• No results found

Jongeren, nieuws, sociale media en de verkiezingen: een uitdaging?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Jongeren, nieuws, sociale media en de verkiezingen: een uitdaging?"

Copied!
118
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

JONGEREN, NIEUWS,

SOCIALE MEDIA EN

DE VERKIEZINGEN:

EEN UITDAGING?

Hoe NOS Stories op sociale media nieuws brengt

voor jongeren in aanloop naar de Tweede

Kamerverkiezingen van 2021

MASTERSCRIPTIE

JOURNALISTIEK EN MEDIA

UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM

Pomme Rademaker

S10994556

13 februari 2021

Begeleider: Eline Huiberts

Tweede beoordelaar: Erik Borra

Woorden: 21.042

(2)

1

Inhoudsopgave

Journalistiek verslag ... 3

Inleiding ... 5

Theoretisch kader ... 8

Journalistiek en sociale media ... 8

Veranderingen in het nieuws door sociale media. ... 8

Toevoeging bestaand onderzoek. ... 9

Jongeren en nieuwsmedia ... 10

Problemen van nieuwsmedia in het bereiken van jongeren. ... 10

Het afnemend nieuwsgebruik van jongeren. ... 10

Typologie van jongeren. ... 11

De kracht van sociale nieuwsmedia bij jongeren. ... 12

Aanbevelingen voor nieuwsmedia. ... 12

De politieke betrokkenheid van jongeren ... 13

Jongeren als actieve burgers. ... 13

De invloed van nieuwsmedia op politieke betrokkenheid. ... 14

Hoe journalistiek kan bijdragen aan politieke betrokkenheid jongeren. ... 15

De dunne lijn tussen agendasetting en framing ... 15

Agendasetting en framing bij het politiek bewustzijn. ... 16

Samengevat ... 17

Methodologisch kader ... 18

Kwalitatief onderzoek ... 18

Casestudy ... 19

Verklaring methode. ... 19

Combineren van methoden. ... 19

Kwalitatieve Frameanalyse ... 20 Dataverzameling. ... 20 Data-analyse. ... 21 Diepte-interviews... 23 Dataverzameling. ... 23 Data-analyse. ... 24 Resultaten ... 26

De beeldvorming van NOS Stories over jongeren ... 26

(3)

2

De behoeften van jongeren in het nieuws volgens NOS Stories. ... 28

De behoeften van jongeren in het politieke nieuws volgens NOS Stories. ... 29

De verwachtingen van jongeren van een nieuwsplatform zoals NOS Stories. ... 30

Deelconclusie. ... 31

Het maken van nieuws voor jongeren ... 31

De rol die jongeren en journalisten spelen in het maken van nieuws. ... 31

Het maken van nieuws voor jongeren in de praktijk. ... 33

Deelconclusie. ... 36

De politieke frames van NOS Stories ... 36

Het duidingsframe. ... 37 Het aantrekkingsframe... 39 Het belevingswereldframe. ... 40 Het jongerenbelangenframe. ... 42 Het actieframe. ... 42 Deelconclusie. ... 44

De invloed van sociale media op NOS Stories ... 44

Algemene veranderingen sociale media. ... 45

Voordelen van sociale media volgens NOS Stories. ... 45

Uitdagingen van sociale media volgens NOS Stories. ... 47

Analyse Instagram-berichten op sociale media. ... 48

Deelconclusie. ... 49 Conclusie ... 50 Synthese Resultaten ... 50 Terugkoppeling onderzoeksvraag ... 51 Theoretische implicaties ... 52 Praktische implicaties... 53 Tekortkomingen onderzoek ... 54

Suggesties voor vervolgonderzoek ... 54

Literatuurlijst ... 56

Bijlagen ... 63

Bijlage I: Topiclijst ... 63

Bijlage 2: Transcripten Instagram-berichten ... 66

(4)

3

Journalistiek verslag

JONGEREN, NIEUWS, SOCIALE MEDIA EN DE VERKIEZINGEN: EEN UITDAGING?

Het is geen verloren zaak om jongeren te betrekken in het politieke nieuws, zolang journalisten dit maar op een tactische manier aanpakken. NOS Stories is een van de weinige nieuwsplatforms in Nederland die erin lijkt te slagen om succesvol politiek nieuws te brengen voor jongeren in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2021. Dat blijkt uit het afstudeeronderzoek van Pomme Rademaker

Rademaker deed onderzoek naar de manier waarop NOS Stories politiek nieuws framet in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen. Op basis van interviews met journalisten van NOS Stories en een onderzoek naar hun Instagram-berichten, kwamen vijf verschillende frames en een beeld naar voren over de manier waarop NOS Stories nieuws maakt voor de jongeren tussen de twaalf en negentien jaar.

Een van de redenen van het succesvol betrekken van jongeren in het nieuws bleek uit het beeld dat journalisten bij NOS Stories van jongeren hebben. Ze zijn overtuigd dat jongeren een diverse groep is die serieus genomen wil worden en nieuws verwacht dat op een serieuze toon gebracht wordt. Jongeren willen betrokken zijn, invloed hebben en kunnen reageren op het nieuws als ze kritiek hebben.

Vanuit het beeld dat NOS Stories van hun doelgroep heeft, houden journalisten rekening met de behoeften en verwachtingen van jongeren bij het in de praktijk brengen van hun nieuws. Volgens de journalisten is het online actief in gesprek gaan met de doelgroep en het continu terugkoppelen door schoolbezoeken en enquêtes essentieel om interessant nieuws te blijven brengen voor jongeren. Journalisten kunnen in de toekomst vaker letten op de vorm, op het platform waarop ze nieuws maken en de rol die ze de doelgroep geven. Uit dit onderzoek blijkt dat een actieve rol van jongeren een grotere nieuwsinteresse opwekt. De gevonden frames lieten het beste zien hoe NOS Stories hun nieuws brengt in aanloop naar de verkiezingen van 2021. Zo zet NOS Stories ten eerste het duidingsframe in, om nieuws voor jongeren begrijpelijker te maken door dingen te duiden. Ten tweede gebruiken ze het aantrekkingsframe, om jongeren door middel van teksten, beelden en graphics te lokken om het nieuws mee te krijgen. Ten derde wordt het belevingswereldframe gebruikt, waarin nieuws in de belevingswereld van jongeren wordt gebracht zodat ze het nieuws beter in hun eigen omgeving kunnen plaatsen. Als vierde gebruikt NOS Stories het jongerenbelangenframe, waaruit het belang van het nieuws voor jongeren bleek. Tot slot gebruikt NOS Stories een actieframe, waaruit de actieve rol van enerzijds journalist, en anderzijds doelgroep bleek. Sociale media blijken op basis van dit onderzoek een belangrijke factor zijn in het succesvol brengen van nieuws voor jongeren. Het is belangrijk dat de aandacht van jongeren naar een objectief nieuwsplatform wordt getrokken in een tijd waarin gebruikers van sociale media overal hun informatie vandaan kunnen halen. Door nieuws te brengen op sociale media worden jongeren bereikt, en om nieuws te kunnen brengen

(5)

4 voor jongeren zijn sociale media nodig. Dankzij sociale media wordt het nieuws voor journalist en doelgroep veel sneller. Zo wordt snel gepeild of een onderwerp het op Instagram goed doet, kan een bericht snel aangepast worden en kan snel op de doelgroep worden gereageerd. Het reageren op een Instagram-bericht helpt jongeren om meer betrokken te raken in het nieuws en geven jongeren een actieve rol in het bijdragen aan nieuwe onderwerpen voor NOS stories.

Voor dit onderzoek zijn zes verschillende journalisten van NOS Stories geïnterviewd (twee redacteuren, twee verslaggevers en twee eindredacteuren) en zijn vijftig Instagram-berichten, live video’s en stories geanalyseerd.

(6)

5

Inleiding

In 2021 zijn er weer kabinetsverkiezingen. Deze zullen niet alleen anders verlopen vanwege de coronapandemie, maar ook zal de nieuwsberichtgeving zich in de aanloop hiernaar voornamelijk op sociale media afspelen (Villamedia, 2020). In 2010 zagen journalisten nog niet de meerwaarde van sociale media in de journalistiek (Opgenhaffen en Van Belle, 2012). Tien jaar later is dat totaal veranderd.

Sinds de opkomst van sociale media is het nieuwsgebruik grotendeels getransformeerd (Purcell et al., 2010; Hermida et al., 2012). Nieuws is nu flexibel, persoonlijk en actief en lijkt totaal niet meer op het vaste achtuurjournaal (Groot Kormelink en Costera Meijer, 2014). Ongeveer zestig procent van het nieuws wordt nu op telefoons bekeken, waarvan 39 procent op sociale media, zoals Twitter, Facebook en Instagram (Digital News Report, 2020).

Nieuwsmedia hebben moeite om deze ontwikkelingen bij te benen (Drok en Schwartz, 2017). Over tien tot twintig jaar, wanneer de babyboomgeneratie uitsterft, dreigt een sterke daling van de gebruikscijfers van traditionele media. Daarnaast verlaten jongeren op grote schaal traditionele nieuwsmedia. Het kost moeite voor nieuwsmedia om jongeren te bereiken, maar nog veel meer om ze vast te houden (Drok en Schwartz, 2017). Jongeren tussen de twaalf en negentien jaar blijken het moeilijkste te bereiken, terwijl het voor deze generatie juist enorm belangrijk is om op de hoogte te zijn van het nieuws (Van Cauwenberghe et al., 2011; 2013).

Een aantal grote nieuwsorganisaties in Nederland deed een poging om specifiek voor deze groep jongeren nieuws te maken op sociale media. Zo richtte NU.nl het platform CheckNu op en kreeg de NOS in 2018 een nieuwe tak genaamd NOS Stories erbij, dat zich richt op de middelbare scholier tussen de twaalf en negentien jaar (Villamedia, 2019).

