• No results found

Vraag nr. 269 van 12 juni 1998 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 269 van 12 juni 1998 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 269 van 12 juni 1998

van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN Buitenschoolse kinderopvang – Wettelijke voor-schriften maaltijdservice

Initiatieven buitenschoolse opvang (IBO) kunnen warme maaltijden verzorgen voor de kinderen. De nieuwe wetgeving inzake de algemene voe-dingsmiddelen en de hierbij horende veiligheids-procedures voor hygiëne bepalen dat voorzienin-gen die warme maaltijden verzorvoorzienin-gen een HACCP-plan moeten maken, met de procedures om contaminatie van de voedingsmiddelen te voor-komen bij de stockage, de fabricage en de verde-ling. Dit plan opstellen is niet eenvoudig. Kleine voorzieningen moeten dan ook een beroep doen op voedingsdeskundigen om de kritische punten te detecteren en de nodige maatregelen voor te stel-len om de veiligheid van de voedingsmiddestel-len te verzekeren én het plan permanent op te volgen. Bij de bespreking van de regeling over buitenschoolse opvang in het parlement kwam dit niet uitdrukke-lijk ter sprake.

In de kinderdagverblijven is men druk bezig om de voedingshygiënewet uit te werken. In de buiten-schoolse opvang staat men – volgens mijn beperk-te ervaring – nog nergens. Nochtans lijkt het zin-vol voor de bestaande IBO's om van in het begin hiermee rekening te houden als zij onder deze regelgeving vallen.

1. Klopt het dat initiatieven voor buitenschoolse opvang onder de regeling vallen betreffende de algemene voedingsmiddelen en de hygiëne als ze maaltijden verzorgen ?

2. Weten de vaak kleinere initiatieven buiten-schoolse opvang dat zij ook met deze wetgeving moeten rekening houden ? Hoe worden zij hier-van op de hoogte gebracht ? Geeft Kind en Gezin begeleiding ?

Antwoord

In wat volgt, formuleer ik een concreet antwoord op de twee gestelde vragen. Ik vul ze aan met een algemene overweging met betrekking tot de gesig-naleerde problematiek.

1. Overeenkomstig artikel 1 van het KB (konink-lijk besluit) van 7 februari 1997 inzake de alge-mene voedingsmiddelenhygiëne wordt onder inrichting verstaan : de plaats of het geheel van plaatsen waar hoofdzakelijk of in bijkomende

orde activiteiten van fabricage, handel of uit-voer van voedingsmiddelen uitgeoefend wor-den.

Het lijkt mij dat dus ook de initiatieven voor buitenschoolse opvang (IBO's), indien zij maal-tijden ter beschikking stellen van de kinderen, gevat worden door deze definitie.

2. De particuliere opvanginstellingen onder toe-zicht en de gesubsidieerde kinderdagverblijven werden door Kind en Gezin geïnformeerd over de wetgeving inzake voedingsmiddelenhygiëne. Daarbij werden de adressen van de eetwarenin-spectie van het ministerie van Volksgezondheid opgegeven.

Ik zal aan Kind en Gezin vragen dat zij ook de IBO's inlicht over de regelgeving in kwestie. Met betrekking tot de huidige stand van zaken kan ik melden dat nogal wat erkende kinderdagverblij-ven in het najaar van 1997 werden geïnspecteerd door de Eetwareninspectie. De reacties daarop waren vrij gunstig, in die zin dat het optreden van de inspecteurs rekening hield met het specifieke, vaak veeleer kleinschalige karakter van kinderdag-verblijven. Momenteel werken de kinderdagver-blijven aan het HACCP-plan. Dit is inderdaad geen sinecure. Ik weet dat bijvoorbeeld het Ver-bond der Medisch-Sociale Instellingen (VMSI) voor zijn leden in dit verband een vormingsproject heeft opgezet.

Hoe de particuliere opvanginstellingen omgaan met de wetgeving op de voedingsmiddelenhygiëne, is moeilijker te detecteren. Ik verneem evenwel dat al deze voorzieningen, die vaak zeer kleinschalig zijn (een capaciteit tussen 10 en 15 kinderen is cou-rant), een vergunning moeten aanvragen en door de inspectie worden bezocht. Daarbij worden door de Vereniging van Vlaamse Particuliere Kinder-dagverblijven (VVPK) provinciale verschillen gemeld. Er zou in sommige voorzieningen ook met boetes gedreigd zijn.

(2)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In 1996 hebben 2 POI's (particuliere opvangin- stellingen) gemeld, waarvan 2 POG's geen attest van toezicht wensten te verkrijgen.. In 1997 hebben 9 POI's en 6 POG's gemeld, waarvan

Uit de jaarverslagen van 1996 en van 1997 van de provinciale vormingsinstanties blijkt dat tijdens deze werkjaren telkens twee van hen een specifie- ke cursus hebben georganiseerd

Na de Interministeriële Conferentie voor Maat- schappelijke Integratie van 9 oktober 1996 werden alle ministers, ook van de gewesten, aangeschreven met de vraag of hun

Alleen de examens van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap voor de gemeenschapsin- stellingen voor bijzondere jeugdbijstand zijn vol- gens mijn informatie niet toegankelijk

Dat leidde tot de zes kleinere formulieren : Aanpassing van premie voor verbetering of aanpassing van woning (A3 recto verso), Verklaring over eerste ingebruikne- ming van

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door mevrouw Wivina Demeester-De Meyer, Vlaams minister van Financiën, Begroting

Toegankelijkheid houdt in dat er een alternatief is voor trappen, dat onder andere liften en deurbel vanuit een rolstoel kunnen worden bediend, dat de draaicirkels voor rolstoe-

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door de heer Luc Van den Brande, minister-presi- dent van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid,