Den dag , de maand en het j a a r , den voornaam , ' d e l , den naam en de woonplaats des eischers, met o p
-10 e r gave van de door hem gekozen woonplaats hinnen
Tan tien palen afstands van het gebouw waar de r e g
-;D|Q" t e r , voor welken gedagvaard wordt, zitting houdt;
eeD- ( 2°. Den voornaam , den naam en de woonplaats van den deurwaarder , den naam en do woonplaats van i of den gedaagde, en de vermelding van den persoon , 'gen aan wien afschrift van het exploit van dagvaar-'er- ding gelaten is.
cu> Indien de eischende of verwerende partij eene corporatie , maatschap of handelsvereniging ig ,
J3t3 zal hare benaming in de plaats van naam en voor-fan naam moeten worden uitgedrukt ;
3°. De middelen en het onderwerp van den eisch, met
ede eene duidelijke en bepaalde conclusie ; en- 4°. De aanwijzing van den regter die van de zaaïi 'Q- moet kennis nemen ;
m, 5°. Den dag en het uur waarop de gedaagde in regten 'd- moet verschijnen.
<*Ö Het exploit en het afschrift daarvan zullen door den deur-af- 'Waardcr moeten worden geteckend.
9. Indien de dagvaarding gerigt is tegen een vorst of anderen inlander van aanzienlijken rang of g e b o o r t e , t e -gen wien , vol-gens de wettelijke bepalin-gen , zonder voorst hekome vergunning geeue regtsvervolging m a g worden ingesteld , zal het exploit de vermelding behelzen van heê Verlof, krachtens hetwelk zoodanig persoon in regten wordï betrokken.
10. De gewone termijn v a n dagvaarding voor de radcüi van justitie en het Hoog Geregtshof zal zijn :
Van ten minste acht dagen voor den gedaagde die Woonachtig is , of, bij gebreke van eene bekende woonplaats binnen Nedertand&ch Indii\ verblijf houdi ter plaatse waar het regterlijk collegie, voor het-welk hij gedaagvaard wordt , gevestigd is ;
Van ten minste veertien dagen voor den gedaagde die woonachtig i s , of, als v o r e n , verblijf houdt buiten de hij het vorige lid aangeduide plaats , doch
ß. I. BOEK. VAN DE WIJZE VAN PROCEDEREN, ENZ, in de residentie, binnen welke het regterjijk collegia gevestigd is ;
Van ten minste drie weken voor den gedaagde die woonachtig i s , of, als Toren , verblijf houdt iu eene andere residentie op Java , met de eerstbedoelde binnen het ressort van denzelfden raad van justitie gelegen en van ;
En van ten minste eene maand voor den gedaagde, die woonachtig is , of, als voren , verblijf houdt in eene andere residentie op Java , welke niet met de eerslbedoelde onder denzelfden raad van justitie be-hoort,
In gevallen die spoed vereischen zal de president van het regterlijk collegie, by een op het daartoe strekkend request verleend bevelschrift, kunnen vergunnen om op eenen korteren termijn te dagvaarden.
Wanneer de te dagvaarden persoon woonachtig i s , of, als voren , verblijf houdt op een eiland van Nederlandsen lndiè', niet behoorende tot eene residentie , welker hoofd-plaats op Java is gevestigd , zal het regterlijk collegie , op het daartoe strekkend verzoekschrift, van deu eischer , den regtdag bepalen, tegen welken de gedaagde zal wor-den opgeroepen , en wor-den termijn vaststellen , die tusschen de dagvaarding en den dag van verschijning in regten zal moeten verloopen.
11. In de gevallen bij art. 6 , in het tweede lid van nommer 7 , uitgedrukt, zal de termijn van dagvaarding zijn van ten minste vier maanden.
12. Wanneer de gedaagde niet in Nederlandach lndiè' woout, zal de termijn zijn van ten minste acht maanden indien hij woont beoosten de Knap de Goede Hoop of be-westen Kaap Hoorn, en van ten minste één j a a r , indien bij aan gene zijde van dezelve woonachtig is.