CheckNu is inmiddels gestopt. NOS Stories heeft daarentegen de achthonderdduizend volgers op Instagram bereikt en is daarnaast actief op Snapchat, TikTok en YouTube. NOS Stories is daarom het enige nieuwsmedium dat specifiek voor de moeilijkst bereikbare groep jongeren van Nederland nieuws brengt. Dit maakt een onderzoek naar de manier waarop NOS Stories (als enige nieuwsplatform specifiek voor jongeren) nieuws brengt naar jongeren en welke ideeën daarachter zitten interessant.

In dit onderzoek wordt gekeken hoe journalisten bij NOS Stories denken over jongeren en nieuws en hoe zij nieuws voor deze doelgroep framen. Enerzijds wordt hierin gekeken naar de denkbeelden die journalisten van NOS Stories hebben over jongeren en nieuws en de kansen die sociale media daarvoor bieden. Anderzijds wordt gekeken hoe specifiek politiek nieuws voor jongeren wordt geframed. Een passende onderzoeksvraag hierbij is:

(7)

6 Hoe maakt NOS Stories als doelgericht online nieuwsplatform voor jongeren ‘politiek nieuws’ in aanloop naar de kabinetsverkiezingen van 2021?

Dit onderzoek kijkt naar de manier waarop NOS Stories in de periode voorafgaand aan de Tweede Kamerverkiezingen politiek nieuws brengt. De opbouw van het onderzoek is als volgt. Als eerste wordt gekeken naar het beeld dat bij de journalisten van NOS Stories bestaat van jongeren en het nieuws. Ten tweede wordt gekeken hoe het beeld dat journalisten hebben van jongeren zich volgens hen uit in de journalistieke praktijk. Ten derde wordt gekeken naar hoe ideeën van journalisten over jongeren zich uiten in politieke frames in de Instagram-berichten. Tot slot wordt gekeken naar de veranderingen, uitdagingen en voordelen die sociale media in de praktijk spelen.

Het is relevant om te onderzoeken op welke manieren nieuwsmedia via sociale kanalen kunnen innoveren en zo jongere generaties kunnen betrekken. In aanloop naar de verkiezingen is het nog belangrijker om jongeren geïnteresseerd te maken. Nieuwsgebruikers hebben dan namelijk meer behoefte aan politieke informatie (Ahmad et al., 2019; Van Praag et al., 2012). Een gebrek aan kennis van nieuws leidt tot een lage politieke kennis onder jongeren en dit is een gevaar voor een goed werkende democratie (Van Cauwenberghe, 2015). De aanloop naar de verkiezingen is daarom een goed moment om jongeren te betrekken (Van Cauwenberghe et al, 2011, 2015).

Dit onderzoek is een verkennende casestudy naar NOS Stories. Vanwege de unieke positie tussen de nieuwsmedia, is NOS Stories een interessante casus om te bekijken. Niet alleen kunnen andere nieuwsmedia leren van de manier waarop NOS Stories te werk gaat, maar ook kan de praktijk worden ‘afgezet’ tegen wetenschappelijk onderzoek over nieuwsbehoeften van jongeren en de rol die sociale media daarin kunnen spelen. Daarnaast is onderzoek naar jongeren relevant omdat jongeren voor nieuwsorganisaties een belangrijke demografische doelgroep zijn. In deze fase van hun leven zijn ze bezig met het vaststellen van levenslange nieuwsconsumpties (Chan-Olmsted, 2012).

In wetenschappelijk onderzoek is er veel aandacht voor jongeren en nieuwsgebruik. Onderzoek richt zich met name op jongeren zelf (o.a. Van Cauwenberghe et al., 2011; 2013; 2018; Costera Meijer, 2006; Drok en Schwartz, 2017; Marchi et al., 2012). Voor dit onderzoek is het daarom interessant om te kijken naar de kant van de nieuwsmaker, en om te onderzoeken in hoeverre de bevindingen uit het onderzoek over jongeren overeenkomen met de praktijk op sociale media.

Bestaand onderzoek richtte zich daarnaast op de veranderingen door de komst van sociale media enerzijds bij het publiek, anderzijds bij de rol van de journalistiek. Toch schiet dit recente onderzoek nog op een aantal punten tekort (Groot Kormelink en Costera Meijer, 2014). Onderzoekers hebben zich vooral toegelegd op de inhoud van het nieuws en zien het personaliseren van het nieuws als een logische reactie op de overvloedige aanwezigheid van informatie. Hiermee negeerden onderzoekers echter de behoeften van de gebruikers zelf in nieuws (Groot Kormelink en Costera Meijer, 2014).

(8)

7 Bovendien ligt er nog een te grote focus op kwantitatieve bevindingen over de frequentie van nieuws op sociale media, en weinig op de waarde van nieuws op sociale media in het alledaagse leven (Groot Kormelink en Costera Meijer, 2014; Hermida et al., 2012). Verder onderzoek kan daarom rekening houden met de behoeften van gebruikers en de rol die sociale media spelen in het nieuws.

Nieuwsmedia zijn belangrijke verstekkers van informatie om burgers, waaronder jongeren, politiek betrokken te maken (Van Cauwenberghe et al., 2011). Om deze redenen is NOS Stories een belangrijke casus om te analyseren, omdat ze juist de moeilijkst bereikbare groep jongeren in staat is te bereiken. In dit onderzoek wordt geanalyseerd hoe ze dit doen, en in hoeverre dit overeenkomt met uitkomsten van recent onderzoek over de betrokkenheid van jongeren (o.a. Drok en Schwartz, 2017). Dit wordt gedaan aan de hand van diepte-interviews en een kwalitatieve frame-analyse van Instagram-berichten over de Nederlandse politiek. Deze twee methoden bieden een inzicht in de manier waarop journalisten door het gebruik van sociale media inspelen op de behoeften van hun doelgroep. Zo wordt een kwalitatieve stand van zaken gegeven van de manier(en) waarop een Nederlands nieuwsplatform jongeren betrekt bij het nieuws.

(9)

8

Theoretisch kader

Het is belangrijk om de huidige stand van het onderzoek in kaart te brengen en, aan te tonen hoe dit onderzoek voortbouwt op eerdere onderzoeken. Om een helder overzicht weer te geven van de literatuur, wordt een onderscheid tussen verschillende basisconcepten gemaakt: sociale media als tool in de journalistiek, jongeren en nieuwsmedia, de politieke betrokkenheid van jongeren en tot slot wat agendasetting en framing bijdragen aan de journalistiek en dit onderzoek.

Journalistiek en sociale media

Mobiel nieuws is veruit het grootste platform voor het consumeren van nieuws in Nederland (Digital news report, 2020). Groter dan televisie, radio en kranten. Sociale media worden voor 39% gebruikt om het nieuws mee te krijgen, en dit gebruik zal naar verwachting blijven stijgen (Digital News Report, 2020). Recent onderzoek heeft zich meermaals op de nieuwe uitdagingen van het digitale tijdperk gericht (Purcell et al., 2010). Nieuwsmedia maken zich zorgen dat het nieuwsgebruik van mensen onder de veertig vermindert (Groot Kormelink en Costera Meijer, 2014). Toch wijzen onderzoeken erop dat het vergaren van nieuws via sociale media alleen maar makkelijker wordt, en dat dit gemak niet direct wijst op vermindering van nieuwsgebruik (Groot Kormelink en Costera Meijer, 2014). Omdat NOS Stories uitsluitend nieuws verspreidt via sociale media, is het van belang om in kaart te brengen welke gevolgen de opkomst van sociale media heeft voor de journalistiek.

Veranderingen in het nieuws door sociale media.

In het nieuwsgebruik via sociale media zijn drie soorten verschuivingen te herkennen ten opzichte van ‘traditioneel’ nieuws: van vast, algemeen en passief nieuws naar flexibel, persoonlijk en actief nieuws (Purcell, et al., 2010).

Ten eerste vindt nieuwsconsumptie minder vaak plaats op vaste momenten, zoals het achtuurjournaal. Nieuws wordt op elk moment van de dag geconsumeerd (Pleijter et al., 2002). Gebruikers willen bovendien meer ‘controle’ (Hermida et al., 2012). Vanwege het grote en diverse aanbod, willen gebruikers nieuws waar en wanneer dan ook beschikbaar hebben. Ze willen daarbij de optie hebben om te kunnen kiezen uit het nieuwsaanbod (Groot Kormelink en Costera Meijer, 2014; Hermida et al., 2012; Purcell et al., 2010). Ten tweede bestaat er nu ‘customized news’: nieuws afgestemd op individuele wensen en behoeften (Purcell et al., 2010; Hermida et al., 2012). Aanbevelingen uit literatuur naar nieuwsmedia zijn dat nieuws altijd beschikbaar moet zijn, eenvoudig toegankelijk, maar ook eenvoudig te negeren moet zijn (Costera

(10)

9 Meijer, 2006). Nieuws moet door het medium geselecteerd en gepresenteerd worden op basis van relevantie van onderwerpen en op een heldere manier (Costera Meijer, 2006). Gebruikers willen namelijk óók nog steeds op de hoogte zijn van het grote nieuws (Purcell et al., 2010; Groot Kormelink en Costera Meijer, 2014).

