• No results found

Ouderen in de WW of WGA: werkhervatting en achtergrondkenmerken, Onderzoek in het kader van de evaluatie van de IOW

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Ouderen in de WW of WGA: werkhervatting en achtergrondkenmerken, Onderzoek in het kader van de evaluatie van de IOW"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Ouderen in de WW of WGA: werkhervatting en achtergrondkenmerken, 2006-2009

Onderzoek in het kader van de evaluatie van de IOW

Lotte Oostrom en Jamie Graham

CBS, Centrum voor Beleidsstatistiek Maart 2011

(2)
(3)

Inhoud

Werkblad Inhoud

Toelichting Toelichting bij de tabel

Tabel 1 IOW potentieel naar instroom, uitstroom uit de uitkering en uitstroom naar een baan, als zelfstandige of naar pensioen, ultimo 2006 Tabel 2 IOW potentieel naar instroom, uitstroom uit de uitkering en uitstroom

naar een baan, als zelfstandige of naar pensioen, ultimo 2007 Tabel 3 IOW potentieel naar instroom, uitstroom uit de uitkering en uitstroom

naar een baan, ultimo 2008

Tabel 4 IOW potentieel naar instroom, ultimo 2009

Verklaring van tekens . = gegevens ontbreken

* = voorlopig cijfer

** = nader voorlopig cijfer x = geheim

– = nihil

– = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het getal is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid niets (blank) = een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen 2008–2009 = 2008 tot en met 2009

2008/2009 = het gemiddelde over de jaren 2008 tot en met 2009

2008/’09 = oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz., beginnend in 2008 en eindigend in 2009 2006/’07–2008/’09 = oogstjaar, boekjaar enz., 2006/’07 tot en met 2008/’09

In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen.

(4)

Toelichting bij de tabellen

Inleiding

Het Centrum voor Beleidsstatistiek (CvB) van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een onderzoek uitgevoerd naar de werkhervattingsmogelijkheden en de achtergrondkenmerken van de potentiële IOW populatie. Tot de potentiële IOW populatie behoren personen die mogelijk in aanmerking komen voor een uitkering in het kader van de Wet Inkomensvoorziening Oudere Werklozen (IOW) die per 1 december 2009 is ingegaan. Deze wet is een vangnet voor ouderen die hun baan hebben verloren. Eerder zijn er al uitkomsten over deze populatie gepubliceerd in het rapport 'Vijftigplussers aan het werk, evaluatie IOW:

Arbeidsparticipatie en vangnetvoorzieningen oudere werklozen (Update)' van eind december 2010. In deze maatwerkpublicatie wordt de potentiële IOW populatie verder uitgesplitst naar verschillende persoons- en baankenmerken. Voorbeelden van deze extra uitsplitsingen zijn bemiddelbaar werk- en denkniveau, sector van de baan en uitstroom naar pensioen.

Populatie

De populatie van de tabellen wordt gevormd door personen van 60 tot en met 64 jaar die ultimo van het verslagjaar behoren het IOW-potentieel. Het IOW-potentieel bestaat uit personen die zijn ingestroomd in de WW vanaf 30 september 2006 en bij instroom 60 jaar of ouder waren. Daarnaast behoren personen die na 31 december 2007 zijn ingestroomd in een WGA-uitkering en op dat moment 60 jaar of ouder waren, tot het IOW-potentieel. Deze groep heeft na het bereiken van de maximale uitkeringsduur recht op een IOW-uitkering.

Methode en operationalisering

De basis voor dit onderzoek wordt gevormd door een speciaal samengesteld onderzoeksbestand dat is gebaseerd op persoonskenmerken, uitkeringgegevens en pensioengegevens uit het Sociaal Statistisch Bestand (SSB) en baangegevens uit de polisadministratie. Dit onderzoeksbestand is gebaseerd op registraties.

Op basis van dit onderzoeksbestand is bepaald of iemand ultimo 2006, 2007, 2008 of 2009 tot het IOW- potentieel behoort. Daarnaast is gekeken wanneer de potentiële IOW'er is ingestroomd in de WW of WGA en wat op dat moment de leeftijd en het bemiddelbaar werk- en denkniveau was. Voor de WW'ers is ook vastgesteld of ze bij instroom in de WW wel of geen baan hadden.

