• No results found

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. De Finnjol

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. De Finnjol"

Copied!
15
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK

De Finnjol

Plaats : Lelystad

BRIN nummer : 16NU|C1

Onderzoeksnummer : 290925

Datum onderzoek : 29 november 2016 Datum vaststelling : 6 februari 2017

(2)
(3)

1 INLEIDING . . . 5

2 EINDOORDEEL . . . 6

3 TOELICHTING . . . 7

4 REACTIE VAN HET BESTUUR . . . 13

5 OPZET VAN HET ONDERZOEK . . . 15

INHOUDSOPGAVE

(4)
(5)

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 29 november 2016 een onderzoek uitgevoerd op De Finnjol naar aspecten van de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving. De aanleiding voor dit onderzoek was het volgende.

Wij hebben voor De Finnjol een risicoanalyse uitgevoerd. Uit deze analyse kwam naar voren dat de opbrengsten mogelijk onvoldoende zijn.

In de gesprekken die met de bestuurder zijn gevoerd over de scholen in de stichting, werd duidelijk dat de leerresultaten van De Finnjol in 2016 voor het derde jaar onder de ondergrens ligt die de inspectie hanteert. Naar aanleiding van deze gesprekken hebben wij besloten een onderzoek uit te voeren om eventuele tekortkomingen vast te stellen.

Conform de uitgangspunten van het programmatisch handhaven onderzoekt de inspectie tevens standaard of wordt voldaan aan bepaalde wettelijke

voorschriften.

Toezichthistorie

De Finnjol is op 25 augustus 2014 bezocht in het kader van de

vierjaarsverplichting. Tijdens dit onderzoek is gekeken naar de opbrengsten, de zorg en begeleiding en de kwaliteitszorg.

De opbrengsten waren van voldoende niveau, waarbij de inspectie opmerkte dat de score in 2014 beneden de gehanteerde ondergrens lag en dat de prognose voor 2015 niet gunstig was. Ten aanzien van zowel de zorg en begeleiding als de kwaliteitszorg werden meerdere onderdelen als onvoldoende beoordeeld. Dit betrof voor de onderdelen zorg en begeleiding de planmatige uitvoering en de evaluatie van de zorg en voor het onderdeel kwaliteitszorg de evaluatie van de toetsresultaten en het onderwijsleerproces, de planmatige aanpak van de verbeteractiviteiten en de verantwoording over de gerealiseerde

onderwijskwaliteit aan belanghebbenden.

INLEIDING

1

(6)

De kwaliteit van het onderwijs vertoont belangrijke tekortkomingen en hebben wij als zeer zwak beoordeeld. Om deze reden kennen wij aan De Finnjol een aangepast arrangement zeer zwak toe. De school valt onder intensief toezicht.

In juni 2018 moet de onderwijskwaliteit verbeterd zijn. Wij gaan dit na door een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering (okv) uit te voeren. Met het bestuur is afgesproken dat de school in juni 2018 niet langer zeer zwak is.

Verder maken wij nadere afspraken met het bestuur over te bereiken tussenresultaten en over een tussentijds kwaliteitsonderzoek naar

en voortgangsgesprek over bereikte verbeteringen. Deze afspraken legt de inspectie vast in een toezichtplan.

Wij houden intensief toezicht tot het moment dat de kwaliteit van het onderwijs weer helemaal op orde is.

Het bestuur herkent zich in de bevindingen van de inspectie en onderschrijft de noodzaak maatregelen te nemen die opheffing van de geconstateerde

tekortkomingen als doel hebben. De minister wordt van de geconstateerde tekortkoming(en) op de hoogte gesteld.

Wij maken u attent op de nieuwe wettelijke bepaling dat zeer zwakke scholen zich binnen een jaar moeten verbeteren. Meer informatie kunt u vinden in de brochure ‘Toezicht op de zwakke en zeer zwakke scholen: zo werkt het’. U kunt de brochure raadplegen of downloaden via de website van de inspectie.

Belangrijkste bevindingen

De resultaten aan het einde van de schoolperiode zijn van onvoldoende niveau.

De school heeft de laatste twee jaar een aantal belangrijke verbeteringen in gang gezet, die onder meer zichtbaar zijn in het aspect kwaliteitszorg, maar desondanks stelt de inspectie belangrijke tekortkomingen in het aanbod, het didactisch handelen en de zorg en begeleiding vast.

