• No results found

Hoe ziet het profiel Cultuur & Maatschappij er uit? Profielvakken

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Hoe ziet het profiel Cultuur & Maatschappij er uit? Profielvakken"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Hoe ziet het profiel Cultuur & Maatschappij er uit?

Elk profiel bestaat uit verplichte profielvakken en profielkeuzevakken. Bij de andere profielen zijn er 3 verplichte vakken en 1 profielkeuzevak, bij het cultureel profiel gaat het om 2 verplichte vakken en 2 profielkeuzevakken.

De verplichte profielvakken zijn: geschiedenis en wiskunde A of wiskunde C.

Bij de profielkeuzevakken moet een keuze gemaakt worden uit 3 maatschappelijke vakken:

- maatschappijwetenschappen - aardrijkskunde

- economie

Het tweede profielkeuzevak is een cultureel vak:

- muziek - tekenen

- moderne vreemde taal (dit is de 4e taal, naast de 3 in het gemeenschappelijke deel)

Profielvakken

Wiskunde A

Het vak bereidt vooral voor op (universitaire) vervolgstudies in de sectoren economie, gezondheidszorg en landbouw & natuurlijke omgeving. Inhoudelijk ligt de nadruk op het analyseren van verbanden tussen grootheden in een toegepaste probleemsituatie, inclusief het gebruiken van differentiaalrekening. Daarnaast wordt statistiek & kansrekening behandeld, dat niet terugkomt in het centraal schriftelijk eindexamen.

De inhoud is niet alleen van belang voor vervolgopleidingen, maar kent ook een meer algemeen vormende waarde. Als leerling wordt je voorbereid op de (informatie)maatschappij en leer je wiskundige aspecten te herkennen, interpreteren en gebruiken in verschillende (dagelijkse) situaties. Je leert de mogelijkheden en beperkingen van wiskundige toepassingen op waarde schatten. Het programma besteedt vooral aandacht aan situaties die passen bij de profielen Economie & Maatschappij en Natuur & Gezondheid, of aan het ‘dagelijks leven’.

Wiskundige vaardigheden die je leert/traint: modelleren & algebraïseren, ordenen &

structureren, analytisch denken & probleem oplossen, formules manipuleren, abstraheren, en logisch redeneren. ICT-toepassingen worden hierbij functioneel gebruikt, meer dan in het verleden.

De onderwerpen die worden behandeld vallen in vijf verschillende categorieën, namelijk:

1. Vaardigheden 2. Algebra en tellen 3. Verbanden 4. Veranderingen

5. Statistiek en kansrekening

Vaardigheden en Algebra en Tellen: Het gestructureerd werken, het kunnen toepassen van rekenregels en het kunnen kiezen van de juiste oplossingsstrategie zijn belangrijke vaardigheden. Verder is ook het gebruikelijke rekenwerk (denk aan procenten, vereenvoudigen, etc.) onderdeel van het programma.

Verbanden en verandering: Van verbanden heb je in de derde klas al een aardig beeld gekregen. Regelmatig moet je grafieken tekenen van formules en begrijpen hoe deze grafieken in elkaar zitten. Ook bekijk je daarbij veranderingen: dalen of stijgen van de grafieken, en wat betekent dat. Daarbij gebruik je in de bovenbouw dikwijls de grafische rekenmachine. Verder is het niet alleen interessant om te weten hoe hoog en/of ver iets is maar ook hoe snel iets verandert (denk hierbij aan de snelheid)

(2)

Statistiek en kansrekening Hiermee heb je ook al kennisgemaakt: gemiddelde, modus en mediaan ben je zelfs in klas 2 al tegengekomen, met de ‘boxplot’ heb je dit jaar gewerkt Uiteraard wordt er in klas 4 en verder nog wel het een en ander aan toegevoegd en leer je verder met een kritisch oog naar statistieken en statistische weergaven te kijken. Bij onderzoeken (bijvoorbeeld bij je profielwerkstuk) is statistiek vaak nodig om aan te kunnen tonen of een veronderstelling wel of juist niet door het onderzoek kan worden ‘bewezen’.