Ten derde verschuift het nieuws van passief (louter berichtgeving) naar actief (interactie met gebruikers). Nieuwsgebruikers willen een nieuwservaring waar ze aan kunnen bijdragen (Purcell et al., 2010). De gebruiker heeft het in deze nieuwe vormen van media meer voor het zeggen. Dit zet een grotere druk op de journalist als ‘poortwachter’ en verandert de traditionele rol van de journalist (Pleijter et al., 2013). Zo moeten journalisten een stem geven aan hun publiek en het publiek actief bij laten dragen aan het nieuws. Dit kan soms ten koste gaan van de objectiviteit van het nieuws en verandert de rol van de journalist als primaire informatievoorziener (Pleijter et al., 2013).

In een onderzoek waarin journalisten zelf centraal stonden, merkte meer dan de helft van de journalisten op dat ze sinds de opkomst van nieuwe mediavormen op een andere manier te werk gaan (Kramp, 2017). Het uitleggen en toelichten van gebeurtenissen werd belangrijker voor hen dan enkel het verspreiden van informatie of feiten. De journalist hoeft niet meer alle feiten op een rij te zetten, maar moet duiding geven aan de feiten (Pleijter et al., 2002).

Niet alleen is het medialandschap tegenwoordig versnipperd, ook het publiek zelf is gefragmenteerd (Bowd, 2016). Deze fragmentatie begon toen het publiek het gebruik van online en traditionele nieuwsmedia ging combineren (Boczkowski et al., 2017; Mitchelstein en Boczkowski, 2013). Sociale media bieden extra opties om het nieuws te volgen en daardoor selecteert elke nieuwslezer zijn of haar eigen nieuwspakket. Daarnaast wil de gebruiker overal toegang hebben tot nieuws en meer controle hebben in wat ze te zien krijgt (Purcell et al., 2010). Zo spreekt ieder platform een specifieke doelgroep aan.

Kortom: de opkomst van sociale media in de journalistiek heeft geleid tot een versnippering van het publiek en nieuwsmedia zelf, en tot een andere rol van de journalist en de gebruiker (Pleijter et al., 2013). Dit maakt het een relevant en belangrijk onderwerp van analyse.

Toevoeging bestaand onderzoek.

Het gebruik van online nieuwsmedia groeit nog steeds omdat jongeren met steeds meer tijdsdruk worden geconfronteerd (Van Cauwenberghe et al., 2013). Nieuwe vormen van media komen tegemoet aan de gebruikerswensen van jongeren, waardoor sociale media gaandeweg steeds meer functies van traditionele media overnemen (De Waal et al., 2005). Daarom moet onderzoek zich meer richten op platform-specifieke functies die traditionele en online nieuwsmedia vervullen in het dagelijks leven van jongeren (Van Cauwenberghe et al., 2013).

(11)

10 Door de snelle groei van sociale media is het relevant om in kaart te brengen hoe platform-specifieke nieuwsmedia zoals NOS Stories jongeren voorzien van informatie die aan hun behoeften voldoet. In dit onderzoek wordt geprobeerd om bevindingen over de behoeften van jongeren te toetsen aan de praktijk. Deze praktijk bestaat uit de manier waarop journalisten bij NOS Stories (door het gebruik van sociale media) inspelen op de behoeften van hun doelgroep. Wat die behoeften van jongeren op het gebied van nieuws zijn, en waarom het belangrijk is om die behoeften in kaart te brengen, wordt hieronder besproken.

Jongeren en nieuwsmedia

Problemen van nieuwsmedia in het bereiken van jongeren.

Leeftijd is in Noord-Europese landen, waaronder Nederland, een belangrijke determinant in het verklaren van het krantenleesgedrag: hoe ouder, hoe meer tijd gespendeerd wordt aan het lezen van kranten (Elvestad en Blekesaune, 2008; Lauf, 2001). Dit betekent dat jongeren zelden kranten lezen, en via deze ‘ouderwetse’ manier weinig nieuws tot zich nemen (Flamingo Report, 2019).

In de praktijk bestaat er een breuk tussen jongeren en traditionele media (Flamingo Report, 2019; Livingstone, 2002; Raeymaeckers, 2004). Reguliere nieuwsmedia hebben moeite om relevant te blijven voor een generatie die is opgegroeid met sociale media (Digital News Report, 2020). Ook NRC en NOS benadrukten dit probleem (Kreijkes et al., 2017). Zo benoemde de toenmalige hoofdredacteur in een diepte-interview dat er vier redenen zijn voor NOS-kijkers om het nieuws te volgen: ze zoeken entertainment, ze zien nieuws als een voorwaarde voor sociale interactie, ze willen weten wat er aan de hand is en ze zoeken een goede basis om hun mening te vormen (Kreijkes et al., 2017). Desondanks daalde het marktaandeel van de NOS op televisie de afgelopen jaren enorm en gaf de hoofdredacteur toe dat het aantrekken van een jonger publiek een uitdaging vormt (Kreijkes et al., 2017).

Het afnemend nieuwsgebruik van jongeren.

Het verminderende nieuwsgebruik van jongeren via kranten wordt vaak verweten aan de opkomst van sociale media (Drok en Schwarz, 2017; Costera Meijer, 2006; Chan-Olmsted et al., 2012). Daarmee wordt voorbijgegaan aan andere verklaringen waarom jongeren minder traditionele vormen van nieuws gebruiken (Drok en Schwartz, 2009). Dit is een groot discussiepunt (o.a. Banaji en Buckingham, 2013; Drok en Schwarz, 2009; Costera Meijer, 2006). Argumenten zijn bijvoorbeeld een afnemende betrokkenheid van jongeren bij democratieën (Buckingham, 2000; Skoric 2013), een toenemende oriëntatie van jongeren op entertainment en een sterkere focus op zichzelf dan op de rest van de wereld (Drok en Schwartz, 2017). Een andere verklaring voor waarom jongeren afhaken bij het ‘traditionele’ nieuws is dat jongeren voelen dat ze minder vertegenwoordigd worden door traditionele media. Daardoor neigen ze steeds vaker naar

(12)

11 nieuwe vormen van media (Weaver, 2013; Wayne et al. 2008; Devlin, 2006). Recent onderzoek richtte zich op de jongeren zelf, en onderzocht of jongeren überhaupt geïnteresseerd zijn in het nieuws (o.a. Drok en Schwarz, 2017). Voor veel onderzoekers was dit een irrelevante vraag (Drok en Schwartz, 2009; Van Cauwenberghe et al., 2013; Costera Meijer, 2006). Jongeren zijn zeker geïnteresseerd in het nieuws, maar hebben andere verwachtingen dan hun oudere leeftijdsgroepen (Flamingo Report, 2019).

Concreet zijn er drie punten waarom jongeren afhaken bij het traditionele nieuws. Ten eerste hebben jongeren geen interesse in de manier waarop het nieuws wordt gebracht (Costera Meijer, 2006). Hoewel jongeren het belangrijk vinden om op de hoogte te blijven van lopende gebeurtenissen, vinden ze het niet aanlokkelijk hoe traditionele media dit aankaarten (Raeymaeckers, 2004; Livingstone, 2002). Daardoor voelen ze zich minder vaak aangesproken door onderwerpen die traditionele nieuwsmedia brengen (Drok en Schwartz, 2017; Livingstone, 2002; Patterson, 2007). Voor jongeren is ‘nieuws’ iets om de wereld om hun heen te ervaren, hun omgeving te monitoren, een betekenis te geven aan hun leven, hun persoonlijke waarden te identificeren, een gevoel van erbij te horen en om gesprekken met anderen te voeren (Drok en Schwartz, 2017; Costera Meijer, 2006).

Ten tweede hechten jongeren minder waarde aan ‘objectiviteit’ van het nieuws (Van Cauwenberghe et al., 2011). Uit dit onderzoek blijkt dat jongeren nieuws in eerste instantie zien als een interpretatie van de realiteit in plaats van de werkelijkheid. Ze willen door het lezen of zien van opinies zelf een mening vormen. Ten derde moet het nieuws ook nog passen in de dagelijkse routine van jongeren (Van Cauwenberghe et al., 2011). Zo gaf dit onderzoek aan dat jongeren niet op vaste tijden het nieuws tot zich nemen, maar wanneer het hen uitkomt.

Kortom: jongeren haken af bij nieuws vanwege de traditionele vorm, ze hechten minder waarde aan de objectiviteit van het nieuws en het nieuws moet qua vorm en format passen bij de dagelijkse routine (Van Cauwenberghe et al., 2011). Deze drie concrete punten worden in de analyse van dit onderzoek gebruikt. Zo wordt gekeken of bevindingen uit onderzoeken naar jongeren overeenkomen met de manier waarop NOS Stories nieuws maakt voor jongeren. NOS Stories maakt echter nieuws voor een specifieke leeftijdsgroep. Het is dus eerst van belang om die groep te beschrijven.

Typologie van jongeren.

Het is onjuist dat álle jongeren geen televisie meer kijken of geen kranten meer lezen (Drok en Schwartz, 2017; Van Cauwenberghe et al., 2011). Onderzoek wordt vaak verweten dat het jongeren als een te homogene groep beschrijft. Onderling zijn er aanmerkelijke verschillen (Drok en Schwartz, 2009). Een typologie van jongeren bepaalt de nieuwsinteresse, het nieuwsmediagebruik en de nieuwspreferenties van een specifieke groep jongeren die is gebonden aan een specifieke levensfase (Drok en Schwartz, 2017).

(13)

12 De groep jongeren die voor dit onderzoek van belang is, en waar NOS Stories zich op richt, is de groep tussen twaalf en negentien jaar. Deze groep jongeren wordt ook wel de Dabblers genoemd. Dat wil zeggen, jongeren die overal het nieuws vandaan scharrelen (Van Cauwenberghe et al., 2011; 2015). Deze groep jongeren is overwegend schoolgaand en nog thuiswonend (Drok en Schwartz, 2017). Ze lijkt cynisch over en losgekoppeld van het traditionele nieuws. Dit komt door de constante herhaling van dezelfde nieuwsverhalen. Ook vindt deze groep jongeren het harde nieuws, zoals economie en politiek, niet relevant voor hun leven (Van Cauwenberghe et al, 2011).

