• No results found

Trivizier. Vijfde generatie luchtmacht krijgt vorm

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Trivizier. Vijfde generatie luchtmacht krijgt vorm"

Copied!
32
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Ontslag bij ziekte:

mag dat?

--- De lange arm van Defensie --- Loonbod massaal afgewezen ---

Vijfde generatie

luchtmacht krijgt vorm

Trivizier

(2)

Verschijnt 10 maal per jaar.

ISSN 0925–6237.

Te controleren minimale oplage: 21.000 (print) + 500 (digitaal) exemplaren

REDACTIE

Peter Visser en Daniel Lameriks

@: redactie@mijnvbm.nl REDACTIEMEDEWERKERS

Jacques van Hulsen, Flip Lodesteyn, Ronald van Riel en Jef Stassen

VORMGEVING Studio VBM

VERANTWOORDELIJKHEID

Het Algemeen Bestuur is verantwoor-delijk voor de inhoud en gevolgen van redactionele artikelen.

De redactie behoudt zich het recht voor om niet- redactionele artikelen in te korten of te weigeren. Aan de inhoud van de Trivizier kunnen geen rechten worden ontleend. Overname van artikelen alleen na verkregen toestemming van de redactie en met bronvermelding.

LIDMAATSCHAP

Leden van de VBM kunnen op elk gewenst moment hun lidmaatschap opzeggen. Bij een opzegging voor 1 december van een jaar eindigt het lidmaatschap op 31 december van dat jaar. Opzeggingen die in de maand december worden ontvangen worden pas op 31 december van het daaropvolgend jaar

CON TAC T

BEZOEKADRESSEN VBM DEN HAAG Ametisthorst 20 2592 HN Den Haag

VBM DEN HELDER Havengebouw, kamer 4-12 Het Nieuwe Diep 33 1781 AD Den Helder POSTADRES Postbus 93037 2509 AA Den Haag TELEFOON + FAX n 070 3155111 of MDTN (sterretje dan nummer)

4 Kort actueel 5 Debies visie 12 Column:

voetbal- sprookjes 13 Afdelings-

vergaderingen 14 Juridisch: ont-

slag tijdens ziekte

19 Overleg DMO

21 Service 28 Geachte

redactie 29 Familie-

berichten 30 Memo 31 Puzzel

32 Wat doet mijn bond voor mij?

8

16 6 4

IN DE ZE T RI V IZIER

COLOFON

(3)

WEBSITE WWW.VBM.INFO Hier vindt u veel informatie E-MAILADRESSEN ALGEMEEN VBM@MIJNVBM.NL BELASTINGSERVICE

BELASTINGSERVICE@MIJNVBM.NL HELPDESK

HELPDESK@MIJNVBM.NL LEDENADMINISTRATIE/

ADRESWIJZIGINGEN

LEDENADMINISTRATIE@MIJNVBM.NL REDACTIE

Waaruit bestaat jouw werk?

Voor de VBM ‘doe’ ik vooral arbeidstijden en arbo & veiligheid. Daarnaast werk ik voor de AC-vakbonden van rijks- ambtenaren.

Wat deed je voordat je bij de vakbond kwam werken?

Ik heb bestuurskunde gestudeerd aan de Universiteit Twente. In die regio heb ik ook een groot deel van mijn dienstplicht doorgebracht, op Kamp Holterhoek.

Wat is het leukste aan jouw werk?

Als we iets bereiken waar onze leden direct baat van hebben. Dat valt in een politiek- ambtelijke organisatie, die Defensie ook is, niet altijd mee. Maar het ligt mij wel om in zo’n omgeving een goed resultaat te bereiken.

Wat is er minder leuk?

Het is frustrerend om te zien hoe moeilijk het voor Defensie is om arbo en veiligheid goed te organiseren. Nog veel te vaak worden we opgeschrikt door ongevallen die voorkomen hadden kunnen worden.

Is er een moment dat je nooit zult vergeten?

De presentatie van het RIVM-onderzoek naar chroom-6 en de tegemoetkomings- regeling die we hebben afgesproken. Daar kwam alles samen wat wij als vakbond doen.

SOCIALE MEDIA TWITTER.COM/MIJNVBM

WWW.FACEBOOK.COM/MIJNVBM

WWW.VBM.INFO

Loonbod massaal afgewezen

Vakbondsleden hebben massaal ‘nee’ gezegd tegen het cao-bod van Defensie. Dat bete- kent dat de gezamenlijke bonden meer acties gaan voorbereiden.

| Lees verder op pagina 4

Is dit Chinees?

Hoe kan het dat wanneer je als militair betrokken wordt bij ‘jouw’ eigen belangen- behartiging, je geen idee hebt waar het gesprek over gaat?

| Lees verder op pagina 8

Het moet veiliger!

Het vervoer van gevaarlijke stoffen bij Defensie moet veiliger. Een groot knelpunt is de structureel tekortschietende

opleidingscapaciteit.

| Lees verder op pagina 15

De lange arm van Defensie

Defensie heeft de communicatievoorschriften voor extern optreden gewijzigd. En daaruit spreekt opnieuw géén vertrouwen in het personeel.

| Lees verder op pagina 22

Gezamenlijke acties

Niet alleen bij Defensie, maar in de hele publieke sector lopen de cao-onderhande- lingen vast. De vakbonden zijn begonnen met acties.

| Lees verder op pagina 6, 7 en 20

Lessen uit bliksemongeval

Bij een blikseminslag raakt een student in het veld zwaargewond. Deels botte pech, maar de IVD constateert dat er ook zaken zijn misgegaan.

| Lees verder op pagina 10

5th generation Air Force

Het ‘staal’ is er, of komt binnenkort: F-35, MQ-9, enzovoorts. Maar heeft een 5th gen Air Force ook een ander soort personeel nodig?

| Lees verder op pagina 16

Evaluatie BMD, deel 2

Verschaffen de artikelen in het Besluit Medezeggenschap Defensie voldoende duidelijkheid en zijn ze nog toepasbaar? Een evaluatie op hoofdlijnen.

| Lees verder op pagina 24

Ik ben Peter Wulms (52) en ik werk sinds 1 januari 1998 voor de VBM.

Daarvoor werkte ik 2,5 jaar voor

de Nederlandse Officieren Vereniging (NOV).

KOPPEN SNEL L EN IK BEN...

SOCI A L E MEDI A EN MEER

(4)

VERKIEZINGSDATA MEDEZEGGENSCHAP MEDEZEGGENSCHAPSDAG 2021

Vorig jaar kon het helaas niet doorgaan, maar dit jaar orga- niseert het Bureau Ondersteuning Medezeggenschap van de VBM weer een Medezeggenschapsdag.

Bent u lid van de VBM en zit u in een MC, dan komt u toch ook?

Noteer alvast de datum in uw agenda:

11 november 2021 Locatie: Stroe

(Uiteraard onder voorbehoud van COVID-ontwikkelingen)

BESTUURSSTAF

Directie Communicatie van het Ministerie van Defensie 14 april 2021

---

CZSK

Staf van de Groepscommandant Operationele Eenheden Mariniers

20 april 2021

Zeven Provinciën 19 april 2021

School voor Maritieme Vorming, Bedrijfsvoering en Onderwijskunde

19 april 2021

--- CLAS

30 Natresbataljon 1 april 2021

43 Brigade Verkennings Eskadron 28/29 april 2021

---

SPELD LANGDURIG LIDMAATSCHAP

KPL1 KL b.d. F. Meijer, lid sinds 1971, en de heer L.H.

Fugers, lid sinds 1969, hebben de speld voor langdurig lid- maatschap thuisgestuurd gekregen.

Wij danken beide leden voor hun jarenlange steun!

DEFENSIEMEDEWERKERS MASSAAL TEGEN LOONBOD DEFENSIE

Vakbondsleden hebben in een enquête van de gezamenlijke bon- den massaal ‘nee’ gezegd tegen het cao-bod van Defensie. De leden van álle bonden lieten massaal weten – het waren Noord- Koreaanse uitslagen – dat ze het magere bod van Defensie afwijzen en acties wensen om een beter resultaat af te dwingen.

Dat betekent dat de bonden acties gaan voorbereiden.

De bonden stelden ook een ultimatum.

Meer daarover op pagina 20 van deze Trivizier.

AOW-GAT-COMPENSATIE

Wij krijgen met enige regelmaat vragen over de AOW-hiaat- compensatie na de UGM-uitkering. Sommigen gaan ervan uit dat de 100%-aanvulling die men ontvangt van het ABP (opdracht- gever Defensie) 100% bedraagt van de laatste UGM-uitkering.

Dit is echter niet het geval. De hoogte is gelijk aan wat de AOW- uitkering zou zijn op het moment dat men op het einde van de UGM-uitkering daadwerkelijk met AOW zou zijn gegaan. Dát wordt voor 100% gecompenseerd.

KORT E BERICH T EN

(5)

Eind december liepen de onderhandelingen over een nieuwe defensie-cao vanaf 1 januari 2021 vast. Het demissionaire kabi- net Rutte III bleek niet bereid minister Bijleveld het benodigde extra geld te verstrekken om aan de arbeidsvoorwaarden- ruimte, waaronder de looneis maar ook andere verbeterin- gen voor jou, te voldoen. Ook bleek de minister niet bereid extra financiële ruimte binnen de eigen defensiebegroting voor jou beschikbaar te stellen. Via de Trivizier en een goed bezocht webinar, contacten met leden en de verspreiding van infor- matie via onze websites en social media hebben wij u daarover geïnformeerd.

