• No results found

Vraag nr. 277 van 2 februari 2005 van de heer RUDI DAEMS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 277 van 2 februari 2005 van de heer RUDI DAEMS"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 277 van 2 februari 2005

van de heer RUDI DAEMS

Sanering Kouterwijk St.-Amands – Uitvoering – Lessen

Het saneringsdossier van de Kouterwijk in Sint-Amands is om vele redenen een belangrijk dossier in het Vlaamse beleid inzake bodemsanering. Ten eerste gaat dit project om het tweede grote woonzonesaneringsproject in Vlaanderen, na Kapellen.

Ten tweede heeft dit saneringsproject geleid tot een belangrijke wijziging van het bodemsaneringsde-creet door de invoering van de zogenaamde "site-verklaring", omdat een dergelijke procedure een ongelofelijk ingewikkelde administratieve proce-dure vereist.

Ten derde zijn we vandaag ongeveer halfweg in de sanering van de Kouterwijk, en kan een tussentijdse evaluatie misschien inspiratie bieden voor de aan-pak van de volgende fase.

Tot slot zal de ervaring in de Kouterwijk van cru-ciaal belang zijn om lessen uit te trekken voor toe-komstige saneringsprojecten die met individuele woningen te maken hebben. Want niets is zo gevoe-lig als de tuin van individuele woningen te gaan omploegen zonder dat alle aspecten ervan voldoen-de zijn doorgepraat met voldoen-de eigenaars.

Ik zou deze schriftelijke vraag willen opdelen in twee delen :

– een deel dat gaat over de actuele uitvoering van de werken op het terrein en over de aanpak van de tweede fase ;

– een deel dat kijkt naar de toekomst en probeert lessen te trekken voor toekomstige projecten. Deze vragen werden opgesteld tijdens een bezoek aan de Kouterwijk in samenspraak met enkele bewoners die hun ervaringen meedeelden.

De actuele sanering en de tweede fase

Het is een normale zaak dat na verloop van tijd de aandacht wel eens durft te verslappen bij werken

van dergelijke omvang. Dit wordt op sommige pun-ten ook vastgesteld in de Kouterwijk.

Dat heeft onder meer tot gevolg dat bepaalde wer-ken niet altijd conform het lastenboek worden uit-gevoerd, en dat het toezicht op de uitvoering van de werken vermindert.

1. Gebeuren de werken conform het lastenboek ? 2. a) Is er geregeld toezicht op de uitvoering van

de werken ?

b) Wie is daarvoor verantwoordelijk ?

c) Werden er onregelmatigheden vastgesteld ? Zo ja, welke, en werden deze geremedieerd ? e) Bij de aanvang der werken werd bijvoorbeeld

de openbare weg voor de helft opengelaten, kreeg elke bewoner een brievenbus aan de straatkant, werden omheiningen aangebracht om de veiligheid van de bewoners en passan-ten tijdens de werken te verhogen, werden loopbruggen naar de woningingang aange-legd, werd de verontreinigde grond overdekt opgeslagen en tijdig afgevoerd, gebeurden er geregeld stofmetingen, enzovoort.

Klopt het dat deze afspraken nu niet meer of minder nauwgezet opgevolgd worden ? 3. Voor de werken van de tweede fase.

a) Hoelang op voorhand krijgen individuele bewoners te horen dat de werken op hun per-ceel zullen starten ?

b) Hoe zal dit gebeuren ?

c) Zal er bij de af- en aanvoer van grond reke-ning gehouden worden met de schoolgaande kinderen ?

d) Bestaat de mogelijkheid dat er na de volledige bodemsanering van de Kouterwijk toch nog gebruiksbeperkingen worden afgekondigd ? e) Zullen er saneringen blijven plaatsvinden,

(2)

Eén van de essentiële punten bij een dergelijke saneringsaanpak is een goede communicatie. De vorige en de huidige minister, alsook de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest (OVAM) hebben daar grote aandacht aan besteed. Zo werden de werken opgevolgd door OVAM, werd een onafhanke-lijke bewonersdeskundige aangesteld, is er een uitgebreide informatiekrant en werd bij een twintigtal gezinnen een bevraging georganiseerd door de universiteit van Gent.

