• No results found

Kunnen beslissen ofniet, dat is de vraag

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Kunnen beslissen ofniet, dat is de vraag"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

26 OPINIE & ANALYSE

DE STANDAARD

DINSDAG 8 MEI 2012

D E M O E I L I J K E F I N E S S E S VA N E E N N I E U W E E U T H A N A S I EW E T

Moet de euthanasiewet bij minderjarigen uitgebreid worden? Best, want nu is die louter symbolisch. Moet de euthanasiewet bij dementerenden aangepast worden? Ook, zegt HERMAN NYS, maar die kwestie is een stuk neteliger.

We kunnen ons niet voorstellen dat een minderjarige wordt

ontvoogd opdat hij of zij om euthanasie kan verzoeken

veel subjectiever en daarom onbruik- baar als medische omschrijving. Nu wordt dus gedacht aan ‘blijvend onbe- wust’ (DS 5 mei), wat weer dicht in de buurt lijkt te komen van ‘onomkeerbaar buiten bewustzijn’.

Wie beslist?

Volgens senator Philippe Mahoux (PS), zelf een arts, is het ‘onmogelijk om wet- telijk te bepalen wanneer iemand de- ment genoeg is om zijn vroegere wils- verklaring toe te passen’. Misschien is dat om politieke redenen wat overdre- ven, maar een gemakkelijke opdracht is het zeker niet. Zelfs als iemand erin zou slagen de medische toestand waarin een wilsonbekwame zich moet bevinden, te omschrijven, rijst er nog een andere vraag: wie zal uiteindelijk de beslissing nemen om euthanasie toe te passen? De betrokkene kan dat niet, want die is in- middels wilsonbekwaam. Hij of zij heeft wel verzocht om euthanasie in een voor- afgaande wilsverklaring, maar het is onmogelijk dat verzoek nog te herhalen (wat een voorwaarde is bij een actueel verzoek). Kunnen we dan wel nog spre- ken van levensbeëindiging op basis van een verzoek van de betrokkene? For- meel wel, maar de werkelijkheid is an- ders.

Een open parlementair en maatschap- pelijk debat kan misschien oplossingen voor dit moeilijke probleem aanreiken.

Maar het is ook mogelijk dat de wetge- ver op zijn eigen grenzen stuit.

De wet op de euthanasie bestaat bin- nenkort wordt op 28 mei tien jaar. In die periode is ze één keer aangepast door de wetgever: er kwam meer rechtszeker- heid voor apothekers die een euthanati- cum afleveren. Belangrijker zijn echter de ongeschreven aanpassingen in de hoofden. Euthanasie in een vroeg stadi- um van dementie werd bespreekbaar (zie Hugo Claus), net als bij psychiatri- sche patiënten en bij patiënten die lij- den aan een voltooid leven op basis van een actueel verzoek door een wilsbe- kwame patiënt.

Maar er zijn juridische grenzen aan die interne dynamiek. Meer bepaald eutha- nasie bij minderjarigen en bij wilsonbe- kwame personen (behalve wanneer zij onomkeerbaar buiten bewustzijn zijn) is nu wettelijk uitgesloten. Vandaar dat nu, niet voor de eerste keer overigens, wetsvoorstellen worden voorbereid om de wet uit te breiden. Wat de minderja- rigen betreft, zijn er sterke juridische argumenten om de wet aan te passen. Ze laat euthanasie wel toe bij zogenoemde

‘ontvoogde’ minderjarigen. Dat kan al- leen als ze huwen of na een beslissing van de jeugdrechter, dat komt dus maar heel zelden voor. Bij mijn weten werd nog nooit euthanasie op een ontvoogde minderjarige toegepast. We kunnen ons ook niet voorstellen dat een minderjari- ge zou worden ontvoogd opdat hij of zij om euthanasie zou kunnen verzoeken.

De euthanasiewet heeft hier dus louter een symbolische betekenis. Zowel de Raad van State als de Orde van artsen heeft er in 2002 al op gewezen dat er geen geldige argumenten zijn om het verzoek van een mondige en mature (maar niet ontvoogde) minderjarige bij voorbaat uit te sluiten. De huidige wet maakt een moeilijk te rechtvaardigen onderscheid tussen ontvoogde minder- jarigen (die wel om euthanasie kunnen verzoeken) en niet-ontvoogde minder- jarigen (die dat niet kunnen). Het gelijk- heidsbeginsel dwingt tot opheffing van dat onderscheid, ook al vragen minder- jarigen slechts uitzonderlijk om eutha- nasie. Omdat het om minderjarigen gaat, zullen bijkomende beschermings- maatregelen (minimumleeftijd, mede- zeggenschap voor de ouders, advies van

medisch deskundigen enzovoort) in de wet moeten worden opgenomen.

