• No results found

Hooglied. In dit nummer: Hooglied: hoe actueel?! Een liefdesgeschiedenis. Hooglied doet verlangen naar Christus Kijken in je huwelijk

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Hooglied. In dit nummer: Hooglied: hoe actueel?! Een liefdesgeschiedenis. Hooglied doet verlangen naar Christus Kijken in je huwelijk"

Copied!
28
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Weg Wijs

januari/februari 2011 jaargang 65, nr. 1

Hooglied

Hooglied: hoe actueel?! – Een liefdesgeschiedenis

Hooglied doet verlangen naar Christus – Kijken in je huwelijk

Het huwelijk van Maarten Luther en Katharina von Bora

In dit nummer:

(2)

Hooglied: het ‘Lied der liederen’, het mooiste lied. Of is het te mooi voor deze wereld en geef je er daarom een geeste- lijke betekenis aan? Je kunt je ook afvragen waarom er in de Bijbel niet een boek kan staan dat zingt over een gewone liefdesrelatie tussen een man en een vrouw.

Nog een paar vragen. Sla je een bijbelboek dat zo onge- makkelijk aanvoelt maar over? Wat zegt een dergelijke be- schrijving van een liefdesgeschiedenis je nu nog? Of, Jezus is je echte geluk en perspectief, en de kerkelijke gemeente is het lichaam van Christus. Naar Hem verlang je toch?

Aan de hand van de onderstreepte steekwoorden schreef ds. Wim Noordzij drie thema-artikelen over Hooglied:

Inleiding op de bijbelstudie, Bijbelstudie en Uitwerking. De toegevoegde vragen zijn bedoeld voor gebruik bij de be- spreking en voor persoonlijke bezinning. Ze bepalen je bij de plaats die God wil hebben in je leven.

Dit komt ook treffend uit in het Interview met drie echt- paren. Het laat je zomaar kijken in huwelijken van anderen.

Dit doet ook Het verleden actueel in dat van Luther en Katha- rina von Bora, gesloten in 1525. Katharina geeft trouwens de indruk van de vrouw uit Spreuken 31. Dat in het huwelijk het

3 Op weg

Songtekst

4 Inleiding op de

Hooglied, hoe actueel?!

bijbelstudie

7 Bijbelstudie

Hooglied – een liefdesgeschiedenis

10 Uitwerking

Hooglied doet verlangen naar Christus

13 Reacties & ervaringen

Hooglied: aan tafel te lezen?

15 Interview

Kijken in je huwelijk

18 Het verleden

Het huwelijk van Maarten Luther

actueel

en Katharina von Bora

21 Ontmoeting

Natanaël

22 Nieuwe bijbelstudie-

Deuteronomium

uitgave

Hoofdredactioneel

verschil tussen man en vrouw speelt, verwoordt Truus nogal plastisch. Toch kan ze er geen vat op krijgen en concludeert ze dat liefde het geheim ervan moet zijn.

Bij de Boeken attendeer ik graag op het ‘Boek der boeken’

in de Herziene Statenvertaling. De andere, heel verschil- lende, titels en een dvd passen bij het thema en hebben de overeenkomst dat God het eerste en het laatste woord heeft. Dat merkte Natanaël ook, want Jezus kende hem al voordat Hij Natanaël ontmoette. Voor een spontaan stukje bijbelstudie in dit nummer moet je bij Tittel & jota zijn.

In dit nieuwe kalenderjaar biedt de Commissie Bijbelstudie Uitgaven meteen een nieuwe bijbelstudie-uitgave aan.

Ds. Dick Dreschler schreef er een over Deuteronomium, de afscheidspreek van Mozes. Het is een thematisch boekje met tien bijbelstudies.

De redactie wenst alle lezers in dit nieuwe jaar de liefde van Christus toe. Dat geeft ons leven perspectief en licht.

Ali van Dijk-Buffinga, hoofdredacteur

Inhoud

Verder in dit nummer:

2 Hoofdredactioneel 3 De vrouw

13 De smalle ring 14 Ik begrijp ze niet

20 Verzoeking en beproeving 23 Boeken en dvd

28 Colofon en volgende nummer

I-III Inhoudsopgave 2010

IV Foto-impressie werkcongres

2

(3)

Songtekst

Hoort u het nog wel? Dringt de tekst nog door in onze oren, of ben ik de enige die Oost-Indisch doof wordt voor de inhoud? De zin ‘I love you’ schalt zo vaak uit alle radio’s ter wereld, dat ik het niet eens meer echt hoor. Misschien komt het doordat de inhoud van de tekst in onze maat- schappij, juist door de levensstijl van de zangers, alle ge- loofwaardigheid heeft verloren. Wie van de zangers gelooft zelf nog in de woorden ‘ik hou van je en blijf je eeuwig trouw’ en laat dat vervolgens ook zien in zijn levensstijl?

Ik vind dat een bijzonder fenomeen. Het lijkt erop dat er een soort omgekeerde evenredigheid bestaat. Dus hoe minder waarde aan liefde en trouw wordt gehecht, hoe

meer die als ideaal wordt bezongen in allerlei (pop)liederen en ballades. Niet met een diepgaande boodschap, maar als platte tekst.

Wij hebben in de Bijbel een bijzonder liefdeslied van God ge- kregen. Een romantisch liefdeslied, maar wel één dat op een heel directe manier is verwoord. Zo zijn wij dat tegenwoordig echt niet gewend! In de hoofdartikelen wordt (onder andere!) gezegd dat het mogelijk is dat Hooglied als een vorm van protestlied is geschreven in een sterk versekste maatschap- pij. Een maatschappij die daarin dus veel lijkt op die van ons.

Kijk, dat zette mij aan het denken. Wat zou u ervan vinden als wij de makers en zangers van Psalmen voor Nu gaan vragen om Hooglied in eigentijdse woorden op eigentijdse muziek te zetten? Wat zou er dan gebeuren? Zullen de mensen om ons heen in deze maatschappij dit begrijpen en echt verstaan? Of zullen juist zij Oost-Indisch doof zijn voor de waarheid?!

Wij kunnen dan ook niet om de boodschap van Hooglied heen. God de schepper heeft ons een liefdesrelatie gegeven waarin ook Hij aanwezig is. De liefde en trouw die Hij geeft kunnen worden getoond in de liefde en trouw aan elkaar in de relatie. Een relatie tussen één jongen/man en één meisje/

vrouw waar liefde, trouw, lust, verlangen, begeerte, genegen- heid en seks thuishoren. Juist wanneer de koppeling tussen de liefde en seks stevig vast en aanwezig blijft, is er een diepte in de relatie waar niemand tussen kan komen. Het is een gave als God ons dat geeft in ons huwelijk. En wij mogen daarvan genieten en het als een groot geschenk aannemen.

Inge Laan, voorzitter Bijbelstudiebond

Op weg

DV donderdag 12 mei Bijbelstudiedag Steenwijk zie pagina 27 Thema: De wet voorbij

Sprekers: ds. Jasper Klapwijk en ds. Luite-Harm Kooij

3

(4)

Inleiding op de bijbelstudie

Prikkelende lectuur: zo zou je het Hooglied kunnen typeren.

De Joodse synagoge bepaalde zelfs dat niemand het Hooglied mocht lezen voor zijn dertigste jaar! Naast het feit dat Hooglied prikkelt, is het ook gewoon een lastig boek met beeldspraak die ver van je afstaat: wie zou vandaag zijn vriendin durven vergelijken met een merrie? Hooglied is geen praktisch handboek over de liefde, maar poëzie. En het moeilijkste is misschien wel dat het zo open en bloot, en tegelijk zo zuiver spreekt over een intieme en seksuele liefde tussen twee mensen.

Opzet

Ik heb gekozen voor drie artikelen over dit boek.

In het eerste loop ik wat om het boek heen: wie is de

schrijver, over wie en waarover gaat het, met welke bedoeling staat het in de Bijbel?

In het tweede ga ik wat dieper in op de inhoud van het lied en proberen we een rode lijn te vinden.

In het derde gaat het om de vraag hoe je dit boek leest als christen. Wat wil God ermee bewerken in je hart en leven?

Auteur

Wie schreef Hooglied? Salomo, zegt vers 1. Maar dat is nog maar de vraag. Je mag namelijk ook vertalen: voor Salomo of over Salomo. Dat het van Salomo zou zijn ligt niet voor de hand. Hij komt er soms niet te best van af. In 8:11-12 lijkt de auteur aan te geven: laat Salomo zijn duizend vrouwen houden, ik heb de mijne. Wie de schrijver ook is geweest, er ligt wel een duidelijke link van het Hooglied naar Salomo, zoals we zullen zien.

Hooglied,

hoe actueel?!

Wim Noordzij

Hoe overleef ik als christen een verseksualiseerde samenleving? Veel volwassenen, jongeren en hun ouders worstelen met die vraag. Het enige boek in de Bijbel dat gaat over liefde en seksualiteit lijkt ontoegankelijk en onbruikbaar, te weinig concreet en richtinggevend voor de vragen die jij hebt. Daarom blijft het vaak gesloten. Jammer, want in Hooglied spreekt God open en bloot over seksualiteit en wijst Hij een weg om veilig te gaan.

Hoofdrolspelers

Het gaat in dit boek om een jongen en een meisje die verliefd zijn op elkaar. Waarschijnlijk is hij herder en komt ook zij van het platteland. Mogelijk is zij een Egyptische. Verder komen we de volgende personen tegen: ouders en broers van de bruid, koning Salomo, meisjes uit Jeruzalem, vrouwen van Salomo, mannen die op een typisch ‘mannelijke’ manier kijken naar en praten over vrouwen.

Letterlijk of geestelijk?

Gaat het eigenlijk wel over verliefde mensen of moet je het boek geestelijk lezen? Staan zij bijvoorbeeld model voor (de liefde tussen) God en zijn volk? Deze zogenaamde allegorische lezing is eeuwenlang toegepast op de Bijbel, en op Hooglied in het bijzonder. Lees de kanttekeningen van de Statenvertaling maar eens na.

1:2: ‘Laat hij mij kussen’ betekent dan: God raakt ons aan met zijn mond: Hij geeft ons zijn liefde in zijn wet. In 1:13 staan de beide borsten voor het Oude en het Nieuwe Testament. En 5:1: ‘Ik eet mijn honing en drink mijn wijn’ ziet op de maaltijd van de Heer.

