• No results found

Semantiek 1

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Semantiek 1"

Copied!
35
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Semantiek 1

college 6 Jan Koster

(2)

Vandaag

Vorige week: zinssemantiek gebaseerd op situering van de zin ten opzichte van tijd en andere modaliteiten

Vandaag: semantische classificatie van

naamwoordelijke groepen (NP, DP): rollen en hun hiërarchieën, promotie en demotie, rolwisseling, classificeerders, geslacht

(3)

Wat is een rol?

Voorbeelden:

(1) Jan slaat Piet betekent niet hetzelfde als

(2) Piet slaat Jan

Komt doordat Jan en Piet niet dezelfde rol hebben in deze zinnen

Agens: Jan in zin (1), Piet in zin (2)

Patiens: Piet in zin (1), Jan in zin (2)

(4)

Niet hetzelfde als subject-object

Subject kan verschillende rollen hebben:

Agens: Jan slaat Piet

Patiens: Piet wordt geslagen door Jan Begunstigde: Jan kreeg 500 euro

Thema: Piet viel om

Object ook:

Patiens: Jan slaat Piet

Begunstigde: Die 500 euro komen Jan toe

(5)

Herkenning subject

In het Nederlands is subject (onderwerp) vaak te herkennen door congruentie

(agreement): overeenkomst in persoon (1,2,3) en getal (enkelvoud en meervoud) Jan loopt naar huis

Jan en Marie lopen naar huis

In sommige talen (als Hongaars) ook congruentie werkwoord-object

(6)

Syntactische classificatie

Woordgroepen:

NP (DP): Jan, Piet, het boek van Marie...

PP: met een stok, op de kast...

AP: ziek van verveling, verliefd op Marie...

VP: (dat zij) het boek leest, op Kees lijkt...

(7)

Viervoudige classificatie NP’s

Volgens syntactische categorie: NP (of DP)

Volgen syntactische functie: subject, direct object, indirect object

Jan gaf Marie een boek

Volgens thematische rol: agens, patiens...

Volgens naamval: nominatief (hij), accusatief (hem), etc.

(8)

Thematische rollen

In alle talen bestaat de gemiddelde zin minimaal uit een werkwoord met één of meer rollen. Terminologie: thematische rollen, theta-rollen, semantische rollen

Jan gaf Marie een boek

Ook bij andere woordsoorten:

Caesars vernietiging van de stad Met Jan verliefd op Marie

(9)

Soorten rollen (1)

Agens (handelende persoon) Marie sprong in het water

Patiens (wie/wat de handeling ondergaat) Jan slaat Piet

Thema (wie/wat plaats of verandering van plaats wordt toegekend)

Het boek ligt op tafel

Piet gooide de bal uit het raam

(10)

Soorten rollen (2)

Experiencer (degene die ervaring ondergaat)

Marie hoorde de muziek

Begunstigde

Jan kreeg 500 euro

Instrument

Hij schreef het boek met een kroontjespen

(11)

Soorten rollen (3)

Locatie

Lisa woont in de stad

Doel

We richten de brief aan de gemeente

Bron

Dit boek komt uit de UB

(12)

Problemen

Veel overlapping tussen rollen:

generalisaties gemist

Hoe moeten de rollen gedefineerd worden (afbakening niet altijd duidelijk)?

Hoe zijn de rollen onderling georgani- seerd ten opzichte van grammatische functies (men name het subject)?

Antwoord: hiërarchisch

(13)

(1) Overlapping

Begunstigde en doel

Marie gaf Kees 500 euro

Thema en patiens

Jan duwde Piet van het dak af

Agens en bron (oorzaak) Piet brak een glas

Het vallende boek brak een glas

(14)

Verwant probleem

Hoeveel rollen per NP?

