• No results found

Aandacht voor Liberale Sociaal-Economische

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Aandacht voor Liberale Sociaal-Economische "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Donderdog 3 jonuori 19G3 - No.

711

en DEMOCIATIE

Aandacht voor Liberale Sociaal-Economische

Conferentie

<Zie oag 8

Oudejaarsrede

D

e gewoonte getrouw zou ik in deze laatste radio-uitzen- ding van de Volk;;partij voor Vrij- heid en. Democratie in het ten einde spoedende jaar een korte terugblik willen wer;pen over hetgeen dit jaar ons heeft gebracht.

- Evenals

in

de toespraak, waar- mede ik onze uitzendingen van het vorig jaar heb afgesloten, moet ik ook thans vaststellen, dat de inter- nationale toestand nog weinig re- den geeft tot optimistische beschou- wingen. Toch zie ik op één punt vooruitgang bij de loop van za- ken in 1961. Gij zult U herinne- ren, dat een van de ernstige gebeur- t€nissen van dat jaar was het op- trekken van de muur tussen Oost- en West-Berlijn. Het Westen - het- geen in 'feite wil zeggen de presi- dent van de Verenigde Staten van Amerika :. heeft er toen van afge- zien daartegen krachtig te reage- ren. Wie zich een ogenblik indacht in de grote verantwoordelijkheid, die deze president te dragen heeft, k:on daarvoor alleszins begrip op- brengen. Dit nam echter niet weg, dat het met zorg moest vervullen, dat de muur daardoor in zekere zin tot een symbool van de zwakte van het vrije Westen was geworden.

Wanneer, zo vroeg men zich af, zal het ogenblik gekome~ zijn om, hoe groot het daaraan verbonden risi- co mag zijn, aan de voortdurende agressie van Russische zijde een halt toe te roepen.

President Kennedy heeft dat tijd- stip aangebroken geacht, toen hem was gebleken, dat Cuba langzaam maar zeker werd gereed gemaakt om als e·en springplank voor de agressor te kunnen dienen. Zijn krachtig optreden heeft aanstonds het beoogde effect gehad. Toen Chroestsjef ervoer, dat de grens be- reikt was, heeft hij onmiddellijk in-

Het verheugt de redactie de lezers te kunnen melden, dat ons week- blad op korte termijn in een ge- wijzigde - en naar zij hoopt - verbeterde gedaánte zal verschij- nen ..

O.m. zal aan een andere opmaak de nodige aandacht worden besteed.

Gehoopt wordt, deze plannen nog deze maand te kunnen realiseren.

Voorts kan nog worden meegedeeld dat met ingang van 15 januari a.s.

mr. L. Meijer, oud-adjunct-hoofd- redacteur van "Het Algemeen Han- delsbJad",- zich lllet de hoofdredac- tie van ons weekbla,d zal belasten.

'i'roJ.

gebonden. Zo bleef de vrede be- waard zonder dat de vrijheid werd opgeofferd.

* * *

O

P het stuk van de internatio- nale politiek is dit wel. het allerbelangrijkste gebeuren ge- weest. Vrede en vrijheid behoren tot de hoogste goederen der ·mens- heid. Daarbij heeft de vrijheid voor- op te staan. Van dit oogpunt· uit beeft men ook het probleem van de oorlog met · kernwapenen te zien.

Vast staat, dat een onvoorstelbare ramp de mensheid zou treffen, in- dien het tot gebruik van deze -wa- penen zou komen. Vast staát ech- ter ook, dat een eenzijdig afzien van dit gebruik de vrijheid van het Wes- ten in dodelijk gevaar zou brengen.

Het zal de vrees voor vergelding moeten zijn, die een agressor van het ontketenen van een oorlog met kernwapenen zal moetèn terughou-

den. Doorlopend op het ergste voorbereid te zijn, is daarom de enige weg, die het Westen kan vol- gen als het vrede en vrijheid wenst te behouden.

* * *

B

lijft de samenwerking in At- lantisch verband voor geheel de vrije wereld dus van uitnemend belang, daarnaast hebben wij op het meer beperkte Europese ter- rein alles te doen wat mogelijk is om een Europese eenheid te bevor- deren. Twee verlangens staan daar- bij voor ons op de voorgrond. Het verlangen naar uitbreiding van de bestaande economische samenwer- king van het Europa der zes tot an- dere landen en het verlangen ook de politieke samenwerking te bou- wen op het beginsel der supra-na-, tionaliteit. Het doel, waarop wij moeten aansturen is, ook al ligt de verwezenlijking daarvan in een ver verschiet, een Europese federale re- gering, verantwoordelijk aan een Europees parlement. Water in de supranationale politieke wijn te doen is dan ook alleen aanvaard- baar als dit noodzakelijk is om an- dere landen - en daarbij denken wij voor het ogenblik bovenal aan En- geland .:. bij deze samenwerking te betrekken. Er is te meer reden om deze politiek te volgen, omdat de tegenzin van de Franse president De Gaulle tegen alles, wat naar het supranationale riekt, het uitermate twijfelachtig maakt of zelfs binnen het kader van het Europa der zes in de naaste toekomst grote vorde- ringen in de door ons gewenste rich- ting zullen · kunnen worden ge- maakt.

mr.

O

ver de gang van zaken in on- ze binnenlandse politiek be- staat alleszins reden tot tevreden- heid. Voorop mag worden gesteld, dat ons volk en zijn vertegenwoor- diging van onze democratische in- stellingen een goed gebruik weten te maken. Ons volk oefent zijn in- vloed uit door middel van vrije ver- kiezingen en wordt sinds jaar en dag geregeerd onder verantwoorde- lijkheid van kabinetten, die hun ge- zag ontlenen aan het vertrouwen hun door de volksvertegenwoordi- ging geschonken. Daarbij vertonen onze regeringen een grote mate van stabiliteit. Het komt maa~ zelden voor, dat binnen een tijdperk van vier jaren van bewind moet wor- den gewisseld.

Als wij onze. verhoudingen ver- gelijken met die in Frankrijk springt het verschil al heel duidelijk in het oog. De onmacht van het Franse parlement om het land een stabie- le regering te verschaffen heeft daar geleid tot een regeringstelsel, waar- bij het parlement niet veel anders overblijft dan zich te schikken naar de wil van een almachtige presi-

dent. Hoeveel bewondering men voor de persoon van deze president mag hebben - en ik zal de laatste zijn om iets af te dingen op zijn bijzondere kwaliteiten - zo'n stelsel bergt de grootste gevaren in zich. Op den duur is de vrijheid slechts ver- zekerd als er tegenwicht is. Reeds meer dan tweehonderd jaar geleden heeft de Franse schrijver Montes- quieu zijn lezers voorgehouden, dat een eeuwenlange ervaring heeft ge- leerd, dat ieder die macht heeft bloot staat aan het gevaar er mis- bruik van te maken. Daarom moet het staatsbestuur zo zijn ingericht, dat de ene macht de andere in be- dwang houdt. Wie zich daar goed rekenschap van geeft, zal niet an- ders dan dankbaar kunnen zijn voor het bezit van onze demoé'ratische instellingen.

ATTENTIE!

L

aat ons echter goed begrijpen dat dankbaar zijn iets anders is dan voldaan zijn. Voldaanheid zou ons allerminst passen;. Vol- daanheid is dodelijk voor iedere vooruitgang. Wij hebben er ons ter dege val) te doordringen, dat er bij ons ook nog heel veel is, dat an- ders moet worden. Democratie is niet alleen een regeerstelseL Onze democratische gezindheid wordt bovenal gekenmerkt door de wijze wáarop wij van dat regeerstelsel gebruik maken. De democratie heeft te streven naar gelijk recht voor allen, naar gelijke kansen bij gelijke bekwaamheid, naar het te- rugdringen van voorsprongen al- leen op bezit of geboorte gegrond, naar het mede betrekken van de werknemer in het dragen van: ver- antwoordelijkheid vpor de gang van zaken in het bedrijfsleven.

* * *

H

et is zeker niet voor tegen- spraak vatbaar, dat wij in de achter ons liggende halve eeuw in menig opzicht een geweldige sprong voorwaarts hebben gemaakt. Maar dat wij verder vooruit moeten, dUit evenmin tegenspraak. Het mo- derne liberalisme, waarvan ik mij ondanks het klimmen van mijn ja- ' ren nog steeds een overtuigd voor- stander weet, is niet moe dit te ver- kondigen. Het heeft, mede door de verantwoordelijkheid, die het ge- durende de parlementaire periode, die met de naderende ·verkiezingen voor de Tweede Kamer haar afslui- ting zal krijgen, voor het regeer- beleid heeft gedragen, getoond dat een vooruitstrevend sociaal beleid op zijn volle steun kan rekenen. Het zal er al zijn -krachten voor inspan- nen, dat sociale rechtvaardigheid ook na de stembus van 1963 richt- snoer zal blijven voor de Neder- landse politiek.

