Vraag nr. 221 van 27 juni 2003
van de heer KOEN HELSEN
Kind en Gezin – Slagzin "Kind is Koning"
Kind en Gezin gebruikt in zijn recente briefwisse-ling onder het briefhoofd "Kind en Gezin" de slag-zin "Kind is Koning".
In de afgelopen vier jaar hebben het Vlaams Parle-ment en de minister bevoegd voor Welzijn zwaar geïnvesteerd in opvoedingsondersteuning. Het om-gaan met het stellen van grenzen voor kinderen was daarin toch een belangrijke hoofdlijn. O u d e r s, hulpverleners en welzijnsinstellingen zijn zich meer dan ooit bewust van de negatieve gevolgen van verwennerij.
Het is dan ook verwonderlijk dat Kind en Gezin, die als instelling toch in de afgelopen vier jaar ge-werkt heeft rond opvoedingsondersteuning, als on-dertitel voor haar briefwisseling gebruikmaakt van een slogan zoals "Kind is Ko n i n g " , die minstens suggereert dat het kind de baas is binnen het gezin. 1. Wie besliste deze slogan te gebruiken als onder-titel voor de briefwisseling van Kind en Gezin ? 2. Hoe rijmt Kind en Gezin deze ondertitel met de
o p v o e d i n g s o n d e r s t e u n i n g, waarbij een belang-rijk item is het leren grenzen trekken ?
3. Wat is eventueel de reactie van de minister op dit initiatief ?
Antwoord
1. Het Bestuurlijk Directiecomité besliste op 24 oktober 2001 dat er in het kader van de konink-lijke geboorte een spandoek zou worden aange-bracht tegen de voorgevel van het gebouw aan de Hallepoortlaan met daarop felicitaties aan Filip en Mathilde en "een slogan die onze dienstverlening symboliseert". De slogan werd : (elk) "Kind is Koning".
Vanaf 2002 werd de baseline consequent op de communicatiedragers van Kind en Gezin (fol-ders, affiches, briefhoofden, ... ) aangebracht. 2. Wanneer de meeste mensen (al dan niet
ieder-een) deze baseline zien, zal onmiddellijk de link gelegd worden naar de uitdrukking "Klant is Ko n i n g " . Haast iedereen kent dan ook deze uit-drukking en kan inschatten wat ze betekent en
o m v a t . Aangezien (kleine) kinderen de eigenlij-ke klanten van Kind en Gezin zijn (wel meestal in de hoedanigheid van hun ouder(s)), s p r e e k t het vervangen van "klant" door "kind" voor zich.
Terwijl de servicegerichte zakenwereld, de com-merciële realiteit en ook het openbaar leven alles in het werk stellen om hun "klanten" zo goed mogelijk te helpen en te bedienen, g e l d t dit voor Kind en Gezin ook voor de jonge kin-deren in Vlaankin-deren.
Het kind als klant hebben, impliceert immers dat kinderen en het daarmee gepaard gaande welzijn van kinderen uitermate belangrijk zijn voor Kind en Gezin als organisatie. D a a r o m weerspiegelt 'Kind is Koning' de grondgedachte van Kind en Gezin : "Bereiken dat elk kind (zonder onderscheid) zoveel mogelijk kansen krijgt".
Het zijn net alle kinderzaken en kinderkwesties die de agenda van Kind en Gezin maken. H e t belang van het kind (net zoals dat van de klant in andere sectoren) staat centraal. Heeft het kind het voor het zeggen? Als overkoepelende generieke term voor alle kleine kindjes van 0-3 j a a r, met al hun specifieke leeftijdsgebonden kenmerken en (levens)eisen (inclusief de be-hoefte van kinderen aan grenzen), impliciet wel. Wil dat dan zeggen dat kinderen de baas spelen, dat er geen grenzen moeten getrokken worden? Terwijl bij 'Klant is Ko n i n g,' alles gedaan wordt om de klant optimaal te 'servicen', wil dat niet zeggen dat de klanten de wetten stellen. K i n d en Gezin heeft het kind als lid van een gezin voor ogen. Het volgt de realiteit van elke leef-tijd tot 3 jaar en probeert vanuit deze realiteit een antwoord te bieden voor elke situatie af-z o n d e r l i j k . Kinderen af-zijn in de eerste plaats m e n s e n , levende wezens en deel van een gezin . . . Met eigen karaktertrekken, p r o b l e m e n , l e-v e n s e i s e n , noden ... En het zijn net deze typi-sche kinderzaken die altijd tegelijkertijd en ge-nuanceerd voor ogen moeten worden gehou-den. Ook bij de slogan "Kind is Koning".
3. Ik respecteer in deze context de autonomie van Kind en Gezin als Vlaamse openbare instelling bij het maken van operationele keuzes.
Daarbij onderschrijf ik de missie van Kind en Gezin die mee aan de basis ligt van de baseline in kwestie en die inhoudt dat elk kind maximale kansen krijgt.