• No results found

Basiskoers bibliotheekwerk Gelderland Zuid

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Basiskoers bibliotheekwerk Gelderland Zuid"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Basiskoers bibliotheekwerk Gelderland Zuid

(2)

2

Inhoud

Inleiding ... 3

Doel en resultaat ... 3

Waarden en beleidsuitgangspunten ... 3

Trends en Ontwikkelingen ... 5

Gezamenlijke basiskoers ... 7

Uitwerking en vervolg... 9

Cijfers en inspirerende documenten ... 11

(3)

3

Inleiding

De wens van een aantal nieuwe wethouders is aanleiding geweest om als zes gemeenten samen met de Bibliotheek Gelderland Zuid te komen tot een gezamenlijke basiskoers. De gemeenten Nijmegen, Overbetuwe, Lingewaard, Beuningen, Heumen en Berg & Dal/Groesbeek nemen in 2015 diensten af van de Bibliotheek Gelderland Zuid. In 2015 hebben de betreffende wethouders en

beleidsambtenaren, de directeur­bestuurder, en enkele medewerkers van de Bibliotheek Gelderland Zuid kennis gemaakt met elkaar. De eerste stappen zijn gezet om tot die gezamenlijke basiskoers te komen. Het biedt houvast en werkt als een kompas dat richting geeft. Tegelijk biedt het voldoende ruimte het anker op eigen wijze uit te gooien, met andere woorden maatwerk op lokaal niveau.

Belangrijkste reden om te komen tot een gezamenlijke basiskoers is om meer inzicht te krijgen in de wensen, behoeften, ontwikkelingen en verwachtingen van elkaar. We kijken hierbij naar de

kernwaarden en beleidsspeerpunten van de gemeenten en de kernwaarden en functies van de bibliotheek. Vanuit gedeelde kernwaarden en speerpunten wordt helder welke rol de bibliotheek kan spelen in de samenleving. Dit levert input voor het nieuwe beleidsplan 2016­2020 van de Bibliotheek Gelderland Zuid en geeft richting aan het beleid van de gemeenten.

Er zijn meer redenen die het interessant maken om voor gezamenlijkheid te kiezen. Ontwikkelingen in de samenleving, nieuwe wetgeving, teruglopende inkomsten uit gemeentefonds en uitbreiding van taken voor de gemeenten zijn een uitdaging voor de partners. Kennis en successen delen wordt door de partners als meerwaarde gezien. Efficiënte inzet van middelen ten behoeve van meerdere gemeenten maakt functies en voorzieningen betaalbaarder. Samenwerking vergroot het bestuurlijk draagvlak bij individuele organisaties.

In dit document leest u het doel en resultaat, kernwaarden en beleidsuitgangspunten en trends en ontwikkelingen. Dit alles is de aanloop naar de geformuleerde gezamenlijke basiskoers in zes kernzinnen. Tot slot staat een voorstel beschreven hoe de uitwerking een vervolg kan krijgen.

Doel

De zes gemeenten én de Bibliotheek Gelderland Zuid willen vanuit gedeelde kernwaarden en beleidsuitgangspunten een gezamenlijke en gedeelde basiskoers bepalen. Hierin wordt de rol van de bibliotheek de komende jaren helder.

Waarden en beleidsuitgangspunten

1. Beleidsspeerpunten van de gemeenten

Een blik op de college­ of coalitieprogramma’s van de gemeenten laat zien dat gemeenten de bibliotheek beschouwen als een waardevolle voorziening om de leefbaarheid van dorpen en wijken op peil te houden. De bibliotheek valt dan in de programma’s onder de hoofdstukken Cultuur, Voorzieningen of Leefbaarheid.