Onze inzet ziet u hieronder:

INZET DEFENSIEBONDEN BOD WERKGEVER Looptijd:

1 januari 2021 tot 1 januari 2022

Looptijd:

1 januari 2021 tot 1 januari 2022 Inzet:

minimaal 2,5 %

arbeidsvoorwaardenruimte

Bod:

1,25% arbeidsvoorwaardenruimte.

Hierin zit het loonbod, maar ook andere verbeteringen voor de mensen die hiervan betaald moeten worden.

Dit bod was voor ons volstrekt onvoldoende. De kloof tussen onze inzet en het bod van Defensie bleek helaas niet te overbruggen. Ondanks dat Defensie door corona tot de vitale sectoren behoort, biedt noch de werkgever noch dit kabinet voldoende ruimte om voor jou en je collega’s een fatsoenlijke cao af te sluiten.

Velen van jullie zouden met het loonbod van de werkgever niet eens een plus op jullie salarisstrook krijgen, terwijl ik een loonsverhoging meer dan gerechtvaar- digd vind. En dan vragen we echt niet ‘het onderste uit de kan’, omdat ook wij ons realiseren dat we allemaal te maken hebben met een corona-pandemie. Als vak- bonden bij Defensie hebben wij gezamenlijk een enquête aan de leden voorge- legd. Waar wij twee opties aan de leden hebben voorgelegd:

Optie 1: Het bod niet accepteren en zo spoedig mogelijk als redelijkerwijs moge- lijk starten met vakbondsacties. Doel: beïnvloeden van de formatiebesprekingen, zodat in een nieuw regeerakkoord extra geld wordt uitgetrokken voor arbeids- voorwaarden bij Defensie.

Optie 2: Het bod van de werkgever accepteren. Dus: in totaal 1,25% aan arbeids- voorwaarderuimte in 1 jaar tijd.

Jullie kozen massaal, ongeacht de leeftijd, militair of burger (meer dan 88%) voor optie 1. Bij de andere vakbonden was de uitkomst van de leden vergelijkbaar.

Verder gaven jullie aan bereid te zijn om in actie te komen voor een fatsoenlijke cao.

Op grond hiervan hebben de defensievakbonden gezamenlijk een ultimatum- -brief naar de minister gestuurd. Wij verzoeken daarin de minister met een bod te komen dat wel aan jullie eisen voldoet en wel vóór 27 maart 2021. Mocht dat niet het geval zijn dan kunnen wij niet anders dan gezamenlijk met jullie acties te gaan uitvoeren. Wij hopen echter dat de minister haar eigen slogan ‘Personeel

Leden VBM zeggen massaal NÉÉ

j.d eb ie@mi jn vb m.nl

Trivizier liever digitaal?

Wilt u de Trivizier voortaan liever digitaal ontvangen in plaats van een papieren uitgave? Dat kan. Vul dan het formulier in dat u vindt via boven- staande QR-code.

(https://www.vbm.info/component/

rsform/form/17-aanmelden-digitale- versie-trivizier.html?skipcache=

rsform5fd37e43c8ae7)

Of geef uw mailadres en registra- tienummer via e-mail door aan redactie@mijnvbm.nl en schrijf erbij dat u de Trivizier alleen nog digitaal wilt ontvangen.

Hoe werkt het? Telkens als er een nieuwe Trivizier verschijnt, sturen we u een link waar u de Trivizier digi- taal kunt lezen. Let er dan wel op, dat wanneer in de toekomst uw mailadres verandert, u die wijziging moet door- geven aan redactie@mijnvbm.nl!

JE A N DEBIE

(6)

Voorzitters Jean Debie (VBM) en Anne-Marie Snels (AFMP) hebben don- derdagmiddag 25 februari het manifest 'Werken voor publieke taken aantrek- kelijk maken en houden' overhandigd aan minister van Defensie Ank Bijleveld en staatssecretaris Barbara Visser. Het manifest is opgesteld door vakbon- den voor Defensie, politie, onderwijs en ambtenaren werkzaam voor Rijk, provincies, gemeenten, universitair medische centra, rechterlijke macht en waterschappen. Dagelijks werken bijna één miljoen mensen aan de uitvoering van publieke taken, van wie 120.000 voor de veiligheid bij politie, Defensie en rechterlijke macht. De cao-onderhande- lingen in de overheidssectoren verlopen erg moeizaam. In nagenoeg alle sectoren zijn de onderhandelingen afgebroken of gestrand. Goede arbeidsvoorwaarden en werkomstandigheden zijn noodzakelijk om de overheidssectoren aantrekkelijk te maken én te houden voor bestaande en nieuwe werknemers. Er zijn 32.000 vaca- tures binnen de publieke sector, waarvan 9.200 bij Defensie. Het lukt politie en Defensie niet om voldoende technisch opgeleiden aan te trekken. Voor de werknemers in de laagste loonschaal (=

wettelijk minimumloon) is verhoging naar € 14 per uur noodzakelijk.

Het personeelstekort heeft forse con- sequenties voor de werkdruk en voor de veiligheidstaken die Defensie moet vervullen. Door het grote aantal vaca- tures wordt er té weinig opgeleid en geoefend. Hierdoor kunnen er veel minder militairen ingezet worden voor nationale en internationale taken. De gevolgen daarvan zien we onder andere bij de (beperkte) inzet van militair geneeskundig personeel bij de bestrij- ding van corona in verzorgings- en verpleegtehuizen.

De bonden (behorend bij de centra- les Ambtenarencentrum en ACOP) vragen om:

• Een marktconforme loonontwikkeling voor 1 miljoen overheidsmedewerkers.

• Voldoende medewerkers om de werk- druk te verminderen.

• Geen flex- en onzekere, tijdelijke contracten maar investeren in zekerheid met continue scholing en ontwikkelkansen.

• Ruimte voor de professional: vertrouw de medewerkers en geef meer zeggen- schap aan de uitvoering.

In het kader van dat laatste punt melden de bonden onder andere dat de medezeg- genschap bij Defensie (net als in andere sectoren overigens) steeds minder bij de

besluitvorming wordt betrokken. Het is vaak de politiek die bepaalde keuzes over bijvoorbeeld huisvesting maakt.

Ook wordt gepleit voor meer vertrouwen in het personeel bij externe contacten.

Nadat door flinke druk de SG Richtlijn inzake externe contacten voor defen- siemedewerkers werd ingetrokken, verscheen op 16 december 2020 in een brief aan de Tweede Kamer de nieuwe Rijksbrede richtlijn voor alle ambte- naren, die onder het direct gezag van een minister vallen. Deze richtlijn geldt nu ook voor defensiepersoneel en aanvullend daarop zijn er voor het defensiepersoneel extra maatregelen getroffen. Daarbij blijven er wel degelijk forse obstakels. Er is geen professio- nele ruimte voor het defensiepersoneel, zonder censuur vooraf, om buiten het werk om contacten met bijvoorbeeld journalisten en politici te hebben. Op straffe van een tuchtrechtelijke toet- sing achteraf.

RVU-boete

Een ander onderwerp dat de bon- den aankaarten in het manifest is de RVU-boete. Defensie krijgt nog steeds, volstrekt onterecht, jaarlijks deze boete opgelegd. Die moet nu echt van tafel, deze weeffout in de wet van 2005 moet snel worden opgelost. De UKW is immers geen VUT, pre-pensioenregeling of schijnconstructie!

Manifest overhandigd aan bewindslieden

Defensie

AC T IES

(7)

Overheidsvakbonden - waaronder de VBM en BBTV - luiden de noodklok. Er is sprake van een structurele verwaarlozing van de publieke sector. Het piept en kraakt in de uitvoering, er zijn te weinig middelen beschikbaar en op uitvoeringsniveau is de menselijke maat vaak zoek. De vakbonden (van centrales Ambtenarencentrum en ACOP) hebben gezamenlijke acties opgezet. Op woensdag 24 februari werd door middel van een laser onder andere de tekst ‘#steunpubliekesectornu’ in grote letters op het ministerie van Defensie en het Haagse stadhuis geprojecteerd.

Het is essentieel dat een nieuw kabinet een sterke overheid hoog op de agenda zet.

Een goed functionerende overheid, die klaarstaat voor burgers, komt er alleen als de overheidsmedewerkers marktconforme salarissen krijgen, goede arbeidsvoorwaar- den hebben en kunnen rekenen op voldoende collega’s en goede ondersteunende faciliteiten. Op al die punten schiet de overheid als werkgever fors tekort. De nood- zaak om te gaan investeren is nu groter dan ooit.

Jean Debie, voorzitter van het Ambtenarencentrum: ‘Willen we dat de publieke sector niet verschraalt, dan moeten we echt investeren in deze mensen en het werk dat zij doen.’