Je hoeft geen bijbeluitlegger te zijn om te begrijpen dat je op deze manier alle kanten op kunt met dit boek. Het lijkt geestelijk, maar blijkt meer fantasie. Meer inlegkunde dan uitlegkunde. Toch is deze uitleg eeuwenlang bepalend geweest. Zo is het opmerkelijk dat het Hooglied zelfs geen plaats kreeg in ons huwelijksformulier. Dat is sinds kort gelukkig anders. Want de Bijbel doet hier een boekje open over liefde en erotiek.

Voelt dat vreemd? Bedenk dan dat erotiek vandaag vulgair

Prikkelende lectuur: zo zou je Hooglied kunnen typeren.

De Joodse synagoge bepaalde zelfs dat niemand het Hooglied mocht lezen voor zijn dertigste jaar!

4

(5)

Achtergrond en kenmerken

Heidense volken rondom Israël kenden in hoge mate een verseksualiseerde samenleving. Velen gingen zich er buiten het huwelijk aan te buiten. Bijna alle opgravingen van Kanaänitische huizen tonen beeldjes van Astarte, een naakte godin met overdreven geslachtskenmerken. Wat vandaag de pornolectuur is, was toen de pornosculptuur. Een tijd die wat dat betreft heel sterk lijkt op de onze met z’n opzichtige aandacht voor seks in bladen, reclames en clips. Grenzeloos genieten. Tegen die achtergrond mag Hooglied ook gelezen worden als een protestsong en biedt het een tegencultuur. Zó niet, het moet anders. Het mag ook anders. Mooier en beter.

En dat brengt ons bij een kenmerk van dit lied. Het is in lijn met de Psalmen een verbondslied. Dat wil zeggen:

geschreven bij het licht van Gods wet. Die wet is goed en zuiverend voor heel je leven. God kan open zijn over seksualiteit omdat Hij er ook een veilig kader bij geeft om er zuiver mee om te gaan en van te genieten. En dan draagt Hooglied niet het karakter van een wet; wat mag wel of niet.

Maar het is een lied, een leerdicht. Mooi, open, uitdagend, prikkelend, soms pikant. Over het verlangen van de jongen en een opwindende droom van het meisje. God heeft je geschapen met gevoelens en emoties. Taboes komen altijd van mensen.

Bedoeling

Daarmee komt al in beeld wat de bedoeling is van het lied.

Paulus schrijft aan Timoteüs dat elke schrifttekst door God is geïnspireerd en gebruikt wil worden om je – in mijn woorden – richting te geven, te wapenen, te verbeteren en op te voeden tot een rechtschapen (GNB) leven. Mooi gezegd:

God wil altijd verder komen door terug te keren naar het begin. Christus wil het door Hem geschapen leven weer zuiveren, herstellen. En dan moet je niet alleen denken aan de vunzigheid die je om je heen ziet. Maar gewoon beginnen bij jezelf. Wat heb je van seksualiteit gemaakt in je huwelijk, hoe geef je het een plek zonder huwelijk, welke wonden draag je, welke zonden beging je of hebben jou in hun greep? Seks is een eigen leven gaan leiden, los van God en los van de ander. Hooglied krijgt een plek in de Bijbel om seksualiteit (weer) een plek te geven in ons leven. In muziek, drama en beelden, in ons spreken, onze dromen, onze beleving en in onze verwachting.

Ds. W. Noordzij is predikant te Zwolle-Noord is gemaakt. Je denkt al snel aan porno. Maar juist tegen die

achtergrond is het verrassend hoe God hier spreekt over seksualiteit. Erotiek van de zuiverste orde! En neem van mij aan dat onze NBV nog behoorlijk is gekuist in vergelijking met wat er werkelijk staat. Een lied zonder taboes. Want God schiep de mens mannelijk en vrouwelijk. Dat wil zeggen: als seksuele wezens. Maar om dat zuiver te houden heb je God nodig en zijn Hooglied.

Hooglied is in lijn met de Psalmen een verbondslied.

Dat wil zeggen: geschreven bij het licht van Gods wet.

Die wet is goed en zuiverend voor heel je leven

5

(6)

Verwerking

Vragen

1 Had je dit bijbelboek al eens gelezen? Wat valt je op bij lezing van dit bijbelboek? Wat vind je mooi, lastig?

2 Zonder eerst de volgende artikelen te lezen: wat is volgens jou de kern en wat de bedoeling van dit lied?

3 Laat iemand iets nazoeken over allegorische uitleg. Zitten daar ook positieve kanten aan?

4 Hoe zou jij onze cultuur willen typeren, als het gaat om seksualiteit? Benoem ook enkele positieve kanten van deze tijd.

Stelling (werkvorm zie: www.bijbelstudiebond.nl)

Ik ben ongehuwd en dus heb ik niet veel met dit bijbelboek.

Extra verwerking bij heel het bijbelboek Hooglied

1 Het verstaan van Hooglied

a Voordat de bespreking begint: lees en lees voor – hardop – het hele boekje! Je zou het kunnen voordragen uit de Naardense Bijbel (tekst is te vinden op www.naardensebijbel.nl).

b Benoem en bespreek met welke beelden of metaforen (een metafoor is o.a. een vergelijking met ‘als’) de herder zijn herderin beschrijft.

c Benoem en bespreek waarmee ‘zij’ ‘hem’ vergelijkt.

d Probeer eens 4:1-7 met eigen woorden, in huis-, tuin- en keukentaal, te verwoorden. Wat valt op? Wat is dus het mooie van dit gedicht?

e De vergelijking van de ‘wijngaard’ treffen we nogal eens aan. Maak elkaar duidelijk wat de functie van ‘de metafoor van de wijngaard’ is in Hooglied. Zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament komt de wijngaard als metafoor voor.

Zoek in het OT nog een voorbeeld en ook één in het NT!

f De vergelijking met de granaatappel in 4:3, 4:13, 6:11. Google eens op ‘granaatappel’. Beschrijf deze vrucht. Wat valt op bij het meisje als het beeld van de granaatappel wordt gebruikt? Maak duidelijk waarom juist de ‘granaatappel’ bij de beschrijving van de geliefde zo vaak wordt gebruikt.

g De granaatappel treffen we ook aan op de zoom van het bovenkleed van Aäron. Leg eens uit wat de betekenis van de granaatappel op de zoom van het bovenkleed is. Gebruik daarvoor onder andere ds. C. Vonk, De Voorzeide Leer, 1a Exodus, p. 484, 485!

2 Hoe moet Hooglied worden gelezen

a Maak elkaar duidelijk dat je, ook wanneer er voor het letterlijk begrijpen van Hooglied wordt gekozen, er niet aan ontkomt om bijvoorbeeld een moraal uit het verhaal uitdrukkelijk te omschrijven. Bespreek eens hoe je hoofdstuk 7 en 8 uit zou leggen.

b In 2:7, 3:5 en 8:4 lees je een refrein! Zoek eens uit hoe in deze teksten de ‘liefde’ opgevat moet worden!

c Verklaar eens het verschil in ‘de liefde’ in Hooglied en ‘de liefde’ in 1 Korintiërs 13.

d Impliciet zouden erotiek en seksualiteit in de poëzie van Hooglied te vinden zijn. Probeer eens twee verschillen tussen seksualiteit en erotiek te benoemen.

3 Stellingen

1 Opvattingen over erotiek en seksualiteit leren adolescenten van leeftijdgenoten.

2 De taak van de ouders in de seksuele opvoeding is beperkt tot voortplantingsvoorlichting.

Hooglied krijgt een plek in de Bijbel om seksualiteit (weer) een plek te geven in ons leven. In muziek, drama en beelden, in ons spreken, onze dromen, onze beleving en in onze verwachting

6

(7)

Bijbelstudie

1 Verliefd (1:1 - 2:7)

De jongen en het meisje zijn verliefd. Ze zoeken elkaar op. Er zit spanning in. Waar is hij, waar kom ik hem tegen? Ze ge- ven aan hoe bijzonder ze elkaar vinden en daarbij gebruiken ze allerlei vergelijkingen. Een hoog ‘vlindergehalte’.

2 Tussen verlangen en ontmoeting;

een broos begin (2:8 - 3:5)

Ze willen elkaar beter leren kennen en ontdekken. Maar de relatie kent ook spanningen en bedreigingen. In 2:15 wordt gesproken over vossen die de wijngaard (hun liefde) schade willen aandoen. In Egyptische poëzie staan vossen ook voor jongens die meiden versieren. ‘Inbrekers’ die schade willen berokkenen aan (de maagdelijkheid van) een meisje. Seks zonder liefde.

3 Tussen afstand en intimiteit (3:6 - 5:8)

Dit is het middendeel, waarin de liefde ook heel intiem aan de orde komt. Met name in de droom van het meisje in hoofdstuk 5. Ik sliep, maar mijn hart was wakker. Haar droom gaat ver, en onze vertaling lijkt gekuist. Gaat het hier om de deur van haar huis of van haar lichaam, waardoor de jongen naar binnen wil? Een al te gewillig meisje werd wel verge- leken met ‘een open deur’ (8:9). Gaat het om de hand van de jongen of om zijn lid (zelfde woord in Jes. 57:8). De Jong schrijft: zij brengt zichzelf in een toestand van orgasme. Hoe dan ook: het blijft bij een droom!

Er zijn grenzen en er is afstand. De jongen bezingt zijn meisje als een (nog) gesloten hof en verzegelde bron (4:12).

Je kunt niet ontkennen dat hier een stuk ontluikende erotiek wordt beschreven. Er wordt heel ver doorgedacht en doorver- langd.

Maar juist dan volgt weer het refrein (5:8). Het refrein volgt steeds op een gedeelte waarin het (lichamelijk) verlangen heel sterk is. Elke keer als de thermometer van verlangen hoog oploopt, wordt het refrein ingelast, alsof het stel even moet afkoelen (De Boer). Maar wat opvalt, is dat in het refrein steeds anderen worden aangesproken: de meisjes van Jeruzalem. Zij spelen een dubieuze rol in dit boek. Ze steken de draak met het meisje. Zij hebben ervaring en sporen het meisje aan: doe niet zo moeilijk. Geniet ervan en pak gerust een ander (5:1, 9). Zij prikkelen en stimuleren de seksuele liefde: wacht niet, doe het en geniet. Seks zonder liefde, zonder trouw.