Tegelijkertijd wordt in alle programma’s aandacht besteed aan de noodzaak tot het ondersteunen van kwetsbare mensen in de samenleving. Meedoen in en aan de samenleving is niet altijd

vanzelfsprekend. Soms omdat men dat niet (meer) kan door ouderdom, lichamelijke of psychische

(4)

4 problemen, werkloosheid of taalachterstand. Bibliotheken hebben een rol bij het laten opdoen van brede algemene kennis zodat burgers een actieve rol leren spelen in bijvoorbeeld het

maatschappelijk leven.

Bibliotheken worden daarbij gezien als een voorziening die een plek krijgt in multifunctionele accommodaties. Ook worden combinaties met onder meer buurthuizen, ouderencentra en scholen gezocht om dienstverlening en bereikbaarheid toegankelijk te houden.

2. Publieke waarden van de Bibliotheek

De bibliotheekwet stelt vast aan welke eisen een bibliotheekvoorziening moet voldoen om onderdeel van het stelsel te vormen. Samengevat gaat het om de volgende eisen:

1. Functioneren vanuit publieke waarden (artikel 4).

2. Vervullen van vijf maatschappelijke functies (artikel 5).

De vijf publieke waarden van de Bibliotheek

De openbare bibliotheekvoorziening functioneert volgens de bibliotheekwet vanuit een aantal publieke waarden:

­ Betrouwbaarheid

­ Onafhankelijkheid

­ Authenticiteit

­ Pluriformiteit

­ Toegankelijkheid

Het vastleggen van de publieke waarden is gebeurd op advies van de Raad voor Cultuur1. Deze stelde dat het van belang is de grenzen tussen publieke en commerciële aanbieders van content duidelijk te maken. In een situatie waarbij uitleen (door openbare bibliotheken) en verhuur (door private c.q. commerciële partijen) van e­books en andere digitale content naast elkaar zullen bestaan, is het noodzakelijk te onderbouwen waarom de openbare bibliotheeksector op dit vlak bepaalde voorzieningen moet blijven aanbieden en waarin zij zich moet onderscheiden van een commercieel aanbod.

De vijf functies van de Bibliotheek

Een bibliotheekvoorziening die een publieksfunctie vervult moet volgens de wet vijf functies vervullen die bijdragen aan de persoonlijke ontwikkeling en verbetering van de maatschappelijke kansen van het algemene publiek:

1. ter beschikking stellen van kennis en informatie;

2. bieden van mogelijkheden tot ontwikkeling en educatie;

3. bevorderen van lezen en het laten kennismaken met literatuur;

4. organiseren van ontmoeting en debat;

5. laten kennismaken met kunst en cultuur.

Met de vastlegging dat deze vijf functies bijdragen aan de persoonlijke ontwikkeling van mensen en de verbetering van hun kansen in de maatschappij, is aangesloten op het Manifest over de openbare bibliotheek van Unesco2. Daarin zijn algemene principes vertaald naar opdrachten aan de overheden en aan de bibliotheeksector. In het Manifest wordt gesteld dat “constructief deelnemen aan het maatschappelijk leven en meewerken aan het vormgeven van de democratie afhankelijk zijn van voldoende opleiding en van vrije en onbeperkte toegang tot kennis, wetenschap, cultuur en

informatie. De openbare bibliotheek, de plaatselijke toegangspoort tot kennis, schept een essentiële

1 : Raad voor Cultuur, Advies Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen, 6 juni 2013

2 : Unesco Library Manifesto, a gateway to knowledge, 1994

(5)

5 voorwaarde voor levenslang leren, onafhankelijke besluitvorming en de culturele ontwikkeling van individuen en maatschappelijke groeperingen.”

Trends en ontwikkelingen

De maatschappij verandert. Deze veranderingen hebben invloed op het bibliotheekwerk en hoe we daar als samenleving mee omgaan. Het bibliotheekwerk verandert continu en past zich aan aan maatschappelijke uitgangspunten. Het is goed om deze veranderingen te benoemen en stil te staan bij de invulling van de functies die het bibliotheekwerk heeft.