Kansrekenen is een onderwerp waar iedereen die wel eens met een dobbelsteen gegooid heeft zich iets bij kan voorstellen. Maar hoe bereken je nu de kans dat je in één worp met vijf dobbelstenen een “grote straat” gooit, of een “full house”? Dat is zo simpel nog niet! Eén van de verschillen ten opzichte van voorgaande jaren is dat er nu ook gebruik gemaakt wordt van de computer.

Als je twijfelt en of meer wilt weten over wiskunde A, kun je altijd advies of informatie vragen aan je wiskundedocent.

Wiskunde C

Het vak bereidt voor op (universitaire) vervolgstudies in de sectoren Gedrag & Maatschappij, Recht & Bestuur en Kunst, Taal & Cultuur en kan alleen gekozen worden binnen het profiel Cultuur & Maatschappij. Inhoudelijk ligt de nadruk op statistiek, toegepaste analyse en op de kunsthistorische en culturele plaats van wiskunde in wetenschap en maatschappij.

De inhoud is niet alleen van belang voor vervolgopleidingen, maar kent ook een meer algemeen vormende waarde. Je wordt als leerling voorbereid op de (informatie)maatschappij en je leert in verschillende situaties wiskundige aspecten te herkennen, te interpreteren en te gebruiken.

Daarnaast leer je de mogelijkheden van wiskundige toepassingen op waarde te schatten. Het programma besteedt vooral aandacht aan het toepassen van

wiskundige vaardigheden in situaties met een kunsthistorische of culturele achtergrond, zoals:

modelleren & algebraïseren, ordenen & structureren, analytisch denken & probleem oplossen, en logisch redeneren. ICT-toepassingen worden hierbij functioneel gebruikt, meer dan in het verleden.

De onderwerpen die worden behandeld vallen in zeven verschillende categorieën, namelijk:

1. Vaardigheden.

2. Algebra en tellen 3. Verbanden.

4. Veranderingen.

5. Statistiek en kansrekening.

6. Logisch redeneren 7. Vorm en Ruimte

Sinds een aantal jaar heeft wiskunde C zijn “eigen onderwerpen”, namelijk logisch redeneren, vorm en ruimte. Het cultureel profiel heeft daarmee zijn ‘eigen’ wiskunde gekregen, die past bij tal van vervolgstudies in de eerder genoemde sectoren.

Bij Logisch redeneren leer je hoe je logisch redeneren kan analyseren op correct gebruik. Het gebruik van symbolen en begrippen en het herkennen en beschrijven van contradictie en een paradox.

Bij Vorm en Ruimte leer je van een ruimtelijk object aanzichten en perspectieftekeningen maken, er berekeningen aan uitvoeren en op basis daarvan conclusies trekken.

Alle leerlingen starten bij het CM-profiel met wiskunde A. De keuze om daarna verder te gaan met wiskunde A of C, wordt gemaakt bij de overgang van 4 vwo naar 5 vwo.

Leerlingen die twijfelen of meer willen weten over wiskunde C, kunnen altijd advies of informatie vragen aan hun wiskundedocent.

(3)

Geschiedenis

Iedereen heeft een geschiedenis. Voor een goed begrip van elkaar is het soms nodig iemands geschiedenis te kennen. Dat is zo het in het klein, maar ook in het groot. Naast goed begrip voor elkaar krijgen, kunnen we van de geschiedenis ook iets leren. Om dit te illustreren een stukje uit het voorwoord van een geschiedenisboek:

‘Janusz Korczak was een Poolse joodse arts die begin augustus 1942 met tweehonderd kinderen van zijn weeshuis in Warschau werd weggevoerd naar Treblinka en in de gaskamer stierf. Vlak voor het einde kreeg hij als pedagoog met enige internationale faam nog een ontsnappingskans aangeboden door de Duitsers die hij verontwaardigd van de hand wees. Hand in hand met ‘zijn kinderen’ liep hij, terwijl ze samen een lied zongen, de gaskamer binnen.

