• No results found

11. Je ziet in de figuur dat de lengte van het lijnstuk gelijk is aan f − g. Je moet dus de vergelijking f − g =

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "11. Je ziet in de figuur dat de lengte van het lijnstuk gelijk is aan f − g. Je moet dus de vergelijking f − g ="

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Eindexamen wiskunde B vwo 2011 - II

▬ www.havovwo.nl www.examen-cd.nl ▬

© havovwo.nl

Verticale en horizontale verbindingslijnstukken

11. Je ziet in de figuur dat de lengte van het lijnstuk gelijk is aan f − g. Je moet dus de vergelijking f − g =

16

oplossen:

1 x − 1

x

2

= 1 6 , x − 1 = 1

6 x

2

, 1

6 x

2

− x + 1 = 0, x =

1 + q

1

2

− 4 ·

16

· 1 2 ·

16

_ x = 1 −

q

1

2

− 4 ·

16

· 1 2 ·

16

,

x = 1 +

q

1 3 1 3

_ x = 1 −

q

1 3 1 3

,

x = 3 + 3 r 1

3

_ x = 3 − 3 r 1

3 , x = 3 + √

3 _

x = 3 − √ 3.

Dit zijn dus de waarden voor a = x waarvoor aan de voorwaarde voldaan is.

12. De lengte van het lijnstuk is

1b

1

b

. Je wilt eerst uitrekenen voor welke b de lengte maximaal is. Hiervoor moet je de afgeleide van het lijnstuk gelijkstellen aan nul:



b

−1

− b

12



0

= 0,

−b

−2

+ 1

2 b

32

= 0,

−1 + 1

2 b

12

= 0, 1

2

√ b = 1,

√ b = 2, b = 4.

Nu vul je b = 4 in in de formule voor de lengte. Dan krijg je dat de maximale lengte gelijk is aan:

1 4 − 1

√ 4 = − 1 4 .

Natuurlijk is een negatieve lengte onzin, maar dit komt doordat ik aan het begin heb gezegd dat de lengte

1b

1

b

is, maar ik had natuurlijk ook kunnen kiezen dat het

1

b

1b

is, en daar komt de min vandaan. De lengte is dus

14

.

- 1 -

(2)

Eindexamen wiskunde B vwo 2011 - II

▬ www.havovwo.nl www.examen-cd.nl ▬

© havovwo.nl

13. Eerst moet je de x-co¨ ordinaten van de snijpunten van de lijn y = 4 met f en g uitrekenen. Met f is het snijpunt:

1 x = 4,

x = 1 4 . Met g is het snijpunt:

1 x

2

= 4,

x

2

= 1 4 , x = 1

2 .

De negatieve oplossing van de laatste vergelijking kan genegeerd worden omdat het vlakdeel V toch in zijn geheel rechts van de y-as ligt. Nu deel je het vlakdeel V op in twee stukken, en de grens tussen de stukken is de lijn x =

12

. Links van die lijn wordt V namelijk van boven begrensd door de lijn y = 4, en rechts van de lijn wordt hij van boven begrensd door g.

De oppervlakte van het linkerdeel is dan gegeven door Z

12

1 4

4 − f (x) dx.

Voor de oppervlakte van het rechterdeel moet je ook nog het snijpunt van f en g weten. Dit is:

1 x = 1

x

2

, x = 1.

Het rechterdeel heeft dan als oppervlakte Z

1

1 2

g(x) − f (x) dx.

De totale oppervlakte van V is dus:

V = Z

12

1 4

4 − f (x) dx + Z

1

1 2

g(x) − f (x) dx,

= Z

12

1 4

4 − 1 x dx +

Z

1

1 2

1 x

2

− 1

x dx,

= [4x − ln x]

1 2 1 4

+



− 1 x − ln x



1

1 2

,

=

 4 · 1

2 − ln 1 2



 4 · 1

4 − ln 1 4

 +



− 1 1 − ln 1





− 1

1 2

− ln 1 2

 ,

= 2 − ln 1

2 − 1 + ln 1

4 − 1 − ln 1 + 2 + ln 1 2 ,

= 2 + ln 1 4 .

- 2 -

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3p 9 † Bereken de afstand tussen de boot en de fotograaf toen de foto gemaakt werd.. De boot heeft een constante snelheid van 8,5 m

Je wilt nu uitrekenen voor welke a deze lengte gelijk is

Hierbij moet je bij de tweede term de

Het verschil tussen deze twee waarden is 13, dus dat is hoeveel de grafiek f omhooggeschoven zal moeten worden zodat de grafieken

Als bijvoorbeeld soort 7 een gewicht heeft dat 1,8 keer zo groot is als dat van soort 6, dan is de gewichtsratio tussen deze twee soorten gelijk aan 1,8.. Uit dergelijk onderzoek

Neem aan dat vroeger de gewichtsratio in Afrika voor alle elkaar opvolgende soorten constant gelijk aan 1,06 is geweest.. 4p 13 Onderzoek hoeveel soorten in de rangschikking tussen

5p 12 Bereken met behulp van differentiëren deze waarde van x in 1 decimaal nauwkeurig. De twee grafieken snijden elkaar in precies

Als men geruime tijd niet in staat is geweest actief te zijn in het maatschap. pelijk leven, dan heeft men gelegenheid eens na te gaan, welke problemen zich