Bijlagen
BIJLAGE 1: DE PRODUCTLEVENSCYCLUS BIJLAGE 2: HET VRIO MODEL VAN BARNEY
o B IJLAGE 2.1: S CHEMATISCHE WEERGAVE VRIO MODEL o B IJLAGE 2.2: T OEGEPAST VRIO MODEL OP B IOCLEAR BIJLAGE 3: INTERVIEWS
o B IJLAGE 3.1: G EÏNTERVIEWDEN
o B IJLAGE 3.2: I NTERVIEWSCHEMA EXTERN o B IJLAGE 3.3: I NTERVIEWSCHEMA INTERN
BIJLAGE 4: ANALYSE INTERVIEWS MBV LABELS
o B IJLAGE 4.1: A NALYSE AANTREKKELIJKHEID MARKTSEGMENTEN o B IJLAGE 4.2: A NALYSE KENNISBEHOEFTEN
o B IJLAGE 4.3: A NALYSE OVERHEIDSONDERSTEUNING o B IJLAGE 4.4: A NALYSE ORGANISATIEKENNIS
BIJLAGE 5: TOEPASSING VIJF-KRACHTENMODEL VAN PORTER BIJLAGE 6: OVERHEIDSBELEID EN –REGELGEVING
o B IJLAGE 6.1: B ETROKKEN MINISTERIES
o B IJLAGE 6.2: G ERELATEERDE WET - EN REGELGEVING
BIJLAGE 7: INTERNATIONALE VERGELIJKING (CO)VERGISTING
Bijlage 1: de productlevenscyclus
In figuur b1.1 is de productlevenscyclus afgebeeld. In dit figuur zijn vier levensfasen onderscheiden, met daarbij een voorspelling van de verkopen. Onder dit figuur, in tabel b1.1, zijn de karakteristieken van de vier fasen opgenomen. Op basis van dit model kunnen uitspraken worden gedaan over verwachtingen met betrekking tot een product of markt, door te bepalen waar deze zich in de productlevenscyclus bevindt (Baker & Hart, 1999).
Figuur b1.1: de productlevenscyclus en bijbehorende stadia (uit: Baker & Hart, 1999)
Fase: Introductie Groei Volwassenheid Afname
Karakteristieken
Verkopen Laag Snel Langzaam richting
afname
Afnemend
Winst Nihil Piek Begint af te nemen Afnemend naar nul
Cash flow Negatief Gemiddeld Hoog Laag
Klanten Early adopters Massa markt Massa markt Achterblijvers
Concurrenten Weinig Groeiend Veel ‘taking market’
Acties
Strategie Uitbreiden markt Markt penetratie Verdedigen marktaandeel
Productiviteit
Marketing kosten Hoog Hoog (afnemend in %) Dalend Laag
Marketing accenten Product bewustzijn Merk voorkeur Merkloyaliteit Imago onderhouden
Prijssetting Hoog Handhaven Handhaven/toenemen Oplopend
Distributie Gefragmenteerd Intensief Intensief Selectief
Product Basis Verbeterd Product ontwikkeling,
hersegmenteren
Doordacht Tabel b1.1: karakteristieken van de verschillende stadia in de productlevenscyclus (uit: Baker & Hart, 1999)
Tijd
K w a n ti te it
Introductie Groei Volwassenheid Afname
Bijlage 2: Het VRIO model van Barney
Zoals in het theoretisch kader is aangegeven kunnen de resources en capaciteiten die binnen een organisatie aanwezig zijn worden getoetst aan het VRIO model van Barney (2002). De toetsing vindt plaats op basis van een viertal vraagstukken; 1) de vraag van waarde, 2) de vraag van zeldzaamheid, 3) de vraag van imiteerbaarheid en 4) de vraag van organisatie. Aan de hand van de antwoorden op deze vragen kunnen uitspraken worden gedaan over de competitieve implicaties en economische prestaties van de resources en capaciteiten. In deze bijlage is het VRIO model van Barney zowel schematisch weergegeven (tabel b2.1) als toegepast op de organisatie van Bioclear (tabel b2.2).
Bijlage 2.1: schematische weergave VRIO model
Is een resource of capaciteit…….
Waardevol? Zeldzaam? Moeilijk imiteerbaar?