Is deze man belangrijk voor de geschiedenis? Zijn de tweehonderd weeskinderen belangrijk voor de geschiedenis? Moeten we zijn naam kennen? Moeten we de namen van die tweehonderd kinderen kennen als die nog te achterhalen zijn? Moeten we dat allemaal weten? Korczak staat symbool voor dapperheid, solidariteit en plichtsbetrachting.

Een voorbeeld voor ons, een lesje in moed en in jezelf wegcijferen. Maar ook een spotlight op grote gebeurtenissen en historische begrippen die ons nog lang zullen heugen: de jodenvervolging, Tweede Wereldoorlog en het nationaal-socialisme en ook hoe dat allemaal kon gebeuren. Korczak dobbert met zijn weeskinderen als een klein thema rond in die eindeloze zee van gebeurtenissen, begrippen en personen, die samen het vak geschiedenis vormen.’

Het vak geschiedenis is verplicht in de twee maatschappijprofielen.

We gaan in 4 en 5 vwo met een sneltreinvaart door de tien tijdvakken heen. We beginnen dus weer helemaal bij het begin (de tijd van jagers en verzamelaars) en we eindigen in onze eigen tijd. Bij dit historisch overzicht maken we gebruik van een handboek.

Vanaf de tweede periode in de vijfde klas pakken we de zaken meer ‘thematisch’ aan. We behandelen dan achtereenvolgens de geschiedenis van de Verenigde Staten, de Sovjet-Unie, de problematiek in het Midden-Oosten en de geschiedenis van ‘Oorlog en Vrede’.

Het eindexamenjaar begint in de eerste periode met een overzicht van de parlementaire geschiedenis van Nederland. De twee laatste periodes uit je JPT-geschiedenisloopbaan besteden we aan de voorbereiding op het eindexamen. Om het centraal schriftelijk eindexamen tot een goed einde te brengen, moet je 'overzicht van de geschiedenis' hebben.

Daarnaast krijg je vragen uit vier 'historische contexten'. Dit zijn onderwerpen waaraan we binnen onze lessen natuurlijk extra aandacht besteden.

Voor het komende schooljaar gaat het om:

• Steden en burgers in de Lage Landen 1050-1650 1700;

• Verlichting 1650-1900;

• China 1842-2001;

• Duitsland in Europa 1918-1991.

“Er is heel veel geschiedenis, maar je krijgt er nooit genoeg van!”

(4)

Profielkeuzevakken

Aardrijkskunde (maatschappelijk profielkeuzevak)

Waarom zou je voor aardrijkskunde kiezen?

Het vak van de toekomst

✓ Aardrijkskunde gaat over het nu en de toekomst van onze omgeving, ons land, ons continent en onze wereld en natuurlijk vooral over de toekomst van de leerlingen zelf.

✓ Aardrijkskunde gaat over de relatie mens en natuur op onze planeet, van wereldschaal tot bij je om de hoek. Aardrijkskunde stelt de wisselwerking van de mens en natuurlijke omgeving centraal en is daarin uniek. Met een groeiende wereldbevolking en toenemende schaarste van bestaansbronnen neemt de druk op de ruimte en de druk op de kwaliteit van leven toe.

Aardrijkskundige kennis gaat over een duurzame leefomgeving, dichtbij en veraf, in een wereld waarin steeds meer alles met alles samenhangt. Aardrijkskunde helpt leerlingen zicht te krijgen op die wereld.

✓ Aardrijkskunde leert je complexe situaties te overzien. Bij aardrijkskunde zoom je in en uit, leer je denken vanuit verschillende invalshoeken en kijk je naar het geheel.

✓ Aardrijkskunde helpt om de grote vraagstukken van deze tijd te begrijpen en mogelijke oplossingen aan te dragen. Tot deze vraagstukken behoren bijvoorbeeld het

voedselvraagstuk, het energievraagstuk en het klimaatvraagstuk.

✓ Aardrijkskunde opent je wereld. Bij aardrijkskunde maak je kennis met andere gebieden en culturen. We krijgen steeds meer te maken met andere delen van de wereld. Hierdoor wordt kennis van andere gebieden en culturen van steeds groter belang.