Eenvoudiger gezegd dan gedaan Euthanasie bij wilsonbekwame patiën- ten is een veel moeilijker probleem. De bestaande wet heeft een heel beperkt toepassingsgebied. Alleen wie onom- keerbaar buiten bewustzijn is, komt in aanmerking voor euthanasie op basis van een wilsverklaring die werd opge- steld toen de patiënt nog bekwaam was.

Het is niet toevallig dat de wetgever in 2002 gekozen heeft voor die beperkte omschrijving. Het gaat om een toestand die medisch gezien vrij gemakkelijk vast te stellen is: de persistent vegetatieve toestand.

Er bestaat inmiddels nagenoeg een con- sensus dat patiënten in een latere fase van dementie niet aan die voorwaarde voldoen. Zij zijn weliswaar wilsonbe- kwaam maar niet onomkeerbaar buiten bewustzijn. Opdat ook die patiënten in

aanmerking zouden komen voor eutha- nasie, dringt een wetswijziging zich in- derdaad op. Maar dat is eenvoudiger ge- zegd dan gedaan.

De hamvraag is hoe de medische toe- stand waarin die patiënten zich moeten bevinden, omschreven zal worden, en wie die zal vaststellen. In de vroeger in- gediende wetsvoorstellen kwam men er niet uit. Het wetsvoorstel van Bart Tom- melein (Open VLD) van 16 augustus 2010 stelde voor om ‘onomkeerbaar bui- ten bewustzijn’ te vervangen door ‘zich in een persisterende vegetatieve toe- stand bevindend’. Maar dat komt op het- zelfde neer en zou het probleem niet op- lossen. In het wetsvoorstel van Myriam Vanlerberghe (SP.A) van 28 oktober 2010 werd het volgende criterium voor- gesteld: ‘zich niet meer bewust zijn van zijn eigen persoon, zijn mentale en fy- sieke toestand en zijn sociale en fysieke omgeving’. Dat is (aanzienlijk) ruimer dan het huidige criterium, maar ook

Hoe bepaal je de precieze medische toestand van iemand in een latere fase van dementie?© Sabine Joosten/hh HERMAN NYS

Wie? Docent medisch recht in Leuven, adviseur bio-ethiek van de Europese Commissie.

Wat? Voor patiënten in een latere fase van dementie dringt zich een delicate wets- wijziging op.

Waarom? Hun toestand is niet zo eendui- dig vast te stellen en te omschrijven.

Kunnen beslissen of

niet, dat is de vraag

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• “ik dacht aan een bijbeltekst”: reflecteren vanuit eigen, persoonlijk zoeken... Geloofsvragen

- Vertrekken vanuit een gedeelde visie over het perinatale met alle partners Verbinding tussen eerste en tweede lijn:... - 98% van de eerstelijnszorg rond het perinatale

Ze zegt respect te hebben voor mensen die 'ervoor kiezen het lijden tot het einde te dragen' en voor mensen die ervoor kiezen vroegtijdig een einde te maken aan ondraaglijk

Weliswaar is het wenselijk dat een jeugdige jeugdhulp zoveel mogelijk binnen de regio kan krijgen, echter verplicht de Jeugdwet gemeenten niet om alle vormen van

Deze brochure en de gesprekken die we voeren, maken dat we onze zorg zo goed mogelijk kunnen afstemmen op wat de bewoner nodig heeft en belangrijk vindt.. Na het lezen van

Gimv kondigt de inkoop van eigen aandelen aan in het kader van een aandelenaankoopplan voor zijn personeel.. 29/01/2021 - 07:30

- dat type ‘begrijpend lezen’-onderwijs is zeer goed te toetsen omdat vormkenmerken van teksten bevraagd worden, maar het levert volgens PISA een vorm van leesbegrip op die

BEVEILIG JE ONLINE ACCOUNTS DUBBEL MET TWEESTAPSVERIFICATIE (2FA).. DA’S MAKKELIJK