• No results found

Video Linked Visits For Assessment (VIVA): Ver weg, maar toch dichtbij; hoe een online huisbezoek een uitkomst kan bieden

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Video Linked Visits For Assessment (VIVA): Ver weg, maar toch dichtbij; hoe een online huisbezoek een uitkomst kan bieden"

Copied!
125
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VIDEO LINKED VISITS FOR ASSESSMENT (VIVA)

Ver weg, maar toch dichtbij; hoe een online huisbezoek een uitkomst kan bieden.

Beroepsproduct: document met aanbevelingen

Naam Studenten Studentnummers

Loes Koopman 500759647

Marjolein Pot 500765389

Maud Zandbergen 500757686

Yvette Smit 500747094

Naam opdrachtgevers: Julia White, Shanna Maas Naam docentbegeleider: Hetty Tonneijck

Aantal woorden: 8999 Datum: 02-06-2020

Het copyright van dit onderzoeksverslag is van de Hogeschool van Amsterdam. Het schriftelijk verslag is eigendom van de HvA. De opdrachtgever en directe betrokkenen mogen de

(2)

1

Voorwoord

Gedurende het project heeft de projectgroep contact gehad met de opdrachtgever om in

overeenstemming te komen over de onderzoeks- en deelvragen, methodes en het eindproduct. Voor de start zijn wederzijdse verwachtingen uitgewisseld en afspraken gemaakt omtrent communicatie. Hierbij is afgesproken om iedere week een dag op locatie Westerhout aanwezig te zijn om te werken aan het project, in contact met de doelgroep te zijn en eventuele vragen te stellen. Na akkoord op het plan van aanpak is het onderzoek gestart.

Tijdens het project zijn er ingrijpende maatregelen genomen vanuit de overheid omtrent COVID-19. Hierdoor was het niet meer mogelijk om op het praktijkadres, op school en bij elkaar aanwezig te zijn om aan het project te werken. De samenwerking met de opdrachtgever is in maart stopgezet

waardoor het contact met de ergotherapeuten, revalidanten en mantelzorgers niet meer mogelijk was. Er zijn alternatieven bedacht om het project vorm te geven en de testfase door te laten gaan waarbij gecommuniceerd is via Skype en E-mail.

N.B. Het onderzoek naar het online platform wordt uitgevoerd door zowel Zuyd Hogeschool als Hogeschool van Amsterdam. De onderzoeksvraag zal in beide onderzoeken hetzelfde zijn, de uitkomsten zullen met elkaar worden vergeleken in de discussie. De onderbouwing van het onderzoek kan in beide projecten verschillen. Daarnaast zijn de lectoraten van beide organisaties betrokken en belanghebbend. Hierdoor is er behoefte om bepaalde keuzes over het onderzoek in overeenstemming met Hogeschool Zuyd en het lectoraat te maken.

Ondanks de aangepaste werkwijze heeft het onderzoek, mede dankzij een aantal personen, toch kunnen plaatsvinden. Allereerst bedankt de projectgroep Hetty Tonneijck voor de prettige begeleiding. Daarnaast bedankt de projectgroep de opdrachtgevers van de GRZPLUS locatie Westerhout die het in samenwerking met Margriet Pol mogelijk hebben gemaakt om onderzoek te doen naar VIVA. Ook wil de projectgroep de participanten bedanken die zich in het onderzoek respectievelijk hebben opgesteld binnen een gesimuleerde situatie. Ten slotte bedankt de

projectgroep de onderzoekers van The University of Sheffield en de studenten van Zuyd Hogeschool voor de samenwerking.

(3)

2

Inhoud

Voorwoord ... 1 Samenvatting ... 4 1. Inleiding ... 6 1.1 Aanleiding ... 6 1.2 Vraagstelling ... 6

1.3 Doelstelling en type beroepsproduct ... 7

1.4 Onderzoeksvraag ... 7 1.4.1 Deelvragen ... 7 1.5 Begrippen ... 8 2. Theoretisch kader ... 9 3. Methoden ... 11 3.1 Literatuuronderzoek ... 11 3.1.1 Methode literatuuronderzoek ... 11 3.1.2 Artikelselectie deelvraag 1 ... 14

3.1.3 Artikel selectie deelvraag 2: ... 15

3.2 Praktijkonderzoek ... 17

3.2.1 Fysieke huisbezoeken ... 17

3.2.2 Ervaring revalidanten en mantelzorgers fysieke huisbezoeken ... 18

3.2.3 Huisbezoeken middels online platform in Sheffield... 18

3.3 Testfase ... 18 3.3.1 Vormgeving testfase ... 19 3.3.2 Dataverzameling ... 19 3.3.3 Data-analyse ... 21 4. Resultaten... 23 4.1 Literatuurstudie ... 23

4.1.1 Deelvraag 1: fysieke huisbezoeken ... 23

4.1.2 Deelvraag 2: technologie ... 27

4.1.3 Onderzoeksvraag literatuurstudie ... 31

4.1.4 Samenvatting literatuurstudie ... 32

4.2 Praktijkonderzoek ... 32

4.2.1 Fysieke huisbezoeken ... 32

4.2.2 Huisbezoeken middels online platform in Sheffield... 33

4.2.3 Criteria bruikbaarheid online platform ... 33

4.2.4 Testfase ... 34

(4)

3

5. Discussie en Conclusie ... 40

5.1 Discussie ... 40

5.1.1 Verwachtingen van het onderzoek ... 40

5.1.2 Sterke en zwakke kanten van het onderzoek ... 40

5.1.3 Vergelijking onderzoek Zuyd Hogeschool ... 41

5.2 Conclusie ... 42

6. Literatuurlijst ... 43

7. Bijlagen ... 45

Bijlage 1: Voorbeeld McMasterlijst ... 45

Bijlage 2: Notulen interview Sheffield ... 53

Bijlage 3: Interviewguide ... 58

Interview guide - ergotherapeut (i.o.) ... 58

Interview guide - simulatie revalidant en mantelzorger ... 60

Bijlage 4: Casuïstiek testfase ... 62

Bijlage 5: Toestemmingsformulier, informatiebrief en gebruiksaanwijzing ... 63

Toestemmingsformulier ... 63

Informatiebrief ... 64

Gebruiksaanwijzing VIVA therapeut ... 66

Gebruiksaanwijzing VIVA revalidant en mantelzorger ... 73

Bijlage 6: Codeertabellen ... 76

Codeertabel ergotherapeuten (i.o.) ... 76

Codeertabel simulatie revalidanten/mantelzorgers ... 83

Bijlage 7: Data-extractie tabellen en samenvattingen artikelen literatuurstudie ... 89

Data-extractie tabellen literatuurstudie ... 89

Samenvattingen per artikel literatuurstudie ... 107

Bijlage 8: Ervaringen simulatie revalidanten en mantelzorgers ... 120

(5)

4

Samenvatting

Aanleiding

De frequentie waarin fysieke huisbezoeken* worden uitgevoerd daalt terwijl de behoefte hieraan niet verminderd is. De ergotherapeuten binnen locatie Westerhout geven als reden hiervoor dat de reistijd van het huisbezoek niet wordt vergoed. Huisbezoeken zijn belangrijk om terugkeer naar huis te bevorderen, de woonsituatie te optimaliseren en context-based te werken. Daar komt bij dat de Nederlandse bevolking aan het vergrijzen is en het aantal ouderen steeds meer zal toenemen. Om zorgkosten te besparen moeten ouderen zo lang mogelijk thuis blijven wonen. Voor het veilig en zelfstandig thuis wonen zijn geschikte woningen noodzakelijk en zijn, met het oog op de toekomst, ook ergotherapeutische huisbezoeken van belang. Om de frequentie waarin huisbezoeken worden uitgevoerd te verhogen is het online platform Video linked Visits for Assessment (VIVA)* ontwikkeld. Vraagstelling

De onderzoeksvraag luidt: ‘Hoe ervaren ergotherapeuten een online platform waar huisbezoeken* mee worden uitgevoerd, als interventie binnen de context waarin de ergotherapeuten werkzaam zijn?’

Methode

Het literatuuronderzoek geeft antwoord op de vraag ‘Wat zegt de literatuur over het doen van fysieke huisbezoeken door ergotherapeuten om de thuissituatie van de cliënt te inventariseren en hoe zou technologie hierbij kunnen aansluiten?’ Om een volledig antwoord te formuleren op de

onderzoeksvraag van de literatuurstudie, bekeken vanuit verschillende perspectieven, is de onderzoeksvraag in tweeën opgedeeld. De eerste deelvraag is gericht op het doen van fysieke huisbezoeken door ergotherapeuten en de tweede deelvraag is gericht op het inzetten van technologie binnen de gezondheidszorg.

Het praktijkonderzoek is vormgegeven middels kwalitatief onderzoek. Om de ervaringen met VIVA van ergotherapeuten (i.o.) en simulatie revalidanten en mantelzorgers in kaart te brengen zijn testen uitgevoerd. Vervolgens zijn semigestructureerde interviews afgenomen bij alle zestien participanten. Naar aanleiding van deze interviews zijn de resultaten van het praktijkonderzoek opgesteld. De resultaten zijn vergeleken met het literatuuronderzoek in de conclusie.

Resultaten

Binnen de literatuurstudie zijn er in totaal tien onderzoeken geïncludeerd die antwoord gaven op de onderzoeksvraag. Er kwam naar voren dat de motivatie van huisbezoeken sterk afhangt van het doel waarmee huisbezoeken worden afgenomen, en of beschikbare middelen als tijd en geld aanwezig zijn. Daarnaast zien ergotherapeuten het doen van huisbezoeken als een belangrijk onderdeel van het ontslagproces. Zij kunnen ouderen hierdoor de juiste aanpassingen, ondersteunende technologie en strategieën aanbieden wat de zelfstandigheid bevordert. Echter is voor de meerwaarde en

effectiviteit van huisbezoeken gebrek aan bewijs, het is daarom van belang dat hier meer onderzoek naar gedaan wordt.