Geëxploiteerd door de organisatie?
Competitieve implicaties
Economische prestaties
Sterkte of zwakte
Nee - - Nee Concurrentie-
nadeel
Onder gemiddeld
Zwakte
Ja Nee - Gemiddeld Sterkte
Ja Ja Nee Tijdelijk
concurrentie- voordeel
Boven gemiddeld
Sterkte &
onderscheidende competentie
Ja Ja Ja Ja
Duurzaam concurrentie- voordeel
Boven gemiddeld
Sterkte &
duurzaam
onderscheidende
competentie
Tabel b2.1: Het VRIO model (uit: Barney, 2002)
Bijlage 2.2: toegepast VRIO model op Bioclear
Is een middel of capaciteit…….
Waardevol? Zeldzaam? Moeilijk imiteerbaar?
Geëxploiteerd door de organisatie?
Competitieve implicaties
Economische prestaties
Sterkte of zwakte Infrastructuur van de organisatie
Flexibiliteit Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Groei Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Winstontwikkeling Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Financiële middelen Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Menselijk kapitaal management
Kennis Ja Ja Nee - Tijdelijk voordeel Boven gemiddeld Sterkte
Opleidingsniveau Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Motivatie personeel Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Ontwikkeling Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Aanwezige disciplines Ja Ja Ja Ja Voordeel Boven gemiddeld Sterkte
Ervaringsopbouw Ja Ja Nee - Tijdelijk voordeel Boven gemiddeld Sterkte
Technologie ontwikkeling
Eigen lab Ja Ja Nee - Tijdelijk voordeel Boven gemiddeld Sterkte
Innovativiteit Ja Ja Ja Ja Voordeel Boven gemiddeld Sterkte
ICT-toepassingen Nee - - - Nadeel Onder gemiddeld Zwakte
Verwerving
Kennisverwerving Ja Ja Nee - Tijdelijk voordeel Boven gemiddeld Sterkte
Projectverwerving Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Primaire activiteiten
Betrouwbaarheid Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Tijdig uitvoeren Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Kwaliteit Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Praktische oplossingen Ja Ja Nee - Tijdelijk voordeel Boven gemiddeld Sterkte
Positie in de markt Ja Ja Ja Ja Voordeel Boven gemiddeld Sterkte
Prijssetting Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Relatiebeheer Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Naamsbekendheid Nee - - - Nadeel Onder gemiddeld Zwakte
Bereikbaarheid Ja Nee - - Gelijkheid Gemiddeld
Tabel b2.2: Het VRIO model toegepast op de organisatie van Bioclear.
Bijlage 3: Interviews
In deze bijlage worden de interviews nader toegelicht. Hieronder wordt eerst de keuze voor de geïnterviewde partijen gemotiveerd, gevolgd door de interviewschema’s voor interne en externe interviews.
Bijlage 3.1: geïnterviewden
Om inzicht te krijgen in het aanbod en behoefte van kennis in de markt van vergisting van biomassa zijn interviews gehouden bij diverse externe partijen. De keuze voor de partijen is gemaakt op basis van de kennispositie. Alle partijen houden zich bezig met het ontwikkelen van kennis of hebben inzicht in de aanwezige dan wel ontbrekende kennis. Per partij is geprobeerd om twee personen bij verschillende organisaties te interviewen. Hieronder volgt een omschrijving van de kennispositie van de marktpartij en van de organisatie waar de interviews hebben plaatsgevonden.
Onderzoeksinstellingen:
De betrokken onderzoeksinstellingen houden zich met het ontwikkelen van kennis. In dit geval zijn beide instellingen verbonden aan een universiteit.
E.1.1 Onderzoeksinstelling ter ondersteuning van de transitie van het huidige niet duurzame systeem naar een duurzaam en milieuvriendelijk systeem. Functie geïnterviewde: hoogleraar
E.1.2 Onderzoeksinstelling op het gebied van duurzame innovaties met als doel en onderzoeken en ontwikkelen van nieuwe producten en diensten. Functie geïnterviewde: wetenschappelijk directeur
Overheid:
Er is bewust niet gekozen voor interviews bij één van de betrokken Ministeries, aangezien deze weinig contact met de markt hebben, maar voor een uitvoeringsinstantie van de overheid. Deze organisatie heeft veel interactie met de markt en houdt zich bezig met de ontwikkeling van deze markt. Hierdoor hebben zij zicht op de aanwezige kennis in de markt en op de kennisbehoefte van de markt op de korte en
middenlange termijn.