Een ander belangrijk aspect betreft de zorg voor het herstel van de tuin in de oorspronkelijke toestand en de financiële discussie die daar-mee gepaard gaat. In het kader van "behoor-lijk bestuur" geeft OVAM aan de bewoners een financiële tegemoetkoming, op basis van een schatting van een beëdigd landmeter. Elke individuele eigenaar heeft het recht om ofwel de som geld in ontvangst te nemen en zelf in te staan voor de heraanleg, ofwel om OVAM vol-ledig (inclusief oprit en tuinhuis) de heraanleg te laten doen via een gespecialiseerd tuinaanne-mer.

Over beide punten is er behoorlijk wat wre-vel en onbegrip bij heel wat bewoners in de Kouterwijk. Meestal levert immers de sanering door afgraving voor de bewoners een financiële kater op.

4. Welke lessen zijn er inzake communicatie en nazorg getrokken uit de sanering in Kapellen ? Zijn deze toegepast in de Kouterwijk, of zullen

ze toegepast worden ?

5. In verband met communicatie.

a) Zijn er geregeld overlegmomenten tussen bewoners en de bewonersdeskundige ? b) Heeft dit geleid tot een wijziging in de

com-municatie en de saneringsaanpak ?

c) Wie is er bevoegd in het geval er zich conflic-ten voordoen tussen bewoners en de deskun-dige ?

d) Is er geregeld overleg tussen de bewonersdes-kundige en OVAM ?

e) Heeft dit geleid tot een wijziging in de com-municatie en de saneringsaanpak ?

f) Hebben de bewoners feedback gekregen over de besprekingen tussen OVAM en de bewo-nersdeskundige ?

6. In verband met de financiële tegemoetkoming. a) Klopt het dat de officiële waardebepaling

vaak niet overeenkomt met de uiteindelijke kosten voor heraanleg, dat bewoners vaak extra kosten moeten maken ?

b) Wat gebeurt er indien er tijdens de heraanleg door (onverwachte) meerkosten een groot verschil ontstaat tussen de officiële waarde-bepaling en de uiteindelijke kosten voor die heraanleg ? Heeft de eigenaar een verhaal-mogelijkheid ?

c) Klopt het dat bewoners moeten betalen voor bepaalde "supplementaire kosten", zoals het verplaatsen van een tuinhuis ?

Was dit vooraf duidelijk zo gecommuniceerd aan de bewoners ?

d) Zijn veranda’s, pergola’s en gemetste muur-tjes (met of zonder brievenbus) al dan niet meegerekend in de waardebepaling ?

Welke criteria worden daarvoor gebruikt ? Antwoord

1. De actuele sanering en de tweede fase

Vraag 1 en 2 : betreffende de uitvoering van de werken conform het lastenboek

(3)

(korte dagen), praktische uitvoering (grond-water staat hoger en er valt meer hemel(grond-water, evaluatie reeds uitgevoerde werken) alsook psy-chische redenen (bewoners en betrokkenen laten herademen). Deze onderbreking van de uitvoering werd reeds van bij de voorbereiding gecommuni-ceerd naar de bewoners.

Intussen zijn de voorbereidende werkzaamheden voor de heropstart van de werf in het voorjaar van 2005 al volop bezig. Zo momenteel onder andere:

– zijn alle bewoners waarvan het perceel in 2005 wordt gesaneerd individueel bezocht (door OVAM, bewonersdeskundige en aan-nemer);

– is de tijdelijke opslagplaats voor propere grond volgestockeerd (ca. 7 a 8.000 ton teel-aarde en 11 a 12.000 ton ondergrond) en worden de nodige acties ondernomen om de volledige nog benodigde partij aanvulgrond in te keuren (cfr. regeling grondverzet); – is de detailplanning voor fase 3 (periode tot

juli 2005) volledig uitgewerkt;

– is een aangepast mobiliteitsplan voor deze fase uitgewerkt zodat een vergunning werd verkregen van de politie; werden ook de scholen in de buurt geïnformeerd over dit mobiliteitsplan;

– werd op 19 januari 2005 een bewonersverga-dering belegd waarop alle

noodzakelijke informatie aan de bewoners werd meegedeeld (na de vergadering waren er nau-welijks nog vragen van de bewoners);

– is eind januari 2005 gestart met het vrijma-ken van de terreinen die dit voorjaar wor-den gesaneerd.