18. Indien een exploit aan iemand, buiten Nederlandsch lndiè' woonachtig , aan zijnen persoon binnen Nederlandsch lndiè gedaan wordt, of indien deze, in eene bepaalde zaak , woonplaats binnen JSedarlandsch lndiè' heeft geko-zen , gelden de termijnen voor ingezetenen vastgesteld naar gelang van den afstand der plaats waar het exploit aan hem gedaan wordt.
14. Wanneer meer personen wegens dezelfde vordering op verschillende termijnen moeten gedagvaard worden , zul-len alzul-len gedagvaard worden tegen den dag van verschij-ning , voor den verst verwijderd wonenden bepaald
I. f l T E L . ÀLGEMEENE BEPALINGEN. 7 18. De dag van het exploit en de dag van verschijning gorden niet inedegerekend onder den algemeenen termijn, bepaald voor dagvaardingen , aanzeggingen en beteeke-toingen.
In de gevallen voorzien bij artikel 3 , geldt de door het hoofd van bet plaatselijk bestuur vermelde dag van ter-handstelling of ontvangst, voor dag van exploit.
16. De dagvaardingen, aanzeggingen of oproepingen om tegenwoordig te zijn bij deze of gene akte van procedure
° Ï van instructie , zullen alleen de plaats, den dag en het
un r van de eerste tercgtzitting of rol moeten uitdrukken ;
2lJ zullen niet behoeven herhaald te worden , ofschoon de teregtzitting op eenen anderen dag verlengd of voortgezet
"Worde.
17. Geenerlei exploit zal op eenen Zondag mogen ge-daan worden , ten ware uit krachte van de vergunning van den voorzitter van het collegia. Indien de laatste dag van den termijn , binnen welken het exploit geschieden kan, op eenen Zondag invalt, zal hetzelve den volgenden dag kun-den gedaan workun-den.
De termijn van eene maand wordt gesteld op dertig dagen.
18. Geenerlei exploit of ten nitvoerleggïng van vonnis-sen zal kunnen geschieden vóór zes uren des morgens , en üa zes uren des namiddags, ten ware de voorzitter van bet collegië , in zaken welke buitengewonen spoed vereischen daartoe verlof mögt hebben verleend.
19. De getuigen wier tegenwoordigheid bij sommige ex-Ploiten wordt vereischt, moeten zijn manspersonen , inge-zetenen van Nederlandsch Indiè', van bevoegden ouderdom om in regten getuigenis te kunnen afleggen, en aan den deurwaarder , die het exploit verrigt , als geloofwaardige Personen bekend , of door het hoofd van plaatselijk bestuur hem als zoodanig opgegeven.
20. Geen exploit mag door eenen deurwaarder worden gedaan voor zijne bloedverwanten of aangehuwden in de
regte linie onbepaaldelijk, en in de zijdlinie tot den graad Van broeders- en zusters-kinderen ingesloten.
In geval van beletsel uit dien hoofde of om andere redenen, sal de voorzitter van het collegië , wanneer het eenen ge-wonen , of de resident, wanneer het eenen buitengege-wonen deurwaarder geldt , eenen geschikten persoon tot het doen der vc-reischte exploiten aanwijzen.
De aangewezen persoon zal vooraf beëedigd worden, ten W'are hij reeds onder eenen ambtseed mögt staan.
8 I. BOEK. VÂN DE WIJZE VAN PROCEDEREN, ENZ.
Van de gedane aanwijzing zal in de exploiten worden melding gemaakt.
21. Indien een exploit door toedoen ran den deurwaar-der nietig verklaard wordt, zal hij kunnen verwezen wor-den in de kosten van het exploit en van de vernietigde procedure , gelijk mede tot vergoeding der schaden en in-teressen van de partij , naar de omstandigheden , alles on-verminderd het bepaalde bij artikel 60.
