• No results found

Zondagslezing 24 juli

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Zondagslezing 24 juli"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

kerk & leven

lezingen & Commentaar

16 20 juli 2016

Lezingen door de week | Maandag 25 juli: Tweede Brief aan de Korintiërs 4, 7-15 en Matteüs 20, 20-28 • Dinsdag 26 juli:

Wijsheid van Jezus Sirach 44, 1.10-15 en Matteüs 13, 16-17 of Jere- mia 14, 17-22 en Mateüs 13, 36-43 • Woensdag 27 juli: Jeremia 15, 10.16-21 en Matteüs 13, 44-46 • Donderdag 28 juli: Jeremia 18, 1-6 en Matteüs 13, 47-53 • Vrijdag 29 juli: Eerste Brief van Johannes

4, 7-16 en Johannes 11, 19-27 of Lucas 10, 38-42 • Zaterdag 30 juli:

Jeremia 26, 11-16.24 en Matteüs 14, 1-12 • Zondag 31 juli (Acht- tiende zondag door het jaar) Prediker 1, 2; 2, 21-23 – Brief aan de Kolossenzen 3, 1-5.9-11 – Lucas 12, 13-21.

eucharistie op radio | 24 juli, 10 uur, VRT Radio 1: vanuit abdij Keizersberg in Leuven.

eucharistie op tv | 24 juli, 10.30 uur, KRO via NPO 2 (Neder- land 2): vanuit de basiliek van het heilig dacrament in Meerssen, in Nederlands Limburg.

commentaar bij de zondagslezingen c-jaar

— Luc Devisscher —

Geen knollen voor citroenen

Evangelie • Maria koos ervoor om in het huis van haar zuster naar het woord van de Heer te luisteren. Het beste deel, zo leerden we vorige zondag. Tijd voor een nieuwe le- ring, over ‘bidden’. Lucas toont ons Jezus als een man van gebed. Twee voorbeelden: bij de doop opent zich de hemel terwijl Hij in gebed verzonken is (zie 3, 21-22) en de apos- telen worden gekozen na een nachtronde van gebed in de bergen (zie 6, 12-16). Hier nu zijn de leerlingen getuige van het gebed van Jezus. Eén van hen merkt op dat Johannes de Doper zijn leerlingen heeft leren bidden. Zou hun Heer dat ook hun niet kunnen aanleren?

Jezus gaat in op de vraag. Het lijkt alsof Hij ze had verwacht. Hij doet dat niet met een theoretische verhandeling, maar met een praktijkvoorbeeld. Biddend leert Hij ons God als Vader/Moeder te zien. Het Onzevader is sindsdien het gebed bij uitstek onder de christenen. Hoewel woord van God (en dus beste deel), is het toch geen starre for- mule. Vanaf de advent bidden we het zelfs met enkele andere woorden, gelijkluidend voor Vlaanderen en Nederland (zie commentaar bij vastenzondag 1 in kerk & leven van 16 februari 2016).

Meer dan zich te richten op de vormgeving van het Onzevader wordt de lezer aan- gespoord ook voor zichzelf de vraag te stellen: „Heer, leer ons bidden.” Bidden voorbij de aangeleerde woorden. Onszelf leren zien als kinderen van dé Vader/Moeder. Hoe doe je dat? Jezus geeft hier zijn leerlingen ‘tips en trucs’ mee.

Bidden is bescheiden aandringen bij de Vader voor datgene wat je nodig hebt. God bedriegt niet. Heb je brood, vis en eieren nodig, dan krijg je dat ook. Bid en vraag om te krijgen, zoek om te vinden. Bij God klop je nooit tevergeefs aan. God is als een vriend die niemand in de steek laat. Hij is de Barmhartige Vader/Moeder. Ook wij – ondanks onze ‘morele onbehouwenheid’ – (zie lezing van Paulus) kunnen zo handelen voor on- ze vrienden en kinderen. Hoeveel te meer mag je niet van God de Vader verwachten?

De Vader staat in goedheid hemelhoog, gebogen over de aartsvaders en aartsmoeders.

Jezus eindigt met een hemelse uitsmijter. Naast goede gaven heeft de Vader in de hemel bovenal de heilige Geest in het aanbod. Voor wie er Hem om vraagt. Misschien is dat wel het meest vruchtbare gebed, bidden om de Geest. Het werd na hemelvaart de belangrijkste drijfveer in de vroege Kerk. Na Pinksteren noteert Lucas in zijn tweede boek hoe allen die het geloof hadden aangenomen zich trouw bleven wijden aan het breken van het brood en het gebed (zie Handelingen 2, 42). Laten ook wij dit gebed ver- derzetten: „Kom, heilige Geest, kom!”