Voor het IOW-potentieel ultimo 2006-2008 is nagegaan of zij in het volgende jaar weer zijn uitgestroomd uit de uitkering en wat de bestemming was van deze uitstroom. Zo is gekeken of ze een baan hadden, aan de slag zijn gegaan als zelfstandige of inmiddels een pensioenuitkering ontvingen. Per persoon kan in dit onderzoek maar één uitstroombestemming voorkomen. Bij samenloop is de volgende prioritering aangehouden: eerst telt de uitstroom naar baan, dan als zelfstandige en vervolgens naar pensioen.

Niet voor elk verslagjaar zijn alle gegevens over uitstroom beschikbaar. Voor de IOW-populatie ultimo 2008 zijn nog geen gegevens bekend over uitstroom naar zelfstandige of naar pensioen. Voor de IOW- populatie ultimo 2009 is nog helemaal geen informatie over uitstroom uit de uitkering beschikbaar.

Bronbestanden

(5)

Sociaal Statistisch Bestand (SSB):

Het SSB is een stelsel van registers en enquêtes, die op persoonsniveau aan elkaar zijn gekoppeld. Per jaargang worden meer dan 50 registers gebruikt. Deze registers hebben betrekking op verschillende sociaal-economische onderwerpen, zoals banen, uitkeringen, woningen en onderwijs. Het SSB bevat voorlopige en definitieve gegevens. Bij definitieve gegevens zijn registers en enquêtes onderling op elkaar zijn afgestemd en consistent gemaakt.

De doelpopulatie van het SSB bestaat uit alle personen die in Nederland wonen, en personen die niet in Nederland wonen maar in Nederland werken of een uitkering dan wel pensioen vanuit Nederland ontvangen.

Voor dit onderzoek is informatie uit het SSB gebruikt over:

- Uitkeringen (WW- en WGA-uitkeringen en pensioenen). Deze gegevens zijn onder andere gebaseerd op bronbestanden afkomstig van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV).

- Banen. De baangegevens zijn ontleend aan de polisadministratie van het UWV Werkbedrijf.

- Demografische gegevens. De demografische gegevens zijn gebaseerd op de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA).

Baangegevens ontleend aan de loonaangifte:

Omdat in het SSB nog niet de meest recente informatie is opgenomen over banen, is ook gebruik gemaakt van voorlopige baangegevens ontleend aan de loonaangifte. De loonaangifte bevat gegevens over inkomstenverhoudingen (uit de loonadministratie) van werkgevers en andere inhoudingsplichtigen.

De Belastingdienst ontvangt de loonaangifte en het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) maakt daar de polisadministratie van. In dit onderzoek is gebruik gemaakt van voorlopige

maandbestanden gebaseerd op deze loonaangifte.

(6)

Opmerkingen bij de tabellen

Uitstroom naar een baan bij 64-jarigen:

De 64-jarigen hebben in vergelijking tot de 60-63 jarigen een relatief hoge uitstroom naar een baan. Dit is een statistisch effect. In de definitie van uitstroom naar een baan is opgenomen dat personen ook uitgestroomd moeten zijn uit de uitkering. De 64-jarigen stromen vrijwel allemaal uit de uitkering vanwege het bereiken van de pensioenleeftijd. De 60-63-jarigen stromen niet allemaal uit de uitkering waardoor ze relatief minder vaak uitstromen naar een baan. Als uitstroom uit de uitkering geen voorwaarde was voor uitstroom naar een baan zou dit statistische effect wegvallen.

Ziektewet bij overige uitstroom:

Van de personen in de categorie overige uitstroom is bepaald of ze in het jaar van uitstroom tenminste één maand een uitkering in het kader van de ziektewet hebben ontvangen. In een voetnoot is aangeven om welk percentage van de overige uitstroom het gaat. Deze analyse is gedaan voor het IOW-potentieel van ultimo 2006 en 2007 (tabel 1 en 2).

Begrippen

Bemiddelbaar werk- en denkniveau – Het niveau waarop de persoon, volgens het UWV Werkbedrijf, bemiddelbaar is op de arbeidsmarkt. Bij de inschrijving van een persoon als werkzoekende bij het UWV Werkbedrijf wordt een persoon ingedeeld op een werk- en denkniveau waarop deze persoon volgens het UWV Werkbedrijf bemiddelbaar is voor werk. In dit onderzoek wordt het hoogste bekende werk- en denkniveau meegenomen dat bekend is op moment van instroom in de uitkering.