Welke maatschappelijke veranderingen hebben invloed op het bibliotheekwerk en welke niet? Hoe duiden we de veranderingen en wat betekent dit voor de bibliotheek en de gemeenten? Dat laatste beschrijven we in de volgende paragrafen.

De commissie Cohen die in opdracht van het sectorinstituut voor bibliotheken in 2014 een toekomstvisie presenteerde, beperkt zich tot een aantal ontwikkelingen.

De Wet Stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen

Sinds 1 januari 2015 is een nieuwe wet Stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen van kracht (vanaf hier: bibliotheekwet). Deze nieuwe wet beschrijft de functies van de bibliotheek, de waarden die een bibliotheek heeft en geeft de lokale bibliotheek een rol in een netwerk.

Kennis wordt een steeds belangrijker productiemiddel

Nederland wil een kenniseconomie zijn. Een ‘leven lang leren’ is voorwaarde daarvoor. Er komt meer nadruk te liggen op leren buiten de formele structuren van het onderwijs. Persoonlijke ontwikkeling en vernieuwing van kennis en competenties zijn van belang om mee te kunnen blijven doen in deze veranderende maatschappij en kenniseconomie.

Het belang van specifieke vaardigheden neemt toe

Geletterdheid als fundament

Een van de meest fundamentele voorwaarden voor duurzame inzetbaarheid op de arbeidsmarkt, zelfredzaamheid van burgers en het voorkomen van maatschappelijke uitsluiting is geletterdheid.

De OECD definieert geletterdheid als “het vermogen om geschreven teksten te begrijpen, te evalueren en te gebruiken om te participeren in de samenleving, om doelen te bereiken, en om kennis en potentieel te ontwikkelen. Geletterdheid omvat een scala van vaardigheden die variëren van het decoderen van geschreven woorden en zinnen, tot het begrip, de interpretatie en evaluatie van complexe teksten”.

Digitale en informatievaardigheden

Het verwerven van deze vaardigheden gaat verder dan technische vaardigheden, of

‘knoppenkunde’, alleen. De meer inhoudelijke vaardigheden als zoeken, selecteren en evalueren van informatie, en strategische vaardigheden die te maken hebben met het inzetten van digitale media voor persoonlijke ontwikkeling en verbetering van de maatschappelijke positie, zijn van groot belang.

21st Century skills

Naast geletterdheid in de breedte, horen hier competenties als samenwerken, creativiteit,

communiceren, probleemoplossend vermogen, kritisch denken en sociale en culturele vaardigheden

(6)

6 toe. Ook een betrokken, ondernemende en nieuwsgierige houding wordt in de 21ste eeuw nog steeds gezien als essentieel.

Digitalisering en personalisering

Bijna alle Nederlanders hebben toegang tot internet, de afgelopen jaren steeds vaker op mobiele apparaten als smartphones en tablets. Nieuwe technologieën zorgen ervoor dat naast het vergaren, ook het creëren en delen van kennis gemakkelijker wordt. De hoeveelheid informatie neemt

daarmee explosief toe. Slimme zoekmachines zorgen ervoor dat informatie altijd en overal in grote hoeveelheden beschikbaar is. Filtering van informatie zorgt voor een op maat toegesneden inhoud die soms weinig ruimte laat voor nieuwe inzichten, verrassing en uitdaging.

Aanschaf, uitlening en in het bijzonder het lezen van gedrukte boeken en media neemt af. Aanschaf en gebruik van e­boeken en media neemt toe. Sommigen zien dit als bedreiging, er wordt meer vluchtig en gefragmenteerd gelezen (zie ook verder bij ‘Tijdsbesteding en beleving van

consumenten’). Het biedt echter ook mogelijkheden door inhoud te combineren en te visualiseren en zo complexe situaties te verduidelijken.

Belang van netwerken en gemeenschappen

Waar voorheen de samenleving was gestructureerd rondom instituten, is er een verschuiving naar structuren rondom het individu en beweegt dat individu zich in verschillende gemeenschappen.

