• No results found

2 Tweede Kamer der Staten-Generaal

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "2 Tweede Kamer der Staten-Generaal"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2

Vergaderjaar 2021–2022 Vragen gesteld door de leden der Kamer

2022Z00112

Vragen van het lid Kuiken (PvdA) aan de Minister voor Rechtsbescherming over het uithuisplaatsen van broers en zussen (ingezonden 6 januari 2022).

Vraag 1

Kent u het artikel «Ontwikkelingen rondom samenplaatsing van broers en zussen bij uithuisplaatsing»1 en de uitzending van Nieuwsuur van 5 januari jl.

over dit onderwerp?

Vraag 2

Hoeveel broers en zussen worden jaarlijks gescheiden respectievelijk samen uit huis geplaatst?

Vraag 3

Deelt u de mening dat uit artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en artikel 3 van het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) kan worden opgemaakt dat broers en zussen niet van elkaar gescheiden mogen worden na uithuisplaatsing, tenzij daar gegronde redenen in het belang van het kind voor zijn? Zo ja, wat zijn de gegronde redenen in het belang van het kind op grond waarvan in Nederland broers en zussen toch gescheiden van elkaar uit huis worden geplaatst? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Deelt u de mening van de in het artikel genoemde onderzoeker dat op grond van «de artikelen 16 IVRK, 8 EVRM, 17 IVBPR en de paragrafen 17 en 22 van de VN-Richtlijnen voor Alternatieve Zorg voor Kinderen, dat broers en zussen het recht hebben op bescherming van hun gezinsleven, hetgeen ook inhoudt dat zij bij voorkeur samen geplaatst moeten worden bij een uithuisplaat- sing»? Zo ja, hoe gaat u hier gevolg aan geven? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Deelt de mening dat praktische redenen om broers en zussen gescheiden uit huis te plaatsen, zoals de beschikbaarheid van een pleeggezin of gezinshuis, niet de genoemde gegronde redenen in het belang van het kind zijn maar dat

1Mariëlle Bahlmann & Marit Buddenbaum, «Ontwikkelingen rondom samenplaatsing van broers en zussen bij Uithuisplaatsing»? In: Nederlands Juristenblad, 19-11-2021, afl. 40, p. 3319 e.v.

kv-tk-2022Z00112

’s-Gravenhage 2022 Tweede Kamer, vergaderjaar 2021–2022, Vragen 1

(2)

juist het samen uit huisplaatsen doorgaans in het belang van het kind is? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Vraag 6

Wat doet de overheid om ervoor te zorgen de praktische belemmeringen die het kind beperken in de uitoefening van zijn recht op gezinsleven met broers en zussen weg te nemen, onder meer door het vinden van voldoende pleeggezinnen en gezinshuizen waar zij samen terecht kunnen?

Vraag 7

Waarom bestaat in onze nationale wet nog steeds geen bepaling die bescherming biedt aan het gezinsleven van broers en zussen als zij uit huis worden geplaatst?

Vraag 8

Deelt u de mening dat met het opnemen van een bepaling in het Burgerlijk Wetboek die voorschrijft dat broers en zussen niet van elkaar worden gescheiden na een uithuisplaatsing tenzij dit gerechtvaardigd is in het belang van het kind, de rechten van die kinderen beter gewaarborgd kunnen worden? Zo ja, gaat u een dergelijke bepaling doen opnemen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Wat is de stand van zaken ten aanzien van de uitvoering van motie over het wettelijk verankeren van niet-gescheiden uithuisplaatsing van broers en zussen uit november 2020 (35 570-XVI, nr. 29)?

Tweede Kamer, vergaderjaar 2021–2022, Vragen 2

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het Comité beveelt de Verdragspartij bovendien aan om het recht op redelijke aanpassingen te waarborgen voor alle personen met een handicap die in de gevangenis worden opgesloten

De Staten die partij zijn, verbinden zich ertoe het kind te verzekeren van de bescherming en de zorg die nodig zijn voor zijn of haar welzijn, rekening houdend met de rechten

Een voorschrift kan zijn dat gemeenten bij het formuleren van een lokale omgevingsvisie, verplicht concrete doelstellingen opneemt voor het realiseren van voldoende toe-

De Verenigde Naties hebben het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een beperking (hierna VN-verdrag) in december 2006 aangenomen. Het VN-verdrag bouwt voort op de

b) wanneer aile inwoners beschermd worden, wier inkomsten tijdens het door verzekering gedekte geval voorgeschreven grenzen niet overschrijden, tot 26 weken in de loop van een

met ingang van de datum waarop het nieuwe verdrag, houdende herziening, in werking treedt, dit Verdrag niet langer door de Leden kunnen worden bekrachtigd.

Teneinde te helpen waarborgen dat dit recht verwezenlijkt kan worden, nemen de Staten die Partij zijn passende maatregelen om leerkrachten aan te stellen, met inbegrip

L’accès à l’aide juridique a été rendu plus difficile en raison d’une réforme du système légal, en particulier pour les personnes pauvres ou vivant dans des conditions