ATTENTIE!

Luistert op vrijdag, 4 januari a.s., over de zender Hilversum Il (298 m), van 19.30-19.40 uur, naar

"DE STEM VAN DE V.V.D."

Spreker: Dr. K. VAN DIJK.

LET OP DE ZENDERWISSELING!

(2)

VRIJHEID EN DEMOCRATIE

Tec:hnisc e wijziging van

bioscoo wet bracht verrassingen

Verdere behandeling geschorst voor nader overleg

De Tweede Kamer heeft, voor zij in verhand met de feestdagen van Kerstmis en Nieuwjaar voor korte tijd uiteenging, nog heel wat afgedaan. Wij zullen aan veel daarvan moeren voorbijgaan, maar menen een uitvondering te moeten ma- ken V'Oor de - voorlopig aangehouden - wijziging der uit 1926 daterende Bios- coopwet.

Onze woordv'Oerder mr. Geertsema en late.r o.ok minister Toxopeus, konden in herinnering brengen, dat reeds drie maal voordien was gepoogd, deze Bioscoop- wet te wijzigen, n.l. in 1940, in 1948 en in 1949. Deze drie wetsontwerpen had- den één ding gemeen: :vij beoogden alle de mogelijkheid om het vertonen van films aan s.trengere eisen te binden. In geen v•an dez,e drie gevallen is dat ech- ter gelukt; zelfs werd in geen van die ge- vallen een mem.orie van antwoord inge- diend. In 1940 gooide d+e oorlog roet in het eten en de beide laats.te keren werd in het door de Tweede Kamer uitge- brachte voorlopig verslag een zodanige kritiek op deze wets.ontwerpen geoefend, dat de betrokken Kabinetten het maar beter vonden de ontwerpen terug te ne- men, zelfs nog v•oordat een memorie van antwoord was ingediend.

Bij de laatste gelegenheid had de toen- malige minister van Binnenlandse Zaken.

dr. Beel, echter (ook op verzoek van de Kamer) toegezegd, dat de technische ver- betering!en, die men tevens voor ogen had, alsnog z·ouden worden voorgesteld.

Later heeft de Kamer daar nog eens naar geïnformeerd.

·Daarom was minister Toxopeus ertoe gekomen het wetsontwerp, waar het ons thans om gaat, inderdaad uitdrukkelijk en welbewus·t als technische herziening in te dienen.

.,Met voorbijgaan dus aan de principi- ele kwesties" - aldus de minister - "d~e

in ons goede land nu eenmaal -wij heb- ben dat vandaag ook weer kunnen ho- ren - nogal wat controversieel liggen, niet z.o gemakkelijk tot een oplos:s.ing zijn te brengen en die dan een blokkade zouden vormen om de toch wel zee•r no- dige technische verbeteringen aan te brengen''.

*

Dat die technische wij2ligingen vele verbeteringen brachten, daarover waren onze woordvoevdier en o-ok bijvoorbeeld de heer Verhoef (P.v.d.A.) en mej. Nol- te <KVP), het wel eens. Mej. Nolle noem- de deze wijzigingen duidelijke verbete- ringen. Zij brengen betere rechtsbesch:elt"- ming voor de vergunningshouders d.oor nauwkeuriger regeling van het becroeps- recht. en door nauwkeuriger vaststel- ling van degenen(n), die bij overtreding strafbaar 2lijn. Zij nemen onduidel!ijkhe- den weg door het beter formuleren van bedoelingen en Z!Ï.j vereenvoudigen de ad- min.istrotieve regelingen d'Dor het laten wegvallen van verplichtingen tot regis- tratie.

De heer Verhoef noemde behalve dit ook met name de uitbreiding, die in ar- tikel 20 wordt gegeven aan instellingen of verenigingen, welke een erkenning kunnen krijgen. "Wij zijn", zo zei de so- cialistische woordvoerder, ·,,met d.eze uit- breiding gelukkig, omdat daaruit spreekt een positieve waardering van de film als communieatiemiddei en als kunstuiting".

Er was·v:an alle ;djden dus veel waar- dering voor wat minister Toxopeus aan .,technische" wijzigingen uit het vuur had weten te sl.o?pen. Maar helaas zijn de dingen toch altijd minder eenvoudig.

Terecht kon mr. Geertsema erop wij- zen, dart in 1926 de film nog in de kin- derschoenen stond. De geluidsfilm had haar intrede nog niet gedaan. Bioscoop en film waren voor vele Nederlanders nog even gevaarlijke en griezelige zaken als de eerste aUJto en de eerste trein, waar een man met een rode vlag moest waar- lopen om de bevolking voor dit monster schuwen. In de considerans van de Bios- co,opwet wordt dan ook gewaagd van maatregelen, die genomen dienen te wor den "ter bestrijding" van de zedelijke en maatschappelijke gevaren van de bios- coop", hetgeen eigenlijk zou moeten lui- den: van de film.

Men kan zich afvragen, of dat v-oor bo- ven 18-jarigen nog wel strikt noodzake- lijk is, maar zoals de heer Geertsema ook wel begreep, vannen de bestaande politieke verhoudingen een beletsel om tot een flinke verzachting van de bepa- lingen van de Bioscoopwet of om tot een geheel nieuwe wet te komen, die het ge- hele terrein van de vertoning van films zou bestrijken.

Het gehele rer:rein van het vertonen

van de films, wank tegenwoordig worden films niet uitsluitend gegeven in biosco- pen, ma·ar ook voor de televisie. Ten aan- zien van de Neder<landse televisie-uitzen- dingen is die materie geregeld in arti- kel 4 van het Televisiebesluit, en naar het oordeel van mr. Geertsema ook: g.oed geregeld. Als films worden vertoond die niet zijn toegelaten voor p-ersonen onder 14 of 18 jaar, mo·et dat bij elke aankon- diging worden vermeld. Ouders kunnen dus weten, dat die films \'Oor hun kin- deren ongeschikt worden g,eacht en dan is het - daarmee was hij het volkomen eens - voor hun persoonlijke verantwoor- delijkheid of z,ij dat advies (meer dan een advies is het in dat geval niet) zul- len opvolgen.

Mr. GEERTSEMA

In openbare gelegenheden echter, bij- voorbeeLd café's, kunnen bezoekers, dus ook onder-18-jarigen, die films wel vol- gen. Nu is er v-oor gemeenten de moge- lijkheid om regels hieromtrent te stel- len in de algemene politieverordening.

Maar men man vich, zoals mr. Geertse- ma opmerkte, de vraag steilen of de be- scherming van minderjarigen niet een zo groot goed is, dat het niet van het plaat- selijk i!Wicht afhankelijk moet zijn of deze bescherming al dan niet wordt aan- geboden. Dus: of ruie•t een algemene wet- telijke regeling daarv:oor n-odig zou zijn.

Anderzij·ds echter kan men bij dit al- les niet over het hoofd zien dat er ook buitenlandse televisie-uitzending.en zijn, waarin films Wlorden vertoond en het zou toch wel ongerijmd zijn dit te regelen, terwijl de ontv·angst van buitenlandse films ongeregeld is. Eigenlijk zou men dus maar twee kanten op kunnen: of de ea- féhouder, enz. verbieden personen onder de 18 jaar naar buitenlandse televisie- uitzendingen van films te laten kijken, óf de zaak helemaai vrij laten. Maar dan zou, aldus onze woordvoerder, de gehe- le filmkeuring toch wel in een vreemd daglicht komen te staan. Waarom zouden wij dan nog bioscoopvoorstellingen be- perkingen opleggen, terwijl men elders alle films vrijelijk in het openbaar ver- toond.

Hij voroeg en verkreeg van de minister dan ook de toezegging, dat deze dit pl'O- bleem eens erns•tig zou laten bekijken, hetzij in eommis·oraal, hetzij in interde- partementaal verband.

* *

Het meest precaire punt vormde echter de plaatselijke nakeuring, zoals deze in de Wet van 1926 door amendering des- tijds is mogelijk gemaakt en zoals die zich verder - in onjuiste richting - heeft ontwikkeld. Mr. Geertsema wilde er geen twijfel aan laten bestaan, dat hij een fel tegenstander is van deze mogelijkheid tot dubbele keuring. Hij stond en staat op het standpunt, dat de keuring van de Centrale Commissie, alsmede de bevoegd- heden van de burgemeester ex artikel 19 van de Bioscoopwet, voldoende waarbo·r- gen bieden tegen het vertonen van films, die hetzij landelijk, hetzij plaatselijk ge- zien in strijd kunnen worden geacht met de openbare orde en de goede zeden, ter- wijl hij er evenmin behoefte aan ver- klaarde te hebben om de m.ogelijkheid te handhaven bij plaatselijke nakeuring

de leeftijd&g·renzen, die door de Centra- le Commissie zijn aangelegd, te wijzigen.