Eerste lezing • God staat voor de uitdaging zijn gedane belofte aan Abraham en Sa- ra waar te maken. Dat kan maar goed aflopen als Abraham en zijn nakomelingen zich houden aan de weg die God uitgestippeld heeft. Sodom en Gomorra zijn daarbij strui- kelblokken. De twee steden staan bekend als oorden van verderf. Alle ondeugden wor- den er gebotvierd. Dat zou ook Abraham en Sara op het slechte pad kunnen brengen.

God besluit ter plaatse een onderzoek te laten instellen. Het moet maar eens uit zijn met dat gedoe daar in de diepte van Sodom.

Abraham staat nog steeds in het aanschijn van God. Hij raapt zijn moed bijeen en stapt op Hem af. In een poging alsnog de rechtvaardigen – onder wie zijn neef Lot en zijn gezin – in de stad te redden, begint hij een rondje joods schipperen met God. De onderhandelingsmarge is op zijn minst merkwaardig: hoe minder rechtvaardigen ge- vonden worden, hoe meer boosdoeners er gered zullen worden. Abraham dingt af tot tien, vandaag nog steeds het minimum getal voor het voortbestaan van een synagoge.

De bereidheid van de hemelse God om de stad niet te vernietigen, staat in schril con- trast met de volstrekte afwezigheid van menselijke rechtvaardigheid. Daardoor zal het aardse Sodom zichzelf onherroepelijk de das omdoen.

Lezing uit Paulus • In het doopsel zijn de Kolossenzen met Christus begraven, maar daarom niet dood. Integendeel, in Hem zijn ze ook mee opgewekt. Geloven in de kracht van God doet zelfs de boosdoeners opnieuw leven. Van alle bezwarende geschriften over onze zonden maakt de levende God splinterhout aan het kruis. Er is hoop, ook voor die van Sodom en Gomorra?

• De commentaren op de Schriftlezingen zijn op Twitter te volgen via @DevisscherLuc

• Reacties welkom via luc.devisscher@ccv.be

EERSTE LEZING

genesis 18, 20-32

In die dagen zei de Heer: „Luid stijgt de roep om wraak uit Sodom en Go- morra op! Uitermate zwaar is hun zonde! Ik ga naar beneden om te zien of hun daden werkelijk overeenstemmen met de roep die tot Mij is doorge- drongen; Ik wil het weten.” Toen gingen de mannen op weg in de richting van Sodom. De Heer bleef echter nog bij Abraham staan.

Abraham trad op Hem toe en zei: „Wilt Ge werkelijke met de boosdoe- ners ook de rechtvaardigen verdelgen? Misschien zijn er vijftig rechtvaar- digen in de stad; zult Gij die dan verdelgen? Zult Gij de stad geen vergif- fenis schenken omwille van de vijftig rechtvaardigen die er wonen? Zoiets kunt Ge toch niet doen: de rechtvaardigen samen met de boosdoeners la- ten sterven! Dan zou het de rechtvaardigen vergaan als de boosdoeners;

dat kunt Ge toch niet doen! Zal Hij die de hele aarde oordeelt, geen recht laten geschieden?” En de Heer zei: „Als Ik in de stad Sodom vijftig recht- vaardigen vind, zal Ik omwille van hen de hele stad vergiffenis schenken.”

Abraham begon weer en zei: „Mag ik zo vrij zijn tot mijn Heer te spre- ken, ofschoon ik maar stof en as ben? Misschien ontbreken er aan de vijf- tig rechtvaardigen vijf; zult Gij dan toch om die vijf de hele stad verwoes- ten?” En Hij zei: „Ik zal haar niet verwoesten als Ik er vijfenveertig vind.”

Opnieuw sprak Abraham tot Hem: „Misschien zijn er maar veertig te vinden.” En de Heer zei: „Dan zal Ik het omwille van die veertig niet doen.”

Nu zei Abraham: „Laat mijn Heer niet kwaad worden als ik nog eens aandring: misschien zijn er maar dertig te vinden.” En de Heer zei: „Ik zal het niet doen als Ik er dertig vind.”

Abraham zei opnieuw: „Ik ben wel vrijpostig als ik bij mijn Heer blijf aandringen; maar misschien worden er maar twintig gevonden.” En de Heer zei: „Ook omwille van die twintig zal Ik de stad niet verwoesten.”