E.2.1 Uitvoeringsinstantie van de overheid op het gebied van innovatie, energie, klimaat, milieu en leefomgeving. Functie geïnterviewde: platform secretaris
E.2.2 Organisatie voor het motiveren en creëren van een duurzame energiehuishouding in Nederland.
Functie geïnterviewde: voorzitter
Faciliterende partijen:
Deze organisaties hebben als doel om partijen bij elkaar te brengen en op gang te helpen. Zij hebben zicht op de beschikbare kennis in de markt en mogelijk hierdoor ook op het ontbreken van kennis.
E.3.1 Organisatie ter ondersteuning van de energie-economie in Noord-Nederland. Functie geïnterviewde: projectleider
E.3.2 Netwerkorganisatie van professionals die functioneert als vraagbaak en adviesbureau voor de sectoren energie, milieu en duurzaamheid, oftewel de rol van ‘kennismakelaar’ in. Functie geïnterviewde: voorzitter
Adviesbureaus:
De betrokken adviesbureaus zitten in een vergelijkbare marktpositie als Bioclear, echter zijn zij actief op andere werkvelden. Doordat deze bureaus dicht op het einde van de keten zitten hebben zij veel zicht op het functioneren in de praktijk. Daarnaast proberen zij te voorzien in een kennisbehoefte.
E.4.1 Adviesbureau voor toegepast wetenschappelijk onderzoek op het gebied van milieu, energie en economie. Functie geïnterviewde: directeur
E.4.2 Adviesbureau op het gebied van duurzame en innovatieve projecten. Functie geïnterviewde:
directeur
Ontwikkelaars:
Voor deze organisaties geld hetzelfde als de adviesbureaus, zij zitten ook dicht op de praktijk. Echter zijn deze organisaties meer bezig met het functioneren van benodigde installaties en alles wat daar mee samenhangt.
E.5.1 Ontwikkelaar van duurzame oplossingen voor milieuknelpunten, onder andere door het
ontwerpen en plaatsen van vergistingsinstallaties. Functie geïnterviewde: divisie directeur
E.5.2 Projectontwikkelaar op het gebied van gas, onder andere op het gebied van
gasuitwisselbaarheid. Functie geïnterviewde: onderzoeker
Er is bewust gekozen om geen interviews te houden bij de eigenaren van de vergisters of bij leveranciers en afnemers van deze vergisters. De reden hiervoor is dat deze organisaties meestal alleen kennis hebben over de huidige situatie en geen inzicht hebben in mogelijke ontwikkelingen. Wanneer er zich problemen voordoen wordt dit neergelegd bij de ontwikkelaar van de installatie of bij een adviesbureau.
Naast de externe interviews zijn er interne interviews bij Bioclear gehouden om inzicht te krijgen in de organisatiekennis. Er zijn vijf interviews gehouden die in twee groepen kunnen worden verdeeld; de beslissingsnemers en de uitvoerders. De geïnterviewde beslissingsnemers zijn de twee directieleden en de geïnterviewde uitvoerders zijn drie projectleiders. Deze projectleiders hebben direct of indirect een relatie met het onderwerp van het onderzoek, alle drie vanuit een andere (opleidings)achtergrond.
Beslissingsnemers:
I.1.1 Directeur/oprichter/aandeelhouder I.1.2 Adjunct-directeur/aandeelhouder
Uitvoerders:
I.2.1 Projectleider (civiel engineer) I.2.2 Projectleider (procestechnoloog) I.2.3 Projectleider (chemisch technoloog)
Bijlage 3.2: interviewschema extern
Dit interviewschema is gebruikt als hulpmiddel bij de extern gehouden interviews.