Theta-criterium (Chomsky) 1-1 relatie tussen NPs en thematische rollen

Onverenigbaar met overlapping Bill entered the room

Theme Goal Actor

(15)

Jackendoff: twee lagen (tiers)

Action tier: action, agent, epxeriencer, patrient, beneficiary, instrument

Thematic tier: theme, goal, source, location

Probleem: soort verwantschap tussen source en agent, patient en goal, etc.

(cf. Piaget: locaties, etc. metaforisch uitgebreid)

(16)

(2) Afbakenings- en definitieprobleem

Vier gradaties voor patiens (Dixon)

Jan raakte de lamp met zijn teen

De aanvoerder smeerde aarde op de bal Harry kneep in de rubber eend

Alissa verpletterde het ijsblokje met haar hak

(17)

Dowty’s benadering

Gradaties via prototypentheorie

Agens: beweging met veroorzaking

gebeurtenis of verandering toestand van een ander door bewuste wilsbeschikking

Patiens: degene die statisch stapsgewijze verandering ondergaat veroorzaakt door beweging van ander

(18)

Wat is de status hiervan?

Zelfde probleem als bij parafrases en definities

Nooit precies of compleet:

John cleaned the house

John cleaned the house against his will – Afhankelijk van wereldbeeld:

Vgl. Middeleeuwse Islam: er bestaat geen causaliteit, alleen Allah’s wil. Mensen zijn dus geen veroorzakers, maar instrumenten van Allah’s wil.

(19)

Voorbeeld van gradaties

(1) Maggie snoeide de rozen

veroorzaker, bewustzijn, wil

(2) Joan voelde de hitte toen de vliegtuigdeur openging

bewustzijn, maar geen gewilde veroorzaking

(1) De lancet sneed door de spier

geen bewustzijn, niet-gewilde veroorzaking

(20)

(3) Organisatie rollen t.o.v.

grammatische functies

Vooral de relatie tot subject verloopt volgens universele principes

Lexicale eigenschap, beschreven volgens theta-grid

Realisatie als subject volgens universele hiërarchie

(21)

Theta-grid van een werkwoord

Cluster van rollen die bij een werkwoord horen

Plaatsen [V: <agens, thema, locatie>]

Zij plaatste het boek in de kast

Onderstreping (agens) betekent “te

realiseren als subject (extern argument)”

Waarom agens, en niet het thema?

Antwoord: agens hoger in hiërarchie.

(22)

Implicationele hiërarchie

agent>beneficiary>theme/patient>

instrument>location

Hiërarchie doet twee dingen:

Als iets uit de hiërarchie voorkomt in een taal, dan ook alles links ervan in de

hiërarchie

Hoger in de hiërarchie betekent: “heeft voorrang bij realisatie als subject”

(23)

Rolwisselingen

Wisseling van rollen ten opzichte van subject en object

Alternanties ten opzichte van subject

Jan kookt de melk De melk kookt

Actief-Passief:

Jan slaat Piet

Piet wordt geslagen door Jan

(24)

Objectalternanties

Spray/load verbs (vgl. Ned.: (be)laden):

He sprayed paint on the car (theme) He sprayed the car with paint (goal)

He loaded hay on the tractor (theme) He loaded the tractor with hay (goal)

(25)

Voice (= vorm)

Active-passive

Actief: bedrijvende vorm

Passief: lijdende vorm Jan slaat Piet

Piet wordt geslagen (door Jan)

Promotie: Piet. Demotie: Jan (vaak weg- gelaten: 75% van de gevallen)

(26)

Betekenisverschil

Psychologische prominentie in discourse

Verandering van “psychologisch onderwerp”

Subtiel betekenisverschil, ook in:

Iedereen hier kent twee talen

Twee talen worden door iedereen hier gekend

(27)

Syntactisch of semantisch?