Sociale netwerken nemen aan belang toe. De overheid stimuleert dit ook in de

participatiesamenleving. Via internet zijn deze gemeenschappen en netwerken niet meer geografisch beperkt. Sociale netwerken geven toegang tot zaken waar je zelf niet (meer) over beschikt.

Tijdsbesteding en beleving van consumenten

Burgers hebben een groeiende behoefte aan gemak, snelheid en flexibiliteit om werk, zorg en privé efficiënt te organiseren en te combineren. Digitale media helpen daarbij, maar zorgen ook voor gevoelens van stress en druk.Ook in de invulling van tijd vinden veranderingen plaats en is er veel concurrentie tussen manieren van (vrije) tijdsbesteding. Het verlangen naar intensiteit neemt toe, mensen willen in beleving worden ondergedompeld.

Het Sociaal Cultureel Planbureau becijferde dat de vrije tijd die Nederlanders boven de 12 jaar besteden aan het lezen van gedrukte media tussen 1975 en 2005 met 44% is afgenomen, van 6,1 naar 3,8 uur per week. Sinds 2008 besteedt de Nederlandse bevolking nog eens 29% minder tijd aan lezen (voor boeken is de afname 20%).

Veranderingen in sociaal weefsel van stad en dorp

Ontmoeting is van belang voor het vormen en in stand houden van gemeenschappen. Ruimte voor ontmoeting maakt onderdeel uit van de sociale infrastructuur in steden en dorpen. Deze

infrastructuur staat onder druk door schaalvergroting, bezuinigingen, vergrijzing en ontgroening. Het aantal openbaar toegankelijke voorzieningen neemt af en daarmee de leefbaarheid van

(stads)wijken en dorpen.

Bovenstaande is uiteraard maar een greep uit ontwikkelingen op het gebied van demografie, economie, media, informatie en het sociaal­culturele domein. Voor een completer overzicht is bij de toekomstvisie van de commissie Cohen een omvangrijk rapport over maatschappelijke trends verschenen.

(7)

7

Gezamenlijke basiskoers

Tijdens de bijeenkomst met bestuurders van gemeenten en de Bibliotheek Gelderland Zuid en beleidsmedewerkers is gesproken over de toekomstvisie. Hierbij zijn kernwoorden benoemd die onderdeel zijn van deze visie. Ambtelijk zijn deze kernwoorden vervolgens vertaald naar zes

kernzinnen. Hieronder leest u waar de partners in gezamenlijkheid toe zijn gekomen voor de rol van de bibliotheek.

De Bibliotheek is er voor iedereen.

“De Openbare Bibliotheek draagt op een laagdrempelige manier bij aan de brede verspreiding van informatie en cultuur, en daarmee aan een geletterde samenleving”, aldus minister Bussemaker3. In al haar functies is de bibliotheek er voor alle, en bij voorkeur ook nieuwe doelgroepen. Informatie en cultuur is er voor iedereen toegankelijk. De schatkamer van de bibliotheek kent een groeiende digitale als ook nog waardevolle analoge collectie. De bibliotheek als knooppunt van kennis en cultuur is een stimulerende leeromgeving waarin mensen zich kunnen blijven ontwikkelen. De bibliotheekvestigingen zijn als plek openbaar, een verlengde huiskamer vol informatie en verhalen die uitnodigt tot leesbevordering en kennisontwikkeling. Een plek voor iedereen toegankelijk. De bibliotheek verbindt zich in functie met andere laagdrempelige plaatsen waar mensen komen. Dit kunnen scholen zijn en kind­, zorg­ en wijkcentra, multifunctionele accommodaties, ziekenhuizen, bedrijven en festivalterreinen.

Bijzondere aandacht heeft de bibliotheek voor mensen die meer ondersteuning kunnen gebruiken in hun ontwikkeling van zelfredzaamheid. Omdat de bibliotheek er voor iedereen is, wordt het geen instituut voor alleen kwetsbare groepen. Andere groepen zorgen voor draagkracht van de

bibliotheek. Tegelijkertijd krijgen de kwetsbare groepen geen ‘stempel’ en is het verbinden met andere doelgroepen natuurlijker, en een verrijking voor iedereen.

