• No results found

Nota landschappelijk boor- en proefsleuvenonderzoek: Programma van maatregelen.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Nota landschappelijk boor- en proefsleuvenonderzoek: Programma van maatregelen."

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Nota landschappelijk boor- en proefsleuvenonderzoek: Programma van maatregelen.

(2)

Titel

Nota landschappelijk boor- en proefsleuvenonderzoek Lommel Stationsstraat 250-264:

Programma van maatregelen

Auteur(s)

Jeska Pepermans, Bram J. L. van Arnhem & Jeroen Verrijckt

Erkende archeoloog

2015/00053 - Jeroen Verrijckt

Projectnummer J. Verrijckt 2019-110

Projectnummer Onroerend Erfgoed 2021K30 (LBO)

2021K213 (PS)

Plaats en datum Beerse, 16/12/2021

© J. Verrijckt bvba. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag zonder bronvermelding worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door print-outs, kopieën, of op welke andere manier dan ook, zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming.

(3)

2

J. Verrijckt Archeologie & Advies Rapport Nr. 0861

INHOUD

Inhoud ... 2

1 Administratieve gegegevens ... 3

2 Gemotiveerd advies ... 4

2.1 Aanleiding vooronderzoek ... 4

2.2 Resultaten vervolgonderzoeken ... 4

1.1.1 Landschappelijk bodemonderzoek ... 4

1.1.2 Proefsleuvenonderzoek ... 4

2.1 Impactbepaling van de geplande werken ... 4

2.2 Kennisvermeerderingspotentieel en aanbevelingen... 5

3 Bibliografie ... 6

(4)

J. Verrijckt Archeologie & Advies Rapport Nr. 0861

1 ADMINISTRATIEVE GEGEGEVENS

Projectcode J. Verrijckt 2019-110

Projectcode Onroerend Erfgoed 2021K30 (LBO)

2021K213 (PS)

locatie Provincie Limburg

Gemeente Lommel

Straat Stationsstraat

Kadastrale gegevens Gemeente Lommel

Afdeling 4

Sectie D

Percelen 284K2, 284F2, 284Y, 284E2, 270K2,

270L2, 270N, 276N (partim) en 271Z

Coördinaten Noordoost X: 215.961

Y: 211.851

Noordwest X: 215.899

Y: 211.878

Zuidoost X: 215.961

Y: 211.766

Zuidwest X: 215.912

Y: 211.762

Oppervlakte plangebied 5.262 m²

Oppervlakte bodemingreep 5.262 m²

Erkend Archeoloog 2015/00053 Jeroen Verrijckt

(5)

4

J. Verrijckt Archeologie & Advies Rapport Nr. 0861

2 GEMOTIVEERD ADVIES

2.1 Aanleiding vooronderzoek

De aanleiding van het vooronderzoek met ingreep in de bodem kadert in de uitvoering van het programma van maatregelen zoals opgemaakt in de archeologienota “Archeologienota Lommel, Stationsstraat: Verslag van Resultaten” door J. VERRIJCKT en J. VERMEERSCH met projectcode 2019L157 en ID-nummer: 18986 Deze archeologienota werd opgemaakt naar aanleiding van de bouw van een nieuwbouw met ondergrondse garage aan de Stationsstraat te Lommel (prov.

Limburg). Meer informatie over de aanleiding van het vooronderzoek is terug te vinden in het verslag van resultaten.

2.2 Resultaten vervolgonderzoeken

1.1.1 Landschappelijk bodemonderzoek

Tijdens het landschappelijk bodemonderzoek te Lommel, Stationsstraat werd mogelijks één archeologisch relevant spoor aangetroffen, al kan het ook gaan om een oude ploeglaag. Verder werd een relevant archeologisch niveau, de top van de C-horizont, aangetroffen op dieptes van 95 à 170 cm-mv, gemiddeld rond 130 cm-mv, en over het algemeen onder de recente opgebrachte- en verstoringslagen. Op basis van het landschappelijk bodemonderzoek is niet duidelijk in welke mate de C-horizont al of niet werd afgegraven en/of opgehoogd. Gezien er nog duidelijke, eolische, licht beige-gele zandafzettingen aanwezig zijn, kunnen er nog archeologische sporen bewaard zijn gebleven. Vanwege de afwezigheid van een intacte bodemopbouw met goed bewaarde paleobodem, zijn er geen verdere archeologische boringen meer nodig. De geplande werken zullen een vernietigende impact hebben op eventueel nog aanwezige archeologische sporensites.

Hierdoor is verder archeologisch vooronderzoek noodzakelijk. Er wordt geadviseerd om een proefsleuvenonderzoek uit te voeren om eventuele sporensites op te sporen.