Allebei enigszins, maar passief meer syntactisch

Passief anders dan andere rolwisselingen

Morfologie: John was beaten

– Niet beperkt tot theta-grid van werkwoord (zoals de andere rolwisselingen)

Zinsoverstijgende passieven

(28)

Zinsoverstijgende passieven

Jan werd geacht verslagen te zijn

Jan niet in theta-grid van achten, maar van verslaan

Weer-het (in het regent, sneeuwt, etc.):

Het werd geacht te sneeuwen

Engels:

John was expected to be likely to be arrested

(29)

Syntactische promotie

Theta-grid-overstijgende promotie

Raising (als actief-passief):

John seems – to be likely – to go It seems – to be likely – to snow

Alternanties als spray-load binnen zelfde theta-grid (worden daarom gezien als

semantisch-lexicale alternanties)

(30)

Verschillen tussen talen

We gave the boys the book (Engels) The boys were given the book

*The book was given the boys (OK in Schots Engels, beide mogelijk in Noors)

Wij gaven de jongens het boek (Ned.)

*De jongens werden het boek gegeven Het boek werd de jongens gegeven

(31)

Evidentie dat subject intern kan blijven in het Nederlands

Vgl. Iers in boek

Dat de jongens Jan een boek gaven...

*Dat Jan de jongens een boek gaven...

Dat de boeken Jan gegeven werden Dat Jan de boeken gegeven werden

VP-interne positie rechts van Jan

(32)

Onpersoonlijke passieven

Demotie, maar geen promotie (bij intransitieve werkwoorden)

Er werd gedanst (door de jongens)

Niet in Engels

*There was danced (by the boys)

Promotie en demotie worden

tegenwoordig als onafhankelijke processen gezien bij passivisatie

(33)

Middle constructions (medium)

Vaak afzonderlijke morfologie (of

reflexief), om aan te duiden dat subject betrokken is bij effecten van gebeurtenis of handeling als ware het een object

(thema, patiens)

Verandering: Jan kookt de melk, de melk kookt

Verzorging: John shaves, washes, etc., vaak met reflexieven: Jan scheert zich, wast zich

(34)

Succesconstructies

Promotie van lagere rol naar subjectstatus met verplicht aanvullend succesadverbium (anders dan passief alleen binnen theta-

grid)

Die schoenen lopen lekker

Dit model verkoopt erg goed Het mes snijdt fantastisch

(35)

Classificeerders voor naamwoorden

Veel talen hebben morfemen om

naamwoorden semantisch in te delen in klassen (classificeerders)

Extreem: 8 klassen met congruentie op werkwoord etc. in Bantu-talen

Vaak losgezongen van oorspronkelijke betekenis, als geslacht (gender) in

Nederlands

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Toezichtinformatie Kinderopvang Gemeente Goirle 2017 (zie bijlage) laat zien dat onze processen op orde zijn, alle inspecties zijn uitgevoerd en de handhavingsverplichting

Piet Vanthemsche: ‘Toen een boer me zei: „Ik zag het niet zitten toen je voorzitter werd, maar je doet het wel vree goe”, deed dat enorm veel deugd.’ © Boerenbond Ilse Van

Uitein- delijk wordt Piet op alle Haagse scholen ontdaan van de discriminatoire elementen die het College benoemt en in de toekomst hebben we alleen nog maar neutrale Pieten..

Laat enkele kinderen nu een briefje van één zin bedenken, bijvoorbeeld: Lieve piet, Ik wil graag een fiets.. Schrijf de zin op het bord, maar laat een zinsdeel weg, bijvoorbeeld:

Bij het maken van de opgaven mogen de kinderen kladblaadje gebruiken en waar nodig een

In deze les worden jullie voor een dag Piet en helpen jullie bij de organisatie van het Sinterklaasfeest.. Daarbij moeten jullie rekenen met geld, tijd

Bij het maken van de opgaven mogen de kinderen kladblaadje gebruiken en waar nodig een

24 Op een avond, als ze alle vier, Wurst en Schnaps en Jan en Piet, in een dronken bui zijn, en allerlei vertrouwelijke dingen bespreken, halen de beide Duitsers heel geheimzinnig