Gedeeltelijk in de WW – Iemand stroomt gedeeltelijk in de WW als diegene twee maanden na instroom (nog) een baan heeft.

Instroom in de WGA – Iemand stroomt in dit onderzoek in de WGA als diegene in het verslagjaar recht heeft gekregen op een WGA-uitkering en daarvoor een betaling heeft ontvangen.

Instroom in de WW – Iemand stroomt in dit onderzoek in de WW als diegene in het verslagjaar recht heeft gekregen op een WW-uitkering en daarvoor een betaling heeft ontvangen.

Sector van de baan – Van de personen die zijn uitgestroomd naar een baan is bepaald in welke sector dat is. Bij het vaststellen van de sector is gekeken naar de sector van de hoofdbaan. De hoofdbaan is die baan met het hoogste maandloon in de maand van het peilmoment.

Uitstroom naar een baan – Iemand stroomt uit de uitkering en heeft ultimo het jaar een baan. Onder een baan wordt verstaan een arbeidsovereenkomst tussen een persoon en een economische eenheid waarin is vastgelegd dat arbeid zal worden verricht waartegen een (financiële) beloning staat. Het gaat om banen in loondienst.

Uitstroom naar pensioen – Iemand is uitgestroomd uit de uitkering en ontvangt ultimo het jaar een pensioenuitkering. In dit onderzoek wordt onder pensioen verstaan de inkomsten in het kader van de Algemene Ouderdomswet (AOW) of aanvullend pensioen. Iemand kan in dit onderzoek maar één type pensioen hebben, het type pensioen waarvoor de meeste inkomsten worden ontvangen telt. Als een persoon naast een pensioen-uitkering ook een baan had en/of werkzaam was als zelfstandige wordt deze persoon meegeteld bij uitstroom naar baan/zelfstandige.

Uitstroom uit de WGA – Iemand stroomt in dit onderzoek uit de WGA als het recht op een WGA- uitkering in het verslagjaar is beëindigd en er vinden geen betalingen meer plaats.

Uitstroom uit de WW – Iemand stroomt in dit onderzoek uit de WW als het recht op een WW-uitkering in het verslagjaar is beëindigd en er vinden geen betalingen meer plaats.

Uitstroom als zelfstandige – Iemand is uitgestroomd uit de uitkering en is ultimo het jaar werkzaam als zelfstandige. In dit onderzoek wordt onder zelfstandigen verstaan personen die inkomsten als zelfstandige hebben. Gegevens over zelfstandigen zijn afkomstig uit de aangiften inkomstenbelasting, en worden door de Belastingdienst verzameld en aan het CBS ter beschikking gesteld. Als personen zowel ultimo het jaar een baan hadden en als zelfstandige werkten, zijn ze hier meegerekend tot de personen met een baan.

(7)

Uitstroom overige – Iemand is uitgestroomd uit de uitkering maar stroomt niet uit naar een baan, als zelfstandige of naar pensioen.

Volledig in de WW – Iemand stroomt volledig in de WW als diegene twee maanden na instroom geen baan (meer) heeft.

Afkortingen

AOW - Algemene Ouderdomswet BD - Belastingdienst

CBS - Centraal Bureau voor de Statistiek CvB - Centrum voor Beleidsstatistiek GBA - Gemeentelijke Basisadministratie HAVO - Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs HBO - Hoger Beroepsonderwijs

IOW - Wet Inkomensvoorziening Ouderen Werklozen MBO - Middelbaar Beroepsonderwijs

SSB - Sociaal Statistisch Bestand

SZW - Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid UWV - Uitvoeringsorgaan Werknemersverzekeringen VMBO - Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs VWO - Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs WGA - Werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten WO - Wetenschappelijk Onderwijs

WW - Werkloosheidswet ZW - Ziektewet

(8)

Tabel 1. IOW potentieel naar instroom, uitstroom uit de uitkering en uitstroom naar een baan, als zelfstandige of naar pensioen, ultimo 2006

Totaal Ingestroomd in 2006

Uitgestroomd in 2007

Totaal Als zelfstandige Overige 2)

