• No results found

De handel in bushmeat in België. Mogelijkheden voor een integrale aanpak

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De handel in bushmeat in België. Mogelijkheden voor een integrale aanpak"

Copied!
63
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De handel in bushmeat in België.

Mogelijkheden voor een integrale aanpak.

Masterproef neergelegd tot het behalen van

de graad van Master in de Criminologische Wetenschappen door 01602429 Ruysschaert Sofie

Academiejaar 2019-2020

Aantal woorden: 13.009

Promotor : Commissaris :

(2)

II

(3)

III

Abstract

The consumption of bushmeat is an ancient phenomenon and it’s illegal trade has been prevalent. Despite this, bushmeat is still very topical. Belgium appears to be a key country in the trade and distribution of bushmeat across Europe. It is estimated that no less than 3700 kg of bushmeat is transferred through its airports yearly (Chaber et al, 2019). Alongside this, further media attention was gained through the 2018 documentary of Pano on the traffic of bushmeat in Belgium (Vercruysse, 2018). In 2020 the discussion flared up again due to the speculations of the spreading of the COVID-19 virus through the consumption of bats (Gijbels, 2020).

This study will discuss the illegal trade of bushmeat in Belgium. Specifically, it will focus on the different approaches of multiple organizations in Belgium and how they attempt to fight the battle against this illegal wildlife trade. After analyzing these approaches, some recommendations will be put forward. For this part, a SWOT analysis will be used to detect the strengths and weaknesses of current strategies involved and determine what threats and opportunities Belgian organizations have to face. Another question that will be answered in this paper is the scope of the bushmeat trade in Belgium.

The methodology in this paper is based on different semi-structured interviews with professionals working at different Belgian organizations that specialize in the fight against bushmeat trade.

Key words

(4)

IV

Woord Vooraf

Deze paper is tot stand gekomen in het kader van de master opleiding in de criminologische wetenschappen te Universiteit Gent. Deze thesis en het onderzoek dat hierbij hoort kunnen gezien worden als het summum van deze vier jarige opleiding. Voor mij was het schrijven van deze thesis zeker geen makkelijke klus. Het was een vreemd en moeilijk jaar waar de motivatie soms al eens ver te zoeken was. Bij mij al zeker toen ik een positieve Covid-19 test voorgeschoteld kreeg. Toch ben ik blij dat ik vandaag een afgewerkte thesis kan indienen waar ik zelf volledig achter sta, maar ik ga niet liegen: het heeft me op sommige momenten bloed, zweet en vele tranen gekost.

De masterproef is een individuele paper maar toch had ik het niet alleen kunnen afwerken. Daardom neem hier dan graag even de tijd en ruimte om enkele personen te bedanken.

Allereerst zou ik graag mijn promotor, professor dr. Decorte, bedanken voor het advies en de begeleiding die hij mij altijd bood. Zijn mening heeft mijn werk naar een hoger niveau getild. Hiernaast ook een speciale bedanking naar alle professionals die door hun tijd en expertise met mij te delen deze thesis hebben mogelijk gemaakt.

Vervolgens zou ik ook graag mijn gezin bedanken voor de steun en toeverlaat die ze me hebben geboden toen ik even door de bomen het bos niet meer zag. Ze stonden altijd voor mij klaar om mij op te peppen als het nodig was en bleven op elk moment in mij geloven. Mama en Lien lazen mijn werk ook na en gaven waar nodig opbouwende feedback.

Ook mijn vriend zou ik graag bedanken. Hij motiveerde en steunde me niet enkel maar hielp ook mee door mijn paper kritisch na te lezen en eventuele verbeteringen voor te stellen. Als laatste wil ik ook nog graag mijn vrienden van de criminologie bedanken. Zij waren tijdens mijn vier jarige opleiding talloze keren mijn reddende engel en we zaten vaak in hetzelfde schuitje.

Bij deze:

Professor Decorte, mevrouw Ruysschaert, mevrouw Marien, mevrouw Jansegers, mevrouw Malfait, mama, papa, Lien, oma, opa, Davy, Thalita, Lore en Lies:

(5)

V

Lijst met veel gebruikte afkortingen

BACON: Baggage Control

CBD: Convention on Biological Diversity CBWG: CITES Bushmeat Working Group

CITES: Convention on International Trade in Endangered Species of Wild Fauna and Flora CMS: Convention on Migratory Species

CoP: Conference of Parties / Conferentie van Partijen EU: Europese Unie

FAGG: Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten FAVV: Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

FOD: Federale Overheidsdienst

GRASP: Great Apes Survival Partnership

IUCN: International Union for Conservation of Nature IWT: Illegal Wildlife Trade

NGO: Niet-gouvernementele organisatie Pv: Proces-verbaal

TRAFFIC: Wildlife Trade Monitoring Network UN: United Nations

UNEP: United Nations Environment Programme WWF: World Wildlife Fund

(6)

VI

Inhoudstafel

Abstract III

Woord Vooraf IV

Lijst met veel gebruikte afkortingen V

Inhoudstafel VI

1. Inleiding 1

1.1.Wetenschappelijke motivering 1

1.1.1. Groene criminologie 2

1.1.2. Welzijn van mens en dier beschermen 2

1.1.3. Illegale handel 2 1.2. Afbakening probleemstelling 3 2. Onderzoeksdesign 4 2.1. Onderzoeksmethode 4 2.2. Respondenten 4 2.3.Soorten bronnen 5 2.4. Beperkingen 6

3. Bushmeat: terug naar de essentie 7

3.1. Bushmeat: definitie en oorsprong 7

3.2. Wat zijn de gevaren van bushmeat? 8

3.3.Wat is de wetgeving rond bushmeat in Europa en België? 9

3.3.1. Europa 9

3.3.2. België 12

3.4. De situatie in België 13

3.5. De illegale handel in wildlife 15

3.5.1. Algemeen 15

3.5.2. Trends 17

3.5.3. Actoren 17

3.6. De hiaten 18

4. Van een muis een olifant maken 19

5. Gewapend tegen de strijd? 22

5.1. Preventie/sensibilisering 22

5.2. Opsporing 22

(7)

VII

5.2.2. De Inspectiedienst van de Cel CITES 23

5.2.3. FAVV 24 5.3. Repressie 25 6. Toekomstmuziek 26 6.1. SWOT-analyse uitgelegd 26 6.2. Schematisch overzicht 27 6.3. Schema uitgelicht 27 6.3.1. Sterktes 27 6.3.2. Zwaktes 28 6.3.3. Kansen 29 6.3.4. Bedreigingen 30 6.3.5. Aanbevelingen 31 7. Discussie 34 8. Bibliografie 38 9. Bijlagen 47 9.1. Informatiebrief 47 9.2. Informed Consent 48 9.3. Vragenlijst 49

9.4. Data Management Plan 50

(8)

1

1. Inleiding

Naar schatting bereikt er iedere maand 3.653,7 kg bushmeat Europese bodem via de luchthaven van Zaventem (Chaber et al, 2019). Dit vlees, afkomstig van wilde of bedreigde diersoorten, die wordt gebruikt voor consumptie is een steeds populairder wordend gegeven in Europa en ook België (Naeyeart, 2018). Dit brengt echter een heleboel problemen met zich mee. Zo kan dit vlees diverse ziektes bevatten, die door consumptie de gezondheid van de mens kunnen aantasten. HIV en Ebola zijn hier slechts enkele voorbeelden van (Avasthi, 2004; Associated Press, 2018). Hiernaast is de internationale handel van bushmeat ook een bedreiging voor de biodiversiteit (Wilkie & Godoy, 2000) en voedselvoorziening van lokale gemeenschappen (Albrechtsen, Fa, Barry & Macdonald, 2005).

De internationale handel van bushmeat is een illegaal fenomeen (European Commission, 2020) en Brussel wordt in reportages en krantenartikels afgeschilderd als een cruciale draaischijf in deze lucratieve handel (Vercruysse, 2018; Ysebaert, 2019). Hoe prominent dit probleem in België vandaag de dag is en hoe onze Belgische organisaties hier de strijd tegen aan gaan, wordt hier in deze thesis besproken. Ook het gewenste toekomstperspectief van de betrokken diensten komt aan bod, aangevuld met enkele aanbevelingen.

Als eerstvolgende onderdeel van deze inleiding vindt u de wetenschappelijke motivering. Hier wordt kort uitgelegd waarom de bushmeat crisis in België een criminologisch relevant probleem is. Vervolgens volgt de afbakening van de probleemstelling. Hier worden de hoofdvraag en bijvragen geformuleerd. Hierna wordt het onderzoeksdesign uit de doeken gedaan. Er wordt hier gekeken naar de onderzoeksmethode, de respondenten, de soorten bronnen die gehanteerd zijn en de beperkingen van het onderzoek. Deze inleiding wordt afgesloten met een overzicht van het verdere verloop van deze thesis.

1.1.Wetenschappelijke motivering

Waarom is verder onderzoek naar de illegale handel in bushmeat nodig? En waarom zou dit deel uitmaken van het criminologische onderzoeksveld? Op deze twee vragen wordt hieronder kort antwoord gegeven.