TWEEDE AFDEEL1NG.
Van de teregtsittingen.
22. De teregtzïttingen worden in het openbaar gehouden, op den voet der voorschriften van art. 29 van het Begle-ment op de regtcrlijke organisatie en het beleid der justitie.
De bepalingen van den twaalfden titel van het Ilegiement op de strafvordering voor de raden van justitie op Java enz. , zijn te dezen toepasselijk.
23. De procureur van den eischer draagt zorg , dat de inschrijving op de rol plaats hebbe niet later dan twee da-gen vóór dat de zaak moet dienen , in zaken waarin op korten termijn is gedagvaard, doet hij zulks zoo spoedig mogelijk.
Alle zaken, die van koophandel daaronder begrepen, -wor-den op de rol geplaatst in -wor-den rang waarin zij wor-wor-den aange-bragt , met de namen van partijen en van hare procureurs.
24. Ten dage dienende roept de deurwaarder de zaken op in den rang van hare plaatsing op de rol.
De griffier zorgt dat voor iedere zitting een uittreksel uit de r o l . houdende vermelding der zaken , welks moeten worden opgeroepen , aan den deurwaarder worde ter hand gesteld.
Een gelijk uittreksel wordt des daags vóór de teregtzit-ting aan den president bezorgd ; daarenboven zullen zoo-dadige uittreksels in genoegzamen getale, ten dienste der leden en van het Openbaar Ministerie , vóór do opening der teregtzittïng in de vergaderzaal voorhanden zijn.
25. Indien eene zaak niet dadelijk op de eerste teregt-Eitting wordt afgedaan, zal de voortzetting of afdoening tot eenen naderen dag worden verschoven. De griilier draagt zorg, dat daarvan aanteekening worde gehouden, en de uitgestelde zaken worden op den bepaalden dag in haren oorspronkclijken rang opgeroepen,
2G. Wanneer tegen een vonnis, bij verstek gewezen, in verzet, wordt genomen, herneemt de zaak haren ouden *
I. TITEL, ALGEMEENS BEPALrnGEfT. $
rang op de rol, teozij de Toorzitter een bepaalden dag stelle
°ia op het verzet regt te doen.
27. Wanneer op den dag , tot voortzetting Tan het ge-ding bepaald , geene der partijen ter teregtzitting , ver-schijnt, wordt de zaak op de rol doorgehaald.
De zaak zal desniettemin op het eenstemmig verzoek van Partijen , zonder eene nieuwe voorafgaande dagvaarding, Weder op de rol worden gebragt en voortgezet, even als of geene doorhaling had plaats gehad.
28. De procureurs der partijen zijn verpligt aan den grif-fier ter haud te stellen een door hen geteekend afschrift der conclusion, welke zij hebben genomen.
De griffier is verpligt naauwkeuri g aanteekening te hou-den van de conclusion, mondeling door partijen ter tercgt-ïitting genomen in de gevallen , waarin geene schriftelijke Conclusion vereischt worden.
29. De practizijns zijn gehouden de zaak voor den reg-ier met bezadigheid te bepleiten, en in alles den eerbied in acht te nemen en te bewaren, dien man aan de justitie schuldig is. Wanneer zij dit uit het oog verliezen , zal de de regier ben daaraan herinneren , en in geval van her-taald vergrijp , zal hij hen tot eene boete verwijzen , dio de som van honderd gulden niet zal mogen te boven gaan;
alles onverminderd de toepassing van artikel 1Ö2 van bet Reglement op de regterlijke organisatie en bet beleid der justitie , wanneer daartoe termen zijn.
30. Wanneer de regters eenparig oordeelen , dat eene zaak tot genoegzame klaarheid is gebragt, zal de president de pleidooijen doen opbouden.