Binnen het onderwerp technologie kwam vanuit de literatuurstudie naar voren dat het gebruik van videoconsult binnen de gezondheidszorg veelalals positief ervaren wordt. Het heeft bevorderlijke effecten op de communicatie en maakt een effectievere en efficiëntere werkwijze mogelijk. Voorwaarden voor het implementeren van technologie zijn hetinformeren en opstellen van een gebruiksprotocol. Ook moet de tijd genomen worden om het implementatieproces te doorlopen en de gebruikelijke dossiers en routines aan te passen. Het gebruik van een online platform kan leiden tot onderbrekingen van het huisbezoek wat een belemmering kan zijn. Ook technologische

(6)

5 problemen en een gebrek aan kennis, opleiding, bewustzijn en toegang kunnen belemmerende factoren zijn.

Uit de resultaten van het praktijkonderzoek bleken de ervaringen met VIVA wisselend. Het wordt gezien als een bruikbaar platform om een online huisbezoek mee af te nemen mits de vraagstelling niet complex is. Wel missen de ergotherapeuten de volgende aspecten:

• het niet kunnen overzien van een totaalbeeld (zowel fysiek als sociaal); • het missen van zelfstandig en open kunnen observeren;

• het niet kunnen initiëren van aanpassingen en/of veranderingen.

Het platform bevat momenteel beperkingen in het gebruik. Sommige functies werken niet naar behoren wat het gebruik belemmert.

Conclusie

Uit de literatuurstudie blijkt dat het aantal huisbezoeken afneemt door tijdsdruk en mate van

financiering. Deze redenen maken dat de fysieke huisbezoeken niet efficiënt genoeg of helemaal niet worden uitgevoerd. Het gebruik van technologie kan de werkdruk verlagen door tijd en geld

efficiënter in te zetten.

Uit praktijkonderzoek blijkt dat het online platform VIVA door ergotherapeuten (i.o.) wordt ervaren als toegankelijk, efficiënt en bruikbaar in de toekomst, mits het naar behoren werkt. Momenteel worden er nog verschillende problemen ondervonden die de werking en het gebruik van het platform belemmeren. Er kan geconcludeerd worden dat VIVA in de toekomst voor eenvoudige situaties te gebruiken is als alternatief voor fysieke huisbezoeken, maar op dit moment niet in iedere situatie als een complete vervanging kan dienen.

(7)

6

1. Inleiding

De lectoraten van de Hogeschool van Amsterdam en Zuyd Hogeschool hebben kennis gemaakt met het online platform genaamd Video linked Visits for Assessment (VIVA). Tussen beide lectoraten is een samenwerking gestart om onderzoek te doen naar VIVA. Dit online platform is ontwikkeld door The University of Sheffield en getest door Sheffield Teaching Hospital. Omdat VIVA door

ergotherapeuten in Sheffield wordt getest is het idee ontstaan om VIVA ook in Nederland te testen en ervaringen te onderzoeken. In de beginfase van het onderzoek is samengewerkt met

Revalidatiecentrum Westerhout.

VIVA biedt de mogelijkheid om vanuit een tweedelijns setting digitaal inzicht te krijgen in de

thuissituatie van een cliënt. Tijdens het gebruik van VIVA is de therapeut binnen de praktijk aanwezig en kan de cliënt/mantelzorger thuis via een link een video verbinding starten.

Om te onderzoeken hoe VIVA wordt ervaren, is het belangrijk om te weten met welk doel

ergotherapeuten op dit moment huisbezoeken afnemen. Om hierachter te komen heeft een semi- gestructureerd interview plaatsgevonden met twee ergotherapeuten die werken in Westerhout. Hieruit werd duidelijk dat zij momenteel twee soorten huisbezoeken uitvoeren: inventariserend* en als interventie* (zie tabel 1). De projectgroep heeft onderzocht hoe het gebruik van VIVA wordt ervaren bij inventariserende huisbezoeken om de woonomgeving in kaart te brengen.

1.1 Aanleiding

De Nederlandse bevolking is aan het vergrijzen: het aandeel ouderen in de bevolking neemt toe. De afgelopen eeuw is het aantal 65-plussers in Nederland toegenomen: van 0,3 miljoen in 1900 tot 3,2 miljoen in 2018. Daarmee nam het aandeel 65-plussers in de bevolking toe van 6% naar 18%.1 De prognose is dat dit aantal de komende 40 jaar steeds meer gaat toenemen met de verwachting dat de bevolking in 2060 uit zo’n 4,9 miljoen 65-plussers bestaat.2, 3 Er is sprake van 'dubbele vergrijzing'. Dit houdt in dat binnen de groep 65-plussers het deel 80-plussers toeneemt. Op 1 januari 2018 waren er ruim 779.000 mensen van 80 jaar en ouder, wat neerkomt op 4,5% van de bevolking. Van de 65-plussers was 24% ouder dan 80 jaar.1

Het kabinet heeft een aantal jaar geleden besloten om verzorgingshuizen te sluiten met onder andere als reden: het besparen van zorgkosten. Alleen voor mensen die intensieve zorg nodig hebben blijven er verzorgingshuizen bestaan. Dit maakt dat het overgrote deel van de ouderen langer thuis blijft wonen met hulp vanuit het sociale netwerk.4 De Wet Maatschappelijke

Ondersteuning (WMO) levert zorg vanuit de gemeente door het aanbieden van voorzieningen en ondersteuning.5 Onderzoek naar de wens van ouderen hierin laat zien dat ze niet zozeer behoefte hebben aan méér zorg, maar aan meer geschikte woningen zodat zij thuis kunnen blijven wonen.6

1.2 Vraagstelling

Vanuit het lectoraat is een samenwerking gestart met GRZ- plus: de Zorgcirkel en de Omring. Zij hebben als doel om de beste zorg voor revalidanten te leveren. Door samenwerking tussen beiden wordt de mogelijkheid tot het delen van kennis, ervaring en onderzoek tussen de organisaties laagdrempeliger. Hierdoor wordt het traject voor revalidanten zo efficiënt mogelijk ingericht.7 De ergotherapeuten werkzaam bij locatie Westerhout kunnen momenteel niet bij iedere revalidant op huisbezoek waardoor zij onvoldoende inzicht hebben in de thuissituatie. Dit komt doordat de reistijd voor een huisbezoek niet wordt vergoed. Deze zou alleen vergoed worden als de revalidant meereist in de auto. Verzekeringstechnisch en wegens hygiënische redenen wordt dit niet gedaan. De

ergotherapeuten gaven aan dat de frequentie van huisbezoeken daalt terwijl de behoefte hieraan niet verminderd is. Het is belangrijk om huisbezoeken te doen om terugkeer naar huis te bevorderen.

(8)

7 Bij voldoende inzicht in de omgeving van de revalidant kan context-based worden geoefend. Het oefenen in de eigen omgeving is vanuit het perspectief van de ergotherapie het meest effectief.8 Dit kan binnen het revalidatietraject beter worden nagebootst als er een beeld is van de eigen

omgeving. Daarnaast brengen ergotherapeuten advies uit om de woonsituatie te optimaliseren. In samenspraak met de opdrachtgever is de vraag ontstaan hoe ergotherapeuten het doen van huisbezoeken middels een online platform ervaren. Daarnaast willen zij erachter komen of dit kan worden ingezet als interventie binnen de context waarin zij werkzaam zijn, mede omdat

zorgtechnologie zich binnen de samenleving blijft ontwikkelen.9 De technologie draagt bij aan het verbeteren van de kwaliteit en efficiëntie van zorg. Revalidanten worden hierdoor vaardiger en zelfstandiger. Deze begrippen, waarbij technologie als middel kan dienen, sluiten aan bij de visie van ergotherapeuten.10 De aanwezigheid van deze ontwikkelingen wekte bij de projectgroep interesse op.

1.3 Doelstelling en type beroepsproduct

Het doel van dit onderzoek is om de ervaringen van ergotherapeuten over het uitvoeren van

huisbezoeken middels een online platform, in kaart te brengen. Het beroepsproduct wat zal ontstaan is een document met aanbevelingen over VIVA.

1.4 Onderzoeksvraag

‘Hoe ervaren ergotherapeuten een online platform waar huisbezoeken* mee worden uitgevoerd, als interventie binnen de context waarin de ergotherapeuten werkzaam zijn?’

1.4.1

Deelvragen

Literatuuronderzoek:

1. Wat zegt de literatuur over het doen van fysieke huisbezoeken door ergotherapeuten om de thuissituatie van de revalidant te inventariseren en hoe zou technologie hierbij kunnen aansluiten?

Praktijkonderzoek:

1. Hoe voeren ergotherapeuten werkzaam in de revalidatie fysieke huisbezoeken op dit moment uit en welke gegevens levert het op?

2. Hoe ervaren revalidanten een fysiek huisbezoek ter inventarisatie van de huidige woonsituatie op dit moment?

3. Wat houdt het online platform in en hoe wordt dit vormgegeven in Sheffield?

4. Wat zijn de criteria omtrent de bruikbaarheid van het online platform om het huisbezoek mee te doen en zijn de criteria haalbaar voor ergotherapeuten en revalidanten?

5. Zou een online platform een alternatief kunnen zijn voor een fysiek huisbezoek, op basis van ervaringen van ergotherapeuten en revalidanten?

(9)

8

1.5 Begrippen

Tabel 1: begrippenlijst

Begrip Definitie

Huisbezoek Het bekijken van de huidige woonsituatie van de revalidant, in relatie tot zijn huidige beperkingen en handicaps. Met als doel de huidige woonsituatie te beoordelen op geschiktheid voor de revalidant. Op basis van deze beoordeling brengt de

ergotherapeut een advies uit aan de revalidant of aan een advies vragende instantie over zijn woonsituatie en de te volgen stappen om deze woonsituatie optimaal te maken.