Totaal Landbouw en visserij

Bouwnijverheid en industrie

Commerciële dienstverlening

Openbaar bestuur en overheids-

diensten

Overige niet- commerciële dienstverlening

Onbekend Totaal Totaal AOW Aanvullend

pensioen

Totaal 1 080 1 080 630 270 10 30 160 0 40 20 20 170 70 90 170

Leeftijd

60 jaar 450 450 260 120 10 20 70 0 20 10 10 50 0 50 80

61 jaar 220 220 120 50 0 10 30 0 10 0 0 20 0 20 40

62 jaar 180 180 100 50 0 0 30 0 10 0 0 10 0 10 30

63 jaar 140 140 60 30 0 0 20 0 10 0 0 10 0 10 20

64 jaar en ouder 90 90 90 20 0 0 10 0 0 0 0 70 70 0 0

Bemiddelbaar werk- en denkniveau UWV

Basisonderwijs/VMBO 380 380 250 90 10 20 50 0 20 10 10 70 20 50 80

MBO/HAVO/VWO 380 380 210 100 10 10 70 0 10 10 10 50 30 20 50

HBO/WO 160 160 80 40 0 0 20 0 10 0 10 20 10 10 20

Onbekend / Niet ingeschreven 160 160 90 30 0 0 30 0 0 0 0 30 20 20 20

Volledig/gedeeltelijk in de WW

Gedeeltelijk in de WW 300 300 230 160 10 20 90 0 20 10 0 30 20 20 40

Volledig in de WW 780 780 400 110 0 10 70 0 10 10 20 130 60 80 130

%

Totaal 100 100 58 25 1 3 15 0 4 2 2 15 7 9 16

Leeftijd

60 jaar 100 100 58 27 1 4 16 0 4 2 2 11 . 11 17

61 jaar 100 100 53 25 2 3 15 0 2 2 2 8 . 8 19

62 jaar 100 100 52 26 0 2 17 0 5 1 2 8 . 8 16

63 jaar 100 100 46 22 2 2 11 0 6 1 0 8 . 8 17

64 jaar en ouder 100 100 99 16 1 2 12 0 0 1 2 79 79 0 1

Bemiddelbaar werk- en denkniveau UWV

Basisonderwijs/VMBO 100 100 65 25 2 5 13 0 4 2 2 18 6 12 21

MBO/HAVO/VWO 100 100 55 27 2 3 18 0 2 2 2 13 7 6 14

HBO/WO 100 100 52 24 0 1 12 1 9 2 4 11 6 5 13

Onbekend / Niet ingeschreven 100 100 53 21 1 1 16 0 2 1 1 19 9 9 13

Volledig/gedeeltelijk in de WW

Gedeeltelijk in de WW 100 100 76 52 4 7 31 0 8 3 1 11 6 5 13

Volledig in de WW 100 100 51 14 0 2 9 0 2 1 2 17 7 10 17

2) Waarvan 34 procent gedurende 2007 tenminste één maand een uitkering in het kader van de ziektewet ontving.

Naar een baan 1) Naar pensioen

1) De 64-jarigen hebben in vergelijking tot de 60-63 jarigen een relatief hoge uitstroom naar een baan. Dit is een statistisch effect. In de definitie van uitstroom naar een baan is opgenomen dat personen ook uitgestroomd moeten zijn uit de uitkering. De 64-jarigen stromen, in tegenstelling tot de 60-63 jarigen, vrijwel allemaal uit de uitkering vanwege het bereiken van de pensioenleeftijd

(9)

Tabel 2. IOW potentieel naar instroom, uitstroom uit de uitkering en uitstroom naar een baan, als zelfstandige of naar pensioen, ultimo 2007

Totaal Ingestroomd in 2007

Uitgestroomd in 2008

Totaal Als zelfstandige Overige 2)