1. Introductie
1.1 Omschrijving project en onderzoekskader 1.2 Omschrijving van Bioclear
1.3 Doel van het interview
2. Algemeen
2.1 Omschrijving werkzaamheden van {betreffende organisatie}
2.2 Omschrijving functie/positie binnen {betreffende organisatie}
2.3 Relatie van {betreffende organisatie} en/of {geïnterviewde} met;
2.3.1 Duurzame energie in het algemeen 2.3.2 Vergisting van biomassa
3 Verwachtingen van biomassa
3.1 Welk aandeel heeft biomassa volgens u in de duurzame energiehuishouding?
3.2 In hoeverre verwacht u dan de toepassing van biomassa door kan groeien? En met welke snelheid denkt u dat dit zal gebeuren?
3.3 Kunt u een inschatting geven van de verdeling van de verschillende toepassingen van biomassa? (gas, elektriciteit, warmte, brandstoffen)
3.4 Met welke methoden van omzetting van biomassa denkt u dat dit gerealiseerd zal worden?
(fermentatie, vergisting, verbranding, verestering, enz.)
4 Ontwikkelingen in markt van biomassa
4.1 Wat zijn volgens u de sterke punten of voordelen van biomassa?
4.2 Wat zijn volgens u de zwakke punten of nadelen van biomassa?
4.3 Welke aspecten worden volgens u reeds verbeterd?
4.4 Welke aspecten zouden meer aandacht moeten krijgen?
5 Mogelijke functie en positie van Bioclear in de markt
5.1 Denkt u dat er een behoefte is aan een organisatie zoals Bioclear?
5.2 Kunt u zich een positie indenken waarin Bioclear een bijdrage kan leveren?
5.3 Zou u hier een concreet/praktisch voorbeeld van kunnen geven?
6 Overheidsondersteuning
6.1 Welke ervaringen heeft u met overheidsondersteuning?
6.2 Welke indruk heeft u van het beleid?
6.3 Heeft u het idee dat de overheid de duurzame energie voldoende ondersteund?
7 Afsluiting
7.1 Opmerkingen, vragen en suggesties 7.2 Eventuele praktische (vervolg)afspraken
Bijlage 3.3: interviewschema intern
Dit interviewschema is gebruikt als hulpmiddel bij de intern gehouden interviews.
1. Introductie
1.1 omschrijving onderzoek 1.2 doel van interview
2. Algemeen
2.1 functie bij Bioclear
2.2 betrokkenheid bij duurzame energie & vergisting
3. Kennis
1.1 Welke aanwezige kennis binnen Bioclear kan worden toegepast in de duurzame energie?
1.2 Is er binnen Bioclear kennis aanwezig die vertaald kan worden naar de markt van duurzame energie?
1.3 In welke mate is eventueel benodigde in wetenschappelijke kennis bereikbaar voor Bioclear?
1.4 Welke kennis is niet aanwezig of bereikbaar voor Bioclear en is nodig?
1.5 Op welke wijze kan Bioclear deze ontbrekende kennis vergaren?
1.6 Hoeveel inspanning om deze kennis te vergaren is realistisch voor Bioclear?
4. Afsluiting
1.1 Opmerkingen, vragen en suggesties
1.2 Eventuele praktische (vervolg)afspraken
Bijlage 4: Analyse interviews mbv labels
In deze bijlage zijn de analyses van de interviews weergegeven. Bij deze analyse is de methode labelen toegepast. Voor alle vier vragen uit de vraagstelling is een aparte analyse gemaakt (bijlage 4.1 t/m bijlage 4.4.). Iedere analyse is weergegeven in twee dezelfde tabellen: overzicht van labels met de frequentie en ordening van de labels tot thema’s. In de tabellen b4.1, b4.2, b4.5 en b4.7 zijn de vastgestelde labels weergegeven, waarbij is aangegeven welke geïnterviewde (bijlage 3) hier een uitspraak over gedaan heeft en hoeveel geïnterviewden in totaal hier een uitspraak over gedaan hebben. In de tabellen b4.2, b4.4, b4.6 en b4.8 zijn de labels geordend tot thema’s, om meer overzicht te creëren. In de resultaten hoofdstukken (H5 t/m H8) zijn de hiërarchische structuren van de vier labelsystemen (taxonomie) weergegeven en is deze uitgewerkt.