De kracht van sociale nieuwsmedia bij jongeren.

Omdat jongeren geïnteresseerd zijn in nieuws met meerdere perspectieven, bieden sociale media hier een uitkomst voor (Digital News Report, 2020; Van Cauwenberghe, 2015; Costera Meijer, 2006). Nieuwsconsumptie via mobiele apparaten is geschikt voor jongeren omdat het incidenteel is: het is de hele dag toegankelijk en dient zich aan in plaats van dat jongeren ernaar moeten zoeken (Boczkowski et al., 2017).

Er zijn drie redenen waarom nieuwsmedia jongeren meer kunnen betrekken door het verspreiden van nieuws op sociale media (Van Cauwenberghe et al., 2011). Ten eerste hebben jongeren meer persoonlijke controle op wat ze zien, en gebruiken ze daarom vaker sociale media (Marchi, 2012). Ten tweede bieden sociale media nieuwe manieren voor jongeren om zich te uiten. Er is de mogelijkheid om het nieuws te delen (Van Cauwenberghe et al., 2011). Door met gelijken te praten, kunnen jongeren een mening vormen in plaats van dat deze door de journalist wordt opgelegd (Marchi, 2012). Ten derde selecteren jongeren het nieuws naar hun persoonlijke interesse en vormen ze zo een afgewogen mening (Van Cauwenberghe et al., 2015). Ook deze drie redenen zijn van belang in het onderzoek, en kunnen inzicht bieden in de praktijk van NOS Stories.

Aanbevelingen voor nieuwsmedia.

Traditionele nieuwsmedia kunnen op drie punten veranderen: het format, de toon en de nieuwsagenda (Flamingo Report, 2019). Het format moet digitaal zijn (Van Cauwenberghe et al., 2010). Omdat jongeren meer gebruikmaken van sociale media, kunnen nieuwsmedia ze daar het beste op bereiken (Digital News Report, 2020). Hierin moet de ervaring van nieuws makkelijk en toegankelijk voelen (Flamingo Report, 2019). Wanneer jongeren geen gebruikmaken van specifieke websites en apps, moeten nieuwsmedia proberen te focussen op platformen als Facebook, Snapchat en Instagram. Met andere woorden: sociale media die jongeren al volop gebruiken.

Ten tweede is het belangrijk dat jongeren een relatie opbouwen met het medium zelf. Essentieel is dat jongeren kunnen reageren en betrokken worden bij (de ontwikkelingen van) het nieuws (Boschma en

(14)

13 Groen, 2006). Om de band te versterken met jongeren, kunnen nieuwsmedia doelgericht gebruikmaken van opiniemateriaal als een ‘gekleurde’ vorm van nieuwsbemiddeling, samen met het behouden van journalistieke principes als nauwkeurigheid en betrouwbaarheid. Zo wordt een vertrouwensrelatie opgebouwd (Kramp, 2017).

Tot slot is het van belang om variatie aan te brengen in het soort nieuws dat nieuwsmedia aanbieden (Van Cauwenberghe et al., 2018). De manier waarop nieuwsmedia hun verhalen brengen moet veranderen. Verhalen moeten passen bij de verwachtingen van jongeren en gebracht worden op de momenten waarop ze open staan voor nieuws (Flamingo Report, 2019).

De desinteresse van jongeren in traditionele media heeft verder te maken met een desinteresse in (voor jongeren) irrelevante, publieke kennis (Mindich, 2005; Patterson, 2007; Raeymaeckers, 2004). Dit gebrek aan kennis leidt tot een lage politieke kennis bij jongeren en dit vormt een risico voor een goed werkende democratie (Van Cauwenberghe, 2015).

Kortom: jongeren maken intensief gebruik van sociale media en breken om die reden met traditionele media (Van Cauwenberghe et al., 2011, 2013, 2015; Drok en Schwarz 2017). Vooral de Dabblers (Van Cauwenberghe et al., 2011), de jongeren tussen twaalf en negentien jaar, hebben andere verwachtingen. Ze zoeken het nieuws niet zelf op en willen dat het nieuws dat op een andere manier wordt gebracht, zodat zij zelf een overwogen mening kunnen vormen (Drok en Schwartz, 2017; Van Cauwenberghe et al, 2018). Het blijkt dat de groep Dabblers moeilijk te betrekken is bij politiek, en daarom is het juist relevant om te onderzoeken hoe NOS Stories dit aanpakt (Van Cauwenberghe et al, 2013). Nieuwsmedia kunnen burgers van politieke informatie voorzien en zo zorgen voor een beter werkende democratie (Van Cauwenberghe et al., 2013). Kijkend naar jongeren en nieuwsgebruik is het van belang om te letten op de manier waarop NOS Stories politiek nieuws brengt voor de groep Dabblers (Van Cauwenberghe et al., 2013). In het volgende deel wordt het belang van politieke kennis via het nieuws besproken.

De politieke betrokkenheid van jongeren

Jongeren als actieve burgers.

Door naar nieuwsuitzendingen te kijken of kranten te lezen, leren jongeren de politieke wereld kennen (Möller, 2015; Delli Carpini, 2000). Door de jaren heen groeit hun vertrouwen in hun vermogen om aan politieke discussies deel te nemen. Zo leidt het volgen van nieuws ertoe dat jongeren een bepaald niveau van politiek bewustzijn krijgen (Möller, 2015; Delli Carpini, 2000).

De ontwikkeling van een actieve burger begint bij de ontwikkeling van een actieve houding tegenover het nieuws en de samenleving (Möller, 2015). Participatie van burgers aan het politieke proces is een voorwaarde voor een goede democratie (Hao en Wen, 2014; De Vreese en Bakker, 2011). Daarom is er veel

(15)

14 bezorgdheid over de mate van politieke participatie van jongeren, omdat er een kloof tussen jong en oud ontstaat wanneer jongeren minder nieuws volgen (De Vreese en Bakker, 2011; Möller, 2015). Eerder bleek dat media zich anders moeten opstellen naar jongeren, om ze op die manier meer bij het nieuws te kunnen betrekken (Flamingo Report, 2019; Van Cauwenberghe et al., 2011). Omdat er tegenwoordig veel mogelijk is op journalistiek gebied door nieuwe vormen van media, kunnen de effecten van de journalistiek op de politieke participatie van jongeren opnieuw bekeken worden (Hao en Wen, 2014).

De invloed van nieuwsmedia op politieke betrokkenheid.

Er bestaat weinig discussie over de populariteit van sociale media onder jongeren (Drok en Schwartz, 2017; Van Cauwenberghe et al., 2013), maar er bestaat wel onenigheid over de invloed van nieuwsmedia op de politieke betrokkenheid van jongeren (Hao en Wen, 2014). Sommigen zien een negatieve invloed van media op politieke participatie en vrezen dat nieuwsmedia bij het publiek juist wantrouwen of cynisme op kunnen wekken en jongeren afschrikken van politieke activiteiten (De Vreese, 2005; de Vreese en Elenbaas, 2008). Toch is de overheersende opvatting over de invloed van nieuwsmedia op politieke participatie positief (Hao en Wen, 2014). Nieuwsmedia zijn het belangrijkste middel om politieke kennis op te doen, om te discussiëren over politiek en om belangstelling en bewustzijn te creëren over andere standpunten (Hao en Wen, 2014; Scheufele en Nisbet, 2002). Nieuwsmedia vormen een goede basis om geïnformeerd te worden en maken de keuze om bijvoorbeeld te stemmen makkelijker (Mutz, 2006).

Onderzoeken die zich specifiek op Nederlandse politieke participatie richten zijn eensgezind over media die de politieke houding, politieke waarden en vaardigheden stimuleren en de basis vormen voor een democratische samenleving (De Vreese, 2005; Van Cauwenberghe et al., 2013). Nieuwsmedia zijn belangrijke verstrekkers van informatie die burgers sociale, politieke en culturele waarden meegeven, ze de kennis geven om in de samenleving te participeren en een gemeenschappelijk kader bieden om maatschappelijke problemen samen te bespreken. (Möller, 2015; De Vreese, 2005; Van Cauwenberghe et al., 2018).

Zo zijn de meeste effecten van mediagebruik op politieke participatie positief. Sociale netwerken, maar ook sociale media dragen bij aan een positief participerend gedrag (De Vreese en Bakker, 2013). Toch bestaan er veel uitdagingen voor nieuwsmedia, vooral omdat de groep jongeren tussen de twaalf en negentien jaar het minste geïnteresseerd lijkt (De Vreese en Bakker, 2013). Hier bestaat kritiek op omdat jongeren wordt verweten apathisch te zijn (O’Toole et al., 2013). Jongeren zijn echter breed geïnteresseerd in politiek, maar zijn vervreemd van de formele politiek. Deze kloof tussen interesse en participatie moet in volgend onderzoek beter begrepen worden (O’Toole et al., 2003).

(16)

15

Hoe journalistiek kan bijdragen aan politieke betrokkenheid jongeren.

De journalistiek kan op twee manieren bijdragen aan de betrokkenheid van jongeren: ze stimuleren op sociale media om met politiek bezig te zijn, bijvoorbeeld met slimme video’s die jongeren kunnen delen, en de journalist moet jongeren serieus nemen. Bovendien kan media-inhoud die zich richt op jongeren bijdragen aan een groeiende politieke betrokkenheid (Möller, 2015).