✓ Bedrijven en individuen kunnen niet internationaal opereren zonder geografische kennis. In een wereld waarin mensen en landen steeds meer met elkaar verbonden zijn, zijn kennis en inzicht in zowel mondiale ontwikkelingen als ontwikkelingen in specifieke gebieden als China, India, de VS, Rusland, Brazilië, de EU en ons eigen land essentieel om Nederland ook in de toekomst een toonaangevende kenniseconomie te laten zijn. Aardrijkskunde is het vak dat hier aandacht aan besteedt.

Niet alleen leren maar ook doen!

Aardrijkskunde is een ‘buitenvak’, je gaat erop uit om buiten onderzoek te doen in de vorm van veldwerk. Aardrijkskunde is ook bij uitstek een vak met excursies.

✓ Aardrijkskunde is een spannend vak, het gaat over de echte wereld en biedt waardevolle bagage voor je hele leven. Bagage die je gebruikt als je op reis gaat of mensen uit andere culturen ontmoet en bagage die je straks goed kunt gebruiken in je werk.

✓ Bij aardrijkskunde leer je werken met Geo-ICT toepassingen als ArcGIS, EduGIS en Remote Sensing. Geo-technologie en geo-informatie is wereldwijd een van de sterkste groeisectoren.

Door deze ‘geo-revolutie’ is er veel behoefte aan specifieke geo-kennis en vaardigheden.

Een interessant vak dat veel mogelijkheden biedt:

✓ Aardrijkskunde is het enige vak dat echt een brugfunctie tussen gamma en bèta kan vervullen, omdat het de relatie tussen de samenleving en de natuurlijke omgeving centraal stelt. De natuurkundige en maatschappelijke elementen komen nadrukkelijk en in een evenwichtige verdeling aan de orde. Aardrijkskunde sluit met thema’s als energie, grondstoffen, water, vulkanisme en klimaat uitstekend aan op andere bètavakken en met thema’s als globalisering, verstedelijking, geopolitiek en leefbaarheid op andere maatschappijvakken. Aardrijkskunde maakt bèta toegankelijker voor gammaleerlingen en andersom. Voor leerlingen is

aardrijkskunde het perfecte vak waar alles samenkomt.

(5)

Aardrijkskunde heeft een zeer aantrekkelijk programma. Het gaat om thema’s en gebieden die dagelijks in de actualiteit zijn.

✓ Aardrijkskunde sluit van alle schoolvakken het beste aan op de topsectoren. Denk aan de vakgebieden waar we in Nederland goed in zijn: water, energie, agrofood en logistiek. In deze sectoren zal Nederland in de toekomst veel mensen nodig hebben.

Aardrijkskunde sluit aan bij vervolgstudies:

✓ De onderwerpen sluiten aan op een breed palet aan beroepssectoren, zoals landbouw, de watersector, de energiesector, Geo-ICT, internationale handel, toerisme, recreatie, stedenbouwkunde, verkeer & transport, openbaar bestuur.

✓ Aardrijkskunde is een breed en algemeen vormend kennisvak en daarmee in tegenstelling tot veel andere vakken geen voorportaal voor slechts één of enkele vervolgstudies. Met de inhoud van het vak kun je juist veel kanten op. Het bereidt voor op zowel gamma- als bètastudies of combinaties daarvan.

✓ Er is een directe link tussen aardrijkskunde en tal van studies als: Sociale Geografie, Global Sustainability Science, Aardwetenschappen, Future Planet Studies, Aarde & Economie, Bodem, Water & Atmosfeer, Geomedia & Design, agrarische opleidingen, Environmental Sciences, International Business, Internationale Betrekkingen, Ontwikkelingsstudies, Planologie, Culturele Antropologie, toeristische opleidingenb, etc.

✓ Als argument om aardrijkskunde niet te kiezen wordt vaak ingebracht dat het niet verplicht is voor (academische) vervolgstudies. Dit geldt echter ook voor vakken als bedrijfseconomie en geschiedenis, vakken met een veel minder brede opzet en diversiteit qua onderwerpen.