Abraham zei nogmaals: „Laat mijn Heer niet kwaad worden als ik nog één keer spreek; misschien zijn er maar tien te vinden.” En de Heer zei:

„Ik zal de stad niet verwoesten omwille van die tien.”

TWEEDE LEZING

brief aan de kolossenzen 2, 12-14

Broeders en zusters,

In de doop zijt gij met Christus begraven, maar ook met Hem verrezen door uw geloof in de kracht van God die Hem uit de dood deed opstaan.

Ook u die dood waart ten gevolge van uw overtredingen en door uw zondig bestaan heeft God weer levend gemaakt met Hem. Hij heeft ons al onze zonden vergeven. Hij heeft de oorkonde verscheurd die met haar bezwarende bepalingen tegen ons getuigde. Hij heeft haar vernietigd en aan het kruis genageld.

EVANGELIE

lucas 11, 1-13

Op een keer was Jezus ergens aan het bidden. Toen Hij ophield, zei een van zijn leerlingen tot Hem: „Heer, leer ons bidden, zoals Johannes het ook aan zijn leerlingen geleerd heeft.”

Hij sprak tot hen: „Wanneer ge bidt, zegt dan: ‘Vader, uw Naam worde geheiligd, uw Rijk kome. Geef ons iedere dag ons dagelijks brood, en ver- geef ons onze zonden, want ook wij vergeven aan ieder die ons iets schul- dig is. En leid ons niet in bekoring’.”

Hij vervolgde: „Stel, iemand van u heeft een vriend. Midden in de nacht gaat hij naar hem toe en zegt: ‘Vriend, leen mij drie broden, want een vriend van mij is van een reis bij mij aangekomen en ik heb niets om hem voor te zetten.’ Zou die ander van binnen uit dan antwoorden: ‘Val me niet lastig; de deur is al op slot en mijn kinderen en ik liggen in bed; ik kan niet opstaan om het u te geven.’? Ik zeg u: als hij al niet opstaat en het hem geeft, omdat hij zijn vriend is, zal hij toch opstaan en hem geven al wat hij nodig heeft, om zijn onbescheiden aandringen.”

„Tot u zeg Ik hetzelfde: vraagt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult vinden; klopt en er zal worden opengedaan. Want al wie vraagt, verkrijgt;

wie zoekt, vindt; en voor wie klopt, doet men open. Is er soms onder u een vader die aan zijn zoon een steen zal geven, als deze hem om brood vraagt? Of als hij een ei vraagt, zal hij hem toch geen schorpioen geven?

Als gij dus – ofschoon ge slecht zijt – goede gaven aan uw kinderen weet te geven, hoeveel te meer zal dan uw Vader in de hemel de heilige Geest geven aan wie Hem erom vragen.”

Schriftlezingen

© Katholieke Bijbelstichting Breda, www.bijbel.net

24 j u l i 2016 – z ev e n t i e n d e zo n dag doo r h et jaa r

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Als ik U vind, Heer, dan groeit mijn liefde. Uw woord van liefde maakt vrij. Ik voel Uw hartslag in mij;. zo ontroerend. Een liefde

Smallstonemediasongs.com printed & distributed by: GMC Choral Music, Dordrecht - www.gmc.nl Vermenigvuldigen van deze bladmuziek zonder toestemming van de uitgever is

1988 Talpa Music t/a Classic Music, Laren,

Theoloog Bert Roebben heeft er zo zijn eigen idee over. Na vijf jaar Leuven en twaalf jaar Tilburg is de Vlaming nu professor aan de theologische faculteit in

Abraham zei nogmaals: „Laat mijn Heer niet kwaad worden als ik nog één keer spreek; misschien zijn er maar tien te vinden.” En de Heer zei: „Ik zal de stad niet verwoesten

Abraham zei nogmaals: „Laat mijn Heer niet kwaad worden als ik nog één keer spreek; misschien zijn er maar tien te vinden.” En de Heer zei: „Ik zal de stad

Ze hebben misschien aan mijn moeder toestemming ge- vraagd, maar dat ze een dosis me- dicijnen zouden toedienen die zijn overlijden zozeer zouden be- spoedigen, dat is volgens mij

Volgens zijn wettelijke vertegenwoordiger Jan, die wil dat van de patiënt enkel zijn initiaal ‘E.’ in de krant komt, was hij al lang voor die zelfmoordpoging van zichzelf en van