Veranderingen in de directie en de interne begeleiding hebben de afgelopen jaren invloed gehad op de continuïteit van het proces van kwaliteitsverbetering.

Gezien de veranderingen die de komende periode waarschijnlijk op deze posities zullen plaatsvinden, vraagt de inspectie aandacht voor deze continuïteit en de borging van de onderwijskwaliteit.

EINDOORDEEL

2

(7)

Hieronder staan de indicatoren die in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs 2012. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2012 op www.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator

gerealiseerd is.

Legenda:

1. zeer zwak 2. zwak 3. voldoende 4. goed

5. niet te beoordelen

De resultaten aan het einde van de schoolperiode liggen de laatste drie jaar (2014, 2015 en 2016) onder de door de inspectie gehanteerde ondergrens en zijn daarmee onvoldoende. Ook de tussentijdse resultaten vertonen risico's, met name ten aanzien van begrijpend lezen, de woordenschat en rekenen-wiskunde.

De resultaten voor technisch lezen zijn voldoende.

Dit schooljaar is een start gemaakt met het opstellen

van ontwikkelingsperspectieven voor leerlingen die maximaal het eindniveau van groep 7 kunnen behalen voor een of meerdere vakken. Dit is nog niet voor alle betreffende leerlingen gebeurd. Door het ontbreken van een deel van de ontwikkelingsperspectieven en de korte looptijd van de aanwezige

ontwikkelingsperspectieven kan de school nog niet nagaan in hoeverre de betreffende leerlingen zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen.

TOELICHTING 3

Opbrengsten

Opbrengsten 1 2 3 4 5

• 1.1* De resultaten van de leerlingen aan het eind van de

basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden.

(8)

De school hanteert een aanbod dat dekkend is voor de kerndoelen en aan voldoende leerlingen wordt aangeboden tot en met het niveau van groep 8. Ook vertoont het aanbod een doorgaande lijn. Een onderdeel wat niet op orde is, betreft het aanbod voor de woordenschat. Gezien de kenmerken van de leerlingenpopulatie is een gericht aanbod op dit onderdeel noodzakelijk. Mede doordat de school ervoor heeft gekozen het reken-wiskundeonderwijs eerst te versterken, heeft dit nog niet de noodzakelijke aandacht gekregen.

De leraren maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. Er gaat, mede door een doelmatig klassenmanagement, weinig tijd verloren.

Leerstofaanbod

Leerstofaanbod 1 2 3 4

• 2.1* Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en

rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen.

2.2* De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8.

2.3 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan.

2.4* De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand.

Tijd

Tijd 1 2 3 4

3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande • onderwijstijd.

Schoolklimaat

Schoolklimaat 1 2 3 4

• 4.4 De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen

en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen.

4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school.

(9)

De school heeft voldoende inzicht in de veiligheidsbeleving van de leerlingen en het personeel. Zowel de ouders als de leerlingen geven aan dat er weinig gepest wordt en dat de leraren indien dit wel gebeurt gepast handelen.

De school heeft haar veiligheidsbeleid vastgelegd en gebruikt een schoolbreed programma voor het verstevigen van de sociale veiligheid.

De school heeft in de afgelopen twee jaar gerichte aandacht besteed aan het gehanteerde instructiemodel. In de lessen is echter te zien dat het lesgeven volgens deze principes wisselend plaatsvindt. De leraren geven hierover aan dat vooral het toepassen in de combinatiegroep lastig is. Met name het benoemen van de doelen van de les en de lengte van de instructie aan de hele groep vragen nog aandacht. In een aantal lessen vindt de instructie dusdanig lang plaats, dat leerlingen afhaken omdat deze te moeilijk of te makkelijk is. Ook het aan het werk zetten van de leerlingen aan de instructietafel voordat bij de andere groep nagegaan wordt of het goed gaat, is een aandachtspunt.

Schoolklimaat 1 2 3 4

• 4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de

afhandeling van incidenten in en om de school.

4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan.

Didactisch handelen en afstemming

Didactisch handelen 1 2 3 4

• 5.1* De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof.

5.2* De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer.

5.3* De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.