(9)

2 1.1.1. Groene criminologie

De problematiek rond de illegale handel in bushmeat is te situeren binnen de groene criminologie. Dit is een perspectief dat ontstaan is uit de kritische criminologie (Ruggiero & South, 2012, 2013) en het spitst zich vooral toe op milieucriminaliteit en milieuschade. Ook de rechten van planten, dieren en ecosystemen maakt hier deel van uit (Bisschop, 2016).

Bij de groene criminologie is het begrip schade of harm van groot belang (Feytens, 2015). Dit is ook waarom bushmeat een relevant onderwerp is binnen dit aparte perspectief in de criminologie. Het gaat bij illegale handel van bushmeat niet enkel over het illegaal vervoeren en verkopen vlees van wilde diersoorten. Het gaat ook over het uitsterven van diersoorten en het verdwijnen van ecosystemen wat een enorme impact kan hebben op het verdere leven van de mens.

1.1.2. Welzijn van mens en dier beschermen

Het nuttigen, verhandelen en vervoeren van bushmeat kan een aanzienlijke impact hebben op het welzijn van zowel mens als dier. Zoals hierboven al vermeld kan het consumeren van bushmeat gepaard gaan met het doorgeven van virussen van dier op mens. Dit kan voor ziektes zoals Ebola, HIV en dergelijke zorgen (Mbotiji, 2002; Avasthi, 2004; Falk et al., 2013; Associated Press, 2018). Diersoorten kunnen ook uitsterven waardoor er bepaalde belangrijke ecosystemen verdwijnen (Brashares et al., 2004; WWF, 2018).

1.1.3. Illegale handel

De illegale soortenhandel, waar de handel in bushmeat toe behoort, is de derde grootste lucratieve handelsvorm, na wapens en drugs (Braun, 2000). Er gaan ook verschillende andere illegale praktijken met deze handel gepaard zoals smokkelen, papiervervalsing, fraude en witwassen (van Uhm, 2012). Tenslotte kan ook opgemerkt worden dat deze illegale vorm van handel veel geld opbrengt en dit geld wordt vaak gebruikt voor het financieren van gewapende groeperingen (van Uhm, 2012; WWF, 2018).

(10)

3

1.2. Afbakening probleemstelling

Zoals hierboven bij de situering van het onderwerp misschien al is opgevallen, bestaan er enkele hiaten wanneer het aankomt op de situatie in België. De exacte omvang van het probleem blijft een raadsel en ook over de integrale aanpak bestaan er nog verschillende onduidelijkheden. Met dit onderzoek wordt er een poging gedaan om deze lacunes deels in te vullen. Om dit te kunnen realiseren wordt er gefocust op volgende hoofdvraag:

“Hoe prominent is de handel van bushmeat vandaag de dag in België aanwezig en hoe kunnen de maatregelen, vandaag de dag toegepast, geoptimaliseerd worden om de strijd

tegen bushmeat efficiënter tegen te gaan?”

Om het onderzoek tastbaarder en duidelijker te maken, wordt deze hoofdvraag onderverdeeld in verschillende bijvragen. Deze bijvragen zullen in aparte hoofdstukken behandeld worden en samen het antwoord op de hoofdvraag vormen.

Bijvragen:

“Hoe prominent is de handel van bushmeat vandaag de dag aanwezig in België? Is het een kritiek probleem waar we niet om heen kunnen of wordt deze problematiek uitvergroot door de media?”

“Wat zijn de maatregelen die vandaag de dag genomen worden door Belgische instanties in hun strijd tegen bushmeat? Wordt er vooral ingezet op preventie of repressie?”

“Hoe kunnen deze maatregelen geoptimaliseerd worden om zo de strijd tegen bushmeat op een efficiëntere manier aan te gaan?”

(11)

4

2. Onderzoeksdesign

2.1. Onderzoeksmethode

Om dit onderzoek te kunnen verwezenlijken werd de methode van de kwalitatieve, semigestructureerde interviews gehanteerd. Het gaat hier met andere woorden over een interview gebaseerd op een niet-definitieve vragenlijst of topic-lijst waarbij er aan de hand van een flexibele conversatie gezocht wordt naar antwoorden op de vragen (Longhurst, 2003). Specifiek werd er gefocust op het expertinterview waarbij er respondenten gecontacteerd worden die beschikken over een aanzienlijke hoeveelheid kennis en informatie over het desbetreffende onderwerp (Baarda & van der Hulst, 2017).

Na een grondige literatuurstudie werd een vragenlijst opgesteld gebaseerd op de hiaten uit de literatuurstudie. Deze vragenlijst diende tijdens het interview als leidraad zodat er geen belangrijke onderwerpen vergeten werden. Indien gewenst kon er op elk moment van de vragenlijst afgeweken worden om dieper op een onderwerp in te gaan of om een ander topic aan te kaarten.

Het opzet bestond eruit om de interviews face to face te laten door gaan. Zo was er sprake van een natuurlijkere interactie en kon er rekening gehouden worden met de gezichtsuitdrukkingen en non-verbale informatie van de respondent. Wegens de uitbraak van Covid-19 werd afgeweken van dit plan en gingen de interviews op afstand door. Dit om de gezondheid van alle actoren te kunnen garanderen. Het platform dat gebruikt werd kon gekozen worden door de respondenten.

Van ieder interview werd een geluidsopname gemaakt. Deze werd achteraf getranscribeerd en handmatig geanalyseerd. Er werd gebruik gemaakt van een kleurencode waarbij ieder kleur overeen kwam met een bijvraag.

2.2. Respondenten

De respondentengroep die voor deze masterproef gecontacteerd werd bestond uit experts van verschillende diensten en organisaties die op werkvlak belast zijn met de strijd tegen bushmeat. In het begin van het onderzoek werd een korte lijst respondenten opgesteld die gecontacteerd konden worden. Aan de experts waarmee een interview werd afgenomen werd gevraagd of zij nog diensten of professionals kenden die zeker gecontacteerd moesten worden. Er werd dus gebruik gemaakt van de sneeuwbalmethode (Kleemans, Korf & Staring, 2008).

(12)

5 De organisaties en diensten die gecontacteerd werden behoorden allemaal tot overheidsdiensten, NGO’s, bedrijven of het parket. Deze respondenten werden in eerste instantie benaderd via email. Wanneer dit geen respons opleverde werd er overgeschakeld naar telefoongesprekken, LinkedIn-connecties en, indien nodig, aanvraagformulieren.

In totaal werden er negen algemene organisaties of diensten gecontacteerd. In enkele gevallen werden meerdere personen of diensten van dezelfde organisatie aangesproken. Dit leidde tot vijf positieve reacties van experts die wilden deelnemen. Uiteindelijk is met vier van deze professionals een interview kunnen doorgaan. Namelijk mevrouw Ruysschaert van WWF, mevrouw Marien en mevrouw Jansegers van de douane en mevrouw Malfait van de Cel CITES. In het geval van één respondent was het houden van een interview niet wenselijk. Er werden echter wel enkele vragen beantwoord via email. Deze antwoorden worden gebruikt tijdens de bespreking van de resultaten. Omdat er echter geen informed consent werd ingevuld zal deze persoon niet bij naam genoemd worden omdat de persoon in kwestie hier geen toestemming voor heeft gegeven. In de referenties zal er verwezen worden naar de dienst waar deze persoon werkzaam is, het FAVV.

2.3.Soorten bronnen

In deze thesis wordt er gebruik gemaakt van diverse soorten bronnen. De overgrote meerderheid van deze bronnen zijn via het internet te raadplegen. Om deze bronnen te vinden werd er gebruik gemaakt van Google Chrome, Google Scholar, Researchgate en Web of Science. Enkele van de zoektermen die gebruikt werden zijn: bushmeat, wild meat, brousse vlees, illegal wildlife trade, CITES, groene criminologie en wildlife crime. Ook hier werd er gebruik gemaakt van de sneeuwbalmethode. Bij kwaliteitsvolle artikels werd de referentielijst geraadpleegd om zo diverse andere bronnen te vinden.

De bronnen die gehanteerd werden zijn op te delen in volgende categorieën: Wetgeving, tijdschriften, boeken, internetbronnen, grijze literatuur en varia.

(13)

6

2.4. Beperkingen

Er zijn slechts een aantal organisaties in België die zich actief bezig houden met de strijd tegen bushmeat in België. Dit zorgde ervoor dat de respondentenpoel sowieso al redelijk klein was. Hierbij kwam dan nog het probleem van Covid-19. Veel diensten die gecontacteerd werden hadden het oftewel veel drukker, waardoor de prioriteit niet lag bij het beantwoorden van vragen inzake een masterproef en aan de andere kant heerst er, tot op de dag van vandaag, een groot percentage tijdelijke of technische werkloosheid zoals bijvoorbeeld bij het personeel van de luchthaven. Dit vormde een extra moeilijke factor om bereidwillige respondenten te vinden.

In het eerstvolgende hoofdstuk wordt een beknopte literatuurstudie weergegeven over het onderwerp bushmeat. Buiten een algemene schets over het fenomeen bushmeat wordt er hier vooral toegespitst op de implementatie van CITES in Europa en België, de situatie rond bushmeat op de luchthaven van Zaventem en een algemene kijk op illegal wildlife trade (IWT).