1.1.2 Proefsleuvenonderzoek

Tijdens het proefsleuvenonderzoek aan de Stationsstraat te Lommel werden geen archeologische relevante vondsten, (antropogene) sporen en/of structuren aangetroffen. Het veldwerk leverde slechts verschillende natuurlijke en antropogene verstoringen van recente tot zeer recente aard op. Een verder onderzoek wordt dan ook niet meer noodzakelijk geacht.

2.1 Impactbepaling van de geplande werken

De opdrachtgever plant op het terrein een nieuwbouw met ondergrondse garage te realiseren. Hierbij worden eventueel in het plangebied aanwezige archeologische waarden onherroepelijk vernietigd.

De aard en omvang van de ingrepen worden hieronder beschreven. Na afbraak van de huidige bebouwing zal er op het plangebied een nieuwbouw geplaatst worden. Deze zal bestaan uit drie appartementsgebouwen (51 wooneenheden in totaal) die verbonden zijn door een ondergrondse parking van ca. 2.165 m². De overige delen van het plangebied zullen verhard worden of ingericht worden als groenzone, waarbij verschillende bomen zullen behouden worden.

(6)

J. Verrijckt Archeologie & Advies Rapport Nr. 0861

Daar zullen ook nog putten en leidingen komen waarvan de ligging en diepte nog niet bekend is. De vloerplaat van de parking zal aangelegd worden op een diepte van 3,40 m -mv. De liftputten op 4,70 -mv.1

Op basis van bovenstaande gegevens kan gesteld worden dat de bodem verstoord zal worden, echter gezien er geen archeologische site werd aangetroffen, zal er ook geen archeologische site verstoord worden.

2.2 Kennisvermeerderingspotentieel en aanbevelingen

Het proefsleuvenonderzoek aan de Stationsstraat te Lommel leverde geen archeologische relevante vondsten, sporen en/of structuren op. Hierdoor is er geen kenniswinst te behalen en is er geen verder archeologisch onderzoek noodzakelijk. Een programma van maatregelen werd hierdoor niet opgemaakt.

Er wordt een advies gegeven om de terreinen vrij te geven.

De resultaten van het uitgevoerde vooronderzoek binnen deze nota bleken voldoende om het ontbreken van potentieel op kennisvermeerderingen bij verder archeologisch onderzoek te staven.

Volgens artikel 5.2. van de Code van Goede Praktijk is verder vooronderzoek dan ook niet aangewezen. De archeologienota kan, conform de Code van Goede Praktijk, als volledig beschouwd worden.

Indien tijdens de werkzaamheden toch archeologische resten worden aangetroffen, blijven de bepalingen voor het melden van toevalsvondsten van kracht. Deze bepalingen zijn terug te vinden in artikel 5.4.1 van het Onroerenderfgoeddecreet. Eventuele toevalsvondsten dienen binnen drie dagen na ontdekking gemeld te worden bij Onroerend Erfgoed.

1 VERRIJCKT en VERMEERSCH 2021, p. 8

(7)

6

J. Verrijckt Archeologie & Advies Rapport Nr. 0861

3 BIBLIOGRAFIE

VERRIJCKT J. VERMEERSCH J., 2021. Archeologienota Lommel, Stationsstraat: Verslag van Resultaten, Beerse: J. Verrijckt bvba.

Code van goede praktijk voor de uitvoering van en rapportering over archeologisch vooronderzoek en archeologische opgravingen en het gebruik van metaaldetectoren (versie 4.0), 2019.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

- Indien archeologische indicatoren 13 worden aangetroffen en indien de bodembewaring ter plaatse voldoende goed is: uitvoer waarderend archeologisch booronderzoek op deze

Indien door omstandigheden toch wordt afgeweken van de Code Goede Praktijk, dient dit gemotiveerd te worden in het archeologierapport en het eindverslag van de opgraving

Bij positieve resultaten (minstens één eco- of Steentijd-artefact in een van de boringen) wat betreft steentijdvondsten tijdens het verkennend archeologisch

Het is niet mogelijk in dit stadium een specifieke methodologie op te stellen voor deze methode van vooronderzoek met ingreep in de bodem, aangezien deze pas kan bepaald worden

Het gebouwencomplex kan verdeeld worden in drie zones: een huis uit het Interbellum in het zuidwesten, een centrale zone met kantoorruimte, keuken en

Het betreft in hoofdzaak een laatmiddeleeuwse burcht en de plattegrond van een 18de eeuws gebouw, een kapel uit de volle middeleeuwen, de sporen van een laatmiddeleeuwse site

Gezien de geplande werkzaamheden het archeologisch erfgoed zullen vernielen en een archeologische opgraving zich zou opdringen, werd ter hoogte van deze advieszone een

27.078m² en dient deels (=onderzoeksgebied: 4379m²) onderzocht te worden door middel van landschappelijke boringen en proefsleuven Enkel indien uit de boringen zou