Judy Hoffer, lid dagelijks bestuur FNV en voorzitter Algemene Centrale Overheidspersoneel FNV (ACOP FNV):

‘Het werk van de publieke sector is heel belangrijk. De regering steunt op 1 miljoen mensen, zij werken als docent, politieagent, militair of als ambtenaar op een ministerie of gemeentehuis, en zíj houden Nederland mee draaiende. De regering, als de grootste werkgever van ons land, geeft haar werknemers hier niets voor terug. Cao-onderhandelingen in nagenoeg alle overheidssectoren lopen

moeizaam of zijn afgebroken zoals bij politie, Rijk, gemeenten en Defensie. Het kabi- net laat zijn eigen mensen in de kou staan. Voor enkele sectoren is er applaus, maar daar kun je niet van eten. Juist nu moet worden geïnvesteerd in hun werk.’

Kijk voor meer nieuws over de acties op www.vbm.info

Laseractie bij ministerie van Defensie

De laser op het stadhuis en hier rechts en op de bovenste foto op Defensie.

(8)

Van de Wakker vertelt: “Ik ben in 1984 begonnen als marinier algemeen. Na 4 jaar ben ik verbindelaar geworden. Ik maakte uitzendingen mee naar onder andere Cambodja en Irak. De eerste 10 jaar bij het Korps Mariniers zei ik altijd:

ik lees wel in de krant waar ik nu weer naartoe ga.”

In 2003 raakte hij voor het eerst betrok- ken bij de medezeggenschap. “Ik werd tot voorzitter gebombardeerd van de MC van het eerste mariniersbataljon.

Bij nader inzien ging dat niet helemaal conform de procedures. Het waren vinger oefeningen in het voeren van over- leg. Ik heb geprobeerd zaken aanhangig te maken, maar zonder de opleidingen of inzicht in hoe de medezeggenschap behoort te functioneren.”

In 2016 begon hij steeds meer verontrus- tende signalen te krijgen, dat het met de plannen voor de marinierskazerne in Vlissingen de verkeerde kant opging. Hij vreesde dat, door de dagelijkse hectiek en de focus op oefeningen en operaties, de aandacht voor de kazerne voor de toe- komst erbij in zou schieten.

“Ik las toen een artikel in de krant over het advies van de geschillencommissie over de gedwongen verhuizing van DMO naar de Kromhoutkazerne. Ik verbaasde mij over dat advies, want de commissie stelde de medezeggenschap van DMO in het gelijk, maar legde zich toch neer bij het voldongen feit van de prestigieuze kazerne waarvoor de businesscase niet klopte. De Tweede Kamer had de minis- ter opdracht gegeven het op te lossen en

het personeel was de klos. Ik dacht: de businesscase van de marinierskazerne Vlissingen klopt ook niet. Laat het de mariniers niet overkomen dat ze óók worden geconfronteerd met oneigenlijk voldongen feiten!”

Van de Wakker nam toen contact op met de in dat artikel genoemde Jef Stassen, met de vraag of die hem kon adviseren.

“Het was Kerstverlof, maar binnen een half uur kreeg ik antwoord. Ik was al sinds 1984 lid van de VBM, maar had de relatie met medezeggenschap nooit zo gelegd. Jef heeft ons met grote des- kundigheid en engelengeduld begeleid en op het spoor van het URD gebracht.

Dat heeft, via de geschillencommissie, tot resultaat geleid.

Dankzij het vangnet van het BMD is naar mijn overtuiging een groot ongeluk

‘Mijn collega’s in Doorn moesten eens weten…

Eerste-luitenant-der-mariniers Bert van de Wakker (55) werkt sinds 1 januari voor de VBM. Hij gaat zich bezighouden met ondersteuning van de medezeggenschap en met het overleg met Defensie. Hij neemt de taken over van Jef Stassen, die deze zomer met vervroegd pensioen gaat. Bert van de Wakker was tot voor kort voorzitter van de medezeggenschapscommissie die een moeizame, maar uiteindelijk succesvolle strijd leverde tegen de politieke beslissing om het Korps Mariniers te huisvesten in de nieuw te bouwen Michiel Adriaanszoon de Ruyterkazerne te Vlissingen.

E V EN VOOR ST EL L EN ...

(9)

voorkomen. Niet in de laatste plaats dankzij de deskundige adviezen van hoofdzakelijk de VBM. En het is een bevestiging van de waarde van het BMD. Ik heb de stoffig ogende regel- geving leren waarderen.”

Is dit Chinees?

De overstap naar de VBM is een grote, erkent Van de Wakker. “Bij de eerste overleggen die ik bijwoonde leek ik een buitenstaander in een nieuwe wereld vol potjeslatijn. Ik dacht dat ik wel verstand had van Defensie en medezeggenschap. De eerste uren dacht ik: dit had net zo goed in het Chinees kunnen zijn; ik had geen idee waarover het ging. Dus heb ik een lijst gemaakt van inmid- dels een paar honderd begrippen.

Nu, na 2 maanden, herken ik het jargon. Ik snap trouwens dat jargon soms onvermijdelijk is, maar aan de andere kant is het wel opmerkelijk dat wanneer je als militair betrokken wordt bij ‘jouw’ belangenbeharti- ging, je geen idee hebt waar het over gaat! Achteraf bezien had ik bij de opera tionele eenheid mijn werkdag moeten beginnen met het lezen van de Trivizier, om er bredere SA mee te vergaren over heel Defensie. Ik lees de Trivizier nu vanuit een nieuw perspectief, omdat ik niet alleen ken- nis moet hebben over de marine en het Korps Mariniers. Dan blijkt de inhoud een zeer waardevolle bron om te lezen.”

Rook uit het dak

Van de Wakker zegt veel respect te hebben gekregen voor vakbonden.

“Ik wist niet wat vakbonden alle- maal deden. Dat is de paradox van preventie. Omdat ze zo veel doen en afvangen, zonder dat het personeel

dat weet, heeft het personeel ook geen last van wat er was gebeurd als de vak- bonden er, soms achter de coulissen, géén invloed op hadden uitgeoefend.

Mijn collega’s in Doorn moesten eens weten wat de VBM allemaal doet, en de brandjes die geblust worden voordat de rook uit het dak komt. In mijn 35 jaar bij Defensie heb ik nooit weet gehad van wat de vakbond allemaal voor ons betekent. Het is volkomen onterecht dat sommigen in deze tijd van flexibiliteit en individualisering denken geen vakbond meer nodig te hebben. Ze weten niet wat ze missen. Als je geen collectief hebt, en geen gezonde ‘checks & balances’, dan

ben je verloren.” 

“Het is volkomen onterecht dat sommigen in deze tijd van flexibiliteit en individualisering denken geen vakbond

meer nodig te

hebben. Ze weten

niet wat ze missen.

(10)

19 juni 2019. 14 studenten van een Regionaal Opleidingscentrum(ROC) hebben, als onderdeel van hun beroeps- praktijkvorming, de nacht doorgebracht in een schuilbivak op de Ossendrechtse Heide vlak bij de Belgische grens. Kort voordat zij ’s ochtends aan een verken- ningsopdracht beginnen, worden zij verrast door een harde donderslag. Er is weliswaar onweer voorspeld, maar op een later tijdstip die dag. Even later volgt een tweede ontlading. Bij deze blikseminslag worden enkele stu- denten getroffen. Eén van hen raakt zwaargewond.

De Inspectie Veiligheid Defensie (IVD) heeft onderzoek gedaan naar het voorval. Over het optreden van de instructeurs direct na de calamiteit is

het rapport duidelijk: zij hebben snel gehandeld en hebben levensreddend opgetreden. Dit is mede te danken aan hun ervaring. Maar de IVD constateert dat er ook zaken zijn misgegaan.

De instructeurs van de KMSL (Konink- lijke Militaire School Luchtmacht) die bij de beroepspraktijkvorming betrokken waren, raadpleegden in de avond van 18 juni de openbare weerapps op hun tele- foon. Volgens deze apps zou het op 19 juni de hele dag regenen en later in de middag ook gaan onweren. De volgende ochtend constateerden de instructeurs rond 6.50 uur dat het KNMI voor de middag ‘code geel’ had afgegeven van- wege het dreigende onweer. Ze besloten de DAF personeelscontainer mee te nemen naar het oefenterrein. De groep

kon dit voertuig als schuilplaats en eva- cuatiemiddel gebruiken.

Rond 7.30 uur werd nog een keer de weerapp gecheckt. De studenten kre- gen vervolgens omstreeks 8.00 uur instructies en een bevelsuitgifte voor de komende opdracht. De opdracht was om in een bosperceel vlak bij het schuilbivak een 360-graden beveili- ging in te richten en van daaruit een andere locatie te verkennen. Op geringe afstand bevonden zich instructeurs met 4 voertuigen: 2 Amaroks, de eerder- genoemde personeelscontainer en een DAF-materiaaltruck.

