1 VRAAG 1
Figuur 1: Grafiek van de relatieve fout op logschaal. Schaal x-as: per 4. y-waarde is niet juist. x-waarde van nulpt was tussen 32 en 36.
1 Vraag 1
differentie-formule gegeven: xk+1 = 5/6xk− 1/6xk−1 bij startwaarden x0 = 1 en x1 = 1/2 is de oplossing xn = 2−n bij startwaarden x0 = 1 en x1 = 1/3 is de oplossing xn= 3−n Plot van relatieve fout in figuur 1.
• welke grafiek hoort bij welke oplossing?
• verklaar de richting (rico) van de recht
• waarom blijft de fout van de andere beperkt?
• oorzaak van deze rechte: intrinsieke onstabiliteit van probleem, zoals dif- ferentiaalvergelijking, of iets anders?
1