Daarbij k·omt nog, dat waar di.e z.g.

plaatselijke nakeuring geschiedt, in we- zen van een plaatselijke keuring, op grond van plaatselijke omstandigheden, geen sprake is. Wat is het geval? Er is destijds van rooms-katholieke zijde naast de Centrale CommiS&ie eenvoudig een tweede landelijke keuring met andere maatstaven dan die van de Centra- le Commissie opgericht, n.l. speci:liiek ka- tholieke maatstaven. Een 100-tal gemeen"

ten in het zuid.en van het land volgt nu eenvoudig de uitspraken dezer commis- sie, die dus met plaatselijke omstandig- heden niets te maken hebben._ Vandaar dat mr. Geertsema ook kon spreken van een ,,verwording''.

Men weet, zo :!lei de heer Geertsema, dat ik een wa,rm voorstander ben van gemeentelijke autonomie, maar mits daar geen misbruik van wordt gemaakt. En het was zijn overtuiging, dat er inder- daad van misbruik sprake is als een meerderheid van bijv. de raad van de geme.ente Eindhoven, een gemeente bo- vendien met een qua geloof sterk ge- mengde bevolking, eenvoudig de verto- ning van bepaalde films verbiedt op grond van een nakeuring volgens katho- lieke normen.

Er is niets tegen, zo zei hij nadrukke- lijk, dat aan katholieken van katholieke zijde een advies wordt gegeven of het zien van een bepaalde film wenselijk moet worden geacht, maar men mag de- ze normen niet dwingend opleggen aan de gehele bevolking van een gemeente.

*

*

*

De moeilijkheid echter was, dat het zeer de vraag was, of een amendement tot het afschaffen van deze "plaatselijke nakeuring" wel "toelaatbaar" was, om- dat zij in strijd kon worden geacht met de considerans van het wijz,i,g:ingsont- werp, Dat bleek inderdaad wel het geval

Onze fractiev•oorzitter prof. Oud is in deze zaken (helaas niet lang meer) al- tijd de praktisch algeme·en aanvaarde staatsrechtelijke "schrif.tgeleerde" van de Kamer.

"Zeer tot mijn sp:ijt" zo z.ei hij, "moet ik het met de.g.enen (o.a. dr. De Kort), die het amendement v·an de heer Verhoef (P.v.d.A.) in deze vin ontoelaatbaar ach- ten, eens zijn". Dat amendement zou na de aanvaarding tengevolge hebben, dat de plaatselijke naketr:oing van films geen deel meer zou uitmaken v:an de voor- waarden der diOor B. en W. te verlenen vergunningen vo-or openbare bios- coopvoorstellingen. Dat ging buiten de considerans ("technische herziening") en evenals minister Toxopeus zich eerder had verzet tegen een amendement van mej. Nolte <KVP) in andere richting (mej. NoLte trok het toen in), was het te voorzi,en, dat de minister ziich nu ook wel tegen dit amendement moest verzet- ten.

En toen opende zich, nog geheel on- verwacht, een zeke·r perspectief. Tot ve- Ler verra·ssing kwam dr. De Kort nu me- dedelen, dat zqn fractie niet per se afke- rig was van een wijziging van de Bios- coopwet ten principale, maar dan z.ou daarbij ook de "koninklijke" weg moe- ten wo,rden gevo1gd, Er zou dan een grondige voorbereiding en g,edachtenwis- seling aan vool'af moeten gaan.

De heer Scheps (P.v.d.A.) diende nu een ordevoorstel in, om de verdere beraadslaging voorlopig te scho•rsen en daardoor gelegenheid te scheppen voor beraad over een wellicht toch no:g mo- gelijke andere opzet van deze wijziging van de bioscoopwet, waarbij aan bel'arug- rijke bezwaren ten aanzien van de be- staande situatie zou kunnen wmden te- gemoet gekomen.

Hoe dacht de minister over een derge- lijk uitstel? Natuurlijk aarzelde de be- windsman wel even, omdat de ontwor- pen technische wijzigingen, die nu toch langzamerhand wel dienen te worden aangebracht, daannee ook weer enige tijd werden uitgesteld. Terecht echter, naar het ons voorkomt, besloot de minis- ter de besliss'ing aan de Kamer over te laten. Na deze verklaring werd in grote eensgezindheid het ordevoorstel aan- váard (z.h.s.).

Natuurlijk zal het met die volkomen eensgezindheid wanneer het interne over- leg over de meer principiële wijziging begint, wel minder gemakkelijk lopen.

Maar gezien het gematigde optreden van dr. De Kort was men toch kennelijk niet zonder enige hoop.

Voor de zoveelste maal was aange- toond, dat het parlementaire leven ai- tijd weer verrassingen brengl

3 JANUARI 1963 - PAGINA 2

De leden van de Vereniging van Staten- en Raadsleden wordt ver- zocht tat nadere mededeling, zich te wendeQ. tot het Bureau voor Gemeentepolitiek, p/a Koningin- negracht 61, 's-Gravenhage.

CO PIJN

GROENEI(AN

*

REEDS MEER DAN TWEE EEUWEN EEN

BEGRIP VOOR

boomkwekerij- prodakten

EN

tuinarchitectuur

*

TELEFOON 03401-207

de tik

in jonge jenever

FA BLO COMMODORE WHITE ~

U slaagt uitstekend bij

GERRITZEN

HERENMODES L. v. Meerdervoort 280 a DEN HAAG _ TEL. 33 64 18

(3)

VRIJHEID EN DEMOCRATIE·

~orte kritische krabbel~

BLIJF ZITTEN WAAR JE ZIT

{IJ

In mijn jeugdjaren, die ik op het platteland doorbracht, speelden wij soms weken achtereen een spelletje, dat ons kennelijk sterk boeide. Elke dag, tegen het vallen van de avond, waren we pre- sent, en verdeelden we ons in twee groepen. Het spel was een variant van het eeuwenoude ,,opzoekertje".

Nu, na ruim veertig jaren, herin- ner ik me nog levendig, waar het op aan kwam in dit spel, nl. op de grootst mogelijke zelfbeheersing, tak-

ti~k en slimheid. Er waren jongens, d1e keer op keer het spel wonnen doordat de tegenpartij in, de val liep of niet voldoende zelfbeheersing aan de dag wist te leggen.

We hadden respect voor deze kna- pen, die ons telkens weer in slim- heid en beheersing de baas waren.

Om de tegenpartij zo lang mogelijk een overwinning te onthouden, rie- pen de gevangen spelers van de an- dere partij hun nog in het strijd- perk verblijvende makkers met kor- te tussenpozen deze woorden toe:

"Blijf zitten waar je zit!". Ik geloof niet, dat deze aanmoediging voor de handige spelers nodig was, maar we vonden het waarschijnlijk wel be- langrijk met deze kreten de tegen- standers te plagen.

Ik weet niet, of de beide oude he- ren, die in West-Europa nu al enige jaren, ieder in zijn land, de dienst hebben uitgemaakt, in hun jeugd een spelletje als hierboven ge- noemd hebben gespeeld. In elk ge- val hebben zij beiden in hun leven de eigenschappen verworven, die nodig waren om in moeilijke om- standigheden zich tot het laatste toe te handhaven.

Generaal de Gaulle eh kanselier Adenauer kan men slimheid, tak- tisch vermogen en zelfbeheersing ze- ker niet ontzeggen en al moge dan de laatste sinds enige tijd op dat terrein aan glans hebben ingeboet, hij heeft het foch maar weer klaar gespeeld voorlopig nog te blijven zit- ten waar hij zit.. En dat stellig zon- der de aanmoedigende kreten van zijn medespelers.

Het mag dan een wat griezelige situatie zijn, dat van twee hoog be- jaarde heren zoveel Europese be- langen afhankelijk zijn, dat in Frankrijk kennelijk geen opvolger van het zelfde formaat voorhanden is en in Duitsland een opvolger aan- wezig is, die, door enkele malen het hoofd in de schoot te leggen voor de "oubaas" daarmee al heeft ge- toond niet zo'n krachtfiguur te zijn, geen mens in West-Europa kan de betekenis die beide staatslieden heb- ben gehad en nog hebben, betwis- ten.