Totaal Landbouw en visserij

Bouwnijverheid en industrie

Commerciële dienstverlening

Openbaar bestuur en overheids- diensten

Overige niet- commerciële dienstverlening

Onbekend Totaal Totaal AOW Aanvullend

pensioen

Totaal 4 850 4 400 2 080 600 10 60 420 10 100 0 60 910 480 440 500

Leeftijd

60 jaar 1 050 1 050 490 200 10 30 140 0 30 0 20 120 0 120 160

61 jaar 1 580 1 390 590 220 0 20 150 0 40 0 10 190 0 190 170

62 jaar 910 810 270 80 0 10 60 0 10 0 10 90 0 90 100

63 jaar 730 640 150 40 0 10 20 0 10 0 10 40 0 40 70

64 jaar en ouder 580 510 570 70 0 0 60 0 10 0 20 480 480 0 10

Bemiddelbaar werk- en denkniveau UWV

Basisonderwijs/VMBO 1 420 1 290 650 190 10 30 130 0 20 0 10 250 130 120 200

MBO/HAVO/VWO 1 570 1 400 640 230 0 30 170 0 30 0 10 260 130 130 140

HBO/WO 1 020 940 430 130 0 10 70 0 40 0 20 200 90 100 80

Onbekend / Niet ingeschreven 840 770 370 60 0 0 40 0 10 0 10 210 130 80 80

Volledig/gedeeltelijk in de WW

Gedeeltelijk in de WW 1 060 990 620 360 10 40 240 0 70 0 10 120 50 80 130

Volledig in de WW 3 800 3 410 1 460 250 10 20 180 0 30 0 50 790 430 360 380

%

Totaal 100 91 43 12 0 1 9 0 2 0 1 19 10 9 10

Leeftijd

60 jaar 100 100 47 19 0 3 13 0 3 0 2 11 . 11 15

61 jaar 100 88 37 14 0 1 9 0 3 0 1 12 . 12 11

62 jaar 100 89 30 8 0 1 6 0 1 0 1 9 . 9 11

63 jaar 100 88 21 5 0 1 3 0 1 0 1 6 . 6 10

64 jaar en ouder 100 87 98 12 0 0 10 0 2 0 3 82 82 0 1

Bemiddelbaar werk- en denkniveau UWV

Basisonderwijs/VMBO 100 91 45 14 1 2 9 0 1 0 1 17 9 8 14

MBO/HAVO/VWO 100 89 40 14 0 2 11 0 2 0 1 16 8 8 9

HBO/WO 100 92 42 12 0 0 7 0 4 0 2 19 9 10 8

Onbekend / Niet ingeschreven 100 91 43 7 0 0 5 0 1 0 1 25 16 10 10

Volledig/gedeeltelijk in de WW

Gedeeltelijk in de WW 100 93 58 34 1 4 22 0 6 0 1 12 5 7 12

Volledig in de WW 100 90 38 7 0 1 5 0 1 0 1 21 11 10 10

2) Waarvan 39 procent gedurende 2008 tenminste één maand een uitkering in het kader van de ziektewet ontving.

Naar een baan 1) Naar pensioen

1) De 64-jarigen hebben in vergelijking tot de 60-63 jarigen een relatief hoge uitstroom naar een baan. Dit is een statistisch effect. In de definitie van uitstroom naar een baan is opgenomen dat personen ook uitgestroomd moeten zijn uit de uitkering. De 64-jarigen stromen, in tegenstelling tot de 60-63 jarigen, vrijwel allemaal uit de uitkering vanwege het bereiken van de pensioenleeftijd

(10)

Tabel 3. IOW potentieel naar instroom, uitstroom uit de uitkering en uitstroom naar een baan, ultimo 2008

Totaal Ingestroomd in 2008

Uitgestroomd in 2009

w.o.

