• No results found

Vraag nr. 80van 21 januari 2005van de heer LUDWIG CALUWÉ

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 80van 21 januari 2005van de heer LUDWIG CALUWÉ"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 80 van 21 januari 2005

van de heer LUDWIG CALUWÉ

Bredabaan Merksem – Ongevallen met bussen of trams

De Bredabaan is één van de belangrijkste verkeers-aders in het noorden van de provincie Antwerpen. Daarnaast is ze het werkterrein van meer dan 250 winkeliers, die dus allen belang hebben bij de bereikbaarheid van hun winkels.

Sinds 16 juni 2004 echter komt de Bredabaan ter hoogte van Merksem geregeld in een slecht dag-licht te staan. Op die specifieke dag werd deze weg na heraanleg opnieuw opengesteld voor alle ver-keer. Sindsdien zijn er reeds tien ongevallen geweest waarbij een bus of tram betrokken was, met tot op heden negen gewonden tot gevolg, waaronder een kind van twaalf. In 2003 gebeurden er slechts twee ongevallen waarbij openbaar vervoer betrokken was.

1. Heeft het Vlaams Gewest of De Lijn onder-zocht wat de oorzaak is van dit hoge aantal ongevallen met voertuigen van De Lijn ?

2. Welke maatregelen worden genomen om de ongevallen tussen voertuigen van De Lijn en personenwagens in de toekomst te voorko- men ?

3. Werd hieromtrent overleg gepleegd met de ver-keerspolitie, met het bestuur van het district of met andere betrokken partijen ?

N.B. Deze vraag werd gesteld aan de ministers Peeters (vraag nr. 237) en Van Brempt (nr. 80).

Gecoördineerd antwoord

1. Het aantal ongevallen waarbij het openbaar vervoer betrokken is op de Bredabaan in 2004 ligt lager dan in 2002 en hoger dan in 2003. De toename van het aantal ongevallen is

moge-lijk het gevolg van de gewijzigde situatie waar andere weggebruikers nog aan moeten wennen. Wat we vaststellen op de Bredabaan is vergelijk-baar met de Turnhoutsebaan na het in gebruik nemen van de vrije tram- en busbaan. Eens de andere weggebruikers vertrouwd geraken met de nieuwe aanleg vermindert het aantal ongeval-len tot onder het laagste jaarcijfer van vóór de heraanleg. Vervolgens kunnen wij stellen dat de toename van het aantal ongevallen met auto’s zich voordeed in de periode na het beëindigen van de werken aan de Rl. Het zijn waarschijn-lijk automobilisten die voor het eerst gecon-fronteerd werden met de nieuwe aanleg, die ten gevolge van de grote verkeersdruk het geduld niet hadden om in de file aan te schuiven en terugdraaiden over de vrije tram- en busbedding met een aanrijding tot gevolg.

2. De huidige aanleg is gerealiseerd met beperkte middelen. Bij het ontwerp van de heraanleg van de Bredabaan in 2001 werd rekening gehouden met de noden van de zachte weggebruiker. Voor het dwarsen van de straat werd in rustpunten voorzien. Bovendien werden voor het autover-keer en de vrachtwagens terugautover-keervoorzieningen uitgewerkt. Al deze maatregelen konden niet gelijktijdig met de huidige beperkte ingrepen gerealiseerd worden. Het is nog steeds de bedoe-ling het ontwerp in zijn volledigheid uit te voe-ren.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het onderzoek naar de mogelijkheid om in Vlaanderen een centraal georganiseerd huur- waarborgfonds in te stellen, is een van de onder- zoeken die in dit kader in de

Op die manier komt men, afhankelijk van het geval, tot schoolomgevingen waar een permanente zone 30 aangewezen is, andere omgevingen waar een tijdelijke zone 30 bij het begin-

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door mevrouw Kathleen Van Brempt, Vlaams ministervan Mobiliteit, Sociale Economie en

De nieuwe brug zou dan de bestaande op- en afrit aan de zuidzijde van de E40 ter hoogte van het bedrijventerrein Vlamingveld vervolledigen, zodat hier ook verkeer vanuit Brussel

Een gecoördineerd antwoord zal worden ver- strekt door heer Kris Peeters, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu

Met andere woorden: zonder diepgaand potentieel- onderzoek, zowel langs herkomst- als langs bestem- mingszijde, valt er geen uitspraak te maken over de zinvolheid en het

De fietssnelweg waarvan sprake kan niet rechtstreeks gekoppeld worden met de subsi- diëringsmogelijkheden van het Vlaams Gewest in het kader van het

Zoals blijkt uit de tabel werden in het kalen- derjaar 2004 voor de aanslagjaren 1999, 2000 en 2001 nog een klein aantal aanslagen ingeko- hierd, niettegenstaande de normale