Tijd.tchrift
uoor teehen
afzet uan populier
en
wilg
7e JAARGANG No. I FEBR. 1970 Uitgaue aan d'e Stichting Popalier Verschijntvier
maalper
iaarRed.actie:
K.
Adema, EindhovenIr. J. T. M.
van
Broekhuizen, Secretaris, rVageningenIr.
R.
Koster,\íageningen
ir.
\7.
E. Meijerink,
ArnhemIr.
J. L. F.
Overbeek,Zwolle
Ir.
P. de Sonnaville,\finssen
Ad,minis ttatie
en
red.act ie :Gen.
Foulkesweg 64, rVageningenTelefoon:
0837O-A[
Postrekeningm:
lI729I5
t.n.v.Stichting
Populierte
\TageningenAbonnement
Í
3,50per
jaar, losse nummersI
1,50Drukkerij:
Á.
VerweijSpijk 5, Tel.
283I,'Wageningen
Inhoud.: Voorwoord
Financiële tesultaten van popu-lierenopstanden; commentaar Eigenschappen en gebruiksmoge-lijkheden van populiererassen IV Kalender
Insektenaantastingen
in
1969 Interessante beplantingenXIV
2 2 4 11 I2 T3
RijP
schetste eennie*u
beeld rnet d.eze ca j)-jarige'Robasta'sbij
lítage-ningen..Foto: v. d. Meiden
2
Naar aanleiding van het rapport van de werkgroep Bedrijfseconomie van de
Nario-nale-Populieren commissie, gepubliceerdin
het
exrranummer
van
januari
196g, werden een aantal vragen en opmerkingen onrvangen.Het
antwoord van de werk-groep hierop isin dit
nummer opgenomen.Het
is verheugend dat het extra nummer, waarvan ondanks de sterk vergrote oplage nog slechts enkele exemplarenin
voorraad' zijn, alom grote belangstelling trok.Een
belangrijk
gedeelre vanhet
thans voorU
liggende nummerwordt
ingenomen door bijdragen over de gebruiksmogelijkhedenvan
een aantal populiereraisen. Be-studering .hiervan vergemakkelijktde
rassenkeuzevoor de
eerswàlgende jaren.In
het artikel
over
insecenaanrasringenin
1969worden
voorrs behaitigenswaardige aanwijzingen gegevenvoor
de
bestrijding
van
enkele insecten.In
dè
,,Kalendei,,vindt
u
zoalsgewoonlijk weer
talrijke
gegevensover
de
werkzaamhedenin
het komende seizoen.Voorwoord
In
het vorige
nrunmerwerd
aangekondigddat de
abonnemenÍsprijs vanhet
tijd-schrift
verhoogd_moet worden. Dezeis
voor
1970 vastgesteldop
Í
3,50.Vij
ver-zoekenu
dit
bedrag thans spoed.ig over re maken op postrekeningnr.
1172915 t.n.v.Stichting,,Populier" te
ril[ageningen.Tenslotte vragen
wij
uw
bijzondere aandacht voor de aankondiging van het door de Stichting ,,Populier"uit
te geven boekwerk ,,Populierenin
bos, stad en landschap,,,dat
in
maan
verschijnt.In
verbandmer
de reeds gebleken grore belangstelling- is spoedige bestelling_ gewensr. _Defoto op
de omslag vandit
n.rmmer van-,,popuiier" is één van detalrijke
foto's diein
het boekzijn
opgenomen.
De
redactieFinanciële
resultaten
van
populierenopstanden
Commentaar van de werkgroep ,,Bedrijíseconomie" van
de
N.P,C.op
reacÍiesIn
een extra nummervan,,Populier"
werdin
januari
1969 ons rappon gepubliceerd over wijd-geplante populierenopstanden.Nier
alleen mondeling,Áaar
óok
in
twee brievenweike
onsvia
de redactievan het
tijdschrift
bereiká,
is op
dit
rapporr gereageerdin
de vorm van vragen om nadere toelichtingenof in
deoot-
vunkriiiek,
op bepaalde punren gericht. De vragen en aanmerkin gen ztjnin
een aantal rubrieken te splitsen.l)
Rente en, inkomtlenbelastingDe aanname van een rentevoer van 2%o (zowel
bij
prolongatie van kosten alsbij
de berekening van een jaarlijkse winstuit
de totale winst aan het einde van de omloop)blijkt
een nadere toelichting re vragen.ITij
willen
hier met enkele opmerkingen volstaan:a)
Nadrul<kelijk is gesteld dat is uitgegaan van een populierenteler als belegger van eigen kapitaal, reden waarombij
de aanname van de renrevoermet
alternatieve beleggingsmogelijkheden rekening is gehouden.Hiervoor
is4Vo
getomen; voor demotivering
verwijzenwij
naar enkele artikelenvan Mooy
(NederlandsBos-bouw
Tijdschrift
maart
1968, ,,Populier" augustus 1968).b)
De halvering van,.de genoemde 4Vo tot2/6,
waarmeein
ons rapport is gewerkt, berust enkel en alleen op hetfeit
dat hout is vrijgesteld van inkómsrenb"elasting.Daarbij is
gerekendmer
een gemiddeldeI.B.
