• No results found

Die twee lezin- gen passen het best bij het feest of het thema van de zondag

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Die twee lezin- gen passen het best bij het feest of het thema van de zondag"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Homilie Openbaring van de Heer

Onze-Lieve-Vrouwekathedraal Antwerpen, 2 januari 2011

Broeders en zusters,

Wie moet preken tijdens het weekeinde, gaat meestal eerst kijken wat er staat in de eerste lezing uit het Oude Testament of in de derde lezing uit het Evangelie. Die twee lezin- gen passen het best bij het feest of het thema van de zondag. Ze zijn altijd goed op elkaar af- gestemd. Jammer eigenlijk voor de tweede lezing, meestal uit een brief van Paulus. Die tweede lezing valt vaak meestal twee stoelen. Vaak doet de predikant alsof hij die tweede lezing niet gezien heeft. Vandaag wil ik eens recht doen aan de tweede lezing, uit de brief van Paulus aan de Efeziërs. Daarin hoorden we een krachtige zin, die helemaal op het feest van vandaag geschreven is, het feest van de Openbaring van de Heer.

Laten we nog eens luisteren naar die merkwaardige zin: “Nooit is het onder vroegere geslachten aan de kinderen der mensen bekend gemaakt, zoals het nu door de Geest is geo- penbaard aan zijn heilige apostelen en profeten: dat de heidenen in Christus Jezus mede- erfgenamen zijn, medeleden en mededeelgenoten van de belofte door middel van het evange- lie”. Dat is een zin om “u” tegen te zeggen.

Paulus spreekt over “de heidenen”. Over welke heidenen heeft hij het? Paulus heeft het over allen die niet behoren tot het joodse volk, allen die niet in een joods gezin geboren en opgegroeid zijn. Paulus hoefde maar rond te kijken: overal zag hij Grieken, Romeinen, Egyptenaren, Perzen en misschien zelfs Franken en Germanen, toen hij in Rome was. Al die mensen hebben op religieus vlak iets gemeen, of beter ze hebben een tekort gemeen. Ze beho- ren niet tot het joodse volk; ze hebben geen deel aan het verbond, geen deel aan Gods belofte.

Van die niet-joodse volken zijn wij de afstammelingen. Paulus heeft het vandaag inderdaad ook over ons.

Voor de “niet-joden” die wij zijn, is er vandaag goed nieuws, schitterend nieuws, zegt Paulus. Een nieuws dat nog nooit geweten was, nog nooit bekend was geworden. Een nieuws dat wij nu pas vernemen. Een wonder nieuws: dat ook wij volop delen in de beloften van God aan het joodse volk. Paulus zet drie woorden op een rij, drie woorden die gelijk be- ginnen: mede-erfgenamen, medeleden en mededeelgenoten. Paulus hamert erop: dat er bij God niets is waarvan wij zouden uitgesloten zijn, niets waar wij geen deel zouden aan hebben, samen met het joodse volk. Ook wij zijn uitverkoren. Ook wij mogen rekenen op Gods trouw en op zijn liefde. En we zijn dat, zegt Paulus, door het Evangelie.

Het is door Jezus dat ook wij God kunnen beluisteren en hem kunnen kennen, dat ook wij tot hem kunnen naderen en tot hem kunnen bidden, dat ook wij ons door hem mogen be- mind en gedragen weten. Sinds Jezus mens is geworden, is er geen volk meer op aarde dat niet met God van doen heeft, geen volk dat geen toegang zou hebben tot Gods liefde en Gods

(2)

belofte. Sinds Jezus is er geen volk meer waarmee wij niet verwant zouden zijn, geen volk waarmee wij niets zouden te maken hebben. Hoezeer wij ook van elkaar mogen ver- schillen door geschiedenis, kleur, ras of taal, allen zijn we voortaan “mede-erfgenamen, me- deleden en mededeelgenoten van de belofte door middel van het evangelie”.

Goede vrienden, de woorden van Paulus klinken nogal plechtig, een beetje zoals de toespraak van de Koning op kerstavond. Wie het liever iets eenvoudiger houdt, kan vandaag kijken naar de kerststal waar “de drie wijzen uit het Oosten” zijn aangekomen. De ‘drie wij- zen’ zijn als drie ambassadeurs. Ze staan bij Jezus als een kleine vertegenwoordiging van alle niet-joodse volken. Namens alle volken die nog naar God op zoek zijn, komen zij Jezus hulde brengen. Ze zijn ook onze ambassadeurs.

Gisteren zijn we een nieuw jaar begonnen. We hebben elkaar onze goede wensen be- zorgd: via sms of e-mail, met een glas schuimwijn of met een zoen. Wat mag ik onze kerk- gemeenschap wensen? Wat mag ik ons bisdom toewensen voor het nieuwe jaar? Misschien moet ik de wens van Paulus herhalen, met iets eenvoudiger woorden. Mag ik u en mezelf toewensen dat wij opnieuw verrast zouden kunnen zijn door een goed nieuws, door een blijde boodschap. Goed nieuws dat niet met de regering of de regeringsvorming te maken heeft, niet met de euro of de staatsschuld, niet met media of de pers, zelfs niet met de kerk en de bis- schoppen. Goed nieuws dat met God en met de heidenen te maken heeft, ook met ons dus.

Goed nieuws omdat wij door Jezus met God verbonden zijn en met elkaar. Goed nieuws om- dat ons leven door het evangelie zij breed als de aarde en zo wijd als God kan worden. Goed nieuws omdat wij geen vreemden moeten blijven, niet voor God en niet voor elkaar.

Op deze feestdag van de Openbaring van de Heer mag ik de tweede verjaardag vieren van mijn bisschopswijding. Samen met alle gelovigen van het bisdom Antwerpen wil ik blij- ven zoeken wat de boodschap van het Evangelie voor ons kan betekenen, hoe wij “mede- erfgenamen, medeleden en mededeelgenoten van de belofte door middel van het evangelie”

kunnen worden. Meteen wil ik allen danken die samen met mij daarover willen nadenken en daaraan willen werken.

We bidden dat het voor ons allen een goed en gezegend jaar mag worden.

+ Johan Bonny

Bisschop van Antwerpen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Heer schenke ons zijn zegen, Hij beware ons voor onheil en geleide ons tot eeuwig

• Grijs water “In het kader van duurzaamheid wordt grijs water zo veel mogelijk hergebruikt”.. GRP 2016 - 2020

• De gemeente neemt hierin een faciliterende rol en stelt in overleg met corporaties, waar mogelijk, grond beschikbaar om woningen voor de doelgroepen te

Daarom bidden wij, dat de Naam van God zo geheiligd worde, dat Deze, ofschoon in Zichzelf heilig, toch (als zodanig) moge gekend, geprezen en verbreid worden. Wanneer God

Het is duidelijk dat Naomi het zeer graag zag dat Ruth met haar ging; alleen wilde zij niet, dat zij slechts uit enkel natuurlijke verkleefdheid met haar zou gaan, maar uit liefde

(2) Daarop laat de Onderwijzer nu een tweede vereiste volgen, niet minder nodig in al goede werken, zullen zij waarlijk goed kunnen zijn, hierin bestaande, dat zij moeten

Inspireert en faciliteert anderen binnen de gehele organisatie of het onderdeel tot effectief gedrag, mede door het vertonen van voorbeeldgedrag. Competentie set is ontwikkeld

Celens klare antwoord: “Laat ons dan in godsnaam niet meer betalen!” Celen besluit zijn fel en lang toegejuichte strijdrede met de wens dat de Vlamingen massaal zouden