Economie (maatschappelijk profielkeuzevak)

Veel mensen denken dat economie over geld gaat, dat je leert om snel rijk te worden, dat je straks alles weet van welke aandelen goed zijn en hoe hoog de olieprijs morgen is.

Helaas. Dat is niet zo...

Natuurlijk speelt geld een belangrijke rol, leer je over winst, krijg je zaken te horen over aandelen en weet je hoe prijzen tot stand komen, maar economie gaat vooral over kiezen.

We kunnen niet alles kopen wat we hebben willen en daarom moeten we steeds keuzes maken. Hoe iemand dat doet, moet hij lekker zelf weten. Economen kijken alleen maar wat er dan allemaal gebeurd, wat de gevolgen daarvan zijn. En zo komen we op een heleboel onderwerpen terecht die in ons dagelijks leven voorkomen. Of je nu wil of niet: je neemt deel aan de maatschappij en dan heb je automatisch met deze zaken te maken. Als je er dan niets van af weet, is dat wel erg vervelend.

Bij economie leer je daar van alles over en je leert bovendien wat de verbanden daar tussen zijn. Of het nu gaat over jouw inkomen, de belastingen, de prijzen van de goederen, de rol van de overheid, onze welvaart, de winsten van bedrijven, de banken, verzekeringen, sparen of lenen, handel met het buitenland, de invloed van reclame, het milieu, kosten, vakbonden, vergrijzing, ontwikkelingshulp, hypotheken enz. enz. Je leert het bij economie.

(6)

FAQ

Lijkt economie in de bovenbouw op economie in de onderbouw?

Niet of nauwelijks. We beginnen bij het begin en het breidt zich uit. Omdat er veel

verschillende onderwerpen behandeld worden, kan het zijn dat je de ene keer een goed cijfer haalt en de volgende keer een veel beter cijfer. Het een ligt je beter dan het ander.

Moet je voor economie goed zijn in wiskunde?

Nee, dat hoeft niet. Er wordt wel (veel) gerekend bij economie en er worden af en toe ook vergelijkingen opgelost. Natuurlijk helpt het wel als je enig gevoel voor cijfers hebt.

Waar heb je economie voor nodig?

De vraag omdraaien is eenvoudiger. Waar heb je economie niet voor nodig? Economie helpt natuurlijk als voorbereiding op een economische of bedrijfskundige vervolgopleiding. Voor leerlingen die andere opleidingen in hun hoofd hebben, is de invloed van economie op hun algemene ontwikkeling moeilijk te overschatten. Economisch inzicht kan zelfs het meest creatieve brein helpen bij de dagelijkse beslissingen.

Maatschappijwetenschappen (maatschappelijk profielkeuzevak)

Als je nieuwsgierig bent naar de wereld om je heen en je hebt belangstelling voor dingen die je in het nieuws ziet, hoort of leest, dan is maatschappijwetenschappen wellicht een interessant vak voor jou.

Concept-context benadering

Bij maatschappijwetenschappen (MAW) ga je dingen die spelen in Nederland en in de wereld analyseren met behulp van verschillende begrippen (kernconcepten). Deze begrippen zijn

“tools” waarmee je verschijnselen in de wereld leert verklaren. Een voorbeeld is het begrip macht. Macht speelt een rol bij veel gebeurtenissen zowel op kleine schaal (in de klas) als op wereldniveau (relaties tussen landen). Doordat we met kernconcepten werken die je op allerlei situaties kunt toepassen is er bij MAW veel ruimte om actuele gebeurtenissen te bespreken zoals verkiezingen, demonstraties of media.

Binnen het onderwijs is steeds meer aandacht voor concept-context benaderingen. Bij MAW gebruiken we dit al. De kernconcepten kun je op verschillende contexten toepassen zodat je de geleerde kennis ook in nieuwe situaties kunt gebruiken.

Voorbeelden van contexten die aan bod komen in de lessen zijn: criminaliteit, politieke besluitvorming, internationalisering en media.