Hieropvolgend wordt er in een volgend hoofdstuk gekeken naar de omvang van de handel in bushmeat in België en of dit overeen komt met de aantallen die vermeld worden in de reportage van Vercruysse (2018) en het rapport van Chaber et al (2019).

Vervolgens komen de maatregelen die genomen worden door diverse Belgische diensten aan de beurt. Hier wordt er overlopen welke maatregelen de organisaties in België die met deze problematiek professioneel bezig zijn, nemen.

Tenslotte wordt ook besproken aan de hand van een SWOT-analyse wat de plus- en minpunten zijn aan het huidige beleid en de geldende maatregelen. Deze SWOT-analyse wordt aangevuld met enkele aanbevelingen voor in de toekomst.

Hierna volgt een conclusie en discussie over de vergaarde informatie en wordt er met kritisch oog gekeken naar het onderzoek. Ook aanbevelingen voor verdere onderzoek komen hier aan bod.

(14)

7

3. Bushmeat: terug naar de essentie

Dit onderdeel bestaat uit een beknopte literatuurstudie. Hier wordt er kort besproken wat bushmeat is, waar het vandaan komt, wat de gevaren en de wetgeving errond zijn en hoe de situatie in België er vandaag de dag uit ziet. Vervolgens wordt er gekeken naar de kennis dat de groene criminologie al vergaard heeft over dit thema door eerder onderzoek. Er wordt hier algemeen gekeken naar wildlife trafficking en niet enkel naar bushmeat. Als laatste worden ook kort de hiaten opgenoemd die tot op heden niet ingevuld zijn.

3.1. Bushmeat: definitie en oorsprong

Bushmeat is een term met diverse uiteenlopende definities. Uiteindelijk werd er geopteerd om tijdens dit onderzoek volgende definitie te hanteren. Deze definitie is een combinatie van onder andere de definitie van CITES Secretariat (z.j.), Davis & Brown (2007) en Nasi et al (2008). “Bushmeat is het vlees afkomstig van wilde of bedreigde diersoorten dat werd verkregen aan de hand van de jacht met oog op de consumptie van dit vlees.”

Hiernaast bestaan er ook verschillende synoniemen voor bushmeat zoals broussevlees, viande de brousse, bosvlees, game meat, wild meat en junglevlees (Davis & Brown, 2007; Braet, 2010). Bushmeat is vooral afkomstig uit Afrika, Azië en Centraal- of Zuid-Amerika. Het vlees wordt hierna verhandeld over de hele wereld, waaronder ook in België (Fa, Currie & Meeuwig, 2003; Brashares et al., 2004; van Uhm, 2012; Lee, Sigouin, Pinedo-Vasquez & Nasi, 2014; Vercruysse, 2018; Chaber, 2019).

De jacht op en behandeling van het vlees kunnen verschillen. Zo kunnen er vallen, vergif of wapens gebruikt worden (Mbotiji, 2002; Lilongwe Wildlife Trust, 2014) en kan het vlees gerookt, gezouten, rauw of nog op een andere manier vervoerd worden (Davis & Brown, 2007; Falk et al., 2013).

De populariteit van bushmeat kan op verschillende manieren verklaard worden. In de landen van herkomst is broussevlees vaak een bron van essentiële voedingsstoffen zoals bijvoorbeeld proteïnen (Secretariat of the Convention on Biological Diversity, 2008). Hiernaast is junglevlees in deze landen ook goedkoper dan vlees gekweekt in de landbouw, wat het ook toegankelijker maakt (Mbjotiji, 2002).

(15)

8 Vervolgens is het ook belangrijk op te merken dat bushmeat ook kan gezien worden als een belangrijke bron van inkomsten (Bair-Brake et al., 2014). Ten slotte is ook de internationale vraag naar bushmeat gestegen door de immigratie van de bevolking naar Europa en Noord-Amerika (Mbotiji, 2002). Het junglevlees wordt gezien als delicatesse waardoor mensen bereid zijn er meer geld voor neer te tellen en het vlees vervult vaak ook een culturele of spirituele rol (Secretariat on the Convention on Biological Diversity, 2011; Falk, et al., 2013; Bair-Brake et al., 2014; De Zonnegloed, z.j.)

3.2. Wat zijn de gevaren van bushmeat?

De consumptie van en handel in bushmeat kan ook gevaarlijk zijn. Er zijn verscheidene negatieve gevolgen voor mens en dier aan verbonden. Voor de mens is de verspreiding van virussen het meest alarmerend. De consumptie van bushmeat is namelijk de oorzaak van verschillende ziektes bij mensen. Zo zouden hand-voet-mond-ziektes, varkenspest, monkeypox, foamy virus, HIV, Ebola en COVID-19 gelinkt zijn aan bushmeat. Al moet deze laatste nog bewezen worden (Chitnis, Rawls & Moore, 200; Mbotiji, 2002; Avasthi, 2004; Rizkalla, Blanco-Silva & Gruver, 2007; Falk et al., 2013; Wilkinson & Leach, 2014; Associated Press, 2018; Gijbels, 2020).

Vervolgens is het ook belangrijk om op te merken dat de bron van broussevlees eindig is. Als er op deze manier verder wordt gejaagd dan zal er binnen enkele jaren geen bushmeat meer beschikbaar zijn. Dit is een grote bedreiging voor de lokale gemeenschappen die afhankelijk zijn van bushmeat om hun proteïnegehalte op pijl te houden (Loibooki, Hofer, Campbell & East, 2002).

Als laatste heeft de illegale handel van bushmeat ook een enorme impact op het verdere bestaan van diersoorten en de biodiversiteit. Zo wordt vaak ook het leefgebied van verschillende diersoorten vernietigd tijdens de jacht (Wilkie & Godoy, 2000; De Zonnegloed, z.j.). Wanneer de situatie zich op deze manier blijft manifesteren zal er binnen enkele jaren waarschijnlijk sprake zijn van een empty forest syndrome. Er wordt hierover gesproken wanneer de bossen, wouden en jungles stap voor stap volledig leeg worden geroofd (Hance, 2012). Niet minder dan 300 diersoorten worden vandaag de dag al met uitsterven bedreigd (Ripple et al., 2016).

(16)

9

3.3.Wat is de wetgeving rond bushmeat in Europa en België?

Bushmeat an sich is een legaal fenomeen. In de lokale gemeenschappen is het wettelijk toegelaten om op bushmeat te jagen, zolang hierbij de plaatselijke regelgeving wordt gerespecteerd (Lindsey et al, 2013). Het illegale aspect aan de handel van bushmeat is, met andere woorden, het vlees dat illegaal over de grenzen wordt gesmokkeld. Het is namelijk verboden om dierlijke producten, waaronder vlees, van een derde land mee te brengen naar een staat binnen de Europese Unie zonder over de geschikte certificaten te beschikken (European Commission, z.j.). Een derde land is een land die niet behoort tot de Europese Unie.

In dit onderdeel wordt het belangrijkste kaderwerk voor de wetgeving en regulering rond wildlife trade en bushmeat uitgetekend. Zowel in Europa als in België kan CITES gezien worden als het belangrijkste verdrag rond de regulering van de internationale handel in bedreigde plant- en diersoorten, dit wordt hieronder besproken. Ter volledigheid komen er nog enkele andere wetten en internationale initiatieven aan bod.

3.3.1. Europa 3.3.1.1.CITES

In Europa is het belangrijkste initiatief rond het reguleren van de wildlife trade met stip het CITES-verdrag. CITES staat voor Convention on the International Trade in Endangered Species en focust zich vooral op het reguleren van de internationale handel van bedreigde plant- en diersoorten met als doel hun uitsterven te voorkomen.

Deze conventie is uitgegroeid tot een internationale samenwerking waar vandaag de dag niet minder dan 183 verdragspartijen vrijwillig aan meewerken. Echter eens partij, geldt er een compliance procedure. De beslissingen die worden genomen zijn, met andere woorden, bindend (Cites, z.j.). Door deze verplichte implementatie hebben alle partijen een gelijkaardig legal framework. Dit is ook het geval voor de Europese Unie. Zij gebruikt resoluties om CITES in de Europese wetgeving te implementeren. (European Commission, 2010).

CITES maakt gebruik van de CoP, Conference of Parties of Conferentie van de Partijen om de conventie te implementeren. Om de drie jaar komt de CoP samen om zaken te bespreken en resoluties op te maken en aan te passen. Deze resolutie vormen dan de inhoud die door de verdragspartijen moet geïmplementeerd worden. Dit komt doordat de tekst van de Conventie

(17)

10 slechts uit een 15-tal artikelen bestaat. Als deze iedere keer veranderd zou moeten worden zou dit de toestemming van iedere partij vergen (Malfait, E., Persoonlijke Communicatie, 4 augustus 2020).

In het begin van het bestaan van CITES was het voor de Europese Unie niet mogelijk om een verdragspartij te worden. Het Gaborone amendement heeft dit echter veranderd. Deze amendement is na 30 jaar, in 2013, eindelijk in werking getreden (European Commission, 2019) waardoor het voor de Europese Unie in 2015 mogelijk werd om toe te treden.

