limburg.be provincie Limburg
Universiteitslaan 1 B-3500 HASSELT
alle campagnefoto’s ‘Maak het mee’: Paul Delaet
MEEr wETEn?
wEBSiTES:
www.groeimee.be
BoEkEn:
Hink-Stap-Sprong, ontwikkeling
Jo Voets, Lieve Michielsen en Sarah Hertens. Garant, 2005
Hink –Stap-Sprong, ouderlijke vaardigheden
Jo Voets, Lieve Michielsen en Sarah Hertens. Garant, 2005
Voor informatie of advies kan je terecht in de opvoedingswinkel in je buurt.
www.groeimee.be De opvoedingswinkel bij jou in de buurt:
Opvoedingswinkel Genk www.opvoedingswinkel.be 089 36 79 40
Opvoedingswinkel Hasselt www.opvoedingswinkelhasselt.be 011 21 14 17
Opvoedingswinkel Maasland www.opvoedingswinkelmaasland.be 0474 300 300
Opvoedingswinkel Noord-Limburg www.opvoedingswinkelnoordlimburg.be 0474 96 64 90
Opvoedingswinkel Haspengouw www.opvoedingswinkelhaspengouw.be 011 75 60 91
Opvoedingswinkel Beringen onderwijsengezin@beringen.be 011 74 67 46
Opvoedingswinkel West-Limburg www.opvoedingswinkelwestlimburg.be 0496 87 81 50
Meer info over opvoedingsondersteuning in Limburg:
Steunpunt Opvoedingsondersteuning www.limburg.be/opvoedingsondersteuning 011 23 82 22
limburg.be/opvoedingsondersteuning
provincie Limburg Universiteitslaan 1 B-3500 HASSELT
i.s.m.
Limburgs netwerk opvoedingsondersteuning
wAT wETEn wE?
Kinderen ontwikkelen zich van klein naar groot, van nog niet zoveel kun- nen naar meer kunnen, van simpele kinderlogica naar ingewikkelde re- deneringen. Ontwikkeling gaat een beetje vanzelf. Aanleg en erfelijkheid spelen daarbij een rol. Alle kinderen ontwikkelen zich ongeveer volgens hetzelfde patroon. Bij de ene ligt het tempo al wat hoger dan bij de ande- re. In elke leeftijdscategorie staan een aantal stappen in de ontwikkeling centraal. Het is belangrijk voor de verdere ontwikkeling dat deze stappen gezet worden.
Tussen 2,5 à 3 jaar en 6 jaar gaat je kind naar de kleuterschool. De wereld van de kleuter wordt steeds groter. Er komt veel op hem af en hij moet veel leren. In deze periode staat de taal- en denkontwikkeling centraal.
Wanneer je kind start in de kleuterschool zegt het zijn eerste eenvoudige zinnetjes. Aan het einde van de kleuterschool leert je kleuter redeneringen opbouwen en kan hij verhalen navertellen.
Daarnaast zien we een evolutie van de fijne motoriek: je driejarige kleuter kribbelkrabbelt er op los, als hij 5 à 6 is kan hij al herkenbare figuren teke- nen. Kleuters beginnen met de ontwikkeling van een geweten, ze zijn de koppigheidsfase van de peuters voorbij en groeien naar meer zelfstandig- heid. Vriendjes worden belangrijk. Kleuters kunnen al fijn samenspelen.
Ouders hebben invloed op de ontwikkeling van kinderen. Naast aanleg zijn immers ook de ervaringen die kinderen opdoen van belang voor hun ontwikkeling. Opvoeden is je kleine kind helpen bij het groot worden. Dat doe je door te sturen, te steunen en te stimuleren.
STUrEn: je zegt wat je verwacht, stelt grenzen en stuurt bij.
STEUnEn: je geeft je kind liefde, aandacht, zorg, warmte en een veilige thuis.
STiMULErEn: je moedigt je kind aan om dingen te ontdekken en te leren.
Sturen, steunen en stimuleren zijn de taken die ouders opnemen om hun kinderen alle kansen te geven bij het opgroeien.
wAAr kAn jE op LETTEn?
DE LEEfwErELD vAn DE kLEUTEr
kleuters willen volop de buitenwereld ontdekken. Het zijn echte speel- vogels. vaak houden ze van rennen, klimmen, roepen, … verwacht niet van je kleuter dat hij al lang met hetzelfde kan bezig zijn, hij heeft veel afwisseling nodig. Dat kan heel druk en vermoeiend zijn.
prATEn En DEnkEn
je kleuter leert steeds beter praten. Hij maakt duidelijke zinnen en kan al gebeurtenissen navertellen. Al leert je kleuter veel bij in deze peri- ode, soms heeft hij ook nog te weinig taal om duidelijk te maken wat hij precies bedoelt. Dit kan tot frustraties en agressief gedrag leiden.
Driftbuien zijn in deze fase nog heel gewoon. je kind is nu heel nieuws- gierig. Heel typisch zijn de waarom-vragen.
oMgAAn MET AnDErEn
je kleuter leert rekening houden met anderen. Hij leert samen spelen met leeftijdgenootjes. Meestal is dat fijn, maar ook ruzie maken hoort er bij. Voor een kleuter is het nog moeilijk om om te gaan met boosheid. Hij uit die vaak op een fysieke manier. Een kleuter wil niet altijd meteen luiste- ren. Hij moet nog leren rekening houden met de regels van volwassenen.
Hij heeft nog veel uitleg nodig bij wat mag en niet mag. Hij vraagt zich wel eens af of je hem nog graag ziet als hij stout is geweest.
LicHAMELijkE onTwikkELing
Door te spelen leert je kleuter elke dag bij. Hij leert fietsen op een drie- wieler, schommelen, een bal gooien en vangen, springen, … Je kleuter ontdekt allerlei materialen. Eerst verft hij met vingerverf, daarna kleurt hij binnen de lijnen en leert hij knippen.
wAT kAn jE DoEn?
goede afspraken maken goede vrienden. Herhaal de afspraken regelma- tig. Bv rennen mag buiten en in de gang, rond de tafel rennen mag niet.
je kind leert nu heel veel bij en fouten maken hoort daar bij. Blijf niet te lang boos.
neem de tijd om te luisteren en te praten met je kind. Vraag aan de hand van concrete vragen naar de belevenissen van de dag. Bv. ‘wat heb jij verteld in de praatronde’ of ‘met wie heb je gespeeld op de speelplaats’.
Samen boekjes lezen is gezellig en goed voor de taalontwikkeling.
Voorlezen geeft een moment van rust.
Stimuleer je kind om na te denken hoe de dingen in elkaar zitten. Zoek samen antwoorden op de vragen van je kind.
Samen spelen moet je leren. Geef je kind de kans om met andere kinde- ren te spelen. Soms zal je moeten tussenkomen.
geef je kleuter een complimentje wanneer hij fijn samenspeelt.
geef duidelijke regels aan en geef zelf het goede voorbeeld. Een kleuter leert immers veel door volwassenen na te doen.
Betrek je kleuter bij dagelijkse activiteiten zoals de boodschappen, koken en klusjes in de tuin.
Laat je kind merken dat je hem graag ziet. Hij vindt het fijn als je hem kietelt en knuffelt.
geef je kind ruimte en materialen om te spelen, binnen en buiten.
Toon interesse in knutselwerkjes van de school.
Samen spelen en knutselen is heel fijn voor je kleuter. jijzelf zal er ook plezier aan beleven.