2 Wat zie je op de plaatjes?
Schrijf het woord op.
twee
honden
één
hond
1 woord s oort
2 koord b 3 bult sch 4 spoed
5 land 6 rand 7 haalt 8 held
g p k n sp
41 de spoed
Als je iets met spoed doet, doe je het snel, omdat het nodig is.
Je hebt woorden met d aan het eind geleerd.
a
Als ik een woord hoor, weet ik meteen of je d of t schrijft.a
Als ik een woord hoor, maak ik het woord eerst langer. Dan weet ik ofje d of t schrijft.
a
Ik vind deze woorden nog moeilijk.514142_T7-V4.indd 41 11/15/13 4:02 PM