Er zijn twee verordeningen die de implementatie van CITES mogelijk maken. Als eerste bestaat de Verordening van 9 december 19961. Deze verordening focust zich vooral op de technische kant van de controles in verband met de internationale handel. Het regelt het kaderwerk, de procedures en het duidt de vier verschillende bijlages waartoe de soorten fauna en flora kunnen behoren. Als tweede bestaat ook de Verordening van 4 mei 20062 die gaat over de

uitvoeringsbepalingen van de eerst genoemde verordeningen. Deze verordening is vooral praktisch gericht en beschrijft bijvoorbeeld welke formulieren er zijn en hoe ze moeten ingevuld worden.

Er zijn echter enkele verschillen tussen de verordeningen van de EU en de Conventietekst. Zo maakt CITES gebruik van drie verschillende appendices om de graad van uitsterven te bepalen. Appendix I bevat soorten die met uitsterven bedreigd zijn. Bij appendix II dreigt uitsterven wanneer de handel niet nauwlettend gecontroleerd wordt. Op appendix III worden soorten opgelijst die door de landen van herkomst worden opgegeven uit angst voor extinctie of overexploitatie (CITES, 1973; van Uhm, 2012). De Europese Unie maakt onderscheid tussen vier verschillende bijlages die grotendeels overeen komen met de Appendices. De vierde bijlage, bijlage D, bevat soorten die niet in de appendices zijn opgenomen maar die Europa toch wilt opvolgen (European Commission, 2010).

Vervolgens valt ook op te merken dat de Europese verordeningen strengere regels hanteren inzake import en invoer. Zo zijn invoervergunningen verplicht voor bijlage A en B soorten.

1 Verordening van 9 december 1996 inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantesoorten door

controle op het desbetreffende handelsverkeer.

Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen - 3 maart 1997.

2 Verordening van 4 mei 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening Nr. 338/97 van de Raad.

(18)

11 Voor soorten van bijlage C en D moet er een melding gemaakt worden van de invoer (Braet, 2010).

In artikel XIV van CITES staat vermeld dat de verdragspartijen het recht hebben om de regelgeving, bepaald in de Conventie, op een strengere manier toe te passen (CITES, 1973).

3.3.1.2. Wetgeving rond import van producten met een dierlijke oorsprong

Het importeren van bushmeat vanuit een land dat niet tot de Europese Unie behoort is ook op basis van een andere wet verboden. Namelijk de Verordening van 5 maart 20093. De insteek van deze wet is er meer op gericht om de volksgezondheid van de burgers te beschermen, in tegenstelling tot de invalshoek van CITES die zich eerder focust op het behoud van de biodiversiteit en het vermijden van extinctie.

Deze verordening bevat een uitgebreide lijst van welke producten wel of net niet de Europese Gemeenschap binnen mogen gebracht worden vanuit een derde land. Hiernaast bestaat ook nog een aanvullende beschikking4 die zich uitspreekt over de gevallen die een uitzondering vormen op bovenstaande verordening.

3.3.1.3. Diverse internationale initiatieven

Als eerste internationale initiatief wordt UNEP naar voor geschoven. UNEP staat voor United Nations Environment Program. Het is een initiatief van de Verenigde Naties dat zich inzet om de belangen van het milieu op de kaart te zetten bij haar partners (UNEP, z.j.). Eén van de realiseringen van UNEP is GRASP, wat staat voor Great Apes Survival Partnership. GRASP bestaat sinds 2001 en zet zich met haar partijen in voor de overleving van diverse grote aapsoorten (GRASP, z.j.). Zo heeft UNEP ook samen met GRASP een rapport geschreven over bushmeat en de gevaren die het eten hiervan met zich meebrengt. Het rapport spitst zich toe op

3 Verordening van 5 maart 2009 betreffende het binnenbrengen in de Gemeenschap van persoonlijke zendingen

en producten van dierlijke oorsprong.

Publicatieblad van de Europese Unie – 1 juli 2013.

4 Beschikking van de Commissie van 9 december 2002 houdende vaststelling van voorlopige

vrijwaringsmaatregelen met betrekking tot de invoer van producten van dierlijke oorsprong voor persoonlijke consumptie.

(19)

12 de ziekte Ebola die in West-Afrika alleen meer dan 11 000 mensen het leven heeft gekost (UNEP & GRASP, 2016).

CBD staat voor Convention on Biological Diversity. Het is een conventie die sinds 1992 bestaat en 196 leden heeft (CBD, z.j). Door haar partijen aan te manen om actie te ondernemen proberen de CBD & haar organen om de biodiversiteit te garanderen (UN, z.j.). In 2016 werd er een CoP georganiseerd rond bushmeat (CBD, 2016).

De Convention on the Conservation of Migratory Species of Wild Animals (CMS) wordt ook wel de Conventie van Bonn genoemd. De Conventie telt 130 partijen en bestaat sinds 1979 (CMS, z.j.). Deze Conventie spitst zich vooral toe op het behoud van bedreigde, rondtrekkende diersoorten (Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, z.j.). De CMS heeft al diverse bijdragen gepubliceerd met als onderwerp bushmeat (CMS, 2008).

IUCN is de afkorting van International Union for Conservation of Nature. Deze Unie heeft meer dan 1400 verschillende organisaties die lid zijn, waaronder vijftien uit België. Samen werken ze aan het natuurbehoud en een duurzame ontwikkeling (IUCN, z.j.). Eén van hun doelstellingen is het bushmeat probleem globaal aanpakken (IUCN, 2009).

3.3.2. België

Ook België is sinds 1983 één van de verdragspartijen van CITES. Hierdoor moet België de verordeningen die door Europa zijn aangenomen opnemen in de eigen wetgeving en heeft hierbij geopteerd om zelf een extra wet te voorzien. Deze CITES-wet bepaalt onder andere de straffen die in België worden toegepast voor inbreuken op de CITES-materie. Zo staat er een gevangenisstraf van zes maanden tot vijf jaar op het illegaal in-, uit- of doorvoeren van de soorten die in de appendices terug te vinden zijn. Ook een geldboete van €26 tot €50 000 is mogelijk5. Ook bepaalt deze wet wat er met de inbeslaggenomen soorten moet gebeuren. Terugzending, vernietiging en slachting zijn slechts enkele van de mogelijkheden.

5 Wet van 28 juli 1981 houdende de goedkeuring van de Overeenkomst inzake de internationale handel in

bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten. Belgisch Staatsblad – 30 december 1983.

(20)

13 Hiernaast bestaat er ook een Koninklijk Besluit6 die de reglementering inzake soorten van appendix I omschrijft zoals welke documenten hiervoor nodig zijn en de maatregelen die controlerende instanties kunnen nemen tijdens een inspectie.

In België wordt er beroep gedaan op vier diverse controle instanties om de CITES wetgeving te controleren zijnde: de douane, de politie, de inspecteurs van het FAVV en de inspectiedienst van de FOD leefmilieu (FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, 2016). Deze bevoegdheid werd de instanties toegewezen op basis van de Belgische CITES-wet. Deze instanties hebben het recht om tijdens het uitoefenen van hun functie zichzelf toegang te verschaffen tot restaurants, bedrijven, markten en dergelijke om daar hun controlerende functie uit te oefenen. Er kan een waarschuwing worden gegeven, een pv worden opgesteld of een inbeslagname plaatsvinden.

3.4. De situatie in België

Welke rol speelt België in dit verhaal? Deze vraag is belangrijk om bovenstaande onderzoeksvragen op een correcte manier te kunnen oplossen. In 2018 verscheen er een reportage van Pano met als naam ‘Aap op het menu’. De documentaire spreekt over tientallen tonnen bushmeat die via de luchthaven van Zaventem zouden ingevoerd worden. Ook wordt er in de reportage gewerkt met een bodycam. Op de beelden van dit apparaat is te zien hoe de reporters enkele winkels en restaurants binnenstappen met de vraag of er bushmeat te verkrijgen is. Na het kopen van enkele vermeende stukken bushmeat, worden deze opgestuurd voor DNA-analyse. Hieruit blijkt dat het gaat om twee stukken vlees van apensoorten en een stuk vlees van een duiker. Enkele stukken vlees blijken besmet met de Monkey Pox (Vercruysse, 2018). Deze reportage heeft immens veel media-aandacht gekregen maar de wetenschappelijke relevantie van deze bijdrage kan in vraag gesteld worden. Ook The Sunday Times (1999) vermeldt twee voorvallen van bushmeat in Brussel. Dit artikel kan echter ook niet wetenschappelijk onderbouwd worden.

Tot voor kort waren er amper wetenschappelijke bronnen te vinden die de situatie rond bushmeat in België uit de doeken deden. Doch is hier recentelijk verandering in gekomen. Op 3 en 4 december 2019 wordt er in Brussel een conferentie georganiseerd: ‘Dead or alive:

6 Koninklijk besluit van 9 april 2003 inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door

(21)

14 towards a sustainble wildlife trade’. De eerste volledige dag van deze conferentie wordt aan het onderwerp bushmeat gewijd. Naar aanleiding van deze conferentie wordt er een relevante studie van Chaber (2019) gepubliceerd. Hieronder worden kort de belangrijkste bevindingen weer gegeven.