De studenten waren net in het bosper- ceel bezig de rondombeveiliging in te richten en zich te camoufleren, toen de bliksem dichtbij insloeg. Een instructeur

Lessen trekken uit bliksemongeval

Naderende Mesoscale Convective System (MCS). Een MCS is een complex weersys- teem van enkele tientallen tot honderden kilometers in doorsnee. MCS’s zijn moeilijk voorspelbaar en gaan gepaard met onweer, hagel en fikse windstoten. (bron: JMG)

R A PP ORT I V D

(11)

belde zijn collega bij de voertuigen, om te vragen de personeelscontainer naar de studenten te rijden, om in te kunnen schuilen. Hij moest de groep verlaten omdat het bereik van zijn mobiele tele- foon in het bosperceel beperkt was. Een andere instructeur verliet de groep om het wolkendek te bekijken. Het was 8.29 uur en het regende niet. Op dat moment sloeg de bliksem opnieuw in; deze keer in een boom in het bosperceel waar de studenten aan het werk waren.

Toen de studenten in de gaten kregen dat een van hen er slecht aan toe was, riepen ze om hulp. De instructeurs belden direct 112. Intussen hielpen de studenten elkaar op basis van de aangeleerde ZHKH. Instructeurs con- troleerden de ademhaling en hartslag.

Toen zij niets waarnamen, startten zij met reanimeren.

Zo’n tien minuten na de blikseminslag kwam het slachtoffer, dat nog altijd gereanimeerd werd, per Amarok bij het hulpverlening-overdraagpunt aan.

De politie was omstreeks 8.42 uur ter plaatse met AED, de KMar was er om 8.44 uur en om 8.47 uur arriveerde de eerste civiele ambulance. Het slachtoffer werd uiteindelijk naar een ziekenhuis in Antwerpen vervoerd.

Was dit ongeluk botte pech? Het onweerscomplex had zich op 18 juni ontwikkeld boven West-Frankrijk. Het KNMI verwachtte dat dit onweer langs de kust van Nederland zou trekken en gaf dinsdag 18 juni om 16.30 uur een

‘code geel’ af voor woensdagmiddag 19 juni, maar niet voor de ochtend.

Op de Vliegbasis Woensdrecht bevindt zich de Joint Meteorologische Groep (JMG). In de eerste helft van de nacht van 18 op 19 juni werd op de weerkamer van de JMG duidelijk dat het onweer

zich niet langs de kust verplaatste, zoals aanvankelijk werd verwacht, maar dat het via de provincie Zeeland Nederland binnenkwam. Dit soort ontwikkelingen zijn typisch voor Mesoscale Convective Systems (MCS). Een MCS is een com- plex weersysteem van enkele tientallen tot honderden kilometers in doorsnee.

MCS’s zijn moeilijk voorspelbaar en gaan gepaard met onweer, hagel en fikse windstoten.

De weerkamer van de JMG volgde het MCS nauwgezet en nam het gevaar voor onweer op in de meldingen en rapporten.

De weerkamer van de JMG heeft met defensieonderdelen afspraken gemaakt over wie moet worden gewaarschuwd voor gevaarlijke weersomstandigheden zoals storm, hagel en onweer.

Om 7.12 uur registreerde de weerkamer van de JMG de eerste bliksemont lading boven Vliegbasis Woensdrecht. De JMG informeerde het squadron niet over het onweer, omdat het zich niet voor deze dienst had aangemeld. De Officier van Basisdienst en het onder- deelscoördinatiecentrum ontvingen de weersinformatie wel, maar gaven de informatie niet door aan het squadron, aangezien dit niet in hun instruc- ties stond.

RI&E

De organiserende eenheid was onvol- doende voorbereid op een calamiteit tijdens de beroepspraktijkvorming, constateert de IVD. Zo ontbrak een duidelijk medisch evacuatieplan en hadden de instructeurs geen AED en reservecommunicatiemiddelen bij zich.

Dit was mede een gevolg van een incom- plete risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). Noch in de RI&E, noch in de spe- cifieke VeVa-order was vastgelegd hoe de instructeurs in geval van slecht weer moesten handelen. Hierdoor moesten de instructeurs ter plekke bepalen hoe te handelen toen zij plotseling met de extreme weersomstandigheden werden geconfronteerd.

De beheersmaatregelen die de com- mandant wel nam om risico’s tijdens de beroepspraktijkvorming te beper- ken en de veiligheid te vergroten, waren verspreid in verschillende documen- ten weergegeven. Dat belemmerde het overzicht. In de VeVa-order was geen aanvullende analyse opgenomen van de activiteiten tijdens de beroepspraktijk- vorming. Zo’n aanvullende analyse had kunnen uitwijzen dat niet alle relevante risico’s in de RI&E waren beschreven.

De eenheid werkt inmiddels met een aangepast concept-RI&E.

Aanbevelingen

Het onderzoek door de IVD onder- streept het belang van een zorgvuldige voorbereiding van oefeningen door risico’s te identificeren en deze vervol- gens expliciet af te wegen. De inspectie beveelt Defensie in verband hiermee het volgende aan:

zorg dat de informatie in voorschriften, orders, instructies, e.d. over risico’s en hoe deze te beheersen eensluidend is.

Beschrijf duidelijk hoe te handelen in geval van calamiteiten;

maak de risico’s van slecht weer een verplicht onderdeel van de RI&E bij oefeningen en koppel deze aan beheers- maatregelen om in voorkomende gevallen tijdig te kunnen handelen. 

Foto: IVD

(12)

Voetbalsprookjes

Denkt u zich eens in: het Nederlands Elftal is zojuist uitgeschakeld in de eerste ronde van het WK-voetbal. De hooggespannen verwachtingen zijn geen moment waargemaakt. In elke linie kwam de ploeg tekort, spelers oogden moe- gestreden en konden het conditioneel allemaal niet meer belopen. Het is nu kort na de wedstrijd en het wachten is op de verklaring van de bondscoach die inmiddels vier jaar aan het roer staat.

Intussen spreken voetbalanalisten op tv over wat er allemaal gebeurde sinds zijn aanstelling.

De spelers moes- ten even wennen aan de nieuwe figuur. Daarbij speelde natuur- lijk een grote rol dat de ploeg door eerdere hoofdtrainers keihard in de steek was gela-

ten. Maar toch, na over en weer wat gesnuffel ontstond vertrouwen: de coach sprak veel met individuele spelers en her- stelde de vergeten traditie in ere om een hulptrainer aan te stellen. Deze moest zich voornamelijk bekommeren om het welzijn van de spelers. Een schone taak, want vooral de routiniers binnen de hechte ploeg voelden zich al een tijdje miskend. En terecht: jarenlang speel- den ze fantastische uitwedstrijden tegen geduchte tegenstanders. Internationaal werd het team alom geroemd voor de dominantie in de lucht. Ook het verfijnde positiespel over de grond oogstte lof.

Daarom stak het de internationals ook zo dat ze moesten spelen in vale shirtjes

en trainen met oude, welhaast ovale bal- len. Geldgebrek; jullie doen het er maar mee, zo reageerde de voetbalbond jaren- lang. De nieuwe bondscoach vergaarde dan ook de nodige sympathie toen hij al snel met nieuwe trainingspakken kwam aanzetten. Daarna bleef het echter weer lang stil: tot ongenoegen van de spelers werden de winstpremies bevroren en inmiddels vielen de gaten in de Oranje- shirts. Vlak voor het WK verzuchtten ze bovendien dat de selectie eigenlijk ook veel te klein was voor een succes-

volle eindronde.

Ze hadden een vooruitziende blik, zo con- cluderen de tv-analisten nu.

Ah, daar is de bondscoach. In zijn slotwoord vertelt hij met opgeheven vin- gertje dat er veel meer geld in Oranje moet worden gepompt. De spelers douchen bij thuis- -interlands zelfs met ijskoud water en dat moet radicaal anders, zo briest de coach. Als vanuit de zaal de vraag klinkt waarom hij niet eerder aan de bel trok, volgt er geen antwoord. De bondscoach wil nog wel even kwijt dat hij tot aan het volgende WK graag opnieuw vier jaar lang aan het roer staat. Einde persconferentie.

Tsjonge, je weet toch niet wat je leest.

Gelukkig komt zoiets alleen in voetbal- sprookjes voor en gebeurt het niet in de echte wereld, laat staan bij Defensie.

Flip Lodesteyn

... dat ze moesten spelen in vale shirtjes

en trainen met oude, welhaast ovale ballen ...

COLUMN

(13)

AFDELING LIMBURG Dinsdag 6 april 2021 Aanvang: 20.00 uur Brasserie MINLI

Strijthagen BV, Einsteinstraat 5 6372 BW Landgraaf

AFDELING ZWOLLE Woensdag 7 april 2021 Aanvang: 19.30 uur

Gebouw 150 Tonnetkazerne Eperweg 141 - 8084 HE ’t Harde

AFDELING DOORN Donderdag 8 april 2021 Aanvang: 10.00 uur VBH-kazerne, Gouden Bal Oude Arnhemse Bovenweg 1D 3941 XM Doorn

AFDELING TWENTE/EIBERGEN Donderdag 8 april 2021

Aanvang: 19.30 uur Kulturhus

Henry Woodstraat 62 7558 CP Hengelo

AFDELING APELDOORN Maandag 12 april 2021 Aanvang: 19.30 uur Echos Home Deelenseweg 28 6816 TS Schaarsbergen

AFDELING WEST-BRABANT Dinsdag 13 april 2021

Aanvang: 19.30 uur Polski Dome, geb-D

‘Sociëteit Onder de Toren’

Trip van Zoudtlandt kazerne De la Reijweg 95 - 4818 BA Breda

Planning Afdelingsvergaderingen

Voorafgaand aan de 106e Algemene Vergadering van de VBM staan de volgende afdelingsvergade- ringen gepland. Het is raadzaam om kort van tevoren onze website www.vbm.info te raadplegen voor eventuele wijzigingen.