3 Bussemaker, J. Memorie van antwoord m.b.t. de Wet stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen, 10 oktober 2014

(8)

8

De Bibliotheek maakt als kenniscentrum de fysieke en digitale bibliotheekcollectie beschikbaar én toegankelijk voor iedereen.

De Bibliotheek Gelderland Zuid maakt onderdeel uit van het grote netwerk van bibliotheken. Het overkoepelend orgaan de Koninklijke Bibliotheek (KB), de nationale bibliotheek van Nederland, maakt de totale bibliotheekcollectie zichtbaar, houdbaar en bruikbaar. De komende jaren ontwikkelt de KB een nationale digitale bibliotheek. De Bibliotheek Gelderland Zuid zorgt ervoor dat deze collectie op lokaal niveau gebruikt wordt. Collecties worden betekenisvol gepresenteerd en

gegroepeerd rond thema’s en doelgroepen. Daartoe worden zoveel mogelijk instellingen en mensen verleid lid te worden van de bibliotheek. De vrije toegang tot dit gezamenlijke bezit van publiek gefinancierde bibliotheken zorgt ervoor dat mensen op nieuwe ideeën worden gebracht en op elkaars inzichten kunnen voortbouwen. Zo is de bibliotheek een bron voor onderzoek en helpt mensen om vaardiger, slimmer en creatiever te worden.

Door het vergroten van het digitale aanbod, het efficiënt gebruiken van gedeelde collectie, beperkt de Bibliotheek het fysieke collectieaanbod in vestigingen geleidelijk de komende jaren. Fysieke collectie komt meer verspreid en op maat dichterbij mensen te staan: op scholen, in zorgcentra, dorpshuizen, etc. Hierbij kijkt de bibliotheek naar de mate van zelfstandigheid en behoefte van klanten in die lokale setting.

De Bibliotheek is dichtbij en werkt creatief en verbindend samen met diverse organisaties. Zij benut middelen slim om daarmee een zo groot mogelijke maatschappelijke waarde en effect te bereiken.

“Als de berg niet naar Mozes komt, gaat Mozes wel naar de berg”, aldus schooldirecteur Bas Peters van basisschool met een Bibliotheek op school St. Jacobus in Valburg. Als mensen de gang naar de bibliotheek niet vanzelfsprekend (meer) vinden, gaat de bibliotheek naar de mensen toe.

De hele samenleving kantelt naar participatie­ en netwerksamenleving. We delen mensen,

middelen, kennis, expertises en functies. We vragen meer eigenaarschap van instellingen en mensen om voorzieningen in stand te houden. Vrijwilligers zijn hierbij onmisbaar. Samen nemen we meer ruimte om te experimenteren. Dit ontschotten, leidt tot creatieve nieuwe verbindingen en kansen.

Samen met gemeenten en partners kan de bibliotheek haar functie zo met meer maatschappelijk effect en waarde uitoefenen. Experimenteren is uitproberen en dus niet altijd effectief achteraf.

Door te meten wat kan en nuttig is én door kennis en succesformules te benutten, bereiken we een zo groot mogelijk maatschappelijke waarde. De bibliotheek zoekt actief contact en verbinding met bedrijfsleven, centra voor werk en inkomen, het Uitvoeringsinstituut WerknemersVerzekeringen (UWV), gezondheidszorg, welzijnsorganisaties, educatieve en culturele instellingen, verenigingen en bewoners en vindt met hen manieren om te werken aan de doelen die de bibliotheek zich stelt.

De Bibliotheek heeft bijzondere aandacht voor het voorkomen van laaggeletterdheid en draagt bij aan de aanpak van laaggeletterdheid.