BLIJF ZITTEN WAAR JE ZIT Clll

D

e herinnering aan dat jongens- spel brengt me tot nog een overdenking, zij het van geheel an- dere aard dan de bovenstaande. Ik las onlangs, dat een psycholoog in München, Albert Ruth, na geduren- de tientallen jaren achtereen kinde- ren te hebben getest met dezelfde test en onder nagenoeg dezelfde om- standigheden, tot de ontdek- king kwam, dat er op onderscheiden terrein een opmerkelijke achteruit- gang valt te constateren.

Zo constateerde hij een vrij grote terruggang in het abstraheren, com- bineren, oordelen en concentreren.

Ten aanzien van de opmerkzaam- heid en de aandachtsconcentratie spreekt hij zelfs van 19 pct. achter- uitgang!

Ook ten onzent zijn nagenoeg alle onderwijsmensen de mening toege- daan, dat de jeugd van thans niet alleen veel minder kent en veel min- der begrijpt maar ook véel minder zelfbeheersing toont en veel min- der concentratievermogen bezit.

Sinds enige tijd is dit verschijnsel in de discussies gekomen. Vanzelf- sprekend heeft men naar mogelijke . oorzaken gezocht. Men vond er vele en verschillende. Ik kom daar nog op terug.

Het is mij evenwel opgevallen, dat niemand aan de grote betekenis van het vrije spel heeft gedacht. Ik blijf nog altijd van mening. dat juist het vrije spel, zoals we dat vroeger buiten speelden, ons in onze jeugd een zekere handigheid, een grote

dosis zelfvertrouwen en zelfbeheer- sing heeft geschonken. Maar ook dat het voor onze verstandelijke

vor~

ming van grote waarde is geweest.

De jeugd van thans mist die gele- genheid. Zij hangt aan de radio om te luisteren naar het "tienerspro- gramma", zit bij de "kijkdoos" om te kijken naar van alles en nog wat, dat niettemin nauwelijks de kijkers zélf tot actie brengt.

Misschien is het een onmogelijke taak, maar het zou interessant zijn als kon worden nagegaan, welke in- vloed het vrije spel op de ontwikke- ling van de kinderen heeft. Ik schat die hoog en betreur het daarom ten zeerste, dat in onze tijd zoveel kin- deren opgroeien, die van die vorming verstoken blijven. OBSERVER

AMSTERDAM 26 JANUARI

Liberale Sociaal-Economische Conferentie

Op ZATERDAG 26 JANUARI a.s. zal om 11 uur voormiddags in hef

"MINERV A-PAVILJOEN", Alb. Hahaplantsoen 2-4 te Amsterdam-Z., een conferentie worden gehouden, die zal zijn gewijd aan de toekomstige sociaal-economische politiek welke door de partij zal worden gevoerd.

Aan de orde zal o.m. komen: de conjunctuur-politiek, E.E.G. en libera- lisme en de sociale ontplooiingsmogelijkheden van de mens.

In het nummer van 10 januari zullen wij nadere gegevens bekendmaken over de inleiders en verdere organisatorische bijzonderheden van deze bijeenkomst.

Voor de opgave voor deelneming kunt U zich wenden tot het sècretatiaat van de Afdeling Amsterdam, Herengracht 36, tel. 24 60 03 (buiten kantooruren: 75 64 30).

UIT DE

Geslaagde Sociëteitsavond Staten-Centrale Dokkum

Een hartverwarmende avond beleefde de Statencentrale Dokkum toen mevrouw Stoffels van Haaften een spreekbeurt voor deze centrale vervulde.

De voorzitter van de Centrale, de heer T. de Boe.r, kon in zijn openingswoord een flink aantal bezoeke-rs welkom he- ten. Ook de propagandist voor de VVD in Friesland, de heer Dorrius, was aan- wezig.

In een kernachtig, pittig, gloedvol en geenszins van humor gespeend betoog confronteerde mevrouw Stoffels - van Haaften haar toehoorders met de moei- lijkheden, die zich voordoen als men als regeringspartij achter de tafel zit.

Inderdaad, hartverwarmend was haar rede en de levendige discussie, die erop volgde was een overtuigend bewijs, dat mevrouw Stoffels niet alleen grote ga- ven bezit als spreekster, maar ook bij

PARTIJ~

haar gehoor op de juiste manier weet te appelleren aan de trouw aan - en enthousiasme voor de Pa.rtij.

Zo is deze societeits-avond een eclatant succes geworden. Helaas moest er toch een schaduw over vallen, daar men het de vorige dag de geachte- en beminde voorzitter van de VVD- afdeling Dok- kum, de heer J. Oosten, de laatste eer moest bewijzen. De overledene werd voor de aanvang der vergadering door de vice-voorzitter der Afdeling, de heer R. Schat in piëteitsvolle woorden her- dacht.

Nieuwe voorzitter afdeling Epe

In een op 11 december j.l. gehouden ledenvergadering van de afdeling Epe werd in verband met het overlijden op 10 november 1962 van de heer F. J. Klijzing met algemene stemmen tot voorzitter be- noemd de heer H. J. Blekman, Hoofd- straat 21 te Epe.

Te koop:

DEVENTER

in naaste omgeving van de gemeente, FRAAI LANDGOED, zeer geschikt voor konferentie- of vakantieoord o.d. Gevarieerd terrein, bos, boomgaard, weide, siertuin en waterpartij, tot. opp. 7 ha, eigen oprijlaan. Op het terrein tuinmanswoning, garage voor 3 auto's met werk pl. Het landhuis bevat tot.

13 kamers, keuken, bijkeuken, pantry, 3 badkamers, 3 kelders, 4 toiletten, alsmede zolder 5 X 17 m, Op 1e en 2e verd. alle parket- of strokenvloeren, 3 open haarden. Geh. verwarmd met plaf.verw. Pand verkeert in prima staat v. onderhoud. KOOPSOM

f

360.000.-. Alleen serieuze gegadigden gelieve

te reflecteren. Inlichtingen:

3 JANUARI 1963 PAGINA I

UW HAAR ZIT

van vroeg tot laat

· in weer en wind

mefant

• u .

naarcreme

Forse tube f 1,75.

Uitsluitend bij de kapper verkrijgbaar!

In memoriam J. Oosten

Plotseling, midden in zijn arbeid, ont- gleden de werktuigen aan de handen van onze geachte voorzittèr van de V.V.D.- afdeling Dokkum, de heer J. Oosten, nog maar pas 58 jaar oud. Geacht en bemind, was hij; steeds klaar om te helpen; recht- vaardig en eerlijk jegens iedereen, ook waar de plaatselijke omstandigheden in het zakenleven hem noodzaakten strijd, zware strijd te voeren.

Zijn hart dat zwak was, was sterk, wanneer het er om ging voor de econo- misch zwakkere op te komen, zijn socia- le bewogenheid deed hem steeds open- lijk voor zijn politieke overtuiging uit te komen.

Als directeur van de "Harmonie", een modern geoutilleerd bioscoopbedrijf, te- vens schouwburg en concertzaal heeft de heer Oosten een belangrijke bijdrage ge- leverd tot het op hoger plan brengen van het culturele leven in Dokkum.

Van verscheidene verenigingen is de heer Oosten in de loop der jaren be- stuurslid geweest. Zo mocht ook de VVD profiteren van zijn werkkracht. Onz.e ge- dachten gaan uit naar zijn Vrouw en drie zoons. In de rouwdienst in de Ned.

Herv. Kerk te Dokkum en bij de crema•

tie-plechtigheid te Groningen hebben ve- len, zéér velen blijk gegeven van hun medeleven. Moge hij de eeuwige rus't en vrede gevonden hebben.

Secr. V.V.D.-afd. Dokkum..

In memoriam C. F. v. d. Velden

Met groot leedwezen geven wij kennis van het overlijden op 10 december j.l. van ons bestuurslid (penningmeester), de heer C . F. van der Velden, die op de nog jeug- dige leeftijd van 42 jaar zijn gezin en zijn vrienden is ontvallen. Zijn lijden aan een ongeneeslijke ziekte was oorzaak van zijn terugkeer uit Zuid-Amerika en vestiging in Loosdrecht. Dat hij hier de VVD heeft willen dienen met zijn aktieve scherpe geest en alle belangstelling, die hij tot kort voor zijn dood voor de libeTale zaak in Loosdrecht en in het land, he·eft behouden, vervult ons met bewondering een grote dank.

Wij bewaren aan zijn persoon een goe- de herinnering.

Secr. Afdeling Loosdrecht,

WIJ LEVEREN

DOZEN

uit Massief Carton

*

Speciaal voor export.

*

N.V. Stroocartonfabriel< v/h

E. Free & Co.

OUDE PEKELA

Telefoon 05978 - 2233, 2 lijnen

Eigen modern ingericht laboratorium.

(4)

VRIJHEID EN DEMOCRATIE ! JANUARI 1963 - PAGINA 4

Grootscheepse recrutering van talenten ook bij ons nodig

ALGEMEEN SECRETARIAAT

V.Y.D.