Ik schreef eerder: Hooglied is geschreven in een verseksuali- seerde samenleving. In Jeruzalem zetelde een koning die duizend vrouwen had. Het gaat hier misschien om meisjes uit de hofhouding van Salomo. Zij hadden ervaring. Kenden de

‘kneepjes van het vak’. Meiden die er mooi uitzagen en ook wel moesten opvallen met hun lichaam en uitdagende kle- ding: kom maar, mij moet je hebben. Je herkent veel van die cultuur, waarin je hormonen voortdurend worden geprikkeld.

En daar gaat Hooglied tegenin. Als protestsong, maar ook als leerdicht. Vooral in z’n refrein. Niet verbiedend en vermanend. Nee, de liefde wordt juist positief bezongen. Je krijgt het er warm van. Maar tegelijk komt erin terug: speel er niet mee, want je speelt met vuur (vgl. 8:6). In die zin laat

Hooglied –

een liefdesgeschiedenis

Wim Noordzij

Al laat Hooglied zich vooral lezen als poëzie, er zit ook een lijn in, een verhaal. Een liefdesgeschiedenis van een jong stel en hun omgeving. Uit het lied blijkt regelmatig dat het stel nog niet samenwoont (3:1; 5:2; 8:1-2, 14 en refrein). Er is nog afstand;

er zijn grenzen. Het lied kent een refrein (2:7; 3:5; 5:8; 8:4) waardoor het boek vijf delen kent. Een liefdesgeschiedenis met ups en downs. In dit artikel wil ik de verhaallijn van het boek weergeven. Het laat zich niet lezen zonder de tekst van Hooglied erbij te hebben.

7

De jongen bezingt zijn meisje als een (nog) gesloten hof en verzegelde bron.

Je kunt niet ontkennen dat hier een stuk ontluikende erotiek wordt beschreven.

Er wordt heel ver doorgedacht en doorverlangd

(8)

Hooglied ook een alarm afgaan in jouw leven en jouw wereld.

Om het zuiver te houden, om hoog te houden wat zo laag geworden is. God biedt een tegencultuur: Hij legt een ring van trouw om de liefde, om haar te beschermen (huwelijks- formulier).

Lees dit boek op die manier. God wordt hier heel intiem! Hij voelt je aan; kent de vlinders in je buik en de verlangens die nog veel verdergaan. Daar hoef je je niet voor te schamen.

God heeft je gemaakt met jouw gevoelens. Ga daar zuiver en voorzichtig mee om. Breng een ander niet op drift. En laat je niet gek maken, door jezelf, door elkaar of door een ander. En zo komen we bij het vierde deel.

4 Publiek en privé (5:9 - 8:4)

Hier komt de omgeving wat meer in beeld. Ook toen leefde men in een beeldcultuur. Dat zie je aan het slot van hoofd- stuk 6: ‘Wend u, wend u, gij Sulammitische, wend u, wend u, dat wij u bezien! “Wat wilt gij naar de Sulammitische zien als naar de reidans van Machanaïm?”’ (NBG ’51). Blijkbaar is de jongen niet de enige die naar het meisje kijkt. Ze wordt ook bekeken door mannen. Letterlijk staat er, dat ze terechtkomt op de wagens van Amminadib. In die tijd een Egyptische Don Juan, die rondreed in mooie wagens en meisjes ver- sierde. Een soort loverboy. Het meisje wordt aangemoedigd zich te laten zien. En de reactie is: wat kijken jullie naar mij als een ‘lekker ding’? Ik ben toch geen publieke vrouw? Een shockerende scène, met name voor jongens en mannen: hoe kijk je, hoe praat je over vrouwen? Hoe verslavend werkt een beeldcultuur?

En hoe anders zingen zij over elkaar. Mijn liefste, mijn vriend, mijn wijngaard (5:10 en 16; 6:9 en 8:12). Ik ben van mijn liefste en mijn liefste is van mij (6:3 en 7:11); al mijn vruch- ten, liefste, heb ik bewaard voor jou (7:14); ze loopt niet met haar lichaam te koop. Het is voor hem van wie ze houdt, van wie ze is. Hooglied legt een koppeling tussen seksualiteit en intimiteit, geborgenheid, respect.

5 Terugblik en vooruitblik (8:5 - 14)

Het meisje verlangt naar méér, namelijk meer zekerheid.

Draag mij als een zegel op je hart, een zegelring aan je vin- ger. Want, sterk als de dood is de liefde (8:6). De liefde die in Hooglied wordt bezongen verschijnt hier als een kracht tegen welke het meisje beschermd wil worden. Alleen erotische liefde (lustbevredigend) kan je leven kapotmaken. Daar zit de vrees in die we in Hooglied vaker tegenkomen. Er wordt gesproken over de verschrikking van de nacht; voor hoeveel vrouwen is dat herkenbaar! Het meisje vraagt hem om haar tegen de vernielende kracht van de seksualiteit te bescher- men. Ze verlangt naar intieme seksuele liefde, en daarom vraagt ze om een ring van trouw!

De vraag die oprijst in dit boek is: wie kan goed met seksuali- teit goed omgaan? Wie doet het goed voor de ander? Wie houdt het zuiver en fijn? We schieten als mannen en vrou- wen tekort met onze gebrokenheid, onze geaardheid, onze verlangens en zelfgerichtheid. Er is blijkbaar iemand nodig die sterker is dan de dood: Jezus Christus. Hij heeft de dood overwonnen. Ook de dood waar Hooglied voor huivert, de kracht van de zonde die op zichzelf gericht is.

Moet je eerst dertig zijn om dit boek te lezen? Ik geloof er niets van. Maar ik geloof wel: je redt dit niet alleen. We hebben God nodig. En wie God zegt, zegt Christus, die ons herschept door zijn Geest. En wie Christus zegt, zegt: zijn gemeente. Een leerschool en vangnet voor eenzamen. Waar gebedskringen zijn en vrouwen- en mannendagen gewoon zijn. Waar Christus woont die leert wat liefde is. Die vol maakt waar leegte is, die troost waar liefde ontbreekt. Hij wil genezen waar het Hooglied een klaaglied werd.

Christus en het Hooglied. Graag nog wat meer aandacht voor die twee samen.

Ds. W. Noordzij is predikant te Zwolle-Noord

Verwerking

Vragen

1 Probeer samen door te spreken over seksuele voorlichting aan jongeren. Wat zou je jongeren vandaag graag meegeven?

Betrek daarbij ook je eigen ervaringen.

2 Wat zouden we binnen onze gemeente moeten organiseren om dit thema meer (structurele) aandacht te geven?

Stelling in drieluik:

a In de kerk is seksualiteit altijd functioneel benaderd (voortplanting);

b erotiek heeft in christelijke kring terecht nooit aandacht gekregen;

c een negatieve benadering van seks voor/buiten het huwelijk heeft tot gevolg een vrije seksuele moraal onder veel christelijke jongeren.

8 God heeft je gemaakt met jouw gevoelens.

Ga daar zuiver en voorzichtig mee om.

Breng een ander niet op drift

(9)

9

De vrouw

En God schiep op de zesde dag ook de vrouw.

Naar Zijn beeld en Zijn gelijkenis schiep Hij haar

zonder opsmuk twee ogen twee oren twee borsten twee lippen twee armen twee benen en alles daartussen

schoon en lieflijk begeerlijk om te kussen rank als een palmboom rijp om te beklimmen

bekoorlijk betoverend verwarrend tegelijk

Uitgaan en ingaan de twee worden een zoals God het bedoeld heeft de mens niet langer

alleen

Hans Lambrechts Uit: Woorden in beeld

(10)

Uitwerking

Salomo, de sleutel van het boek

Hij wordt in het eerste vers genoemd, maar wat heeft hij met dit boek te maken? We zagen al dat hij niet de schrijver van het boek is. Het gaat ook niet over hem, maar over een herder. En die keren dat hij genoemd wordt is het meer uit protest tegen hem en zijn levensstijl. Toch speelt Salomo een sleutelrol en zet 1:1 je op een belangrijk spoor om het boek een plek te geven in je leven.

Als je denkt aan Salomo in combinatie met liefde en seksu- aliteit komt er geen positief beeld boven. Je zou daarmee kunnen vergeten dat de Bijbel positief spreekt over Salomo.

Nee, zijn zonden worden niet goedgepraat. Maar de balans over zijn leven slaat in 1 Koningen 11 door naar de positieve kant met een belofte voor hem: toch zal God Salomo het ko- ningschap niet helemaal ontnemen, omwille van zijn dienaar David (vs. 34). Dus niet vanwege zijn levensstijl, maar omdat hij een kind was van Gods belofte. En David had al begrepen dat die belofte verderging dan Salomo, en dat het uiteindelijk ging om het eeuwige vrederijk van de grote Zoon van David, Jezus Christus. Salomo staat model voor Hem! Alleen al in zijn naam ‘Vredevorst’. Wel, Hooglied moet je verbinden aan deze Salomo. Niet aan de Salomo die de mist inging, maar die model staat voor Christus. Je zou kunnen zeggen dat het geluk dat bij Gods koninkrijk hoort, op één punt wordt uitvergroot: dat van de liefde tussen man en vrouw. Dat is niet toevallig. Ook de schepping liep uit op een hooglied: dat van Adam (Gen. 2:23-24). Hooglied mag je dus lezen in dat perspectief. Het komende rijk van Salomo brengt je terug in het paradijs op aarde. Vandaar de titel: Lied der liederen. Die titel zou veel te hoog gegrepen zijn het als om niet meer ging

dan Boer zoekt vrouw. De naam Salomo heeft in dit boek dus eigenlijk drie functies:

1 als man ging hij de mist in,

2 als zoon van David geeft hij zicht op de noodzakelijke verlosser en

3 vanuit deze Salomo/Christus mag je opnieuw leren aan- kijken tegen je leven als man en/of vrouw.

Christelijk boek

Kijk naar Salomo, zegt het opschrift. Loop dus niet meteen door naar Jezus; dan ga je het boek vergeestelijken en doe je de tekst van het lied geen recht. Lees het zoals het er staat: een liefdeslied. Maar juist als je het zo leest, loop je vast. Want wie kan liefhebben, kijken, praten, fantaseren en dromen op het topniveau van Hooglied? Je kunt toch niet aannemen dat dit de normale manier van met elkaar omgaan was. Denk alleen maar aan het leven van Salomo en van Da- vid! Die leefden niet op het niveau van Hooglied. En wij net zomin. Hooglied lijkt dus een hooggegrepen idylle. Maar ja, dan doe je dus net niks met Hooglied. Daarom de uitnodi- ging om dit boek te lezen vanuit het perspectief van Salomo.

