Pestprotocol
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave ... 2
1. Inleiding ... 3
2. Pesten ... 3
2.1 Algemeen ... 3
2.2.1 Omschrijving van het begrip pesten ... 3
2.1.2 Uitgangspunten ... 4
2.1.3 Signalen die op pesten kunnen wijzen ... 4
2.2 Aanpak door Dorenweerd ... 4
2.2.1 Preventieve maatregelen ... 5
2.2.2 Reactieve maatregelen ... 5
2.2.3 Curatieve aanpak ... 5
3. Klachtenprocedure ... 5
3.1 Klachtenprocedure ... 5
3.2 Contactpersonen ... 6
3.3 Externe vertrouwenspersonen ... 6
3.4 Route van de klacht ... 6
1. Inleiding
Omdat wij vanuit passie, samen en met ambitie willen bijdragen aan de ontwikkeling van jonge mensen in een veilige school luidt de missie van het Dorenweerd College als volgt:
‘Wij stimuleren en begeleiden leerlingen om het beste uit zichzelf te halen, zodat zij uitstekend zijn voorbereid op een succesvolle toekomst.‘
De kernwaarde veilig is voorwaardelijk voor leerlingen om zich te kunnen ontwikkelen. In een veilige omgeving is geen plaats voor pesten. Pesten staat een gezonde ontwikkeling en goede leerprestaties in de weg.Naast de negatieve gevolgen voor de slachtoffers tast pesten het gevoel van veiligheid aan bij alle leerlingen. Het zorgt voor een negatieve sfeer in de klas.
2. Pesten
2.1 Algemeen
2.2.1 Omschrijving van het begrip pesten
Wanneer iemand herhaaldelijk en/of langdurig blootstaat aan negatieve handelingen verricht door een ander is er sprake van pesten. Die
negatieve handelingen kunnen lichamelijk of geestelijk worden gepleegd.
Doorgaans is er sprake van een machtsverschil dat tot uiting komt in de bedoeling om de ander pijn te doen.
Van negatieve handelingen zijn legio voorbeelden te noemen, maar bij wat als negatief wordt ervaren is de ervaring door de gepeste van groot belang.
Het pesten kan op school plaatsvinden tussen leerlingen onderling maar ook tussen leerling en docent.
Via de sociale media kan pesten plaatsvinden; deze vorm onttrekt zich doorgaans aan het blikveld van ouders, docenten en mentoren. De reikwijdte van deze vorm is vermoedelijk groot en de impact enorm.
Het Dorenweerd College vindt het van belang dat leerlingen zich thuis voelen en zich gekend weten. Als iemand wordt gepest, is actie geboden.
Wij hopen dat het onderstaande bijdraagt aan de doelstelling.
2.1.2 Uitgangspunten
1. Alle betrokken partijen (de pester, de gepeste persoon, de rest van de klas / groep, de medewerkers en de ouders / verzorgers) zien pesten als een probleem.
2. De school beschikt over een preventieve aanpak.
3. Als pesten, desondanks optreedt, moet het personeel van de school kunnen signaleren en reageren.
4. Als personeel van de school ziet dat leerlingen worden gepest, neemt ze duidelijk stelling.
5. Er is op school een klachtenregeling en er zijn contactpersonen op school en een vertrouwenspersoon extern.
6. De school beschikt over een curatieve aanpak.
2.1.3 Signalen die op pesten kunnen wijzen
1. Het optreden van lichamelijke klachten zonder medische redenen, zoals hoofdpijn, buikpijn.
2. Toename van verzuim en spijbelen.
3. Vaak om een pijnstiller vragen (paracetamol, aspirine) vragen.
4. Verminderde concentratie en verslechterde resultaten.
5. Tijdens pauze de kantine en het schoolplein mijden.
6. Terugtrekken, extreme verlegenheid.
2.2 Aanpak door Dorenweerd
De school beschikt over een duidelijk aanspreekpunt voor leerlingen en ouders die te maken krijgen met pesten. Het aanspreekpunt vangt de gepeste leerling (en de ouders) op. Samen brengen ze de situatie in kaart en bekijken ze welke acties mogelijk zijn om de pestsituatie op te lossen. Daarbij verwijst en begeleidt het aanspreekpunt pesten eventueel naar andere medewerkers binnen (contactpersoon) of buiten de school (vertrouwenspersoon).