Voor dit onderzoek is bewust gekozen voor de periode van de aanloop naar de verkiezingen, omdat tijdens deze periode kiezers meer behoefte hebben aan politieke informatie (Adriaansen et al., 2010; Ahmad et al., 2019; Van Praag et al., 2012). Dit geldt vooral voor de nog onzekere kiezer, waaronder sommige jongeren (Van Cauwenberghe et al, 2011, 2015). In dit onderzoek wordt via een kwalitatieve methode naar de journalisten van NOS Stories zelf gekeken en de berichten die zij produceren. Zo wordt op recent onderzoek naar de verwachtingen van jongeren op politiek en nieuws gebied voortgebouwd. Ook wordt een nieuwe bijdrage aan onderzoek naar de politieke betrokkenheid van jongeren geleverd. Er wordt onderzocht welke onderwerpen op de agenda worden gezet en welke frames uit de Instagram-berichten voortkomen. Welke rol agendasetting en framing spelen, wordt hieronder besproken.

De dunne lijn tussen agendasetting en framing

In het maken van nieuws speelt de keuze van de journalist een grote rol (Fortunato en Martin, 2016; Entman, 1993; De Vreese, 2005). Omdat dit onderzoek die keuze van journalisten van NOS Stories wil begrijpen, is het van belang om eerst in kaart te brengen wat agendasetting en framing inhouden en waarom deze concepten een rol spelen in dit onderzoek.

Agendasettingsonderzoek kijkt naar de selectie van het onderwerp dat de journalist voor het publiek op de agenda wil zetten. Van de media-agenda naar de publieke agenda dus (Fortunato en Martin, 2016). Binnen dit proces bestaan verschillende niveaus (McCombs, 2014). Het eerste niveau is het agenderen van onderwerpen op de media-agenda. Hierdoor wordt een onderwerp zichtbaar (McCombs, 2014).

Het tweede niveau van agendasetting betreft hoe er over een onderwerp wordt gesproken. Dit tweede niveau overlapt deels met het concept framing (Weaver, 2007; Princen, 2017; Fortunato & Martin, 2016; Semetko en Valkenburg, 2000). Op dit niveau zijn beide concepten meer bezig hóe bepaalde onderwerpen in de media worden afgebeeld, dan wélke onderwerpen. Daarnaast richten beide zich op de meest opvallende aspecten in een bepaald onderwerp en kijken ze naar de achterliggende denkwijzen (Scheufele, 2009; Weaver, 2007).

Agendasetting zoekt vanuit de klassieke nieuwswaarden waarom een medium een gebeurtenis oppikt (Galtung & Ruge, 1965; Harcup & O’Neill, 2016). De tweede stap in het framen is hoe het medium het publiek wil laten denken over die gebeurtenis (Fortunato en Martin, 2016; Entman, 1993; De Vreese, 2005). In de praktijk bestaat agendasetting uit de overwegingen die journalisten maken in hun onderwerpkeuze

(17)

16 voor een jong publiek. Framing is de overweging van journalisten om het nieuws dát ze brengen interessant en aantrekkelijk te maken voor jongeren.

Zo is framing het selecteren van bepaalde aspecten van een realiteit om de aandacht te vergroten voor de manier waarop een bepaald onderwerp gepresenteerd wordt (Entman, 1993; Van Gorp, 2007). Dankzij framing worden bepaalde aspecten van een verhaal sterker belicht dan andere aspecten en dat stuurt de interpretatie (Gagestein, 2015; Brüggemann, 2014). Door het gebruik van selectie, nadruk, uitsluiting en uitwerking maken journalisten een keuze hoe ze een onderwerp aan een publiek voorstellen (Scheufele, 2009).

Agendasetting en framing bij het politiek bewustzijn.

Sinds de doorbraak van sociale media in de journalistiek bestaat er onenigheid in het onderzoek naar agendasetting over de invloed die nieuwsmedia nog hebben (Feezell, 2017; Foot en Schneider, 2006). Onderzoeken stellen dat nieuwsmedia de bevoorrechte plaats van eerste informatievoorziener verliezen aan andere vormen van nieuws om de agenda te bepalen (Fortunato en Martin, 2016). Dit wordt volgens dit onderzoek versterkt doordat politici, bekende persoonlijkheden en alternatieve nieuwsmakers ook actief worden op sociale media. Omdat gebruikers zelf selecteren welk nieuws ze wel en niet zien, kunnen ze vanwege deze actieve rol op sociale media de kans lopen dat ze enkel nieuws zien dat niet feitelijk juist is (Feezell, 2017). Een objectief nieuwsplatform moet zich hierin onderscheiden (Bosczkowski et al., 2017). Toch blijkt dat agendasetting via sociale media nog steeds enorm belangrijk is voor bijvoorbeeld de politieke betrokkenheid van het publiek (Feezell, 2017). Onderzoek toonde aan dat deelnemers die aan politieke informatie op Facebook werden blootgesteld, meer aandacht aan politieke problematiek besteedden in vergelijking met deelnemers die deze informatie niet verkregen (Feezell, 2017).

Het politiek bewustzijn is een belangrijke factor die kan worden gestuurd (Bosczkowski et al., 2017). Nieuwsmedia spelen hier een grote rol in. Agendasetting en framing zijn daarom belangrijk in politieke berichtgeving voor de publieke perceptie, met name in verkiezingstijd (Semetko en Valkenburg, 2002; Princen, 2017; Fortunato en Martin, 2016; Foot en Schneider, 2006). Door een bepaald issue anders te framen kan de publieke politieke opinie worden gestuurd (Semetko en Valkenburg, 2002; Saris, 1997). Binnen een recent onderzoek worden vier functies van digitale mediacampagnes onderscheiden: informeren, publiek betrekken, het verbinden van online gebruikers en het mobiliseren van het publiek (Fortunato en Martin, 2016). Vanuit de bevinding dat agendasetting en framing nog van belang zijn op sociale media is het relevant om te onderzoeken welk soort politieke frames zich vormen. Een belangrijk gegeven hierbij is dat jongeren meer vatbaar zijn voor de effecten van agendasetting omdat ze een grotere nieuwsoriëntatie hebben (Feezell, 2017).

(18)

17 Agendasetting en framing kunnen dus in een heel nieuw licht geplaatst worden omdat sociale media binnen de journalistiek een belangrijke rol spelen (Feezell, 2017; Bosczkowski et al., 2017). Vanwege het grote aanbod wordt het voor nieuwsmedia een grotere uitdaging om een bepaald onderwerp op de publieke agenda te krijgen. Daarbij is het belangrijk om rekening te houden met het feit dat specifieke frames alleen voor specifieke doelgroepen werken (Semetko en Valkenburg, 2000). Zo ook voor jongeren.

Omdat jongeren meer vatbaar zijn voor framing, en de publieke politieke opinie door frames gestuurd kan worden (Feezell, 2017; Bosczkowski et al., 2017), is een onderzoek naar agendasetting en framing bij NOS Stories relevant. Dit onderzoek voegt daarom een nieuw perspectief toe om de politieke frames te ontdekken dat NOS Stories plaatst.

Samengevat

Uit recent onderzoek blijkt dat er in Nederland een typologie bestaat van het soort jongeren dat gebruik maakt van NOS Stories: de Dabblers. Dit zijn jongeren tussen de twaalf en negentien jaar, die weinig gebruik maken van traditionele media (Van Cauwenberghe et al., 2011). Platforms zoals NOS Stories proberen deze doelgroep te bereiken. Daarnaast blijkt uit recent onderzoek dat jongeren nog steeds interesse hebben in het nieuws, maar niet op de manier waarop traditionele nieuwsmedia dit brengen (Drok en Schwartz, 2017). De opkomst van sociale media in het nieuws leidde ertoe dat het publiek en het medialandschap fragmenteerde, en de rol van de journalist en gebruiker veranderde (Pleijter et al., 2013). Jongeren maken veelvuldig gebruik van sociale media om hun nieuws te verkrijgen, wat het relevant maakt om de Instagram-berichten van Stories te analyseren (Flamingo Report, 2019; Digital News Report, 2020). Nieuwsmedia kunnen op verschillende manieren inspelen op de behoeften van jongeren. Die praktijk komt in dit onderzoek aan het licht.

Verder hebben jongeren politieke interesse en kunnen nieuwsmedia daar door middel van agendasetting en framing een grote rol in spelen, met name in de loop van verkiezingstijd (Feezell, 2017). Daarbij bestaat er een positieve relatie tussen nieuwsconsumptie en het politiek betrokken, bewust en belangstellend maken van de nieuwsgebruiker (Möller, 2015; De Vreese, 2005; Van Cauwenberghe et al., 2018).

In recent onderzoek ontbreekt nog een casestudy naar een jongeren-nieuwsplatform zelf. Daarom wordt door middel van een casestudy van NOS Stories een breder beeld geschetst van de praktijk om jongeren te betrekken in het politieke nieuws. In deze case worden diepte-interviews met een kwalitatieve inhoudsanalyse van politieke berichten gecombineerd.

Vanuit de bestaande theorie over de verwachtingen van jongeren (o.a. Möller, 2015 Van Cauwenberghe et al., 2018), en de aanbevelingen die worden gedaan, wordt in dit onderzoek op de praktijk van NOS Stories gereflecteerd om een beeld te schetsen in welke mate deze aanbevelingen overeenkomen, en in hoeverre er wordt nagedacht hoe nieuws voor jongeren gebracht wordt.