• Niet idealistisch: zo hoort het. Dan krijgt Hooglied het karakter van een wet. Zo is het vaak gebruikt, vooral voor verliefde jongeren. Terwijl je als ouder(e) zelf ook drommels goed weet dat je Gods idealen lang niet altijd hebt gehaald.

• Maar christelijk: kijk naar Salomo. In die naam zit een belofte. De belofte dat God aan zondaren als David en Salomo een verlosser geeft, een koning die je sterk maakt, die vrede en geluk zal geven. Daarom is het geen wet, maar een lied. Een profetisch lied dat in de tekening van het leven perspectief biedt.

Hooglied doet

verlangen naar Christus

Wim Noordzij

Hooglied is geen gemakkelijk bijbelboek. Dat geldt voor details, maar ook voor de grote lijn. Het staat soms ver bij je vandaan.

Wat kun je er als christen mee in de praktijk? Om daarachter te komen wil ik in dit slotdeel terug naar het begin: de naam Salomo.

Als man ging Salomo de mist in; als zoon van David geeft hij zicht op de noodzakelijke verlosser en vanuit deze Salomo/Christus

mag je opnieuw leren aankijken tegen je leven als man en/of vrouw

10

(11)

Je doet Hooglied tekort als je het gaat vergeestelijken of ide- aliseren. Maar je doet het ook tekort als je het als taboe laat liggen of met een zucht in de hoek gooit als te hoog gegre- pen. Nee, het wil je bij Christus brengen. In de ruimte zetten.

H

eer

-

lijk

boek

De lijn naar Christus vinden we ook op een andere plek in dit lied. Ik denk aan het gedeelte 3:6-11. Daar komen we Salomo niet tegen als man, maar als koning. En samen met hem wordt de naam Sion genoemd. Sion staat in de Bijbel voor de tempel, de plaats waar offers worden gebracht, waar het leven wordt verzoend en weer richting krijgt. Sion is ook de naam voor Gods vrouw, zijn bruid. Het is die combi van Salomo en Sion die in het Oude Testament model staat voor de verhouding van Christus en zijn kerk. Vanuit dat perspec- tief is Hooglied niet alleen maar voor verliefde jongeren. Het wordt een boek voor heel de gemeente. Ook voor mensen die om wat voor reden dan ook alleen (zijn komen) staan. Of een relatie vol ellende kennen. Denk aan Christus, de Vredevorst:

alleen Hij kan door zijn heiligende Geest helpen, zuiveren, troosten en werkelijke vrede geven. Zijn offer redt van zonde, maar ook van ongeluk en onmacht. Het redt van de gebro- kenheid van het leven, en dat we niet in staat zijn te genieten van het leven zoals God het heeft geschapen. Leer van Hem dat liefhebben geen kwestie is van nemen, maar van geven.

Hij gaf Zichzelf en dat kostte Hem zijn leven.

Koninklijk boek

Bovendien biedt deze benadering ook nog een ander per- spectief. Wij zijn onderweg naar het koninkrijk van God, waar geen huwelijken meer zijn (Mat. 22:30 en 1 Kor. 7:29-31).

Laat dus huwelijk en seksualiteit ook nu al niet het een en het al zijn. Laat je niet misleiden als je ‘het’ mist en laat je niet verleiden om maar grenzeloos te genieten als je ‘het’

binnen handbereik hebt. Want leven in Gods koninkrijk biedt meer, veel meer. De eerste Salomo had duizend vrouwen; de tweede Salomo had er niet één! En deze laatste vervulde ook het boek Hooglied. In die zin wil Hooglied een eyeopener

Je doet Hooglied tekort als je het gaat vergeestelijken of idealiseren.

Maar je doet het ook tekort als je het als taboe laat liggen of met een zucht in de hoek gooit als te hoog gegrepen

11

(12)

zijn voor je leven. Zie jezelf in Christus. Je mag leven van de gaven die Hij geeft:

• geluk en liefde;

• vergeving en kracht;

• troost en uitzicht;

• een voorbeeld om na te volgen.

Je leven staat of valt uiteindelijk niet met het huwelijksgeluk dat je niet zuiver hebt kunnen beginnen, of zuiver hebt kun- nen houden, of nooit hebt kunnen vinden. Tegelijk mag je weten dat Christus ook dit samenleven geeft: dat we elkaar mogen steunen, bijstaan en liefhebben. Wat een weldaad van Christus als Hij in zijn gemeente liefde en geborgen- heid geeft, zoals Opwekking 378 (Ik wil jou van harte dienen) daarvan zingt. Een lied dat regelmatig gezongen wordt in een huwelijksdienst en rond het avondmaal! Het is dan ook veelzeggend dat Christus het volmaakte geluk in de komst van zijn koninkrijk weergeeft met een Hoogliedterm als ‘de bruiloft van het lam’.

Literatuur

Dr. G.Ch. Aalders, Het Hooglied (Korte Verklaring), Kok Kampen, 1953.

M.A. Beek, Prediker, Hooglied (De Prediking van het Oude Testament), Callenbach Nijkerk, 1984.

Dr. E.A. de Boer, De Bijbel open over vrijen. Over seksualiteit en huwelijksvoorbereiding, Vuurbaak Barneveld, 2002.

Pius Drijvers en Jan Renkema, Hooglied. Vertaald en van commentaar voorzien, Ten Have Baarn, 2002.

K. Harmannij, ‘Salomo en het Hooglied’, in: De Reformatie, jaargang 72 (1996-1997), p. 75-77 en 95-96.

H. de Jong, ‘Hooglied: Ars Amandi Christiana’, in: Van oud naar nieuw. De ontwikkelingsgang van het Oude naar het Nieuwe Testament, Kok Kampen, 2002.

Dr. M.J. Mulder, Hooglied. Een praktische bijbelverklaring, (Tekst en Toelichting), Kok Kampen, 1991.

Drs. H.M. Ohmann, Het Hooglied. De koning te rijk, Vuurbaak Barneveld, 1988.

M.A. Veldsema, ‘Hooglied als handreiking. Met tieners spreken over seks’, in: De Reformatie, jaargang 85 (2009-2010), p. 255-257.

Adrian Verbree en Christian Zomer, Hooglied voor liefhebbers, Vuurbaak Barneveld, 2009.

Verwerking

Vragen

1 Probeer na het lezen van dit artikel samen de rol van ‘Salomo’ helder te krijgen.

2 Bespreek met elkaar de woorden van Paulus in 1 Korintiërs 7:29-31. Hoe geef je die concreet inhoud?

3 Welke roeping heeft de christelijke gemeente in de richting van mensen die (niet) meer getrouwd zijn?

Stellingen (werkvorm zie: www.bijbelstudiebond.nl)

1 Alleen wanneer een gemeente goed functioneert als gemeenschap der heiligen kan een single (homo of hetero) als single gelukkig zijn.

2 Elke kerkelijke gemeente/regio moet mannen- en vrouwendagen organiseren en haar leden stimuleren die te bezoeken.

Werkboek

Wat Salomo en Hooglied in het Oude Testament doen, doen Paulus en zijn brieven in het Nieuwe Testament; ik denk aan Efeziërs 5:21-33 en 1 Korintiërs 7, met name in de verzen 29-31. Ze doorbreken taboes, brengen verdieping aan en geven perspectief, als het gaat om jezelf, de ander, relaties, de gemeente en Gods koninkrijk. In het eerste artikel gaf ik al aan dat seksualiteit gemakkelijk een eigen leven gaat leiden in een verseksualiseerde samenleving. Toen en nu. Dan wordt het een ongeleid projectiel. Hooglied vermaant, ver- biedt noch verbloemt. Maar het biedt via ‘Salomo’ een kader, waarmee ze samen (en dat is meer dan twee) aan het werk kunnen. Het stimuleert je te leven als een ‘kleine Salomo’: als kind van de Koning, als drager van Gods beloften, onderweg naar het hoogste genot: leven met Hem!

Ds. W. Noordzij is predikant te Zwolle-Noord

Je mag weten dat Christus ook dit samenleven geeft: dat we elkaar mogen steunen, bijstaan en liefhebben. Wat een weldaad van Christus als Hij in zijn gemeente liefde en geborgenheid geeft

12

(13)

De smalle ring, de gouden band Schendt niet de naaktheid van uw hand, Gelijk uw stralend lijf niet weet

De schaduw van zijn donkre kleed:

Uw stralend lichaam lijdt noch weet De schaduw van zijn donker kleed, Zooals geen lijf of stof bezwaart De ziel die door uw oogen klaart:

Geen aardsche lijf, geen stof bezwaart De ziel die door uw oogen klaart, Als smalle ring, als gouden band Niet schendt de naaktheid van uw hand.

P.C. Boutens (1870-1943) Uit: Vergeten liedjes

Hooglied: aan tafel te lezen?

Is Hooglied een boek om aan tafel te lezen? Dat was de vraag die we aan u, lezers, voorlegden om op te reageren. Blijkbaar vonden de meesten van u het antwoord te vanzelfsprekend om een reactie te geven. Maar wat was het nu? Ja of nee?

Mijn man en ik lazen Hooglied tijdens onze huwelijksreis in een gezellig vakantiehuisje. We vonden dat toen best wel spannend. Een enkele keer kwamen we zelfs het hele bijbel- gedeelte niet door.

We zijn gewend de hele Bijbel van Genesis tot Openbaring helemaal door te lezen, maar toen de kinderen op school zaten sloeg mijn man Hooglied meestal over. Nu ze het huis uit zijn lezen we de Bijbel weer helemaal compleet. Nog niet zo lang geleden was Hooglied aan de beurt. Ik vond het eigenlijk een verplicht nummer. Het zei me niet zo veel meer.

Gaat dat bij anderen ook zo?

De aankondiging in WegWijs was bij ons de aanleiding om Hooglied na de avondmaaltijd te lezen. Hoe zouden onze twee havojongens erop reageren? Nogal nuchter, bleek algauw. ‘Ze konden er toen ook al wat van!’ Toen we daarop doorpraatten, kregen we zowaar een behoorlijk diepgaand gesprek over God en seksualiteit. Bedankt WegWijs!