De route is in principe: mentor/ coördinator, afdelingsleider. Leerling en/
of ouder(s)/ verzorger(s) kunnen ook rechtstreeks de contactpersoon van de school benaderen.
Er zijn twee contactpersonen op school. De namen en contactgegevens staan vermeld op de website van de school onder kopje zorgstructuur en in de schoolgids.
De externe vertrouwenspersoon staat in de klachtregeling van school vermeld als aanspreekpunt bij ongewenst gedrag, waaronder ook pesten. De naam en contactgegevens staan vermeld op de website en in de schoolgids.
De coördinatie van het veiligheidsbeleid, waaronder het beleid om pesten tegen te gaan, ligt bij de plv. rector / lid CvB.
2.2.1 Preventieve maatregelen
• Er zijn verschillende werkvormen waarin pesten tijdens het mentoruur bespreekbaar kan worden gemaakt.
• In alle leerjaren wordt veel gedaan aan positieve groepsvorming en daarin komt het onderwerp respect voor elkaar aan de orde.
• In alle leerjaren wordt positief omgaan met elkaar gestimuleerd door het activeren van groepsprocessen (onbekend maakt onbemind) en allerlei andere activiteiten, bijvoorbeeld activiteiten als mentorgroep of
activiteiten georganiseerd door de afdeling.
• De organisatie van het onderwijs brengt met zich mee dat leerlingen een eigen plek hebben: de afdeling, met duidelijke aanspreekpunten:
mentoren, leerlingcoördinatoren, afdelingsleider. Door deze korte lijnen is vroegtijdig signaleren en snel en adequaat reageren mogelijk.
2.2.2 Reactieve maatregelen
• Ouders worden geïnformeerd.
• Hulp aan de gepeste persoon. Degene die gepest wordt, wordt duidelijk gemaakt dat hij open kaart moet spelen en situaties moet beschrijven en namen moet noemen.
• Er wordt bij cyberpesten contact gezocht met de schoolagent.
• Gesprek met de pester. De pester wordt geconfronteerd met de gevolgen van het pestgedrag en wordt gevraagd naar het waarom van zijn
handelen en van de eventuele gevolgen daarvan. Ook de meelopers worden hierin betrokken.
• Afhankelijk van de ernst van de situatie of bij herhaling worden de ouder(s) / verzorger(s) ingeschakeld.
• Er wordt bij cyberpesten contact gezocht met de schoolagent.
• Het Klassenspel kan worden ingezet.
• Er wordt gewerkt met het Reglement internet en sociale media.
2.2.3 Curatieve aanpak
• Er wordt aan de gepeste persoon hulp geboden door middel van gesprekken.
• Er kunnen strafmaatregelen genomen worden tegen de pester. De procedure tot schorsen en verwijderen kan zo nodig in gang worden gezet. Duidelijk moet zijn voor de pester dat zijn gedrag niet getolereerd kan worden.
• De pester kan eventueel doorverwezen worden naar de professionele hulpverlening.
3. Klachtenprocedure
3.1 Klachtenprocedure
Het Dorenweerd College heeft een klachtenregeling en is aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs LKC. De klachtenregeling is te vinden op de ELO van Magister en aan te vragen bij de administratie van de school. Zie 3.4 Route van de klacht.
3.2 Contactpersonen
Het bestuur heeft twee leden van het personeel aangesteld als interne contactpersonen.
3.3 Externe vertrouwenspersonen
Het Dorenweerd College maakt gebruik van de diensten van een externe, onafhankelijke vertrouwenspersoon aangesloten bij de GGD/ VGGM.