Inventariserend fysiek huisbezoek

Het bekijken van de huidige woonsituatie m.b.t. de fysieke omgeving van de revalidant, in relatie tot zijn huidige beperkingen en handicaps. Met als doelen de woonsituatie te beoordelen op geschiktheid voor de revalidant en inzicht te krijgen in de eigen omgeving. Dit fysieke huisbezoek wordt uitsluitend gedaan in het begin van de behandelfase van de revalidant.

Huisbezoek als interventie

De revalidant krijgt de mogelijkheid om in zijn eigen omgeving te handelen, waarbij de ergotherapeut de mogelijkheid krijgt om klinische doelen te formuleren en zicht krijgt op het cognitief handelen van de revalidant.

Online platform voor huisbezoeken/ VIVA

Dit platform wordt vormgegeven aan de hand van een online website waarbij ergotherapeut en revalidant/mantelzorger contact kunnen leggen middels een videoverbinding. Hierbij kan de ergotherapeut functies van het apparaat (de telefoon) van de revalidant bedienen zoals: de flitser, foto/video maken etc.

Veiligheid Onder veiligheid wordt verstaan dat de revalidant/mantelzorger in staat is om zelfstandig en zonder risico’s te handelen in de eigen omgeving.

(10)

9

2. Theoretisch kader

Binnen dit onderzoek is gebruik gemaakt van de plan-do-check-act cyclus (PDCA). Dit is een hulpmiddel voor probleemoplossingen en kwaliteitsmanagement. De cyclus zorgt ervoor dat de kwaliteitsverbetering continu onder de aandacht is.11 De PDCA-cyclus bevat vier fasen: het formuleren van een hypothese, verzamelen van informatie over de hypothese, analyseren en

interpreteren van resultaten en maken van conclusies.12 Deze fasen zijn toepasbaar op verbeteringen binnen organisaties en bieden bevordering van de kwaliteit.11

De PDCA-cyclus ondersteunt het proces van planmatig werken om kwaliteit effectief te verbeteren.13 Het laat zien dat elke participant in de testfase een eigen proces doorloopt, waardoor iedere test op de participant aansloot. In de testfase is te zien dat de PDCA-cyclus werd toegepast om het

praktijkonderzoek te optimaliseren. Tijdens dit proces zijn de stappen do en check met elkaar afgewisseld. Zo werd de verbinding tussen de participanten gecontroleerd omdat niet iedere combinatie van telefoon en laptop werkt. Indien nodig werden de participanten heringedeeld en de testen opnieuw uitgevoerd. De verbeteringen van het model sluiten daardoor aan op de vormgeving van het project. De stappen van de PDCA-cyclus worden in tabel 2 aan de hand van het project besproken.

Tabel 2: PDCA-cyclus VIVA

Plan Na het opstellen van de onderzoeksvraag en deelvragen werd er een plan gemaakt hoe deze zijn beantwoord. Er is gekozen om zowel literatuuronderzoek als praktijkonderzoek te gebruiken om tot een volledig en onderbouwd antwoord te komen.

In de literatuur is gezocht naar het doen van fysieke huisbezoeken door ergotherapeuten, en of technologie hierin een bijdrage kan leveren. Het praktijkonderzoek bestaat uit een testfase van het product VIVA. Hierbij is vooral kwalitatief onderzoek verricht. De kwaliteit is hierin gewaarborgd door o.a. het opstellen van criteria. Deze criteria worden besproken in dataverzameling in 3.2.3.

Do In deze fase is het programma VIVA getest door verschillende participanten. Dit omdat de

revalidanten, van de opdrachtgever de Zorgcirkel, en hun omgeving niet meer bereikbaar waren. De participanten bestonden uit ergotherapeuten (i.o.) en simulatie revalidanten/mantelzorgers. Een simulatie revalidant of mantelzorger is een persoon die voldoet aan de kenmerken waaruit de doelgroep van de Zorgcirkel locatie Westerhout bestaat. Deze criteria worden besproken in dataverzameling in 3.2.3. Voorafgaand aan de test heeft een proeftest plaatsgevonden. Een paar dagen tot week na dit moment vond de daadwerkelijke test plaats waarna aansluitend een semigestructureerd interview volgde.

Check In deze fase is bekeken hoe alle stappen in de testfase werden ervaren. Er is gekeken naar het totale proces maar de focus lag vooral op de ervaringen van ergotherapeuten (i.o.), revalidanten en mantelzorgers om de onderzoeksvraag.

Deze ervaringen zijn vanuit zowel de ergotherapeuten (i.o.) als de revalidanten en mantelzorgers verkregen a.d.h.v. een semigestructureerd interview. Afsluitend controleerde de interviewer de notulen aan de hand van de opgenomen audiofragmenten en het transcript. De uitkomsten zijn verwerkt in een conclusie waarin de data is uitgewerkt door middel van coderen.

Act In deze fase werd het plan, waar nodig, bijgesteld. Dit is binnen het project een aantal keer aan bod gekomen. De grootste bijstelling van het plan is geweest toen de projectgroep geen (fysiek) contact meer mocht hebben met de opdrachtgevers en revalidanten. Hierna is een nieuw plan opgesteld om de testfase uit te voeren met ergotherapeuten (i.o.), simulatie revalidanten en mantelzorgers. Dit werd

(11)

10 gedaan om de resultaten, die nodig waren om de onderzoeksvraag te beantwoorden, te verkrijgen. Na de verkregen resultaten is er een implementatieplan opgesteld. In dit plan werd toegelicht hoe VIVA in de praktijk kan worden toegepast. Hierin werden de resultaten uit de testfase meegenomen om keuzes met betrekking tot adviezen te onderbouwen.

(12)

11

3. Methoden

3.1 Literatuuronderzoek

Onderzoeksvraag:

Wat zegt de literatuur over het doen van fysieke huisbezoeken door ergotherapeuten om de thuissituatie van de cliënt te inventariseren en hoe zou technologie hierbij kunnen aansluiten?

3.1.1

Methode literatuuronderzoek

Om een antwoord te formuleren op de onderzoeksvraag van de literatuurstudie, bekeken vanuit verschillende perspectieven, is de onderzoeksvraag in tweeën opgedeeld.

Deelvragen

1. Wat is er in de literatuur bekend over het doen van fysieke huisbezoeken door ergotherapeuten om de woonomgeving van de revalidant te beoordelen? 2. Hoe wordt er binnen de zorg omgegaan met het toepassen van technologische

ontwikkelingen omtrent video consult?

Tijdens de literatuurstudie werd duidelijk dat er weinig bekend is over het doen van huisbezoeken door ergotherapeuten. De belangrijkste vragen waar antwoord op gezocht is, zijn: wat doen ergotherapeuten tijdens een fysiek huisbezoek voor ontslag? En, waarom voeren zij deze

huisbezoeken uit? Er worden kwalitatieve onderzoeken gebruikt die gericht zijn op ervaringen van ergotherapeuten, cliënten en mantelzorgers om te achterhalen hoe en waarom fysieke

huisbezoeken worden uitgevoerd. Daarnaast worden kwantitatieve onderzoeken gebruikt om na te gaan of huisbezoeken voor ontslag een meerwaarde hebben voor het verbeteren van het

ontslagproces.

Er is gekozen voor een aparte uitwerking van het technologische aspect om een breder perspectief van de toepassingen, en huidige ervaringen hiermee, te verkrijgen. Er wordt gekeken naar

onderzoeken over het toepassen van technologie en videoconsulten binnen de gezondheidszorg. De projectgroep bekeek onderzoeken binnen verschillende doelgroepen en organisaties om een breed beeld te verkrijgen vanmogelijke belemmeringen, voordelen en aandachtspunten bij het inzetten van technologie.

Er is in verschillende databanken gezocht naar literatuur. Deze databanken waren Pubmed, proquest social sciences en CINAHL. Artikelen binnen pubmed worden beschreven vanuit het biomedisch perspectief wat relevant is voor het onderzoek naar VIVA.Proquest social sciences is gericht op revalidatie, wat binnen dit onderzoekde context is. Databank CINAHL is gebruikt omdat deze gericht is op de paramedische zorg. Overige databanken zijn minder relevant voor de literatuurstudie, daarom heeft de projectgroep besloten zich tot deze databanken te beperken.14 Er is gekozen om alleen de methode voor het zoeken naar artikelen binnen Pubmed te beschrijven, om zicht te geven in de werkwijze. Binnen proquest social sciences en CINAHL is dezelfde methode gebruikt, deze kunnen daarom als gelijkwaardig worden beschouwd.

De hoofddoelgroep binnen het onderzoek naar VIVA bestaat uit ergotherapeuten. Daarnaast werden de ervaringen van revalidanten en mantelzorgers meegenomen, waardoor deze doelgroepen zijn meegenomen binnen de literatuurstudie. Om passende literatuur te zoeken is gebruik gemaakt van in- en exclusiecriteria (zie tabel 3).15 Ook zijn verschillende zoektermen opgesteld (zie tabel 4).

(13)

12 Tabel 3: zoekcriteria

Limiet Er is gebruik gemaakt van literatuur die niet ouder is dan 10 jaar.

Inclusiecriteria Deelvraag 1

De artikelen bevatten:

• Ergotherapeuten die huisbezoeken uitvoeren.

• Huisbezoeken die door de ergotherapeuten worden uitgevoerd hebben als doel om de fysieke woonomgeving van de revalidant te beoordelen om aan de hand daarvan een advies te kunnen geven.

• Huisbezoeken die worden uitgevoerd voordat de revalidant met ontslag gaat. • Mensen: denk hierbij aan de ergotherapeuten en de oudere volwassen revalidanten. • Er is toegang tot de gehele tekst van het artikel nodig wegens afhankelijkheid

digitale informatie gezien COVID-19.

Deelvraag 2

De artikelen bevatten:

• De context gezondheidszorg.

• Het toepassen van technologie in behandelingen.