Afstemming 1 2 3 4

• 6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op

verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

(10)

De lange instructie aan de gehele groep betekent ook dat de leraren onvoldoende inspelen op de verschillen in onderwijsbehoeften tussen de leerlingen. De betere leerlingen zouden volgens de gehanteerde groepsplannen eerder aan het werk gezet kunnen worden, maar in de praktijk gebeurt dit te weinig waar dit wel mogelijk is. Hierdoor is de afstemming van de instructie onvoldoende. Ten aanzien van de verwerking vindt wel voldoende afstemming plaats.

De leraren volgen de toetsresultaten van de leerlingen in voldoende mate. Ook de leerlingen in de groepen 1 en 2 worden gevolgd met een passend observatie- instrument. De analyse om te bepalen welke instructie subgroepen leerlingen nodig hebben is van onvoldoende niveau. Waar dit bij rekenen-wiskunde - een belangrijk speerpunt in de huidige en afgelopen periode - al wel terug te zien is, geldt dit voor de andere vakgebieden nog niet.

Leerlingen die tijdelijk extra begeleiding nodig hebben, worden tijdig

gesignaleerd. De analyse om de zorgbehoefte van deze leerlingen vast te stellen vindt echter nog onvoldoende plaats. Ook van een planmatige begeleiding van deze leerlingen en een evaluatie van de effecten van de begeleiding is nog geen sprake. Dit heeft mede te maken met de korte tijd dat de huidige intern

begeleider op de school werkzaam is, maar ook met de keuzes die de school vanwege de personele wisselingen de afgelopen periode heeft moeten maken.

Het is duidelijk dat in de afgelopen maanden belangrijke verbeteringen zijn aangebracht ten aanzien van de zorg, maar aan de uitvoering van de Begeleiding en zorg

Begeleiding 1 2 3 4

• 7.1* De school gebruikt een samenhangend systeem van

genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.

7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen.

Zorg 1 2 3 4

• 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig

hebben.

8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen.

8.3* De school voert de zorg planmatig uit.

8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.

(11)

genoemde onderdelen is men nog niet toegekomen. Deze zullen gedurende dit schooljaar nog opgepakt worden.

Het proces van kwaliteitsbehoud en -verbetering vindt cyclisch plaats. De kwaliteitszorg is nu op alle indicatoren als voldoende beoordeeld. Waar de afgelopen jaren, mede door de directiewisselingen, verschillende verbeterpunten werden opgepakt, die niet werden afgerond, maakt het team nu duidelijke keuzes. Deze keuzes zijn gebaseerd op een analyse van de kenmerken van de leerlingenpopulatie, analyses van toetsresultaten en een evaluatie van het onderwijsleerproces aan de hand van een zelfevaluatie-instrument. Bij dit laatste onderdeel worden ook de ouders en de leerlingen betrokken.

De school werkt planmatig aan de gekozen verbeteronderwerpen en legt de afspraken en procedures vast in documenten. De afspraken en procedures worden regelmatig besproken in het team en de directeur en de intern begeleider gaan geregeld in de groepen na in hoeverre de afspraken worden nagekomen. De borging van de onderwijskwaliteit, die op deze manier

plaatsvindt, is van belang om de doorgaande lijn in het handelen van de leraren te versterken. In de periode hiervoor heeft dit te weinig plaatsgevonden.

Kwaliteitszorg en voorwaarden voor kwaliteitszorg

Kwaliteitszorg 1 2 3 4

• 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar

leerlingenpopulatie.

9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen.

9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces.

9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten.

9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces.

9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit.

Naleving wet- en regelgeving

Wet- en regelgeving Ja Nee

• NT1A De inspectie is in het bezit gesteld van de geldende schoolgids (art.

16, lid 2 en 3, WPO).

NT2A De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende schoolplan (art. 16, lid 1 en 3, WPO).

NT4A Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de daarvoor gestelde minima (art. 8, lid 7 onder b, WPO).

(12)

Wij hebben een tekortkoming geconstateerd in de naleving van wettelijke voorschriften die zijn gecontroleerd. Het geldende schoolplan is niet door het bestuur naar de inspectie gestuurd (WPO artikel 16 lid 3). De inspectie heeft de tekortkoming met u besproken u bent het eens met de vastgestelde

tekortkoming. Wij verzoeken u, de wet alsnog na te leven en het schoolplan bij de inspectie in te dienen binnen vier weken na ontvangst van het

conceptrapport.

(13)

Dit rapport beschrijft de oordelen van de inspectie over de kwaliteit van het onderwijs op De Finnjol.