van
50%o over méér-inkomstei, hetgeen het geval isbij
een jaarinkomen vanI
30.000 àI
40.000.Is.dit
inkomenhoger dan
wordt
de
te
hanreren renre evenredig lager,is
her inkomenuit
anderebron
lager danwordt hij
hoger;het
eerstelijkt
onswaar-schijnlijker dan her
laarsre,remeeÍ
daar onze berekeningen gebaseerdzijn
op 13
10 ha populierenbos, eenniet
onaanzienlijkeinvesterLg.
-c)
Eén briefschrijver we€s er op dat weliswaar over de opbrengsten van bosexploi-tatie geen inkomsrenbelastinghoeft
te worden betaald,maai dat
de kosten-ooknier
kunnen worden afgetrokken. Maardit
laatsteis
uiteraard een gevolg van het eerste!3
d)
In
hetrapport
is
een berekeningvan
de totaleexploitatie-winst
en een berekeningvan de
(fictieve!)
jaadijkse winst gemaakt (tabeI 6-7).Daarbij is
defout
gemaakt datwel
de rente i.v.m. devrijstelling van
inkomstenbelastingis
gehal-veerd, maardat niet
dewinst
(opbrengstminus
kostenf
renteverlies)is
verdubbeld!Bij
alternatieve beleggingsmo-gelijkhedenis
het
echterzo dat
niet
slechts de renre overde
opbrengst belastis
maarook
die
opbrengst(b.v.
divi-dend)zelf! Op
deze verdubbelingis wel
gewezen i.v.m. derendementsberekening op pag. 10 van
het
rapport.e)
Voor
een goed begrip van de bedrijÍsresultaten is het inves-teringsrendement, zoalsdit
is
berekendin
de
tabellen
10en
11,kennelijk
doeltreffender, omdar velerlei vragen om-trent de bosrentevoet worden vermeden.\Vij menen de
aan-dachtvan
de lezers danook nog
eensop
deze tabellen te moeten richten, waarbij men de bijbehorende tekst op pag.!
en 10niet
mag overslaan!2)
tJlaard'eaernzeerd,ering uamd.e gronl,: grond als ko$enfactor Beide briefschrijvers merkten
op
dat waardevermeerdering vande grond
geenenkel
voordeeloplevert
voor
degenedie
zijn
grondniet
wil verkopen.
Is
echterbij andere
beleggingsmoge-lijkheden
niet
precies hetzelfde geval?Als
men
aandelen nietwil
verkopen, kan men een koerswinst uiteraardniet
incasseren, maar dezewinst is
desondankswel
potentieel
aanwezig.Ten
aanzien van de grondwaarde als kostenfactor hebbenwij
er op gewezendat het
moeilijk
is
hiervoor
een kostenbedragin de
berekeningen op te nemen, als men daarinniet
tevens de jaar-lijkse waardestijging van de grond opbren gt, waarbij, nogmaals, uitgegaanis
van het
populierenbosals
belegging. Overigens hebbenwij
tevens opgemerktdat
een ieder,
die dar
wensr, evenrueel een vergoedingvoor
degrond kan
incalculeren, ge-baseerdop
de
pachrwaarde(pag.
5
van het
rapport).
Dit
is trouwens gebeurdin
de
tabellen10 en
I!,
waarhet
investe-ringsrendement is berekendbij
verschillende pachrwaarden van de grond.Eén
van de
vragenstellersschrijft:
,,Voor
landbouwgrondligt
de
zaak daarom anders, omdat zo stil-aan de pachten achter dat accres (waardestijgingvan de grond)
aansukkelen".Dit
is
lo-gisch, omdat de pachtopbrengstniet op
een,,vrije
markt"
tot
stand komt maar gebonden is aan pachtnormen die op hun beurt weer gekoppeldzijn
aan een bepaalde toegekende grondwaarde.Dit geeft
minder risico maar kan ook financieël aanrekkelijker gebruiksmogelijkhedenvan
de
grond uitsluiten,
zoalsuit
ons rapporrwel
blijkt.