• Het inzetten van technologie om videoconsult mogelijk te maken. • mensen: denk hierbij aan zorgprofessionals, patiënten en hun omgeving. • Er is toegang tot de gehele tekst van het artikel nodig wegens afhankelijkheid

digitale informatie gezien COVID-19.

Exclusiecriteria De artikelen bevatten geen:

• Talen anders dan Nederlands en Engels

• Huisbezoeken die worden uitgevoerd als interventie

Tabel 4: Zoektermen

Zoektermen deelvraag 1 (zijn in de zoekstrings in het engels beschreven) zoektermen deelvraag 2

• Occupational therapy • Occupational therapist • House visits • Home visits • Technology • Video consultations • Health care

Na het vaststellen van zoektermen en in- en exclusiecriteria zijn de databanken geraadpleegd. Op databank Pubmed kwamen 145 artikelen naar voren voor deelvraag 1 en 115 artikelen voor deelvraag twee (zie tabel 5 en 6) die mogelijk voldeden aan de vastgestelde criteria.

Tabel 5: Zoekstrings deelvraag 1

Databank Zoekstring Hits

Pubmed ("occupational therapy"[MeSH Terms] OR ("occupational"[All Fields] AND "therapy"[All Fields]) OR "occupational therapy"[All Fields]) AND (house[All Fields] AND visits[All Fields])

38

Pubmed ("occupational therapy"[MeSH Terms] OR ("occupational"[All Fields] AND "therapy"[All Fields]) OR "occupational therapy"[All Fields]) AND ("house calls"[MeSH Terms] OR ("house"[All Fields] AND "calls"[All Fields]) OR "house calls"[All Fields] OR ("home"[All Fields] AND "visits"[All Fields]) OR "home visits"[All Fields])

(14)

13 Tabel 6: Zoekstrings deelvraag 2

Databank Zoekstring Hits

Pubmed (((occupational[All Fields] AND ("therapy"[Subheading] OR "therapy"[All Fields] OR "therapeutics"[MeSH Terms] OR "therapeutics"[All Fields])) AND home[All Fields]) AND visit[All Fields]) AND ("technology"[MeSH Terms] OR "technology"[All Fields])

9

Pubmed (((occupational[All Fields] OR ("therapy"[Subheading] OR "therapeutics"[MeSH Terms] OR therapy[Text Word])) OR ("house calls"[MeSH Terms] OR home visit[Text Word])) OR ("technology"[MeSH Terms] OR technology[Text Word])) OR (("videotape

recording"[MeSH Terms] OR video[Text Word]) AND ("referral and consultation"[MeSH Terms] OR consultations[Text Word]))

55

Pubmed Access[All Fields] AND visits[All Fields] AND ("videotape recording"[MeSH Terms] OR ("videotape"[All Fields] AND "recording"[All Fields]) OR "videotape recording"[All Fields] OR "video"[All Fields]) AND ("communication"[MeSH Terms] OR "communication"[All Fields])

34

Pubmed Cudd P[Author] 17

De artikelen zijn gescreend op titel en samenvatting waarna is bepaald of ze aansloten op de onderzoeksvraag. Voor deelvraag 1 bleven er vier artikelen en voor deelvraag 2 bleven er zes artikelen over die voldeden aan de vastgestelde criteria. Hierna zijn de artikelen gelezen en

beoordeeld op kwaliteit aan de hand van McMaster lijsten: hoe meer onderdelen uit de lijst positief gescoord werden, hoe betrouwbaarder deze was (zie voor voorbeeld bijlage 1). Tot slot zijn

conclusies getrokken uit de artikelen om de onderzoeksvraag te beantwoorden. De uitkomsten hiervan zijn terug te vinden in hoofdstuk 4.1.

Alle gevonden artikelen zijn door de onderzoekers eerst individueel beoordeeld op geschiktheid. Naderhand zijn alle artikelen met elkaar bediscussieerd om een keuze te kunnen maken voor de artikelen die waardevol waren voor de literatuurstudie.

Deelvraag 1

De zoektermen ‘occupational therapy’ en ‘occupational therapist’ zijn apart van elkaar een keer in databank Pubmed gecombineerd met de zoektermen ‘home visits’ en ‘house visits’. Binnen de zoekstrings is gefilterd op de in- en exclusiecriteria. Bij iedere zoekopdracht is gebruik gemaakt van “AND” omdat het belangrijk was dat beide zoektermen in het artikel voorkwamen. Na het zoeken naar de artikelen zijn stroomdiagrammen gemaakt van de overgebleven artikelen. De artikelen zijn beoordeeld op relevantie aan de hand van de gestelde in- en exclusiecriteria.

Deelvraag 2

Er is binnen de zoektermen gebruik gemaakt van algemene termen (zietabel 4) om een breed aanbod van verschillende onderzoeken naar het toepassen van technologie binnen de

gezondheidszorg te verkrijgen. In tabel 6 is terug te zien hoeveel hits deze zoekopdrachten

opleverde. Om een relevante selectie van artikelen te maken zijn de resultaten gefilterd aan de hand van in- en exclusiecriteria (zie tabel 3).

Daarnaast is gezocht op artikelen geschreven door Peter Cudd. Tijdens de training in Sheffield is de projectgroep in contact geweest met Cudd en is informatie over zijn relevante onderzoeken omtrent technologie verkregen.

(15)

14

3.1.2

Artikelselectie deelvraag 1

Na het screenen van de gevonden artikelen is aan de hand van een stroomdiagram het aantal artikelen teruggebracht tot 38, zie tabel 7.

Tabel 7: stroomdiagram deelvraag 1

Zoekstring

Occupational therapy AND Home visits

("occupational therapy"[MeSH Terms] OR ("occupational"[All Fields] AND "therapy"[All Fields]) OR "occupational therapy"[All Fields]) AND ("house calls"[MeSH Terms] OR ("house"[All Fields] AND "calls"[All Fields]) OR "house calls"[All Fields] OR ("home"[All Fields] AND "visits"[All Fields]) OR "home visits"[All Fields])

Gevonden artikelen

N= 220

Potentiële relevante artikelen gescreend op titel

N=218

→ Artikelen die niet Nederlands of Engels zijn (n= 4) Dus nog 214 → Artikelen die niet gebaseerd zijn op mensen (n=31) Dus nog 183

Artikelen met mogelijk een geschikte samenvatting

N= 183

→ Artikelen ouder dan 10 jaar: (n= 76) Dus nog 107

→ Niet de gehele tekst van het artikel beschikbaar: (n=0) Dus nog 107

Potentiële relevante artikelen gescreend op hele tekst

N= 107

→ Tekst gescreend en aan de hand van de in- en exclusiecriteria (zie hoofdstuk methode

literatuuronderzoek) gekeken welke artikelen mogelijk gebruikt konden worden, hierna bleven er nog 38 artikelen over die mogelijk voldeden aan de gestelde criteria.

Artikelen die voldoen aan alle zoekcriteria

N= 38

Er zijn uiteindelijk vier artikelen gevonden die antwoord geven op de deelvraag. Deze zijn beoordeeld d.m.v. Mcmaster lijsten (zie tabel 8).

Tabel 8: geïncludeerde artikelen deelvraag 1

Auteur Jaar Titel Onderwerp Kwaliteit

Clemson L. et al. 2016 Occupational Therapy Predischarge Home Visits in Acute Hospital Care: A Randomized Trial

Is het toepassen van een nieuwe werkwijze waarbij huisbezoeken voor- en na ontslag gedaan worden beter dan wanneer

ergotherapeuten alleen ondersteunen bij terugkeer naar huis en er niet altijd huisbezoeken worden gedaan.

Dit onderzoek is van goede kwaliteit. Het selecteren van de participanten is helder beschreven en het is in totaal met 400 geïncludeerde participanten getest.

Atwal A, Mclntyre A, Craik C, Hunt J

2008 Older adults and carers'

perceptions of pre-discharge

Er is onderzocht wat de ervaringen van ouderen en verzorgers zijn tijdens een huisbezoek dat wordt

Het onderzoek is binnen een homogene doelgroep uitgevoerd, die aansluit op de revalidanten binnen ons

(16)

15 occupational

therapy home visits in acute care. Age and Ageing.

uitgevoerd door een ergotherapeut. Daarnaast werd er onderzocht in hoeverre de ouderen en verzorgers betrokken worden bij beslissingen die tijdens het huisbezoek genomen worden.

onderzoek (allemaal 65+). Ook zijn de resultaten door meerdere onderzoekers bekeken, wat de resultaten betrouwbaarder maakt. Hierdoor is het onderzoek van goede kwaliteit.

Drummond AE, Whitehead P, Fellows K, Sprigg N, Sampson CJ, Edwards C, Lincoln NB 2013 Occupational therapy predischarge home visits for patients with a stroke (HOVIS): results of a feasibility randomized controlled trial.

Er is tijdens een kwantitatief onderzoek onderzocht in hoeverre het haalbaar is om een gerandomiseerde gecontroleerde studie bij ergotherapie voor mensen na een beroerte uit te voeren.

Er is uitgebreid beschreven hoeveel deelnemers er in welke groep (gerandomiseerd of cohort) meededen, en hoe het onderzoek is uitgevoerd. Het onderzoek is daarom van goede kwaliteit. Atwal, A., Spiliotopoulou, G., Stradden, J., Fellows, V., Anako, E., Robinson, L., & McIntyre, A. 2013 Factors influencing occupational therapy home visit practice: a qualitative study.

Dit onderzoek gaat over de perceptie van

ergotherapeuten bij het doen van huisbezoeken en over wat hun klinische redenering is om een huisbezoek uit te voeren.

De methode en resultaten zijn duidelijk omschreven. Daarnaast wordt het onderzoek niet beïnvloed door de mening van de onderzoeker. Er is met verschillende onderzoekers gesproken over de

uitkomsten en resultaten van de interviews, waardoor de resultaten als

betrouwbaarder geacht kunnen worden.