De smalle ring

13

Reacties & ervaringen

(14)

Er moeten boodschappen gedaan worden. Ik sta al bij de deur als mijn echtgenoot roept: ‘Wil je een reciproceerzaagje meenemen?’

‘Wat is dat?’ vraag ik. Want van zo’n recidingeszaagje heb ik nog nooit gehoord. ‘Het is een zaagje dat heen en weer zaagt,’ roept hij terug.

Ja, nou weet ik nog niets. Want voor zover ik weet is dat nor- maal gedrag voor een zaag. Maar volgens hem zijn er grote verschillen tussen de zaaggereedschappen en moet je een man zijn om die verschillen te begrijpen.

Ik vertrek naar de supermarkt. Gelukkig staan daar voor vrou- wen duidelijk verschillende aanbiedingen die voor mannen onpeilbaar onduidelijk zijn. En zo hoort het ook.

Waarom blijf ik me nog steeds verbazen over de verschillen tussen mannen en vrouwen? Neem nou bijvoorbeeld hun pijndrempel. Die blijft een gesloten boek voor mij.

Ik kom uit een geslacht met stoere kerels en heb bovendien een klussende echtgenoot. De gemiddelde man die ik ken, zaagt desnoods nonchalant per ongeluk een stukje van zijn vinger af bij het klussen. Daarna vraagt hij, staand in een plas bloed, om een pleister. Want een echte klussende vent hakt regelmatig ongemerkt een lichaamsdeel af. Dat is het risico van het vak en doet hem niets. Daar moet je verder geen aandacht aan besteden.

Hij slaat ook regelmatig bij het renoveren per ongeluk op zijn duim. Beschaafd fluistert hij dan geschokt: ‘Jakkes, wat doe ik nou weer dom', of woorden van gelijke strekking en gaat fluitend door met zijn karwei. Het deert hem niet. Want klus- sen en pijn lijden horen bij elkaar. Elke man weet dat. Dankzij zijn mannelijke hormonen kan hij dit kleine ongerief dapper en onopvallend verdragen.

Hij wil daarentegen wel liefdevolle verzorgende aandacht bij een lichte verkoudheid of een klein buikpijntje.

Ook wil hij best wel eens ’s avonds het eten koken. Dat wordt dan altijd klaargemaakt op een stoere, vuurspuwende barbe- cue. Want het moet wel gevaarlijk blijven natuurlijk.

Wat fascinerend dat we als man en vrouw zo verschillend gemaakt zijn. Die verschillen kunnen natuurlijk een probleem worden. Maar gelukkig gaf onze schepper meteen de oplos- sing erbij voor het probleem: liefde.

Oproep voor mei/juni

Het thema van dit nummer is Mensen rondom Jezus. We denken daarbij voornamelijk aan de discipelen. Daarom willen we graag reacties op de volgende vraag: wie van de discipelen spreekt u het meest aan en waarom?

Uw reactie van maximaal 250 woorden kunt u mailen naar m.vveelen@bijbelstudiebond.nl of schrijven naar Martin van Veelen, Parallelweg 22, 7691 AA Bergentheim.

Uw reactie ontvangen we graag vóór 3 maart!

Truus

Ik begrijp ze niet

Truus van der Laan-Barnhard uit Veenendaal is huisvrouw en moeder van vier volwassen kinderen en oma van twee kleinkinderen. Ze schrijft al zo’n 40 jaar als liefhebberij.

14

(15)

Interview

Cor (23) en Nelleke (20) zijn het er wel een beetje mee eens dat aan het begin van het huwelijk het samen verdergaan als man en vrouw toch een beetje een sprong in het diepe lijkt.

Veel tijd om over het huwelijk te denken of erbij stil te staan hadden ze voor de bruiloft niet. Zij waren veel te druk met de verbouwing van hun huis. Zowat alles binnen de buitenmu- ren en het dak hebben zij met hulp van familie en vrienden vernieuwd. Pas een paar weken voor hun huwelijk dachten ze er een beetje aan. O ja, verliefdheid was er genoeg naast al die drukte, en tijd voor groei van geborgenheid en trouw had- den zij eigenlijk al ruimschoots gehad voordat ze verkering kregen. Toen al spraken zij veel en lang met elkaar en met

God erover of zij wel bij elkaar hoorden. Zij spraken soms zo veel met elkaar dat het leek alsof zij toen al verkering hadden.

In het begin moest Cor nogal trekken om Nelleke aan het praten te krijgen. Over algemene dingen ging het wel, maar dieper afsteken was toch wat lastiger. Tot zij eens een hele avond daaraan wijdden, opofferden beter gezegd. Toch kwam de verkering toen niet direct. Pas na een kamp van de jeugd- vereniging.

Toen kregen hun gesprekken nog meer diepgang en kwam gaandeweg ook het huwelijk meer en meer in zicht. Net zoals een eigen huisje. Ruim een halfjaar zijn zij daarin met man en macht bezig geweest om het grondig te verbouwen. Begin september was het huisje (vrijwel) klaar en zijn zij getrouwd.

Om samen verder te gaan. Na en in hun vele gesprekken hadden zij duidelijk gevoeld dat God hen bij elkaar gebracht had. Zo hebben zij dat ook op hun trouwkaart laten afdruk- ken: U maakt ons één, U bracht ons samen. Zo hadden zij al vanaf het begin van hun huwelijk een gevoel van geborgen- heid. Zo verwoordden zij dat ook blij en dankbaar: hier horen wij thuis! Komend uit hun werk hebben zij dan ook nooit de verkeerde afslag genomen (naar hun ouderlijk huis een tiental kilometers verderop).

Spannend is het wel om samen te zijn. Bijvoorbeeld om uit te zoeken wat hij (Cor) graag eet of om je dagelijkse activiteiten te plannen. Dat is best moeilijk als je werkt in wisselende diensten en soms in het weekend. In de derde week van hun huwelijk hadden zij elkaar zelfs nauwelijks gezien!

Heerlijk is het om visite te hebben. Helemaal voor jezelf.

Geen broer of zus, vader of moeder erbij. Samen helemaal alleen met je vrienden of familie. Of met je opa en oma, die het net zo heerlijk vinden bij hen te zijn. En samen te eten, de Bijbel te lezen en te bidden en het geloof te delen. Want samen sta je sterk!

Kijken in je huwelijk

Henk Bouwmeester

Hoe kijk je naar je huwelijk als je pas getrouwd bent? En hoe kijk je terug als je je 25-jarig huwelijksjubileum een paar maanden geleden mocht vieren? Wat zie je nadat je dankbaar gedenken mocht dat God je vijftig jaar samen in het huwelijk heeft gegeven? En hoe kijk je vooruit vanuit je korte, langere of heel lange huwelijk?

In hun gesprekken hadden zij gevoeld dat God hen bij elkaar gebracht had.

Zo hebben zij dat ook op hun trouwkaart laten afdrukken:

U maakt ons één, U bracht ons samen

Cor en Nelleke den Boer, een paar maanden getrouwd

15

(16)

Leo en Marian Dorst, 25 jaar getrouwd

Voor hun huwelijk was hij lid van de behoudende CGK in Spijkenisse en zij van de wat meer vooruitstrevende gemeen- te van Den Haag-Zuid. Toen zij zich op hun huwelijk voorbe- reidden, besloten zij ook wat hun kerkelijke gemeente betreft een nieuwe start te maken. Wat rondkijkend kwamen zij op Zwijndrecht. Leo (47) moest daar zijn voor een examen en vond Zwijndrecht wel een aardige plaats om te wonen. Ook de kerkelijke gemeente trok hem wel. Dominee H.C. Mijn- ders, de toenmalige predikant, kende hij van een jeugddienst.

Omdat Zwijndrecht ook voor Marian (45) een uitstekende woonplaats leek, hebben zij zich ingeschreven voor een wo- ning en zijn ze niet lang daarna getrouwd. Nog steeds wonen ze met veel plezier in Zwijndrecht.

Vanaf het begin van hun huwelijk hebben zij met volle overtuiging en inzet positief in de gemeente willen staan en daaraan hun bijdrage willen leveren. Dominee J. Breman noemde hen bij de gelegenheid van hun 25-jarig huwelijk in het kerkblad zelfs het ‘bouwstenen’ echtpaar. Daarmee doe- lend op de steentjes die zij in hun gemeente hebben mogen bijdragen voor de gemeenteopbouw, in de bouwcommissie en voor andere activiteiten. Nog steeds voelen zij het als de leiding van God in Zwijndrecht te gaan en te blijven wonen.

Er is veel veranderd in de 25 jaar dat zij getrouwd zijn. Eén ding echter niet: zij zijn nog altijd gek op elkaar. Wat wel ver- anderde is hun gezin. Zij mochten vier kinderen ontvangen en opvoeden.

Wat ook in hun huwelijk veranderde is dat zij hoe langer hoe meer op elkaar zijn ingesteld. Zij willen vaak hetzelfde en denken ook vaak hetzelfde. Dan denkt Leo iets, zegt of vraagt daarover iets aan Marian en dan blijkt dat zij daar op dat- zelfde moment ook aan dacht. Dat lijkt misschien eng, maar in wezen is het heel erg mooi dat je zo op elkaar afgestemd raakt. Met eenzelfde dankbaarheid zien zij ook terug op de beginperiode van hun huwelijk waarin zij heel duidelijk en sterk gevormd werden in hun geloof. Bij de woorden van Hooglied hebben zij toen niet zo bewust stilgestaan. Dat is niet iets waarover je denkt als je jong bent. Je bent meer bezig met je los te maken van je ouders en je te richten op wat je als man en vrouw gezamenlijk hebt. Geborgenheid en trouw groeien in de loop van de tijd. Als je trouwt lijkt het toch een beetje een stap in het diepe. Maar zo hebben zij dat niet ervaren. Vanaf het begin van je huwelijk word je door elkaar en bij een open Bijbel gevormd. De afgelopen jaren zijn Leo en Marian ook gevormd door het bezoek aan onder andere mannendagen, waar gesproken werd over de omgang van man en vrouw in het huwelijk: dat je binnen de kaders van het huwelijk ten volle van elkaar mag genieten. En wat de toekomst betreft: Leo en Marian weten zich in Gods handen en genieten van iedere dag die Hij hen geeft.

