• No results found

Wiersma, A. (2008). A study of the teaching methods of high school history teachers

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Wiersma, A. (2008). A study of the teaching methods of high school history teachers"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Amsterdam University of Applied Sciences

Wiersma, A. (2008). A study of the teaching methods of high school history teachers

Vos, Rene; Wiersma, A.

Publication date 2012

Document Version Final published version Published in

The social studies

Link to publication

Citation for published version (APA):

Vos, R., & Wiersma, A. (Ed.) (2012). Wiersma, A. (2008). A study of the teaching methods of high school history teachers. The social studies, 99(3), 111-116.

General rights

It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons).

Disclaimer/Complaints regulations

If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please contact the library:

https://www.amsterdamuas.com/library/contact/questions, or send a letter to: University Library (Library of the University of Amsterdam and Amsterdam University of Applied Sciences), Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible.

Download date:27 Nov 2021

(2)

1 Kenniscentrum Onderwijs en Opvoeding – Lectoraat Didactiek van de maatschappijvakken

Wiersma, A. (2008). A Study of the Teaching Methods of High School History Teachers. The Social Studies 99 (3), 111-116

[René Vos, 2012]

Dit artikel is geschreven door Ashley Wiersma, docent geschiedenis op Kalamazoo Central High School in de Verenigde Staten. Het artikel beschrijft een onderzoek naar de manier waarop geschiedenislessen in het middelbaar onderwijs worden gegeven. Ze stelt dat de meeste

geschiedenisdocenten nog op een traditionele manier lesgeven en dat docenten die hun lessen op een constructivistische wijze verzorgen effectiever les geven.

Constructivistisch onderwijs gaat ervan uit dat leren begint als de lerende een storende discrepantie ervaart tussen zijn eigen wereldbeeld en dat van anderen. Hij wil dit gebrek aan overeenstemming zo effectief mogelijk wegnemen door de betekenis die hij zelf construeert voor zijn omgeving samen met anderen bewust te worden en te verkennen. De Zwitserse ontwikkelingspsycholoog Jean Piaget (1896-1980) en zijn Russische vakgenoot Lev Vygotski (1896-1934) zijn de grootste pioniers van de constructivistische leertheorie.

Vygotski stelt dat de ontwikkeling van kinderen een leerproces is. Volgens hem moet het onderwijs stimulerend werken op de ontwikkeling van kinderen en deze ontwikkeling bevorderen en versnellen.

Kenmerkend voor constructivistisch onderwijs is dat de leerling zelf informatie moet verwerken om het een zinvolle betekenis te geven. De leerling moet nieuwe informatie voortdurend koppelen aan andere informatie.

De schrijfster heeft voor haar onderzoek de dagelijkse lespraktijk van drie docenten geschiedenis bekeken. Alle drie gaven les op een constructivistische manier, waarbij één docent op een radicaal constructivistische wijze te werk ging. Daarbij construeren de leerlingen hun kennis individueel. Deze docent begon zijn les met een onderwijsleergesprek, waarin hij reeds aanwezige kennis bij de leerlingen combineerde met nieuwe kennis. Hij probeerde de leerlingen als historicus te laten denken door ze met primaire bronnen te laten werken waarbij ze zelf conclusies moesten trekken. De docent maakte veel gebruik van open vragen, zodat de leerlingen goed moesten nadenken over wat er gebeurde en waarom iets gebeurde. Wiersma noemt dit de ´teaching history as mystery´ methode. De twee andere docenten gebruikten de sociaal constructivistische methode, waarbij leerlingen en docenten samen kennis construeren en samen besluiten welke kennis juist is en welke niet. Het gebruik van primaire bronnen staat ook bij deze docenten centraal. Daarnaast maakt één van hen nog gebruik van videomateriaal. Deze docent gaat daarbij uit van het ´learning-cycle inquiry model’ , een model dat er voor zorgt de leerlingen historisch leren denken en bronnen gaan analyseren.

Het model bestaat uit drie fases:

1. de onderzoeksfase: hierin stellen de leerlingen een hypothese op naar aanleiding van een foto (een vrouw tijdens de economische crisis van de jaren 1930 in Amerika) en schrijven kort op wat er volgens hen gebeurde;

2. onder leiding van de docent werd gediscussieerd over de oorzaken van de crisis met als doel dat de leerlingen zich konden inleven in die tijd;

3. de leerlingen moeten het geleerde toepassen.