AFDELING ASSEN Woensdag 14 april 2021 Aanvang: 19.30 uur Brammert

Johan Friso Kazerne

Balkenweg 3 - 9405 CC Assen

AFDELING VOLKEL/DE PEEL Donderdag 15 april 2021 Aanvang: 20:00 uur

Scouting gebouw ‘de Pionier’

Hulstheuvel 15 - 5404 PR Uden

AFDELING EINDHOVEN Maandag 19 april 2021 Aanvang: 19.30 uur Echos Home Oirschot Eindhovensedijk 33 5688 GN Oirschot

AFDELING VALKENBURG Dinsdag 20 april 2021 Aanvang: 20.00 uur (zaal open vanaf 19.30 uur) Dorpscentrum Oegstgeest Lijtweg 9 - 2341 HA Oegstgeest

AFDELING DEN HELDER Woensdag 21 april 2021 Aanvang: 19.00 uur Dukdalf Beuk 1 Hoofdgracht 4 1781 AA Den Helder

AFDELING ROTTERDAM Donderdag 22 april 2021 Aanvang: 14.00 uur Echos Home

‘Het Anker’ Van Ghentkazerne Toepad 120

3063 NJ Rotterdam

AFDELING ZEELAND Woensdag 28 april 2021 Aanvang 19.00 uur VOC

Faradayweg 1 4382 NX Vlissingen

AFDELING AMERSFOORT/UTRECHT Donderdag 29 april 2021

Aanvang 19.30 uur Sporthal Rustenburg

Fürglerplein 3 - 3815 KZ Amersfoort

AFDELING DEN HAAG Maandag 3 mei 2021 Aanvang: 19.30 uur VBM-kantoor Ametisthorst 20 2592 HN Den Haag

AFDELING DUITSLAND Dinsdag 11 mei 2021 Aanvang: 19.00 uur

Prins Claus Kazerne, gebouw 4, Grevenstrasse 133

46159 Münster

A FDEL INGEN

(14)

Een samenloop van ontslaggronden

In zulke gevallen mag Defensie in principe overgaan tot ont- slag, ook als er nog geen 2 ziektejaren zijn verstreken. Het zal vaak lastig zijn om succesvol bij de bestuursrechter te bepleiten dat Defensie toch de ontslagbeschermingstermijn van 2 jaar in acht moet nemen en voor de ontslaggrond wegens ziekte moet kiezen. De bestuursrechter geeft namelijk aan dat Defensie keuze vrijheid heeft. Alleen als het ontslagbesluit in strijd is met het zorgvuldigheidsbeginsel, het evenredigheidsbeginsel of een algemeen rechtsbeginsel, dan kan het geen stand houden.

De rechtspraak leert dat hiervan niet snel sprake is.

Toch zijn er uitzonderingen. Een paar jaar geleden hebben we een cliënt bijgestaan die om medische redenen uit de oplei- ding was ontheven. Al na een paar maanden ziekte kreeg hij een ontslagbesluit wegens ‘ontheffing uit de opleiding’. In de juridische procedure is aangevoerd dat dit in strijd is met de ontslagbeschermingstermijn van 2 jaar. De hoogste bestuurs- rechter volgde dat standpunt en oordeelde dat de cliënt pas na 2 jaar ziekte mocht worden ontslagen.

Verder kan het lonen om met Defensie in een vroeg stadium of tijdens een bezwaarprocedure te bespreken of de ontslaggrond kan worden gewijzigd naar ziekte. Neem het voorbeeld van een militair met een dienstverbandaandoening die op 1 januari 2019 ziek is geworden. Op grond van de ontslagbeschermingstermijn zou hij pas op zijn vroegst per 1 januari 2021 kunnen worden ontslagen. In de tussentijd deed zich echter een andere ont-

slaggrond voor: voor de militair was er geen mogelijkheid om door te stromen naar fase 3. Onder verwijzing naar deze ont- slaggrond werd hij (al) per 1 augustus 2020 ontslagen. Daardoor kon hij echter geen aanspraak maken op bepaalde financiële vergoedingen. Voor het arbeidsongeschiktheidspensioen is bij- voorbeeld vereist dat je bent ontslagen op grond van ziekte.

Met behulp van zijn zorgcoördinator bij het ABP heeft de militair bij Defensie het verzoek ingediend om de ontslag- grond te wijzigen naar ziekte, waaraan gehoor is gegeven.

Verder hebben de juristen van de VBM in (bijzondere) gevallen van ontslag wegens wange- drag een aantal keer succes gehad en is na overleg met

Defensie voor de ontslaggrond ziekte gekozen. Het ging dan vaak om militairen met een dienstverbandaandoening.

Als Defensie bereid is om de ontslaggrond aan te passen naar ziekte, is het vaak lastig om voor elkaar te krijgen dat de betrokkene ook nog in dienst wordt gehouden totdat de ont- slagbeschermingstermijn van 2 jaar is verstreken. Omdat Defensie in beginsel niet verplicht is om de ontslaggrond te wij- zigen en de andere ontslaggrond zou kunnen aanhouden, moet deze opstelling van Defensie toch worden gezien als winst. 

Voor zieke medewerkers geldt een ontslagbeschermings- termijn van 2 jaar. Dit betekent dat je in beginsel gedurende de eerste 2 jaar van ziekte niet mag worden ontslagen.

Maar wat als zich in die ziekteperiode ook een andere

ontslaggrond aandient? Bijvoorbeeld omdat er sprake is van wangedrag, de VGB wordt ingetrokken of doorstroom naar fase 3 niet mogelijk is?

Tekst: mr. Hanneke Nummerdor-Buijs

JURIDISCH

(15)

Het vervoer van gevaarlijke stoffen bij Defensie moet veiliger. In de hele keten, van afzender tot controleur, zijn er ver- beterpunten. Een groot knelpunt daarbij is een structureel tekortschietende opleidingscapaciteit.

Dat blijkt uit onderzoek dat de Inspectie Veiligheid Defensie (IVD) uitvoerde.

Defensie moet zorgen dat medewer- kers die belast zijn met het vervoer van gevaarlijke stoffen tijdig de voorgeschre- ven opleidingen volgen. Dat is één van de aanbevelingen uit het onderzoek van de IVD. Daarvoor moet de oplei- dingscapaciteit van het Opleidings- en Trainingscommando Logistiek wor- den vergroot.

Bij een controle in 2016 op een militair wegtransport van zuurstof- cilinders tussen het Logistiek Centrum Woensdrecht en het Centrum voor Mens en Luchtvaart te Soesterberg, bleek een aantal zaken niet op orde. De cilin- ders waren niet volgens de regelgeving getest, geëtiketteerd en vrijgegeven voor

vervoer over de weg. De Commandant Luchtstrijdkrachten stelde naar aanlei- ding van de geconstateerde overtreding (en eerdere voorvallen met het vervoer van gevaarlijke stoffen) een Commissie van Onderzoek in. De commissie deed zes aanbevelingen. De Commandant Luchtstrijdkrachten nam deze alle- maal over.

Op 21 juni 2018 was er een debat in de Tweede Kamer over het rapport. Tijdens het debat verzocht de Kamer de regering om een onafhankelijk onderzoek te laten doen naar de uitvoering van de aanbeve- lingen. De Inspectie Veiligheid Defensie (IVD) heeft dit onderzoek nu uitgevoerd.

De inspectie komt tot de conclusie dat de maatregelen slechts ten dele zijn uitgevoerd. Alle onderdelen van de luchtmacht hebben inmiddels een veiligheidsadviseur aangesteld. De com- municatie over veiligheid is zowel op centraal niveau als bij de onderdelen verbeterd en maakt deel uit van het vei- ligheidsmanagementsysteem. Ook heeft de Commandant Luchtstrijdkrachten het belang van veilig vervoer van gevaar-

lijke stoffen door de lucht en het rapport van de Commissie van Onderzoek onder de aandacht gebracht bij de top van de andere zes defensieonderdelen.

Daarmee zijn drie maatregelen uit het onderzoeksrapport uitgevoerd. De drie overige maatregelen zijn nog niet volle- dig uitgevoerd, stelt de IVD vast. Deze hebben betrekking op voorwaarden die essentieel zijn om verbeteringen te bewerkstelligen, zoals volledig opgeleide functionarissen, waarborging van het veiligheidsbewustzijn en inzicht in de benodigde en gevolgde opleidingen.

In haar onderzoek, dat zich in eerste instantie richtte op de uitvoering van de maatregelen bij de luchtmacht, con- stateert de inspectie een aantal bredere aandachtspunten.

Bij alle defensieonderdelen ontbreekt het aan voldoende opgeleid personeel.

Het personeel dat wel is opgeleid, kan niet voldoende ervaring opdoen. Ook ontbreekt het aan voldoende oplei- dingscapaciteit voor de voorgeschreven opleidingen. Dit probleem speelt al jaren.