3.1.3

Artikel selectie deelvraag 2:

Na het screenen van de gevonden artikelen is aan de hand van een stroomdiagram het aantal artikelen teruggebracht tot 55, zie tabel 9.

Tabel 9: stroomdiagram deelvraag 2

Zoekstring

Video consultations AND health care

(((occupational[All Fields] OR ("therapy"[Subheading] OR "therapeutics"[MeSH Terms] OR therapy[Text Word])) OR ("house calls"[MeSH Terms] OR home visit[Text Word])) OR ("technology"[MeSH Terms] OR technology[Text Word])) OR (("videotape recording"[MeSH Terms] OR video[Text Word]) AND ("referral and consultation"[MeSH Terms] OR consultations[Text Word]))

Gevonden artikelen

N= 1640

Potentiële relevante artikelen gescreend op titel

N=1640

→ Artikelen die niet Nederlands of Engels zijn (N= 82) Dus nog 1558 → Artikelen die niet gebaseerd zijn op mensen (N= 134) Dus nog 1424

(17)

16

Artikelen met mogelijk een geschikte samenvatting

N= 1424

→ Artikelen ouder dan 10 jaar (N= 710) Dus nog 714

→ Niet de gehele tekst van het artikel beschikbaar (N= 20) Dus nog 694

Potentiële relevante artikelen gescreend op hele tekst

N=694

→ Tekst gescreend en aan de hand van de in- en exclusiecriteria (zie hoofdstuk methode

literatuuronderzoek) gekeken welke artikelen mogelijk gebruikt konden worden, hierna bleven er nog 55 artikelen over die mogelijk voldeden aan de gestelde criteria.

Artikelen die voldoen aan alle zoekcriteria

Video consultations in abstract/titel → N= 55

Er zijn uiteindelijk zes artikelen gevonden die antwoord geven op de deelvraag. Deze zijn beoordeeld d.m.v. Mcmaster lijsten (zie tabel 10).

Tabel 10: geïncludeerde artikelen deelvraag 2

Auteur Jaar Titel Onderwerp Kwaliteit

Nix, J. and Comans, T 2017 Home Quick - Occupational Therapy Home Visiting Using mHealth, to Facilitate Discharge from Acute Admission Back to the Community

Bekijken of het plannen en uitvoeren van huisbezoeken en het gebruik van technologie verbeterd kan worden door een tabel te ontwerpen en

implementeren over de

verschillende mogelijkheden van het toepassen van technologie hierin. Ze bekijken of door het vergroten van de kennis over de mogelijkheden van technologie de werkefficiëntie en productie vergroot wordt.

Dit onderzoek is van goede kwaliteit omdat er duidelijk is omschreven dat er van de PDCA-cyclus gebruik wordt gemaakt en dit ook terug te zien is. Greenhalgh, T. et al. 2018 Real-world implementation of video outpatient consultations at macro, meso and micro levels: Mixed-method study

Dit onderzoek bekijkt de

implementatie van video consult op micro-, meso- en macroniveau en de uitdagingen die zich hierbij voordoen. Ze beschrijven de aandachtspunten en

voorwaarden voor implementatie van videoconsult vanuit de resultaten van hun onderzoek.

De kwaliteit van dit

onderzoek is goed omdat er uitgebreid beschreven is welke doelgroep en werkwijze er per niveau gebruikt is. Funderskov, K. F. et al. 2019 Experiences With Video Consultations in Specialized Palliative Home-Care: Qualitative Study of Patient and Relative

Perspectives

Hier wordt onderzocht wat de ervaringen van zowel patiënten als hun familie omtrent het toepassen van videoconsult binnen de palliatieve zorg thuis is. Er wordt een conclusie getrokken over het toepassen van

videoconsult bekeken vanuit het oogpunt van de cliënt en diens omgeving.

De kwaliteit van het onderzoek is als goed beschouwd omdat er direct na de observaties een interview volgde om bevindingen goed te kunnen interpreteren. Dit is in de methode ook uitgebreid beschreven.

(18)

17 Fowler Davis, S., Evans, L., & Cudd, P. 2015 Locating assistive technology research in a clinical setting: an occupational perspective.

In dit onderzoek wordt in kaart gebracht wat de belemmeringen zijn van het inzetten van ondersteunende technologie binnen de revalidatie aan de hand van ervaringen van twee

ergotherapie managers en literatuuronderzoek.

Dit onderzoek is van mindere kwaliteit omdat het slechts met twee participanten getest is. Op basis van hun ervaringen en

literatuuronderzoek zijn conclusies getrokken.

Cudd, P., Zahid, A., & Friday, M.

2017 Observing Remote Prescription of AT.

In dit onderzoek worden webgebaseerde

videoconferenties met ingebedde tools van ondersteunende technologie voor kinderen met complexe behoeften onderzocht en beschreven aan de hand van observaties. De technologie wordt gebruikt door de ouders van de kinderen met een complexe behoefte.

Het onderzoek is uitgevoerd door middel van een gesimuleerde testfase, die overeenkomt met ons onderzoek. In het onderzoek staat niet duidelijk

beschreven hoe het precies is uitgevoerd en hoe de resultaten zijn

uitgewerkt. Hierdoor is het onderzoek minder betrouwbaar. Mazumdar S, Ciravegna F, Ireson N, Read J, Simpson E & Cudd P

2017 Access visits using Video

Communication.

In dit onderzoek wordt een online video communicatiesysteem gepresenteerd waarmee ergotherapeuten op afstand het huis van de patiënt kunnen beoordelen. De beoordeling van het huis vindt plaats voor ontslag bij een patiënt in de acute zorg. Er worden voorlopige

bevindingen, inzichten en perspectieven van

ergotherapeuten en facilitators onderzocht.

Het is een betrouwbaar onderzoek omdat de doelgroep en methoden duidelijk zijn omschreven. Daarnaast zijn de resultaten met meerdere onderzoekers besproken.

3.2 Praktijkonderzoek

N.B. In het praktijkonderzoek zijn de ervaringen van ergotherapeuten, revalidanten en mantelzorgers met VIVA onderzocht. Wegens omstandigheden m.b.t. COVID-19 heeft de GRZPLUS besloten om het contact stop te zetten. De projectgroep kon voor een onbepaalde periode het onderzoek niet meer bij de ergotherapeuten en revalidanten van deze organisatie uitvoeren. Als alternatief is gekozen voor een gesimuleerde, vergelijkbare, situatie. Als er binnen het praktijkonderzoek wordt gesproken over revalidanten en mantelzorgers worden gesimuleerde revalidanten en gesimuleerde

mantelzorgers bedoeld.

3.2.1

Fysieke huisbezoeken

Belangrijk was om eerst een beeld te schetsen van de afnameprocedure van een fysiek huisbezoek binnen locatie Westerhout. Dit beantwoordt de deelvraag: ‘Hoe voeren ergotherapeuten werkzaam in de revalidatie fysieke huisbezoeken op dit moment uit en welke gegevens levert het op?’. Er is informatie verkregen vanuit twee ergotherapeuten werkzaam op locatie Westerhout. Om een overall beeld te vormen was het van belang om ergotherapeuten te interviewen die: minimaal vijf jaar

(19)

18 werkzaam zijn op locatie, nauw in contact staan met collega's en werkervaring hebben binnen de GRZPLUS.

Het semigestructureerde interview is afgenomen bij twee ervaren ergotherapeuten. De verzamelde informatiegeeft diepere inzichten in de belevings- en ervaringswereld. Het afnemen van semi- gestructureerde interviews biedt de mogelijkheid tot doorvragen bij onduidelijkheden.16 Ook kan de interviewer sturing bieden waardoor benodigde informatie uit het interview wordt gehaald.

3.2.2

Ervaring revalidanten en mantelzorgers fysieke huisbezoeken

Vanwege de situatie rondom COVID-19 was locatie Westerhout niet toegankelijk voor zowel de projectgroep als ergotherapeuten. Hierdoor was het onmogelijk contact te maken met revalidanten en mantelzorgers en de deelvraag: ‘Hoe ervaren revalidanten een fysiek huisbezoek ter inventarisatie van de huidige woonsituatie op dit moment?' te beantwoorden.

3.2.3

Huisbezoeken middels online platform in Sheffield

Tijdens het bezoek aan Sheffield waren verschillende ergotherapeuten, technici en docenten

aanwezig die betrokken zijn bij VIVA. Tijdens dit bezoek is antwoord verkregen op de deelvraag: ‘Wat houdt het online platform in en hoe wordt dit vormgegeven in Sheffield?’ Er werd gestart met een presentatie over het gebruik van VIVA. Hierna werd een training gevolgd en was er de mogelijkheid om zelf te oefenen met VIVA. Om dieper in te gaan op het gebruik, de mogelijkheden en de

resultaten van het platform vond een contextueel interviewplaats met twee ergotherapeuten betrokken bij VIVA. Hiervoor heeft de projectgroep vooraf vragen opgesteld (zie bijlage 2). Een contextueel interview houdt in dat er een interactief gesprek heeft plaatsgevonden op de locatie relevant voor het onderwerp.17 De locatie was in dit geval relevant omdat de vragen grotendeels over VIVA gingen, wat in Sheffield ontwikkeld is.

3.3 Testfase

In de testfase is onderzocht wat de ervaringen zijn van ergotherapeuten (i.o.), revalidanten en mantelzorgers met VIVA. De volgende deelvragen zijn beantwoord naar aanleiding van de testfase:

• Wat zijn de criteria omtrent de bruikbaarheid van het online platform om het huisbezoek mee te doen en zijn de criteria haalbaar voor ergotherapeuten en revalidanten?

• Zou een online platform een alternatief kunnen zijn voor een fysiek huisbezoek, op basis van ervaringen van ergotherapeuten en revalidanten?