3.653,7 kg, dat is hoeveel bushmeat, via Zaventem, Europa bereikt. Of dit toch volgens een schatting die Chaber et al (2019) gemaakt heeft op basis van de inbeslagnames en het aantal passagiers die van Afrika naar België vliegen. Tijdens deze studie werd er actief op zoek gegaan naar bushmeat aan de hand van drie soorten controles: BACON acties, routinecontroles en Leaking Luggage screening.

BACON staat voor bagage control en dit houdt in dat op regelmatige tijdstippen de bagage wordt gecontroleerd van alle passagiers die in Zaventem arriveren via een vlucht uit een Afrikaans land (Chaber et al, 2019). Deze BACON controles zijn een samenwerking tussen de douane, het FAVV, het FAGG en de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. In 2019 werden er 35 BACON controles gehouden waarbij er 3142,85 kg levensmiddelen in beslag genomen zijn. Ook vlees zit in deze hoeveelheid inbegrepen (FAVV, Persoonlijke Communicatie, 13 augustus 2020).

Routinecontroles zijn de gerandomiseerde controles die in iedere luchthaven worden gehouden om passagiers en hun bagage te inspecteren. Leaking Luggage screenings komen voor bij aansluitende vluchten, als de bagage wordt overgedragen van de ene vlucht naar de andere. Wanneer er een substantie lekt uit een stuk bagage, dan wordt deze meegenomen voor verder onderzoek.

Alle stukken vlees die gevonden werden tijdens deze controles werden onderzocht. Eerst werden ze onderworpen aan een visuele inspectie en indien mogelijk werden de stukken ook geanalyseerd via radiografie en DNA-analyse. In totaal werd er 839 kg in beslag genomen waarvan 687 kg afkomstig was uit Afrika. Togo kwam uit de bus als grootste exportland. Na inbeslagname werden de stukken vlees onderzocht en werd er bepaald of het om bushmeat ging en indien ja, welke diersoorten dit waren. Uit alle bushmeat-samples bleek dat er tien diersoorten op de CITES-lijst voorkwamen, acht op appendix II en twee op appendix I. Het ging hier om duikers, pangolins, apen, slangen, krokodillen en een varaan.

Wat dit onderzoek niet heeft kunnen verduidelijken is of het bushmeat, dat via Zaventem wordt binnen gesmokkeld, dient voor persoonlijke of commerciële doeleinden. De gemiddelde

(22)

15 hoeveelheid per passagier was 2 kg. In principe wijst dit laag gemiddelde op een persoonlijke consumptie maar omdat bushmeat vaak aan een hoge prijs verkocht kan worden is dit geen zekerheid. Ook het feit dat de straffen, die op het importeren van bushmeat staan, amper geïmplementeerd worden, zorgt voor een verhoogde kans op een commercieel karakter.

Het is belangrijk om te weten dat in deze studie enkel vluchten van Afrika onderzocht werden. Ook werden de BACON acties niet at random gehouden waardoor ze heel voorspelbaar werden. Hiernaast is het feit dat passagiers in transit of cargo niet gecontroleerd werden ook een belangrijke beperking (Chaber et al, 2019).

Er kan dus geconcludeerd worden dat er op grote schaal via Zaventem bushmeat het Europese grondgebied bereikt. Het bushmeat dat toekomt bevat soms ook CITES-soorten, waaronder apen. Hierop staan hoge boetes en zelfs een gevangenisstraf, zoals besproken in het onderdeel ‘wetgeving België’. Deze worden echter amper geïmplementeerd, waardoor het risico verbonden aan deze illegale handel heel laag is.

3.5. De illegale handel in wildlife

De illegale handel van wildlife en specifieker bushmeat is een studieobject van de groene criminologie. Hoewel er over de handel van wildlife verschillende wetenschappelijk onderbouwde artikels en boeken te vinden zijn, zijn de resultaten over de illegale handel in bushmeat heel pover. Buiten enkele studies die te vinden zijn over de handel van bushmeat via luchthavens zijn de resultaten miniem. Hierdoor wordt er in dit onderdeel meer naar het algemeen gekeken: de illegale internationale handel van wildlife. Hieronder volgt een beknopte bespreking.

3.5.1. Algemeen

Illegal wildlife trade (IWT) kan gedefinieerd worden als de illegale activiteiten die kunnen geassocieerd worden met de commerciële exploitatie en handel van wilde soorten (‘t Sas-Rolfes, 2019). Wilde en bedreigde plant- en diersoorten worden al decennia lang internationaal verhandeld voor verschillende doeleinden. Zo kunnen ze dienen als huisdier, etenswaar, medicijn, trofee of dergelijk. Een aanzienlijk deel van deze handel gebeurt illegaal (Rosen & Smith, 2010).

(23)

16 Op de omvang van deze IWT is moeilijk een cijfer te plakken. Globaal wordt er een omzet van 20 biljoen euro geschat (Rosen & Smith, 2010; Izquiero, 2020). Van Uhm (2016) ziet het een beetje kleinschaliger en beraamt een bedrag tussen de 10 en 25 biljoen dollar. Een exact cijfer is dus niet geweten maar een zekerheid is dat de omvang van IWT immens is. Het is namelijk de derde grootste lucratieve handel, na deze van wapens en narcotica (Rosen & Smith, 2010; van Uhm, 2016; Kurland & Pires, 2017). De populariteit van de illegale handel in wildlife kan deels verklaard worden door het feit dat het een high profit, low risk trade is. Hierdoor zijn er verschillende criminele organisaties die zich in deze handel hebben ingewerkt (Zimmerman, 2003; Izquiero, 2020).

Of criminele organisaties ook winst trachten te maken door bushmeat te verhandelen is nog de vraag. Hoe zou het nu komen dat de handel van bushmeat in Europa zoveel voorkomt? Hierover kan opgemerkt worden dat de (illegale) handel in Europa gefaciliteerd wordt door het Verdrag van Schengen. In principe werkt de Europese Unie met een beginsel van zachte binnengrenzen. Dit wilt zeggen dat mensen en goederen vrij en zonder controle kunnen bewegen over de landsgrenzen heen. Dit zorgt ervoor dat, eenmaal handelsproducten de buitengrenzen van de Europese Unie gepasseerd zijn, ze vrij te verspreiden zijn. Dit zorgt ervoor dat illegale handelaars op zoek gaan naar de zwakste buitengrenzen, deze proberen over te steken en dan hun handelswaar trachten te verspreiden over de EU (van Uhm, 2012; Feytens, 2015). Volgens Feytens (2015) zijn de zwakste buitengrenzen te lokaliseren rond de voormalige Oostbloklanden.

De illegale handel in wildlife is slechts een onderdeel van alle wildlife trade. Om een beeld te krijgen van de legal wildlife trade in een land, kan de CITES Trade database geraadpleegd worden. Elke verdragspartij van CITES is namelijk verplicht om hun jaarlijkse rapporten in verband met hun vergunningen en de soorten waarvoor deze gevraagd worden in te dienen (‘t Sas-Rolfes, 2019). In de jaren 2017-2018 zijn er in totaal 869 vergunningen verleend in België. De soorten behoren tot alle drie de appendices en het materiaal verschilt van schedels, naar leder producten, tot levende dieren, pianotoetsen en nog zo veel meer (Cites Trade Database, 2019).

(24)

17 3.5.2. Trends

De laatste jaren is er een stijging op te merken in de hoeveelheid IWT (Biggs et al, 2017; ’t Sas-Rolfes, 2019). Dit zorgt er op zijn beurt voor dat er een toename is in de hoeveelheid literatuur over dit thema (’t Sas-Rolfes, 2019).

Het dark number van IWT ligt beduidend hoger dan deze van de traditionele misdrijven. Dit omdat IWT vaak gezien wordt als ‘folk crime’ (Kurland & Pires, 2017). Dit wilt zeggen dat dit niet de misdrijven zijn waarnaar criminologen vaak onderzoek doen. Dit omdat de “goede naam” van de daders vaak niet aangetast wordt (Phillips, Mitchell & Murrell, 2014) en de slachtoffers zich vaak niet (kunnen) melden. Dit fenomeen verbetert wel langzaam aan doordat de populariteit van IWT en de literatuur errond vermeerdert.

Hiernaast is wildlife crime ook scheef verdeeld, zoals veel traditionele criminele activiteiten. Zo zijn er vaste tijdstippen in het jaar waarop er meer IWT geregistreerd wordt, bijvoorbeeld de vakantie (Kurland & Pires, 2017).Vervolgens is het ook belangrijk op te merken dat IWT steeds vaker aanwezig is op het internet. Dit komt onder andere voor op E-commerce, sociale media en het dark web (Di Minin, Fin, Tenkanen & Hiippala, 2018; Coalition to End Wildlife Trafficking Online, 2020). De Coalition to End Wildlife Trafficking Online is echter volop bezig met het aanpakken van deze problematiek. Samen met haar 34 partners probeert ze gebruikers van het internet te informeren en advertenties in verband met IWT te verwijderen. (Coalition to End Wildlife Trafficking Online, 2020).