16 Zij willen vaak hetzelfde en denken ook vaak hetzelfde.

Dan denkt Leo iets, zegt of vraagt daarover iets aan Marian

en dan blijkt dat zij daar op datzelfde moment ook aan dacht

(17)

van het leven. Van mooie herfstblaadjes kun je juist heel erg genieten. Maar zij vallen wel! En als je binnen je familie of kerkelijke gemeente ervaart dat ook jongere mensen wegvallen, word je er wel bij bepaald dat je de leeftijd van de zeer ouden aan het naderen bent. Een enkele keer praten zij er dan ook samen over hoe het zou zijn als een van beiden wegvalt. Hoe je je daarna zou moeten of kunnen redden. Welke liturgie je zou willen bij de begrafenis. Hun zorg voor elkaar reikt daarbij heel veel verder dan het hier en nu. Maar echte zorg over dan en later hebben zij niet. Vertrouwen wel. En de kinderen zijn er immers ook nog.

Op de vraag of zij uitzien naar de wederkomst van Christus antwoorden zij volmondig: ‘Ja Heer Jezus, kom haastig.’

Zeker als je kijkt naar de ontwrichting van de samenleving, de natuurrampen en het onrecht in de wereld. Tegelijk zijn zij dankbaar nog te mogen genieten van hun kinderen en kleinkinderen. De uitdrukking ‘kleine kinderen kleine zorgen, grote kinderen grote zorgen’ kennen zij wel. Maar echt grote zorgen om hun kinderen en kleinkinderen hebben zij niet. Ook niet om hun geloofskeuzes.

Een halve eeuw getrouwd zijn is een hele tijd. Vooral een mooie tijd. Tot op de dag van vandaag!

Evert en Corrie Jansen, 50 jaar getrouwd

Evert (77) heeft vlak voor zijn huwelijk met Corrie (76) er niet direct aan gedacht dat Corrie voor hem een stad zou zijn die vrede brengt (Hoogl. 8:10b). Daarmee was hij niet zo bezig. Corrie ten opzichte van hem trouwens ook niet. Van geborgenheid ben je voor en in het begin van je huwelijk niet zo bewust. In die tijd is verliefdheid een veel sterker gevoel. Pas in de loop van je huwelijk leer je elkaar echt kennen en groeit er steeds meer geborgenheid naarmate je langer getrouwd bent. Je leert niet alleen om te gaan met de sterke en zwakke kanten van de ander, je accepteert die ook. Daarvoor heb je als je zo lang getrouwd mag zijn ruimschoots de tijd gekregen.

Het maakt dat je in veel opzichten milder bent. Dat, als het al eens in je huwelijk een beetje hard waait, de storm veel eerder geluwd is dan vroeger. En waaien doet het in ieder huwelijk toch wel eens! Vroeger kon je soms lekker uit de hoek komen.

Als Evert bijvoorbeeld zei dat zijn moeder het eten anders klaarmaakte, kreeg hij prompt als antwoord dat hij dan maar bij zijn moeder moest gaan eten. Maar daarvan is het gelukkig nooit gekomen.

Als je vijftig jaar getrouwd bent besef je eens te meer dat je in de herfst van je leven bent gekomen. Evert en Corrie ervaren dat niet als bedreigend. Het remt hen ook niet in het genieten

17

Je leert niet alleen om te gaan met de sterke en zwakke kanten van de ander, je accepteert die ook. Daarvoor heb je ruimschoots de tijd gekregen.

Het maakt dat je in veel opzichten milder bent

(18)

Het verleden actueel

Het huwelijk van Maarten

Luther en Katharina von Bora

Joke Heijs

Hij, Luther, trouwen? Welnee. Een citaat uit een brief: ‘Ik ben werkelijk niet van hout of steen, maar mijn hart staat niet naar trouwen. Ik verwacht dagelijks de dood en hoop dat de Here God me niet lang laat leven.’ W.J. Kooiman beschrijft dit heel levendig in zijn boek Luther, zijn weg en werk. Maar toen Luther besefte dat het huwelijk een goed middel was om te laten zien

‘dat er niets meer van mijn papistische leven aan me is’ en er een huwelijkskandidate was, trouwde hij toch, in het geheim, met Katharina von Bora op 13 juni 1525. Op 27 juni werd het bruiloftsfeest gevierd.

18

(19)

Luther had het toen zwaar. Als monnik en hoogleraar in Wit- tenberg had hij eerder, na veel zoeken, geleerd dat mensen niet gerechtvaardigd worden door eindeloze boetedoening, maar door leven uit geloof, door Gods genade in Christus.

In 1517 had hij zich verzet tegen de aflaathandel, waarbij vergeving van zonden voor geld gekocht kon worden, en 95 stellingen opgehangen aan de deur van de slotkapel in Wit- tenberg. De paus noemde hem officieel ‘een wild zwijn dat de wijngaard verwoest’ en sloot hem uit van de sacramenten.

Keizer Karel V deed hem op de Rijksdag van Worms in de ban en verklaarde hem vogelvrij. Vrienden verborgen hem op de Wartburg als ‘jonker Georg’, waar hij het Nieuwe Testament in het Duits vertaalde. Weer terug in Wittenberg beschermde Frederik de Wijze, de keurvorst van het Duitse staatje Saksen, hem. Deze vorst was de hervorming toegedaan. Behalve hoogleraar was Luther ook predikant, begeleidde hij jonge gemeenten, schreef hij brochures en correspondeerde hij veel. Rond 1525 waren er enorme boerenopstanden tegen de landbezitters, die gepaard gingen met moord en brandstich- ting. Luther wees de boeren op het gezag van de overheid.

Toen was hij des te meer zijn leven niet zeker.

Velen vroegen hem om raad; ook een twaalftal adellijke, goed onderlegde nonnen uit het klooster van Nimbtschen, die zijn werk gelezen hadden en het klooster wilden ontvluchten. Een van hen was Katharina von Bora. Luther vond dat hun een verkeerde belofte was afgedwongen. Hij stuurde er zijn vriend Leonhard Koppe naartoe, die levensmiddelen leverde aan het klooster. De nonnen vluchtten in de paasnacht van 1523 met zijn huifkar naar Wittenberg. Het was een gevaarlijke tocht, ook door katholiek gebied. Ze riskeerden de doodstraf. Het verhaal wil dat ze verstopt zaten tussen of in de haringtonnen, maar of dit waar is… Eenmaal in Wittenberg hield men een collecte voor hen en werden ze in gezinnen opgenomen. Drie van hen konden bij familie terecht; acht van hen werden in de loop van de tijd uitgehuwelijkt, maar Katharina van Bora bleef over. Haar ouderlijk huis lag in katholiek gebied en bovendien had ze al vanaf haar vierde levensjaar gedwongen in een kloos- ter geleefd. In 1525 zei ze tegen een vertrouweling van Luther, dat ze wel met Luther trouwen wilde. Zo gebeurde het. Het huwelijk kwam hun op veel verzet en smaad te staan, eerst ook van vrienden. Uit een huwelijk van een ex-monnik met een gevluchte non konden alleen maar monsters geboren worden, zei de volksmond. Luther was 42, Katharina 26 jaar.

Luther woonde in een verlaten klooster; dit werd nu met ca- deaus en giften opgeknapt. Katharina nam de huishoudelijke

taken waar en dat waren er veel. Altijd waren er studenten in huis (dat hoorde bij het hoogleraarschap) en gasten die hem wilden spreken, en hij was heel gastvrij. Zij zorgde voor het vee, de oprichting van een brouwerij (het klooster had brouw- rechten en water was ondrinkbaar), de opening van een hospitaal toen er pest heerste; later ook voor een moestuin en het benodigde personeel. Daarnaast leefde ze mee met Luthers werk en met zijn zwakke gezondheid. Kortom, geen begin als in Hooglied, maar de vrouw uit Spreuken 31.

Het was in het begin geen huwelijk uit liefde van Luthers kant, maar de liefde groeide.

Zes kinderen werden geboren in dit huwelijk: Johannes (Hans), Elizabeth, Magdalena, Martin, Paul en Margarete.

Elizabeth en Magdalena stierven jong. Ouderloze familiele- den werden in huis opgenomen en er waren altijd mensen die hulp nodig hadden. Luther noemde haar in brieven ‘mein Herr Käthe’, of ‘morgenster van Wittenberg’ omdat ze zo vroeg opstond, ook wel ‘de baas van Zulsdorf’, een tweede huis. Het inkomen kwam uit Luthers werk, uit de bijdragen van de studenten en uit giften van hooggeplaatsten. Het klooster werd op zeker moment hun eigendom.

De reformator vond huwelijk en gezin heel belangrijk.

W.J. Kooiman noemt het zijn grootste maatschappelijke daad dat hij huwelijk en gezin een plaats gaf in het dagelijkse leven en in de omgang met God. Hij zag de verhouding tussen ouders en kinderen als die tussen overheid en onderdaan, en vond dat vader en moeder ‘apostel, bisschop en prediker’

moesten zijn in hun gezin. Respect was ook belangrijk.

Katharina’s activiteiten waren op huwelijk en gezin gericht.

In 1546 overleed Luther, ver van huis in zijn geboorteplaats Eisleben. Hij had toen al jaren van ziekte en zwakte achter de rug. In een loden kist, begeleid door veertig ruiters werd hij naar Wittenberg gebracht. In elk dorp luidden de klokken en liepen er mensen mee. Niet lang daarna brak er een oorlog uit en Katharina moest herhaaldelijk vluchten. Na terugkomst leidde ze een armoedig leven in het klooster. In 1552 vluchtte ze voor de pest naar Torgau, op welke reis ze een ernstig ongeluk kreeg. Na drie maanden overleed ze.

Wittenberg herdenkt dit bijzondere huwelijk nog ieder jaar met een stadsfeest, Luthers Hochzeit, waarin het huwelijk in een historische optocht opnieuw voltrokken wordt.