Onvoldoende opgeleid en ervaren per- soneel bij de defensieonderdelen vormt een risico voor het veilig vervoeren van gevaarlijke stoffen door de lucht.

Het rapport is hier te downloaden:

https://www.ivd.nl/binaries/ivd/documenten/

rapporten/2021/02/11/vgs-rapport/IVD+On- derzoeksrapport+

Gevaarlijke+Stoffen_20210211.pdf

Defensie heeft in een beleidsreactie aan- gegeven hoe het de aanbevelingen van de IVD gaat uitvoeren:

https://www.ivd.nl/binaries/ivd/documenten/

kamerstukken/2021/02/11/kamerbrief- onderzoeksrapport-vervoer-gevaarlijke- stoffen/Kamerbrief_

onderzoeksrapport_IVD_VGS_20210211.pdf

Structureel

opleidingstekort voor vervoer

gevaarlijke stoffen

A RBO

(16)

Het ‘staal’ is er, of wordt binnen enkele jaren verwacht. Met de komst van de F-35, de MQ-9, nieuwe Chinooks en Apaches en met de A330 MRTT op Eindhoven, wordt de 5th generation Air Force steeds meer tastbaar. Maar hoe ziet zo’n 5e generatie luchtmacht er ver- der uit? Wat merken de vlieger, monteur, maar ook de andere luchtmachtcollega’s van deze overgang? Volgens kolonel Jeroen ‘BUC’ van Bruchem, Hoofd Transitie Koninklijke Luchtmacht, gaat de overgang naar de 5th generation Air

Force aan geen luchtmachter voorbij.

“Tenminste, als we het goed doen.”

Van Bruchem begon in 2000 als Apachevlieger. “Dat heb ik grofweg 10 jaar operationeel gedaan. Het waren prachtige jaren; ik had dat voor geen goud willen missen. Niet alleen omdat het ertoe deed, maar ook omdat het je als mens completer maakt. En, het sterkt me in deze transitie omdat je aan den lijve hebt ervaren hoe we als luchtmacht beter kunnen worden.”

Tijdens de missies naar onder andere Afghanistan zag de Apachevlieger de noodzaak van ‘joint’ werken steeds gro- ter worden. “We deden dat werk voor en met onze wapenbroeders op de grond.

Hoewel we in Afghanistan heel goed zijn geworden in Close Air Support en het werken met JTAC’s (joint terminal attack controllers), merkte ik ook hoe moeilijk het was om genetwerkt en bevei- ligd te kunnen communiceren tussen het lucht- en gronddomein en met andere NAVO-partners. Interoperabiliteit is iets

‘Dit is een transitie waar elke

luchtmachter iets van gaat merken’

Kolonel Jeroen ‘BUC’ van Bruchem over de 5e generatie luchtmacht

IN T ERV IE W

(17)

wat écht fundamenteel beter moet.”

Na zijn actieve vliegercarrière volg- den eerst functies als behoeftesteller in Den Haag en OPS-officier van het 302 squadron in Fort Hood, Texas. Na terugkeer op Gilze-Rijen werd hij daar Hoofd Operaties. Na een periode in het kabinet van de Commandant der Strijdkrachten als strategisch adviseur is hij nu hoofd van het transitieprogramma van de luchtmacht. Doel is de organisatie geheel om te vormen tot een 5e generatie luchtmacht.

Wat is een 5th generation Air Force?

Van Bruchem: “Het is een luchtmacht die – over niet al te lange tijd, tussen vandaag en 2025 – klaar is om op het nieuwe slagveld air power goed tot zijn recht te laten komen. Je ziet dat het slagveld digitaliseert; het gevecht wordt ook in andere domeinen gevoerd, zoals het informatiedomein. Als je ziet dat vijanden zich slimmer genet- werkt manifesteren, moeten wij niet op eilandjes blijven zitten. Wij moe- ten informatie-dominantie creëren.

We moeten informatie beter en sneller verwerken tot inlichtingen, die we in kwestie van minuten moeten kunnen gebruiken om het luchtwapen slimmer te kunnen inzetten.

We zijn een kleine luchtmacht en moe- ten het vooral hebben van hoogwaardige wapensystemen. We zijn nu goed op het tactisch niveau, maar dat moeten we ook durven te ontstijgen.

Naast de informatie-dominantie die ik zojuist benoemde, is ook wendbaarheid heel belangrijk, en het kunnen uitoe- fenen van invloed op het operationele niveau. Simpel gezegd: als je wel 5e generatie wapenplatforms hebt, zoals de F-35 en de MQ-9 die we binnenkort gaan ontvangen, maar je maakt als organisa-

tie niet de omslag die daarbij hoort, dan kun je de capaciteiten van die wapen- systemen niet ten volste benutten.”

Er komen straks 4 commando’s.

Naast het Defensie Helikopter Commando (DHC) dat al jaren bestaat, worden dat het Air Combat Command (AAC), Air Mobility Command (AMC) en Air Support Command (ASC).

Waarom is dat nodig?

“Om een aantal redenen, waarvan 1 is dat we de organisatie zo plat mogelijk willen houden. In de praktijk hoeven we straks minder onderdelen aan te stu- ren – 4 Commands – die ook nog eens op elkaar lijken. Het wordt er eenvou- diger op, ook omdat we die Commands zo inrichten dat ze elkaar gemakkelijker weten te vinden dan nu. We werken nu nog te veel op eilandjes.

Alle Commands worden naar blauw- druk van het DHC ingericht. Dat is een structuur die ook bekend is binnen de NAVO. In die inrichting van de orga- nisatie worden bovendien de digitale principes verwerkt. Cyberbewustzijn en cyberbeveiliging, maar ook het beter gebruikmaken van de grote hoeveelheid data die zowel uit de nieuwe wapen- systemen komt, maar ook naar de nieuwe wapensystemen toe moet.”

Dat is wat abstract. Kunt u het wat concreter maken?

“Wat we willen bereiken, is dat wat een MQ-9 in het inzetgebied ziet, waar dan ook ter wereld, binnen minuten bij de operators aankomt, die de beelden en analyse nodig hebben om beter ingezet te kunnen worden. Dat is ons doel. De inrichting van de organisatie is daarop gericht. Het kan best zijn dat ook de bedrijfsvoering door deze structuur eenvoudiger en effectiever wordt, dat is dan mooi meegenomen, maar dat is niet het doel.”

Wat zijn de ervaringen met ‘5th generation Air Force’ in het buitenland?

“De VS zijn op aantal terreinen kop- loper, maar qua besturingsvorm zijn zij te verschillend van ons. De Australische luchtmacht is wel te vergelijken met onze luchtmacht. Zij zijn in omvang en systemen vergelijkbaar. Zij gebruikten de term ‘5th gen Air Force’ overigens al eerder dan wij. Maar ook de Noren, Britten en Denen maken een vergelijk- bare ontwikkeling door.

De Australiërs hebben recentelijk voor het eerst gevlogen met een loyal wing- man-concept, waarbij serieuze drones, met capaciteiten vergelijkbaar aan de F-35, met een fighter meevliegen.

Daardoor kun je meer massa op de mat brengen. Het effect van 6 F-35’s met het risico voor 2 man. Die hybride vormen gaan we de komende tijd meer zien.”

De F-35 is een duur toestel. Zou een 5th gen Air Force ook zonder F-35 kunnen?

“Als je kijkt naar de huidige en toekom- stige luchtverdedigingssystemen en vijandelijke straaljagers, dan heb je de F-35 echt nodig om die te kunnen coun- teren. Over 30 jaar heb je misschien

Nederlandse operators van een MQ-9.

Foto: 306 Squadron

(18)

“Als je kijkt naar de huidige en toekomstige luchtverdedigingssystemen en vijandelijke straaljagers, dan heb je de F-35 echt nodig om die te kunnen counteren.”

genoeg aan onbemande toestellen. Maar nu heb je goede 5th generation-straal- jagers nodig, ook om diep in vijandelijk gebied strategische effecten te kunnen bereiken.”

U noemde net cyberbewustzijn en cyberbeveiliging. Daar heb- ben we toch het JIVC voor?

“We hebben het JIVC, maar dat is niet toegerust om elk systeem dat Opco- specifiek is, te kunnen dekken. Deze transitie gaat dus ook over een betere beveiliging van onze digitale infrastruc- tuur en een beter inzicht in wat er binnen die infrastructuur gebeurt.

Daarnaast is in de 5th gen Air Force

‘mission command’ belangrijk. Dat we het ‘hoe’, dus de manier waarop we iets uitvoeren, zo veel als mogelijk aan die uitvoerders overlaten. Ze moeten in staat zijn ook losgesneden van andere netwerken voor een bepaalde periode effect te blijven brengen. De eenheden moeten robuust zijn. Dus zelfstandig, snel inzetbaar, zonder een ‘navelstreng’

naar achteren. Deze verandering gaat om meer dan reorganiseren. Dit gaat ook over de mentale component, robuustheid, materieel en inderdaad ook een aantal reorganisaties. Een deel daarvan loopt al, in goed overleg met de DMC, de lokale medezeggenschap en de centrales. Vele

kleine reorganisaties moeten ons staps- gewijs naar het einddoel brengen.”

Blijft er voor iedereen plaats binnen de luchtmacht?