Koninginnegrecht 61 's-Gravenhage Telefoon (070) 60 48 03

(3 liinen)

Mevrouw Van Someren over begroting van onderwijs

T alentenrecrutering. Onze geestver- wante mevrouw Van Someren- Downer maakte dlit dezer dagen in de Tweede Kaffier tot een van de hoofdpun- ten van haar betoog bij de begroting van onderwijs, kunsten en wetenschappen.

Ieder moet de kans kl"ijgen zijn talen- ten tot ontpi].ooiing te brengen. Het draait hierbij om twee overwegingen: het is een zaak van sociale rechtvaardigheid en een kwestie van behoud voor het vrije wes- ten. Het ene aspect wordt door ndemand bestreden, het andere daarentegen wordt wellicht nog te weinig erkend. Dit moe- ten we bedenken in het licht van de ri- goureuze talenten-recrutering die al ja- ren geleden ten oosten van het IJzeren Gordijn is ingezet. Dat moet ons in het Westen ten minste zoveel te denken ge- ven als de. bewapeningswedloop.

In de praktisChe onderwijspolitiek moet dit alles een ruimhartig beleid ten aan- Zien van beurzen en voorschotten bete- kenen. Hoewel mevrouw Van Someren de voorkeur gaf aan een meer integrale stu- die-vergoeding, wilde zij bij voorbaat er- kennen dat het beledd van de minister in dit opzicht - het uittrekken van steeds grotere bedragen - en de uitvoering door de betrokken afdeling van het departe- ment alle lof verdienen.

en te begeleiden. Van rectoren, con-recto- ren en directeuren - kan men moei1ijk verwachten dat zij naast de omvangrijke taak die zij al hebben hier nog aan toe- komen.

* .. •

O

nze schoolorganisatie - mevrouw v.

Someren herhaalde wat zij al eer- der in de Kamer had gezegd - is nog steeds negentiende-eeuws. Halfvrijgestel- de leraren, onderdirecteuren, con-recto- ren met meer hiervoor besch!ikbare uren worden, als we het met de democratise- l'ing en ook met de onderwijsvernieu- wing ernstiog menen, iedere dag nood- zakelijker. Het nog steeds geldende te- genargument is het lerarentekort, maar bij de prognoses wordt met het genoem- de verlangen geen rekening gehouden.

Deze geringe belangstelling voor de schioolorganisatie is toch wcl te be- treuren. Hlier zit een van de knooppun- ten van de op~ossing van het probleem der gelijke kansen. _Na de er'k:enning van de gelijkheid van kansen rest nog de er- kenning van de ongelijkheid der omstan- digheden en de aanpassing van het on-.

derwijs daaraan.

Er gaan talenten verloren reeds lange tijd vóór het binnengaan van de univer- siteit. Als we hiervan uitgaan dan m~:>e­

ten we niet alleen het v.h.m.o, maar ook het lager onderwijs bezien .. Wat voor de rectoren en directeuren geldt, is ook van toepassing op de hoofden. Onze wen- sen op dit punt zijn bekend: herwaar- dering van het ambt en eerder (al bij een zes-klassige school) een ambulant huofd met verlichting van de administra- tieve taak. De onderwijzers zullen kleine- re klassen moeten hebben. Aldus kan er meer aandacht worden besteed aan het allergrootste onderwijsvraagstuk, het vin- den en ontplooiien van de talenten, de voorlichting van de· ouders, de morele steun aan de leerlingen.

* • *

H

et is niet voldoende, te praten over .. .. gelijke kansen, maar het- is te doen om de oplossing van de praktische proble-

men. De leraar, die dit allès ten slotte moet verwezenlijken, moet didactisch en pedagogisch zijn toegerust. Daarmee ra- ken wij een van de moeilijkste, maar tevens meest knellende, vraagstukken van ons hedendaagse onderwijs, nl. de lera- renopleiding.

Dat de genoemde kernproblemen van het onderwijs nog niet geheel 2lijn op- gelost kan men - dat gebiedt de redelijk- heid - de minister niet kwalijk nemen.

Maar niet goed te praten is hetgeen er is gebeurd rondom de eindexamenrege- lingen. Was het nodig geweest, zo vroeg mevr. Van Someren, om na de opge- schiorte en ingetrokken regeling van ver- leden jaar een nieuwe regeling het licht te doen zien die prompt technische her- ziening behoeft, omdat er enkele heel vreemde fouten en onlogische regels in waren verwerkt?

• • •

Naar de eigen woorden van minister Cals zou dit de laatste begroting zijn geweest, die hij als bewindsman van O.K .en W. zou behandelen. In een per- soonlijk woord zei mevrouw Van Some- ren: "Wij zijn het met deze minister dik- wijls niet eens geweest, maar juist daar- om heb ik er behoefte aan, tot deze nog springlevende minister een soort onder- wijspolitiek in memoriam te richten en onze waardering voor zijn persoon uit te spreken.

.. * ..

Ten aanzien van staatssecretaris S·cholten kunnen wij niet op een langdurige, maar wel op een scherp ge- markeerde beleidsperiade terugkijken.

Hij heeft de oplossing van veel proble- men voorbereid en hij heeft, wat nog be- langrijker is, oude afgetreden paden ver- laten. In plaats van voort te borduren op een vastgeroeste situatie en op de heilige mathematiek van het organisatiegetal, heeft hij de kernpunten van de hele om- roepproblematiek voorgelegd aan een commissiè en een stuk typisch conserva- tieve wetgeving, dat voornamelijk reke- ning hield met het bestaande, in de kast

Giro 67880

gelegd. Dat is sinds 1930 door niemand gewaagd. Dat wij, liberalen, dit in 1962 waarderen is niet zo vreemd als we be- denken dat de heer Oud in ·1930 de hele situatie en bet omroepbesluit in het bij- zonder een anachronisme noemde.

• .. *

Een derde radioprogramma, zei me- . vrouw van Someren, wensen wij niet klakkeloos verzorgd te zien als de huidige programma's. Reeds in de open- bare commissievergadering over de be- groting van 0, K en W heeft zij gepleit voor een commerciële radio met overdag ontspanningsprogramma's en 's avonds een ,;!ihird program" op hoog artistiek en wetensc<happelijk peil.

De zo gretig gehanteerde mathematische maatstaf (en dan gaat het nog om abon- nees en niet om leden) is niet van door- slaggevend belang bij de beantwoording van de vraag wie een derde programma moet gaan ver2lorgen. De mathemati- sche maatstaf is heel simpel hanteerbaar en bovendien bekend uit de politieke de- mocratie, maar past niet als antwoord op de waag naar een zo goed mogelijke culturele democratie. Als de ether be- 1 perkt is, is zo'n norm, desnoods met pijn, aanvaardbaar; als die beperktheid wordt

opg~heven, is zij echter absoluut niet te accepteren. Voorzover er van wedijver op cultureel gebied sprake is, speelt de le- vensbeschouwdng hierbij geen rol. Een deDde programma zou dus niet aan levens- beschouwelijke onganisaties behoeven te worden opgedragen.

Een nieuwe grondslag van het radio- en televisie-beleid is dringend noodzake- lij'k, want de omroepverenigingen glij- den volgens mevrouw van Someren naar een fatale driehoek toe:

1) Of men kan de technische ontwik- keling; nodig voor de verzo'l'ging ván méér pro:gramma's, niet bijhiouden.

2) Of men verhoogt het luistergeld.

3) Of men doet een beroep op de alge- mene middelen en accepteert dan meei:

overheidsinvloed, waarvoor men in Hil- versum zeer beducht is.

M

aar hoeveel geld ei: ook ter beschik- king wordt gesteld, de kern van het vraagstuk der talentenrecrutering blijft onopgelost. In de komende 25 jaar heb- ben wij,_ aldus heeft prof. Van Heek be- rekend, tweemaal zoveel academici no- dig, doch ondanks deze sterk stijgende behoefte is het aantal studenten uit de zg. lagere en middelbare milieus sinds 1936 weinig en sinds 1950 niet toegeno- men. Als bij de. kel!ring . voor de mili- taire .dienst blijk( dat slèéhts lf4. van al- len die. krachtens. hun intelligentie v.h.m.

o. hadden kunnen volgen, het gevolgd hebben, dan is er iets radicaal mis. Ze- ker, niet allen die tot de gemankeerde

%, behoren, zullen het karakter en de

a~npassing hebben om het. _v.h.m:o te volgen; maar toch:· onder deze a;,· zullen velen zijn die dit onderwijs hadden kun- nen voLgen en dat dus hadden behoren te doen ... De .school had voor hen ·een maatschappelijke lift· kunnen zijn, maar voor hen waren de wrijvingsverschijnse- len te groot, niet de financiële (dat be- hoeft bij het huidige OKW-beleid niet meer), maar de sociale en de psycholo- gische. In ons land bestaat helaas geen onderzoek van deze verschijnselen, al kunnen wij onze vermoedens toetsen aan een in Engeland· verschenen rapport.

