• No results found

Vraag nr.9van 25 september 1996van de heer STEVE STEVAERT

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.9van 25 september 1996van de heer STEVE STEVAERT"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 9

van 25 september 1996

van de heer STEVE STEVAERT

Milieuvergunningen – Openbaarheid bijkomend onderzoek

Bij het verlenen van milieuvergunningen door de bevoegde overheid (college van burgemeester en s c h e p e n e n , bestendige deputatie, minister) wordt in een aantal gevallen een bijkomend onderzoek o p g e l e g d . Meestal zijn dit onderzoeken om bepaal-de hinbepaal-der of problemen eigen aan het bedrijf vast te stellen of om de graad ervan te bepalen. D e r g e-lijk onderzoek wordt vaak verplicht bij het verle-nen van de vergunning, moet beantwoorden aan bepaalde eisen (zoals de uitvoering van het onder-zoek door een erkende persoon of instantie) en moet binnen een bepaalde termijn worden uitge-voerd.

Meestal moet het onderzoek worden overgemaakt aan de Milieu-inspectie, in een aantal gevallen eveneens aan de vergunningverlenende overheid. Aangezien het meestal onderzoeken inzake hinder voor omwonenden en voor het leefmilieu betreft, zou het logisch zijn dat de resultaten ervan ken-baar worden gemaakt, eventueel als toevoegsel bij de vergunning die op het gemeentehuis ter inzage ligt voor de bevolking. Zodoende kan men vaststel-len of het onderzoek is uitgevoerd en of het betrokken bedrijf oorzaak is van de hinder of het probleem.

Heeft de minister reeds maatregelen getroffen om de resultaten van deze onderzoeken en in voorko-mend geval van de bijkovoorko-mende maatregelen opge-legd door de bevoegde diensten, openbaar te maken ? Zo ja, op welke wijze ?

Antwoord

Titel I van het Vlarem bepaalt dat elke beslissing over milieuvergunningsaanvragen, zowel in eerste aanleg als in beroep, gedurende een periode van 30 kalenderdagen dient te worden aangeplakt aan het gemeentehuis en aan de zetel van de exploitatie. Tijdens deze periode kunnen alle geïnteresseerden de integrale vergunning, inclusief de opgelegde v e r g u n n i n g s v o o r w a a r d e n ,i n k i j k e n . Dit blijft later ook nog mogelijk, want artikel 32 van titel I van het Vlarem bepaalt dat gedurende ten minste twee dagen per week, elk gemeentebestuur aan elke derde inzage moet geven van de

milieuvergunnin-gen van de in de gemeente geëxploiteerde inrich-tingen.

De door de overheid aan de bedrijven opgelegde onderzoeken behoren, strikt genomen, niet tot de initieel opgelegde voorwaarden van de milieug u n n i n milieug. Het zijn meer bepaald bijkomende ver-plichte uitvoeringen van de opgelegde vergun-n i vergun-n g s v o o r w a a r d e vergun-n . Zij behorevergun-n dus tot het domeivergun-n van de naleving van de voorwaarden, en hun bekendmaking of "automatische" openbaarmaking is als dusdanig niet geregeld door voormelde bepa-lingen van titel I van het Vlarem.

Nochtans kunnen belanghebbenden een beroep doen op artikel 33 van het V l a r e m , zodat zij op eenvoudig verzoek deze informatie kunnen verkrij-gen bij het provinciebestuur.

Tevens kan men de informatie verkrijgen op grond van het decreet inzake openbaarheid van bestuur.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De vestiging van de buitendiensten en labo's van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) werd oor- spronkelijk niet bepaald door hydrografische of functionele, maar door

Het komt ook voor (vooral bij zogenaamde "groene" BPA's) dat de bestemming gelijkaardig is maar dat de terminologie afwijkt.. Zij verkrijgen een rechtsgrond bij de

Zo stellen we bijvoorbeeld vast dat, alhoewel verplicht volgens de wet van 1973 op het natuurbehoud, in de pro- vincie Limburg in 1993 nog steeds geen goedge- keurde bijzondere

Artikel 5 § 3, 11° van het besluit van de Vlaam- se regering betreffende de subsidiëring van de bebossing van landbouwgronden bepaalt dat een advies van de afdeling

werden niet ingekleurd op deze waarderings- k a a r t e n , alhoewel de biologische waarde van deze gebieden zeer belangrijk kan zijn ;?. – door allerhande ingrepen, en ook

Op geregelde tijdstippen werd de gemeente Voeren door de Vlaamse Milieumaatschappij schriftelijk gecontacteerd voor het indienen van projectvoorstellen voor het

Artikel 15, 2° van dit decreet stelt dat "de Maat- schappij (...) op verzoek van de betrokken gemeen- te of vereniging van gemeenten, onder de voor- waarden te bepalen door

VIaanderen zou voortaan door de zogenaamde communautaire verdeelsleutel voor de federale middelen in het wetenschapsbeleid, een aandeel van 56 percent krijgen in