• No results found

Vraag nr. 56 van 6 december 2002 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 56 van 6 december 2002 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 56

van 6 december 2002

van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Geestelijke gezondheidszorg – Federaal initiatief Gezien de opmerkelijke ontoereikendheid van het huidige zorgaanbod voor kinderen en jongeren met ernstige psychische en psychiatrische proble-m e n , kreeg de doelgroep jeugd prioriteit bij de uit-werking van zorgcircuits en -netwerken door de fe-derale overheid. Vanuit Vlaanderen werden de cen-tra voor geestelijke gezondheidszorg hierbij be-trokken.

Er werd in het zorgcircuit gepoogd om "iedere be-trokkene bij de geestelijke gezondheidszorg voor kinderen te motiveren tot samenwerkingsverban-d e n , waarin complementariteit van aanbosamenwerkingsverban-d en vloeiende overgangen tussen zorgvormen centraal s t a a n " . Experimenten trachten dit nu te realiseren. In de experimenten is "aandacht voor de positione-ring t.a.v. het integrale hulpverleningsplan voor kinderen en jongeren".

Wat is de betrokkenheid van de minister bij het totstandkomen van dit federaal initiatief dat impli-caties heeft voor de geestelijke gezondheidszorg door de Vlaamse Gemeenschap ?

Hoe gebeurt de afstemming in de experimentenre-gio's integrale jeugdzorg ?

Antwoord

1. Op 24 juni 2002 vond er een Interministeriële Conferentie plaats waarbij de hervorming van de geestelijke gezondheidszorg één van de agendapunten was. De behoefte aan een nieuw concept voor de geestelijke gezondheidszorg is ingegeven door de bekommernis om het zor-gaanbod aan te passen aan de zorgvraag tenein-de tenein-de effectiviteit van tenein-de zorgverlening te opti-maliseren.

Vandaar de noodzaak tot promotie van een kwalitatief en kwantitatief geoptimaliseerd bod van geestelijke gezondheidszorg. In dit aan-bod dient de patiënt en zijn behoeften en zorg-vraag richtinggevend te zijn. Dit wil zeggen dat voor elke patiënt de zorg wordt aangeboden die aan zijn of haar behoeften beantwoordt en dit bij voorkeur in de eigen omgeving van de pa-tiënt.

Deze basisfilosofie zal weerspiegeld dienen te worden in de wijze waarop de zorg wordt geor-g a n i s e e r d . Daarom heeft de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid op 24 juni 2002 beslist na te gaan hoe men samen – dus zowel vanuit de federale overheid als vanuit de ge-meenschappen en gewestelijke overheden en met respect voor ieders bevoegdheid – kan komen tot een optimalisering van het bestaande aanbod van geestelijke gezondheidszorg om ten volle te kunnen beantwoorden aan de zorgvraag van de patiënt.

Om het nieuwe concept van geestelijke gezond-heidszorg uit te werken is gekozen voor een Task force, waarin alle bevoegde overheden ze-t e l e n . Dize-t plaze-tform zal voorsze-tellen doen aan de Interministeriële Conferentie Vo l k s g e z o n d h e i d over de wijze waarop men kan komen tot een meer coherent aanbod.

Samenwerking tussen alle actoren op het ter-rein is dé sleutel om te komen tot een dergelijk globaal vraaggericht zorgaanbod. om alle part-ners in de zorgverlening op mekaar af te stem-men is het essentieel elke bevoegde overheid te betrekken bij het uitwerken van een nieuw or-ganisatiemodel voor de geestelijke gezond-h e i d s z o r g. Er moet duidelijkgezond-heid gescgezond-hapen w o r d e n , zowel op niveau van de bevoegde over-heden als op niveau van de zorgactoren, over de wijze waarop optimaal kan samengewerkt wor-den.