De cijfers over laaggeletterdheid zijn hoog in een welvarend land als Nederland. Zie onder ‘Cijfers en inspirerende documenten’percentages van laaggeletterdheid. Alle zes gemeenten én de bibliotheek willen zich daarom hard maken om dit te voorkomen en te bestrijden. Preventie van

laaggeletterdheid vraagt inzet op voor­ en vroegschoolse educatie (VVE) en intensieve

samenwerking met peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, Centra voor Jeugd en Gezin, lokale kern­of wijkteams en basisscholen. Bestrijding van laaggeletterdheid wordt van belang geacht om iedereen de kans te bieden volwaardig mee te kunnen laten doen in de samenleving. Hierbij wordt door bibliotheek en gemeenten samenwerking gevonden via een Bondgenootschap voor

(9)

9 Geletterdheid met onder andere serviceclubs, werkgevers, sociale werkvoorzieningen en regionale opleidingscentra. De bestuurders van de gemeenten zien met voldoening de vele betrokken organisaties binnen het Bondgenootschap. Wel willen ze een nadrukkelijkere regierol neerleggen binnen het Bondgenootschap voor de nodige slagkracht. Dit wordt nader uitgewerkt.

Met ingang van 2015 is een aantal (landelijke) beleidsterreinen bij de gemeente ondergebracht.

Deze decentralisaties hebben als doel om regelgeving en geldstromen overzichtelijker te maken voor burgers. Van hen wordt verwacht dat ze zichzelf kunnen redden en zelf hun zaken regelen.

Taalvaardigheid is de basis voor participatie in de samenleving, voor zelfredzaamheid en zelfsturing.

De bibliotheek bevordert de informatie­ en digitale basisvaardigheden van mensen. Dat is meer dan ooit nodig omdat de online informatiestroom, technologische ontwikkelingen en digitale

verwachtingen steeds meer vragen van mensen. Zo heeft de bibliotheek de functie lokale voorzieningen te bieden waarmee mensen zich kunnen (blijven) ontwikkelen.

De Bibliotheek vergroot leesplezier, leesbeleving en

informatievaardigheden van mensen en hun omgeving (docenten,

verzorgers, vrijwilligers), met bijzondere aandacht voor jeugd en jongeren.

De bibliotheek heeft een inspirerende en ondersteunende educatieve functie die van belang is voor alle leeftijden en mensen met allerlei achtergronden. Hierin kiezen de gemeenten in het bijzonder voor jeugd en jongeren. Docenten en ouders in de dagelijkse omgeving van jeugd en jongeren spelen een stimulerende rol in leesontwikkeling. De bibliotheek werkt samen met ouders, verzorgers, scholen, gemeenten, jeugdgezondheidszorg, kinderopvangorganisaties, welzijnsinstellingen en andere instellingen om met name leesplezier en taal­ en mediavaardigheden van deze doelgroep te vergroten. Samen werken zij aan een dagelijkse lees­ en mediacultuur thuis en op school.

Leesplezier, leesbeleving en informatievaardigheden zijn ook voor volwassen laaggeletterden en ook hooggeletterden van grote meerwaarde voor persoonlijke ontwikkeling.

De Bibliotheek inspireert iedereen met literaire activiteiten.

Literaire activiteiten zijn er voor het vergroten van leesplezier en het verrijken van leesbeleving en persoonlijke ontwikkeling. Dit kan in tal van vormen en voor tal van doelgroepen zoals kinderen, laaggeletterden, studenten en literaire liefhebbers. De stadsbibliotheek De Mariënburg in Nijmegen heeft hierin een regiofunctie. Gemeenten willen, zij het in mindere mate en kostendekkend, ook lokaal invulling geven aan leesplezier via literaire activiteiten.

Uitwerking en vervolg

Wat betekent deze basiskoers? Hoe geven we deze handen en voeten binnen de lokale visies, kansen en ontwikkelingen? Als we de bovenstaande richting willen inslaan, wat betekent dit dan voor de individuele partners? Hieronder een voorstel.