Bijlage 4.1: Analyse aantrekkelijkheid marktsegmenten
E.1.1 E.1.2 E.2.1 E.2.2 E.3.1 E.3.2 E.4.1 E.4.2 E.5.1 E.5.2 #
Bijdrage afval- en reststromen x x x 3
Bijdrage in totale energievraag x x x 3
Biogas mbv vergisting x x x 3
Biomassa voor energie (-) x 1
Biomassa voor energie (+) x x x 3
Constante bijdrage energielevering x x x x x 5
Energiesector x 1
Energieteelt x 1
Gassen energiedrager x x x 3
Groei 10-15 jaar x x x x x 5
Import biomassa x x x x 4
Lokale opwekking & verbruik (-) x 1
Lokale opwekking & verbruik (+) x x x x x 5
Prijzen fossiel x 1
Verdeling afzet x 1
Verbranding korte termijn x 1
Vergassing 10-15 jaar x x x x x 5
Vergisting creëert markt x x 2
Vergisting voor elektriciteit & warmte x x 2
Waterstof x x x 3
Tabel b4.1: overzicht labels & frequentie
Label Thema Label Thema
Import biomassa Biomassa bron Gassen energiedrager Marktontwikkeling Bijdrage afval- en reststromen Prijzen fossiel
Energieteelt Energiesector
Lokale opwekking & verbruik Gebruik biomassa Vergassing 10-15 jaar Technologieontwikkeling
Biomassa voor energie Verbranding korte termijn
Waterstof Verdeling afzet Eindproducten
Biogas mbv vergisting Vergisting creëert markt Ontwikkeling vergisting Vergisting voor elektriciteit &
warmte
Constante bijdrage energielevering
Bijdrage totale energievraag Groei 10-15 jaar
Tabel b4.2: ordening van labels tot thema's n.a.v. 10 interviews
Bijlage 4.2: Analyse kennisbehoefte
E.1.1 E.1.2 E.2.1 E.2.2 E.3.1 E.3.2 E.4.2 E.5.1 E.5.2 #
Achterstand tov buitenland x x x 3
Benutting Biomassa x 1
Distributie biogas x x x x x x 6
Infrastructuur x 1
Input samenstelling x x x x 4
Input tbv eindproduct x 1
Input voorbewerking x 1
Kennis aanwezig x 1
Kennis aanwezig x x x x x 5
Kwaliteit biogas x x 2
Microbiologie vergister x x x 3
Nieuwe stromen x 1
Nieuwe technologie x x x 3
Optimalisatie vergisting x x 2
Opwerken aardgas x x x x x 5
Stabiele/robuuste processen x x 2
Verhogen rendement x x x 3
Verwerken output x x x 3
Tabel b4.3: overzicht labels & frequentie
Label Thema Label Thema
Input samenstelling Optimale input Kennis aanwezig
Input voorbewerking
Input tbv eindproduct Achterstand tov buitenland
Stabiele/robuuste
processen Proces
Microbiologie vergister Proces details Verhogen rendement Optimalisatie vergisting
Nieuwe technologie Benutten biomassa Kwaliteit biogas Benutten output Benutting Biomassa
Opwerken aardgas Nieuwe stromen
Verwerken output
Distributie biogas Infrastructuur
Tabel b4.4: ordening van labels tot thema's n.a.v. 10 interviews
Bijlage 4.3: Analyse overheidsondersteuning
E.1.1 E.1.2 E.2.1 E.2.2 E.3.1 E.3.2 E.4.1 #
Beleid buitenland x 1
Concurrentie eindproducten x x 2
Constant & consistent beleid x x 2
Creëren markt (-) x x 2
Creëren markt (+) x 1
Initiatief energietransitie x 1
Inspanningen omzetten in markt x 1
Bestaan op subsidies x 1
Motiveren en ondersteunen R&D x x 2
Uitgaan van investeringen x 1
Vergunningsproces x x x 3
Wet- en regelgeving x x x 3
Tabel b4.5: overzicht labels & frequentie
Label Thema
Inspanningen omzetten in markt Creëren markt Initiatief energietransitie
Beleid buitenland
Vergunningsproces Beleid Wet- en regelgeving
Constant & consistent beleid Uitgaan van investeringen
Bestaan op subsidies Subsidies Motiveren en ondersteunen R&D
Concurrentie eindproducten
Tabel b4.6: ordening van labels tot thema's n.a.v. 10 interviews
Bijlage 4.4: Analyse organisatiekennis