De
concretevraag
is
gesteldof wij
het juist
vinden
dat
de bosbezitter,die zijn
grondniet
verkoopt, gèen vergoeding voorzijn
grond behoeftte
hebben.Hierop
kunnenwij
slechtsant-woorden
dat de
bosbezitter-beleggerdie
vergoeding
in
zijn
winst terugvindt.
Of
hij
die
vergoeding voldoende zal vinden,zal
afhangen van de grootre van de winst, dus de ,,ruimre" voor een dergelijke vergoeding,eÍl
van de eisendie
hij
zelf. aan d,ehoogte van die vergoeding meent re kunnen stellen. Vooral
bij
vergelijking met
verpachtingis het
irreëel
om
een dergelijke ,,vergoeding"als
kostenop te
brengen, evenmin alshet
juist
zou
zijn om
bij
verpachtingde
alternatieve bosopbrengst alskosten
in
te calculeren!3)
V ergelijhing
p opulierenopbrengst-pacbtopbrmgstIn
het rapportis
eenvergelijking
gemaakt tussen de opbrengst van populierenbos endie
van verpachtingvan
degrond
(pag.9).
Ál
eerderin dit commentaar
is er op
gev/ezendat in-hàt
{1pnor1 defout
is gemaakt de vergelijkbare populierenopbrengst (jaadijkse winst, vermeldin
tabel 7 en8)
niet
te verhogen met eenfactor i.v.m. de
vrijstelling
van
de
bosopbrengstvan
I.B. Omgekeerd zou mendit
ook kunnenuitdrukken
doórte
zeggeÍdat
bij
de pachtopbrengst geen reductieis
toegepasr i.v.m. hetfeit
dat
over
deze opbrengstminus de
kosrenwél I.B.
moetworden
betaald.De
vergelijking,
zoalsdie
in
het
rapporr
ie gemaakt,is
dan
ook
aanzienlijk
geflatteerdvoor
de
pachtop-brengst.De vnag
is gesteldof
menniet
rekening moet houdenmet
dejaarlijkse rente
die de
geincasseerdepacht
kan
opbrengenin
tegenstellingtot
de eerst aan her eind van de omloop derpopu-lieren
binnenkomende gelden.Naruurlijk
moer
dir gebeuren,
en
is
ook
in onze
berekeningen geschied:De
berekening vande jaarlijkse
winst
(tabel
7
en
8) waarmee pachtopbrengsten
zijn
vergeleken,is
tot
stand gekomendoor
dewinst
aan heteind
van de omloop te delen door een factor waarinhet
aantal jarcn van de omloop én een rente aan2/o
(veryehjkbaar met4%
wél
belast)zijn
ingebracht.4)
De
boutprijsEen van de vragenstellers heeft ons geschreven dat de hourprijs van gemiddeld
Í
60,-/m3,
aangehoudenin
onze berekeningen,hem erg
hoog
lijkt.
Hierop kan
worden
geantwoorddat
de berekeningenbetrekking
hebbenop
goed onderhouden popu-lierenbossen, die daardoor een goedekwaliteit
hout produceren.Het
bedrag vanf
6Q-
is
gebaseerdop
deprijs
die
blijkens mededelingenuit
depraktijk 2
jaar geleden, toen de berekenin-gen werden opgesteld,voor
goedhout
uit opstanden
werd
be-taald. Overigens moerworden
verwezenn
aÍ
pag.Il
en
12van het rapporr waar is aangegeven welke invloed een
verande-ring van
de houtprijs
op de winst
heefr. Een ieder
die
eenhogere
of
lagerehourprijs
wil
aannemen,kan
daarvoor dezepagina's en
met
nametabel
12
taadplegen.In
de tabellen
13en 14 is ook nog aangegeven de
prijs
van het houtwaarbij
eenrendement
van27o
(:4Vo
bij
een belastbare belegging)wordt
verkregenbij
een verschillende pachtwaarde van de grond.Hier-uit
blijkt
dat
alleenbij
slechtegroei
en
dan nog
meestal op grondenmer
eenrelatief
hoge pachtwaarde eenkosryrijs
van meer danf
60,-
ms
wordt
bereikt.
Meestalligt deze echter
aanzíenlijk onder dat bedrag.,)
De
omloopIemand heeft ons geschreven dat een
omloop
van 25à 30
jaar, zoals aangehoudenin
onze berekeningen,te korr is voor
zeer arme gronden,en ook
voor te nlare
en
laaggelegen gronden. T.a.v. de laarstekan worden
gezcgddat
hier
(
we denlen
aande komgronden) de groei van populieren zonder meer goed is,
zoals
uit
vele metingen
van
het
Bosbouwproefstationblijkt.