N.V. AANNEMERSBEDRIJF v/hl. STAM

TWINTIGHOEVENWEG 13 te DORDRECHT TELEFOON 01850.5839

* * *·

A

an dit "trilemma" is niet te ontko- men. Met het antwoord had me- vrouw van Someren geen moeite,. maar zij had, zo zei zij, dan ook geen gevestig- de belangen te verdedigen. Het derde ra- dioprogramma moet worden bekos,tigd. Ulit reclame (staatssecreta!'is &holten kon vorige week nog geen mededelingen doen over het gebruik van het derde radionet;

wel zei hij, dat de NOZEMA inmiddels was gemachtigd tot de bouw hiervan, die 2'12 à 3 jaar in beslag zal nemen.

Mevrouw Van Someren noemde enkele oorzaken die bekend Z:ijn, zoals te wei- nig voorlichting· aan de ouders en; vol- gens haar, het niet toegerust zijn van de v.h.mo.-scholen om kinderen van ouders zonder v.h.m.o-opleiding op te vangen

WONINGBOUW

OPENHEID

-Een nieuw jaar is weer begonnen en er ope- nen zich weer nieuwe mogelijkheden; er opent zich weer een nieuw perspectief.

· Ook voor de V.V.D.?

Waarom niet?

Wie een beetje langer in de politiek meeloopt, weet van ups and downs, en weet dat je die wat filosofisch moet bekijken.

· Niet te hàrd juichen bij winst, niet te onthutst zijn bij verlies. Ook je niet ·te veel aantrekken van 'wat an-' deren zeggen. Niet, qat je dat.

laatste geheel moet negeren.

Er zou wel eens een korrel- tjè waarheid in kunnen schuilen.

Wij moeten open staan voor kritiek, open voor zelf- kritiek, open voor verande- ringen, die misschien ge- wenst zijn. Maar ook open voor de b€zwaren van ver- anderingen. Niet met veran- deringen instemmen ómdat het veranderingen zijn.

Open voor een objectieve beoordeling van de dingen.

Laten de vrouwen, die naar het ons voorkomt, iets minder emotioneel gerea- geerd hebben op de tegen- slag verleden jaar dan· vele mannen, laten de vrouwen zich nu niet afzijdig houden, maar echt mee doen met wat er gaande is.

Copie voor deze rubriek te zen- den aon: Mej. Joh. H. Springer, Alexanderstraat 16, Haarlem.

• Richtliinen-

opgesteldindevorm van een stel vragen:

Als de op handen zijnde wijziging er door is, ligt die weer een tijdlang vast, hoe wij er later ook over zouden moppere,n. (Tussen haakjes eri ·onder ons gezegd: zou '59 niet. een veel juister tijdstip . voor reorganisatie zij:ri ge.- · weest dan mi? Maar n·ak:aár- tën heeft geeri zin) ..

· • Zij . zijri .bedö_eld ·, óm . in ..

· . vróuwèn-bij eènkoinsten · be- . hándeld te wordén,· zondèr Wij vrouwen doen dtis mee

in het partijlèven, in de eer- ste plaats in onze eigen af- delingen. Wij doen ook mee, op onze eigen manier, met de propaganda voor de ver- kiezingen. En daarbij moe- ten wij open staan voor mis- schien eigen tekortkomingen wat betreft politieke scho- ling. Wij moeten met bui- tenstaanders er over kunnen praten.

Daarom zijn er z.g.

· dat er een top-spr-eekster van buiten-gevráagd w~rdt.

De deelneemsters aan zo'n bijeenkomst· moeten er echt aan deelnemen, d.w.z. zelf nadenken en meepraten.

Nu wij het toch over top- spreeksters hebben: nodigt alsjeblieft geen kamerleden uit voor een handjevol pu- bliek. Zij zijn overbelast en kunnen hun tijd alleen ge- ven voor volle zalen!.

Behalve die zg. Richtlij-

nen is er onlangs ook weer een vragenlijst uitgegaan namelijk over

Radio en televisie

opgesteld door mevr. van Someren-Downer. De ant- woorden hierop ontvangt zij en ontvangen daarom· wij graag vóór15 maart e.k.

Een kleine wenk: de vra- gen behoeft men bij' de ant- woorden niet over te schrij- ven; het nummer is voldoen- de. Eventueel kan 'men·· dë aGhterkant van het pápièr

·gebruiken.

Van "RjchtÜjnèn". en bo:.

verigerioemdé v_ia.genlijst

IX

Zijn nog ë:Xemplaren te krij- gen.

Misschien wordt er :bin- nenkort nogwat uitgezonden maar· dàt is n·og -in behande~

ling.

Nogmaals openheid

Openheid hebben wij hier boven gezet. Zouden wij dat woord niet kunnen gebrui- ken bij onze propaganda in plaats van de veel gebruikte, maar ook zo veel misbruikte vrijheid? Zelfs tegenstanders

van ons bedienen zich daar- van.

Open willen wij staan voor alles wat de toekomst brengt Geen vasthouden aan verou- derde opvattingen, aan star- re principes, maar openstaan om alles wat zich voordoet, te keuren.

Open voor de denkbeel- den van anderen; open voor de noden en behoeften van zwakkeren; open voor .zo- veel, vult U zelf maar in.

. Openheid voor de indivi- duele. mens om alle kansen te krijgèn zijn beste krach..:

ten te ontplooien.·

Openheid. voor alle moge~

lijkhecten van het leven; . Ook open voor volharding en vertrouwen. Wie waar- -achtig gelooft in de eigen

· goède zaák; kijkt .verder dan de ogenblikkelijke tegen- spoed. Het gaat tenslotte niet eens om de V.V.D., die ook, als alle politieke partijen, maar een tijdelijke organisa- tievorm is. Het gaat om het doordringen van de liberale beginselen op den langen duur en in de hele wereld.

J.H.S.

(5)

VRIJHEID EN DEMOCRATIE

3 JANUARI 1963 - PAGINA 5

Het winkelcentrum in het brandpunt der belangstelling

Duidelijke samenhang tussen drie belangrijke factoren

De problematiek van het winkelcentrum stàat in alle landen, waar de economische bedrijvigheid expansie zoekt, in het brandpunt der belang- stelling. De factoren, welke tot dit opvallende veJ:schijnsel hebben geleid, zijn in wezen dezelfde: de in- en uitwendige groei van de grote stedelijke gemeenschappen als gevolg van de bevolkingsàanwas . en de stormachtige ontwikkeling van het wegverkeer, het streven naar een harmonische ruim- telijke ordening van de zijde van de overheid en de structuurveranderin- gen van het distributie-apparaat.

Tussen deze drie factoren bestaat een duidelijke samenhang, waaruit volgt, dat men bij het nastreven van concrete oplossingen naar een synthese zal moeten streven. Overheid en bedrijfsleven, stedebouwkundigen, plano- logen architecten, verkeersexperts en economen zullen het met elkaar eens

moet~n

zien te worden over een gemeenschappelijke gedragslijn, berus- tend op weloverwogen visie op de toekomst.

Dat is geen eenvoudige opgave, omdat de ontwikkeling van de moderne samen- leving een wel zeer dynamisch karakter vertoont, de eisen der O'llderscheidene deskundigen soms met elkaar strijden en de ruimtelijke mogelijkheden in het dichtbevolkte West-Europa - in het bij- zonder in ons land - beperkt zijn.

Veelal zal dus in onderling overleg en na rijp beraad naar een compromis moeten worden gestreefd.

Gedurende de laatste jaren is in Neder- land de belangstelling voor deze com- plexe vraagstukken sterk gegroeid. Het is stellig een der verdienste'll van het Centraal Orgaan ter bevordering van de bouw van Middenstandsbedrijfs)!}anden"

(C.O.M.) - in 1955 opgericht door de sa- menwerkende middenstandsbonden en het ministerie vàn Economische Zaken tot het geven van voorlichting omtrent de ve'Stigingsmogelijkheden in nieuwe woO'llwijken - dat het de kat de bel heeft aangebonden door het organisere!l v~n

een Studiedag over winkelplanmug m november 1958 te Scheveningen.

Siridsdieri is de kring der belangstellen- den sterk gegroeid en het aantal bijeen- komsten welke de winkelplanning tot onderwe'rp van beraadslaging had- den elk jaar toegenomen. Dat is een ver- heugend·. verschijnsel, want vóór de oor- log besto~'d voor deze problemen helaas maar weinig aandacht.

