• No results found

OOSTENDE-WARMTENET (FASE 2) 2016F179 Archeologienota DEEL 3 Programma van Maatregelen. Pieter

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "OOSTENDE-WARMTENET (FASE 2) 2016F179 Archeologienota DEEL 3 Programma van Maatregelen. Pieter"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Ghent Archaeological Team bvba Dorpsstraat 73

8450 Bredene

OOSTENDE-WARMTENET (FASE 2)

2016F179

Archeologienota – DEEL 3 Programma van

Maatregelen

Pieter LALOO

(2)

2

Project:

Oostende Warmtenet Opdrachtgever:

Beau Vent CVBA IJzerdijk 47 B-8600 Diksmuide Btw BE0472.292.307 Uitvoerder:

GHENT ARCHAEOLOGICAL TEAM bvba (GATE) PieterLALOO

© 2016 - GHENT ARCHAOLOGICAL TEAM bvba

Niets uit deze uitgave mag vermenigvuldigd of aangepast worden, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt worden onder enige vorm of wijze ook, elektronisch, mechanisch, door fotokopie, zonder toestemming van Ghent

Archaeological Team bvba.

(3)

3

Inhoudstabel

Inleiding

DEEL 3 : Programma van Maatregelen

(4)

4

INLEIDING

Het door BeauVent voorgestelde project omvat de realisatie en exploitatie van een warmtenet in Oostende. In Oostende is er een groot potentieel aan restwarmte op de industriezone aan de rand van de stad. De maatschappelijke meerwaarde van warmtenetten die bestaande bebouwing beleveren, mag duidelijk zijn. De diffuse emissies van rookgassen (NOx, SOx,…) in steden worden onmiddellijk teruggedrongen. Dit komt de stedelijke leefbaarheid onmiddellijk ten goede. Elke kWh restwarmte die het warmtenet levert, is een kWh minder fossiele brandstof die verbruikt wordt. Afgaande op de analyse van het aansluitbare potentieel voor het warmtenet op korte- en middellange termijn kan de toepassing van het warmtenet ongeveer 15.000 ton jaarlijkse CO2-uitstoot elimineren.

Voor de realisatie van fase 2 van dit warmtenet is een archeologienota vereist om een stedenbouwkundige vergunning te verkrijgen. Het geplande traject (fase 2) voor het warmtenet ligt immers nagenoeg volledig in een afgebakende archeologische zone, namelijk de stadskern van Oostende. Ook de oppervlaktecriteria van het Agentschap Onroerend Erfgoed worden voor dergelijke archeologische zones overschreden, het traject is immers ca. 3km lang en de leidingsleuf is ca. 1,8m breed wat dus een bodemingreep van ca. 5400m² inhoudt.

GATE werd door BeauVent aangesteld om deze archeologienota door middel van een bureauonderzoek op te maken. Gezien het warmtenet in de openbare weg wordt aangelegd, is het momenteel niet mogelijk om een vooronderzoek met ingreep in de bodem uit te voeren, daarom dat hier gebruik wordt gemaakt van de uitzonderingsprocedure waarbij een archeologienota op basis van een bureauonderzoek wordt opgemaakt en indien noodzakelijk een uitgesteld vooronderzoek met ingreep in de bodem wordt geadviseerd.

(5)

5

DEEL 3 Programma van maatregelen

Hoofdstuk 1 : gemotiveerd advies over het al dan niet moeten nemen van maatregelen

1. Volledigheid van het uitgevoerde onderzoek

Op basis van het gevoerde bureauonderzoek werd voldoende informatie ingewonnen omtrent het archeologisch potentieel van het projectgebied en de impact van de geplande werkzaamheden hierop.

Veldwerk was niet mogelijk gezien het werken in de openbare weg betreffen. Het bureauonderzoek leverde in functie van deze archeologienota voldoende gegevens op om een gefundeerd advies te formuleren.

2. Aanwezigheid en waardering van een archeologische site

Op basis van het gevoerde bureauonderzoek waarbij historisch-cartografische, landschappelijke en archeologische bronnen werden geraadpleegd komt duidelijk naar voor dat het geplande leidingtraject deels het tracé kruist van de 19de eeuwse stadsomwallingen van Oostende.

De stadsomwallingen werd eind 19de eeuw reeds opgeheven en grotendeels afgebroken in functie van verdere stadsontwikkelingen. Verder vinden de werken ook plaats in de openbare weg. Dit betekent dat minstens de bovenste 0,75 tot 1 m reeds verstoord is door de wegwerkzaamheden en bijhorende infrastructuurwerken.

3. Impactbepaling

De werksleuf die noodzakelijk is voor de realisering van het warmtenet zal max. 1,8m breed en 1,6m diep zijn. Eventuele restanten van de stadsversterking kunnen hierdoor aangesneden worden.

4. Maatregelen

De kans dat er restanten van wallen, verdedigingsgrachten en muren aangetroffen worden bij de werkzaamheden is reëel, maar deze zullen meer dan waarschijnlijk in de bovenste meter of meer aangetast zijn door enerzijds de afbraakwerkzaamheden eind 19de eeuw en anderzijds recentere wegenis- en infrastructuurwerken (bv. nutsleidingen). Door de relatief beperkte breedte en diepte van de werksleuf (resp. 1,8 en 1,6m) en het feit dat er gewerkt wordt in reeds geroerde grond is het twijfelachtig of de bijkomende informatie van een eventuele werfopvolging zou bijdragen aan de kennis die er momenteel voorhanden is omtrent die 19de eeuwse stadsversterking. De relatief beperkte kenniswinst weegt bovendien niet op ten opzichte van de kosten voor een dergelijke werfopvolging. Bijgevolg wordt geen verder onderzoek geadviseerd.

(6)

6

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De aanleiding van het vooronderzoek met ingreep in de bodem kadert in de uitvoering van het programma van maatregelen zoals opgemaakt in de

27.078m² en dient deels (=onderzoeksgebied: 4379m²) onderzocht te worden door middel van landschappelijke boringen en proefsleuven Enkel indien uit de boringen zou

- Indien archeologische indicatoren 10 worden aangetroffen en indien de bodembewaring ter plaatse voldoende goed is: uitvoer waarderend archeologisch booronderzoek op deze

- Indien archeologische indicatoren 13 worden aangetroffen en indien de bodembewaring ter plaatse voldoende goed is: uitvoer waarderend archeologisch booronderzoek op deze

Aangezien de geplande werken slechts een beperkte oppervlakte en beperkte diepte hebben, de landschappelijke kenmerken ongunstig zijn, en er geen indicatie is

Het verder onderzoek aan de hand van de proefsleuven en -putten moet in eerste instantie dus de aanwezigheid van vindplaatsen aantonen of weerleggen en indien ze aanwezig

PROGRAMMA VAN MAATREGELEN VOOR EEN EVENTUEEL UITGESTELD VOORONDERZOEK MET INGREEP IN DE BODEM Voor administratieve gegevens, de aanleiding van het vooronderzoek en de

Indien er in deze teststrook echter geen oudere vloerniveaus en/of archeologische sporen gevonden worden, wordt de verdere werfbegeleiding in deze woning