(19)

18

Methodologisch kader

Kwalitatief onderzoek

In dit onderzoek staat centraal hoe NOS Stories als doelgericht jongeren nieuwsplatform politiek nieuws maakt voor de jongere generatie Dabblers (Van Cauwenberghe et al., 2011). Er wordt een nieuwe casestudy naar een specifiek jongerenplatform uitgevoerd; een onderzoek naar de beeldvorming van journalisten over jongeren en hoe zij omgaan met politiek nieuws in aanloop naar de verkiezingscampagne. Het onderzoek is kwalitatief van aard omdat dit soort onderzoek gebruikt kan worden om iets nieuws te verkennen (Koetsenruiter en van Hout, 2018). In dit onderzoek wordt de beeldvorming van journalisten bij NOS Stories verkend en daarbij op een uitgebreide manier naar frames gezocht.

Voor dit onderzoek zijn respectievelijk diepte-interviews en een kwalitatieve frameanalyse geschikt. Hiermee wordt een kwalitatief inzicht verkregen over de manier waarop, en met welke frames, NOS Stories bericht over politiek. Het onderzoek is interpretatief. Dat betekent dat, op basis van de uitkomsten die worden verkregen, geïnterpreteerd wordt hoe NOS Stories haar politieke berichtgeving naar jongeren framet (Koetsenruiter en van Hout, 2018).

De analyse van een kwalitatief onderzoek heeft drie kenmerken. Ten eerste iteratief. Hierin is de analyse een evaluatief proces waarbij de verzameling en analyse van gegevens tegelijkertijd gebeuren (Denscombe, 2010). Het nut hiervan is dat de analyse in een vroeg stadium al begint en de onderzoeker al snel tot inzichten kan komen (Denscombe, 2010).

Daarnaast kan in een kwalitatief onderzoek de onderzoeker centraal staan: de waarden en ervaringen van de onderzoeker beïnvloeden de analyse (Denscombe, 2010). Het nut hiervan is dat de identiteit van de onderzoeker een grote rol speelt (Denscombe, 2010). Door in dit onderzoek met een open blik frames te ontdekken, en door open vragen te stellen tijdens de interviews zodat de journalisten de antwoorden kunnen vormen naar hun eigen ideeën, blijft de rol van de onderzoeker beperkt (Denscombe, 2010). Als laatste kan een kwalitatief onderzoek inductief zijn (Denscombe, 2010); dat heeft als nut dat de onderzoeker vanuit een bijzondere situatie in de analyse tot meer algemene uitspraken over een breder onderwerp kan komen. Dit is van toepassing op dit onderzoek. Hierin wordt de bijzondere situatie van NOS Stories geanalyseerd, en wordt geprobeerd vanuit een kwalitatieve analyse van diepte-interviews in combinatie met frames tot meer algemene uitspraken te komen over de betrokkenheid van jongeren bij het nieuws en de invloed die sociale media daarop hebben.

(20)

19

Casestudy

Verklaring methode.

In het onderzoek naar het nieuwsgebruik van jongeren in Nederland ontbreekt een casestudy naar een op jongeren gericht nieuwsmedium. De gedetailleerde, kwalitatieve verslagen van casestudies helpen om gegevens in een omgeving te beschrijven en om de complexiteit van situaties in de werkelijkheid te verklaren (Zainal, 2007; Gagnon, 2013). Omdat de manier van berichtgeving van NOS Stories onderzocht wordt, is een casestudy uiterst geschikt.

Er zijn verschillende categorieën van casestudies: de verkennende, beschrijvende en verklarende (Yin, 1984). De beschrijvende casestudy is van toepassing op dit onderzoek. De onderzoeker begint hierin met een beschrijvende theorie om de data te ondersteunen en beschrijft dan de fenomenen die zich aan de hand van de data voordoen (Yin, 1984). Dit onderzoek beschrijft (aan de hand van uitkomsten van de frameanalyse en diepte-interviews) in hoeverre deze overeenstemmen met theorieën over jongeren en nieuwsgebruik (o.a. Van Cauwenberghe et al., 2013) en politieke betrokkenheid (o.a. Möller, 2015). Een casestudy is in twee situaties van belang voor dit onderzoek: wanneer huidige perspectieven nog te inadequaat zijn en wanneer bestaande theorieën conflicteren met elkaar (Vissak, 2010). Dit sluit aan bij dit onderzoek, omdat enerzijds een casestudy naar de praktijken van een Nederlands jongeren nieuwsmedium nog ontbreekt, en er anderzijds binnen wetenschappelijke theorieën conflict bestaat over de afname van jongeren bij traditionele media (o.a. Drok en Schwartz, 2017; Van Cauwenberghe et al., 2015; Möller, 2015). In de meeste casestudies selecteert de onderzoeker een beperkt aantal individuen als onderwerp van studie (Zainal, 2007). In dit onderzoek zullen dit zes journalisten zijn die samen een volledig beeld kunnen geven over hun praktijken. Omdat er in Nederland weinig verschillende cases bestaan die vergelijkbaar zijn met NOS Stories, richt dit onderzoek zich op een enkele case. Het beschrijven van een enkel nieuwsplatform dat zich richt op een specifieke jongere leeftijdsgroep kan namelijk al interessante uitkomsten bieden.

Dit onderzoek probeert bevindingen over het gebruik van sociale media in de journalistiek, jongeren en nieuws en jongeren en politieke betrokkenheid met elkaar te combineren, om zo hopelijk een nieuw perspectief te krijgen over de praktijk van een jongeren nieuwsplatform. Vanwege de snelle groei van sociale media en het afnemend aantal jongeren dat traditionele media gebruikt (Flamingo Report, 2019), kan nieuw onderzoek in een relatief korte tijd veel toevoegen.

Combineren van methoden.

De essentie van dit onderzoek is dat het probeert beslissingen in de berichtgeving van NOS Stories te verhelderen en te onderzoeken waarom beslissingen werden genomen, hoe ze werden uitgevoerd en met welk resultaat. Dit is dan ook de essentie van een casestudy (Meyer, 2001).

(21)

20 Casestudies maken om deze reden dieptegang in het onderzoek goed mogelijk (Denscombe, 2010). Daarnaast is een van de krachten van de casestudy dat het de onderzoeker toestaat om verschillende bronnen en methoden te gebruiken (o.a. Denscombe, 2010; Van Gorp, 2006; Brüggeman, 2014). Hoe meer methoden gebruikt worden, hoe meer validiteit het onderzoek krijgt (Van Gorp, 2018). In dit onderzoek staan twee soorten methoden centraal: diepte-interviews en een kwalitatieve inhoudsanalyse in de vorm van een frameanalyse.

Een kwalitatieve frameanalyse is van toepassing omdat onderzocht wordt hoe en vanuit welke gedachtegang NOS Stories haar berichten opbouwt (Van Gorp et al., 2007). Hierin wordt gekozen voor het analyseren en reconstrueren van framing-elementen die terug te vinden zijn in de Instagram-berichten over Nederlandse politiek. Vanuit de diepte-interviews wordt dus gekeken hoe de frames tot stand komen. Omdat de huidige omstandigheden rondom de coronacrisis een observerende kant van het onderzoek niet toelaten, richt het onderzoek zich dieper op de analyserende en reconstruerende kant van de frames (Van Gorp et al., 2007). Daarom worden vragen over het proces in de totstandkoming van berichten meegenomen in de diepte-interviews.

Het is mogelijk dat een kwalitatief onderzoek, naast meerdere onderzoeksmethoden, ook meerdere analysemethoden bevat (Denscombe, 2010). Zo wordt de frameanalyse op inductieve wijze gedaan, terwijl de interviews op deductieve wijze worden geanalyseerd. Hieronder wordt beschreven hoe op een andere wijze de bevindingen worden geanalyseerd.

Kwalitatieve Frameanalyse

Een inhoudsanalyse is een gestructureerde manier om naar de inhoud van data te kijken (Koetsenruiter en van Hout, 2018). Bij een kwalitatieve inhoudsanalyse ligt de nadruk meestal op de impliciete betekenissen, in dit geval de frames (Koetsenruiter en van Hout, 2018). Sociale media-uitingen en online bronnen lenen zich goed voor een frameanalyse en leveren een rijker beeld op aan frames (Gagestein, 2015; Goffman, 1974). Omdat dit relatief nieuw is in het framing onderzoek, wordt aan de hand van een frameanalyse naar sociale media berichten van NOS Stories geprobeerd om een nieuwe (verkennende) bijdrage te leveren aan het bestaande onderzoek. Een belangrijk gegeven hierin is dat agendasetting en framing een rol spelen in aanloop naar de verkiezingen en een grote invloed hebben op de manier waarop media jongeren aanspreken (Van Cauwenberghe et al, 2013; Feezell, 2017).

Dataverzameling.

Omdat NOS Stories voornamelijk op Instagram berichten plaatst, wordt uitsluitend de berichtgeving op dit medium met het grootste bereik bekeken. Daarnaast is via Instagram veel mogelijk: korte en lange video’s,

(22)

21 maar ook verhalen van korte duur. Bovendien kan op de ‘story’ van Instagram bijvoorbeeld een quiz worden uitgeschreven zodat de gebruiker meer actief betrokken wordt bij het nieuws. Dit past bij aanbevelingen uit de theorie over jongeren en nieuwsbetrokkenheid: ‘Geef ze juist een platform waar ze aan bij kunnen dragen’ (Kramp, 2017).

In totaal worden ongeveer vijftig Instagram-berichten geanalyseerd die op de tijdlijn van NOS Stories zijn gepubliceerd. Alles wat te maken heeft met verkiezingen en Nederlandse politiek wordt in de analyse meegenomen. Het onderzoek wordt een momentopname van het aantal berichten dat NOS Stories publiceerde in de periode tussen september en half januari.