Reeds in de oudheid

Over het algemeen heeft de winkelves- tiging zich historisch van het centrum uit ontwikkeld. Dat was al in de oud- heid het geval, toen de koop- en ambachtslieden zich ophielden en later blijvend vestigden bij de àgora, de for?;

de marktpleinen, rond de kerk en biJ bruggen. Toen later, veelal langs de t<;>e- gangswegen, stad en dorp zich uit~reid­

den werd de onderbouw van womngen tot bedrijfsruimte bestemd.

Dit weinig geordende proces heeft het aanzijn van buurtwinkels (de zaak op de hoek) en later aan buurtverzorgende winkelcentra gegeven. Steeds bestaat er

·verband tussen aard en omvang van het winkel-, ambacht- en dienstverleni~gsap­

paraat en de woongemeenschap 1~ de naaste omgeving, tussen de econ~m1sche bedrijvigheid en de koopk~achtige. be- .volking, die bij verplaatsmg bulten- waarts op de voet wordt gevolgd.

Dat deze natuurlijke aanpa'SSing uit stedebouwkundig en architectonisch oog- punt bedenkingen ontmoet, werd voor- heen meestal verónachtzaamd. Trouwe~s in de kring van stedebouwers en arch~­

tecten bestond toeri dooreengenom~n wei-

nig interesse voor derge~ijk~ kleme o~~

J~ten en ook . de overheld het deze Vnj

willekèurige ont:üikkeling öp haar be- loop. · ·

· Wel was er, .économiscli gezien,

·al sprake ·.van een taakverdeling. tu~e.n

·het ·centr).lm, waru; de meer .gespectah~

·seërde en duurzame gebruiksartikelen

·worden verkocht en de buurtwinkels, die in de dagelijkse levensbehoeften . voor•

'zien. Waar. pleinen ontstonden vond m~

.dikwijls . concentraties . van dergeh)- ke buurtver-Zorgende bedrijven.

Na de herzieni~g van de Woningwet in ·de jaren dertig is de gemeentelijke overheid in haar uitbreidingsplannen meer aandacht aan de vestigingsplaatsen voor het bedrijfsleven gaan schenken. Zij werd tot een meer planmatig beleid trou- wens genoopt door de bevolkingsaanwas en de hieruit voortvloeiende snelle toe- neming van het woon-werk-verkeer.

De noodzaak van een in breder verband opgezette ruimtelijke ordening was ont- staan en zij werd door de alle progno- ses overtreffende groei van het motori- Sche verkeer in de laatste decennia als onontkoombaar bestempeld.

Weinig benijdenswaardige taak

De overheid kreeg de weinig benijdens- waardige taak toebedeeld om orde te scheppen in een dreigende chaos, om de activiteiten van het bedrijfsleven, bouw- wereld en vervoersondernemingen te co- ordineren en om het verkeer zoveel mo- gelijk bewegingsvrijheid en parkeerruim- te te bieden . .Zowel de wetgeving op de ruimtelijke ordening als de verkeers- maatregelen hebben deze stormachtige ontwikkeli'!lg helaas te traag gevolgd, waardoor er ook in formeel opzicht vele knelpunten zijn ontstaan.

In het bijzonder is dit het geval, waar men in de oude binnensteden, tevens hart va'!l het lokale bedrijfsleven, te kampen heeft met het bestaande stramien van veelal te smalle wegen, binnen welke de bebouwing gewoonlijk op on-economi- sche wijze is gegroepeerd. Aldus veroor-

...

: :

i door F. L. van. der Leeuw i

• •

...

zaakt het verkeer aantrekkende stadscen- trum congesties van stilstaànde en <lang- zaam) bewegende vervoermidelen en dreigt op den dutlr te ver!;tikk~n. .

Grote doorbraken in de city zijn niet alleen uiterst kostbaar en tijdrovend, kunnen historisch waardevol stedeschoon op onaanvaardbare wijze aantasten en daarmee het centrum . in aantrekkings- kracht devalueren, maar bieden, nam:: te- genwoordig wel algemeen wordt erkènd, geen duurzame oplossing.

Aldus ontstaat het kernprobleem: het centrum uit de omknelling te bevrijden, het nieuwe levenskansen te bieden, het bereikbaar te doen blijven, zonder de es- sentiële waarden aan te tasten.

Een enkelvoudig of meervoudig ringwe- genstelsel om het centrum met enke~e

radiale verbindingen en goede aansim- tingen op de invalswegen ·is zo~el ste~

debouwkundig als verkeerstechmsch de geëigende oplossing.

Daarnaast zal naar een zekere decen- tralisatie van economische activiteiten en een analoge spreiding van het verkeer moeten worden worden gestreefd. Grote kantoren naar de buitenwijken, bij voor- keur nabij hoofdverkeerswegen verplaat"

sen· de industrie in min of meer afzon- deriijke, aan de periferie. gelegen aan- eengesloten gebieden met e1gen verkeers- voorzieningen te water, langs de weg en de rail onderbrengen; het ope~baar ve.~­

voer zoveel mogelijk langs e1gen, vriJ- liggende banen, aan de ·nieuwe situatie aanpassen zo, .. dat het woon-werk-verkeer buiten het ce.ntrum om ka.n worden _g~­

leid; ziedaar enkele middelen, . welke m de praktijk· toepassing vinden, maar nog

·steeds veel weerstand ontmoeten als ge~

·volg van. het ruimtegebrek bin11en de ste- -delijke agglomeraties. · . · . . ·

· :Daarbi} komt, dat me)\1 ..rek~nmg heeft te houden · mét · hèt. vrij ~ote aantal, werknemers, dat buiten ·de· woonplaats werkzaam is. Daarmee· komt het st~ek­

.vervoer teri.•tonele, dat onder ·.cie bestaan- de wetgeving ook . al . moeilijk de jui_ste

gestalte

kan vinden: ·

Wijk- en buurtwinkelcentra

Decentralisatie van economi!'che activi-

~iten der detailhandel- en dienstv:erle~

ningsbedrijven vond, zoals reeds werd opgemerkt, van nature plaats i~ de wijk- en buurtwinkelcentra. In de meu-

·we uitbreidingen van dorp en stad wor- den op de grondslag van stedebouwkun-

dige maatregelen die vooraf weloverwo- gen concentraties bewerkstelligd. De ver- deling van de bedrijfsruimten over de onderscheidene branches en bedrijfsvor- men geschiedt, waar de overheid een vin- ger in de pap heeft, volgens een schema, dat in de eerste plaats op de behoefte- voorziening van de verbruikers is afge- stemd.

Het C.O.M., de Kamer van Koophan- del en Fabrieken, de E.T.I.'s dan wel de plaatselijke organisaties van het bedrijfs- leven worden in vele gevallen daarbij geraadpleegd.

Het schijnt, dat tegenwoordig - geheel in tegenstelling tot de periode vóór de oorlog - elk gemeentebestuur, dat zich- zelf respecteert, een of meer moderne winkelcentra op zijn naam wil brengen.

Dat is lofwaardig, maar toch niet geheel zonder bedenking, omdat de neiging, de capaciteit van de lokale gemeenschap te overschatten, niet denkbeeldig is. De be- staande kern kan daaronder lijden en de toewijzing van nieuwe vestigingsplaatsen gebeurt wel eens met terzijdestelling van redelijke aanspraken van het midden- en kleinbedrijf.

Ook de plaatsbepaling van het win- kelcentrum te midden van de woonbe- bouwing en ten opzichte van de hoofd- verkeerswegen is wel eens minder ge- slaagd, waarvan het winkelcentrum Ley- weg te 's-Gravenhage een sprekend voor- beeld is. Dit bloeiende koopcentrum wordt doorsneden door twee kruisende hoofdverkeerswegen en heeft veel te wei- nig vrijliggende parkeerruimte, twee fa- tale gebreken!

Dit koopcentrum, aanvankelijk opgezet ter verzorging van de wijk Morgenstond met ca. 30.000 inwoners, is blijkens een onderzoek van het Economische Instituut voor de Middensta'!ld, mede door de ves- tiging van een warenhuis, vier filialen van groeitwinkelbedrijven en vier super- markten, uitgegroeid tot een geïntegreerd interwijk-winkelcentrum.

De bezoekerskring (op drukke dagen ca. 25.000 personen) is nog in hoofdzaak afkomstig uit de binnen een straal van 2.5 km. liggende' aangrenzende woonwij- keh doch het aantal bezoekers va'll el- der~ vooral uit het nabijè _ Westland, nee~t toe .. Uit. dien hoofde kdjgt het ge- leidelÜk het karakter van een "shopping- center" of stadsdeelcentrum, op den duur wellicht - als het gemeentebestuur de ge- maakte fout i.n de opzet wil herstellen - van een streekcentrum.