We hebben de school en het bestuur gevraagd om de ontwikkelrichting aan te geven op basis van de eigen kwaliteitsoordelen en die van de inspectie en welke stappen de school gaat ondernemen om de kwaliteit weer op orde te krijgen.

Hieronder geeft het bestuur zijn reactie:

Het college van bestuur herkent zich in de waarderingen van de

kwaliteitsaspecten behorende bij uw toezichtkader. De door de inspectie gesignaleerde zorgsignalen zijn juist. Het college van bestuur heeft in schooljaar 2015-2016 binnen de school al geïntervenieerd en onder intensief bestuurlijk toezicht geplaatst. Echter de gewenste kwaliteitsontwikkeling verloopt te traag.

Het college van bestuur heeft sinds het bezoek van de onderwijsinspectie de volgende interventies toegepast:

• De ouders van de school zijn uitgenodigd op een informatie-avond waarin zij door het college zijn geïnformeerd over de resultaten van het

inspectiebezoek, het toezichtplan en de te nemen bestuurlijke interventies.

• Alle ouders zijn door middel van de nieuwsbrief geïnformeerd over de resultaten, het toezichtplan en de bestuurlijke interventies.

• Op 15 januari is met instemming van de medezeggenschapsraad van de school een ervaren interim manager benoemd voor drie dagen per week.

Hij heeft een resultaatgerichte opdracht die aansluit op het realiseren van de indicatoren uit het toezichtplan in goede samenwerking met het team en de ouders.

• Er is een adviseur voor 1 dag per week aangesteld die de interim directeur adviseert en ondersteunt bij het realiseren van het effectief

ondersteuningsaanbod voor kinderen met een onderwijsbehoefte.

• De interim directeur heeft de opdracht om een schoolverbeterplan te ontwikkelen waarin de plan, do, study, act cyclus zichtbaar is ten aanzien van minimaal de standaarden uit het toezichtplan. Een plan dat in

samenspraak met het team moet worden ontwikkeld. De MR moet hier instemming aan verlenen. Dit verbeterplan is gereed in de tweede week van februari. Na de bestuurlijke goedkeuring wordt dit verbeterplan opgenomen in het schooldossier van de school. Het streven is dit plan voor 1 maart afgerond te hebben.

REACTIE VAN HET BESTUUR

4

(14)

• Daarnaast is er een zoektocht om een ervaren leraar voor twee dagen in groep 8 en één dag in groep 5/6 te vinden. Gezien het lerarentekort in de Flevopolder is dit nog niet gelukt.

(15)

Op 29 november 2016 hebben de volgende onderzoeksactiviteiten plaatsgevonden:

• een documentenanalyse;

• gesprekken met verschillende groepen belanghebbenden: schoolleiding, intern begeleider, leraren, ouders en leerlingen;

• observaties van de onderwijspraktijk in alle groepen. Deze observaties hebben wij samen met observanten van de school uitgevoerd.

• een afzonderlijk gesprek met een vertegenwoordiging van het bestuur.

Aan het einde van de onderzoeksdag hebben we een feedbackgesprek gevoerd met het bestuur, de schoolleiding, de intern begeleider en de aanwezige leraren van de school. In dit gesprek hebben we onze bevindingen en oordelen

besproken en heeft de school aangegeven wat zij gaat doen met deze bevindingen.

OPZET VAN HET ONDERZOEK

5

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

◦ De school kan niet inzichtelijk maken dat alle kerndoelen voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde worden betrokken bij de te bereiken doelstellingen;..

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 11 december 2014 een onderzoek uitgevoerd op LMC Praktijkonderwijs Huismanstraat om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van

De rapportages die de inspectie bij de analyse heeft betrokken, gaven echter onvoldoende concreet zicht op de feitelijke stand van zaken en de effecten van activiteiten die de

onderdelen van de kwaliteitszorg voor het onderwijs in burgerschap echter niet voldoende zijn uitgewerkt, heeft de inspectie indicator 8.5 als onvoldoende beoordeeld.. Dit betreft de

3.6 De leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen.. 3.8 De school met een substantieel

3.6 De leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen.. 3.8 De school met een substantieel

Schoolleiding en leraren waarborgen de veiligheid van de school en zijn omgeving voor alle leerlingen en het personeel..

Scholen, besturen en leraren hebben - en nemen - zelf de verantwoordelijkheid om op hun eigen wijze het onderwijs te bieden dat het beste uit leerlingen en studenten haalt. Met