Onderzoek

Naast de concept-context benadering, ga je bij MAW ook kennis maken met sociaal- wetenschappelijk onderzoek. Waaraan moet een goed onderzoek voldoen. Hoe stel je een goede onderzoeksvraag en hypothese op en hoe kun je kritisch kijken naar onderzoek dat al gedaan is. Je kunt hier veel profijt van hebben bij je profielwerkstuk en je vervolgopleiding.

Opzet

Bij het vak MAW is er veel ruimte voor eigen keuze, met name in de eerste anderhalf jaar. Je gaat verschillende praktische opdrachten maken en daarbij heb je zelf de keuze voor (maatschappelijke) onderwerpen die je interessant vindt.

Maatschappijwetenschappen is een examenvak dat, in tegenstelling tot het vak maatschappijleer, een centraal schriftelijk eindexamen kent. Na de keuze-opdrachten gaan we aan de slag met de voorbereidingen van het eindexamen. Dan komt er ook meer contextkennis in de lessen aan bod.

(7)

Natuurlijk is het goed om te weten welke vervolgopleidingen aansluiten bij het vak maatschappijwetenschappen. Het is een zeer gewenst vak als je kiest voor één van de meer sociale en maatschappelijke opleidingen, zoals:

• Rechtsgeleerdheid / Criminologie / HBO rechten / Sociaal Juridische Dienstverlening;

• Politicologie / Bestuurskunde / PPLE; Internationale betrekkingen;

• Sociologie / Social Work / Ontwikkelingsstudies;

• Communicatiewetenschappen;

• University Colleges (Liberal Arts & Sciences)

• (Academische) PABO; Lerarenopleiding maatschappijvakken (mij/gs/ak);

• Human Resource Management;

• Veiligheidskunde / Security Studies / Politie.

Leuk om te vermelden en zeker de moeite waard: in het examenjaar breng je een bezoek aan de Tweede Kamer.

Muziek (cultureel profielkeuzevak)

Bij ons op school leiden wij op voor het muziekexamen - oude stijl. Dat houdt in dat je in het examenjaar ook een centraal schriftelijk eindexamen doet voor dit vak.

In de bovenbouw heb je drie uur muziek in de week. Ongeveer 50% van de tijd ben je praktisch bezig; de andere 50% wordt besteed aan vaktheorie. Soms is deze verhouding heel anders, bijvoorbeeld rond de muziekavonden. Aan de hand van de muziekgeschiedenis komen allerlei stijlen aan bod, maar ook ‘algemene muziekleer’.

Het is voor dit vak niet noodzakelijk om een instrument te bespelen. We houden rekening met jouw instapniveau. Het is natuurlijk wel prettig als je al een instrument speelt of zangles hebt.

In onze arrangementen proberen we zo veel mogelijk op maat te schrijven.

Een verplicht, maar ook vooral ontzettend leuk, onderdeel van het vak is de deelname aan de muziekavonden. Deze zijn bijna altijd in de laatste week voor de krokusvakantie. In het examenjaar telt de muziekavond mee als schoolonderzoek.

We hebben ook nog een muziekavond in de laatste week voor de kerstvakantie of in een van de eerste weken van het nieuwe jaar. Deze avond is helemaal akoestisch; alles is onversterkt.

Verder wordt op deze avond alleen klassiek, jazz en musicalrepertoire gezongen of gespeeld.

De deelname aan deze avond is vrijwillig.

Je kan er voor kiezen om jouw stuk mee te laten tellen voor een schoolexamen. Dat kan ook als je nog niet in het examenjaar zit. De beoordeling wordt dan bewaard tot het tweede schoolexamen in het examenjaar.

Behalve spelen en vaktheorie, krijg je elk jaar een compositie- of arrangeeropdracht. De inhoud daarvan verschilt van jaar tot jaar. Het is de bedoeling dat je o.a. door deze opdracht wegwijs wordt in een muzieknotatieprogramma.

Wat verwachten we van jou? Vooral een portie enthousiasme en inzet. Als je dit vak kiest, moet je absoluut in staat zijn samen te werken met andere mensen.