3.5.3. Actoren

Bij IWT zijn er ook verschillende actoren betrokken. Deze kunnen vaak opgedeeld worden in drie grote groepen. Als eerste heb je de suppliers of harvesters die ervoor zorgen dat er iets is om op de markt te brengen. Dit kunnen bijvoorbeeld jagers of poachers zijn. Vervolgens zijn er ook intermediaires. Zij vergemakkelijken de handel van illegal wildlife. Verkopers en marktkramers zijn hier enkele voorbeelden van. Tot slot zijn er ook consumenten nodig. Zij kopen de illegale handelswaar op (Cowlishaw, Mendelson & Rowcliffe, 2005; Phelps, Biggs &Webb, 2016). Voor een meer gedetailleerde onderverdeling van harvesters, intermediaires en consumers wordt verwezen naar het artikel van Phelps, Biggs & Webb (2016). Hiernaast is in dit artikel ook een typologie van zeven verschillende netwerken uit de doeken gedaan. Omdat dit een beknopte literatuurstudie is wordt er hier niet verder op ingegaan.

(25)

18 Op vlak van actoren is de handel in bushmeat een complexe zaak. Sommige voorbeelden beschrijven een simpele handelsketen van ongeveer vijf actoren (Cowlishaw, Mendelson & Rowcliffe, 2005). Er zijn echter ook andere artikels die een moeilijkere voortgang schetsen van ongeveer tien personen (De Merode & Cowlishaw, 2006). De mogelijkheid bestaat ook dat de hoeveelheid actoren verandert naarmate de context en tijd fluctueren (’t Sas-Rolfes, 2019). Zo heeft de aanwezigheid van een conflict een grote impact ( De Merode & Cowlishaw, 2006).

3.6. De hiaten

Er kan geconcludeerd worden dat het belangrijk is om te blijven streven naar verdere precisie in de IWT studies. Vooral de producten die verhandeld worden, de actoren, netwerken en context zijn belangrijk om te onderzoeken. Zo kan er op een efficiëntere manier opgetreden worden in de toekomst (Phelps, Biggs & Webb, 2016).

In het geval van bushmeat zijn er nog veel meer essentiële zaken die moeten onderzocht worden. De kennis specifiek over de illegale handel van bushmeat is minimaal. Hier moet er vooral gefocust worden op de actoren, netwerken het karakter van de bushmeathandel en effectieve maatregelen die kunnen getroffen worden om deze handel tegen te gaan.

(26)

19

4. Van een muis een olifant maken

Na u een update te hebben gegeven over de basiskennis van bushmeat en IWT wordt in dit onderdeel ingegaan op de eerste deelvraag. Deze luidt als volgt:

“Hoe prominent is de handel van bushmeat vandaag de dag aanwezig in België? Is het een kritiek probleem waar we niet om heen kunnen of wordt deze problematiek uitvergroot door de media?”

In de studie van Chaber (2019) wordt er een schatting gemaakt van de hoeveelheid bushmeat die maandelijks ons land bereikt via de luchthaven van Zaventem. Volgens berekeningen zou het gaan om niet minder dan 3.653,7 kg per maand die aan de hand van passagiers uit vliegtuigen worden meegebracht naar ons land (Chaber, 2019). Op jaarlijkse basis vormt dit het hallucinante getal van meer dan 43 ton bushmeat. Maar hoe kijken professionals, die op dagelijkse basis bezig zijn met dit onderwerp, naar deze aanzienlijke getallen?

Om op een correcte manier op deze vraag te kunnen antwoorden is het belangrijk om eerst op de hoogte te zijn van de verschillende definities die door de organisaties in België, die rond bushmeat werken, worden gebruikt. Een diverse definitie kan er namelijk voor zorgen dat de ene meer gevallen meetelt dan de andere.

Zo gebruikt de NGO WWF een brede definitie van de term bushmeat. Zij includeren alle wilde diersoorten die in hun natuurlijke omgeving gedood worden met oog op de consumptie van het vlees. Ook de douane spreekt van het vlees van wilde dieren. Dit in tegenstelling met de cel Cites, zij gebruiken namelijk vandaag de dag de term bushmeat niet meer omdat deze term doet vermoeden dat bushmeat enkel kan afkomstig zijn uit de Afrikaanse bush, wat een verkeerde opvatting is. Zij opteren voor de term wild meat maar hanteren wel ongeveer dezelfde betekenis van het woord bushmeat. Deze twee termen zullen hier dus ook als synoniem van elkaar gebruikt worden (Ruysschaert S., Persoonlijke Communicatie, 10 maart 2020; Jansegers V., Marien P., Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020; Malfait E., Persoonlijke Communicatie, 4 augustus 2020).

Op vlak van definities vullen bovenstaande diensten elkaar aan, maar wanneer er gekeken wordt naar hoe zij de omvang van de handel in bushmeat of wild meat ervaren, vallen er wel enkele verschillen op te merken. De twee overheidsdiensten, de douane en de cel Cites, focussen zich vooral op de getallen die door Chaber (2016) worden weergegeven in haar rapport. De schatting

(27)

20 die gemaakt wordt is een hoge schatting, maar dat heeft zo zijn redenen. Zo haalt de douane aan dat niet elke hoeveelheid bushmeat dat Zaventem bereikt, ook bedoeld is voor België. Vaak verlaat een groot deel van die hoeveelheden de transitzone niet en bereikt op deze manier ook het grondgebied van België niet (Jansegers V. & Marien P. , Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020).

Ook de Cel Cites is van mening dat deze schatting heel ruim is en dat het niet wilt zeggen dat al die duizenden kilo’s bushmeat ook wel degelijk allemaal illegaal verhandeld worden naar België. Dit wilt echter niet zeggen dat bushmeat geen probleem vormt in België. Er is vanop de Belgische markt zeker vraag naar bushmeat en dit wordt ook ingelost met een aanzienlijk aanbod. Maar hoe groot het probleem in België nu specifiek is, daar valt moeilijk een antwoord op te geven.

De cel Cites haalt ook aan dat het belangrijk is om te weten dat niet elk stuk bushmeat dat in België arriveert, sowieso vlees is van een diersoort die beschermd wordt door het CITES-verdrag. Als er wordt gekeken naar al het vlees dat in Zaventem toekomt dan is er daarvan ongeveer 40% bushmeat en slechts 20% daarvan was vlees van een diersoort beschermd door CITES. Vaak is het wild meat dat aankomt in België een onderdeel van een rat of dergelijk. Omdat er niet veel mensen op de hoogte zijn van dit verschil ontstaat er een kans op verwarring en verkeerde interpretatie. Dit kan een reden zijn van de plotse gigantische hoeveelheid media aandacht. Veel mensen denken dat bushmeat gaat om vlees van gorilla’s, leeuwen of dusdanig maar dit is amper het geval (Malfait, E.; Persoonlijke Communicatie; 4 augustus 2020).

Het WWF vindt op haar beurt deze stijging in media aandacht een goede zaak. Bushmeat is een probleem in België dat nog te weinig gekend is. Deze media aandacht kan gebruikt worden om mensen te informeren over dit probleem, ook al is de hoeveelheid bushmeat in onze contreien slechts een klein percentage van het globale probleem (Ruysschaert, S., Persoonlijke Communicatie, 10 maart 2020).

Om de bushmeatproblematiek in België nog accurater te kunnen inschatten is het ook belangrijk om te weten of de handel gebruikt wordt voor persoonlijke of commerciële doeleinden. Niettegenstaande dat handel voor persoonlijke doeleinden ook altijd een commercieel karakter heeft is er wel een verschil op te merken qua grootschaligheid. Ook in België is deze tweedeling dubbel. Hoewel het bij inbeslagnames bijna altijd over kleinere hoeveelheden gaat, wat wijst op handel met een persoonlijk karakter, zijn er toch winkels en restaurants die het vlees

(28)

21 commercieel verhandelen. Toch zijn alle experts van mening dat het grootste deel van de hoeveelheden voor persoonlijk gebruik zijn. Al halen ze aan dat verder onderzoek hierover cruciaal is (Ruysschaert S., Persoonlijke Communicatie, 10 maart 2020; Jansegers V., Marien P., Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020; Malfait E., Persoonlijke Communicatie, 4 augustus 2020).

Er kan geconcludeerd worden dat de handel van bushmeat in België een prominent probleem vormt. Het kan in twijfel getrokken worden of de grote hoeveelheden die in rapporten en reportages worden weergegeven wel een accuraat beeld geven van de problematiek op Belgische bodem. Ook de media-aandacht hierrond kan als overdreven gezien worden. Dit valt te wijten aan de verkeerde interpretatie die veel mensen hebben van de term bushmeat. Desalniettemin wilt dit niet zeggen dat het probleem van wild meat in België onbelangrijk is. Aandacht voor bushmeat is belangrijk en kan bijdragen aan een accuratere inschatting van het probleem, wat op zijn beurt kan zorgen voor een efficiëntere aanpak.

(29)

22

5. Gewapend tegen de strijd?

Hieronder wordt er besproken wat vandaag de dag de maatregelen en methodes zijn die gehanteerd worden om de illegale handel van bushmeat in België te voorkomen, op te sporen en te bestraffen. Er wordt hier met andere woorden ingegaan op de tweede bijvraag die geformuleerd werd. Deze luidt als volgt:

“Wat zijn de maatregelen die vandaag de dag genomen worden door Belgische instanties in hun strijd tegen bushmeat? Wordt er vooral ingezet op preventie of repressie?”