De inductieve methode die wordt gebruikt voor het coderen en analyseren van het materiaal is afkomstig van Van Gorp (2006) en wordt hieronder beschreven. Deze methode heeft als voornaamste voordeel dat specifieke en nieuwe soort frames worden ontdekt die als meerwaarde kunnen dienen voor verder onderzoek. Ook is de effectiviteit van deze methode meermaals benadrukt door andere onderzoekers (Koetsenruiter en van Hout, 2018; Gagestein, 2015; Matthes, 2009).

Data-analyse.

Na het opslaan van alle berichten op Instagram zal de analyse middels vier stappen gebeuren (Van Gorp, 2007). De analyse wordt uitgevoerd met het programma Atlas.ti, omdat dit programma zich goed leent voor systematisch kwalitatief onderzoek.

De eerste stap is het open coderen (Van Gorp, 2007). Hierin worden alle verzamelde berichten systematisch doorgenomen en worden de gesproken teksten getranscribeerd. In de eerste fase wordt naar tekstuele elementen en beeldelementen gezocht die verband houden met het onderwerp. In dit geval wordt op woorden, zinnen en metaforen gelet die het nieuws voor jongeren vergemakkelijken, ze betrokken maken, of ze een actieve houding laten aannemen. Ook wordt naar aanbevelingen uit literatuur gekeken. Gaat het nieuws over jongeren? Worden jongeren afgebeeld? Van alle opvallende elementen wordt een systematisch overzicht gemaakt.

De tweede stap is het axiale coderen (Van Gorp, 2007; Boeije, 2005). Hierin wordt in de getranscribeerde teksten naar zogenaamde ‘framing devices’ gezocht. Dit zijn onder andere vergelijkingen, oneliners, voorbeelden, duidende woorden stereotypen en typische beelden die voorkomen in de Instagram-berichten (Gagestein, 2015). Het doel in deze stap is bepalen wat de belangrijke en minder belangrijke elementen in het onderzoek zijn (Boeije, 2005). Door ze in een overzicht te plaatsen worden hierin de eerste overkoepelende ideeën herkend. Daarnaast wordt in de tekst naar ‘reasoning devices’ gezocht. Dit zijn verschillende definiëringen van de situatie zoals oorzaken, gevolgen en bepaalde waardeoordelen (Van Gorp, 2007).

(23)

22 In de stap erna is het van belang dat binnen de framing devices gezocht wordt naar bepaalde verbindingen. In deze fase worden voorlopige frames geformuleerd en wordt naar tekst- en beeldelementen uit de Instagram-berichten gezocht die eenzelfde soort redenering hebben of de nadruk leggen op dezelfde soort waarden (Gagestein, 2015). Het is belangrijk dat de extra frames die in het onderzoek naar voren komen zo abstract mogelijk zijn geformuleerd (Van Gorp, 2007). Coderingen worden geplaatst in een overzichtelijk schema, of matrix (Van Gorp, 2007).

In de vierde stap worden alle frame-elementen definitief aan een bepaald frame toegekend en wordt naar de essentie uit alle frames gekeken. Deze stap leidt tot een bepaald begrip van de frames (en dus de Instagram-berichten) (Van Gorp, 2007). Concrete resultaten uit deze frameanalyse zijn een overzicht van frames bestaande uit codes en zogenaamde framing en reasoning devices, samen met een overzicht van de Instagram-berichten in de aanloop naar de verkiezingscampagne van 2021. Vanwege dit overzicht kunnen kwalitatieve uitspraken worden gedaan over de frames die voorkomen (Koetsenruiter en Van Hout, 2018). Om meer validiteit te geven aan de frames zelf, wordt tijdens het analyseren rekening gehouden met bepaalde patronen die voorkomen in de berichten. Tijdens het coderen wordt op bepaalde framing devices gelet die zich systematisch voordoen. Wanneer deze elementen een patroon vormen, kan dit leiden tot een bepaald frame (Matthes en Kohring, 2008). Kortom wordt naar bepaalde patronen in frames van de Instagram-berichten gekeken, waarin gelet wordt op het beeld zelf, de getranscribeerde teksten uit de berichten en wat voor graphics er worden gebruikt om het verhaal te versterken.

Het is belangrijk om vooraf te weten naar wat voor soort frames gezocht worden (Matthes, 2009; Goffman, 1974). Eerdere frames die gebruikt werden door Semetko en Valkenburg (2000) in de analyse van Europese politiek in het nieuws waren: toewijzing van verantwoordelijkheid, conflict, menselijk belang, economische gevolgen en moraliteit. Vanuit deze frames wordt naar de berichten gekeken en wordt erop voortgebouwd door nieuwe frames te ontdekken.

Uitkomsten van interviews, zoals de boodschap die NOS Stories wil overbrengen, kunnen bij een frame geplaatst worden. Via interviews komen thema’s naar voren die meer inzicht kunnen bieden in de frameanalyse. Daarom worden eerst de interviews geanalyseerd voordat het begonnen wordt aan de frameanalyse.

Daarnaast voegen diepte-interviews een extra element toe: achterhalen hoe een bepaald frame gestalte krijgt (Van Gorp et al., 2018). In dit onderzoek zijn diepte-interviews van belang om vanuit de journalist zelf te achterhalen wat hun specifieke doelen zijn die leiden tot een bepaald frame. Door de antwoorden van de interviews naast de bevindingen uit de frameanalyse te leggen, wordt geanalyseerd of dat wat journalisten zeggen over hun werk, overeenkomt met hun werkwijze (Koetsenruiter en Van Hout, 2014). Het voordeel van diepte-interviews is daarom dat ze kunnen leiden tot diepgaandere en genuanceerde informatie (Koetsenruiter en Van Hout, 2018).

(24)

23

Diepte-interviews

Om het proces in kaart te brengen rondom de totstandkoming van politieke nieuwsberichten, worden twee redacteuren (freelancer en politiek redacteur), twee verslaggevers en de twee eindredacteuren geïnterviewd. Ik hoop zo door middel van interviews met de journalisten tot een volledig beeld te komen over de ontwikkeling van politieke nieuwsberichten.

Tijdens een diepte-interview is het belangrijk om vertrouwen te krijgen, vooral als het diepte-interview de belangrijkste informatiebron is (Meyer, 2001). Daarom worden de interviews geleidelijk opgebouwd. Door met eenvoudige (relevante) vragen te beginnen, ontstaat een kalmere sfeer en de ‘ruimte’ voor meer complexe vragen (Edwards en Holland, 2013).

Dataverzameling.

De interviews zijn semigestructureerd: aan iedere journalist wordt dezelfde vragen gesteld, maar de antwoorden kunnen van elkaar afwijken. Later worden deze antwoorden vergeleken. Vanwege de huidige coronamaatregelen worden de interviews online afgenomen, maar dit vormt geen belemmering voor de kwaliteit ervan (Koetsenruiter en Van Hout, 2018).

De interviewvragen zijn systematisch ingedeeld in een aantal topics. Deze beginnen met algemene vragen over NOS Stories, gevolgd door de behoeften en de verwachtingen van jongeren van nieuwsmedia, de risico’s en mogelijkheden van de journalistieke praktijk met digitale innovatie, opvattingen over jongeren en politieke betrokkenheid en als laatste het uiten van deze opvattingen in de journalistieke praktijk (Kramp, 2017).

Deze topiclijst is onder andere gebaseerd op bevindingen uit de literatuur. Enerzijds wil ik te weten komen in hoeverre bevindingen uit de literatuur met betrekking tot journalistiek en sociale media (Groot Kormelink en Costera Meijer 2014; Bowd, 2016), jongeren en nieuwsgebruik (Van Cauwenberghe et. al, 2018; Flamingo News Report, 2019 en Drok en Schwartz, 2017) en jongeren en politiek (Möller, 2015; Hao en Wen, 2014; Bakker en De Vreese, 2011) overeenkomen met de antwoorden uit interviews. Anderzijds lenen enkele vragen die gesteld werden in voorgaand onderzoek zich eveneens voor dit onderzoek, waaronder de topics over de behoeften en verwachtingen van jongeren met nieuwsmedia en de risico’s en mogelijkheden van de journalistieke praktijk met digitale innovatie (Kramp, 2017).

Daarnaast is het belangrijk om vragen te stellen over de praktijk van NOS Stories, zoals hoe een nieuwsbericht tot stand komt. Deze praktijkvoorbeelden kunnen helpen met de manier waarop later naar frames wordt gezocht. Op deze manier komt er een overzichtelijke topiclijst tot stand (Bijlage I) op basis van vijf hoofdonderwerpen.

(25)

24

Data-analyse.

De analyse van de diepte-interviews zal thematisch gebeuren. Dit is een nuttige en flexibele methode voor kwalitatief onderzoek waarin interviews ingedeeld worden in thema’s om tot een diepere analyse te komen (Braun en Clarke, 2006). Deze thema’s geven een inzicht in de nog te ontdekken frames tijdens de kwalitatieve inhoudsanalyse. Een thematische analyse houdt in dat uit alle data een lijst wordt gemaakt van gemeenschappelijke thema’s die een goede afspiegeling vormen van wat de journalisten van de interviews hebben gezegd (Braun en Clarke, 2006). Hiermee blijven de eigen gevoelens en gedachten van de onderzoeker buiten beschouwing waardoor de analyse een objectieve beschouwing wordt (Koetsenruiter en Van Hout, 2018).

Wat een thematische analyse nuttig maakt voor dit onderzoek is dat het naar thema’s en patronen zoekt in interviews en ik wil achterhalen of er een bepaald patroon bestaat in de berichtgeving van NOS Stories naar jongeren toe (Braun en Clarke, 2006). Ook wil ik weten hoe NOS Stories jongeren betrekt en of hier een gemeenschappelijke praktijk is tussen de journalisten onderling. Een thematische analyse kan op een inductieve en een deductieve wijze uitgevoerd worden. Dit onderzoek gebruikt de deductieve wijze omdat daarbij gelet wordt op bepaalde thema’s die ook al zijn voorgekomen in het theoretische kader (Braun en Clarke, 2006). Een deductieve analyse is continu en heeft geen begin- en eindpunt. Daarom is het belangrijk dat in de volgende stappen in het proces ook beschreven wordt, en niet pas op het einde (Koetsenruiter en Van Hout, 2018).