Voor het kwalitatieve onderzoek hebben acht ergotherapeuten (i.o.), vier revalidanten en vier mantelzorgers meegewerkt. Ook hebben twee ergotherapeuten van de GRZPLUS VIVA gezamenlijk getest. Onderstaande tabel (11) beschrijft de in- en exclusiecriteria van zowel de ergotherapeuten (i.o.) als revalidanten en mantelzorgers.

Tabel 11: in- en exclusiecriteria participanten

Inclusiecriteria ergotherapeuten (i.o) Exclusiecriteria ergotherapeuten (i.o.) Inclusiecriteria revalidanten/mantelzorgers Exclusiecriteria revalidanten/mantelzorgers

Vierdejaars student Geen mogelijkheid tot het downloaden van Google Chrome

Revalidanten : 65 jaar of ouder

Mantelzorger: weinig ervaring/gebruik technologie

Minimaal tien jaar ervaring als ergotherapeut of

Geen ervaring hebben met het doen van

Gelijk aantal

revalidanten/mantelzorgers

Smartphone met een iOS of Windows besturingssysteem

(20)

19 werkzaam in de

GRZPLUS

huisbezoeken

Werkende wifi verbinding

Omdat onderzoek is gedaan naar ervaringen sloot kwalitatief onderzoek het beste aan.18 Een focusgroep is geschikt om door interactie van deelnemers meer informatie te winnen. Het vergt specifieke vaardigheden om dit proces goed te begeleiden.19 Vanuit praktische overwegingen is echter gekozen om informatie te verkrijgen middels semigestructureerde interviews, direct na afloop van het testmoment. Een semigestructureerd interview wordt toegepast om meer inzicht te krijgen in de ervaringswereld van de participant. Het geeft inzicht in beweegredenen, gedachten en/of argumenten van personen in specifieke situaties.16 Dit sluit aan op inzichten die de projectgroep wilde verkrijgen.

Het is van belang (non-)verbale communicatie op te vangen. Door online afname wordt niet alleen non-verbale communicatie beperkt. Hiernaast levert de communicatie van meerdere personen tegelijk mogelijk storingen en haperingen op, waardoor participanten en interviewers informatie kunnen missen. Tijdens de interviews werd gebruik gemaakt van een interviewguide (zie bijlage 3). Hierin zijn topics verwerkt waarop doorgevraagd kon worden om dieper in te gaan op ervaringen. Uit onderzoek is gebleken dat het doen van online interviews voordelen heeft. Er is een grotere responspercentage in vergelijking met persoonlijke interviews en er wordt meer flexibiliteit geboden tijdens het inplannen.18, 20 Er is gebruik gemaakt van een videoverbinding via WhatsApp om non-verbale communicatie te zien. De interviewer kon middels doorvragen sociaal- wenselijke antwoorden beperken.21 De keuze van de videodienst is gebaseerd op de veiligheid van de

verbinding, de beschikbare apparatuur en het gebruiken van nieuwe programma’s.22 De evaluatie is gedaan middels zestien semigestructureerde interviews.

3.3.1

Vormgeving testfase

Het praktijkonderzoek is uitgevoerd binnen een gesimuleerde situatie. De revalidanten waren 65-plussers in overeenkomst met GRZPLUS. De mantelzorgers bevonden zich in een bredere

leeftijdsgroep. Dit kunnen bijvoorbeeld (klein)kinderen, broers/zussen en buren zijn.

Voorafgaand aan de testfase is middels een kort testmoment bekeken of de technologie naar behoren werkte. Hierin hebben zowel ergotherapeuten als revalidanten/mantelzorgers kennis gemaakt met elkaar en het platform. Hierna werden casussen uitgedeeld om de werkelijkheid zo realistisch mogelijk na te bootsen. Deze casussen beschrijven de context met daarbij een

vraagstelling (zie bijlage 4).

Na afloop van de testfase zijn bij alle participanten semigestructureerde interviews afgenomen om ervaringen te inventariseren. Dit wordt verder toegelicht in hoofdstuk 4.3.2.

3.3.2

Dataverzameling

Vanuit de in- en exclusiecriteria zijn participanten geworven. De kenmerken van deze participanten zijn uitgewerkt in onderstaande tabel.

(21)

20 Tabel 12: kenmerken participanten

Therapeuten (i.o.) Beschrijving Gebruik technologie ergotherapeut /i.o. Revalidanten/ mantel- zorgers Gebruik technologie revalidant/ mantel- zorger Casus 1. Ergotherapeut Vrouwelijke ergotherapeut Zorgcirkel, Westerhout VeelI Ergotherapeut GRZPLUS locatie Westerhout Veel Zelfstandig getest zonder casus 2. Ergotherapeut Vrouwelijke ergotherapeut Zorgcirkel, Westerhout + Purmerend Veel Ergotherapeut GRZPLUS locatie Westerhout Veel Zelfstandig getest zonder casus 3. Ergotherapeut Vrouwelijke ergotherapeut + onderzoeker, 59 jaar. RegelmatigII / veel Vrouwelijke revalidant, 70 jaar. Regelmatig Casus 2, Inventarisering toegankelijkheid van de woning, loophulpmiddel. 4. Ergotherapeut i.o. Vrouwelijke vierdejaars student ergotherapie, 25 jaar. Veel Vrouwelijke mantelzorger, 49 jaar. Veel Casus 2, Inventarisering toegankelijkheid van de woning, loophulpmiddel. 5. Ergotherapeut i.o. Vrouwelijke vierdejaars student ergotherapie, 22 jaar. Veel Mannelijke mantelzorger, 39 jaar. Veel Casus 1, Inventariseren van de keuken, zelfredzaamheid. 6. Ergotherapeut i.o. Vrouwelijke vierdejaars student ergotherapie, 23 jaar. Veel Vrouwelijke mantelzorger, 45 jaar. Veel Casus 2, Inventarisering toegankelijkheid van de woning, loophulpmiddel. 7. Ergotherapeut i.o. Vrouwelijke vierdejaars student ergotherapie, 21 jaar. Veel Mannelijke revalidant, 73 jaar. Veel Casus 2, Inventarisering toegankelijkheid van de woning, loophulpmiddel. 8. Ergotherapeut Vrouwelijke vierdejaars Veel Mannelijke mantelzorger, Veel Casus 2, Inventarisering

I Veel: dagelijks gebruik van meer dan 2 technologische apparaten en meer dan 3 uur II Regelmatig: dagelijks gebruik van 1 of 2 technologische apparaten en meer dan 1,5 uur

(22)

21

i.o. student

ergotherapie, 21 jaar.

22 jaar. toegankelijkheid van

de woning, loophulpmiddel. 9. Ergotherapeut i.o. Vrouwelijke vierdejaars student ergotherapie, 23 jaar. Veel Vrouwelijke revalidant, 90 jaar. NietIII, weinigIV. Casus 2, Inventarisering toegankelijkheid van de woning, loophulpmiddel. 10. Ergotherapeut i.o. Vrouwelijke vierdejaars student ergotherapie, 23 jaar. Veel Vrouwelijke revalidant, 74 jaar Regelmatig Casus 2, Inventarisering toegankelijkheid van de woning, loophulpmiddel.

Vanuit de praktijk, interviews met de opdrachtgever en de literatuurstudie kwamen verschillende onderwerpen naar voren. Middels deze onderwerpen, ook wel topics, is een lijst opgesteld waaruit het semigestructureerde interview tot stand kwam.16 De interviews zijn afgenomen in duo’s: een interviewer en een notulist. De student onderzoeker in de rol van interviewer heeft de vooraf opgedane kennis niet meegenomen om onbevooroordeeld en zonder te veel sturing het interview af te nemen.23 De interviewer heeft de notulen achteraf op volledigheid en interpretatie gecontroleerd. Deze interviews zijn opgenomen, mits hier via informed consent toestemming voor was gegeven. Ter ondersteuning van het gebruik van VIVA zijn voorafgaand aan elke participant drie formulieren uitgereikt: het toestemmingsformulier, een informatiebrief over VIVA en een gebruiksaanwijzing (zie bijlage 5).24

3.3.3

Data-analyse

Data uitwerken

Om de verzamelde data uit te werken zijn de interviews getranscribeerd. Bij ieder interview is dezelfde werkwijze toegepast en gebruik gemaakt van peerreview om de betrouwbaarheid te vergroten. Naar aanleiding van de uitgewerkte interviews is bekeken welke informatie bruikbaar was.

Data coderen en analyseren Stap 1: Open coderen

Ten eerste is onbelangrijke informatie gemarkeerd. Vervolgens is de tekst uiteengerafeld waarbij is gekeken welke stukken tekst antwoord gaven op de onderzoeksvraag. Deze fragmenten kregen allen een eigen code, bijvoorbeeld contact/communicatie (zie bijlage 6).

Stap 2: Axiaal coderen

Het ordenen van de codes is gedaan aan de hand van opgestelde topics. Het reduceren van de codes werd bepaald door de relevantie passend bij de onderzoeksvraag. Hierna zijn de codes ingedeeld op belangrijkheid waarbij de belangrijkste codes bovenaan staan.

Stap 3: Selectief coderen

Tot slot is vanuit de concepten een overkoepelende conclusie beschreven. Hierin gaven de ervaringen antwoord op de onderzoeksvraag. Daarnaast zijn uitzonderingen op deze ervaringen, door middel van vergelijking, geanalyseerd. Er is vastgesteld in hoeverre deze een reden vormen om III Geen: geen gebruik van technologische apparaten

(23)

22 aan de bevindingen te twijfelen.

De selectieve codes uit stap 2 zijn aangepast en gerangschikt waardoor definitieve thema’s ontstonden die antwoord geven op de onderzoeksvraag. De inhoud van de thema’s worden besproken in hoofdstuk 4.3.2.

(24)

23

4. Resultaten

4.1 Literatuurstudie

Er is gekozen om de resultaten binnen de twee deelvragen apart uit te werken. Aan de hand van deze resultaten zal een conclusie getrokken worden die beide deelvragen met elkaar verbindt en aansluit op de onderzoeksvraag van de literatuurstudie.