Amstelveen:

geslaagd voorbeeld

Reeds werd opgemerkt, dat het enkele karakteristieke kenmerken van het eigen- lijke stadsdeelcentrum mist. Gelukkig biedt Amstelveen een veel beter geslaagd :voorbeeld, evenals trouwens de Rotter-

damse ·Lijnbaan, welke echter en ty- pisch city-centrum is. Primair uitga'!lgs- punt is, dat de verscheidenheid van de samenstellende delen - warenhuizen, su- permarkten, winkelgalerijen e?-. -hov~?-·

postkantoor, reisbureau, exped1~1ebednJ!,

bankfilialen, bioscoop, cafetana, cafe- .restaurant, speelweide met crèche, gezel- lige zitjes in het plantsoen en aan de vij- ver en zo meer - in één conceptie tot een eenheid worden gebundeld.

Daarbij komen dan als noodzakelijk

·complement van de stedebouwkundige. si- tuering, de architectonische V<?rmgevmg en de interne bedrijfsorganisatie, de on-

·misbare verkeersvoorzieningen: brede hoofdverkeerswegen (buiten het centrum om), verbinding gevende met nabije WOOngebieden, OOk die va:n. aangrenzen- de gemeenten; ruin"le parkeergelegenheid

(Amstelveen komt nu c..l te kort!), ben- -zine- . en servicestations en ándere voór-

"zïeriingen voor het ·wegverkeer; gunstig

·gekozen opstelplaatsen. voor het open ba•

re verVoer; birineri het centrum domein voor de vcietganger, die zich zich tijdens en ·na het · winkèle:h naar eigen ~euze moet kunnen verpozen. . .

De economische waarde van het stadse

·deelcentrum rsp. streekcentrum wordt

·voornàmelijk bepaald door . de concen- tràtie van

'n

zo groot mogelijke verschei- denheid van winkel-, ambachts- en dienstverleningsbedrijven op één plaats, waardoor het publiek in prettige sfeer zonder te groot tijdverlies een maxima- le keuze-mogelijkheid wordt geboden

· (one-stop-shopping). ·

·Het koopcentrum van zodanig formaat

vergt echter aanzienlijke investeringen en bedrijfskosten, ook van de deelnemende bedrijven, want niet alleen de eigen in- richting en exploitatie, doch ook de bij- komende gemeenschappelijke voorzienin- gen moeten worden bekostigd. De huur- bedragen liggen dan ook op hoog peil en zijn eerder hoger dan lager in de city.

Een blijvende, toenemende toevoer van koopkrachtige klanten is deswege voor een lonende exploitatie vereist.

Prof. v. d. Velden heeft berekend, dat een areaal van tenminste 2 à 400.000 koopkrachtige personen nodig is om zo'n centrum een redelijk economisch resul- taat te verzekeren. Bovendien vergt zo- danig koopcentrum veel grond - Amstel- veen beslaat 17.5 ha, waarvan 28.000 m2 wi'llkeloppervlakte in gebruik, met uit- breidingsmogelijkheid tot 42.000 m2, aan- vankelijke stichtingskosten rond 20 mil- joen gulden - zodat het stellig nfet ver- antwoord zou zijn in de dichtbevolkte Randstad Holland met haar toenemend ruimtegebrek maar lukraak stadsdeel- en streekcentra te stichten.

Buiten het·Westen des lands is het eco- nomische draagvlak te smal, met uitzon- dering wellicht van de Limburgse Mijn- streek met een gunstig eigen koopkracht en een lucratief grensverkeer. De plan- nen voor het stichten van nieuwe koop- centra dienen van ook intergemeentelijk, zo nodig onder supervisie van het pro- vinciaal bestuur en zijn planologische dienst te worden beoordeeld.

Waarschuwing.

Trouwens, de staatssecretaris van Eco- nomische Zaken heeft in de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer betref- fende de begroting voor 1962 desgevraagd verklaard, dat het ontbreken van vol- doende planning tot onrendabele inves- teringen kan leiden. Hij waarschuwde te- gen initiatieven, die meer schijnen te zijn ingegeven door ontwikkelingen el- ders dan door de behoefte, zoals die door de plaatselijke en regionale situatie wordt bepaald.

Hij gaf de gemeentebesturen dan oök in overweging de ·nodige voorzichtigheid te betrachten en geen beslissingen ·te nemen dan na grondig onderzoek en deskundi- ge voorlichting.

Deze officiële waarschuwing is symp- tomatisch voor de stichtingsdrift, welke in verschillende delen des lands met be- trekking tot de winkelcentra tot uiting komt. Een karakteristiek voorbeeld daar- van levert de conglomeratie ·Leiden-Den Haag-Delft. Te 's-Gravenhage. bestaat het centrum Leyweg en is een plan voor De Stede bin'llen hetzelfde rayon in·. opzet goedgekeurd. Er bestaat .een project voor Mariahoeve (tegen de grens met Wasse- naar) en ,Leidschendam wil op een af- stand van hemelsbreed ± één kilometer ook een shopping-center stichten.

Rijswijk heeft een breed opgezet plan al in ontwikkeling. Leiden heeft er voors- hands van afgezien. Het is duidelijk, dat in dit gebied van het goede te veel dreigt te komen. Intussen investeren grote en kleine bedrijven in het Haagse stadscen- trum miljoenen om bij de tijd te blijven;

een centrum, waar de sanering een halve eeuw achterblijft en dat voor het verkeer steeds ontoegankelijker wordt.

Steeds krachtiger klinken dan ook de stemmen van degenen, die betogen, dat men bij het bepalen van het beleid te dezer zake de publieke en economische belangen van het zakencomplex in het stadscentrum - en dat geldt evenzeer voor de kleinere gemeenten - zwaar moet laten wegen, opdat het niet nog verder in de verdrukking kome. Naast de ont- plooiing van eigen initiatieven door het betrokken bedrijfsleven - in Den Haag sa- menwerkend in het Comité Stadsontwik- keling 's-Gravenhage - ~al het geme~nte­

bestuur tijdig de vereiSte, ongetwiJfeld kostbare maatregelen moeten treffen tot wederontsluiting en hernieuw(ie opbloei van het hart der lokale gemeenschap de

city.. .

Van de overheid mag tenmmste wor- . den verlangd, dat zij haar voorzieningen

ten behoeve van de binnenstad synchro- niseert met het .tot ont:wikkeli:ng laten ko- men van· · verantwoorde plannen voor stadsdeelcentra. Dat men daarbij over de gemeentegrenzen heen moet zien, werd al

tevoren betoogd. ·.

Aan dit bijzonder actuele probleem heeft een werkgroep onder leiding van prof. dr. J. F. Haccoû,. samengesteld uit verschillende deskundigen en v~~­

aanstaande ondernemers, onder ausplCl- en van de Gemeentelijke Universiteit te Amsterdam een belangwekkende studie

"Het stedelijk centrum en zijn functies"

gewijd. . .

De voornaamste conclusie lmdt: "Zon- der een gezond primair winkelcentr':m in de city is een shopping-centrum met derikbaar althans niet in de grote stede'll naar N~derlandse verhoudingen". De plaatsruimte ontbreekt om hierop thans nader in te gaan.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Snel inzicht in de oorzaak van de betalingsachterstand en de financiële situatie van de klant Om klanten met betalingsproblemen te helpen aan een passende oplossing is het van

Met het oog op een verhoogde slagkracht en efficiëntie heeft het bestuur van de stichting zich voorts tot doel gesteld om in het komende jaar een aantal

Gezien het ontbreken van een grondslag is het op dit moment voor gemeenten niet mogelijk om deze betalingsachterstanden te verstrekken aan de schuldhulpverlener, terwijl dit –

De 3 ruime slaapkamers zijn allemaal voorzien van openslaande deuren naar het grote zonneterras over de gehele lengte van de woning met vrij uitzicht over de dorpskern van

Heel wat organisaties verspreiden bruikbaar materiaal. Nog steeds worden wereldwijd, ook bij ons, zowel de Fundamentele Rechten van de Mens, als de rechten van kinderen

Ik denk dat juist hier geldt, dat wat voor de één vanzelfsprekend is voor de ander voelt als armoede. Voelt het niet goed en is het niet nodig doe het dan niet. Is het wel nodig

'Zonder polarisatie is de kans groot dat onze partij verdwijnt in de anonimiteit. Er moet over ons gesproken worden. Hoe dan ook. En gelukkig 'is onze tegenstander nog

Wat we vaak nodig hebben zijn mensen die goed kunnen typen, mensen die onze 4 telefoonlijnen kunnen bemensen, mensen die lopende en oudere archieven op orde kunnen brengen, mensen