“Aan het einde van de transitie zie ik een 5e generatie luchtmacht die er zeker niet kleiner op is geworden. Al onze huidige luchtmachters hebben we hard nodig: we hebben net als andere Opco’s te maken met personeelsschaarste. Met 9 extra F-35’s groeien we zelfs een beetje. Over 3 jaar tellen we 7.000 FTE. Dat is trou- wens nog steeds een groot contrast met de luchtmacht van 20 jaar geleden, maar goed, dat geldt voor elk Opco.”

Maar heeft een 5th gen Air Force niet een ander soort perso- neel nodig?

“Voor een deel blijven we doen wat we deden. HR-personeel, techneuten, operators in platformen, missie-onder- steuners, inlichtingenofficieren, dat gaat niet weg. Maar we moeten onszelf wel blijven ontwikkelen, ook op nieuwe domeinen; dus de manier waarop we het bekende werk doen verandert wel. En we moeten daarnaast investeren in nieuwe collega’s op het gebied van data, cyber, IT.

Een handjevol luchtmachters is nu al aan het pionieren met ‘space’. Anderen zijn aan het pionieren in een cyber warfa- re-team. Hoe kunnen we het fysieke luchtwapen koppelen aan de cybercom- ponent. Defensief, maar ook offensief.”

De functie van onderdeelscom- mandant verdwijnt?

“Ja. De Command commandant wordt verantwoordelijk voor meerdere loca- ties. Bij het ACC zijn dat bijvoorbeeld Leeuwarden, Volkel en het AOCS Nieuw Milligen. We hebben bij het DHC erva- ren dat zo’n concept goed kan werken.

En als kleine luchtmacht wil je zo

weinig mogelijk overhead, zo weinig mogelijk stafcapaciteit hebben. De staf is nu bovendien nog te veel bezig met zaken in het ‘hier en nu’, die eigenlijk op Commandniveau thuishoren. De Command commandant krijgt grotere verantwoordelijkheden en bevoegdhe- den. Dit zijn dus stevige functies, maar dit maakt het commando wel wendbaarder.”

Hoe wordt in de nieuwe organisa- tie de medezeggenschap belegd?

“Daarover zijn we in gesprek met de medezeggenschapscommissie. We gaan uiteraard de plattere structuur van de luchtmacht terugzien bij de medezeggen- schap. Dus per Command georganiseerd, maar de medezeggenschap heeft daarin nog steeds de plicht om verschillende locaties vertegenwoordigd te laten zijn in een MC.“

Medezeggenschap moet zo laag mogelijk in de organisatie wor- den belegd. Dat hoor ik in uw antwoord nog niet echt terug.

“Nou, precies hóe de medezeggenschap zich gaat organiseren, gaan we niet opleggen. Maar dat het moet passen bij structuur van de luchtmacht is evi- dent. Ik maak me géén zorgen dat lokale belangen van onderdelen die opgaan in een Command, verloren gaan. Ik maak me ook geen zorgen dat er straks minder ruimte komt voor de medezeggenschap.

Dit is iets dat we niet in isolatie wil- len doen, daar is het te groot voor en we hechten te veel belang aan onze medezeggenschap.

We moeten vooral nauwlettend de balans bewaken van wat een MC en HDE aan kunnen; als hij of zij over te veel verschil- lende onderwerpen in gesprek moet, dan zijn andere opties natuurlijk bespreek- baar. Flexibility is key to Air Power,

tenslotte.” 

(19)

VERTRAGING VOOR JIVC SDD

De JIVC Service Desk Defensie (SDD) wordt gereorganiseerd. Dit is nodig vanwege het veranderende ICT-landschap, met onder andere steeds meer mobiele systemen.

Tijdens een eerdere overlegverga- dering, op 17 december 2020, is uitvoerig over het reorganisatie- plan JIVC Service Desk Defensie (SDD) gesproken. Naar aanleiding van inhoudelijke opmerkingen van de bonden zou het plan aangepast worden. In de laatste vergadering, op 17 februari 2021, is het aange- paste plan opnieuw besproken.

Tijdens de behandeling werden de bonden onaangenaam verast door een mededeling van de organisatie dat, in tegenstelling tot hetgeen eer- der is aangegeven, toch niet alle ‘Sr.

ICT-medewerker-functies’ geschrapt zouden worden, en er één func- tie achterblijft op de afdeling ‘IT Continuity Center’, waarvan SDD deel uitmaakt. Dit heeft tot gevolg dat de toegepaste functiecodes toch weer aangepast moeten worden.

Hierdoor ontstaat wederom vertra- ging. DMO zou een en ander zo snel mogelijk aanpassen en het plan dan opnieuw aan de bonden aanbieden.

Als het plan voldoet, kan het dan ter kennisname naar de werkgroep Reorganisaties. De VBM hoopt dat de organisatie en het betref- fende personeel snel weten waar zij aan toe zijn.

ZWAARDERE FUNCTIES IN FLEX- POOL COMPETENTIE CENTRUM

Het Competentie Centrum wordt gereorganiseerd. De functies in de zogenaamde ‘flexpool’ sluiten voor wat betreft het functiepro- fiel niet aan op de vraag. Er is meer behoefte aan functies in de hogere schalen en minder aan functies in de lagere schalen. In het reorganisa- tieplan is hieraan invulling gegeven.

Het betreft volgens DMO alleen maar functies die voorkomen in de flexpool binnen het Competentie Centrum en ze zijn op dit moment allemaal vacant.

Tijdens de bespreking van dit plan hebben de bonden vragen gesteld over het toegepaste reorganisatie- bereik. Ook zijn er vragen gesteld over de toegepaste transitiecodes.

Na een korte discussie is overeenge- komen dat de organisatie het plan op een aantal punten nog eens kri- tisch beziet en het plan vervolgens nog eens aan de bonden voorlegt, in de hoop dat na onderlinge afstem- ming een vervolgtraject doorlopen kan worden. Nog even geduld dus.

REORGANISATIEPLAN FOXTROT NOGMAALS AANGEPAST

Het programma Foxtrot voorziet onder meer in de militaire com- municatie- en IT-middelen om informatiegestuurd optreden moge- lijk te maken binnen het mobiele tactische domein. Het reorganisatie- plan Foxtrot is al eerder besproken in het overleg en is op basis van commentaar van de bonden aan- gepast. Het aangepaste plan is ter behandeling aangeboden.

De VBM en 2 andere bonden heb- ben aangegeven af te zien van behandeling. Een vierde centrale heeft dit niet gedaan. Daarom is het plan opnieuw besproken op 17 februari. Het plan zal nogmaals aangepast moeten worden om ver- volgens opnieuw aangeboden te worden aan de bonden. Indien de bonden van mening zijn dat alles klopt, kan het ter kennisname naar de Werkgroep Reorganisaties. De VBM betreurt de vertragende gang van zaken, maar hoopt dat het per- soneel alsnog zo spoedig mogelijk duidelijkheid krijgt.

DMO

Jacques van Hulsen Ronald van Riel Jef Stassen Bert van de Wakker

OV ER LE G

(20)

Nadat het defensiepersoneel massaal het cao-bod van Defensie heeft afgewezen, hebben de bonden in een open brief een ultimatum gesteld, voordat tot acties wordt overgegaan.

Het demissionaire kabinet Rutte-III bleek niet bereid het benodigde extra geld te verstrekken om aan de cao-eisen van de bonden te voldoen (onder andere 2,5%

arbeidsvoorwaardenruimte). Ook wilde de minister tot nu toe geen extra finan- ciële ruimte binnen de Defensiebegroting beschikbaar stellen. De bonden willen de bewindslieden nog éénmaal de kans bie- den alsnog met een beter bod te komen dat wél voldoet aan hun eisen.

De gezamenlijke bonden willen dat werkgever Defensie minimaal 2,5%

arbeidsvoorwaardenruimte beschikbaar stelt om daarmee tot een fatsoenlijke loonsverhoging en andere verbeteringen

voor het defensiepersoneel te komen.

“Daarmee vragen we écht niet het onder- ste uit de kan”, schrijven de bonden in een brief aan de minister. “Ook wij zijn ons bewust van de huidige economische situatie.”

De kabinetspartijen pretenderen, net als veel andere politieke partijen, dat de publieke sector de afgelopen jaren is ondergewaardeerd en schrijven in hun verkiezingsprogramma’s dat er flink geïnvesteerd moet worden. Dat wordt hóóg tijd!

Niet voor niets zijn er bij Defensie 9.200 vacatures. De loonontwikkeling van het defensiepersoneel loopt al decennia achter bij die van de marktsector. De kabi- netsbijdrage aan overheidswerk gevers voor arbeidsvoorwaarden is in de peri- ode 1997-2017 met 17% gekort (rapport Evaluatie van het referentiemodel, juli

2017, ministerie BZK). De volledige refe- rentieruimte uit de marktsector is in 20 jaar maar enkele jaren volledig uitgekeerd.

In andere jaren heeft het kabinet met de beleidsmatige knop in het referentiemo- del de bijdrage overwegend neerwaarts bijgesteld. Dit leidde onder andere tot een jarenlange nullijn.

