• No results found

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje · dbnl

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje · dbnl"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Boontje komt om zijn loontje

Wilhelm Busch

bron

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje. Van Holkema & Warendorf, Amsterdam 1896

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/busc002boon01_01/colofon.php

© 2011 dbnl

(2)

1

[Boontje komt om zijn loontje]

Laat ons snoepen gelei en koek van den bakker.

Zei luie Piet tot gulzigen Klaas, zijn makker.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(3)

2

Fluks de ladder op en door 't dak naar binnen Dan kan dadelijk de pret beginnen.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(4)

3

Moedig door den schoorsteen heengekropen Zijn ze er echter leelijk ingeloopen.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(5)

4

Want daaronder stond meel in groote kisten En ze lagen daarin, voordat ze 't wisten.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(6)

5

Ha! daar heb je de koek en de gelei!

Vlug op den stoel en dan er bij.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(7)

6

Pak gauw die koek, zegt gulzige Klaas, Want ik hoor reeds stappen van den baas.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(8)

7

Daar kraakt de stoel; en wat geschiedt?

In een bak vol deeg vallen Klaas en Piet.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(9)

8

Terwijl ze kruipen uit dat kleverige goed, Komt de driftige bakker hen tegemoet.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(10)

9

Woedend pakt hij beiden beet,

Terwijl hij hen daarna tot brooden kneedt.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(11)

10

De knapen zijn nu leelijk gefopt.

In een oogwenk zijn ze in den oven gestopt.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(12)

11

En al maakten ze daar veel geweld en getier Dat alles hielp ons tweetal geen zier.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(13)

12

Hen te verbranden zou wreed zijn, zei Bakker Steur Ik zet ze dus om af te koelen wat aan de deur.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(14)

13

De koude helpt, de korsten breken, Terwijl daaruit twee hoofden steken.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(15)

14

De jongens wringen zich uit hun kluis En rennen zoo vlug als 't gaat naar huis.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

(16)

15

De knapen wonnen er dus niets bij

Want ze kregen geen koek en ook geen gelei.

Wilhelm Busch, Boontje komt om zijn loontje

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

‘ik moet in de tijd van drie dagen een hele kamer vol vlas tot lange, fijne draden spinnen, want anders mag ik niet met den prins trouwen.. En ik kan helemaal niet spinnen.’

Zoo liep de haas nog drie en negentig maal de akker heen en weer en ieder keer had de egel het gewonnen, want ieder maal als de haas bij het begin of eindpunt kwam zei de egel of

‘Neen,’ zoo juicht hij, ‘'t is geen schijn, 'k Moet wel een gelukskind zijn. Alles, alles is

‘'k Ben gelukkig 't varken kwijt, En zoo van mijn angst bevrijd!’. Zoo juicht

Toen hij een nacht daarover in bed lag te peinzen en zich vol zorg heen en weder woelde, zuchtte hij en sprak tot zijne vrouw: ‘Wat zal er van ons terecht komen.’ Hoe kunnen wij

Op zekeren dag zei de Moeder van het meisje: ‘Kom, Roodkapje, je moest dit stukje taart en deze flesch wijn eens aan je Grootmoeder gaan brengen; ze is wat ziek en zwak; 't zal

ofschoon hij nu wat moe werd Ging het dwergje Piggelmee, Klossend op zijn kleine klompjes Wéér naar 't vischje in de zee.. Gaarne liep hij door de duinen, Maar het werd hem nu wat

Hilverdink, Loontje komt om zijn boontje, of Het droevige slot der guiterijen van Hans-kijk-in-de-wereld.. Bom,