(8)

Tekenen (cultureel profielkeuzevak)

In de onderbouw heb je o.a. de verschillende beeldelementen leren kennen en de magie van de verschillende technieken ontdekt. Ook is er ruim aandacht voor het ontwikkelen van je creativiteit en fantasie.

In de bovenbouw krijg je in onze prachtige Kunsthal alle ruimte om je creatieve vermogens verder te ontwikkelen. Dit is het domein van tekenen, schilderen en grafische technieken, maar ook film, fotografie en ontwerpen. Fraaie resultaten zijn regelmatig overal in het gebouw te bewonderen.

Je ontwikkelt je eigen stijl en leert je eigen ideeën vorm te geven door het werken met verschillende materialen en technieken. Je ontdekt waar jij je inspiratie vandaan kan halen en hoe anderen dat doen. Daarom is er veel aandacht voor hedendaagse beeldende kunst en maak je via internet kennis met een wonderbaarlijke wereld.

In de 4e en 5e is de theorie ondersteunend: je leert o.a. iets over ruimte, over kleuren, over hoe je een compositie maakt. Ook leer je kijken naar kunst en maak je kennis met verschillende stijlen en kunstenaars.

Het examenjaar is heel bijzonder. Tot januari maak je werkstukken die onderdeel uitmaken van je schoolexamen (SE). Vanaf januari staat alles in het teken van het Centraal Praktisch Eindexamen (CPE); de onderwerpen waar je uit kunt kiezen, krijg je in december al uitgereikt.

Je mag het door jou gekozen onderwerp op je eigen manier en zelfstandig uitwerken. Het cijfer voor dit praktisch eindexamen is al de helft van je Centraal Examencijfer (CE). De andere helft ervan is theorie: een jaarthema over een onderwerp uit de kunst. Dat wordt getoetst tijdens het centraal eindexamen.

Er zijn geen opleidingen op wetenschappelijk niveau waarbij tekenen noodzakelijk is, maar Bouwkunde en Industrieel Ontwerpen zijn vervolgstudies waarbij tekenen een welkome aanvulling is op de toelatingseisen.

Als je er over nadenkt om een kunstzinnige opleiding op hbo-niveau te gaan doen, zoals de Lerarenopleiding Beeldende Vorming, Creatieve Therapie, Fashion & Design (AMFI), Fotografie, Design Academy, etc. dan kun je vaak (een deel van) je opdrachten van deze tekenlessen gebruiken voor je selectieprocedure.

En ga je geen opleiding in een dergelijke richting doen, dan leg je een goede basis voor een levenslange hobby!

Moderne vreemde taal (cultureel profielkeuzevak)

- zie gemeenschappelijke deel.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De dialoog vindt plaats door samen te bidden, en al doende leg ik voor wat er in mijn hart leeft aan spijt en verdriet, aan verlangen naar een nieuw begin: ik toon mezelf zoals ik

Gemeenten hebben maar een beperkt budget om deze mensen naar betaald werk te leiden of een voorziening te bieden.. Sociale Diensten richten zich steeds nadrukkelijker op mensen

Colofon Gemeente Uithoorn, Laan van Meerwijk 16, 1423 AJ Uithoorn, Postbus 8, 1420 AA Uithoorn Opdrachtgever: Gemeenteraad Uithoorn Concept & redactie: Merktuig,

Sommige gemeenten stellen als eis dat mantelzorgers zich registreren, bijvoorbeeld bij de gemeente zelf, bij een Steunpunt Mantelzorg of bij Mezzo, om voor waardering in

Veel mensen denken dat economie over geld gaat, dat je leert om snel rijk te worden, dat je straks alles weet van welke aandelen goed zijn en hoe hoog de olieprijs morgen

Hierdie artikel het ten doel gehad om die kennisdomein van Regeerkunde as ontwikkelende studieveld te konstrueer en om die relevansie daarvan binne die konteks

Daarbij is van belang op te merken dat in een aantal gevallen duurzaamheid niet veel meer is dan een nieuwe naam voor milieubeleid of beleid dat erop is gericht op termijn

Alle zure voedingsmiddelen, hoe gezond ook, kunnen schadelijk zijn voor uw gebit.. Vooral voor zuur fruit moet