Ook defensiepersoneel wil ‘boter bij de vis’. De bonden hebben daarom een ultimatum gesteld, en hebben de bewinds- lieden verzocht om binnen 10 werkdagen een SOD te beleggen, waar zij met een bod komen dat wél aan de eisen voldoet.

Op het moment dat deze Trivizier bij u bezorgd wordt, moet duidelijk zijn of de bewindslieden het ultimatum heb- ben laten verstrijken, of een fatsoenlijk arbeidsvoorwaardenbod willen doen. Kijk voor de actuele stand van zaken op: www.

vbm.info. 

Vakbonden stellen ultimatum

Open bief naar bewindslieden na verpletterende uitslag enquête

Op vrijdag 12 maart voerden de vakbonden van politie, Defensie, o nd e r w i j s e n andere bonden uit de publieke sector actie op het Plein in Den Haag. De bonden dringen aan op serieuze investerin- gen in de arbeidsvoorwaarden en werkomstandigheden bij de overheid.

Tijdens de demonstratie werd ook aandacht gevraagd voor de weigering van het demissionaire kabinet om met een fatsoen- lijk loonaanbod te komen bij Defensie en bij de andere sectoren.

Een loonsverhoging van 2,5 procent zorgt in ieder geval voor behoud van koopkracht – en in het gunstigste geval misschien een klein plusje.

Minister Bijleveld van Defensie werd gevraagd om een symbo- lische injectie aan Defensie te geven. In een ‘prikstraat’ werden de minister, maar onder meer ook PvdA-Kamerlid Kuiken, aan de tand gevoeld over hun visie op de financiële injectie die de publieke sector zou moeten krijgen. 

Een forse injectie in Defensie?

AC T IES

(21)

Politieke partijprogramma’s doorgerekend

De verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn achter de rug. Het Centraal Planbureau (CPB) rekende voor de verkiezingen de verkiezingsprogramma’s van de politieke partijen door. De financieel-economisch keuzes van 11 politieke partijen werden in de doorrekening tegen het licht gehouden. Wat blijkt: de onderlinge verschillen zijn groot, erg groot soms. Dat geldt beslist ook voor het terrein Defensie.

De VBM bekeek het CPB-rapport. Op www.vbm.info vindt u de doorrekeningen (per partij) op Defensievlak, afgezet tegen de Defensievisie 2035, die

in oktober 2020 door minister en staatssecretaris van Defensie Ank Bijleveld en Barbara Visser werd gepresenteerd.

https://www.vbm.info/nieuws/item/4303-doorrekening- -cpb-grote-verschillen-voor-defensie.html

Psst… tekent u ook even?

Onze veiligheid mag niet langer in de waagschaal gesteld worden door de poli- tiek. Het is tijd voor actie tegen de dramatische staat van Defensie. Circa 67.000 bezorgde burgers tekenden de petitie al op: psst.nl. Maar dat is nog lang niet genoeg! Met het massaal tekenen van deze petitie dwingt u onze volksverte- genwoordigers om in de komende regeerperiode écht in actie te komen tegen de dramatische staat van Defensie.

Doe daarom mee en teken de petitie op psst.nl!

Nieuw Pensioen- contract of

Verbeterde

Premieregeling?

In juni 2019 werd een Pensioenakkoord gesloten. Daarna zijn verschillende werkgroepen aan de slag gegaan om de afspraken nader in te vullen. Eind vorig jaar zijn in de Pensioenkamer de eerste gesprekken over de aanpassing van de ABP-regeling gestart. Eén werkgroep heeft zich geconcentreerd op de ‘con- tractkeuze’. In het pensioenakkoord wordt namelijk een keuze geboden tus- sen twee nieuwe contractvormen.

Een variant wordt aangeduid als het Nieuwe Pensioencontract (NPC) en de andere als de Verbeterde Premieregeling (WVP, waarbij de W staat voor ‘wet’). In april moeten de centrales van overheidspersoneel en de overheids- en onderwijswerkgevers een keuze maken.

Op onze website vindt u een (uitvoerig) artikel waarin de onderhandelaars van het Ambtenarencentrum op hoofdlij- nen uiteenzetten wat de belangrijkste kenmerken van beide contractvormen zijn. Ook leest u tot welke keuze hun afwegingen leiden.

https://www.vbm.info/images/

stories/Pensioenakkoord2019/

Nieuw_Pensioencontact_-_

verbeterde_premieregeling.pdf

“De onderlinge verschillen zijn groot, erg groot soms.

SERV ICE

(22)

Defensie heeft recentelijk de communicatievoorschriften voor krijgsmacht- medewerkers gewijzigd. Dat lijkt vooral gedaan om goede sier te maken, want inhoudelijk is er weinig veranderd. Defensiepersoneel dient nog steeds

goedkeuring te vragen voor contact met de 'buitenwereld’. Daar gaat niet alleen een kleinerende werking van uit, het be knot ook de vrijheid van meningsuiting

Onlangs slingerde demissionair minis- ter van Defensie Ank Bijleveld de volgende Tweet de wereld in: ‘’Mooie stap dat de gewijzigde ‘Rijksbrede aan- wijziging externe contacten’ nu ook voor Defensie geldt. Hiermee vervalt onze eigen Defensie SG-richtlijn.’’ Een ‘mooie stap’, zo vat Bijleveld de beleidswijziging verheugd samen. Maar is er eigenlijk wel reden tot optimisme? Kunnen we daadwerkelijk spreken van een stap voorwaarts waar het de communica- tievrijheid van defensiemedewerkers betreft? Alvorens we hier dieper op ingaan, horen we u intussen luid hardop denken: ‘SG-richtlijn? Rijksbrede aan- wijziging?’ Om meer context te kunnen schetsen én om de niet te onderschatten impact van deze omstreden richtlijn beter te kunnen duiden, bekijken we eerst eens wat deze begrippen nou werkelijk inhouden en tot welke publie- kelijke verontwaardiging ze niet al te lang geleden leidden.

Toestemming vragen

De zogeheten SG (Secretaris Generaal) richtlijn beschreef, kort gezegd, hoe defensiepersoneel met de buitenwereld en leden van de Tweede Kamer diende te communiceren. In die richtlijn is dus vastgelegd hoe defensiemedewer- kers contact met het parlement mogen onderhouden en hoe zij dienen te com- municeren met journalisten, de media en pers. Enkele maanden geleden ontstond het nodige tumult over de SG-richtlijn.

Parlementariër Sadet Karabulut (woord - voerder Defensie, SP) schreef in novem- ber vorig jaar: ‘’De Aanwijziging SG bepaalt dat militairen of burgerme- dewerkers bij Defensie eerst bij het ministerie toestemming moeten vragen voordat zij een artikel of boek publice- ren of met journalisten en Kamerleden kunnen praten.’’ Karabulut wond zich dus op over de verplichting om eerst toestemming te moeten vragen, want dat heeft volgens haar verstrekkende

gevolgen: ‘’Deze ambtelijke aanwijziging belemmert niet alleen een vrije openbare gedachtenvorming van militairen, maar het beknopt ook het werk van journa- listen en politici.’’ Karabulut legde hier treffend de vinger op de zere plek: de richtlijn beknotte het vrije woord en transparantie. Het ministerie zette daarentegen in op controle, betutteling en geforceerde geheimhouding.

Grondvesten

Niet alleen uit politieke hoek klonken protestgeluiden. Luitenant-kolonel b.d. Paul van Campen en reservist Pieter Haitsma Mulier schreven een kritisch betoog in De Telegraaf (novem- ber 2020), waarin zij de bedenkelijke richtlijn op niet mis te verstane wijze neersabelden. De strekking van hun opiniestuk: ‘Militairen die zich van hogerhand niet langer in het openbaar mogen uiten zonder toestemming vooraf is onbestaanbaar. Deze aanwijziging

Lange arm Defensie blijft intact

INFO

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ik ben verheugd dat u constateert dat de bedrijfsvoering verder is verbeterd en het financieel beheer voor het derde achtereenvolgende jaar op orde is.. Dit doet recht aan

Deze worden vertaald naar concrete opdrachtenmatrices voor de krijgsmachtdelen, waarin opdrachten voor inzet en gereedheid in samenhang worden gepresenteerd. De

De informatievoorziening aan de Tweede Kamer over grote investeringsprojecten van Defensie is intensief en verloopt naast de begroting, het materieelprojectenoverzicht en

De minister van Defensie heeft de eerste plannen voor deze fase op 25 juni 2012 naar de Tweede Kamer gestuurd.. Het ministerie heeft dus voor € 20 miljoen nog geen nadere

In het Defensie Meerjarenplan Milieu (DMPM) is voor het beperken van geluidshinder streefdoel 16 geformuleerd: «het aantal geluidgehinderden mag niet meer worden dan in 1985»..

In de afgelopen jaren bleek onduidelijkheid te bestaan over de definiëring van «een geval van verontreiniging» en daarmee over de omvang van een sanering. In het

Defensie kent tekorten in de investerings- en exploitatie budgetten voor Grootmaterieel, IT en Vastgoed.. Dit betekent dat het oplossen van een probleem in het ene portfolio leidt

Op het eerste gebied kunnen wij met het huidige inzicht in de strategische kernvoorraad prioriteiten stellen voor het revitaliseren van ons vastgoed, maar is zoals u