T.a.v.
de
zeet armegronden
(hier
kunnen
alleen arme zand-grondenworden
bedoeld)geldt dat
deze gronden ongeschiktvoor
de populierenteeltzijn
en
daaromook buiten
onie
bere-keningen vallen.6)
BemestingEén
wan
de opmerkingen,die
wij
onwingen, heeft betrekkingop de
bemestingvan
populierenopstanden, zoals dezein
onsgPport
is aangehouden. Deze bemesting wordt te gering geacht. De vragensteller meenr datin
de eerste10
jaar zeker/
l.ó00,-aan bemestingmoer worden
uitgegeven.Hierop
kunnen
wij
slechts anrwoorden dat onderzoek heeft aangetoond dut een
der-gelijk
intensieveen
veelvuldig herhaalde bemesting overbodig is, althans op voor populier geschikte gronden; op anderegronl
den moet men nu eenmaal geen populier planteni7)
Eli
Er is
een vraag gekomenmet
betrekkingtot
de els,nl.
of
dezeniet
na de herinplant optrieuwzijn fuktie
kan vervullen.Hierop
kan
worden geanrwoord dat meestalblijkt
tegente vallen
wit
4
lr
H.
A.
van
der Meiden
/
Eigenschappen
en
gebruiksmogelijkheden
van
populieresoorten
is geen rekening gehoudenmet
,,overblijvende" els en dus eengoedkopere herinplant.
8)
NeoenopbrcngstenZeer
terechtheeft
eenvan de
vragenstellersde
aanmerking gemaaktdat
wij
geenrekening
hebben gehoudenmet
debe-lastingvrije!)
opbrengstenuit
verpachting
van de
jacht.
Een andere omissie enerzijds is dat de voor 5 à 10 ha zeker geldende subsidie voor openstelling van het bosniet
aan de opbrengstkant is opgevoerd.Het
gaathier
om bedragenvan
aanztenliike om-vang,nl.
totaal
toch
zekerf
60,-
à 170,-
per ha per
jaar. Deze moet men dus optellenbij
dein
tabel7
vermeldebelas-tingvrije)
bedragen.9)
Enkele foutenin d'e
kostena)
Achteraf is gebleken datwij
enkele kosten, vermeldin
tabel 1, te hoog getaxeerd hebben.Dit
geldt voor het maken van plantgatenop
zandgrond, waarvoor een bedragis
opgeno-men datf
60,-
per ha te hoog is, voottsvoor
de snoeiin
het
7e
jaag
dieJ
100,-
te
hoogis
geraamd,en
tenslotteS{tchttng I ndu strie-Houl, W ageningen
))
Populu
euramericana' Mariland'ica'Evenals de 'serotina' behoort de 'Marilandica'
tot
de oudstein
Europa verhandelde populiererassen.Hoewel ook
over de oor-sprongvan dit
ras niets bekend is, mogenwij
wel
aannemen,dat het
reedsin
de
18e eeuw bestond.In
onzetijd
komt
hetvooral nog
voor
in
ons land, Duitsland,
België, Engeland en enkele midden-Europese landen.In
ons land bestondin
deder-tiger
jaren volgens Houtzagers437o
van ons populierenareaaluit
'Marilandica'.Hoewel
hij
overhet
geheleland
voorkwam,zijn
bepaalde strekennu
nog gekarakteriseerd door dezepopu-lier.
\Vij
denkendaarbij natuurlijk vooral
aan Noord-Brabant.Hoe populair
dit
rasin
het vededenis
geweest,blijkt
wel
uit
het grote
aantal namen.Zo
heettehij
in
Brabantde
Stander, Brabantse standerof
doorgaande stander;in
de
Achterhoek meipeppel;in
de lJsselstreek de Virginischepopulier;
in
Zt:jd-Limburg Kromme
blauween inZeeland
de Zeeuwse witte.Men moet
wel
bedenken,dat men
in
de
tijd,
dat
deze volks-oamen werden gegeven,zich
absoluutniet
realiseerdedat
het om één en dezelfdepopulier
ging.Dit
is pas ongeveer35
jaren geleden door Houtzagers enTeerink
vastgesteld.Hiervoor werd
de
opmerking
gemaakt,dat
beplantingen van1)
Foto's: Van det Meiden.Op d.e achtergrond'
orà bos
aan Pop*las 'Marilandicdbij
St. Oeden-rod.e. Op d.e toorgrond' jonge beplanting aan'Gelricd.voor het
planten
op
kleigrond,
welk
bedragJ
110,-
te hoog is. Rectificatie levertop
dat de totalewinst
(tabel 6)voor
zandgrondmet
f
243,-
(25-j. omloop)
enI
270,-(30-j.