Onderzoeksvraag

Wat zegt de literatuur over het doen van fysieke huisbezoeken door ergotherapeuten om de thuissituatie van de revalidant te inventariseren en hoe zou technologie hierbij kunnen aansluiten? Deelvragen

1. Wat is er in de literatuur bekend over het doen van fysieke huisbezoeken door ergotherapeuten om de woonomgeving van de revalidant te beoordelen?

2. Hoe wordt het toepassen van technologische ontwikkelingen omtrent video consult binnen de gezondheidszorg ervaren?

4.1.1

Deelvraag 1: fysieke huisbezoeken

De geselecteerde artikelen geven een antwoord op de deelvraag ‘Wat is er in de literatuur bekend over het doen van fysieke huisbezoeken door ergotherapeuten om de woonomgeving van de

revalidant te beoordelen?’ In tabel 13 staat een samenvatting van de belangrijkste inhoud per artikel. De volledige data- extractie tabellen en de samenvattingen per artikel zijn terug te vinden in bijlage 7.

Tabel 13: data- extractietabel deelvraag 1

Auteur Participanten Methode Resultaten Relevantie m.b.t.

onderzoeksvraag Clemson L. et al. Inclusiecriteria: Participanten zijn allemaal 70 jaar of ouder. Ze worden verwacht terug te keren naar de maatschappij na ontslag Niet zichtbaar cognitief aangedaan Beheersen de Engelse taal Exclusiecriteria: Functionele onafhankelijkheid Rolstoelafhankelij k na ontslag 400 participanten juni 2011 - maart 2014 5 ziekenhuizen in het VK. 198 van hen kregen het HOME programma (waarbij voor en na ontslag huisbezoeken worden gedaan, doelen worden opgesteld en een follow-up volgt). 202 van hen kregen het standaard ziekenhuis consult. Gedurende 90

Groot verschil tussen begin en de follow- up Ergotherapeuten kregen 892 aanbevelingen bij het HOME programma, bij de standaardprocedure 329. Omgevingsaanpassingen 22 vs 130 (HOME) Taakwijziging 39 vs 131 (HOME) Strategieën om functie te verbeteren 17 vs 106 (HOME)

Actief zijn en veiligheid verbeteren 20 vs 120 (HOME)

Therapeuten waren meer dan 2x zoveel tijd kwijt aan het HOME programma en

Meer dan 2x zoveel aanbevelingen van cliënten bij het HOME programma. Echter, in resultaat is tussen beide geen verschil te zien. Door huisbezoeken is er minder afhankelijkheid van compenserende apparatuur en kan zelfstandigheid makkelijker vergroot worden. Het HOME programma wordt niet aanbevolen als standaard interventie.

(25)

24 Ergotherapie behandeling in de afgelopen 6 maanden Sprake van comorbiditeit dagen is er een follow-up gedaan. De uitkomsten tussen beide groepen zijn met elkaar vergeleken.

het was duurder.

Atwal, A., Spiliotopoulou, G., Stradden, J., Fellows, V., Anako, E., Robinson, L., & McIntyre, A. Deelnemers waren ergotherapeuten die werden beschouwd als experts op het gebied van werken met ouderen. Alle ergotherapeuten waren lid van een professioneel netwerk Inclusiecriteria: ervaring met het doen van huisbezoeken. Er is gebruik gemaakt van semi- gestructureerde telefonische interviews. Interviews werden afgenomen bij ergotherapeuten. De interviews duurden gemiddeld 30 minuten.

Alle interviews zijn met audio

opgenomen en woordelijk getranscribeerd.

Worstelen met inbedding van huisbezoeken binnen het beroep ergotherapie. Behoefte aan duidelijkheid bij zorgverleners over de interventies die cliënten waarderen.

Effectiviteit van

huisbezoeken moet nader onderzocht worden. Beslissing voor het doen van een huisbezoek moet worden gebaseerd op de klinische behoefte van de cliënt.

Tot slot is het van belang dat er op een gepaste wijze wordt

gecommuniceerd met de cliënt.

Bij het huisbezoek is de cliënt vaak niet aanwezig. Er worden steeds minder huisbezoeken gedaan, hier is niet minder behoefte aan. Effectiviteit moet onderzocht worden, er is nog te weinig over bekend. Het doen van een huisbezoek wordt nog te vaak gebaseerd op beschikbare

middelen, zoals geld, in plaats van op de klinische behoefte. Het is belangrijk om goed met de revalidant te communiceren, ook wanneer er een huisbezoek wordt afgenomen om de woonomgeving te inventariseren. Drummond AE, Whitehead P, Fellows K, Sprigg N, Sampson CJ, Edwards C, Lincoln NB Er zijn geschikte patiënten gerandomiseerd voor wie er klinische onzekerheid bestond over de noodzaak van een huisbezoek aan een

gerandomiseerde gecontroleerde studie; patiënten bij wie een bezoek als 'essentieel' werd beoordeeld, Randomisatie Schriftelijke toestemming. Patiënten die in aanmerking kwamen voor randomisatie waren degenen voor wie het multidisciplinaire team van mening was dat er klinische onzekerheid bestond over het

Dit onderzoek toont aan dat een proef met huisbezoeken zowel haalbaar als

gerechtvaardigd is. Het bevat ook belangrijke gegevens over de kosten van huisbezoeken. Er moet een zorgvuldig evenwicht worden gevonden tussen de betrokkenheid en zorgen van clinici en de

nauwgezette research.

Ook het onderzoek van Drummond, AE. geeft aan dat er een gebrek aan bewijs is voor de effectiviteit van het doen van huisbezoeken door ergotherapeuten. Gezien de verhouding van de kosten die worden gemaakt en het gebrek aan bewijs van de werkzaamheid tijdens het

huisbezoek, is er een definitief onderzoek

(26)

25 werden ingeschreven in een cohortonderzoek 126 deelnemers werden in het ziekenhuis opgenomen na een recente beroerte. Van de deelnemers werden er 93 gerandomiseerd (47 voor de interventie; 46 voor controle). 33 mensen waren ingeschreven in het cohortonderzoek. al dan niet aangeven van een huisbezoek. Degenen die aan de

interventiegroep waren

toegewezen, kregen voor het huisbezoek een ergotherapeut aangeboden. Patiënten werden thuis beoordeeld. Degenen die aan de controlegroep waren toegewezen, kregen een gestructureerd interview voor ontslag thuis met een ergotherapeut. Cohortonderzoek: Patiënten die deelnamen aan het cohortonderzoek waren degenen bij wie de wijkarts een huisbezoek essentieel achtte.

Deze studie laat zien dat een definitief onderzoek naar huisbezoeken voor ergotherapie zowel mogelijk als

gerechtvaardigd is gezien de kosten van bezoeken en het gebrek aan bewijs tot nu toe van de werkzaamheid.

nodig.

Daarnaast geeft het onderzoek van Drummond, AE. aan dat de kosten door het doen van huisbezoeken aardig oplopen. Tijd en geld moeten efficiënter worden ingedeeld. Atwal A, Mclntyre A, Craik C, Hunt J Het onderzoek vond plaats gedurende 3 maanden op een acute afdeling voor oudere volwassenen van juni tot augustus 2005 in een trust van de NHS (West London National Health Service). Alle oudere volwassenen van 65 jaar en ouder en hun verzorgers die een OT-huisbezoek Interpretatieve benadering met 22 semi- gestructureerde interviews met 15 oudere volwassenen (patiënten) en 7 verzorgers (mantelzorgers). De interviews duurden tussen 20 en 40 minuten en alle interviews werden uitgevoerd door de

De bevindingen van het onderzoek suggereren dat oudere volwassenen niet volledig voorbereid zijn op huisbezoeken.

De huisbezoeken bieden mantelzorgers

geruststelling over het ontslag van de oudere volwassenen .

De voordelen op de lange termijn van een

huisbezoek zijn nog steeds niet bekend.

De timing van een

Langetermijnvoordele n van een huisbezoek zijn nog steeds niet zichtbaar aangetoond. De huisbezoeken die ergotherapeuten voor ontslag van de revalidant uitvoeren geeft de mantelzorgers geruststelling. Doordat er niet veel huisbezoeken meer kunnen worden uitgevoerd moeten

(27)

26 voorafgaand aan ontslag hadden bijgewoond, werden uitgenodigd om deel te nemen. Er waren 25 bezoeken tijdens de onderzoeksduur, uitgevoerd door in totaal 6 ergotherapeuten. In totaal stemden 15 ouderen in met deelname aan het onderzoek en werden geïnterviewd. onderzoeksassiste nt die een interviewgids gebruikte. huisbezoek moet zorgvuldig worden overwogen, zowel wanneer ze plaatsvinden als hoeveel tijd ze innemen.

deze zorgvuldig worden gepland waarbij rekening wordt gehouden met de timing en de duur. De revalidant zou mogelijk eerst zijn maximale niveau behaald moeten hebben voordat de therapeut een huisbezoek kan uitvoeren.