Proces

Na vaststelling van de gezamenlijke basiskoers op 10 juli 2015 hebben de partners afgesproken een volgende stap zetten in het concretiseren van wat de bibliotheek in de gemeenten kan doen de komende jaren. Die stap zal gezet worden in de richting van meer samenwerking en samengaan.

Meer inzet op kennis(overdracht). En daarmee ook een stap naar minder monofunctionele vestigingen en een toename van digitaal aanbod waarmee de collectie wordt verrijkt.

(10)

10 De basiskoers wordt door de Bibliotheek Gelderland Zuid omgezet naar een visie voor de komende jaren en een (daarop gebaseerd) passend aanbod aan bibliotheekwerk aan gemeenten. Ook zou de basiskoers een goede onderlegger kunnen zijn voor visie­ en beleidsontwikkeling binnen gemeenten voor bibliotheekwerk op terreinen als cultuur, maatschappelijke accommodaties, (vroeg­ en

voorschoolse) educatie en onderwijsachterstanden, werk en inkomen, kwetsbare doelgroepen, welzijn en leefbaarheid en zorg.

Bestuurders van de zes gemeenten en de Bibliotheek Gelderland Zuid willen in het najaar van 2015 graag de zes gemeenteraden uitnodigen om gezamenlijk de wensen en mogelijkheden voor invulling van het bibliotheekwerk te delen.

Regelmatig treffen (beleids)medewerkers van de deelnemende gemeenten elkaar om samen met de Bibliotheek Gelderland Zuid ontwikkelingen te bespreken. Om dit overleg meer vorm en sturing te geven is dit basiskoersdocument en de input van gemeenteraden leidend. Landelijke ontwikkelingen en onderzoeksresultaten delen we en de voortgang van uitvoering van het basiskoersdocument bespreken we. Hiertoe stellen de Bibliotheek Gelderland Zuid en wisselend een gemeente de agenda voor dit overleg op.

Jaarlijks schuiven bestuurders aan en bespreken we samen de stand van zaken. Op basis van maatschappelijke ontwikkelingen kan het nodig zijn om het basiskoersdocument bij te stellen.

Andersom kan natuurlijk ook: de basiskoers klopt nog wel, maar de route die daarop gevaren wordt wijkt af. Ook dan is bijsturing nodig.

Organisatie

Van oudsher is bibliotheekwerk onderdeel van het gemeentelijk programma Cultuur. In de meeste begrotingen is de bijdrage voor bibliotheekwerk dan ook ondergebracht bij het cultuurbudget. In sommige programma’s is de bibliotheek ondergebracht bij ‘Voorzieningen’ of ‘Leefbaarheid’. Dit basiskoersdocument laat zien dat bibliotheekfuncties ook bijdragen aan volwasseneducatie,

onderwijs, voor­ en vroegschoolse educatie, welzijn en leefbaarheid, zorg, werk en inkomen. Bij een lokale uitwerking van dit basiskoersdocument ontstaan er zo kansen om ook bij de interne

organisatie vernieuwende allianties te smeden. Door slim combineren is meer maatschappelijke meerwaarde te creëren met dezelfde middelen.

De wethouders van cultuur van de zes gemeenten en de directeur­bestuurder van de Bibliotheek hebben afgesproken een sprankelende, interactieve en informatieve avond te organiseren voor gemeenteraadsleden over wat de Bibliotheek kan betekenen in de nabije toekomst.