Joke Heijs heeft geschiedenis gestudeerd en woont in Zwolle

19

(20)

Tittel & jota

Ik moest denken aan deze definities toen ik de laatste bede van het Onze Vader in de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV) las: ‘… en breng ons niet in beproeving’ (Mat. 6:13). De woordkeus viel op omdat ik ben opgegroeid met de woor- den: ‘… en leid ons niet in verzoeking’. De vraag bekroop me hoe het zit met die twee woorden en hun betekenis- verschil. Is er in het Grieks (de grondtaal van het NT) een basis voor het betekenisverschil dat er in het Nederlands is? Zijn er in het Grieks ook twee woorden te vinden die zo van elkaar verschillen als beproeving en verzoeking?

Het antwoord op deze vragen is nee. Het woord dat in het Grieks achter beproeving en verzoeking schuilt is maar één woord: peirasmos. In totaal wordt dat woord in het Nieuwe Testament 21 keer gebruikt. Al die keren kiest de NBV voor een vertaling met ‘beproeving’ of ‘op de proef stellen’. Hier staat de Statenvertaling tegenover, die juist 21 keer kiest voor een vertaling met ‘verzoeking’. Deze twee vertalingen kiezen dus consequent voor een van de twee Nederlandse woorden. Alleen de NBG ’51 doet dat niet. Die vertaling gebruikt voor de 21 teksten met het woord peiras- mos soms het woord ‘beproeving’ en meestal het woord

‘verzoeking’. (‘Beproeving’ wordt maar drie keer gebruikt:

in Lucas 8:13, Handelingen 20:19 en 1 Petrus 4:12.)

Wat kan de reden zijn voor deze keuze van de vertalers van de NBG ’51? Vermoedelijk was men ervan overtuigd dat het in de drie teksten met ‘beproeving’ niet ging om een duivelse verleiding tot geloofsafval, maar om een test van God om het geloof sterker te maken. Maar als je de drie genoemde teksten met ‘beproeving’ bekijkt, dan is alleen in 1 Petrus 4:12 erg aannemelijk dat het hier gaat om een geloofstest door God. In Lucas 8:13 en Handelingen 20:19 is het veel minder duidelijk.

De NBG ’51 suggereert met de keuze voor beproeving en ver- zoeking als vertaling voor peirasmos dat de bijbelse tekst iets duidelijk maakt, wat helaas niet het geval is. Jammer genoeg geeft het Grieks geen aanwijzing of het gaat om een goed- bedoelde test van ons geloof of juist om een poging van de duivel om ons te verleiden tot geloofsafval. De NBV en de Statenvertaling hebben dan ook een goede keuze gemaakt door peirasmos altijd met één en hetzelfde woord te vertalen.

Verzoeking en beproeving

Michiel Louter

Ik herinner me goed een huisbezoek zo’n tien jaar geleden, waarbij het ging over het onderscheid tussen beproeving en verzoeking. Het onderscheid luidde: beproeving gebruikt God als middel om ons geloof te testen en sterker te maken.

Verzoeking gebruikt de duivel als middel om ons geloof onderuit te halen.

20

(21)

Ontmoeting

Toch was Natanaël die ochtend onder de vijgenboom gaan zitten om tot rust te komen. Om de storm van teleurstel- ling in zich te laten bedaren. Teleurstelling omdat zijn beste vriend Ruben hem had verteld dat hij verliefd geworden was op Rachel, het knapste meisje van het dorp. En dat hij daarom niet met hem en Filippus uit Betsaïda mee zou gaan de bergen in, om daar, zoals Judas de Galileeër dat dertig jaar eerder had gedaan, een verzetsgroep te vormen om tegen de Romeinen in opstand te komen.

Ruben bleef in Kana wonen. Kana, een dorp van niks, nog geen honderd inwoners. Net zoiets als Nazaret, waar de clan woonde die pas honderd jaar geleden uit de Babylonische diaspora teruggekeerd was. Het was dat zij van geboorte Joden waren. Nazaten, netzlers, van David nog wel. Maar goed beschouwd hadden ze hun recht op Jood-zijn verspeeld.

Nazaret, driemaal niks, net zoals Kana. Wat had Ruben in Kana te zoeken? Ja, zijn liefje! Maar wat kwam er op die ma- nier terecht van hun verzet tegen de Romeinen? Niets toch!

Ruben, zijn vriend? Het mocht wat.

Zo zat Natanaël daar onder de vijgenboom kwaad te zijn. Op Ruben. En op Zacharia de profeet. Want waar bleef die netzler (spruit) van David over wie hij het had gehad? De messias die vrede en rust zou brengen? Juist toen hij daaraan dacht kwam Filippus eraan, luid schreeuwend dat hij de messias gevonden had! Nee, dat was niet leuk meer. Had hij niet wat anders kunnen bedenken? ‘Echt waar,’ deed Filippus er nog een schepje bovenop, ‘de zoon van de timmerman uit Nazaret!’ Uit Nazaret, het dorp van driemaal niks? Dat kon niet waar zijn. Maar toen Filippus zei: Ga zelf maar eens kijken, was hij toch meegegaan. Nog voordat hij iets zeggen kon, begroette Jezus hem al. ‘Kijk, daar is een echte Israëliet.’

Dat moest Jezus nodig zeggen. Als inwoner van Nazaret kon

Hij dat van Zichzelf nauwelijks zeggen. Of wel soms? Op zijn vraag hoe Jezus hem kende zei Hij: ‘O, al voordat Filippus bij je was onder die vijgenboom.’ Hoe wist Hij dat Filippus naar hem toe was gekomen? En dat Hij onder de vijgenboom zat?

Was die man helderziende? Dan wist Hij zeker ook wat er toen in hem omging.

Dan kon het niet anders dan dat Jezus de messias was, de Zoon van God!

Dankbaar en blij ging Hij terug naar de vijgenboom. Met vrede in het hart. Zacharia had toch gelijk. Dat hij vanaf toen niet meer als Natanaël maar gewoon als Bartolomeüs, de zoon van Tolmai, door het leven moest gaan deerde hem niet. Jezus was immers de ware Natanaël, het echte godsgeschenk!

Wie zei ook weer dat er uit Nazaret niets goeds kon voortkomen?

Op www.bijbelstudiebond.nl staat dit artikel ook, maar dan met tekstverwijzingen en aanvullende informatie.

Natanaël

Henk Bouwmeester

Onder een vijgenboom genieten van rust en vrede was iets van vroeger. Van ver voor de ballingschap, uit de tijd van Salomo. En Micha’s latere belofte over vrede en rust onder de vijgenboom was niet meer dan een verre echo over een vage toekomst.

21

(22)

Nieuwe bijbelstudie-uitgave

Er treedt een inmiddels oude man op. Zijn leeftijd is nu 120 jaar. Maar met niet aflatende energie gaf hij van zijn tach- tigste tot zijn 120e jaar leiding aan het volk Israël. Nu is het moment aangebroken dat hij afscheid moet nemen. Dat doet hij en daar heeft hij een heel lange preek voor nodig. Je kunt het lezen in het bijbelboek Deuteronomium.

Als je er diep over nadenkt, beleef je bij het lezen van dit vijfde bijbelboek een heel indrukwekkend moment. Mozes mag niet verder mee. Hij staat aan het einde. Maar wat kent hij zijn volk! Daarom heeft hij maar één gedachte: als het volk nu maar in de weg van de HEER blijft gaan. Als het volk nu maar blijft geloven! Daar is hem alles aan gelegen. Je ziet een oude man die het hun wel op de ziel wil branden: Mensen, luister nu toch naar jullie God!

Ds. Dick Dreschler, predikant te Beilen en Hooghalen, heeft over dit bijbelboek een bijbelstudie geschreven. Het was niet mogelijk om over elk hoofdstuk van Deuteronomium een hoofdstuk in de bijbelstudie-uitgave te schrijven. Dat zou zeer de moeite waard zijn geweest. Toch zijn we als Com- missie Bijbelstudie-Uitgaven verheugd, dat we nu een boekje kunnen aanbieden waarin aan Deuteronomium aandacht wordt besteed. De auteur neemt een paar centrale thema’s onder de loep. In tien hoofdstukken zijn dat achtereenvol- gens:

1 Vasthouden!

2 Eén God, één gebod en één geschiedenis 3 Uitgekozen volk

4 Eén plaats om te offeren

5 Waarschuwing tegen afgodendienst 6 Rechters, koningen, priesters en profeten 7 Voorschriften rond seksualiteit

8 Verbondsvernieuwing 9 Lied van Mozes 10 Zegen en afscheid

Het wordt vandaag steeds duidelijker dat gelovige mensen in onze westerse wereld hoe langer hoe meer een minderheid

gaan vormen. Met hun kleine getal moeten ze oproeien tegen de geweldige aanvallen op hun geloof en de sterke en agres- sieve pleidooien van gerenommeerde schrijvers en politici om zelfs de laatste restanten van ons christelijk verleden maar op te ruimen. We moeten zelfs geloven dat God niet bestaat!

Ik denk, dat we met het bijbelboek Deuteronomium een machtig wapen in handen hebben. Dat het noodzakelijk is om dit te bestuderen. Want God openbaart Zich ook hier in zijn almacht en in zijn trouw. En wat is het een troost dat we, als we vasthouden (hoofdstuk 1), ook zeker mogen zijn van Gods zorg en zijn zegen in ons leven. De woorden, zo lang geleden gesproken tegen het volk Israël, hebben hun geldig- heid naar ons toe volledig behouden. Kanaänitische en an- dere vijanden waren een permanente bedreiging voor Gods kinderen uit die tijd. Nihilistische, atheïstische, postmoderne vijanden zijn een voortdurende bedreiging voor Gods kin- deren in deze tijd. Neem de tijd voor de bestudering van dit bijbelboek en laat je bemoedigen en bewapenen!

Deuteronomium

Mozes’ preek met het oog op de toekomst

Peter Jan van Houdt

Ds. Dick Dreschler, Deuteronomium.

Mozes’ preek met het oog op de toekomst, Vuurbaak Barneveld, 2010, ISBN 978 90 5560 431 9, 148 pag., e 10,90

22

(23)

Boeken en dvd

Herziene Statenvertaling

Riek Beute-Mostert, Fenny Boiten-Tiggelaar, Michiel Louter en Martin van Veelen

Op 4 december 2010 werd na jaren van arbeid de Herziene Statenvertaling (HSV) gepresenteerd. Na een afwisselende presentatie ging ik opgetogen en vol nieuwsgierigheid naar huis. Ik had namelijk een exemplaar van een nieuwe bijbel- vertaling in mijn tas. Wat wil een vertaler nog meer?!