Dit is een praktijkonderzoek waarbij de auteur de didactiek van drie docenten geschiedenis die op een middelbare school werkzaam zijn heeft bestudeerd. De gegevens werden verkregen door het afnemen van vragenlijsten, het observeren van lessen en het houden van interviews. Het onderzoek beperkte

(3)

2 Kenniscentrum Onderwijs en Opvoeding – Lectoraat Didactiek van de maatschappijvakken

zich tot slechts drie docenten. De auteur geeft aan dat een groter aantal docenten, waaronder vrouwen, deel uit zou moeten maken van het onderzoek. Tevens zou de representativiteit verhoogd moeten worden door meer diversiteit in de scholen aan te brengen. Tenslotte zouden de resultaten van het onderzoek vergezeld moeten gaan van gegevens over de kennis van leerlingen in relatie met de didactiek van de docenten.

Ondanks de tekortkomingen komt het onderzoek bij mij wel betrouwbaar over. In mijn lessen maak ik regelmatig gebruik van extra bronnenmateriaal om de lessen aantrekkelijker voor de leerlingen te maken om zo de effectiviteit van mijn lessen te vergroten. Tijdens de behandeling van het thema over Vietnam laat ik bijvoorbeeld een aantal foto’s zien. Aan de hand van deze foto’s moeten de leerlingen in groepjes bediscussiëren wat ze op de foto’s zien, wat de maker van de foto’s wilde bereiken en opschrijven wat zij van de foto’s vinden. Vervolgens heb ik door middel van een onderwijsleergesprek aangegeven waarom de foto’s een goed beeld gaven van deze oorlog. Bij het bestuderen van het katern bleek dat veel leerlingen vrij goed konden terugvallen op wat besproken was tijdens de opdracht.

Dit soort opdrachten vinden mijn leerlingen over het algemeen wel leuk, in elk geval aantrekkelijker dan het maken van de opdrachten uit het werkboek. Bovendien moesten ze zo zelf aan het werk met bronnen. De bronnen zijn zodanig gekozen (een slachtoffer van agent orange, een brandende monnik, gedode kinderen etc.) dat ze vanzelfsprekend reacties bij de leerlingen oproepen waardoor ze zich afvragen wat er aan de hand is. Ik merk overigens ook dat leerlingen een klassikale uitleg van de stof op prijs stellen. Meestal doe ik dat aan de hand van een PowerPoint-presentatie waarbij ik vragen stel. Een combinatie van klassikale uitleg en zelf aan het werk gaan met bronnen is volgens mij een goede manier om geschiedenis te onderwijzen op een middelbare school. In die zin is mijn dagelijkse onderwijspraktijk dus wel constructivistisch te noemen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

The control variables that he used are the earnings volatility, the firm size, the yearly asset growth of the company and the leverage ratio.. Furthermore he added dummy

This  document  is  written  by  Student  Jurre  Kuin,  who  declares  to  take  full  responsibility   for  the  contents  of  this

This questionnaire is part of the FLAGH (Farm Labourers And General Health) Intervention research. It aims at improving qualify of life of communities. By participating in

In deze literatuurstudie is onderzocht wat de verschillen in gezinsrisicofactoren zijn voor het ontstaan van Oppositional Defiant Disorder en Conduct Disorder bij kinderen.. Het is

Om te onderzoeken of de kwaliteit van het leefklimaat is verbeterd en de externaliserende gedragsproblemen zijn verminderd, wordt de eerste meting vergeleken met de tweede meting

overeenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen van de partijen ten nadele van de consument aanzienlijk verstoort.” Voorts is in artikel 3 lid 2 bepaald dat een beding steeds

verbeeldingskracht, vinden de recensenten van Congo: een geschiedenis dit juist een minpunt. Zij vinden dat Van Reybrouck teveel romancier is en te weinig historicus. Dat Van Reybrouck

The goal of the second study was to demonstrate that a lower availability of self-regulatory resources can be beneficial for deci- sion making in a situation where the expected value