Vraag nr. 33
van 13 december 2002
van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN
A d v i e s- en beheerraden – Man-v r o u w s a m e n s t e l-ling
Decretaal is bepaald dat én alle raden van bestuur én alle adviesorganen tegen 1 januari 2002 een mi-nimale vertegenwoordiging van één derde man-nen/vrouwen moesten hebben.
Ik stel vast dat volgende organen die onder de be-voegdheid van de minister vallen hieraan niet vol-doen:
– Commissie centra (VIZO) ;
– Commissie leersecretarissen (VIZO) ; – Commissie vormgeving (VIZO) ;
– Beroepscommissie ambulante handel (VIZO) ; – Beroepscommissie auto (VIZO) ;
– Beroepscommissie bakkerij (VIZO) ;
– Beroepscommissie bandage, o r t h o p e d i s c h schoeisel, orthese en prothese (VIZO) ;
– Beroepscommissie begrafenissen (VIZO) ;
– Beroepscommissie centrale verwarming
(VIZO) ;
– Beroepscommissie coiffure (VIZO) ;
– Beroepscommissie dentaaltechniek (VIZO) ; – Beroepscommissie distributie (VIZO) ; – Beroepscommissie drukkerij (VIZO) ; – Beroepscommissie fotografie (VIZO) ; – Beroepscommissie hondentrimmen (VIZO) ; – Beroepscommissie horeca (VIZO) ;
– Beroepscommissie manège (VIZO) ;
– Beroepscommissie operator onderwaterwerken (VIZO) ;
– Beroepscommissie sanitaire installatie, gas en metalen dakbedekkingen (VIZO) ;
– Beroepscommissie slagerij (VIZO) ;
– Beroepscommissie vastgoedexpertise (VIZO) ; – Beroepscommissie vastgoedmakelij (VIZO) ; – Beroepscommissie verzekeringen (VIZO) ; – Praktijkcommissie (VIZO) ;
– Sectoriële commissie hout en bouw (SERV) ; – Adviescomité bij het
samenwerkingsprogram-ma Centraal- en Oost-Europa ;
– Vlaamse Commissie voor preventief bedrijfsbe-leid ;
– Adviescomité bij het Investeringsfonds voor Grond- en Woonbeleid voor Vlaams-Brabant. Los van het feit dat dit decreet meer democratie beoogde en mogelijke problemen door een gebrek aan participatie van mannen/vrouwen wou voorko-men en dat decreten ook door de overheid uitge-voerd moeten worden, zijn er mogelijk juridische gevolgen voor beheersdaden en/of beslissingen en/of adviezen die gesteld/genomen/gegeven wer-den.
1. Welke stappen zette de minister concreet voor elk van deze organen/instellingen om aan het betrokken decreet te voldoen ?
2. Werd er een beroep gedaan op de Pluspunt-bank ? Met welk gevolg ?
3. Werden er vervangingen doorgevoerd in de sa-menstelling van het orgaan/instelling sinds het aantreden van de minister ?
Zo ja, werd een "vacature" kenbaar gemaakt? Waar? Werd de vervanging specifiek aange-wend om de doelstelling van het decreet te be-reiken?
4. Welke adviezen/beslissingen werden door deze organen gegeven/genomen na 1 januari 2002 ? NB Gelijkaardige vragen werden gesteld aan de
Antwoord
