RAPPORT VAN BEVINDINGEN consultatie prijssqueeze Inleiding
In het consultatiedocument Prijssqueeze van 9 oktober 2000 wordt de squeezeproblematiek beschreven en wordt ingegaan op welke wijze het college voornemens is toekomstige tariefvoorstellen op
prijssqueeze-aspecten te toetsen. Het college heeft partijen verzocht op een aantal in het
consultatiedocument beschreven vraagpunten te reageren. De reacties van partijen zijn door het college beoordeeld en meegenomen in de ‘Bekendmaking’ van het college van 21 december 2000 en de in samenspraak met de NMa ontwikkelde ‘Richtsnoeren Prijssqueezetoets’ van 28 februari 2001.
In dit document heeft het college de belangrijkste en/of meest voorkomende bezwaren en reacties van partijen op het gestelde in het consultatiedocument gegroepeerd. Daarbij wordt aangegeven waarom het college wel of niet kan instemmen met de door partijen gegeven reactie.
Uit reacties van partijen vallen de volgende bezwaren te groeperen: 1. Niveau van de toets
2. Aantal diensten in de toets 3. Hoogte van de retailopslag 4. Kortingen
Niveau van de toets Consultatiedocument
In het consultatiedocument prijssqueeze werd aangegeven op welk niveau het college voornemens was de ondergrens van telefoontarieven van KPN te toetsen. Het college koos in het consultatiedocument voor een variant waarbij de toets op de ondergrens bij gespreksduren van 1, 4 en 30 minuten zou plaats vinden.
Vraag
Het college verzoekt belanghebbenden aan te geven of zij kunnen instemmen met het niveau waarop het college tariefvoorstellen van KPN op kostenorië ntatie wenst te toetsen.
Reacties
Bijna alle respondenten dringen aan op verdergaande toetsing en achten de in het consultatiedocument voorgestelde toetsing onvoldoende. KPN is van menig dat een beoordeling op het niveau van dienst- of tariefelementen weinig zinvol is en dringt aan op gemiddelde toetsing.
Standpunt college
geraken, hanteren OPTA en NMa een squeezetoets die ervoor zorgdraagt dat prijssqueeze niet kan optreden, ongeacht de gespreksduur.
Aantal diensten in de toets Consultatie
In het consultatiedocument werd de toets van toepassing verklaard op de diensten verkeer binnen de regio en verkeer buiten de regio, aangezien het college van oordeel was dat zich op deze diensten binnen redelijke termijn squeeze-effecten voor kunnen doen.
Vraag
Graag verneemt het college de opvatting van partijen over zijn visie inzake de aspecten die een rol dienen te spelen in de beoordeling op prijssqueeze.
Reacties
Een aantal aanbieders geeft aan dat OPTA door middel van een prijssqueezetoets ook de ondergrens van andere diensten dan de hiervoor genoemde tarieven dient te toetsen. Vermeld worden onder andere de diensten internationaal verkeer, verkeer van een vast naar een mobiel toestel, internetinbelverkeer via een 06760-nummer, huurlijnen en xDSL-diensten. KPN is van mening dat internetverkeer geen onderdeel mag uitmaken van een eventuele toets.
Standpunt college
Naar aanleiding van reacties van partijen werd de toets in de Bekendmaking van 21 december eveneens van toepassing verklaard op de dienst internetinbelverkeer via 06760 en verkeer van een vast naar een mobiel toestel. Het college is van oordeel dat voor alle diensten die onder de bevoegdheid van OPTA vallen, voldaan dient te zijn aan het beginsel van kostenorië ntatie. De richtsnoeren zijn daarom algemeen geformuleerd. In de bijlagen van de richtsnoeren staat vermeld op welke wijze OPTA en NMA gezamenlijk de ondergrens toetsen van een aantal specifieke diensten, te weten verkeer binnen en buiten de regio, verkeer van vast naar mobiel en internetinbelverkeer via een 06760-nummer. Indien nodig, naar het oordeel van OPTA en NMa, kan het aantal diensten verminderen of vermeerden door middel van het weghalen of toevoegen van één of meerdere bijlagen.
Kortingen Consultatie
Om het verschil tussen tarief en kosten te bepalen, moet worden vastgesteld wat het relevante tarief is. De eindgebruikerstarieven van KPN zijn de tarieven die (zullen) gelden voor de betreffende dienst. Naast de in de Staatscourant gepubliceerde generieke eindgebruikerstarieven hanteert KPN een aantal
kortingsregelingen. Aangezien de aan de eindgebruikers in rekening gebrachte tarieven als gevolg van verleende kortingen daardoor feitelijk lager komen te liggen, dient hiermee bij de vaststelling van de prijssqueezetoetsen rekening te worden gehouden. Bij een vergelijking tussen de interconnectietarieven en de eindgebruikerstarieven dient daarom rekening gehouden te worden met kortingen. In het
Vraag
Het college vraagt marktpartijen te reageren op de voorgestelde korting op de eindgebruikerstarieven en de hoogte daarvan.