Dit alles verloopt conform de lastenboeken, zij het dat er een aantal elementen werden bijgestuurd ten goede van de sanering op basis van de ervaringen opgedaan tijdens de uitgevoerde werken in 2004. Naast de wekelijkse werfvergaderingen wordt er in de mate van noodzakelijkheid bijkomend overleg georganiseerd.

Op de ganse sanering en de voorbereiding wordt nauwlettend toegezien door OVAM, die als opdrachtgever van de werken haar verantwoorde-lijkheden hieromtrent opneemt.

Zoals op elke werf zijn er bijsturingen op de uit-voeringswijze noodzakelijk, gaande van organisa-torische aspecten tot concrete uitvoeringswijzen. Hiertoe dient het dagelijks toezicht door OVAM, de erkend bodemsaneringsdeskundige alsook de veiligheidscoördinator. Aan alle opmerkingen dient gevolg te worden gegeven, waarbij ook elke melding van bewoners of de bewonersdeskundige ernstig wordt onderzocht.

Er is dan ook geen enkele reden om aan te nemen dat gemaakte afspraken in het verleden nu min-der zouden uitgevoerd of opgevolgd worden. Integendeel.

Vraag 3 : werken in 2005

Zoals eerder vermeld, betekent de winterstop van de saneringswerken niet dat er geen verdere acties worden ondernomen. Via bewonersbrie-ven, individuele bezoeken (voor de saneringswer-ken in 2005 zijn deze gestart in oktober 2004) en een bewonersvergadering (19 januari 2005) werden de betrokkenen reeds uitgebreid geïn-formeerd over de werken die aanvatten op 28 februari 2005. Deze wijze van informatie-doorstroming gebeurt reeds enkele jaren. Als laatste element hierin wordt verwezen naar het mobiliteitsplan, dat in de komende bewo-nersbrief van 20 februari 2005 wordt toegelicht. Hierbij wordt opgemerkt dat bij de informatie-doorstroming steeds enkel de definitieve plannen worden gecommuniceerd om verwarring te voor-komen.

Bij de ontwikkeling van het project (2002-2003) werd met tal van factoren rekening gehouden, waaronder ook sociale factoren. Zo werd tij-dens de voorbereiding onder meer uitgebreid geïnventariseerd waar studerende kinderen wonen, welke route zij naar school volgen, ... tot wie welke huisdieren had.

(4)

Ter illustratie vermelden we de bestekvereisten dat er in de wijk enkel met kleine vrachtwagens mag gereden worden, er een specifieke regeling geldt voor zwaar transport in de wijk tijdens de piekuren van het schoolverkeer, er voorzieningen inzake postbedeling aanwezig zijn en er in opvang is voorzien voor boerderijdieren (kippen, geiten, ezel) en vijvervissen.

Bovendien voorziet de totaalaanpak in een aan-tal extra mogelijkheden voor de bewoners. Zo kunnen de bewoners inschrijven op een optie om tijdens de bodemsaneringswerken hun aanwezige stookolietank volgens de voorschriften terzake te laten reinigen en verwijderen tegen een zeer voor-delige vergoeding.

Deze werkwijze heeft reeds in 2004 haar deugde-lijkheid bewezen. Grondwatersanering

Bij de opmaak van het bodemsaneringsproject werd een opsplitsing gemaakt naar het "vaste deel van de bodem" en het "grondwater". Dit omdat de aanpak van het grondwater een specifieke grondige studie vergt en OVAM de bewoners niet langer wou laten wachten op de sanering van hun terrein.

Hierbij neemt OVAM in overweging dat er momen-teel geen risico uitgaat van deze grondwaterver-ontreiniging indien de bewoners de adviezen van OVAM opvolgen.

Tijdens de winterstop van de werken is een erkend bodemsaneringsdeskundige gestart met de opmaak van een bodemsaneringsproject voor het grondwa-ter, waarbij de randbemerking werd geformuleerd dat de particuliere percelen niet opnieuw worden betreden bij een eventuele sanering.