Het initiatief tot de HSV werd niet door iedereen toegejuicht.

Toch waren er belangrijke redenen voor herziening:

1 Het Nederlands van de Statenvertaling (SV) is vier eeuwen na dato sterk verouderd.

2 Sinds de zeventiende eeuw is er meer bekend over de brontalen van de Bijbel. Van woorden waarover de Staten- vertalers bijvoorbeeld in het duister tastten, is de beteke- nis nu duidelijk.

3 Toegenomen kennis over de betrouwbaarheid van verschil- lende teksttradities van de bijbeltekst vraagt soms om andere vertaalkeuzes dan die van de SV.

Een eerste kennismaking met de vertaling maakt me enthou- siast. De taal is hedendaags, terwijl die tegelijk meer voeling houdt met de brontaal dan met name de NBV: het eigen karakter van het Hebreeuws en Grieks klinkt door de verta- ling heen. Een voorbeeld: ‘Dan zullen wij de offers van onze lippen nakomen’ (Hos. 14:3c). In de NBV staat: ‘Als offer brengen wij u oprechte woorden.’ De prachtige beeldspraak is in de HSV meer behouden gebleven, nog met soepel Nederlands ook. In de NBV is de beeldspraak voor de lezer wat meer uitgelegd, door ‘oprechte woorden’ in plaats van

‘lippen’.

De HSV geeft zich minder vrijheid om lastige dingen uit de grondtekst duidelijk te maken, bijvoorbeeld met behulp van extra uitleggende Nederlandse woorden. Dit zorgt er wel voor dat de lezer zelf meer te doen en te denken heeft. Een goed voorbeeld is Psalm 19:2-3: ‘De hemel vertelt Gods eer, het gewelf verkondigt het werk van Zijn handen. [3] De ene dag spreekt overvloedig tot de andere, de ene nacht geeft kennis door aan de andere.’ Waarover ‘spreekt’ de dag en ‘geeft de nacht kennis door’, zoals vers 3 zegt? De HSV heeft dit impliciet gelaten. De NBV voegt hier ‘het’ toe, zodat voor de lezer nog duidelijker is dat ‘de dag spreekt’ over ‘Gods eer’ en ‘het werk van zijn handen’ uit vers 2.

Lezen en begrijpen van de HSV vraagt vermoedelijk iets meer inspanning en uitleg dan bij de NBV. Het taalgebruik van de HSV heeft meer verwantschap met de grondtaal en dat maakt de bijbelteksten, hoewel in hedendaags Ne- derlands, soms lastig.

Het begrijpen van de bijbelse boodschap is bij de HSV echter wellicht wel be- ter gewaarborgd, al is een oordeel nog vroeg. Want doordat de HSV dichter bij de grondtekst blijft, is die minder dan de NBV een uitleggende vertaling. Dit zorgt ervoor dat de precie- ze grondtekst voor de lezer duidelijker wordt en de vraag wat de bijbeltekst wil zeggen meer aan de lezer wordt overgelaten.

Ik juich dat toe. Niet alleen als vertaler en liefhebber

van de bijbelse talen, maar vooral omdat ik meen dat de lezer een helder zicht moet krijgen op wat er oorspronkelijk stond. Daar mag de vertaling dan lastiger van worden, maar daarvoor zijn er naslagwerken, bijbelverklaringen, exegeten en dominees. Daarom pleit ik ook van harte voor acceptatie en daadwerkelijk gebruik van de HSV in onze kerken, naast de andere al geaccepteerde vertalingen.

NB: Tot mijn spijt gebruikt de HSV ook ‘beproeving’ en ‘ver- zoeking’, zie Tittel & jota, p. 20. (ML)

Herziene Statenvertaling, Jongbloed Heerenveen, 2010, basiseditie zwart, ISBN 978-90-6539-351-7, of met speciale cover, ISBN 978-90-6539-347-0, 1930 pagina’s, ¤ 27,50

23

(24)

Voor me liggen twee boekjes over Hooglied. Dan ligt het voor de hand dat je gaat vergelijken.

Laat ik beginnen met de overeenkomsten. De schrijvers van beide boekjes zijn gereformeerd predikant. Dat is goed te merken onder andere aan de opvattingen die ze uitdragen.

Ze willen bijvoorbeeld allebei niet weten van gemeenschap voor het huwelijk. Ze komen ook beiden uit de school van professor H.M. Ohmann, die met zijn boek over Hooglied in 1988 uitdrukkelijk afstand nam van de ‘geestelijke’ uitleg van dit bijbelboek. Hooglied gaat volgens de twee boekjes over de liefde tussen man en vrouw, ja zelfs over de lichamelijke kant van die liefde. Die is door onze God goed geschapen.

We worden niet van de schepping verlost, maar wel als schepselen. Ook in dat opzicht zijn beide boekjes helemaal gereformeerd.

Hiermee houden de overeenkomsten dan ook wel op. Je ziet dat al aan de buitenkant. Het ene boekje, Hooglied voor liefhebbers, heeft twee auteurs: Adrian Verbree en Christian Zomer. De eerste verzorgde de tekst, de tweede de illustra- ties. De tekst en de illustraties zijn op elkaar afgestemd en vullen elkaar aan. Die illustraties zijn cartoonachtig. Dat sluit helemaal aan bij het speelse karakter van de tekst en van Hooglied.

Om nog even bij de omslag te blijven, je ziet er een balkon- scène op die zo uit Romeo en Julia of uit een operette zou kunnen komen. Dat is geen scène van liefde binnen het huwelijk. Ieder stel dat getrouwd is heeft de prettige ervaring opgedaan dat je geen plekje meer hoeft te zoeken om samen te minnekozen. Je kunt dat gewoon in je eigen huis doen. En daar kom je niet via het balkon. Je zou wel gek zijn! Je hebt de voordeursleutel. Zo komen zelfs stijve harken die niet kun- nen klimmen, aan hun trekken. Leve het huwelijk!

Deze balkonscène zou niet passen in het boekje van Rob Vis- ser: Ik hou zo van je. Want volgens Rob Visser zijn de ‘hij’ en de ‘zij’ van Hooglied in eer en deugd getrouwd. De omslag van zijn boekje is lief, maar ook saai en sekseloos. Alsof er binnen het huwelijk niets leuks meer te beleven valt. Dat ontkent hij overigens met kracht! Ik vind deze opvatting van Rob Visser best een goede vondst. Als de ‘hij’ en de ‘zij’ keu- rig getrouwd zijn bespaart dit hem een hoop lastige vragen bij de meer pikante teksten. Hoe zo een ‘buik als een bergje tarwe’ en ‘borsten als kalfjes’? Geen probleem: als je samen getrouwd bent, mag ineens ‘alles’.

Adrian Verbree houdt het spannender. Maar hij maakt het zich weer makke- lijk door maar twee handen vol teksten van Hooglied te bespreken. Dan kunnen al te lastige passages onbe- sproken blijven.

Rob Visser bespreekt het hele boek, vers voor vers.

Dat maakt zijn boekje van de twee het meest geschikt voor behandeling op de vereniging.

Ik heb na het lezen van Ik hou zo van je nog wel een paar vragen. Volgens Rob Visser gaat het in Hooglied voortdurend over hetzelfde stel. Ik krijg van dat stel dan wel een vreemd beeld.

De ‘zij’ moest hard werken op het land. Maar blijkbaar woont ze na haar trouwdag in een villa met meerdere vertrekken in de grote stad (Jeruzalem?). Hij hoedt het kleinvee. Maar dat was en is in het Oosten eerder jongenswerk dan mannen- werk. Kijk maar naar David in 1 Samuel 15. Toch heeft de ‘hij’

behalve vee ook verschillende tuinen. Dat maakt hem tot een herenboer. Maar zo iemand zie je weer nooit huppelen. Dat is beneden z’n waardigheid.

Mijns inziens klopt het niet helemaal.

Verbree laat de mogelijkheid open dat Hooglied uit meerdere liederen bestaat. Wat is daarop tegen?

Ik hou zo van je heeft een ondertitel: ‘Toepasselijke verklaring van het boek Hooglied’. In feite betekent dit dat Rob Visser de tekstverklaring telkens laat volgen door moraliserende gedachten. Ik begrijp het belang daarvan in onze oversekste tijd. Toch vraag ik me af of Hooglied een dergelijke verklaring verdraagt. Volgens mij wordt het gehuppel van de geliefden in Hooglied zo te veel afgevlakt tot de zware tred van de ethicus. Geen misverstand: ik deel Vissers ethiek en ik heb sterk de indruk dat Verbree er eveneens van harte mee in- stemt. Maar is die ethiek op zijn plaats in een verklaring van Hooglied? Mijns inziens schiet Rob Visser zijn goede doel op

Tweemaal Hooglied

24

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Wanneer vrouwen bij ons blijven komen uitgeput en hoop nodig hebben, werden we geleid tot gemeenschap op onze website om meer hulp te geven, ondersteuning, begrip, en leiding

Kunt voor al uw vroegere banen en functies aangeven, welk jaar u met deze baan begon, welk jaar u met deze baan bent gestopt, en wat voor werk u deed. Tevens vragen wij om aan te

Op het eerste zicht kan het vreemd overkomen dat iemand moet verklaren dat men zowel donker en mooi kan zijn, maar het gaat hier niet om een natuurlijke donkerte maar om het

1 Je bent zo mooi, mijn vriendin, o, je bent zo mooi; je ogen zijn als duiven, door je sluier heen, en je haar golft als een kudde geiten, die vanaf de bergen in Gilead neerdalen..

De vader van de zoon wiens li- chaam is overgenomen door een kwade geest, een kracht die het lichaam van zijn zoon al jaren stuurt en op elke mogelijke manier heeft geprobeerd

normale weg van het groeien in de openbaring van God is het omarmen van deze reis, die voor ieder persoonlijk op maat gemaakt is om te komen tot een maximum aan openbaring in

Doe mij open, mijn zuster, mijn liefste, mijn duive, mijn volmaakte, want mijn hoofd is vol dauw, mijn lokken zijn vol druppels van de nacht.. 3 Ik heb mijn kleed reeds afgelegd,

Vol koleire riep ze: “Om kinderen te maken zijt ge niet te lui; wakker worden en uw vrouw helpen.” Ik heb haar nog gezegd: laat de duts slapen, jullie zijn met twee om mij