De Belgische instanties zullen in dit onderdeel ingedeeld worden volgens de driedeling preventie/sensibilisering; opsporing en repressie.

5.1. Preventie/sensibilisering

De eerste organisatie die besproken wordt, en die bij het onderdeel preventie/sensibilisering past is het WWF. WWF staat voor World Wildlife Fund en is een internationale natuurbehoudsorganisatie (WWF, z.j.). WWF werkt vooral op het vlak van sensibilisering. Ze doen er alles aan om zoveel mogelijk aandacht te verwerven voor een bepaald probleem, dus ook bushmeat. Zo gaan ze in discussie met de overheid en met betrokken instanties zoals bijvoorbeeld de douane, de FOD Volksgezondheid en de luchthavens. Hiernaast formuleren ze ook aanbevelingen en hebben ze bij de conferentie van 3 december 2019 bijvoorbeeld meegewerkt aan het ontwerpen en finaliseren van de policy paper. Indien nodig stellen ze ook parlementaire vragen en wijzen ze op de noodzaak van wetenschappelijke gegevens. Eén van hun doelstellingen is ook het vragen van aandacht voor heikele problemen. Zo heeft WWF zelf meegewerkt aan de reportage van Pano van Vercruysse (2018) en hebben ze door contact op te nemen met de VRT er zelf voor gezorgd dat de reportage gerealiseerd werd (Ruysschaert, S., Persoonlijke Communicatie, 10 maart 2020).

5.2. Opsporing

Er zijn vier instanties die zich mogen bezighouden met de opsporing en sanctionering van bushmeat-inbreuken. Deze vier zijn: de douane, de Cel CITES, het FAVV en de politie. Hoewel het FAVV niet uitvoerig geïnterviewd is, komen zij hier toch ook aan bod. Deze extra

(30)

23 informatie wordt gehaald uit interviews met andere organisaties en online documenten. De politie komt hier niet aan bod.

5.2.1. Douane

Eén van de bevoegdheden van de douane is het controleren van de invoer, uitvoer en doorvoer van CITES goederen. Ook de overtredingen die gebeuren op de CITES-wetgeving mogen zij vaststellen. Dit doen ze aan de hand van controles op zendingen in cargo en zendingen in de bagage van passagiers die het luchtverkeer gebruiken. Bij de bagagecontrole is de douane de eerstelijns controlerende instantie. Ze gaan actief de bagage van passagiers gaan controleren op onder andere de aanwezigheid van vlees en vleesproducten. Wanneer er vlees of vleesproducten worden aangetroffen in de bagage, dan heeft de douane de bevoegdheid om deze producten in beslag te nemen en te laten vernietigen. Iedere maand werken de douane, het FAVV en de Cel CITES ook samen aan een gemeenschappelijke controle.

Naast deze fysieke controles, hierboven beschreven, worden er ook documentaire controles gehouden. Wanneer het gaat over zendingen in cargo dan zal het FAVV de eerstelijnspositie innemen. Na inspectie kan het FAVV aan een invoerder een gezondheidscertificaat verlenen. Het is de douane die hierna de controle op deze documenten op zich neemt en bekijkt of het vlees en de vleesproducten in het vrij verkeer mogen gebracht worden (Jansegers V. & Marien P. , Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020).

Omdat de Cel CITES het zich niet kan veroorloven om 24/7 een inspecteur op de luchthaven te stationeren is er een overeenkomst met de douane dat deze laatstgenoemden de Cel CITES opbellen indien ze iets aantreffen waarvoor de cel CITES mogelijks bevoegd is (Malfait, E.; Persoonlijke Communicatie; 4 augustus 2020).

5.2.2. De Inspectiedienst van de Cel CITES

De Cel CITES heeft een eigen inspectiedienst met acht inspecteurs die jaarlijks meer dan 300 controles uitvoeren. Deze controles hebben allemaal dezelfde doelstelling: het tegengaan van inbreuken op de CITES-wetgeving en Europese verordeningen. Omdat deze dienst zelf over niet veel inspecteurs beschikt, rekenen ze voor een groot deel van de controles op de douane, het FAVV en de politie. Indien nodig wordt er door deze diensten dan contact opgenomen met de Cel CITES die vervolgens te hulp schiet waar nodig. Ze trachten eerst en vooral het vlees

(31)

24 aan een diersoort te koppelen aan de hand van een visuele inspectie. Wanneer dit onvoldoende blijkt dan kan er een DNA-analyse uitgevoerd worden. Dit is echter een dure en omslachtige procedure. Het vlees dat wordt gevonden, wordt uiteindelijk sowieso vernietigd. De DNA-analyse dient vooral om na te gaan of het over een diersoort gaat die beschermd wordt door het verdrag van CITES. Indien dit het geval is kan er een pv opgesteld worden waaraan een sanctie kan verbonden worden. Ook de Cel CITES participeert actief in verschillende controles die op maandelijkse basis gehouden worden in de luchthaven.

Naast deze opsporende bevoegdheid is het ook één van de taken van de Cel CITES om de CITES conventie en alle Europese verordeningen die daarmee te maken hebben te implementeren. (Malfait, E.; Persoonlijke Communicatie; 4 augustus 2020).

5.2.3. FAVV

FAVV staat voor Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen. Ook zij vormen een belangrijke actor in de opsporing van illegaal ingevoerd vlees en dus ook bushmeat. Dit doen ze onder andere door deel te nemen aan de bovengenoemde controles. Hiernaast wordt iedere zending uit een derde land die een product voor dierlijke oorsprong bevat, onderworpen aan een veterinaire controle. Deze controles worden uitgevoerd in één van de grensinspectieposten waar het FAVV voor verantwoordelijk is. Deze veterinaire controle bestaat uit drie onderdelen: de documentencontrole waarbij gecontroleerd wordt of de juiste documenten aanwezig zijn, de overeenstemmingscontrole waarbij er wordt gekeken of de certificaten overeen komen met de zending en de materiële controle. Deze laatste is een controle van de zending zelf waar er wordt nagegaan of verpakking, etikettering, temperatuur en dergelijke in orde is. De grensinspectiepost van Brussel bevindt zich in Zaventem (FAVV, 2018). Met andere woorden is het FAVV vaak de eerste controlerende instantie wanneer het gaat over zendingen in cargo. Dit in tegenstelling tot de zendingen in bagage die eerst en vooral door de douane gecontroleerd worden (Jansegers V. & Marien P. , Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020).

Deze drie bovengenoemde diensten hebben de mogelijkheid om het vlees, dat door hen in beslag genomen wordt, te vernietigen. Dit kan op basis van het feit dat het verboden is om vlees of vleesproducten van een derde land naar de Europese Unie in te voeren (Jansegers, V. & Marien, P., Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020; FAVV, Persoonlijke Communicatie, 13 augustus 2020).

(32)

25

5.3. Repressie

De nummer één organisatie die zich bezig houdt met repressie is in vele gevallen het parket. Ook inzake bushmeat en specifieker bushmeat van CITES soorten zijn zij een actieve partner. Mevrouw Malfait legde kort uit hoe hun samenwerking in elkaar zit.

Bij de meeste misdrijven is het zo dat het pv wordt opgestuurd naar het arrondissement waar de pleger woonachtig is. Bij de pv’s die in de luchthaven van Zaventem worden opgemaakt werkt het iets anders. Al deze pv’s worden naar hetzelfde parket gestuurd zodat er een beter overzicht kan behouden worden. Het parket kan dan opteren om te vervolgen. Indien dit voor hen niet wenselijk is kunnen ze het dossier terugsturen naar de juridische dienst van Cites die hierna een administratieve geldboete kan opleggen indien gewenst.

In het artikel 5bis van de Belgische CITES-wetgeving7 wordt er aangehaald dat administratieve boetes mogelijk zijn tot en met drie jaar na de feiten. De som die betaald moet worden moet hoger zijn dan het minimumbedrag en lager dan het maximumbedrag die worden opgelegd als strafrechtelijke sanctie in bovenvermelde wet.

Ook het FAVV heeft de mogelijkheid om een sanctie op te leggen. Dit kan wanneer er opzettelijkheid of ernstige nalatigheid kan geconstateerd worden bij onregelmatigheden. Indien dit voorkomt heeft het FAVV de mogelijkheid om een sanctie op te leggen die overeen komt met de nationale wetgeving van de lidstaat die betrokken is (FAVV, 2018). In de praktijk legt het FAVV bijna nooit een boete op alhoewel dit recentelijk aan het veranderen is. Er wordt eraan gedacht om dit meer te doen om zo door repressie een meer preventief karakter te creëren (Malfait, E.; Persoonlijke Communicatie; 4 augustus 2020).

7 Wet van 28 juli 1981 houdende de goedkeuring van de Overeenkomst inzake de internationale handel in

bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten. Belgisch Staatsblad – 30 december 1983.

(33)

26

6. Toekomstmuziek

Om een duidelijk overzicht te kunnen creëren van de bevindingen die tijdens de interviews aan het licht kwamen, wordt er gebruik gemaakt van een SWOT-analyse. In deze SWOT-analyse wordt er vooral gefocust op volgende bijvraag:

“Hoe kunnen deze maatregelen geoptimaliseerd worden om zo de strijd tegen bushmeat op een efficiëntere manier aan te gaan?”