Label E.1.2 E.2.1 E.3.1 E.3.2 E.4.1 E.4.2 E.5.1 E.5.2 I.1.1 I.1.2 I.2.1 I.2.2 I.2.3 #
Basis kennis x x x x x 5
Disciplines x 1
Energie x x x x 4
Ervaring x x x x 4
Herkenning in markt x x 2
Innovatieve organisaties x x 2
Investeringen x x x x 4
Kennis beleid, wet, enz. x x x 3
Kennis haalbaarheid x x 2
Kennis marktpartijen x x 2
Kennis microbiologie x x 2
Kennis nieuw voor
iedereen x x 2
Kennis verkrijgen x x x x 5
Kennisleveranciers x x x x 4
Koppelen aan projecten x x x 3
Learning on the job x x x 3
Netwerk x x 2
Opstap x 1
Praktische oplossingen x 1
Proces & microbiologie x x x x 4
Ruimte nieuwe bedrijven x 1
Samenwerken partners x x x x x x 6
Soortgelijke organisaties x x x 3
Technisch inhoudelijk x x x 3
Technische kennis x x x 3
Uitdaging personeel x 1
Tabel b4.7: overzicht labels & frequentie
Label Thema Label Thema
Basis kennis Kennispositie Kennisleveranciers Nieuwe organisaties
Ervaring Soortgelijke organisaties
Herkenning in markt Innovatieve organisaties
Learning on the job Ruimte nieuwe bedrijven
Kennis marktpartijen Proces & microbiologie Kennisaanbod
Praktische oplossingen Samenwerken met partners Acquisitie
Technisch inhoudelijk Koppelen aan projecten
Technische kennis Netwerk
Disciplines Kennis nieuw voor iedereen
Opstap Kennis haalbaarheid Kennishiaten
Kennis microbiologie Energie
Kennis beleid, wet, enz.
Investeringen Kennisontwikkeling Kennis verkrijgen
Uitdaging personeel
Tabel b4.8: ordening van labels tot thema's n.a.v. 15 interviews
Bijlage 5: Toepassing vijf-krachtenmodel van Porter
Tabel b5.1: beoordeling bedrijfstakstructuurfactoren aan de hand van het vijf-krachtenmodel van Porter (1980)
1
De elementen zijn een selectie uit Porter (1997)
2
Alleen van toepassing wanneer er input van buiten wordt aangetrokken (bijvoorbeeld bij import of energieteelt).
Vijf krachten Elementen
1Elektriciteit & warmte Gas Brandstoffen
Industrie groei Hoog Opkomend Laag
Concurrentie bestaande
aanbieders Overcapaciteit Geen overcapaciteit Geen overcapaciteit Geen overcapaciteit
Product verschillen Laag Laag Laag
Switching kosten Laag Laag Laag
Concentratie aanbieders Laag Laag Laag
Diversiteit van concurrenten Laag Laag Laag
Informatie complexiteit Hoog Hoog Hoog
Uittredingsbarrières Laag Laag Hoog
Entree barrières Laag Gemiddeld Gemiddeld
Dreiging nieuwe
toetreders Schaalvoordelen Laag Beperkt Hoog
Voordelige productverschillen Nvt Nvt Nvt
Switching kosten Laag Gemiddeld Hoog
Financieringseisen Beperkt Beperkt Hoger
Toegang tot distributie Eenvoudig Complex Moeilijk
Toegang tot benodigde inputs Beperkt Beperkt Beperkt
Dreiging substituut- producten
Substituut-producten Fossiel:
- ‘gewone’ elektriciteit Duurzaam o.a.:
- zonne-energie - windenergie
Fossiel:
- Aardgas Duurzaam:
- SNG (vergassing) - Waterstof
Fossiel:
- Benzine, diesel, LPG Duurzaam o.a.:
- Biodiesel - PPO Relatieve prijsprestaties van
substituten
Hoger Hoger Hoger
Switching kosten Laag Beperkt Beperkt
Kopers neiging naar substituut
Gemiddeld Gemiddeld Hoog
Differentiatie van input Concurrentie Concurrentie Concurrentie Onderhandelingsmacht
leveranciers
2Switching kosten van leveranciers en afnemers binnen een industrie
Laag Laag Laag
Aanwezigheid van substituut inputs
Beperkt Beperkt Laag
Leveranciers concentratie Hoog Hoog Hoog
Belangrijkheid omvang van leverancier
Hoog Hoog Hoog
Impact van inputs op kosten of differentiatie
Hoog Hoog Hoog
Bedreiging van voorwaartse integratie