Totaal

Totaal Landbouw en visserij

Bouwnijverheid en industrie

Commerciële dienstverlening

Openbaar bestuur en overheids- diensten

Overige niet- commerciële dienstverlening

Onbekend

Totaal 8 050 5 280 3 280 650 20 60 420 10 120 20

Leeftijd

60 jaar 1 220 1 220 520 160 10 20 100 0 30 0

61 jaar 2 130 1 570 690 180 0 20 120 10 40 0

62 jaar 2 230 1 240 650 130 0 10 80 0 30 0

63 jaar 1 340 700 290 60 0 10 40 0 10 0

64 jaar en ouder 1 130 540 1 120 120 0 10 90 0 20 10

Bemiddelbaar werk- en denkniveau UWV

Basisonderwijs/VMBO 2 650 1 880 1 060 200 10 20 130 0 30 10

MBO/HAVO/VWO 2 670 1 730 1 100 230 10 30 160 0 30 10

HBO/WO 1 460 870 670 160 0 10 80 10 50 10

Onbekend / Niet ingeschreven 1 270 790 450 70 0 0 50 0 10 0

Volledig/gedeeltelijk in de WW

Gedeeltelijk in de WW 1 460 1 020 740 350 0 30 230 10 80 10

Volledig in de WW 5 790 3 450 2 420 290 10 30 190 10 40 10

Niet ingestroomd in de WW, maar in WGA 2) 810 810 120 10 0 0 10 0 0 0

%

Totaal 100 66 41 8 0 1 5 0 1 0

Leeftijd

60 jaar 100 100 42 13 1 1 8 0 3 0

61 jaar 100 74 33 9 0 1 6 0 2 0

62 jaar 100 56 29 6 0 1 4 0 1 0

63 jaar 100 52 22 4 0 0 3 0 1 0

64 jaar en ouder 100 48 99 11 0 1 8 0 2 0

Bemiddelbaar werk- en denkniveau UWV

Basisonderwijs/VMBO 100 71 40 7 0 1 5 0 1 0

MBO/HAVO/VWO 100 65 41 9 0 1 6 0 1 0

HBO/WO 100 60 46 11 0 1 6 0 4 0

Onbekend / Niet ingeschreven 100 62 35 5 0 0 4 0 1 0

Volledig/gedeeltelijk in de WW

Gedeeltelijk in de WW 100 70 51 24 0 2 16 0 5 0

Volledig in de WW 100 60 42 5 0 1 3 0 1 0

Niet ingestroomd in de WW, maar in WGA 2 ) 100 100 15 1 0 0 1 0 0 0

2) Personen van 60 jaar en ouder die vanaf 31 december 2007 in de WGA zijn ingestroomd behoren ook tot het IOW-potentieel Naar een baan 1)

1) De 64-jarigen hebben in vergelijking tot de 60-63 jarigen een relatief hoge uitstroom naar een baan. Dit is een statistisch effect. In de definitie van uitstroom naar een baan is opgenomen dat personen ook uitgestroomd moeten zijn uit de uitkering. De 64-jarigen stromen, in tegenstelling tot de 60-63 jarigen, vrijwel allemaal uit de uitkering vanwege het bereiken van de pensioenleeftijd

(11)

Tabel 4. IOW potentieel naar instroom, ultimo 2009

Totaal Ingestroomd in 2009

Totaal 13 800 9 040

Leeftijd

60 jaar 2 110 2 110

61 jaar 3 230 2 520

62 jaar 3 470 2 040

63 jaar 3 200 1 620

64 jaar en ouder 1 800 750

Bemiddelbaar werk- en denkniveau UWV

Basisonderwijs/VMBO 4 730 3 140

MBO/HAVO/VWO 4 660 3 090

HBO/WO 2 370 1 580

Onbekend / Niet ingeschreven 2 050 1 230

Volledig/gedeeltelijk in de WW

Gedeeltelijk in de WW 2 300 1 580

Volledig in de WW 9 890 6 520

Niet ingestroomd in de WW, maar in WGA 1) 1 610 940

%

Totaal 100 66

Leeftijd

60 jaar 100 100

61 jaar 100 78

62 jaar 100 59

63 jaar 100 51

64 jaar en ouder 100 42

Bemiddelbaar werk- en denkniveau UWV

Basisonderwijs/VMBO 100 66

MBO/HAVO/VWO 100 66

HBO/WO 100 67

Onbekend / Niet ingeschreven 100 60

Volledig/gedeeltelijk in de WW

Gedeeltelijk in de WW 100 69

Volledig in de WW 100 66

Niet ingestroomd in de WW, maar in WGA 1) 100 58

1) Personen van 60 jaar en ouder die vanaf 1 januari 2008 in de WGA zijn ingestroomd behoren ook tot het IOW-potentieel

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Aangezien overheidswerkgevers eigen risicodrager zijn voor de WW, wordt daarbij vaak afgesproken dat de ambtenaar na zijn ontslag geen WW zal aanvragen.. Het lijkt logisch maar het

duur uitkering bereikt Maatregel opgelegd Niet beschikbaar voor arbeid

Lijst draaien UWV bestand, klanten leeftijd 18 tot 60 jaar screenen op bijstand recht; uitnodigen voor max WW bijeenkomst, ‘in gesprek’ met klanten die niet komen. Maand 6

§  dus terugvallen op toestemming klant voor persoonsgegevens maar absoluut geen bsn, zelfs niet met toestemming van de

Een belangrijke peiler van dit programma is de toeleiding van mensen naar werk, reden dat voorstellen voor samenwerking tussen UWV en gemeente in de overgang van WW naar

Als we kijken naar de groep die een bevoegdheid heeft en momenteel niet werkt, verwach- ten we dat het in de groep met hoog potentieel om circa 1.250 personen gaat die mogelijk

Het aantal vakantiedagen moet in redelijke verhouding tot de maximale duur van de uitkering staan en daarom wordt in de gewijzigde regeling niet alleen rekening gehouden met het

[r]