omloop) en
voor
kleigrond
met
resp.ï
326,-
enï
360,-
moet worden verhoogd.De
jaadijksewinst
(tabel7)
wordt
verhoogdvoor
zandgrondenmet
resp./ 8,-
enf 7,-
en voor kleigrond met resp.I
10,-
efl
ï
9,-.
b)
Tabel 10en
11zijn
gebaseerdop
de cijfers, vermeldin
debijlage.
In
tegenstellingtot
de
andere berekeningenis
erin
dezebijlage van
uitgegaandat de
kosten aanhet
eind ennier
aanhet
beginvan
hetjaar
zijn
gemaakt.Dit
heeft geen belangrijke konsekwentiesvoor de
renderingspercen-tagesin
de tabellen 10 en 11.Tenslotte
willen
wij hen die
onshun
vragen en opmerkingen hebben toegezonden,ten
zeerste dankenvoor
de medewerking diezij op
deze wijze hebben vedeend. Onswerk
kan alleen op doelmatigewijze
worden voortgezet alswij
regelmatig vragen enkritiek
onrvangen.\Terkgroep,,Bedrijfseconomie" van
de Nationale
Populierencommissieen
rassen
lV (slot')
'Marilandica'
karakteristiekzijn
voor
bepaalde strekenin
onsland. Hieraan
kan
worden
toegevoegd,dat
dezepopulier
op zich zelÍ, d.w.z. als boom, óók een heel eigen karakter heeft. Helaas moetworden
gezegd,dat
deze karakteristieke boomin
snel tempouit
de lang door hem gekaraktetiseerde landschappen zal verdwijnen. Bezwaren, waaropwij
hierna nog terugkomen, hebbentot
gevolg gehad,dat
de aanplantvan
dit
ras sterk is teruggelopen enbinnen
niet te
langetijd
tot
het verleden zal behoren.In
het
plantseizoen1967/1968
bestondnog
slechts2,6/6
van de aangeplante populierenuit
'Marilandica'.Voor de kwekers is 'Marilandica' zeker geen gemakkelijk boom.
Hij
heeft deneiging krom te
groeien,zich
sterkte
vertakken,terwijl
bovendien de groeisnelheid zeer matig is.Er
komt
nog een probleembij,
datvrij
intensief is onderzochr door de Duit-serMtller,
uiwoerig
gepubliceerdin
zijn
boek ,,Altsrammsorrender
Schwarzpappelbastarden".Ik
bedoelhet
verschijnsel van ,,induktie",in
hetkort
daarop neerkomend dat devorm
van dejonge
plant
in
sterkemate
w.ordt bepaalddoor
de
herkomst van de stek.Neemt
men bijvoorbeeldhet
stekmateriaaluit
de zijtakken van een jonge boom, dan kan menhieruit
zeerkrom-me planten
krijgen;
neemtmen
daarentegen eenstek
uit
de topscheut, dan heeft men een aanzienlijk grorere kans op rechte planten.Dit
verschijnsel, waaropik
nu niet
naderwil
ingaan, zou de oorzaak kunnenzijnvan
hetfeit
datin
bepaalde streken van ons land,ik
denk aan plaatsenin
de omgeving van Schijn-del, veel rechte 'Marilandica' bomen voorkomen.Daarbij
moetik
echterwel wijzen op
een tweede oorzaak van een goedevorm
vandit
ras, namelijk de groeiplaats. Hoe beter de grondkwaliteit en hoe minder invloed van groeistorende fak-toren, des te beter de vorm van 'Marilandica' en anderenorma-liter
vrij
kromme en breedkronige rassen.'Marilandica'
(vrouwelijk) komt
vroegin
het blad, iets na 'Ro-busta'.Het
volwassenblad
is
lichter van kleur
dan datvan
de meeste handelsrassen (zie verder Broekhuizenin
,,Populier" vanmei
1967).De
stamvormr vroeg
eendiep
gegroefde schors.Als
volwassen boom heefthij
een iets bochtige stam mer een brede, sterkevertakte kroon.
De
bovenkantvan
de kroon is
rond en
op
latereleeftijd
afgeplat. Opvallendis
datper
,,tak-krans" ééntak
zich veelal sterk ontwikkelt.Hoewel vaak anders gedacht wordt, kan men 'Marilandica' niet zonder meer een slechte groeier noemen.