OVAM verwacht het eindrapport van dit onder-zoek dat de verschillende saneringsalternatieven ten opzichte van elkaar afweegt tegen de zomer van 2005.

Ook de bevindingen van dit rapport zullen opnieuw tijdig worden gecommuniceerd naar de bewoners, waarbij de bewoners dit rapport ook kunnen inzien (cfr. bij de opmaak van het project voor de huidige werken waren zowel het bodemsanerings-project als de lastenboeken ter inzage van de bewo-ners, die hierop opmerkingen konden formuleren).

Op basis van de resultaten van dit rapport zal bekend zijn of bijkomende actieve saneringsmaat-regelen van het grondwater noodzakelijk en even-tueel haalbaar zijn tegen een aanvaardbare prijs. Gebruiksbeperkingen in de zin van het bodemsa-neringsdecreet (beperking van het huidig gebruik van de bodem overeenkomstig het bestemmings-type) zijn niet te verwachten. Wel bestaat de moge-lijkheid dat er naar het gebruik van het grondwater restricties worden opgelegd (pas te besluiten na conformverklaring van het bodemsaneringsproject in opmaak).

Evenwel worden ook hier geen praktische proble-men verwacht, vermits dit grondwater in de wijk nauwelijks ontginbaar is.

2. Lessen voor andere saneringsprojecten

Met betrekking tot de wrevel die in de wijk aan-wezig zou zijn ten aanzien van de bewonersdes-kundige en omtrent de tegemoetkoming, dient minstens de nuancering zoals in de volgende ant-woorden te worden aangebracht.

Vraag 4 : ervaringen Kapellen

De ervaring opgedaan bij de uitvoering van de veiligheidsmaatregelen in de Lievenshoekwijk in Kapellen hebben op elk moment en op elk niveau van zowel het ontwerp van sanering van de Kouterwijk in Sint-Amands als de uitvoering ervan haar invloeden gehad.

Het aanwijzen van een bewonersdeskundige en het opstarten van een proefproject omtrent de tege-moetkomingen zijn hier maar enkele voorbeelden van.

Vraag 5: bewonersdeskundige

(5)

Uit het rechtstreeks contact van de OVAM met de bewoners blijkt over het algemeen een grote tevre-denheid over de invulling van de rol van bewoners-deskundige.

Tijdens zowel de voorbereiding als de uitvoe-ring van de werken is de bewonersdeskundige steeds telefonisch (gratis nummer), elektronisch (e-mail) als per fax bereikbaar. Bovendien is deze deskundige ook ruim in de wijk aanwezig en steeds aanspreekbaar door de bewoners. Nagenoeg dagelijks (afhankelijk van de werken) wordt dé bewonersdeskundige door de bewoners op een of andere wijze gecontacteerd.

Daar de taak van de bewonersdeskundige niet enkel bestaat in het doorgeven van informatie van de "saneerders" naar de "bewoners", heeft deze deskundige ook een actieve inbreng op de werfver-gaderingen (2 x per week tijdens de werken), waar deze deskundige onderbouwd verzoeken, wensen en bekommernissen van de bewoners verdedigt. Op basis hiervan werden diverse kleinere en grotere bijsturingen uitgevoerd.

Bij de invulling van de taken wordt de reeds opge-dane ervaring bij het uitvoeren van de veiligheids-maatregelen in Kapellen verder uitgebreid, op basis waarvan bijsturingen in de aanpak kunnen plaatsvinden.

Deze bijsturingen komen onder meer aan bod op de periodieke "evaluatie"-besprekingen die gehou-den worgehou-den tussen OVAM en de opdrachtgever van de bewonersdeskundige.

De feedback van deze besprekingen wordt niet aan de bewoners meegedeeld, vermits de bewoners hier ook geen constructief belang bij hebben. Zij merken eventuele bijsturingen "on the field". Bovendien wordt het ganse concept volgens welke de sanering wordt uitgevoerd, geëvalueerd aan de hand van een studie van de vakgroep Sociologie van de Universiteit Gent, die onder meer de pri-maire en secundaire bronnen van stress in kaart brengt. Na een eerste oriënterende bevraging van een twintigtal bewoners werd een algemene vragen-lijst in de ganse wijk verspreid. Hierop kwam een respons van circa 80-85%.