Reacties
De meeste partijen zijn van mening dat kortingen mee dienen te worden genomen bij de
prijssqueezetoets. Een aantal partijen wenst daarnaast dat ook kortingen die aan bedrijven worden gegeven onderdeel van de toets uitmaken. Ook wordt opgemerkt dat OPTA het in de toets gehanteerde kortingspercentage beter dient te onderbouwen. Bepaalde partijen lijkt het door OPTA gehanteerde kortingspercentage redelijk. KPN stelt dat OPTA rekening dient te houden met het beoordelingskader kortingen van 22 december 1999. KPN geeft aan dat het in het consultatiedocument vermelde percentage van 5 voor de Voordeelnummerregeling haar een redelijke aanname lijkt.
Standpunt college
Op basis van de consultatie heeft het college besloten ook met andere kortingsregelingen dan Voordeelnummerregeling Binnenland rekening te houden. Hoewel enigszins arbitrair geeft de
benaderingswijze waarbij de maximale korting gehalveerd wordt een evenwichtig beeld van het effect van kortingen op tarieven, aangezien rekening wordt gehouden met het feit dat de korting slechts
staffelgewijs gegeven wordt. Pas boven een bepaald belvolume is sprake van maximale korting. Uitgaan van deze maximale korting zou een overschatting zijn van de daadwerkelijk gegeven korting. Uitgaan van de totale gemiddelde korting daarentegen doet geen recht aan de door alternatieve aanbieders van KPN ervaren tarieven en kortingen. Het staat een onderneming echter overigens wel vrij kostenvoordelen die bij levering van bepaalde diensten worden behaald, door te geven aan de afnemers van die diensten. Uitgaan van een korting gerelateerd aan de totale omzet van homogene groepen van gebruikers van kortingsregelingen per verkeerssoort blijkt niet mogelijk omdat voldoende cijfermateriaal ontbreekt om het percentage op deze wijze te berekenen.
Hoogte van de retailopslag Consultatie
In de prijssqueezetoets worden de kosten van een aanbieder vergeleken met de opbrengsten. De kosten van een aanbieder bestaan niet alleen uit de gemaakte kosten voor inkoop van interconnectie, maar ook uit kosten als sales en marketing (de zgn. retailkosten). In de prijssqueezetoets wordt hier rekening mee gehouden door een opslag te hanteren op de interconnectiekosten. De retailopslag dient ervoor om te garanderen dat efficië nte aanbieders die bij KPN netwerkcapaciteit inkopen in staat gesteld worden een redelijke winst te behalen. Op basis van informatie van KPN werd de toeslag op 25 procent bepaald. Vraag
Het college verzoekt marktpartijen hun zienswijze over de voorgestelde opslag kenbaar te maken. Een afwijkende zienswijze dient vergezeld te gaan van een kwantitatieve onderbouwing aangaande het opslagpercentage dat gehanteerd zou moeten worden bij de prijssqueeze-toets.
Reacties
Alle aanbieders vinden een onderbouwing van het door OPTA bepaalde opslagpercentage noodzakelijk. De meest aanbieders geven aan een opslag van 25 procent laag te vinden, zeker gezien gehanteerde
bruikbaar richtgetal is, maar merkt hierbij op dat er geen rekenkundige relatie is tussen netwerkkosten en overige kosten.
Standpunt college
Om een voor de squeezetoets correcte vergelijking te krijgen tussen kosten en verkoopprijs dient de opslag voor de overige kosten bepaald te worden op basis van de kosten van een efficië nte operator. Het college is van oordeel dat de daadwerkelijke kosten van KPN gebruikt kunnen worden als benadering van de kosten van de efficië nte operator. Een alternatieve operator zou in staat moeten zijn om minimaal even efficië nt te werken als KPN. Het college gaat daarom in de prijssqueezetoets uit van de retailopslag van KPN.
De gemiddelde retailopslag is berekend op basis van de cijfers uit de financië le administratie van KPN. Uit antwoorden op door OPTA gestelde nadere vragen blijkt dat de gemiddelde toeslag voor ONP
spraakdiensten 23 procent is. KPN beschouwd de inputfactoren die leiden tot dit percentage als