De opdracht van de Task Force moet gestoeld zijn op basisprincipes die het aanbieden van een k w a l i t a t i e f, vraaggericht en transparant aanbod van geestelijke gezondheidszorg moeten moge-lijk maken.

In een Gemeenschappelijke Verklaring zijn de bakens uitgezet waarbinnen de Task Force haar werkzaamheden dient te ontplooien.

De werkzaamheden van de Task Force zouden moeten uitmonden in een protocolakkoord over een toekomstig kader voor een hervorming van de geestelijke gezondheidszorg in zorgcircuits en netwerken. ook zullen de voorwaarden wor-den omschreven binnen dewelke experimenten zullen worden opgezet die dit algehele kader concretiseren voor de kind- en jeugdzorg. 2. Op 23 juli 2002 heb ik een omzendbrief gericht

(2)

Hierin heb ik mij namens de Vlaamse overheid ertoe verbonden om bij de concretisering en im-plementatie van het ontwikkelingsplan inzake integrale jeugdhulp ten volle rekening te hou-den met de verplichting voor de GGZ-v o o r z i e-ningen om psychiatrische netwerken en zorgcir-cuits te vormen. Dit geldt zowel voor de lopen-de pilootprojecten als voor lopen-de implementatie van de integrale jeugdhulp ten gronde. De reeds bestaande of nog te omschrijven zorgmodules in de GGZ vormen aldus de vertrekbasis voor de inpassing van het GGZ-aanbod binnen de inte-grale jeugdhulp.

Vanuit die optiek zullen, bij proefopstellingen in het kader van de integrale jeugdhulp, a l l e G G Z-voorzieningen voor kinderen en jongeren uitgenodigd worden hun medewerking te verle-n e verle-n . Verwacht wordt dat zij huverle-n aaverle-nbod dusda-nig moduleren dat het zowel gevat is binnen de G G Z-zorgcircuits als inpasbaar is binnen de in-tegrale jeugdhulp.

Toch blijft de afstemming tussen de twee con-cepten voor de sector op dit ogenblik nog een p r o b l e e m . Voor de sector zelf blijven de zorgcir-cuits primordiaal.

De sector Geestelijke Gezondheidszorg zelf probeert in de betrokken proefregio's een ver-gelijking te maken tussen de GGZ-z o r g m o d u l e s die in Limburg en Oost-Vlaanderen al klaar zijn en de modulering zoals voorgesteld door de In-tegrale Je u g d h u l p v e r l e n i n g. Niet alles is compa-t i b e l , maar men doecompa-t zijn bescompa-t in een vercompa-taalslag, wat ook de bedoeling was.

Op dit ogenblik is er nog een grote afstand tus-sen het conceptueel denkkader enerzijds en an-derzijds de dagdagelijkse praktijk op het werk-veld.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Los van het feit dat dit decreet meer democratie beoogde en mogelijke problemen door een gebrek aan participatie van mannen/vrouwen wou voorko- men en dat decreten ook door de

Naast de middelen van Kind en Gezin gaan er ook middelen van OCMW's, van SIF-projecten en projecten van de Koning Boudewijnstichting naar kansarme ge- zinnen.. Hoeveel middelen gaan

– Wetenschappelijke commissie geschiedenis, a r- cheologie en kunstwetenschappen (FWO) – Wetenschappelijke commissie godsdienstweten-.. schappen en

Indien een aanpassing van deze overeenkomst niet verkregen wordt binnen drie maand na het verzoek daartoe door een nieuwe operator, worden de kosten van de databank van antennesites

– Met betrekking tot de procedure zelf worden in het ontwerp van rapport ook andere knelpun- ten aangehaald : er dient door de aanvrager een bewijs geleverd te worden dat de

Welke stappen zette de minister concreet voor elk van deze organen/instellingen om aan het betrokken decreet te voldoen?. Werden er vervangingen doorgevoerd in de sa- menstelling

Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid, Gelijke Kansen en Ontwikkelingssamenwerking.

van mevrouw Riet Van