Hoog Hoog Hoog
Afnemers concentratie tov organisatie concentratie
Hoog Hoog Hoog
Onderhandelingsmacht afnemers
Afnemers volume Hoog Hoog Hoog
Afnemers switching kosten tov organisatie switching kosten
Laag Laag Gemiddeld
Afnemers informatie Gemiddeld Laag Laag
Mogelijkheid tot achterwaartse integratie
Laag Laag Hoog
Doordrukken van substituut- producten
Beperkt Hoog Hoog
Prijsgevoeligheid Gemiddeld Hoog Hoog
Kwaliteitseisen Laag Hoog Hoog
Afnemers winsten Hoog Hoog Hoog
Bijlage 6: Overheidsbeleid en -regelgeving
Bijlage 6.1: Betrokken ministeries
Het ontwikkelen van een duurzame energiehuishouding is een interdepartementaal onderwerp, wat betekend dat er meerdere ministeries bij betrokken zijn. De onderstaande zes ministeries hebben gezamenlijk de Taskforce Energietransitie opgericht.
Ministerie Rol in energietransitie
Economische Zaken Verantwoordelijk voor financiële en fiscale regelingen en marktontwikkeling Volksgezondheid, Ruimtelijke Ordening &
Milieu (VROM)
Betrokken in het kader van milieueisen en inrichting van de beschikbare ruimte Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) Betrokken in het kader van landbouw, aangezien vergisting veelal bij agrarische
bedrijven plaatsvindt. Daarnaast behoren energieteelt en organische reststromen ook tot het landbouwbeleid
Volksgezondheid, Welzijn & Sport (VWS) Betrokken gezien de invloed van CO
2uitstoot op de volksgezondheid.
Buitenlandse Zaken Betrokken in kader van wereldwijd beleid en onderhouden van relaties met potentiële handelspartners (import, export).
Financiën Betrokken in verband met beschikbare budgetten
Tabel b6.1: betrokken ministeries en rol (uit: TFE, 2006)
Bijlage 6.2: Gerelateerde wet- en regelgeving
Er wordt regelmatig aangegeven dat de wet- en regelgeving die invloed heeft op vergisting van biomassa complex is. Om hier een beeld van te schetsen zijn in de tabel hieronder een aantal wetten en regels opgesomd die van toepassing kunnen zijn. De lijst is niet volledig, aangezien de situatie per provincie of gemeente kan verschillen.
Wet- of regelgeving Relatie
Aanvragen van certificaten duurzame energie (CertiQ) om MEP te kunnen ontvangen (EnerQ)
Voordat een leverancier van duurzame elektriciteit MEP subsidie kan krijgen dient hij hiervoor certificaten aan te vragen.
Beperking co-vergisting Wanneer de input van een vergister voor minder dan 50% uit mest bestaat wordt het digestaat niet meer gezien als dierlijke mest en mag het niet meer over het land worden uitgereden.
Besluit emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer B (Bees B)
In deze wet zijn beperkingen gesteld aan de uitstoot van stikstofoxoden van WKK’s met een zuigermotor gestookt op gasvormige brandstoffen (zoals biogas).
Besluit financiële zekerheid milieubeheer In sommige situatie kan er financiële zekerheid van de ondernemer gevraagd worden, voordat er een vergunning verleend wordt.
Besluit melden bedrijfsafvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen (AMvB Melden)
Alle installaties die afvalstoffen werken moeten registreren welke producten aangevoerd worden.
Bouwvergunning (Woning wet) Voor het plaatsen van een vergistingsinstallatie dient altijd een bouwvergunning aangevraagd te worden.
Energie in de Milieuvergunning (Wet milieubeheer)
Er wordt getoetst of de door de WKK geleverde warmte en elektriciteit op een efficiënte manier wordt gebruikt.