De belangrijkste bevindingen zijn in verschillende onderwerpen onderverdeeld. De onderwerpen voor deelvraag 1zijn als volgt:

• Motivatie huisbezoek • Meerwaarde huisbezoek • Ervaring huisbezoek Motivatie huisbezoek

Binnen de artikelen was de motivatie voor het doen van fysieke huisbezoeken een veelbesproken onderwerp. Deze hebben volgens het onderzoek van Atwalals doel om de fysieke woonomgeving van de revalidant te beoordelen en adviezen te geven om de woonomgeving aan te passen zodat de revalidant zelfstandig en veilig thuis kan wonen.25 Uit dit onderzoek blijkt dat het doen van fysiek huisbezoekenvaak gebaseerd wordt op beschikbare middelen, zoals geld i.p.v. op de klinische behoefte van de revalidant. Daarnaast wordt uit ander betrouwbaar onderzoek van Atwal duidelijk dat ergotherapeuten tijdsdruk ervaren, waardoor het doen van huisbezoeken vermindert.26 Wanneer ergotherapeuten wel huisbezoeken doen speelt de timing een belangrijke rol. Atwal zegt hierover dat binnen de motivatie van het huisbezoek de timing en duur overwogen moeten worden.25 Er wordt gesuggereerd dat ergotherapeuten er rekening mee moeten houden dat revalidanten hun maximale niveau van onafhankelijkheid hebben bereikt voordat ze deelnemen aan een huisbezoek. De motivatie van huisbezoeken hangt dus af van het doel waarmee huisbezoeken worden

afgenomen en of middelen, als tijd en geld beschikbaar zijn. Meerwaarde huisbezoek

Een tweede veelbesproken onderwerp was de meerwaarde van het doen van fysieke huisbezoeken. Uit het onderzoek van Clemson blijkt dat het observeren van activiteiten in de eigen omgeving van revalidanten een bredere focus biedt op aanpassingen in de thuisomgeving.27 Dit zorgt bij

revalidanten voor oplossingen, strategieën en meer zelfstandigheid in plaats van afhankelijkheid van apparatuur. Een ander argument dat de meerwaarde belicht komt uit een onderzoek van Atwal.26 Om ouderen zo lang mogelijk thuis te laten wonen is het belangrijk om de juiste aanpassingen en ondersteunende technologie aan te bieden. Dit wordt gedaan middels huisbezoeken, echter is er weinig bekend over wat hier daadwerkelijk gebeurt en welke cliënten daar baat bij hebben.

(28)

27 Een ander onderzoek van Atwal toont aan dat er weinig bekend is over de effectiviteit van

huisbezoeken.25 Hierdoor worden steeds minder huisbezoeken gedaan terwijl de behoefte hieraan niet minder is. Het is voor ergotherapeuten belangrijk om huisbezoeken uit te voeren mits er een goede onderbouwing is waaruit blijkt dat het doen van huisbezoeken effectief is.

Deze bevindingen worden gedeeld met de bevindingen van Drummond.28 Dit onderzoek geeft aan dat ergebrek is aan bewijs voor de effectiviteit van huisbezoeken. Er is definitief onderzoek nodig gezien de verhouding tussen de kosten die worden gemaakt en het gebrek aan bewijs van de werkzaamheid van huisbezoeken. Dit onderzoek is belangrijk omdat huisbezoeken door ergotherapeuten worden gezien als groot onderdeel van het ontslagproces van de revalidant. Daarnaast geeft het onderzoek van Drummond aan dat de kosten voor huisbezoeken flink oplopen.28 Tijd en geld moeten efficiënter worden ingezet.

Ervaring huisbezoek

Het laatste veelbesproken onderwerp betrof de ervaringen van ergotherapeuten, revalidanten en mantelzorgers tijdens het doen van huisbezoeken. Het onderzoek van Atwal zegt dat goede communicatie met de revalidant belangrijk is.26 Dit zorgt ervoor dat de revalidant zich betrokken voelt bij het nemen van beslissingen. Er is daarom behoefte bij ergotherapeuten om in gesprek te gaan met revalidanten over welke interventies zij waarderen en de vormgeving hiervan.

Patiëntbetrokkenheid kan het gevoel van eigen zeggenschap binnen het zorgtraject bevorderen. Bevindingen uit een ander onderzoek van Atwal suggereren dat oudere volwassenen momenteel onvoorbereid zijn op huisbezoeken en dit als onprettig ervaren.25 Zij hebben het gevoel minimaal te worden betrokken binnen de beslissingen omtrent het fysieke huisbezoek. Wel geven de

revalidanten aan het fysieke huisbezoek belangrijk te vinden, voor zowel zichzelf als de mantelzorger. De fysieke huisbezoeken bieden mantelzorgers geruststelling over het ontslag proces van de

revalidant.

4.1.2

Deelvraag 2: technologie

De geselecteerde artikelen geven samen antwoord op de deelvraag ‘Hoe wordt het toepassen van technologische ontwikkelingen omtrent video consult binnen de gezondheidszorg ervaren?’. In tabel 14 staat een korte samenvatting van de belangrijkste inhoud per artikel m.b.t de deelvraag. De volledige data- extractie tabellen en de samenvattingen per artikel zijn terug te vinden in bijlage 7.

Tabel 14: data- extractietabel deelvraag 2.

Auteur Participanten Methode Resultaten Relevantie m.b.t.

onderzoeksvraag Nix J. and Comans, T. De ergotherapeuten in de ziekenhuizen in Redcliffe, Australië Pre interventie: 30 pre operatieve orthopedische patiënten Exclusiecriteria: - patiënten wonend in woonzorgcentrum 2013-2014 2x testfase van zes maanden Ziekenhuizen in Redcliffe, Australië Na eerste testfase : - focusgroep ergotherapeuten - opstellen Home-Quick (tabel mogelijkheden toepassen Gebruik home-Quick: - Huisbezoeken stijgt met 54% - interventies bij andere patiënten stijgt tussen de 16 en 115% - Patiënten werden dezelfde dag of 1 dag na verwijzing gezien

Dit bevestigde dat door dit programma efficiënter gewerkt

Het ontwerpen van een tabel waarin de mogelijkheden tot het toepassen van

technologie beschreven zijn helpt bij het toepassen hiervan. Op deze manier wordt personeel op de hoogte gesteld van wanneer en de manier waarop technologie toegepast kan worden.

(29)

28 Post interventie:

- patiënten die huisbezoek nodig hebben voor ontslag naar huis

technologie)

tweede testfase: - Gebruik Home-Quick

kan worden en er ook meer patiënten in dezelfde tijd gezien kunnen worden.

Dit zorgde voor een toename in gebruik van technologie en voor een verhoging van productiviteit en snellere interventie na verwijzing. Greenhalgh , T. et al. macro: 36 belanghebbenden uit regering, maximaal gevarieerd. meso: 24 medewerkers Barts Health - 9 clinici -5 managers - 3 technisch ondersteuners - 7 administratieve ondersteuners micro poliklinische consulten in drie klinische diensten: 1. diabetes 2. prenatale diabetes 3. kankerchirurgie totaal 50 participanten. maximale variatie in leeftijd, etniciteit, sociale en persoonlijke omstandigheden. Uitsluitingscriteria: - geen 3G toegang - gebrek aan kennis technologie

- klinisch niet gepast - onvermogen toestemming geven -28 maanden (2015-2017) - London, VK. - Inlezen in eerder uitgevoerd onderzoek over videoconsult macro - interviews met nationale stakeholders -semigestructureerd e interviews → variatie in instellingen bekijken meso - steekproefgewijs routines m.b.t. videoconsult in kaart brengen - observaties -semigestructureerd e interviews micro -interviews patiënten en personeel -observeren virtuele consulten -audio opnames face to face consulten macro: Onderhandelen over betaling voor videoconsult zal waarschijnlijk een belemmering vormen voor nationaal gebruik. Meso Consult routines en EPD’s moeten worden aangepast. 1. diabeteskliniek: videoconsulten al snel 'normaal'. Fijn om patiënten zo makkelijk en laagdrempelig te kunnen bereiken. 2. prenatale diabetes: programma werd zelden gebruikt door de drukte.

3.kankerchirurgie:

Veel gebruik van programma voor o.a. follow-up consulten.

Micro

- Video- en persoonlijk overleg binnen alle specialismen vergelijkbaar. - Groot deel van de inhoud consulten van hoge kwaliteit. -Nieuwe

mogelijkheden ter onderbreking: in alle gevallen wel makkelijk te hervatten.

Vanuit verschillende niveaus worden er activiteiten

ondernomen voor het toepassen van technologie. Zo is een groot deel van de toepassing ervan afhankelijk van de kosten en declaratie van het systeem.

Het toepassen van video consult zelf is afhankelijk van de setting, het personeel, de werkdruk en de samenwerkingspartner s. Om iets nieuws te implementeren is tijd en ruimte nodig. Er zal eerst geleerd moeten worden hoe het programma werkt en hoe je fouten op kan lossen. Binnen de werkzaamheden die op een dag verricht moeten worden kan dit hectisch zijn en hier dient wel rekening mee gehouden te worden. Funderskov , K.F. et al. 14 participanten: - 11 patiënten - oktober 2016 t/m februari 2017

- Het gebruik van video consult versterkt communicatie.

Soms is het belangrijk om zowel de patiënt als de omgeving binnen de interventies te

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In deze rapportage staat in ieder geval de volgende informatie: het aantal ouderen 75+ per wijk en hun etnische achtergrond, het bereik van de huisbezoeken, het percentage

We doen dit aan de hand van drie, door veel auteurs genoemde pro- bleemvelden: de cumulatie van verantwoording, die moet worden afgelegd vanuit bestaande of

Duplexfrequenties zijn paren frequenties die voor de communicatie met het basisstation nodig zijn: één voor het contact van mobiele telefoon naar het basisstation (uplink) en één

Uit onderzoek van de Wereldbank blijkt dat de economische groei van landen in Sub-Sahara Afrika jaarlijks met 1,5 procentpunt zou kunnen stijgen als er meer gelijkheid zou zijn

Resultaten van het practicum, dat is afgenomen bij 54 leerlingen 4 HAVO op het Twents Car- mel College (locatie de Thij) te Oldenzaal, laten zien dat leerlingen een redelijk

Dat was al heel duidelijk in de verwachting: nu leef ik in deze vreselijke situatie waarin me aldoor voor ogen wordt gesteld hoe ik faalde, maar straks komt hetgeen men zich vanouds

Het doel van dit onderzoek is inzicht te krijgen in de toepassing en de gewenstheid van lokale marketing door de supermarktretailer, om vervolgens aanbevelingen

Ondernemer 1 past lokale marketing toe om zijn klanten beter te kunnen bedienen en tevreden te houden en natuurlijk om meer te verdienen.. Hij moet zich echter