Momenteel worden de gegevens van deze bevra-ging verwerkt. Het eindrapport zal, zoals ook

reeds aan de bewoners werd meegedeeld, ook voor hen toegankelijk zijn.

Vraag 6: financiële tegemoetkoming

Inzake de tegemoetkoming werd aan de bewo-ners meermaals verduidelijkt dat dit geen scha-deloosstelling, noch een vergoeding betreft en dat deze regeling steeds ontoereikend is om een volle-dige heraanleg van het perceel tot de toestand voor de werken te bekostigen.

Dit vloeit voort uit de vaststelling dat enerzijds bij bewoners die vrijgesteld werden van sane-ringsplicht OVAM deze plicht uitvoert doch niet overneemt, en anderzijds dat OVAM ook niet aan-sprakelijk is voor de aanwezige verontreiniging. Bovendien omvatten de kerntaken (en bijgevolg budgetten) van OVAM wel het saneren van derge-lijke terreinen, doch niet het heraanleggen ervan. Om op een objectieve wijze de hoogte van de tege-moetkoming te bepalen, werd in opdracht van OVAM van elk perceel een waardebepaling opge-maakt door een meetkundig schatter onroerende goederen in samenwerking met een tuinarchitect. Op dit verslag werden door een aantal bewoners bemerkingen geformuleerd, die opnieuw werden geëvalueerd. Waar nodig werden aanpassingen doorgevoerd.

Voor percelen waar slechts in een gedeeltelijke ont-graving voorzien was, werd zowel een schatting opgemaakt voor het deel waar werken worden gepland, als voor het ganse

perceel, zodat indien toch verder dient ontgraven te worden (op basis van vaststellingen tijdens de wer-ken) de overeenkomstige tegemoetkoming reeds bekend is.

(6)

te breken en (in opdracht van de OVAM te laten) op te bergen. De bewoners zijn bijgevolg vrij om een deel van de tegemoetkoming aan te spre-ken om in hun opdracht een aantal werspre-ken die hierop gericht zijn, te laten uitvoeren.

Bij de opmaak van de waardeschattingen werd om budgettaire redenen enkel rekening gehouden met de actuele toestand van de perceelsinrichting, waarbij woningen en aanhorigheden niet werden opgenomen, evenals enkel werd gerekend met een maximale leeftijd van drie jaar voor de aanwe-zige planten. Immers bedraagt volgens de huidige regeling de totale kostprijs voor de tegemoetko-mingsregeling circa 12% van het totale budget van de bodemsanering.

Om constructies al dan niet te behouden, worden volgende criteria gehanteerd:

– de constructie mag een normale toegang van het materieel (kranen, e.d.) tot de te saneren delen niet hinderen;

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dit is te meer van belang omdat de burgcrij (vooral in de grote steden) uit de aard cler zaak niet goed wetcn lean wat de Vrije Boeren willen.. net is daarbij duiclelijk, dat oak

"Maar hoe kwam u in deze ongelegenheid?" vroeg CHRISTEN verder en de man gaf ten antwoord: "Ik liet na te waken en nuchter te zijn; ik legde de teugels op de nek van mijn

"Als patiënten tijdig zo'n wilsverklaring opstellen, kan de zorg bij het levenseinde nog veel meer à la carte gebeuren", verduidelijkt Arsène Mullie, voorzitter van de

"Patiënten mogen niet wakker liggen van de prijs, ouderen mogen niet bang zijn geen medicatie meer te krijgen. Als een medicijn geen zin meer heeft, moet je het gewoon niet

De betrokkenheid van gemeenten bij de uitvoering van de Destructiewet beperkt zich tot de destructie van dode honden, dode katten en ander door de Minister van

Men kan niet beweren dat die honderden huizen in aanbouw in Beuningen en Ewijk nodig zijn om aan de behoefte van deze twee kernen te voldoen.. In die twee kernen is er geen

9) Heeft u problemen met andere regelgeving op het gebied van verkeer en vervoer?. O

Ik weet niet wat anderen over mij gedacht zullen hebben, maar ik moet eerlijk bekennen, dat ik me zelf prachtig vond; en dat moest ook wel zoo zijn, want mijn vriend Capi, na