Gebruiksnormen voor de agrarische sector Deze norm bepaalt hoeveel nitraat, stikstof en fosfaat aanwezig mag zijn in het digestaat dat over het land wordt uitgereden
Handreiking industrielawaai en vergunningverlening
Toetsing van de geluidsemissies van geluidsbronnen (WKK, mestpompen of overige motoren).
Inrichtingen en vergunningenbesluit wet milieubeheer
Het al dan niet verlenen van een vergunning voor het plaatsen van een vergister op basis van invloed op het milieu
MER (Milieu Effect Rapportage) Bij vergistingsinstallaties die een capaciteit hebben van meer dan 100 ton per dag dient aangegeven te worden welke invloed dit op het milieu zal hebben.
Verplichte mestopslagcapaciteit van 6 maanden Het is in Nederland verplicht om mest zes maanden op te slaan.
Wet bodembescherming Het bodemrisico moet worden getoetst aan de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming Bedrijfsmatige Activiteiten (NRB)
Wet op de Ruimtelijke Ordening Wanneer een agrarisch bedrijf een vergister wil plaatsen moet het bestemmingsplan aangepast worden, aangezien (co)vergisting als een industriële activiteit wordt gezien.
Wet stankemissie in landbouwontwikkelings- en verwervingsgebieden
In het geval van mestvergisting neemt het bevoegd gezag een beslissing over de mogelijk stankoverlast.
Witte lijst Op deze lijst van biomassa stromen samen met mest mogen worden covergist.
Er wordt gekeken naar mogelijkheden om deze lijst uit te breiden.
Tabel b6.2: Wet- en regelgeving die van toepassing is op vergisting van biomassa (uit: Klimp, 2005)
Bijlage 7: Internationale vergelijking (co)vergisting
In deze bijlage is het beleid met betrekking tot (co)vergisting in Nederland vergeleken met het beleid in vijf andere EU lidstaten. Daarnaast is een omschrijving gegeven van de huidige marktsituatie in deze zes landen, zodat aan elk land een typering kan worden gegeven. De resultaten van deze vergelijking zijn weergegeven in tabel b7.1.
Nederland Denemarken Duitsland Engeland België Spanje
Markt Decentrale
vergisting, beperkt ontwikkelde leveranciers &
technologie markt
Centrale vergisting, ontwikkelde leveranciers &
technologie markt
Decentrale vergisting, ontwikkelde leveranciers &
technologie markt
Decentrale vergisting, geen ontwikkelde leveranciers &
technologie markt
Decentrale vergisting, geen ontwikkelde leveranciers &
technologie markt, import uit Duitsland
Centrale vergisting, geen ontwikkelde leveranciers &
technologie markt
Marktpenetratie 1% 7% 18% 1% 1% 0%
Aantal vergisters Tientallen, vele initiatieven
Duizenden Duizenden Tientallen Enkele, veel initiatieven
Enkele Investeringsruimte
boeren
Laag, investeringen gemiddeld
Gemiddeld, investeringen gemiddeld
Laag, investeringen gemiddeld
Laag, investeringen hoog
Laag, investeringen gemiddeld
Laag, investeringen onbekend
Investeringssubsidies Niet 20% 5-25% Onbekend Laag Max. 40%
Belastingvoordelen Nvt Vrijstelling voor biogas en biowarmte
Onbekend Nvt Onbekend Wisselt per
regio Terugleververgoeding Gemiddeld, ligt
vast voor 10 jaar
Laag Hoog, ligt vast voor 20 jaar
Nvt Gemiddeld, ligt
vast voor 10 jaar
Gemiddeld, ligt niet vast voor een periode Co-vergisting Witte lijst
3,
max. 50%
Nagenoeg alles, max.
25%
Witte lijst, geen max.
Zeer beperkte witte lijst, max.
10%
Ontheffing per substraat
Geen richtlijnen Wet- & regelgeving Complex,
langdurig
Overzichtelijk Wisselt per regio, kort
Complex, niet éénduidig
Complex, langdurig
Niet ontwikkeld Typering Middenmoot Voorloper Voorloper Achterblijver Achterblijver Achterblijver
Tabel b7.1: Vergelijking tussen zes EU lidstaten (uit: Veringa, 2006)
3