Aan de hand van deze kijk op de aanpak van het bushmeatprobleem kunnen de sterktes en kansen van de diensten in kwestie gebruikt worden om de bedreigingen en zwaktes aan te pakken, waardoor er aanbevelingen kunnen gevormd worden om de strijd tegen bushmeat in België te optimaliseren.

In onderstaand gedeelte zal eerst de techniek en het gebruik van een SWOT-analyse kort besproken worden. Dit wordt gevolgd door een schematisch overzicht van de uitkomst van deze analyse en een uitgebreidere uitleg hierover.

6.1. SWOT-analyse uitgelegd

Een SWOT-analyse is een manier voor organisaties en diensten om hun interne sterktes en zwaktes te kunnen linken aan prominente kansen en bedreigingen die in de maatschappij aanwezig zijn. SWOT staat voor Strenghts, Weaknesses, Opportunities en Threats. De strenghts en weaknesses hebben betrekking op de interne kenmerken van de organisatie(s). Door deze te onderzoeken krijgt de organisatie in kwestie een beter beeld over zijn eigen kunnen. Dit kan op zijn beurt een pluspunt zijn voor het tackelen van de threats en het benutten van de opportunities. Hierbij gaat het eerder over een macro- of mesoanalyse waarbij de maatschappij en haar omgeving bekeken worden. Door deze kansen en bedreigingen in kaart te brengen kunnen de organisaties beter voorbereid zijn op de strategie die ze wensen op te stellen (Web Actueel, z.j.).

(34)

27

6.2. Schematisch overzicht

De sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen (= SWOT) worden afgeleid uit de interviews die zijn afgenomen. Door deze vier elementen samen te leggen kan er gekeken worden of er eventueel enkele aanbevelingen kunnen gevormd worden. Deze aanbevelingen zouden in de toekomst tot een verbeterde integrale aanpak kunnen leiden.

Intern

Extern

Positief

Sterktes • Samenwerking • Gedrevenheid Kansen • Conferentie • Covid-19 • Sensibilisering

Negatief

Zwaktes • Definities • Budget • DNA-analyse Bedreigingen • Prioriteit • Mandaten • Repressie

6.3. Schema uitgelicht

6.3.1. Sterktes Samenwerking

De samenwerking tussen de verschillende diensten kan gezien worden als een groot pluspunt in de strijd tegen bushmeat. Door de gezamenlijke controles die maandelijks worden gehouden met de douane, Cel Cites en het FAVV staan ze zo ter beschikking van meer mankracht en middelen. Hierdoor kunnen vlees, vleesproducten en dus ook bushmeat op een efficiëntere manier opgespoord worden (Jansegers, V., Marien, P., Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020; Malfait, E., Persoonlijke Communicatie, 4 augustus 2020).

(35)

28 Gedrevenheid

Bushmeat is een probleem dat steeds meer aandacht krijgt. Niet enkel van de opsporingsinstanties maar ook het politieke veld heeft ontdekt dat deze problematiek een bedreiging vormt voor onze maatschappij. De instanties die belast zijn met opsporing en controle doen er alles aan om binnen de mate van het mogelijke hun controles uit te voeren en zoveel mogelijk illegale vleesproducten in beslag te nemen (Jansegers, V. & Marien, P., Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020).

6.3.2. Zwaktes

Definities

Eén van de zwaktes die hier kunnen aangehaald worden is het feit dat er verscheidene definities en terminologie in de omloop zijn. De ene gebruikt de term wild meat terwijl de andere organisatie toch eerder de term bushmeat blijft hanteren. Dit zorgt ervoor dat er een minder goed begrip is van wat bushmeat of wild meat nu precies is en inhoudt. Zo focust de ene term zich enkel op vlees afkomstig van de Afrikaanse bush terwijl de term wild meat ook andere werelddelen in rekening neemt. Zo komt het voor dat mensen denken dat bushmeat enkel vlees is van diersoorten zoals leeuwen, olifanten, giraffen en dergelijke. Dit is echter helemaal niet zo, het grootste aandeel bushmeat bestaat uit diersoorten die niet heel bekend zijn (Malfait, E., Persoonlijke Communicatie, 4 augustus 2020).

Budget

Zoals waarschijnlijk bijna iedere dienst, hebben de opsporingsdiensten ook niet genoeg budget en manschappen om alles zo grondig te onderzoeken als ze wensen. Hierdoor moet er vaak een keuze gemaakt worden tussen verschillende onderzoeken en controles. En zoals mevrouw Malfait het zo mooi verwoordt: kiezen is verliezen (Jansegers, V. & Marien P., Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020; Malfait, E., Persoonlijke Communicatie, 4 augustus 2020). Hierdoor wordt er een soort waterbedeffect gecreëerd. Hoe meer budget en manschappen er naar bushmeat uitgaan, hoe minder er kan ingezet worden op andere problematieken.

DNA-analyse

Het belangrijkste heikelpunt in de strijd tegen bushmeat is de beschikbaarheid van DNA-analyse. Hoewel elke vorm van ongereguleerde vleesinvoer verboden is, staat er op het importeren van het vlees van CITES soorten een hogere straf. Om deze sanctie correct te kunnen

(36)

29 opleggen is het van groot belang dat er geweten is om welke diersoorten het gaat. Om dit te kunnen bepalen zijn er DNA-analyses nodig. Dit is echter een heel dure en omslachtige procedure. Zo heeft de Cel CITES geen vast labo waar hun stalen onderzocht kunnen worden. Hiernaast zijn ook nog niet alle procedures ontwikkeld of toegankelijk voor iedere diersoort (Malfait, E., Persoonlijke Communicatie, 4 augustus 2020). Dit tekort aan DNA-analyses heeft niet enkel een impact op de sancties die worden opgelegd maar ook op de hoeveelheid bushmeat die geregistreerd wordt. Wanneer er weinig DNA-stalen verwerkt worden zal de overgrote hoeveelheid van het vlees vernietigd worden zonder verdere analyse. Hier zal ook een opmerkelijke hoeveelheid bushmeat bij zitten die zo onder de radar verdwijnt en niet in de correcte statistieken opgenomen wordt (Jansegers, V. & Marien, P., Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020)

6.3.3. Kansen

Conferentie

De conferentie die op 3 december plaats vond en hierboven al besproken werd, kan gezien worden als een kans voor de strijd tegen bushmeat. Er zijn in de policy brief verschillende aanbevelingen geformuleerd. Wanneer deze aanbevelingen in de recente toekomst geïmplementeerd worden zal dit leiden tot een efficiëntere aanpak van het bushmeat-probleem. Al is dit vandaag de dag nog niet het geval. Hiernaast heeft de conferentie ook meer aandacht op deze problematiek gevestigd. Zo was een belangrijk punt dat er verder gekeken moet worden dan CITES soorten alleen omdat deze in principe slechts een klein deel van de illegale import zijn (Jansegers, V. & Marien, P., Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020; Malfait, E., Persoonlijke Communicatie, 4 augustus 2020).

Covid-19

Het lijkt misschien vreemd om te zeggen maar de Covid-crisis van 2020 kan als een kans gezien worden. Het is nog niet geweten hoe het SARS-Cov-2-virus de mens bereikt heeft maar de consumptie van bushmeat is nog niet uitgesloten. Hierdoor kan de corona-crisis dienen als een wake-up call voor de gevaren die de bushmeat consumptie met zich mee draagt. De ernst van de zaak wordt eindelijk ingezien en deze tijd kan benut worden om gewenste veranderingen door te voeren (Ruysschaert, S., Persoonlijke Communicatie, 10 maart 2020; Jansegers V. & Marien P., Persoonlijke Communicatie, 9 april 2020).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De cijfers spreken voor zich: “Bij de patiënten tellen we 30 % alleenstaande moeders, tegenover 3 % alleenstaande vaders.” Deze cijfers zeggen weinig over de situatie

handhaven, omdat de aanvoerders op verschillende veilingen niet konden worden gedwongen hun producten af te stacm, werkte de regeling vrij behoorlijk, zoodat ook voor 1932 door

de kantmelding van de aanpassing van de geslachts- registratie verdween en de materieelrechtelijke regels over de aanpassing van de geslachtsregistratie in het Burgerlijk

De invoering van XBRL voor de financiële verslaggeving van alle beursgenoteerde ondernemingen in België en Duitsland heeft een grotere afname van de bied en laat

Hierbij merken Gillian en Greene (1981, 5) echter op dat het platteland pas vrij laat bij het Romeinse markt systeem betrokken wordt, maar dat de lokale bevolking door de

Ook werden doelstellingen opgenomen ter realisatie van IPM. Zowel Brussel, Vlaanderen als Wallonië namen maatregelen hieromtrent. Zo kan melding worden gemaakt van enkele

Hij koopt goederen in grote hoeveel- heden (lage prijs) in en verkoopt deze weer in kleine hoeveelheden (hoge prijs)3. Het verschil tussen de aankoop- en verkoopprijs noemt

Producten die bij ons niet voorkomen of kunnen worden vervaar- digd, voeren we uit andere landen in.. We noemen