De eerste stap is het bekend worden met de data. Na het transcriberen van de interviews is het belangrijk dat voor het coderen eerst de hele teksten worden geanalyseerd en gezocht wordt naar betekenissen, patronen en onderwerpen met een potentieel belang. Deze stap eindigt met het een verslaggeving van abstracte thema’s (Braun en Clarke, 2006).

De tweede stap is het genereren van initiële codes (Braun en Clarke, 2006). Hierin wordt een grove schets gemaakt van de soorten onderwerpen die voorkomen. Daarnaast wordt geprobeerd om bepaalde thema’s te herkennen door opvallende woorden en zinnen te coderen. Zo komt er een lijst uit met belangrijke woorden en zinnen.

De derde stap is het zoeken naar de thema’s. Hierin wordt in de codes naar de overkoepelende thema’s gezocht en wordt een overzicht van de potentiële hoofdthema’s en sub thema’s gemaakt (Braun en Clarke, 2006). Deze stap loopt over in de vierde stap waarin gezien kan worden of bepaalde thema’s overlappen met elkaar en andere thema’s afvallen omdat ze niet belangrijk genoeg zijn. Wanneer de thema’s goed gevormd zijn en genoeg codes bevatten wordt een overzichtelijke thematische kaart gemaakt waarin een goed beeld geschetst wordt van de overkoepelende thema’s en de relatie tot elkaar.

Dit leidt tot de vijfde stap, waarin de thema’s gedefinieerd worden en een definitieve naam krijgen (Braun en Clarke, 2006). Het thema bestaat uit een paar zinnen en daaruit kan gezien worden in hoeverre deze

(26)

25 overeenkomen met de theorie. In deze stap kan gekeken worden in hoeverre de uitkomsten van de interviews overeenkomen met de theorie. Daaruit wordt een conclusie getrokken die een inzicht geeft in de manier waarop enerzijds door NOS Stories geframed wordt, en anderzijds hoe NOS Stories denkt over journalistiek en sociale media en het betrekken van jongeren in het nieuws en in de politiek.

(27)

26

Resultaten

In dit onderzoek wordt achterhaald hoe NOS Stories als doelgericht nieuwsplatform voor jongeren politiek nieuws maakt in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen in 2021. In dit hoofdstuk worden de resultaten van de diepte-interviews en frameanalyse besproken.

Als eerste wordt op basis van de diepte-interviews de beeldvorming die binnen NOS Stories bestaat over jongeren en journalistiek besproken. In het volgende deel wordt eveneens op basis van de diepte-interviews besproken hoe deze beeldvorming zich in de praktijk uit volgens de journalisten van NOS Stories. Het derde deel richt zich op de resultaten uit de frameanalyse naar politieke Instagram-berichten. Hierin blijkt uit het onderzoek welke frames naar voren komen in de meest typerende politieke nieuwsberichten van afgelopen maanden. Tot slot wordt in het laatste deel de invloed van sociale media op het nieuws voor jongeren besproken. Hiervoor worden de uitkomsten van de frame-analyse en diepte-interviews naast elkaar gelegd.

Door een gestructureerde en thematische opbouw wordt een stand van zaken opgemaakt over de manier waarop NOS Stories enerzijds nieuws maakt, maar ook in hoeverre dit overeenkomt met eerder onderzochte behoeften en verwachtingen van jongeren in het nieuws (o.a. Van Cauwenberghe et al., 2011; De Vreese en Bakker, 2013).

De beeldvorming van NOS Stories over jongeren

Bij het maken van nieuws speelt de beeldvorming van journalisten een grote rol (Fortunato en Martin, 2016; Entman, 1993; De Vreese, 2005). Omdat dit onderzoek zich richt op de manier waarop nieuws wordt gemaakt, kan het beeld van journalisten over hun doelgroep en politieke onderwerpen niet ontbreken. Het is daarom van belang dat de beeldvorming van journalisten van NOS Stories duidelijk in kaart wordt gebracht. In het komende deel worden de resultaten van de diepte-interviews aan de hand van overkoepelende thema’s besproken.

Algemeen beeld van jongeren.

Het belangrijkste dat opviel tijdens de interviews was dat de journalisten opmerkten dat hun doelgroep zeker interesse heeft in het nieuws, maar dat die interesses verschillen door de diversiteit van hun doelgroep. Leeftijd en opleidingsniveau zijn daarbij van grote invloed:

‘’Je merkt wel dat de havo- en vwo-leerlingen meer geïnteresseerd lijken in het nieuws, ons actiever volgen en daarmee ook veel interactiever zijn. Onze uitdaging is daarom juist die vmbo-leerling te betrekken’’ (DS).

(28)

27 Een aantal journalisten noemt dat het niet realistisch is om alle jongeren te betrekken in het nieuws. Deze antwoorden sluiten aan bij het onderzoek van Drok en Schwartz (2017) waarin literatuur verweten werd dat het jongeren als een te homogene groep ziet. Net zoals deze journalisten geeft onderzoek aan dat er verschillen zijn tussen jongeren onderling en dat de nieuwsinteresse en het nieuwsgebruik van jongeren gekoppeld zijn aan een specifieke levensfase (Drok en Schwartz, 2017; Drok en Schwartz, 2009).

Om deze diverse groep jongeren te bereiken geven de journalisten aan dat jongeren afwisselend nieuws nodig hebben. Bovendien hebben jongeren niet altijd behoefte aan een verhaal met een grote nieuwswaarde. Verhalen met een minder grote nieuwswaarde lokken jongeren naar de kanalen en brengen een balans in het nieuws dat NOS Stories brengt.

‘’Het is belangrijk om je feed niet te zwaar te maken. Omdat onze doelgroep maar een paar jaar boven die van het Jeugdjournaal zit, kun je niet alleen maar de ellende van de wereld laten zien. Dan plaatsen we soms ook nog een luchtige video tussendoor’’ (SL).

Uit onderzoeken blijkt, net zoals uit bovenstaande quote, dat jongeren andere verwachtingen en interesses hebben in het nieuws. De nieuwsinhoud zou zich daarom moeten aanpassen (Van Cauwenberghe et al., 2018; Flamingo Report, 2019). Dit blijkt uit een interview:

‘’Bijvoorbeeld op een dag als eerste kerstdag wil je tussen de gangen door liever een iets luchtiger verhaal zien zoals Jesse die levens redt op de scooter. Het is misschien geen hard nieuws, maar wel iets dat je leuk vindt op een dag zoals kerst’’ (DS).

Daarnaast noemen respondenten dat het belangrijker wordt hóe nieuws gebracht wordt voor jongeren. Respondenten zien dat jongeren met de telefoon in de hand leven en geen televisie kijken. Journalisten moeten volgens een respondent toch moeilijke onderwerpen niet uit de weg gaan. Daarom past NOS Stories de manier waarop ze nieuws brengen aan. Dit komt terug in onderstaande quote:

‘’Als ik iemand van veertien zou zijn, zou ik denken dat mijn klasgenoten niet zitten te wachten op reportages van een uur. Maar als je op een leuke en korte manier vertelt wat er aan de hand is dan wil ik dat nog wel zien. Het grootste voordeel van ons nieuws is denk ik daarom dat het ook zo kort is’’ (MP).

Onderzoek toont aan dat jongeren zich door het traditionele nieuws minder voelen aangesproken en het niet aantrekkelijk vinden hoe traditionele media dit aanbieden (Drok en Schwartz, 2017; Livingstone, 2002; Patterson, 2007; Raeymaeckers, 2004). Uit interviews en bovenstaande citaten blijkt dat de verwachtingen van het nieuws ook afhankelijk zijn van de leeftijd van de jongere. Journalisten bij NOS Stories noemen dan ook dat nieuws op een geheel andere manier gebracht moet worden:

‘’Jongeren willen het nieuws heel graag snappen, maar niet hoe het op de achtuurjournaal manier gebeurt. Je moet ze daarom wel een beetje een hand toereiken en dan is er heel veel mogelijk’’ (SL).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Onderstaande grafieken maken zichtbaar dat het merendeel van de jongeren ervaart dat jongerenwerkers belangstelling tonen voor hoe het met hen gaat (84%), toegankelijk zijn

Euthanasie is bedoeld als een genadevolle, goede dood, niet als manier om het aantal geïnterneerden dat ongepast en onbehandeld in Belgische gevangenissen wegkwijnt, te laten

Bovendien werkt het tevens demotiverend voor de betrokken partijen (medewerkers van Zernike Sales & Marketing, het IZK en de opdrachtgever). Daarnaast kan het zijn dat

Archive for Contemporary Affairs University of the Free State

Hugh Daniel Badcock: The choice of a new town engineer for Pretoria was made between two candidates in 1902. The municipal council favoured George Bastable

Door vanuit een andere achtergrondcultuur naar de eigen situatie te kijken worden er nieuwe vragen opgeroepen, die verhelderend werken voor de eigen bewustwording.. Het helpt om

Daarnaast willen we een omgeving bieden die het makkelijk(er) maakt om voor de gezonde keuze te gaan.. En dat doen we samen met een heleboel kundige partners vanuit het onderwijs,

Het nieuwsbericht Grote fouten ontdekt in wiskundige software (NRC Handelsblad, 14 novem- ber) meldt dat er softwarefou- ten in Mathematica zitten, een programma dat vooral