(11)

11

Cijfers en inspirerende documenten

Cijfers

Onderwijs: De samenwerkingen met het onderwijs intensiveert, vooral door de Bibliotheek op school (primair onderwijs). Van de Nijmeegse basisscholen heeft (d.d. 11 juni 2015) 45% een Bibliotheek op school. Van de Overbetuwse en Lingewaardse basisscholen is dat respectievelijk 14% en 18%. Het aantal uitleningen bij Bibliotheek op school stijgt in Nijmegen met 81,3% (van 22.329 in 2013 naar 40.475 in 2014) en in Overbetuwe met 12,7% (van 14.623 in 2013 naar 16.474 in 2014). Ook met het voortgezet onderwijs wordt intensiever samengewerkt. In Lingewaard is inmiddels 1 voortgezet onderwijsschool met een Bibliotheek op school. Met 15 voorschoolse instellingen wordt inmiddels samengewerkt via de Bibliotheek op school en/of Boekstart in de kinderopvang in Gelderland Zuid.

(Bron: jaarverslagen Bibliotheek Gelderland Zuid, en geactualiseerd d.d. 11 juni 2015)

Laaggeletterdheid: Het percentage laaggeletterden is in Nederland gestegen van 9,4% (1994) naar 11,9% (2012), dit zijn 1.3 miljoen mensen tussen de 16 en 65 jaar (daarvan is 65% autochtoon).

(Bron: brief 6 maart 2015 van OCW over actieprogramma Tel mee met Taal).

Uitleningen: Het aantal uitleningen in het werkgebied van de Bibliotheek Gelderland Zuid bedraagt in het jaar 2014 1.925.038 en dat is een daling van 4,7% t.o.v. 2013.

In 2013 bedraagt het aantal uitleningen 2.020.995 en dat is een daling van 2,4% t.o.v. 2012.

(Bron: jaarverslagen Bibliotheek Gelderland Zuid)

Leden: Het aantal leden van de Bibliotheek Gelderland Zuid bedraagt in het jaar 2014 80.077 en dat is een stijging van 2,6% t.o.v. 2013. Landelijk daling van 1,9%.

In 2013 zijn er 78.066 leden en dat is een daling van 4,9% t.o.v. 2012. Landelijk daling van 0,3%.

De stijging van het aantal jeugdleden zet door in de eerste helft van 2015 (51.905) met 5,5% t.o.v. de eerste helft van 2014 (49.029).

Het aantal volwassen leden neemt af met 2,9% in de eerste helft van 2015 (27.444) t.o.v. de eerste helft van 2014 (28.252).

(Bron: jaarverslagen Bibliotheek Gelderland Zuid)

Inspirerende documenten

Lokaal Bibliotheekbeleid, Handreiking van de VNG uitgebracht in het kader van de Wet Stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen, april 2015

Actieprogamma Tel mee met taal, Ministeries OCW, VWS en SZW, maart 2015

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Vrouwen zeggen iets vaker dat ze minder gezond zijn gaan eten (10% vs 5% bij mannen).. Ruim een kwart is (veel) minder gaan sporten

Van de deelnemers geeft 34% aan het (zeer) onwaarschijnlijk te vinden dat ze komende maanden besmet raken; 12% vindt dit juist (heel) waarschijnlijk.. Bijna de helft van de

Driekwart van de deelnemers zou zich laten testen als ze op de dag van het invullen klachten zouden hebben (6% niet, 19% weet het niet).. In de 4 weken voorafgaand aan het invullen

Bij aanbieders waar een signaalgestuurd onderzoek uitgevoerd wordt en die tevens dagbesteding voor ouderen aanbieden zal ook de kwaliteit van de dagbesteding in het

Alle mandaten die op grond van dit besluit zijn toegekend aan de interim-manager kunnen, zo lang deze functionaris is aangesteld en in afwijking van het Algemeen Mandaat- volmacht- en

Ten tijde van het onderzoek, najaar 2016, zijn 26 organisaties actief op het terrein van het forensisch medisch onderzoek (FMO), medische arrestantenzorg (MAZ) en/of lijkschouw. 22

– Voor implementatie M@ZL: 8,4 schooldagen ziek per leerling. – Na implementatie M@ZL: 7,3 schooldagen ziek

ondersteunende diensten (Financiën, P&O en Facilitaire Zaken) onder te brengen bij gemeenten, vormt hier een onderdeel van.. Concreet wordt gedacht aan