31. De regter kan in alle gevallen, en in eiken stand der zaak , wanneer dezelve hem voor minnelijke schikking vatbaar schijnt, hetzij op verzoek van partijen of van ééne derzelve, hetzij ambtshalve, partijen gelasten om in persoon of door of met derzelver practizijns , voor hem of voor één of meer regters-commissarissen te verschijnen, ten einde eene vereeniging te beproeven.
Indien eene minnelijke schikking tot stand k o m t , wordt, wanneer partijen zulks verlangen, een proces-verbaai'Opv gemaakt en geteekend door partijen , of derzelver tot dat einde bijzonderlijk gemagtïgden , in welk proces-verbaal de verbintenissen, die partijen ten gevolgen dier schikking op zich nemen;;, worden uitgedrukt.
De uitgifte van dit proces-verbaal geschiedt in
execu-• torialeu vorm.
1 0 I . BOEK. VAN DE WIJZE VAN PROCEDEREN , ENZ.
32. De advijseurs, welke in de bij artikel 7 van het Reglement op de regterlijke organisatie en het beleid der justitie omschreven gevallen moeten geraadpleegd worden, zullen , nadat de behandeling der zaak op de teregzitting is afgeloopen , hun gevoelen in raadkamer uiten en zich daarna kunnen verwijderen , tenzij de voorzitter hen ver-zoeke om hij de beraadslagingen tegenwoordig te zijn. Zij zullen in allen gevalle worden uitgenoodigd om , des ver-kiezende , de uitspraak van het vonnis bij te wonen.
33. Wanneer in den loop van een regtsgeding de bij-stand van eenen tolk vereischt wordt , zal deze door par-tijen, of, in geval van verschil, door den president gekozen worden. Indien de gekozene geen door de regering aan-gesteld , beëedigd translateur i s , moet hij , alvorens zijne werkzaamheden aan te vangen, op de teregtzitting , in handen van den president, den eed afleggen , dat hij de van hem als tolk gevorderde diensten met getrouwheid en naar zijn geweten zal verrigten.
Wanneer een tolk vereischt wordt bij verrigtingen van eenen regter-commissaris of van eenen gedelegeerden amb-tenaar , zullen de hemoeijenissen van den president op hen overgaan.
HERDE AFDEELING.
Van de regiere en van het wraken derselve.
3*. De regters , de ambtenaren van het Openbaar Minis-terie, de griffiers en de substituut-griffiers, zullen zich niet mogen belasten met het verdedigen van de zaken der par-tijen , hetiij mondeling, hetzij schriftelijk , hetzij onder den naam van consulatie , zelfs niet voor andere regterlijke collégien , dan die bij welke zij hunne functiën waarnemen.
Echter zullen zij bij alle regterlijke collégien hunne eigene zaken en die hunner vrouwen , bloedverwanten of aango-buwden in de regte linie , en hunner pupillen mogen
be-pleiten.
Zij zullen ook geene scheidslieden mogen zijn.
35 Geen regter zal mogen gewraakt worden , dan om de navolgende reden :
1°. Indien hij persoonlijk belang bij het geschil heeft;
2°. Indien hij aan eene der partijen in bloedverwant-schap of in zwagerbloedverwant-schap bestaat tot in den vier-den graad ingesloten ;
3°. Indien er binnen het jaar vóór de wraking , te-gen eene der partijen of derzelver echtte-genoot of
I. TITEL. ALGEHEENE BEPALINGEN. 11 nabestaande en aangehuwden in de regte linie, een strafgeding op zijne klagte of door zijn toe-doen is gevoerd ;
*°. Indien hij een schriftelijk advijs in de zaak ge-geven heeft ;
5°. Indien hij , hangende het geding, van iemand , die bij de zaak belang heeft, geschenken heeft ontvangen, of dezelve aan hem zijn beloofd, en hij deze belofte heelt aangenomen ;
6". Indien de regter , zijne vrouw , hunne
6". Indien de regter , zijne vrouw , hunne